PROF. DR. H. H. KUYPER NEEMT AFSCHEID J3loemen en WOENSDAG 2 JUNI 1937 DERDE BLAD PAG. 9 De heilige katholieke christelijke kerk Tele sprekers gaven uiting aan hun weemoed en dankbaarheid Gisterenmiddag heeft Prof. Dr. H. H. K u y p e r in het Paedologisch Instituut aan de Vossiusstraat te Amsterdam zijn arbeid als actief hoogleeraar aan de Vrije Univer siteit neergelegd na 37-jarigen dienst. Ter gelegenheid daarvan heeft zich een comité gevormd, voornamelijk bestaande uit oud leerlingen. In dit comité hadden zitting Dr. H. Kaajan, voorzitter, Dr. Th. Buys Jr., secretaris, Dr. J. W. van den Bosch, D s. M.' B 0 u m a n, Ds. J. D o u ma Az.. Ds. R. Oosterhoff, Dr. H. C. Rut gers, Ds. V i s s er, de heer A. L. van Schelven, rector van het studentencorps aan de Vrije Universiteit, en de heer H. H. Grosheide, praeses van de Theologische Faculteitsvereeniging. De belangstelling voor 't afscheidscollege .Van Prof. Kuyper was van dien aard, oat de zaal de belangstellenden nauwelijks kon bevatten. We zagen de directeuren van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gercf Grondslag J. J C. v a n D ij k, Mr. H. Bij le veld, Mr. G. H. A. Grosheide. Mr. ,1. Terpstra en G. W o 1 z a k Tlzn. Vervolgens de curatoren Mr. S. de Vries Cz., Mr. J. Verdam en Ds. T. Ferwor- d a, de curatoren van de Theologische Hoogc- sohool te Kampen Ds. F. C. M e y s t e r en Ds. J. L. Schouten. Namens het college van hoogleeraren aan de Theologische Hoogeschool waren aanwezig de professoren Mr. Dr. G. M. den Hartogh en Dr. J. Ridderbos. Deputatcn voor de oefening van het verband met de Gereformeerde Ker ken waren vertegenwoordigd door de predi kanten W. B r e u k e 1 a a r en J. L. Schou ten. De Senaat van het Studentencorps aan c.e Vrije Universiteit en het Bestuur van 'de Theologische Faculteitsvereeniging waren in hun geheel aanwezig. Overigens werd de zaal geheel gevuld door vele predikanten, studenten en verdere belangstellenden. Als Prof. Kuyper, door den rcctor-mag- nificus, Prof. Dr. J. Waterink voorafge gaan cn gevolgd door den decaan van de theologische faculteit. Prof. Dr. F. W. Grosheide, het podium betreden heeft, .vangt hij na gebed zijn rede aan. handelend 'de katholiciteit van de Gereformeerde Kerken. De naam „katholiek" wordt ten onrechte 'door de Roomsohen voor zich opgeëischt. Terwijl Luther het woord in de belijdenis schrapte, hebben de Gereformeerde schrij- ,vers steeeds gesproken van „unasancla catho lica ecclesia". Christus heeft niet een natio nale, maar een wereldkerk gesticht. En wel iswaar zijn de plaatselijke kerken zelfstan dige openbaringen va'n het lichaam van Christus, maar de eenheid van het lichaam moet gehandhaafd en erkend blijven. Deze eenheid kwam sterk tot uiting in de oecume nische concilies van de Kerkvaders. Aan haar bestaan maakte, het schisma een einde. Meermalen zijn pogingen aangewend, om fle katholicitieit der kerk tot uiting te brengen. De eerste was van den aartsbis schop van Canterbury, Cramner. Al kon zijn plan niet slagen, zulks neemt niet weg, 'oat het werd toegejuicht door Calvijn, die ;van oordeel was, dat geen arbeid of moeite mocht worden gespaard, om de eenheid te herstellen. De tweede poging was van Koningin Eli sabeth. Thans bedoelde men tegenover de Lutheranen de eenheid der Gereformeerden te versterken. Het resultaat was een „har- monia confessionum", waarvan in 1612 tot 3654 een nieuwe uitgave verscheen. Een derde poging werd gedaan door Ds. Du Moulin, die daarbij gesteund werd door Koning Jacobus I van Engeland. Voordat men met de volvoering van de plannen ge heel gereed was, kwam de Synode van Dor drecht bijeen. Hier heeft het concept van Iden predikant Du