rvoot onfoz vxoiwom WEKELIJKSCHE BIJLAGE llamüüekkm 0ONRADS KNIPPATROON E N F A" K*G t BESH 6 R" STATIONSWEG 15A tl Iets over het dragen van schoeisel Terwijl het wel vast staat, dat schier overal ter wereld de mensch o,p de een of andere manier zijn voeten van een be scherming voorziet in den vorm van schoen, laars of sandaal, valt niet gemakkelijk uit te maken, in welke landstreek men het eerst deze voetbedekking uitgevonden en toegepast heeft. Vermoedelijk hebben onder verschillende hemelstreken de menschen in den ouden tijd dezelfde ontdekking ge daan, namelijk, dat, waar veel geloonen- wordt, een weg ontstaat, en waar zich een harde bodem onder de bloote menschelijke voetzool bevindt, loopt deze de kans zich tc bezeeren, vooral als men het wegdek nog van steenen of puin heeft voorzien, om dit tegen den invloed van regen en sneeuw te beveiligen. Ook de mensch, die in de bos- schen leefde, zal ondervonden hebben, dat zijn voeten uiterst kwetsbaar waren voor stekels en dorens en er daarom op bedacht zijn geweest, iets tot afweer daarvan te Verzinnen. Van de zeer oude tijden, waarin in som mige streken der aarde de mensch nog tot de holbewoners behoorde, gelijk praehisto- rische rotsteekeningen bewijzen, staan ons natuurlijk zeer weinig cultuur-historische bijzonderheden ter beschikking. Doch uit dè meer nabije oudheid weten wij, dat er twee soorten van voetbedekking werden aange troffen. Men had zolen van hout of leder, die^met banden aan den voet en het onder been werden bevestigd, en ook een soort van rijglaarzen, die den geheelen voet be dekten. Van beide categoriëen trof men meerdere soorten aan, met welker histori sche benamingen, als bijvoorbeeld „Sanda- lia", „Calceus" en „Cothurnus" om er nu maar eens enkele uit te pikken, wij onze lezeressen niet verder zullen bezighouden. In oud-Egypte vlocht men de zolen der sandalen en de voetriemen in den regel uit de taaie bladeren van den papierplant, de zoogenaamde ,jpapyrus". Soms werden deze Egyptische sandalen reeds met goud ver sierd en met gespen bevestigd. Zulk schoei sel werd daar te lande slechts gedragen door lieden van zekeren stand, en voor namelijk buitenshuis. Verschillende noma denstammen, bijvoorbeeld de Arabieren, dragen ook thans nog hun sandalen op dezelfde manier. De zool wordt met een riempjë tusschen de eerste en tweede teen Ook de Grieken gingen op sandalen, doch jdeze werden dikwijls zeer luxueus uitge voerd, van fijn leder, dat purperkleurig was bewerkt, terwijl de zolen met kurk werden overtrokken en de riemen met borduur- en smeedwerk werden versierd. NUTRICIA- KINDERMEEL Bij de Romeinen werd het schoeisel be schouwd als het onderscheidingsteeken van !den vrijen man. Een slaaf droeg geen schoeisel, doch was verplicht blootsvoets te gaan. Daar de voetbekleedbng zulk een Voorname rol begon te spelen, ontstond ook reeds spoedig een groote verscheidenheid van vorm. Er ontstonden hooge rijgschoe nen; men deed de uivinding, het hielstuk Ivan een hak te voorzien, terwijl ook de bovenbouw van de sandaal meer werd zorgd, en niet alleen de hiel omkleedde, doch zelfs geleidelijk hooger op nog het be- nedenbeen bedekte. In dien tijd werden de 'damesschoentjes reeds met goud en parelen versierd, een luxe, die derhalve voor 'der meest moderne producten weinig on derdoet. Zooals op vele andere gebieden vertoonde 