ADRIAAN VOLKER
BREEDVELD
De bevrijding van een reus
'S
MAATSCHAPPIJ TOT HET UITVOEREN
VAN OPENBARE WERKEN
SLIEDRECHT
N.V. HERFURTH Co.
MAANDAG 12 APRIL 1937
TWEEDE BI.AD PAG 6
Indrukken omtrent den stapelloop
van de „Nieuw Amsterdam
WATTE INTOCHT
De zon mag schijnen of het water nxag
volgens de staande uitdrukking bij bakken
uit de lucht vallen"... een feest op de Maus
b l ij f t een feest.
Er bleek Zaterdagmiddag in heel Rotter
dam geen taxi meer te krijgen te zijn en de
irriteerende omstandigheid, dat onze uitnoo-
digingskaart een uiterlijk tijdstip van ver
trek van onze boot aangaf, gevoegd bij de
neerdrukkende! invloed, die de neervallen
de stortregen op ons gemoedsleven uitoefen
de, deed de stemming onder ons kleine ge
zelschap er niet beter op worden.
Maar nauwelijks kwam de Parkkade in
Zicht, of we fleurden op.
Daar lag de trotsche rivier, ja, verhuid
'in regensluiers en gestriemd door de vlagen
van een grillige lentedag, maar breeduit en
'indrukwekkend als immer en zeer feestelijk
geaccentueerd, nu tientallen booten en
bootjes, dichtbevolkt en rijkgepavoiseerd
over de opkruivende golfjes koersten, alle
varend in één richtingnaar de xverf, waar
'de „Nieuw Amsterdamstraks te water zou
glijden.
De Parkkade was over haar volle lengte
'ingenomen door groote salonbooten, welke
buiten den verderen vlaggetooi een reus
achtige blauw-wit-blauwe vlag in top had
den, de kleuren van de „Droogdok"
Een imposant schouiospel, die parade van
ichepen.
Aan boord van de Harmoniewas het
Schouwspel meer am us ant dan impo
sant.
De regenvlagen striemden het schip on
barmhartig en dreven de gasten op het mid
dendek, waar het nog wat beschut was, als een
school haringen bijeen. Het „alle Menschen
werden Brüder" deed hier opgeld, want de
Engelsche gezant Sir Hubert Montgomery
stond schouder aan schouder met de echtge-
noote van den directeur van het Gemeentelijk
Gasbedrijf en den President van de Alge-
meene Rekenkamer en men kreeg niet eens
de gelegenheid voor elkaar de hoed te lich
ten... aan handen en voeten gebonden als
'een ieder was.
Een charmant heer met iets op, dat een
liooge hoed moet zijn geweest, fluisterde ons
tusschen twee regenvlagen op het vóór dek
in het oor, dat hij op het achterdek een
waarlijk droge kajuit ter beschikking haul
en met z'n tienen volgden we dezen natte
kattenvanger o p den voet en ov er de
voeten heen van de opgepakte schare, het
laatste nood-gedrongen.
De kajuit bleek vol, maar onze jassen
Waren door de wrijving met allerlei absor-
beerende bontmantels weer wat droger ge
worden, zoodat we vol moed nieuwe vlagen
konden incasseeren.
Het was wel een natte en een stille in
tocht op de terreinen van de R.D.M., maar
'deze vaartocht had toch bij allen reeds
onvergetelijke indrukken gewékt
HET WONDER '|T"
En toen kwam liét wonder van altijd.
Het kletste het stortte, het motregende,
hoe dan ook: het regende... totdat Hare
Majesteit de Koningin de werf van de Droog-
1dok betrad.
Toen, ongelooflijk, maar 'wddr, toen was
het droog.
De duizenden, ze keken naar 'de Konink
lijke tribune, ze juichten en ze zwaaiden i
naar de verheven figuur in het grijs, die
omhoog schouwde naar den scherpen boeg
van den reus. Zij volgden Haar bliken op
het zelfde oogenblik hadden zij het wonder
bemerkt: nu Oranje weer in het midden was,
nu het groote oogenblik zou aanbreken.,.,
nu regende het niet meer.
