Expositie Heinemann ZATERDAG n SEPTEMBER 1937 DERDE BUAD PAG. 9 Calvinistische Studenten-Beweging Het twintigste Congres te Lunteren De ouderdom van het menschelijk geslacht Toespraak Prof. Waterink Op de wis- en natuurkundige sectic sprak Dr W. J. A. Schouten, van Arnhem, over: „De ouderdom van het menschelijk geslacht". Spr. schetst, hoe in een vorige eeuw de evolutie-theorie ook op den mensch werd toegepast. Sindsdien heeft men gezocht naar tusschenschakels tusschen de dierenwereld en den mensch. Dit onderzoek heeft echter niet tot een overtuigend resultaat geleid Steeds meer wordt erkend, dat men natuur wetenschappelijk geen voorouders van den mensch- kan aanwijzen. Daardoor komt de theorie van Darwin heel zwak te staan. Spr. behandelt uitvoerig de vele vondsten van fossiele skeletten in de laatste kwart eeuw. Men weet vhans, dat in langvervlog»n tijden, over een groot deel van Europa ver spreid, de Cro-Magnonmensch woonde. Do/e verschilde slechts weinig van den tegen- woordigen Europeaan. Er is geen reden om aan te nemen, dat hij op een lagei'e trap van ontwikkeling stond want zijn schedel- inhoud is zelfs grooter dan die van don mensch, die thans ons werelddeel bewoont. Nog vroeger loefde ook in Europa de Ncan- dcrdaler. Deze verschilde meer van de thans levende rassen. Van evolutionistische zijde heeft men trachten aan te toonen, dat de Neanderdaler niet rechtop kon gaan en niet met spraak begiftigd was; maar men is daar niet in geslaagd. De Cro-Magnonsche rendierjager kwam in West-Europa voor ten tijde van den. laat- stcn ijstijd. Men heeft op allerlei manieren getracht deze periode in de geschiedenis te dateeren. De meeste berekeningen verdie nen weinig vertrouwen. Wanneer evolutio nisten willen vasthouden aan de groote ge tallen, die zij veelal opgeven voorden ouder dom van het menschelijk geslacht, dan zul len zij een aannemelijke verklaring moeten geven voor liet feit. dat de aangroeiing van het menschelijk geslacht in vroegere perio den veel langzamer is geweest dan in den historisch en tijd. De meest exacte methoden geven als resui ONS FEUILLETON KORTE INHOUD VAN HET VOORGAANDE Ook aan Enkkunen ging '1 jaar (566 miel onqemerkt voorbij. Wel kwam 't hier niet tot groote uitspattingen als in andere steden, maar toch ook hier zien velen met angst en vreeze de toekomst tegemoet. En steeds meer komt 't gevaar naderbij. 'Bet Westfriesche land werd afgestroopt, ker. ken en abdijen verwoest. Verleden jaar kwam Alva met tienduizend. 'Spaansche soldaten. Nog nooit zoo duidelijk als toen was uitgekomen hoe Filips zijn erf landen beschouwde. Als wingewesten van Spanje, waar Spanjaarden de lakens uitdea len moesten. Het was een pracht-gelegenheid voor een gemeenschappelijk optreden van voornsch en on-roomscli tegen dergelijke tyrannieke methoden, tegen liet vertrappen van de volksvrijheden en privilegies. Maar op dat moment, toen het tijd was om te handelen, stoven de edelen uiteen, liepen ze over. kusten ze de roede, die hen sloeg.. Luitgen Pietersz Buiskes. een rijke Enk- liuizer koopman-reeder, benijdt dc honderdpn armere burgers, die over het ijs de stad ver laten. Dit volk gaat, hij blijft. Zij gaan ge varen, ontberingen en armoede tegen. Hij zal veilig zijn en heeft aan niets gebrek. 