'ook de kunst van den schoenmaker in de middeleeuwen aanvankelijk een aanmerke lijke inzinking. Na de periode, waarin de „barbaarsche" volken politiek de overhand kregen, gingen vele oude beschavingsvor men verloren, die eerst in later tijd werden herontdekt. In de middeleeuwen begonnen 'de verschillende maatschappelijke groepen 'echter er opnieuw naar .te streven, zich do^>r hun schoeisel te onderscheiden. De hooge adel droeg vaak schoenen, die overdadig met heele en halve edelgesteenten waren Versierd. Er kwamen zeer buitensporige modellen in de mode. Praal en pronkzucht wonnen het van het gemak. Met andere woorden: de schoenen der gegoede klassen waren wel kostbaar en opvallend, doch daarom nog geenszins prettig om te dra gen. Men kreeg schoenen te zien bijvoorbeeld die eindigden in een zeer langen, zeer buicr- same punt, die er bijna als een slurf uitzag en het loopen merkwaardig moet hebben bemoeilijkt. Doch wat doet een mensch niet, als hij maar meent er daar door elegant of merkwaardig uit te zien! De eigenlijke hak, zooals wij die kennen, Iheeft pas in het begin van de zestiende eeuw zijn inti. .e gedaan. Wel bestonden er reeds lang voordien yerhoogingen onder aan de schoen, die niet meer dan de dikte van een achterlap hadden en dientenge volge niet als hak beschouwd kunnen wor den. De eerste hakken zij>n waarschijnlijk afkomstig uit Frankrijk, zooals veel, wat met de mode uitstaande heeft, uit Frankrijk afkomstig is. In de meestë gevallen gaf het Fransche hof de mode aan. Zoo werd zelfs de kleur van de hak een standsaanduiding. Uit de geschiedenis zijn ons de „talons rou ges" hekend als de Fransche edellieden, die zich door het dragen van roode hakken van den „bourgeois" onderscheidden. Onder Lodewijk XV kregen de hakken den fraaien, gewelfden vorm, die nog im- gedragen wordt en «nog altijd „Louis- quinze-hak" heet. weelde, die wederom haar intrede deed in het schoenmakersbedrijf, bracht ook het gildewezen in dezen tak van nijver heid tot bloei. De gildebroeders wedijverden onderling in het vervaardigen van de fraai ste werkstukken en deze belangstelling en liefde voor het vak droeg er niet weinig toe bij de techniek daarvan tot een zeer hoog peil op te voeren. Het is trouwens overbe kend, dat men eerst meester in het gilde kon worden na het afleveren van een mees terstuk, een proeve van bekwaamheid, die vaak zeer veel tijd en geld vergde. die ons in staat stellen, ons voort te be wegen. In dit opzicht kan men zeker vast stellen, dat tegenwoordig de arbeider beter geschoeid gaat dan eertijds de adel en de aanzienlijke burger, gelijk trouwens op zoo veel andere gebieden, mede ten gevolge van de goedkoope massa-productie onze eeuw, door het democratiseeren van arbeid en techniek, op belangrijke verworvenheden zou kunnen wijzen. Het toenmalige schoenmakersgilde maak te een duidelijk onderscheid tusschen schoen: makers en schoenlappers. De laatsten be woonden de zoogenaamde pothuizen en mis ten het recht, nieuwe schoenen te vervaar digen. Deden zij zulks toch, dan werden zij beunhazen genoemd en stelden zij zich aan disciplinaire straffen bloot, die lang niet malsch waren. Door dezen maatregel werd er voor gezorgd, dat het vak van schoen maker op een hoog peil bleef. De mode stelde hooge eischen aan de bekwaamheid van de meester-schoenmakers, die ieder voor zich een