Moulin, zij het ook achter de schermen, een rol van beteekenis ge- ppeeld. Op de Synode van Dordrecht waren de buitenlandsche kerken vertegenwoordigd, behalve die van Frankrijk, aan welke afgevaardigden op doodstraf verboden was. naar Holland te trekken. Deze Synode is de cenige oecumenische, in ons land gehouden. In de pluriformiteit van de belijde nisgeschriften der Gereformeerden komt uit, hoe hun kerk niet, zooals de Luthersche, een landskerk is, maar een katholieke. En de eenheid bleek wel hieruit, dat geen kerk wijzigingen aanbracht, zonder overleg met de andere. Bij het saamroepen van oecumeni sche synodes hebben we te bedenken, dat boven de jenheid der kerk staat de waarheid Gods. Het verblijdde spreker, dat in de Gereformeerde Kerken na haar herstel de band met de buiten- landsche Gereformeerde Kerken weer is aangeknoopt en de Synodes van deze Kerken een krachtige poging doen, om weer tot een oecumenische Synode te komen. Alleen zulk een Synode toch is in staat, een oplossing te geven in de moeilijke vragen van onzen tijd. Aan het eind van zijn rede zeide Prof. Kuyper, met weemoed in het hart heen te gaan. Hij heeft zijn ambt met liefde ver vuld, omdat hij het zich een cere achtte, te mogen doceeren aan de stichting van zijn Vader, maar bovenal omdat deze Universi teit het licht van Gods Woord laat uitstralen over alle wetenschappen, in katholieken zin. Spr. herinnert eraan, hoe hij de stichtings bijeenkomst van de Universiteit heeft bijge woond en dat hij een van de eerste leerlin gen der inrichting was. Later werd hij in den kring der hoogleeraren opgenomen. Thans legt hij zijn ambt neer met woorden van dank jegens directeuren en collega's en met de bede, dat God de Universiteit be ware, versterke en steeds meer tot zegen stelle. Op deze gedocumenteerde, in prachtige zinnen gebeeldhouwde rede, waarnaar in grootc stilte geluisterd werd. volgde een langdurig applaus, dat de dank van alle aanwezigen en de ontroering wegens de woorden van afscheid vertolkte. Verschillende toespraken Vervolgens trad de heer J. J. C. v a n D ij k, president-directeur, naar voren, om namens het directorium den scheidenden hoogleeraar toe te spreken. De heer van Dijk weet zich oe tolk van het Gereformeerde volk, als hij Prof. Kuyper dank zegt. Het is thans een weemoedige ure, omdat afscheid genomen wordt van een levenstank. Wel is de band in zekeren zin losgemaakt, doch aan alle arbeid van Prof. Kuyper komt daarmee nog geen einde. Spr. wenscht den scheidenden hoogleeraar toe, oat God hem spare en Zijn gunst hem nahij blijve. (Applaus). Mr. S. ae Vries Czn., president-curator, wijst erop, dat Prof. Kuyper steeds een be trouwbare gids geweest is voor het Gere formeerde volk. Hij is een erkende autori teit op het gebied van kerkrecht en kerkge schiedenis. Dat wil niet zeggen, dat allen daarom even sympathiek tegenover u staan. Spr. herinnert aan de woorden, dezer dagen aan Prof. Kuyper toegevoegd, nl. dat het goed is, niet alleen een breeoe, maar ook een ronde rug te hebben. De curatoren heb ben het zeer op prijs gesteld, dat Prof. Kuyper, toen de leeftijdsgrens in strikten zin reeds was gekomen, zijn arbeid voor een deel heeft voortgezet. (Applaus). Ds. W. B r e u k e 1 a a r, sprekend namens het verband met de Gereformeerde Kerken„ zegt dat de balans van het leven van Prof. Kuyper nog niet kan worden opgemaakt. Doch wel kunnen we thans reeds zeggen, dal hij voor de Kerken een man van onbereken bare bcteokenis is geweest. Zijn colleges waren altijd vrucht van dege studie en ge tuigden van zoldzamen drang, uitgaande van de Gereformeerde beginselen. Voor de Ker ken heeft Prof. Kuyper zich zeer verdienste lijk gemaakt