'Een onbehaaglijk gevoel kruipt bij Buiskes omhoog. Hij voelt zich achterstaan bij deze ■vluchtelingen. Hun hart is zuiver, hun ge weten onbevlekt. Zij strijden en lijden om 'Christus' wil. Hij voelt zichzelf een lafaard. Als Buiskes de uitkomsten van dit seizoen 'bekijkt, dan kan hij roemen in zegeningen, 'die des te sterker uitkomen omdat zoovclen in de druk zijn geraakt. Maar zijn dit zegeningen? vraagt Buiskes zich af als hij zijn grootboek voor zich heeft. Of is de winst die ik gemaakt heb, gegaan ten koste van mijn overtuiging, van mijn geloof? Is het zoo'n soort verradersloon? (Zie vervolg hieronder) D E V E O Buikgordels, soepel en gemakkelijk Goed waschbaar Alleen-verkoop: - Den Haag, Tal. 337055 Fa. C. Roosen Zn. Elders wende men zich tot de fabrikante Fa D. VAN OORT te Baarn. laat, dat de Cro-Magnonmensch vóór 20.000 jaren in Midden-Europa zou hebben geleefd Deze uitkomst strookt niet met de Bijbel- sche chronologie. Voortgezet onderzoek is noodzakelijk. Het zou gelukkig zijn. wan neer Christelijke geologen en theologen hierin konden samenwerken. Op deze lezing volgde nog een uitvoerig Gisterenavond sprak voor het congres prof. dr J W a t e r i n k over: „Vergeef ons onze schulden". Er is durf voor noodig deze bede in ver band te zetten met dc verhouding van indi vidu en gemeenschap. We beginnen met de erkenning, dat we in die gemeenschap staan en grijpen dan tenslotte naar dc bede om die gemeenschap vol te beleven. De oplos sing ligt in de ideaalstelling. We spreken hier over onze schulden. Schulden van anderen zien we zoo gemak kelijk, ook nog wel die van mij zelf, maar nu de verhouding tusis-chen de schulden van mij en van die anderen. „Ons", dat is een organische eenheid. Hier moeten we er bid dend naar streven deze eenheid in het ge loof te zien. Zóó moet deze typische relatie beleefd worden. Het is onmogelijk het vraagstuk van in dividu en gemeenschap op te lossen door ons op één van deze beide standpunten te stellen. We moeten een aspect zoeken van waaruit we deze twee in een eenheid vatten kunnen. Dat is het schuldig staan voor Gods aangezicht van mij en van die anderen. Bij die verhouding zien we ook de solida riteit van de schuld. Schuld is een bekente nis voor God. Wie God niet lief heeft, kan nooit zoover komen. Tenslotte: in dat vergeef ons onze schul den wordt de spanning van individu en ge meenschap opgelost. Zoo worden we ook predikers van de genade Gods aan de wereld rondom ons. DE VIJFDE DAG Gemeenschap der heiligen De kracht Gods Sluiting van het Congres Vrijdagmorgen, de laatste dag van het conrges! ITet naderend einde teekent zich reeds af in het vertrek van verschillende gasten, die onder luid gejuich in de befaam de kampauto naar het station worden ge reden. Maar ook nieuwe belangstellenden arri- veeren. Prof. Schilder heeft een heele Kampensche delegatie meegebracht. Samen met Ds de Waard en Dr Cremer en verschillende anderen verschijnt hij in de De modellen, waarmee wij op onze recente MODESHOW zulk een succes mochten oogsten, zijn thans in de etalages en in onze salons te Den Haag en Rotterdam te bezichtigen.Wij noo- digen U beleefd tot 'n bezoek uit. i Oslivald vroege morgen op het congres. Door het ongunstige weer wordt vandaag binnen ver gaderd. Eerst is er de morgenwijding onder leiding van den heer R. Bakker. Dan is er de ledenvergadering van de C.S.B. In plaats van de aftredende bestuurs leden worden gekozen de heeren J. S. Bed et. R. II. Br emmer. J. C. Hum- me 1 e n en J. L i n z e 1. De statuten en het huishoudelijk reglement worden opnieuw vastgesteld. Referaat Prof. Dr. K. Schilder Prof dr K. Schilder krijgt nu gelegen heid zijn rede uit te spreken over: „Ge meenschap der heiligen". Spr. begint met te constateeren, dat dit begrip met een zekere routine gehanteerd wordt en dat daarom voorzichtigheid ge boden is. Er bestaan verschillende opvattin gen over, die alle deze fout vertoonen, dat ze in de eerste plaats geheel verkeerde be- teekenis aan de termen van dit begrip toe kennen en in de tweede plaats, dat ze de dingen van buiten af