kunstenaar in hun vak moes ten zijn. Later geraakte het schoenmakersgilde in verval, tengevolge v§n naijver en baatzuch tige bekrompenheid van de gildebroeders onderling. Bij regeerings-publicatie 5 October 17S9 werd dit, eertijds zoo mach tige instituut, ontbonden. Zoodra echter geen enkele beperkende be paling de beunhazen meer verhinderde, zich als „meester-schoenmaker" te vestigen, werd de vroegere ambachtskunst door hun ongeoefende handen vrijwel te gronde ge richt. In het midden der 19e eeuw was hel ambacht dan ook volkomen, in verval. De machine bracht het weer omhoog. In de nu volgende halve eeuw neemt de machinale bewerking een enorme vlucht. Weer zien we, na deze inzinking, een neiging tot sier lijkheid en weelderiger afwerking van het schoeisel ontstaan. Doch wat de huidige schoen bpven zijn historische voorgangers voor heeft is zeker wel, dat hij met meer overleg is samenge steld. Tegenwoordig weet men, aan welke eischen een goede schoen moet voldoen, wil hij eenerzijds den voet niet belemmeren bij het gaan en anderzijds een steun vor men voor de beenderen, spieren en banden, Een gehaakte strik Benoodigd materiaal: 1 kluwen (20 gr.) „Anker" Cordonnet Mercerisé" nr 60, kleur stroogeel, 1 haaknaald nr ö1/^. Begin met 138 lossen, omdr., 1 st. in de vierde losse vanaf de haaknaald, 1 st in de volgende 4 lossen, x 20 lossen, 20 lossen erslaan, 1 st. in de volgende 6 lossen, herhaal vanaf x tot het eind der toer, 3 lossen omdraaien (deze gelden voor het eerste st. in de volgende toer). !e toer: x 1 st. in de bovenste lus van elk st. van de vorige toer, 19 lossen, herhaal vanaf x tot het eind der toer, 3 lossen, omdraaien. Ie toer: als 2e toer. 4e toer: x 1st. in de bovenste lus van elk st. van de vorige toer, 18 lossen, hei-haal vanaf x tot het eind der toer, 3 lossen, omdraaien. 5e toer: als 4e toer. i 7e toer: als 5e toer, maar met 17 los- n ertusschen. 10e en, 11e toer: als 5e toer, maar met 15 lossen ertusschen. 12e en 13e toer: als 5e toer, maar met 14 lossen ertusschen. 14e t.m. 16e toer: als 5e toer, maar met 13 lossen ertusschen. 17 t.m. 19e toer: als 5e toer, maar met 12 lossen ertusschen. 20e t.m. 22e toer: als 5e toer, maar met 11 lossen ertusschen. 2*4 nurt, 2V.7. ,£rtsilk"-Breda Werk nog eens terug vainaf de 25e toer tot de Ie toer. Vervolg hierna met ©en toer met 20 lossen er tusschen. Draad afbreken. gin met 80 lossen, omdraaien, 1 st. in de 4e losse vanaf de haakhaald, 1 st. in de volgende 4 lossen, x 18 lossen, 18 lossen overslaan, 1 st. in de volgende 6 lossen, herhaal vanaf x tot het eind der toer, 3 los sen, omdraaien. 2e toer: als le toer. tm 5e toer: als le toer, maar met 17 los sen ertusschen s en 7e toer: als le toer, maar met 16 los sen erUnschen en 9e toer: als le toer, maar met 15 lossen ertusschen 10e en 11e toer: als le toer, maar met 14 lossen ertusschen !e en 13e toer: als le toer, maar met 13 lossen ertusschen 14e en 15e toer: als le toer, maar met 12 lossen ertusschen 16e en 17e toer: als le toer, maar met U lossen ertusschen 18e en 19e toer: als le toer, maar met 10 lossen ertusschen 2-Oe en 21e toer: als le toer, maar met lossen ertusschen Werk nogeens terug vanaf de 17e toer tot de le toer. Vervolg hierna met een toer met 18 lossen ertusschen. Draad afbreken. Kleine lus, voor het bi] elkaar nemen van de strik: Begin met 22 lossen, omdraaien, 