DE KLAP
De techniek is de grootste vijand van de
romantiek
„Rammen", dat was voorheen het donde
rend gebons van houten rameien, waarmee
de onder stopping en van een schip werden
lueggeslagen, een geluid dat in het holle
van den scheepsromp weergalmde.
Hier bleek een drilboor de ramei te heb
ben vervangen en het indrukwekkende ram-
geluid was verworden tot een zielloos ge
sputter. Nieuwe zakelijkheid!
Toch was er nog romantiek over geble
ven: tegenover de scherpe voorpiék zweef
de nog altijd de met rozen bedekte flesch
champagne en als die viel was het groote
oogenblik gekomen.
Daar hief de Koningin de bijl, die de span
ning van de klinkdraad, maar ook de span
ning der duizenden toeschouwers doorsneed,
de doffe klap was tot ver in het fond hoor-
laar en direct daarop bruiste de mousseeren-
de wijn over den boeg...
Nu zou het komen
DE STILTE 'rr'
Gespannen, met den mond open om te jui
chen, wanneer het schip zou gaan glijden
rekten de duizenden zich om te zien.
En zij zagen.
Zij zagen het nu schier dreig ende
schip, dat onvermurwbaar bleef staan.
Een dof gemompel ebde af tot een beklem
mende stilte.
Wat nu...
Een licht belletje snerpte nadrukkelijk
door de stilte; onder het afdakje bij de hy
draulische persen was men al in actie ge
komen, een handle, een contact werd over
gehaald en daaren daar.., daar kwam
nauw merkbaar de eerste beweging in den
reus. Een doffe grom als van onwil, dan 'n
dreunende zang... de triomf der techniek,
die den reus overwon door hem de helling
af te duwen, waaraan het gevaarte als ge
ketend scheen te zijn,
DE BEVRIJDING
De minuut van stilte, langer dan een uur
vol spanning, werd dan nu gebroken door
den juichtoon der bevrijding.
Daar ging de „Nieuw Amsterdamde
trots van Hollands vloot, de roem van onze
scheepsbouwen hij ging goed! Statig
en majestueus, zonder zich nu verder met
werf of hélling in te laten, afstevenend op
het élement dat hem toebehoorde.
Roets... daar trokken de touwen van de
peurkettingen al als draadjes los, de ijzer-
hoopen werden ruw omver gelrokken, de
roestwolken stoven op en de bodem werd
omgewoeld.
„Veertig seconden" bromde een 'deskun
dige naast ons en ja, het was een kort mo
ment geweest waarbinnen deze stapelloop
zich voltrok, kort, maar vol bevrijding voor
allen en vol geluk voor de scheepsbouwers,
die met een enkel handgebaar van de Ko
ninklijke tribune af het werk van hun werf
nawuifden en blijde zagen, hoe het schip
zoo kort al uit den wal reeds stil was komen
te liggen en nu in de macht der „Drydocks"
werd weggesleept.
Klaar!
j de zeeën uitdragen, tot roem en heil
f yan ons geliefd vaderland,
Krachtige toejuichingen' volgden op de
krachtig uitgesproken rede yan den Mi
nister.. _LbJ
Het vertrek van H. M. 'de Koningin
Nadat in een daartoe gereserveerd ver
trek door H.M. de Koningin en de hofhou
ding de thee was gebruikt vertrok om
streeks half vijf de Landsvrouwe weer van
de werf, luide toegejuicht, eerst door de
gasten in de feesthal, later door de duizen
den, die op de terreinen van de R.D.M.
stonden te wachten.
In de feesthal hieven Vele gasten nog
éenigen tijd bijeen en -de nieuw-geridderden
ikwamen handen te kort om alle gelukwen-
schen in ontvangst te nemen.
Het was een vreugdevol einde van een
fjchoonen dag.
