m m. mcm M "m m m m m m M m m m m m m m m m m m Vervolgverhaaljg Het vreemde gebeuren door M. A. M. Renes-Boldingh 't Zal nu ongeveer twintig jaar geleden zijn, dat [het groote dorp op de Vcluwe zijn grijparmen begon uit te steken naar de boensche buiten buurtjes, die meer dan een eeuw lang vertrouwe lijk tegen zijn grenzen hadden geschuild, als kin deren tegen den stoel van een sprookjes-vertellen den vader. Hcele woongemeenschappen, waar verzakkende rieten dakjes de schamele kroon vormden van veel te lage baksteenen muren; waar in 't allervroeg ste voorjaar de keizerlelies geurden en in 't na jaar de stijve, paars-en-wit gevlekte dahlia's hun bestaan bevochten op mist en regenvlagen; waar (verweerde jonge vrouwen, geperst in 't nauwe zwarte jak en met horen, die altijd juist natge maakt leken, de neus van hun spelende spruiten reinigden in de punt van hun donkerbaaien cohort, heel die buurten van voorwereldlijke rust en genoegzaamheid, vielen ten offer aan de plot selinge expansie-zucht van 't dorp; en op hun plaats verrezen, na veel gemeet en gemet&el, de series nette buitenhuisjes-met-villa-allure6, die er nu nog staan. Een erkertje, een balcon, een suite, een paar tuindeuren; een helder sausje, wat stuk jes gebrand glas en gedurfde kleuren van verf alles in minutieuze afmetingen uitgevoerd, maar toch met dat'zekere air van artistieke architectuur, dat de nieuwbouw voor niet al te ruime beurzen bijzonder aantrekkelijk maakte. Slechts een enkel huisje uit de oude, roodbak- steenen garde waagde 't, zich te verzetten tegen den drang dier dagen; 't handhaafde zich, tegen aller verwachting in, met zijn ééne, scheefgezakte .voorraam, mot zijn klompenhok en zijn rozenbe- groeisel en met zijn kamillenperkjes achter een bouwvallig hekje van hout. ■In dat huisje woonde Zij. Ze heette: Mevrouw Steenmans van Feit de la Montagne, en ze was: •het Anachronisme, de Puzzle, het Vraagteeken. En, nadat het geval ons eenmaal naast haar had doen wonen, werd ze ook nog een gerecht-om- voortdurend-van-te-smullen voor den romantischen geest, waaraan wc allen in meer of mindere mate onderhevig waren. Ons gezin bestond toentertijd uit een nog jonge moeder, een nog jongere tante, en drie kleine meisjes, waarvan de kleinste nog niet eens tot de schoolbanken bevorderd was. Mijn moeder be gon juist haar hoofd en haar moed wat op te hef fen na oen schrikkelijken slag, dien 't te vroege verlies van vader haar had toegebracht. De zware rouwjaponnen werden gaandeweg verwisseld voor costuums, die beter bij haar nog-niet-veertig jaren en bij onze jonge zorgeloosheid pasten, en de toon in huis werd luchtiger en vroolijker en tastend naar afleiding, waarvan de verhuizing naar dit deel van 't vaderland, weg uit de ver somberde omgeving, een eerste gevolg was. Ach teraf bezien geloof ik echter stellig, dat ook het oudje, met huar onpeilbaar waas van romantiek, er niet weinig toe bijgedragen heeft, om ons hui selijk leven in gezonder banen te brengen. Ten eerste reeds de aanwezigheid van iemand, die een driedubbclcn achternaam voerde, in zulk een ■woninkje, aan een weg, die in den wijzen volks mond altijd nog Zandpad heette, ondanks 't blauw en wit geschilderde bord, dat den nieuwen naam: Amalia van Solmsstraat aan de voorbijgangers moest opdringen. Dat feit alleen reeds is in staat 1 vrouwelijk gedachtentoestel in beweging te brengen, waarmee de duizend fijne glanzende dra den van mysterie om zoo iemand heen gespannen worden. Er werd gespannen bij ons, veel en vlij tig. Met voorzichtige vingeren, maar daarom niet minder intens. En verder: Zijzelf! Zijzelf in hoogst eigen per soon! Ze was klein; heel klein en heel fijn, en, volgens onze begrippen, ook heel oud! De geur van eeuwen om zoo te zeggen, was om haar, al werd die geur dikwijls wreed vermengd met do armelui's luchtjes van opgewarmd eten en vuil- gebrande lampen. Doch behalve dat, misschien ook juist mèt dat, kon ze zóó, regelrecht, uit een pracht-uitgave van Dickens' werken gestapt zijn, in een leven, dat bezig was, zich onverantwoorde lijk snel te moderniseeren. Haar kapsel bestond uit een massa gelijke, zilvergrijze pijpkrulletjes, die statig neerhingen tot op de schouders, van boven gekroond door een platje van kroezige, wit en lila kant. Haar gezichtje was bleek, bevroren bleek en het vertoonde een trek van ijzige teruggetrokken heid, zooals ik me niet herinneren kan, later ooit weer bij iemand gezien te hebben. Kon ze-lachen? Had ze wel ooit gelachen? Was zo eens werkelijk jong geweest en argeloos vertrou wend en uitbundig van vroolijkheid, zooals wij? Telkens weer vroegen we ons dat af en hoorden ateeds op iedere vraag een hardnekkig: neen ten antwoord komen, hoewel ons verstand het tegen deel wilde beweren. En ze droeg japonnen! Gewaden waren het eigen lijk, elk van meters en meters, zware ritselende zijde, in wonderbaarlijke matbruine en grijze tinten, waar doorheen altijd een zwart strepen- patroon liep. Een enkele maal hingen kanten lubben crème en gracieus om haar smalle, be ringde handjes en sierde een koninklijke jabot haar hals. Dan ook had het damesmutsje breede brides van lila zijde en was het Mysterie volkomen. Gewerkt werd er in haar huisje niet. Althans niet zoo, dat de buitenwereld het zien kon. Kunt ge iets bedenken, lezer, dat heviger de gedachten van tiwee jonge Hollandsche vrouwen in beweging brengt, dan het feit, dat er bij de buren niet ge werkt wordt? Bij ons werd wel gewerkt! Ondanks de magere hulp van een onhandig daghitje, werd er gewerkt, tot 't mahoniehouten salonameuble mentje, moeders trots, blonk als een spiegel en de meest inspannende gymnastische toeren werden iedere week verricht, om de vensterruiten tot bo ven aan toe een flinke natte beurt te geven. Maar bij haar werd niet gewerkt. Een dienstmeisje hield ze niet, een werkvrouw kwam er niet, zijzelvc kon het vanzelfsprekend niet, ergo werd er inder daad nimmer gewerkt, 't Kan zijn, dat ze daardoor den eenigszins wansmakelijken bijnaam van Knuttie gekregen heeft. Echter is 't ook heel wel mogelijk, dat er in dien bijnaam reminiscenties liggen aan een premieroman van Gracieuse of Prins, die inderdaad door moeder en tante beide, ook door ons, in 't geheim, .gretig verslonden werden. En misschien was 't ook enkel maar een klankspeling, die op een vergissing berustte. Er Herfsttafereel/je in het Sterrcbosch te Schiedam 36e Hebt gij Mij lief? Of ik U min, Gij weet het, Heerc! Ook dóór waar ik in twijfel sta, Ervaart mijn ziel Uw heilgena, Ja, dan ontvlamt zij tot Uw eere En wordt ze Uw vrienó'lijk oog gewaar, Dan valt geen offer haar to zwaar. Maar als Gij even schijnt te ontwijken, En mij alleen in 't duister laat, Dan smart het eerst, tot de angst vergaat. En mijn gebecn de vleug'len strijken: Dan sluipt de koude in 't traag gemoed. En langzaam kleumt de levensgloed. Ook dan nog klopt mijn hart U tegen, Maar och! de vuurvlam blaakt niet meer; En bliest Gij 't hart niet aan, o Heer! 1 Lag spoedig onder de asch gezegen: *t Zou dan niet koud zijn en niet warm...... 0, Heerl wat voelt mijn ziel zich arm. Maar Gij, door mijn ellend' verteederd, Gij, wetend wat Uw knecht behoeft. Gij spaart de roê niet, maar bedroeft! Gij