1 st. in de vierde losse vanaf de haaknaald, 1 st. in elke losse, 3 losse, omdraaien (deze laatste 3 lossen gelden voor het le st. in de volgende toer) x 1 st. in de bovenste lus van elk st. van de vorige toer, 3 lossen, .omdraaien, herhaal vanaf x 17 maal. Alle deelen worden voor bet in elkaar zet ten, gesteven. Afwerking: Leg het kleinste gedeelte van het haakwerk op het grootere, plooi het in de lengte, plaats de lus er om heen en naai het geheel aan de achterkant vast. „Nee, dat kan niet, vader inoet aan z'n 1 preek werken!". De pas ontwaakte zweeg een momemt, overwoog blijkbaar het geval en was reeds domineeskind genoeg, om iets van dit heilig moeten te begrijpen. „Je moet zóó gaan zitten, dat ik je zien „Maar ik kan niet mijn heele bureau ver sjouwen. Je moet nu stil zijn." Zwijgen als des grafs. De vader vermoed de, dat de overpeinzing in een huilbui dreigde over te gaan. Maar plotseling een soort triumfkreef. „Ik zie je hand!" De dominé keek verwonderd. Bureau en bed stonden zóó, dat het kind onmogelijk ts van hem zien kon. Dan een fel protest. „Je hand is weg; ik moet 'm zien!" „Hoe zie je 'm toch in vredesnaam „Op het gordijn'. Het mysterie loste zich op. Zonder het te weten had hij zijn ver kleumde hand de sufferige kachel wilde nog niet trekken voor de warme kap van zijn studeerlamp gehouden. Het licht projec. teerde de schaduw op het gordijn, schuin tegenover hem en het gordijn was juist door de open tusschendeur in het kinderbed te zien. Hij was gered. Zijn rechterhand, waarin msklaps inspiratie trilde, greep de pen, z'n linker hield hij achter de lamp, en in de kamer daarnaast viel een tevreden rust. Toen vertrouwde hij aan het manuscript in enkele aanteekeningen toe, wat hij zoo juist had beleefd. En de toepassing was niet moeilijk. Wij zien van God, zoo concludeert de Bandoengsche Kerkbode, waaraan wij dit kleine verhaal ontleenen, niet meer dan de schaduw van een verre hand. Maar waar de schaduw is, is de hand; en waar de hand is, is de Vader. Groote Markt No. 8 ROTTERDAM HANDWERK-BEN00DIGDHEDEN De schaduw van de hand De dominé was Zaterdagavond tevoren niet klaar gekomen met zijn preek. Het slot van zijn onderwerp was moeilijk: de alom tegenwoordigheid Gods. Er is dikwijls in het leven weinig te merken van een alomtegen. woordigen God. Daarom stond hij op dien Zondagmorgen in den winter, niettegen. staande kou en donker, vroeg op. Zijn vrouw was uit logeeren; zijn kamergenoote, het driejarige dochtertje, sliep nog gerust. Behoedzaam sloop hij de slaapkamer uit, liet de tusschendeur openstaan en zette zich voor zijn bureau. Misschien dat nu de in spiratie komen wilde. Maar wat er kwam. geen inspiratie! Het bleef voor hem donker, al3 de groote, zwijgende naoht daarbuiten. Plotseling hoorde hij in de kamer daar. naast het eigenaardig geluid van een kind, dat wakker wordt. Een bedje kraakte, la kens schuifelden, een lichaampje woelde heen en weer. O wee, als dat er nu bok nog bij moest komen! En het kwam. Toen ontwikkelde zich' tusschen kinder bed en bureau de volgende conversatie. „Vaas, waar ben je?" „St, het is noê veel te vroeg; je moet sla- GEKOOKTE VERSCHE WORST OF SAU- SIJZEN: Wasch de worst of de saucijzen, zet ze op met lauw water en breng ze lang zaam aan de kook (dit om het vel gelegen heid te geven, uit te zetten, bij sterke ver hitting ineens, barst