bekijken en zoo uit 't empirisch gegevene op willen klimmen tot het principieel gebondene. We moeten daarom teruggaan naar het geen de Schrift ons aangaande deze ge meenschap openbaart. Ook van de begrip pen in de Twaalf Artikelen kan geen woord gesproken worden, dat niet op Gods openba- ring rust. Men kan lang twisten over de vraag hoe dit begrip in de Twaalf Artikelen gekomen is. Deze zijn ontstaan uit oude doopsbelijde- nissen, maar in lang niet alle redacties komt het voor. In de oude Kerk legde men 't begrip Komonia toon hagioon gemeen schap der heiligen uit in verschillende zin. In de eerste plaats was er de opvat ting als zou er onder verstaan moeten wor den: gemeenschap aan dezelfde heilige zaken, nl. de sacramenten. In de tweede plaats: gemeenschap,met de heiligen in de hemel, de martelaren enz. Augustinus ver staat er de Kerk onder en wij volgen hem hierin. Daarom heeft dit begrip ook zijn plaats in het artikel over de eene, heilige, algemecne Christelijke Kerk. Is deze opvatting altijd aanvaard? Hét antwoord hierop moet ontkennend luiden. Modulaties in deze opvatting kunnen aan vaard worden, als zij niet de gronden van dit belijden doorbreken. Foutief is de opvatting, dat gemeenschap der heiligen wil zoggen: ik heb Christus in mij en nu geeft mij dat het recht ge meenschap te oefenen met die hetzelfde ge voelen. Ook het samenkomen op grond van reli gieuze adspiralics, van geestelijk kapitaal is onschriftuurlijk. Te verwerpen is verder de doopersche op vatting. die de gemeenschap der heiligen Zoekt in hot, invieme kringetje binnen de kerk, de ecclesiola in ecclesia. Steeds wordt hier de grond van de gemeenschap gelegd in wat vrucht is en niet in het primaire. De Reformatie greep weer terug naar het Woord Gods. Calvijn, <le Confessio Belgica, de Catechismus zijn daar rle bewijzen van. Met name is hier ook Bastingius' commen taar te noemen. Hij zegt: primair is de ge meenschap, die God gemaakt heeft. Zijn inlijving cler uitverkorenen in Christus. Die God die menschen tegen vleesch en bloed in gemaakt heeft tot Zijn kinderen. Bastih» giu.s legt de grond voor deze gemeenschap niet in de vruchten, maar in het primaire van Gods stichting dezer gemeenschap. Wat zijn nu die heiligen? De uitverkore nen, de geroepenen en gerechbvaardigdefl in Christus. De kerk van elke eeuw. De samenkomst, de congregatie die God eerst door een daad Zijnerzijds souverein gesticht heeft, en die nu door ons in gehoorzaam heid des geloofs onderhouden wordt Wat hebben wij nu aan deze solutie? In de eerste plaats komt God hierdoor tot Zijn eer. Hij plaatst ons voor die gemeen- sohap der heiligen. Het was niet ons werk. Hij dreef ons bijeen en wij hebben dit té erkennen. Alle mvstiekerij wordt hier verder radi caal de deur uitgeworpen, en het geloof kri'gv zijn plaats. Hoeveel menschen n.v. zijn er vandaag die de vraag naar de ge meenschap der heiligen losmaken van het institueeren der kerk. Gemeenschap der heiligen zien we niet alleen zijn effect hebben in de kerk, maar ook in het Koninkrijk Gods. Als de kerk herstelt wat in de beginne was, komen ook de kerkmenschen weer op hun juis'cé plaats te staan in de wereld.