spaart het kruis niet, maar -- vernedert! En schoon dan hart en vleesch bezwijk', Dan voelt mijn ziel zich naamloos rijk. Ja, 'k zoek U, Heere! als Gij mij tuchtigt. Ik weet wat ied're slag beduidt. Door d'onspoed zet het hart zich uit, Met nieuwen liefdegloed bevruchtigd. Dies zegen ik bij eiken strijd Uw roede, Uw kruis, Uw liefae altijd! J. J. L. TEN KATE zijn immers heele volksstammen, wier humor in zulke klankspelingen tot uiting komt. In ieder geval, het Mysterie heette bij ons „Knut tie" en we vreesden en eerden haar, zooals ge wone stervelingen dat met ieder mysterie plegen te doen, met dien verstande, dat de vrees grooter wordt, naarmate het wonder nadert Zoo harkten we des Zaterdagsmiddags, tot besluit van de week, haar tuinpaadje aan tegelijk met ons eigen, breeder entree, maar nauwelijks ver toonde ze haar stille gezicht aan 't voorvenster, of we staakten beschaamd onzen arbeid. In den zomer brachten we haar stijve boeketjes van zaaibloemen en varenblaadjes, die ze vrien delijk om 't hoekje van haar zijdeur accepteerde en 't eenige Sinterklaasfeest, dat ze onze buur vrouw was, hebben we een verrassingspakje voor haar gemaakt, hetwelk we onder hevig, angstig, hartkloppend bellen, op haar hardsteencn stoepje deponeerden, om vervolgens zoo snel mogelijk weg te kruipen in de bescherming van een paar strui ken, vanwaar we toekeken en luisterden, adem loos. Vele avonden na ons huiswerk hadden we al breiende opgeofferd aan 't eenige geschenk, dat nuttig en bescheiden tegelijk kon heeten: een paar polsmofjes van ziwart en lila wol, met oen zilverdraadje doorweven, en in de keuken was den laatstcn dag voor 't feest een groot rond cho colade borstp'aat tot stand gekomen, dat niet tegenstaande de vele bange vermoedens de meest gereserveerde burchtdame zou hébben doen water tanden. De belooning op al dien ingespannen liefde-arbeid in naam van den Sint was trouwens in even redigheid, want we werden bij 't Mysterie op visite gevraagd. Een lavendelbriefjc bracht ons in rprécieuze, schuine lettertjes de uitnoodiging tegen den volgenden Zondagmiddag te half vier uur en ondanks alles, wat het nuchtere verstand reeds wist, ging onze geest de dagen te voren koninklijk te gast in burchtzalen en rijkdomsheerlijkheid. "Wat zouden we aantrekken? Tegenover het vele Imponeerende, dat we ongetwijfeld dien middag zouden ontmoeten, dienden we toch een weinig terug te imponecren. Moeder meende daarom niet beter te kunnen doen, dan haar zwartzijden japon weer te voorschijn te halen; tante had een zeer draaglijk donker flu weeltje, en wij, kinderen, werden gestoken in de precies gelijke crème jurkjes met smockwerk, die eens op een kinderpartij onze spichtige leden hadden gesierd. Behalve in dat feestelijke gewaad werden we nog eens extra gehuld in een harnas van ouderlijke raadgevingen, als daar waren: met twee woorden spreken, wachten, totdat je wat gevraagd wordt en uit eventueele koekjes niet de mooiste uitzoeken, maar nemen wat voor de hand ligt- IViel het home van het Mysterie, alias mevrouw Steenmans van Pelt de la Montagne, alias Knuttie, tegen, of viel het mee? 't Zijdeurtje bracht ons in een miniatuur keuken tje, waar we uit bescheidenheid niet om on3 keken, waarschijnlijk ook uit voorzichtigheid niet, aangezien onze vrouwelijke neuzen de hevigsto tegenstand boden. Een volgende deur, rechthoekig op de eerste, ivoorde ons in het binnenste der burcht en daac DAMRUBRIEK Wedstrijd vraagstuk No. Auteur: M. BOISSINOT Redacteur: W. HOEKSTRA, Tulpcnboomstraat 6, Den Haag. Inzendingen uitsluitend aan dit adres. Voor alle vraagstukken geldt: Wit begint en wint. Oplossingen moeten worden ingezonden uiterlijk 8 dagen na plaatsing. OPLOSSINGEN No. 977 (H. N. J. WINTER) Wit speelt: 37—32, 48—43, 33 X 13,. 