het vel). Kook de worst een half uur zacht door, saucijzen 20 min. VET UITSMELTEN: 3 kg. rundvet, 3 kg. lcalfsvet, 3 kg. varkensvet. Wasch het vet in lauw water goed af, snijd het in stukjes. Doe het dan in een ijzeren pot of braadslee en1 laat het op een niet te fel vuur, zonder deksel, af en toe roerende, uitsmelten, totdat de kaantjes bruin geworden zijn. Bij sterk verhitten van het vet, ontstaat door het verbranden der kaantjes een brandsmaak. Giet de inhoud der pan, nadat ze iets ge koeld is, door een fijne zeef of door een dub belgevouwen doek in een steenen of Keulsch potje. Bewaar het vet, afgedekt door een doekje op een koele plaats. Uw Gezondheid is er meê gebaat Eet meen visch maar dan van JANSEN Keizerstraat 26 ROTTERDAM - Telefoon 56175 GOEDKOOPE MAYONNAISE: In 'n klein pannetje roert men een papje van olie en meel op een laag vuurtje, voeg hierbij wat kokende maggi-bouillon, zoodat het een dik sausje wordt. Dit laat men koud worden, voegt er een eierdooier aan toe en roert er dan als bij gewone mayonnaise, afwisselend een scheutje olie en azijn doorheen, Een liefdadigheidsverkoop van wijn Bij Christie, Het wereldvermaarde Eon- densche verkoophuis, waar vaak kunstschat ten worden geveild, hoeft dezer dagen een merkwaardige verkooping van wijn plaats gehad, bestemd om door de opbrengst de kas te stijven van een Engelsch ziekenhuis. Bekende wijnhandelaren hadden voor dit doel flesschen beschikbaar gesteld kdie hun ouderdom of om do lotgevallen, die de ze hadden ondergaan, sterk de aandacht trokken. Er was sherry uit don tijd van den slag bij Waterloo; zij bracht 12 pond sterling het dozijn op. Dat wil zeggen: er werd geboden per dozijn, maar de geheele voorraad be stond uit slechts drie flesschen. Er was sherry uit o'e kelders van Buckingham Pa lace; madeira, die gebotteld was op den kroningsdag van Edward VII, in 1902; ma deira, die aan boord van de .,Iron Duke" den zeeslag bij Jutland had meegemaakt. Er was Tokayer uit de kelders van wijlen Frans Jozef, hij bracht circa 100 gulden voor zes flesschen op. De duurste flesch was een flesch cognac; was door koning George VI voor de veiling beschikbaar gesteld, en lord Queensberry schikbaar gesteld, en lord Queensberry werd er voor 30 pond sterling de gelukkige eigenaar van. Een goedkoop drankje, verge lijkenderwijs, was de Chateau Latour 1S99, een geschenk van den Franschen ambassa deur. Die ging reeds voor 36 gulden per flesch vaen de hand terwijl een flesch witte Chartreuse altijd nog circa 62 gulden haalde Zelfs hier was willig bij Christie's. Twaalf flesschen brachten 45 gulden op; maar het was dan ook bier, in 1902 gebotteld door koning Edward VII in eigen persoon. Dat was nog niet eens het duurste bier; een paar flesschen, gebotteld door Edward VIII. toen hij nog prins van Wales was, haalde ongeveer het dubbele. Het was dus een merkwaardige veiling, en het merkwaardigste was nog wel, dat verreweg de meeste koopers.... wijnhande laars bleken te zijn! Aardige eenvoudig blouse, te vervaardi gen van Schots oh geruité talftzijde. Hef model is zoo gemakkelijk, dat ook de meest onhandige naaister er in slagen zal, dezd blouse te maken. Benoodigd materiaal: 1.50 meter van 9fl centimeter breedte. Het patroon is te ver krijgen in maat 40: bovenwijdte 86 centi- meter; taillewijdte 70 c.M.; heupwij'dte 89 .M. Door het