En nu is opnieuw het woord aan den
arbeid, eerst nog van ruw-ijzerwerkers,
straks van decorateurs en kunstenaars, tot
dat eindelijk in April of Mei van 1938 de
Nieuw-Amsterdam liet zeegat zal uitvaren
voor zijn eerste reis naar het Nieuw-Am
sterdam yan vroeger, het New-York van
thans! i-pj
S-* J:
Vliegdemonstraties op Waalhaven
Waar heele massa's „Nieuw-Amsterdam-
mers® op hun terugtocht vanaf de Heij-
plaat langs Waalhaven moesten, was het
nog zoo dom niet bekeken daar een klein
■vliegfeestje te organiseeren. Men bofte daar.
hij in zooverre, dat het omstreeks half zes.
toen de vliegerij aanving, het mooiste weer
jwas dat men zich maar wenschen kon.
Overigens scheen het meerendeel van het
publiek aan het feit van den dag genoeg te
hebben; er kwamen wel heele drommen
menschen langs de luchthaven gereden,
doch slechts weinigen bleven daar. Er was
leen handjevol toeschouwers op het veld en
een ander handjevol buiten de schutting,
zoodat de belangstelling op z'n zachtst ge
zegd matig was.
Ten onrechte evenwel. De instructeurs
Van de N. L. S. hebben weer heel knap ge
stunt, onder andere op een F.K., 46. Ze heb
ben hoe 'zou men dat kunnen vergeten!
ballometjes geramd, er is door den beer
,jv. d. Velde gedemonstreerd met het insect-
fechtige vliegtuig dat auto-giro heet en de
heer .T. K. Hoekstra heeft enkele goede
Zweefvluchten gemaakt. In de laatste, maar
zeker de niet de minste plaats hebben vijf
Van de nieuwste militaire Koolhovens uit
'Soesterherg op meer dan voorbeeldige wijze
jescadrillc-vluchten gemaakt.
Nogmaals: er was reden geweest voor
pieer belangstelling. Maar de meeste men-|
$chon waren blijkbaar te nat geregend!.
(Van een spéciale verslaggever)
Rotterdam, Zaterdag
Een dikke, donkergrijze lucht, waaruit
gestaag een fijne, doordringende regen
drupt, hangt boven de Maas, als we aan
boord stappen van ons speciale Pers-bootje.
Zoodoende zijn we allemaal reeds „drijf",
nog voordat het vertreksein gegeven wordt.
Slechts onze collega van het persbureau
loopt te grinneken: hij heeft een groote
oliejas met zuid-wester weten te bemachti
gen. Daarmee is hij voor het uiterlijk
althans een echte zeeman en: hij blijft
droog. Wij menschen met ordinaire confec-
tie-jassen en druipende hoeden, hokken
kleumerig saam onder een inderhaast in
elkaar geflanst afdak van kermis-aichtig
linnen.
Dra is de aanvankelijke ellende evenwel
vergeten bij het schouwspel, dat de onstui
mige rivier op deze feestdag biedt en als
we bij de Parkhaven vlak voor de room
blanke „Stad Rotterdam' de komst van onze
Landsvrouwe afwachten, voelt niemand
meer regen. Het gaat alles zoo snel! Daar
komt de Koninklijke stoet, Hare Majesteit
begeeft zich snel aan boord terwijl de
Koninklijke standaard in top
het gejubel van de toeschouwers op den wal.
en reeds varen we gelijk-op met de receptie
boot. Naar Neerland's vlaggeschipl
We hadden deze zegetocht liever gemaakt
onder een stralende voorjaarszon, maar
toch: ook nu is het een vaart om nooit te
vergeten.
Wonderlijk dooreen-wemelend koerst een
ongekend aantal vaartuigen over de woeli
ge, witgekopte Maas, die als door een nevel
van neerslaande rookpluimen overdekt is.
Alles uit belangstelling voor de doop van
het schip, dat de parel van Holland's vloot
zal vormen! Vlaggen van vreemde en be
kende naties wapperen langs en op de
rivier. Aan de Lloydkade zijn twee zilver
grijze schepen, met zich als het ware in de
laag-hangende wolken dringende kranen er
boven, nauw zichtbaar in de nevels. Fier
wappéren op de hoogste punten de Oranie-
dundoeken, dof in de grauwe omgeving,
waarin alle kleuren vervagen, die toch, on
danks alles, zoo feestelijk is. Rotterdam's
haven op z'n dller-allerbest!