-In de kerk worden de menschen door Woord- en Sacra mentsbediening wedergeboren en gebakerd en krijgen ze de geloofssterking om nu op alle terrein des levens te werken naar alle geboden Gods. Gemeenschap der heiligen brengt op dit gebied o.a. mee oplossing der sociale kwestie, bestrijdt de zonde, brengt harmonieën waar disharmonieën waren. Staande in liet geloof van de gemeen schap der heiligen kunnen we ook de ket terijep van de laatste tijd afwijzen. Zoo heeft de dialectische theologie het begrip gemeenschap aangetast. Zij begon te toornen tegen dc gemeenschapswellust van romantiek en idealisme. Brunner ver heerlijkt de „Gemeinschaft" maar kan ig-een woorden genoeg vinden om do „Soeietat" zoo zwart mogelijk te schilderen. Ook hier wijst' het trekken van het open baringswoord dat God souverein gespro ken heeift, alleen de weg. Discussie In de discussie gaf prof. Schilder of) magistrale wijze nog de noodige verduide lijking aan zijn betoog. Verschillende vragen kwamen naar voren. Besproken werd de verhouding van Kerk eri Koninkrijk Gods; zichtbare en onzicht bare Kerk, de kwestie van de grond \oor de dpofiserkenning die spr. in dc katholiciteit van het Christendom wilde zoeken. De plu riformiteit als erkenningsgrond wees hij na- nadrukkelijk af. Ook de oecumenische beweging werd be sproken. Spr. was van meening, dat noch in Oxfórd, noch in Edingburgh een bukken was vóór de eischen van het Woord Gods ook voor de Kerk-inrichting en beoefening van dè gemeenschap der heiligen. Na de maaltijd, waar mr. van derFlier dè groeten van de N.C.S.V. overbracht, werd dé discussie in gezellige kring voortgezet, waar prof. Schilder nog op vele vragen van antwoord diende. Referaat Ds. J. W. Siertsema Giéteravond hield Ds. J. W. Siertsema vim Haarlem een referaat over de woorden „Want Uw is de kracht." Deze bede spreekt tot den mensch van onzen tijd, die oiii .kracht en krachtmenschen roept. Maar dén dreigt de zelfvergoding: individualisme en. staatsabsolufisme komen uit dezelfde zonde op, nl. dat de kracht bij den mensch gezocht wordt. Ook de Kerk is niet ontkomen aan de zou de, andere goden te kiezen dan Hem, die alleen God is. Sacramenten worden soms t»- magische middelen, gebeden en belijdenis tot tooverformules. Hiertegenover staat: Uw is de kracht. Zoo is de prediking een bctooning van geest en kracht, opdat on3 geloof niet zou zijn in wijsheid der menschen. maar in de kracht Gods. Hét bestaan der gemeente, hPt geloof der gèitteente, het leven der gemeente is er al léén door Gods kracht. Deze wereld is in haar geschiedenis het werkterrein van de verlossende kracht God?, heel de geschiedenis wordt door haar tw» heerScht, en ontvangt zoo haar bestemming en doel. Het is dan ook niet toevallig dat dit woord in de doxologie staat tusschen koninkrijk en heerlijkheid. Het koninkrijk komt, wordt door Gods kracht, dat is ook de Christus Gods verwezenlijkt, en zoo wordt steeds meer Zijn heerlijkheid openbaar. Door de kracht van Christus wordt deze wereld heen- gestuurd naar het einde. Hij grijpt van dag tot dag verlossend, reddend in, om zoo heci dd 'schepping te maken tot een lofzang, tot eén doxologie van den Naam des Heeren. En zoo is dit woord „Want Uw is do kracht" een woord van aanbidding, en öcs congres kan geen schooner besluit, vinden Maar tegelijk is daarmede gezegd, dat dit woord ons leven raakt. Wie God toch vindt als zijn Vader, die vindt ook de kracht Gods Wanneer ons leven hier evenwel vaak zoo arm is, wanneer wij niets meer tot stand brengen, wanneer Gods koninkrijk in ons leven niet meer doorbreci.t, dan wijst dit heen naar ongeloof, we zeggen niet meer kinderlijk: Onze Vader, we vertrouwen niet méér op onzen Heiland, want Hij is een kracht Gods tot zaligheid, een ieder, die ge looft. Niets kan Hem weerstaan om In ons Ie- vénj in ons denken en doen. in onze arbeid en studie, den Naam des Variers te verheer lijken, Zijn kracht, te openharen. Dan is onze roeping niet te groot, ons idéaal niet te hoog, dan kunnen geen moei lijkheden ons benauwen, geen gevaren ons déren, want ik vermag immers alle dingen door Christus, die mij kracht geeft. Dan klinkt in het „Onze Vader. Uw Is de kracht" reeds