13 X £l He{ volgende is evenwel mogelijk: 2923, 4238, 31 X 2, 2 X 44. No. 978 (D. DOUWES) Wit speelt: 28-22, 26 X 17, 39—33, 30—25, 35 X 24, 25 X 3! No. 979 (D. DOUWES) Wit speelt: 35—30 38—32, 31 X 42, 32 X 5. Correcte oplossingen ontvangen van: Jan van Driel, C. C. Goedhart, J. de Koning, J. Hofwegen, Arie Lekkerkerker, Benschop, A. Butter, Vrees wijk, A. Bakker Nzn., Goor, H. A. W. Doescr, IJs- selstein, M. Muis, Giessen-Nieuwkcrk, A. Door- duyn, Westerlce, W. M. Voerman, Utrecht, Gilles Elve, Loosduinen. BEKERWEDSTRIJD Zoo is dan het moment aangebroken waarop vele inzenders van deze rubriek reeds lang hebben gewacht: de bekerwedstrijd. Voor hen die het nog nie-t weten het volgende. In vorige wedstrijden was de beker inzet als tijdelijk bezit. Nu echter zal dit fraaie en waarde volle stuk toegewezen worden aan den definitie- ven eigenaar. Een beschouwing van de afbeelding zal menig dammer doen besluiten mee te doen. De voonvaarden blijven op édn uitzondering na, dezelfde als vorige maal. Inzending van de oplossingen kan geschieden na plaatsing van alle 12 problemen, liefst per briefkaart, met vermelding van de zetten voor wit. Vraagstukken waarin oen bijoplossing mocht voorkomen, worden uit de wedstrijd genomen en vervangen door andere. Correspondentie over geplaatste problemen wordt alleen gevoerd indien postzegel is ingesloten voor antwoord. Mijneheeren, wij wenschen U veel succes. Laat deze wedstrijd worden een succes voor ons blad en ons spel. ,Wek een ieder op tot inzending, waardoor gij blijk geeft de directie dankbaar te zijn voor het vele voor hot damspel gedaan. Wedstrijdvraagstuk No. 1 'Auteur: E. BOISSINOT m m - m s B m w 11 n m m w m 1 S m m ■jjjj! e IS m n 8 I 46 47 48 49 50 Zwart: 7, 10. 12—14. 17—20, 23, 30. Wit: 16, 21. 27, 28, 31. 32, 3&-39, 49. UIT ONZEN LEZERSKRING Vraagstuk No. 982 Auteur: J. HOFWEGEN, Rotterdam 8! c* ft! 4 1 p H i Ws i ;Lv' H fH i i 1 I s üs 1 i s 8 i S3 1 '8 Zwart: 8, 13—15, 17—19. 24, 29. Wit: 26—28, 35, 37, 38, 40, 44, 45, 47, 49. Oplossing: Wit Zwart 1 35-30 24X35 2 28—23 19X28 3 27—22 18X27 4 37—31 27X36 5 47—41 36X^7 6 26—21 47X50 7 21X3 35X44 8 3X9 en wint. Een typische eindstand ig nu ontstaan, welke het naspelen van deze oplossing tot een genoegen maakt. Het motief in deze slotstand is niet origineel. Vraagstuk No. 983 Auteur: D. DOUWES, Utrecht f. 06 ft II m '//At sF:"i R mi ÉS 8 a ff§ 8 DE RUILBEURS BUVENHAROINXVELD ten dienste van de lezers der vijf samenwerkende Christelijke Dagbladen Verkade-nummers die we nog aannemen* Bonte Wei: 63. IJsel: 8, 9, 10. 12, 15, 20, 25, 29, 36. Texel: D, I, 68, 98, 99, 102. BI. i. o. tuin: C, H, I, 9, 10, 13, 21, 25, 27, 42, 46, 49, 53, 63, 66, 67, 73, 75, 77, 78, 80; 81; 82; 83; SC;' 87; 96; 101: 103, 107, 110, 121, 124, 126, 131, 137, 138. Blonde duinen: 10, 33, 67, 70, 71, 72, 88, 91, 102, 107, 108, 115; 131; 137. Lente: 32, 83. 113, 139. Zomer: 23, 28, 29, 30, 39, 42, 51, 52, 53, 50, 61, 62; 66; 68; 70; 71, 72, 73, 75, 78, 83, 84, 87, 88, 90, 96, 99; 100; 120; 122; 124, 127, 128, 131, 138, 14? Nu volgen de voorwaarden: 1 De Ruilbeurs bepaalt de waarde der bons en plaatjes. 2 Tot 500 pt. betaalt U 15 ct. tot 1000 pt. 20 ct. (aan postzegels). 3 Is het gevraagde niet in voorraad, dan leest U het antwooro in het Zondagsblad. 4 Van één soort mag niet meer dan tot een waarde van 500 pt. per maand aangevraagd wórden. 5 Teveel gestuurde punten kunnen geboekt blij ven tot een volgende zending. 