door het geven van honderden adviezen, door zijn persarbeid, op de gene rale synodes, en bij de vorming van tal van van dienaren des Woords. Als in de Licht stad de balans wordt opgemaakt, zal blijken dat het werk van Prof. Kuyper niet ijdel is geweest in den Heere. De rector-magnificus, Prof. Dr. J. Wate- r i n k, ziet als eenig lichtpunt in het af scheid, dat Prof. Kuyper ter beschikking blijft voor raad en advies. Als wc achterom zien, moeten we erkennen, dat de scheiden de hoogleeraar een sieraad is geweest voor de Universiteit, niet alleen, zegt spr.. omdat ge den naam Kuyper draagt, maar niet min der. omdat ge door kennis, nauwgezetheid en correctheid u een naam hebt verworven, binnen en buiten de grenzen. De ouoste generatie van hoogleeraren is heengegaan. Thans zien we ook de tweede vertrekken In uw afscheid voelen we te meer de verantwoordelijkheid, welke op de derde gereratie van hoogleeraren rust. Prof. Dr. F. W Grosheide, decaan van de theologische faculteit, erkent, dat nu ten opzichte van Prof Kuyper het woord „col lega" hem moeilijk over de lippen komt. De scheidenoe hoogleeraar is tot hooger eer geroepen dan spr.. omdat het hem voortaan vrij staat, college te geven of dit na te laten (Vroolijkheid.) Het is thans een weemoedige ure. Ook daarin zijn de professoren rijk gezegend ge weest, dat de goede verstandhouding nim mer werd verstoord. De samenwerking was stcec.s aangenaam. God geve u nog langen tijd krachten, om onzen kring te dienen. Namens de leerlingen in engeren zin spreekt de heer H. H. Grosheide. Hij geeft uiting aan zijn bewondering voor den vorm waarin, en de wijze waarop Prof. Kuy per zijn colleges gaf. Spr. vermeldt, dat de scheidende hoogleeraar eens sprak over de Bartholomeüsnacht, en wel op een dergelijke spannende wijze, dat de studenten ademloos afwachten, hoe het zou afloopen. (Gelach.) Het contact, dat Prof. Kuyper tot stand bracht met zijn leerlingen werd door zijn leerlingen immer op zeer grooten prijs ge steld. Prof. Mr. Dr. G. M. den H a r to gh, spre kend voor het college van hoogleeraren aan de Thelogische Hoogeschool te Kampen, vertolkt nu namens dit college zijn be wondering voor de wijze, waarop Prof. Kuy per steeds zijn liefde voor de beginselen tot uiting bracht. Al zijn arbeid were gedragen door de gedachte van Gods genade. Dr. H. Kaajan het woord voerend na mens de oud-leerlingen, herinnert aan de in- augureele rede van den thans scheidenden hoogleeraar. Aan het program, hierin aan gegeven, is Prof. Kuyper trouw gebleven. Daarom is er naast weemoed nu ook r.ank- baarlieid. Op lucide wijze werden de colleges gege- en. Transparant was het onderwijs. Er was een logische betoogtrant, en daarnaast droeg het doorzettingsvermogen bij, om de col leges op hoog plan te zetten en te houden. Prof. Kuyper is een ordetype, maar zijn artistieke flair bewaarde hem voor dorheid. Vormschoonheid werd gepaard aan keus van woorden en schoone woordplastiek. De critische geest be waarde bij dit alles voor losbandige phantasie. Spr. meent te mogen zeggen dat de ijver voor Gods huis Prof. Kuy per schier heeft verteerd- Namens de oud-leerlingen biedt spr. ver volgens een album aan met de namen dezer oud-leerlingen, en bovendien een enve loppe met inhoud Ontroerd heeft Prof. Kuyper allen spre kers dank gezegd, opmerkend, dat dit laat ste college een van de treffendste oogenblik- 3ii van zijn leven zou blijven. Nadat Prof. Grosheide de samenkomst met gebed haa gesloten, verlieten Prof. en Mevrouw Kuyper de zaal. terwijl de aan wezigen hun het corpslied toezongen. Ver volgens was er gelegenheid, den scheidenden hooglceraar en zijn echtgenoote de hand te rlrukken, waarvan zeer