door het lied der aanbidding, dat. éénmaal hemel en aarde zal vervullen: Hém, Die op den troon zit, en het Lam, zij de dankzegging en de eer. en de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid. Slotwoorden tenslotte met een korte toespraak het Con gres gesloten. Hét twintigste Calvinistische Studenten- congres behoort weer tot het verleden. Tezamen hebben wij in de afgeloopen week ovér de problemen gesproken, die ons aller leveh raken. We hebben gezien, hoe God ons in Zijn openharing de oplossing schenkt. GèStérkt zijn we voor het werk, dat ons wéér wacht Het staat niet aan ons te be- oorrleelen in hoeverre het congres al of niet geslaagd mag heeten in alle opzichten. We! weten we dit. dat op dit congres in het tij zonder de eenheid van de Calvinistische studentenbeweging tot uiting kwam, zoo wel in discussie als in ontspanning. Daar voor kunnen we niet anders dan dankbaar zijn. Congres Lunteren, 1937, behoort tot het verleden. Zaterdagochtend gangen de deelnemers weer uiteen naar hun werk aan de universi teit, en het kamp ligt weer even stil en ver laten als Maandag bij de opening temidden der bloeiende heide en de ruischende bos- Ter gelegenheid van zijn 25-jarig jubileum als predikant der Geref. Kerk van Rotter dam is Ds F. C. Meyster gisteravond gehuldigd in het kerkeraadsgebouw-Amman- De voorzitter van een comité uit de ge meente, de heer H. J. van W ij 1 e n, heeft daarbij hartelijke en waardeerende woorden gesproken en den jubilaris een geschenk onder enveloppe aangeboden. Voorts werden hem aangeboden een perzisch tapijt, een fauteuil, een krantenbak en een theeblad. Het woord werd gevoerd door de heeren v. Bock el namens de catechisanten, Bos ma namens oud-catechisanten, A. G. Corbeth namens de commissie van beh r en de diaco nie, ouderling J. Manni namens kerkelijke colleges, en Mr. P. B. Bouman namens de Red. van de Kerkbode. In een ernstig en geestig dankwoord ge tuigde Ds. Meyster van de gevoelens, welke hem en de zijnen in deze dagen be zielden. Er was muzikale medewerking van de heeren H. H. Tobé, F. Tollig en Riede- TEL I5787-UÏRECHT NED. HERV. KERK Drietal: Te Eist, G. J. v, d. Burgt te Loenen (Vel.), C. M. v. Endt te Groenlo en H. Kluin te Neerbosch. Beroepen: Te Schelliumen, cand. A. Wisgerhof te Amersfoort. Te Lóón op Zand, cand. A. Vroegindewey te Waddinx- veen. Te Wirdum (toez.), J. Oosterhuis te Gasselte. Te West-Terschelling (toez.), cand. G. P. Klijn te 's-Gravenhage. Aangenomen: Naar Assen (Ned. Herv. Evang.), H. v. d. Loos Jr. te Lage Zwaluwe. Naar Kamerik, J. G. R. Langhout te Den Bommel. Naar Wartena en Warstiens, - G. Meijer Drees te Zutphen. Bedankt: Voor Woltersum, cand. G. Meijer Drees te Zutphen. GEREF GEM. HULPPREDIKERS Tot hulppredikers bij de Geref. Kerk van Dedemsvaart is benoemd de héér H. H e t m a n, cand. te Schoonebeek. GIFTEN EN LEGATEN Wijlen mevr. J. Breesnee heeft aan de Geref. Kerk van Rotterdam gelegateerd een som van f 6000.onder den last van vruchbgebruik gedurende het leven van een zuster der Gemeente. De V r ij e U ni versite it ontving een legaat groot f 6000 van wijlen Mej. G. M. v. Til, waarvan f 3000 voor de Medische facul teit. De diaconie der Geref. Kerk te Scheve- ningen ontving een gift groot f 1000. VRAAGT UW WINKELIER V.Z. PAP IN BLIK BETER DAN IN FLESSCHEN GEEN STATIEGELD NEEMT PROEF MET EEN BLIK V.Z. GORTEPAP of V.Z. BLOEMPAP Blijft geruimen tijd goed N.V. Vereenigde Zuivelbereiders Persoonsdam 18, ROTTERDAM, T.t 25030 VRAAGBAAK voorv CHRISTELIJKE INSTELLINGEI Vertrouwensadressen ten dienste vatl Stichtingen van Barmhartigheid. Zieken* huizen. Sanatoria. Instellingen. Tehuizen MODDERKOLK DUS Waddinxveen Tel. 