6 Van het puntennantal dat U stuurt, wordt door de Ruilbeurs 5 afgetrokken. 7 Vraagt U van een album speciale nummers, dan betaalt U 2 pt per plaatje moer. 8 Verkade, Klaverblad, van Houten, Wascholine, Coelingh, Patria I, Pette en Dobbelman nemen we niet meer aan. Wil av.p. gratis ruilformuliet zenden aan: Naam: Woonplaats Datum: Zwart: 3, 10, 12-14, 17, 18, 22, 23, 28. Wit: 21^ 25, 30, 32, 34, 35, 37, 38, 41, 44. Zwart: 1, 6, 9—13, 15, 16, 19, 23, 35. WH: 21, 22, 25, 27, 28, 32—34, 43, 45, 48, 49. .Oplossing: Wit Zwart 1 25—20 15X2-4 2 22—17 11X31 3 45—40 16X29 4 43-38 23X43 5 34X3 35X44 6 3X50! en wint. Een bekende afwikkeling in een vrij natuurlijken stand. CORRESPONDENTIE C. C. G. Veel dank voor toezending. D. D. te U. Dank voor probleem. Van do vorigd zending worden resteerende niet geplaatst. J. H. Zal één en ander nazien. Dank U. J. L. Een fraai clubblad. Kom er later op terug* Voorloopig mogen geen Klok- en Leverszeepbous aangevraagd worden. De waarde der bons is als volgt: Bussink 8, Coe lingh 3, D-E 6, v. Delft plaatjes 10, Dobbelman 4, H-0 6, Droste 20, Hagzcgels 10, Hille 8, Holl. Zw. Weegsch. 3, Paul Kaiser 6, Klaverblad 5, Klok- zeep 15, Kwatta 3, Lever's zeep 20, van Nel Ie 4, Patria deel 1 10, deel 2 15, Pette 6, Pleines 3 Rode- maker 3, Sickesz 3, Verkade 4, Wascholine 2. Wie helpt aan: Tik-tak (laatste album), v. Rosstnn, Keg (een reis naar Indië), Ark beschuitbons, Kwatta winkelierstrooken, Haas en van Breru, letter E. Verder nemen we aan: Pleines duilmerken. Sodex bons Era. Everlasting Hapé, Van der Sluys, Stark, Scholten, IJzendijk, Vergulde Hand, Kanis en Gunnink punten, Winkeliersbons van Sickesz, Holland-Zwitsersche, Pax, Delta. CORRESPONDENTIE: H. v. d. S. te Zaandam. Zendt u 20 cent? L. A. de G. te Dordrecht. Wilt u de lijst bij de fabriek aanvragen, wij hebben er geen voorradig. Stereo verzonden. 167 Kwatta genoteerd. M. B. te den Haag. Welke van Delft bedoelt u? Bezige Bijtjes of Vogelplaatjes? U krijgt er 23. B. M. te Rotterdam-W. II. berekenden we tegen 7 pt. per stuk. 46 stuks verzonden. Er is geen tegoed meer. P. Z. te Rotterdam-W. U krijgt voor dat album 150 Klaverblad. J. Q. te Hilversum. 15 Droste verzonden. W. bons nemen we aan tegen 2 pt. per stuk. Een leeg Dob belman album hebben we niet. P. B. te Hillegersberg. Alles verzonden. Niemeyer plaatjes vroegen we niet. Zie art. 6. H. C. v. d. W. te Gouda. Zie art. 6. D. L. B. te Dordrecht. T.z.t. krijgt u 150 Coelingh bons en 160 Kwatta. 'ALBUMRUIL De heer J. v. d. Ploeg, Ernst Casimirlaan 66, Zeist, heeft de complete Verkade albums: Mijn Aqua rium, Zeew. Aq. en Terr., Cactussen en Vetplanten. Deze albums zijn ft 1— per stuk te koop (plus portokosten) of te ruilen tegen Hille albums. De heer H. v. d. Steen, Hcrdcrinstraat 5, Zaan dam, biedt de volgende complete albums te koop aan: Dobbelman II. de groote Indische Cultures 1.25, Japan 2.Keg, Een reis naar Indië 1. Verkade Paddestoelen 1.25. Franco huis. Te koop tegen aannemelijk bod het interessante Dobbelman Japan album, compl. met plaatjes en aquarellen. Bevragen: C. M. Aling, Schieweg 61r Rotterdam-C Tel. 44334. Postadres: De Ruilbeurs, HardinxvelcL Het geloof Voor het geloof zijn al de wegen, waarin God ons leidt, hoe schijnbaar tegenstrijdig, overgangen tot heerlijkheid, doch het geloof is geen vanzei fs- heid, maar een strijd, die biddend volgehouden worden moet tot aan het einde. Dat wij dan bij do beproeving zien op de uitkomst, en het zware zal ons dragelijk worden! DA COSTA 373

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 14