velen gebruik maakten. Na het afscheidscollege aan de Vrije Universiteit te Amsterdam van Prof. Dr. H. H. Kuyper hebben zeer velen hem dehand gedrukt. Op onze foto v.l.n.r. Mevr. KuyperHeyblom, Prof. Kuyper. Prof. Dr. D. Nauta. de opvolger van Prof. Kuyperen Prof. Dr. f. Water'nik, rector-magnificus van de Vrije Universiteit. Prof. Dr. H.H. KUYPER Nog levendig herinner ik mij, hoe Prof. Dr. H. H. Kuyper, die, hoewel reeds enkele jaren emeritus, zijn afscheidscollege hield en daarmede zijn eigenlijken academischen arbeid beëindigde, oen 26 Januari 1900 zijn inaugureele rede uitsprak over Het Gere formeerd Beginsel en de Kerk geschiedenis. Ik was toen eerste jaars student en dus nog niet toegelaten tot de eigenlijke theologische lessen. Dat wilde niet zeggen, dat die lessen ook niet de volle belangstelling hadden van ons, jonge studen ten. We leefden nog onder de bekoring van de machtige rede, die Dr. A. Kuyper weinige maanden geleden over Evolutie had ge houden, we hadden er opnieuw zijn groot meesterschap in bewonderd en hem er, indien het mogelijk was nog liever door ge kregen. Dat was de vader, nu kwam de zoon. En die zoon zou niet slechts onderwijs geven in fle ambtelijke vakken, die destijds aan de Vrije Universiteit niet werden onder wezen, hij zou ook het vak Vaderlandsche Kerkgeschiedenis overnemen van wijlen zoo terecht geëerden en geliefden Prof. Rutgers en dat vonden we maar zóó zóó. Zou iemand het Rutgers verbeteren? Wel had de jonge Dr. Kuyper een boek geschreven over de Postacta, maar dat hadden we nog niet lezen en hebben we pas later als een mees terwerk leeren waardeeren. Van den Leeu warder predikant wisten wij, studenten, niet heel veel meer dan dat hij de zoon van zijn vader was. De inaugureele rede was voor ons een openbaring! Dat was niet alleen geschied- beschrijving, ze gaf geschiedbeschouwing. En op welk een wijze! Ze trok lijnen, ze toon de groote kennis van feiten, ze gaf een pro gramma. Het maakte diepen indruk op Meer dan één kocht een of meer van de boe ken, die door Prof. Kuyper waren besproken. En al zijn mijn eigen studiën een gansch anderen kant opgegaan, nog altijd staat in een van mijn boekenkasten het werk van F. ae Rougemont dat ik me aanschafte onder den indruk van Kuypens rede. Ik herinner aan deze dingen, omdat de rede, waarmee Prof. Kuyper zijn arbeid be gon niet alleen een program gaf, maar nu na zeven en dertig jaren is gebleken met terdaad oe lijnen van Kuypers academischen arbeid te hebben bepaald. Ik sprak daar over den academischen ar beid, want daarover wil ik iets schrijven bij dit afscheid. Toch moet ik althans noemen, dat dit niet het eenige werk is, dat Prof. Kuyper heeft verricht. Ieder denkt aan De Heraut, waarin Prof. Kuyper al spoedig men denke ook aan het ministerschap van Dr. A. Kuyper begon te schrijven en waar van hij later hoofdredacteur werd. Ieder denkt aan zijn uitgebreide correspondentie, waarin hij adviezen geeft over kerkrechte lijke zaken aan vele personen en colleges in de Gereformeerde Kerken en ook, dat mag wel eens gezegd worden, wel daarbuiten. Dat alles hangt met den academischen ar beid natuurlijk wel samen. Men kan hier met recht zeggen, dat het éln niet is zonder het ander. Maar het is toch ook een beletsel voor dien arbeid gebleken. Want het heeft Prof. Kuyper verhinderd meer dan één studie af te werken en uit te geven, die goed als gereed ligt. De academische anbeid dan heeft zich geheel ontwikkeld naar het programma in de rede aangegeven. Daarbij kwam de voor een historicus en canonicus zeldzaam lukkige omstandigheid, dat Prof. Kuyper aan zeer groote feitenkennis paart het zien van de groote lijn. Daarin is hij een