2 MEUBELEN rschillende doeleinden Aan de fabriek te Waddinxveen Vondelstraat 7 te Amsterdam (Levering via wederverkoop) DRENTSCHE EXPORTSLACHTERIl ASSEN TELEFOON 10 prima Grove Metworst (Gerookt of ongerookt) en Grove Snijworst Vraagt ollerte of reizigersbezoelc DE ONDERLINGE BRANDWAARBORG MAATSCHAPPIJ Direct;. De Jong Co Keizersgracht 583 AMSTERDAM Tel. 41913; 44901; 44001 BRAND-, INBRAAK-, STORM- EN ANDERE VARIA-VERZEKER ING VAN DEN BRiEL EN VERSTER N.V. Linnenfabrieken - Eindhoven Leidend sinds 1847 op het gebied van: HUWELIJKSUITZETTEN en AANVULLING LINNENKAST ln Linnen, Halflinnen en Katoen. Stalen, Monsters en Reizigersbez. gratis Levering direct aan Particulieren 1 Toonkim Rotterdam, Rochn.aen.trant 3S3 Toonkamer Den Haagt Ia. Neerdcrroort 40 WOLTER DROS N.V. Ingenieursbureau Opgericht 1875 Amersfoort Van Perseynstraat 25 CENTRALE VERWARMING volgens alle systemen Automatische olie- en kolenstokers Complete sanitaire installaties Indien U doorslaande muren hebt of vochtige kelders, neemt dan eens een proef met „VOCHT EX" absoluut afdoende en geheel kleur loos Op aanvrage zenden wij U gratis en franco ons prospectus. Verkoopkantoor „Vochtex" Dubbeldam Telefoon 6073 Anttollandscli ^Koopman oor K. NOR E L (23 Hij stelt zichzelf gerust: Ik neem deze dingen veel te dramatisch op. Ik heb mijn overtuiging niet verloochend; ik ben bij mijn geloof gebleven. Ik neem niet deel aan de mis; ik roep de heiligen niet aan: ik houd me ook buiten de kettei- sche beweging. Maar dat is toch geen gebrek aan overtui ging, geen aanranding van mijn geloof, als ik me houd buiten een beweging, die kerken verwoest en een Abdij verbrandt? De Prins van Oranje heeft immers precies hetzelfde gedaan of eigenlijk nog erger. Die ging er vandoor, vluchtte naar de Dillenburg, terwijl ik, eenvoudig koopman als ik ben, op mijn post blijf. Als een voornaam heer, de leider van alles, zich zoo'n vlucht veroorlooft, wat heb ik dan mezelf te verwijten, als ik de kettersche beweging van een afstand gadesla? Waarom moet hij toch voortdurend denken aan de vluch telingen, die in Januari weggegaan zijn? Waarom komt tel kens weer het gevoel boven: Ik hoor daar ook bij? Waarom ziet hij telkens Jan Derksz voor zich, voortstrompelend over het gladde,, scherpe ijs, de zon tegemoet? En waarom moet ge durig een stem in zijn hart zeggen: de arme Jan Derksz is toch gelukkiger dan zijn rijke baas? Hij gelooft immers dat de Bijbel het Woord van God is; de prediking van Andries Dirksz neemt hij volledig aan. Hij weet, dat alleen het geloof in Christus zalig maakt. Het geloof in Christus? Ach, wat is tegenwoordig alles ver af en vaag, begraven naar het schijnt onder de eischen, die zijn bedrijf hem in toenemende mate stelt. Hij zou nooit zulke gunstige resultaten verkregen hebben, als hij niet met zijn zaken was opgestaan en naar bed gegaan. Als hij niet pre cies nagegaan had. waar vracht te vinden was en haring te plaatsen. Wie mag hem euvel duiden, dat hij op zijn zaken past en daarin opgaat? Is dat soms verkeerd? Wie zich slap aanstelt in zijn werk is de broeder van een doorbrenger, heef Salomo immers gezegd? Ja, maar Christus zeide: Zoekt eerst het Koninkrijk Gods en alle deze dingen zullen u toegeworpen worden. Buiskes voelt zich al weken lang geslingerd. Het bevredigt hem niet om van verre te blijven staan, om zijn broeders in het geloof aan hun lot over te laten. Hij voelt zich soms haast een verrader van de goede zaak, en hij kan met heimwee terugdenken aan de voorbijgegane jaren. Toch komt hij er niet toe, om weer naar de samenkomsten te gaan, die in het diepste geheim op donkere zolders achter nauwe stegen nog steeds gehouden