al of niet aanknippen van naden kan men het patroon passend maken voor het eigen figuur. Prijs van dit patroon 25 ets. plus 5 voor porto- en administratiekosten en om zetbelasting. Dit patroon Is te verkrijgen bij 'de Af dee ling Knippatronen van de Uitgeversmaat schappij: „De Mijlpaal", Singel 91, Amster dam, centrum. Toezending zal geschieden' na ontvangst van het bedrag, dat kan wor den overgemaakt per postwissel, in post zegels of wel per postgiro 41632. Aan de lezeressen wordt vriendelijk ver zocht bij bestelling duidelijk het no. van hef gewenschte patroon en tevens naam en adres zoo volledig en nauwkeurig mogelijk op te geven. Men voorkomt daardoor onnoo- dige vertraging in de verzending. Gelieve verder de bestelbrieven voldoende te fran- keeren, :daar deze anders niet door ons ge accepteerd worden. Bovenstaand patroon wordt ook op maat geleverd. Prijs dan: 40 cents. ALLES wat U noodig hebt voor JAPON- of MANTELSTOFFEN vindt U het voordeeligst bij: STOFFEN HUIS J. M0NNICKENDAM, HOOGSTRAAT 351 HOEK SPUI ROTTERDAM Ook kunt U Uw japon laten knippen voor 1.—; knippen en rijgen 2.—; Mantel knippen 2.—; knippen en rijgen 3.— Japon geheel gemaakt 7.50. Nieuwste platen ter inzage. EEN HAARVERF, DIB PRACHTIG VERFT EN LANG HOUDT! INSTANTO VITE la de GEBRADEN WORST OF SAUCIJZEN. Wasch de worst of saucijzen in lauw water bak ze op een zacht vuur in boter of vet rondom bruin en gaar. Het prikken in de worst late men achterwege, daar de inhoud der worst dan droog wordt door het uithak kende vet. UIEN, AARDAPPELEN EN WORST. 1 kg. uien, 1 kg. aardappelen, 1 afge streken eetl. zout, 250 gram versche worst, peper. Wasch de worst in lauw water, prik er even in en leg deze in de pan Leg hierom heen de geschilde en in stukken gesneden uien met zooveel kokend water tot ze half onder staan, voeg het zout toe en laat het een half uur koken. Neem de worst er uit, doe de aardappelen er bij, leg daarop de worst, en laat alles nog een uurtje koken. Neem de worst er uit, stamp alles door el kaar, met bijvoeging van een beetje peper en desverkiezend nog een stukje vet. RIJST MET CITROENVLA: Vier kopjes goedgewasschen rijst wordt opgezet met tweemaal zooveel water, 1 ons rozijnen een citroenschilletje. Als de rijst goed kookt op een zacht vuurtje verder gaar laten wor den. Verder 1 liter melk koken en binden met twee eetlepels aangemengde maizena. Als de saus van het vuur is, 2 eetl. suiker en het sap van 1 citroen er door roeren, plus een geklopte eierdooier. Een opgeklopt eiwit door de gare rijst roeren, H. MESKER, - STOOMWASSCHERlJTh.BOMBEKE OOSTMAASLAAN 93 Telefoon 52545 ROTTERDAM HELDERHEID en AFWERKING ONGE-EVENAARD I Adverteert in Voor Onze Vrouwen ft HAVERMOUT VLUGKOKEND A Q CENT PER IO PONDSPAK H-V. KON. PELLERU „MERCURJUS" - WORMERVEER. LATEXO ELASTIEK Vervaardigd van de orig. gespoten Lactron rubberdraden. Vernieuwing onnoodig. UW DAGELIJKSCH KOPJE KOFFIE UW DAGELIJKSCH KOPJE THEE maar allebei van N.V. Kanis Gnnnink, Importeurs, Kampen Stoom-Wasch- en Strijkinrlchting „AURORA" W. SPIERENBURG C.Wzn. UTRECHT KONINGSWEG 56 - Telef. 11165 Postrekening No. 43430 Opgericht 1856 Geheel naar de eischen des tijds ingericht Wascht uitsluitend met nortonwater VRAAGT TARIEVEN 'N PERZISCH TAPIJT P GOED eo GOEDKOOP bi) PERZISCHE TAPIJTEN BOTTERDAM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 12