zoon van zijn vader. Het leven van Calvijn, ook van de andere hervormers, heeft voor hem geen geheimen. De geschiedenis van d bloeiperiode van de Gereformeerde kerken i: Nederland kent Kuyper tot in de kleinste bijzonderheden. Maar hij is nooit een peute raar geworden. Altijd heeft hij de feiten ge geven in grooter verband. Dat is reeds voor de kerkgeschiedenis van beteekenis, maar misschien nog meer voor het kerkrecht Het Gereformeerde Kerkrecht heeft weinig posi tieve bepalingen. Zeer veel moet overeen komstig de beginselen worden bepaald en gedaan. En juist daarin heeft Prof. Kuyper zich een meester getoond. Dat is vai meer belang omdat de loop der gebeurte nissen op kerkelijk terrein Prof. Kuyper meer en meer naar het terrein van Swift-zomerschoentjes zijn ais bloemen. Even mooi, even kleurig en volmaakt. Men tracht de succesvolle Swift-creaties dan ook na te bootsen. Maar zoomin als 'n nagemaakte bloem het kan halen bij een echte, evenmin kan 'n nagemaakte Swift de echte Swift-schoentjes nabij komen. Alleen SWIFT geeft U blijvende voldoening. Eischt daarom dat Uw schoenwinkelier U Swift geeft, als U van mooie schoentjes houdt. Het merk staat in de zool. f. 4.95 alle Swift-Zomerschoentjes f4.95 Kerkrecht heeft gedreven. En dan moet met name worden genoemd zijn strijd tegen de hiërarchie aan den éénen kant, dien tegen het independentisme aan den anderen. De ambtelijke vakken, waarvoor Prof. Kuyper ook benoemd was, heeft hij niet lang onderwezen. Maar tot tweemaal toe heeft hij ad interim de dogmatiek waarge nomen. En het is, voor wie het niet wisten, toen wel gebleken, welk een uitnemend kenner Kuyper is van de Gereformeerde dogmatiek. Prof. Kuyper heeft het verre van gemak kelijk gehad in zijn leven. De laatste jaren heeft hij lichamelijk veel geleden. Toch heeft de Heere, en we hebben er Hem voor ge dankt, Prof. Kuyper in dien weg ook won derbaar gesterkt en hem zelfs bekwaamd, om toen hij den zeventig jarigen leeftijd had bereikt, althans nog college te blij geven in het Kerkrecht. Wie Prof. Kuyper van nabij heeft gadegeslagen weet, dat hij met ontzettende inspanning veel arbeid heeft verricht, terwijl hij zich volkomen ziek vóelde. Prof. Kuyper heeft het ook moeilijk gehad onder de beoordeeling van de men- schen. En dat heeft hem, die groote be hoefte heeft aan hartelijkheid, dikwijls veel pijn gedaan. Het is nu nog niet de tijd om veel van deze dingen te zeggen. Maar op twee dingen kan ik toch wijzen. Men heeft Prof. Kuyper vaak beschuldigd, dat hij door dik en dun de verdediger was het werk van zijn vader. Dat is hij niet Prof. Kuyper staat niet zonder kritiek tegen over het werk van zijn vader. Wie dat zien wil moet den tweeden druk van de Encyclo paedic maar eens nauwkeurig met den eer sten vergelijken. Maar Prof. Kuyper is van oordeel, dat zijn vader het in het algemeen bij het rechte einde had en dan wordt strijd voor het werk van zijn vader een Btrijd voor de waarheid. Zoo heeft men Prof. Kuyper ook meer dan eens heerschzucht in het kerkelijk leven verweten. Ook daar van is geen sprake. Kuyper is overtuigd de juistheid der door hem voorgestane kerkrechtelijke beginselen en daarom strijdt hij er voor. Ik ga op deze dingen thans niet verder in, maar geheel er van zwijgen mocht ik niet. Zoo heeft Prof. Dr. H. H. Kuyper thans na meer dan 37 jaren het werk aan de Vrije Universiteit neergelegd. Die Universiteit ver liest veel in hem en ik weet, dat allen, die aan haar verbonden zijn, hopen, dat de arbeid nog niet geheel zal zijn afgebroken. Immers Prof. Kuyper is zeer gezien in den kring van zijn collega's en ook bij de stu denten. Ik weet wel, dat er tijden zijn ge weest, dat de studenten, vooral