worden. De troepen van Alva trekken al hooger naar het noorden. Tal van steden krijgen Spaansche garnizoenen. Blokhuizen worden voor hen gebouwd, naar het heet om de steden beter tegen overvallen te verdedigen, maar als ze klaar zijn en be wapend worden, dan zijn de monden der kartouwen niet naar buiten maar op de steden gericht. De Nederlanden zuchten onder vreemde heerschappij. Als Buiskes daaraan denkt kan hij zijn vuisten ballen, zoodat de knokkels wit trekken. Philips maakt van de Neder- M 'j i CCT SPaansch wingewest. Onder Karei V waren de Nederlanden een deel van zijn groote Rijk met geen mindere réchten dan welk ander deel ook. Nederlanders regeerden mee over de pas ontdekte vreemde landen in het verre westen en zuiden. Ja feitelijk was een Nederlander souverein qe- r over het groote rijk. waarin de zon nooit onderqlnq want Keizer Karei liet zich immers gaarne voorstaan op zijn Nederlanderschap. Nu heerscht er een Spanjool en deelen bpan,aarden d.ens bevelen uit. Zij willen de Nederlanders knèchten zooals zij de Mooren hebben geknecht. Nederlan- r°T één kam ^schoren met de zwarte heidenen uit Afrika. En de edelen, die eerst in opstand waren, bukken zich nu onder het Spaansche juk. Willem van Oranje vluchtte land al ur®' Cn heer van Breder°de stroopt het eigen Er loopen geruchten, dat de Prins daar op Dillenburg toch niét heelemaal werkeloos zou blijven. Hij moet er over denken om. in bond met de Duitsche vorsten en de Fransche Huqe- noten een inval te doen in de Nederlanden en de strijd tegen Alva aan te binden. Een leger zou hij tot 3it doel uitrusten en hij zou van plan zijn een vloot in zee te brengen. De ge ruchten zijn haast ongelooflijk. Hoe zou de Prins op eigen gelegenheid een leger kunnen uitrusten in staat om slag te léveren met de Spaansche troepen? Hij mag rijk zijn. de kos ten van een veldtocht gaan uit boven het vermogen van welke particuliere beurs ook. Een heel land moet zulke kosten dragen. En waar haalt hij een vloot vandaan? Daar weten ze hier in Enkhuizen van mee te pra.ten, noeveel het kost om een Sflialdfcel ujft4e rusten tegen de kapers van Duinkerken of Algiers. Het zijn hersenschimmen. Maar als het kan. als het wéér was, dat Oranje niet gevlucht is om de Nederlan den aan hun lot over te laten, maar om daar op de Dillenburg plannen tegen Alva voor te bereiden, danja, dan heeft hij een heel verkeerd oordeel over den Prins geveld. Dan ia hij geen lafaard, maar een tacticus Buiskes betrapt er zich op, dat hij alweer met zichzelf ln tegenspraak komt. Hij wou immers met het verzet tegen Alva evenmin iets te maken hebben als met de kerkelijke strijd. Hij wou zijn geloof in stilte belijden en zich alleen be moeien met zijn handel en zijn reederij. En nu komt de be geerte naar vrijheid van de vreemde overheersching even hard boven als het verlangen naar de samenkomsten van de ketters. Buiskes. waarschuwt hij zichzelf, waar zijn je oude zekerheid en rust gebleven? Hoe komt het dat je zoo onte vreden bent over je houding van de laatste maanden? Hoe zit dat toch, dat je zoo'n diep respect hebt voor de menschen. je vrienden, die trots alle gevaar nog regelmatig samenkomen, en dat je vereering voor den Prins weer begint te groeien nu elke week je nieuwe berichten brengt, die het steeds zekerder maken, dat Oranje daar in Duitschland. het werk tot bevrll- ding van de Nederlanden, in Holland en Vlaanderen al jaren geleden begonnen, met kracht voortzet? DHfetJ® de,.tiid van dc terugkeer van de buizenvloot. De „Kafael is binnen met een goede vangst. De andere schepen zullen nu ook wel spoedig komen. (Wordt vervolgd.)]

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9