omdat ze Prof. Kuyper in de nogal rumoer opnemende collegezaal moeilijk konden volgen, wel eens niet allen even trouw de colleges volgden. Maar gebrek aan waardeering was dit niet en wanneer ze later in de praktijk van het ambt waren, hebben ze dankbaar Kuypers lessen in toepassing gebracht en nog menig maal zijn raad ingeroepen. Zoo ziet de Vrije Universiteit, zoo zien velen met weemoed Prof. Kuyper scheiden van den academischen arbeid. Ook omdat daarmede weer een band aan het verleden verbroken wordt en de naam Kuyper niet maar aan de Vrije Universiteit verbonden zal zijn. Het is aller wensch, dat de Heere onze God Prof. Kuyper nog vele jaren mogen sparen en sterken om zijn arbeid ook op het gebied der wetenschap voort te zetten. F. W. GROSHEIDE MINDER JUISTE VOOR STELLING VAN FEITEN Voor eenige dagen bevatte De Banier het orgaan van' de Staatkundig Gerefor meerde Partij een uitvoerig relaas van eenige onverkwikkelijke gebeurtenissen, die in het vredige dorp Staphorst, in het Over- ijsselsche, zouden hebben plaats gehad Op den avond voor de verkiezingen trad aldaar voor de Staatkundig-Gereformeerden op Ds. Zandt. Daartoe was de zaal in de Boerenleenbank afgehuurd. Na 45 minuten echter gelastten de burgemeester van Stap horst en de President van de Boerenleen bank den spreker zijn rede te eindigen. Toen daarop de spreker het laatste Psalm vers opgaf, zou de heer Duymair van Twist, die naar Staphorst gekomen was om voor de Anti-Revolutionaire Kiesvereeni ging te spreken, spottend hebben gelachen Vervolgens zou Ds. Zandt den menschen verzocht hebben, met hem de zaa.1 te ver laten, waaraan zeer velen zouden hebben voldaan. In een der lanen van Staphor!' zou Ds. Zandt toen nog enkele woorden hebben gesproken, waarna een tweetal Psalmverzen werd gezongen. Aangezien deze mededeelingen ons ietwat vreemd voorkwamen, omdat zij zouden blijk geven van weinig eerbied van grondwettelijk gewaarborgde recht vergadering, hebben we ter bevoegder plaatse inlichtingen ingewonnen. Deze uit Staphorst ontvangen inlichtingen werpen een merkwaardig licht op de wijze, waarop het orgaan van c Staatkundig-Gereformeerde Partij over deze aangelegenheid zijn lezers op de hoogte bracht Zulks blijkt, als we melding maken maken van hetgeen gebeurd is. De zaal van de Boerenleenbank was door een misver stand, waarvan het Bestuur der plaatselijke Anti-Rev. Kiesvereeniging niet de verant woordelijkheid draagt, zoowel aan de S.G P. als aan de A.R.P. verhuurd. Om aan beide huurders tegemoet te komen, besloot het Bestuur van de Boerenleenbank, eigenaar van de zaal. dat zij tot 9 uur 30 zou worden afgestaan aan de S.G.P., en daarna aan dd A.R.P. Eerst tegen 9 uur begon de S.G.ft haar vergadering, en volgens onzen zegs man, „op zijn elf en dertigst". Om 9 uur 33 dus toen de vastgestelde tijd reeds ver streken was, verzochten de Voorzitter vai| de Boerenleenbank en d? Burgemeester aait Ds. Zandt, zijn rede te eindigen. Psalmver* en dankzegging werden toegestaan. Ondertusschen waren enkele Staats kundig-Gereformeerden begonnen te schelden. Een hunner meende den heer Duymaer van Twist te moeten toe voegen: „Jou ouwe grijze, houd oe stil-" Dat de heer Duymaer van Twist voor leege banken zou hebben gesproken, is on juist, want velen, die niet bij Ds. Zandt waren geweest, kwamen nu wel binnen. In de Kerksteeg heeft Ds. Zandt nog even ge sproken, ma<ar men is uiteengegaan zonder dankzegging en zonder zingen. Aan het einde van de vergadering, waar de heer Duymaer van Twist heeft gespro ken, heeft de Voorzitter van cie Anti- Revolutionaire Kiesvereeniging erop gewezen, dat de Staatkundige Gereformeerden blijkbaar geen eerbied hebben voor de grijsheid, al noemt de Bijibel haar een sierlijke kroon. Hieraan voegen we toe, wat de Burge* meester van Staphorst meedeelt inzake hQtj verslag in De Banier: „De voorstelling, welke daarin van het voorgevallene gegeven wordt, wemelt van onjuistheden, waarop ik niet wil ingaan* omdat ik èn het Bestuur van de A. R* Kiesvereeniging èn dat van de Boeren leenbank èn den heer Duymoer van Twist wel bevoegd en capabel genoeg acht* desgewenscht al het scheeve en verdraai* de ervan recht te zetten. i Alleen wat mij zelf betreft, het vol* gende: j Toen de aan Ds. Zandt toegemeten tijd om te spreken verstreken was, ben ilc naar hem toegegaan en verzocht ik hem, namens het bestuur der A. R. Kiesver eeniging en den Voorzitter van de Boeren leenbank, te eindigen. Ik bracht dit verzoek over, omdat ik: niet gaarne tumult wenschte en voorzag, dat onaangenaamheden konden voor komen. Ook daarom antwoordde ik den heep Zandt op zijn vraag, dat ik niets ge* lastte, slechts verzocht Had Ds. Zandt toen hij weer door sprak, geen gevolg gegeven aan den eisch' van den Voorzitter van de Boerenleen bank, om zijn rede te eindigen, en had deze daarna mijn hulp ingeroepen, dan pas was mijn hulp ingeroepen, om „amb telijk te gelasten". De heer Zandt heeft dit vermoedelijk ook wel zoo aangevoeld en toen „eieren voor zijn geid gekozen" enmoppe rend een Psalmvers laten zingen, waarna hij een dankgebed uitsprak. Waarom de heer Zandt den zetter last gaf, met vette letter te drukken dat ik een Anti-Revolutionaire Burgemeester ben (en dus partijdig optrad?) ontgaat mij ten eenenmale. Mocht het als een verdachtmaking bedoeld zijn, dan zou zulks geen compliment bevatten voor mijn, tot zijn partij behoorende collega's, van wie hij dan blijkbaar in een geval als het onderhavige, „hulp en bijstand" verwacht zou hebben". De verkiezingsuitslagen te Staphorst We laten hier volgen de verkiezingsuit slagen van Staphorst, waarbij ter toelich ting diene, dat de Staatkundig-Gerefor meerden, naar we vernamen, gerekend had den op niet minder dan 1200 stemmen. Het eerste cijfer is van de verkiezingen in 1937* het tweede van die van 1935, het derde van die van 1933. R. K Staatpartij 15 (7; 7); S.D.A.P. 178 (186; 201); Anü-Rev. Partij 1636 (1214, 1674); Chr. Hist. 190 (220; 157); V. B. 82 (331; 133); V. D. 335 (93; 196); Comm. 15 (3; 2); S.G.P. 744 (958, 711); R. S. A. P. 4 (3, 13); Nat. Boeren 12 (7, 160); K. D. U. (5, 6); N. S. N. A. P. 2; C. D U 35 (58, 17); N. S. B. 126 (179 H. G. S. 2 2); Chr. Nat. Actie 163; Actie Bouw man -2; Nat. Herstel 5). Tot slot: Mogen wij hiermee afscheid nemen van deze zaak? Aan beide zijden zou men waar schijnlijk iets anders gehandeld hebben, kon men alles vooruitzien. Zoo iets komt echter altijd plotseling uit de lucht vallen. IN EEN LIFT BEKNELD GERAAKT Gistermiddag omstreeks kwart voor één is in de meel- en broodfabriek oer N.V. B. Hus. aan de Jac. Catsstraat te Den Haag een 14-jarig meisje, J. S. geheeten. wonende in de Zorgvliedstraat, met het hoofd tusschen een automatische lift bekneld geraakt. In zeer zorgwekkenden toestand is het slachtoffer door den gem. geneeskundigen dienst naar het ziekenhuis aan den Zuid- wal, vervoera. waar zii aan de bekomen verwondingen is bezweken. De oorzaak van het ongeluk is nog niet vastgesteld. Gisteren werd door de Bijzondere Vrijwillige Landstorm op het landgoea ..Di Zwaluwenberg te Oldebroek een Landdag gehouden. De Minister van Binnen- landsche Zaken Mr J. A. de Wilde en de voorzitter der Nationale Landstorm- Commissie Lt^-Gen. b.d. L. FDuymaer van Twist slaan de gevechtsdemonsratie van het 2de Reg. Veld-artillerie gade.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9