Plotseling: daar is de Droogdok-Maat
schappij. Een klein stuk van de achterste
ven van de „N ie uw-Am sterdam" is zicht
baar. De „Stad Rotterdaml" koerst naar
den wal en ons wordt een halt toegeroepen.
Midden op de Maas, voor de breede band
van booten aan de oostelijke zijde ook aan
de zee-zijde ligt zoo'n deinend lint wach
ten we vol spanning op de dingen, die ko
men gaan. Welk een onvergetelijk schouw
spel! Een rivier vol met schepen, van groo
te binnenvaartuigen, sleepbooten en salon
booten tot ranke roeibootjes, omzoomd door
een massale menschenmenigte. Links de
werf, waar de atmosfeer geladen is met een
nerveuze spanning, rechts een woud van
glimmende regenschermen en voor ons.....
een lucht, die merkbaar lichter wordt! De
zon houdt zich weliswaar schuil, maar toch.
N.V.
FABRIEK VAN
20CHUSSENSTR.K.7 B I N N E N B E TI M M E RI N G E N EN MEUBILEERING „BIJ ST. LAU R ENS''
TELEFOON 34871
het wordt zoowaar droog en in het Zuid-
westen komt een van licht-oranje via geel
tot wazig-blauw aanloopende streep in de
egale lucht
En dan, ineens, als niemand er eigenlijk
nog op rekent, klinkt om drieuurzeven
en dertig een historisch moment
de kreet: „Hij loopt!" Tegelijk zwelt een
gejuich uit duizenden kelen, dra overstemd
door het machtig dreunen uit de stoomflui
ten der schepen, die met een demonisch
brul den doop van de 36000-tons baby be
zegelen.
Daar glijdt dan de „Nieuw-Amsterdam" in
zijn element, sneller, steeds sneller. We zien
als maar minder van de schepen aan de
Westelijke zijde, het is alsof een enorme
schuif de gansche rivier gaat afsluiten.
Doch eindelijk, men zegt na 20 seconden,
komt er weer licht aan de linkerzijde, de
vaart vertraagt en haast roerloos ligt daar
een machtig stuk ingenieurswerk, op knap
pe wijze te water gelaten, gigantisch voor
onze oogen. Een zware deining komt onze
boot op- en neerwiegelen.
Even, heel even ontroerd, bezien we
harmonische lijnen van het schip, dat onze
Hollandsche vlag op de wijde wereldzeeën
hoog zal houden. Allen zijn we trotsch od
ónze ingenieurs, op ónze werklieden, die op
nieuw getoond hebben tot hoe groote
dingen ons kleine landje op scheepsbouw-
Igebied in staat is.
i Dan komen acht sterke sleeDbootefl 'den
TAKELBLOKKEN in hout en ijzer,
STAALDRAADKABEL,
STROPPEN van Staaldraad,
Ketting en Touwwerk
leveren wij regelmatig
als specialisten
Levering van
COMPLETE INVENTARIS
voor Zee- en Rivierschepen
SCHEEPSTUIGERIJ ZEILWERK
(SOCIÉTÉ ANONYME POUR L'EXÉCUTION DE
TRAVAUX PUBLICS ADRIAAN VOLKER) N.V.
AGENTEN voor:
NORDDEUTSCHER LLOYD
(MADEIRA EN CANARISCHE EILANDEN)
COMPAGNIE MARITIME BELGE S.A.
(BRAZILIË, URUGUAY EN ARGENTINE)
HAMBURG-AMERIKA LIJN
(WEST-INDIË EN CENTRAAL-AMERIKA)
ELLERMAN'S WESTCOTT L.AURANCE LINE Ltd.
(MIDDELLANDSCHE- EN ZWARTE ZEE-HAVENS)
HERFURTH Co., ANTWERPEN
AGENTEN voor: HOLLAND AMERIKA LIJN
H.M. de Koningin verlaat na de tewaterlating van de "Nieuw Amsterdam" de
werf, vergezeld door den heer D. CEndert, directeur van. de R.D.M
kolos omtrekken en de zwarte rookwolken,
die ze over ons glorie-schip uitbraken, wek
ken de indruk alsof het nu al in brand
staat
Doch dat is maar schijn!
ROTTERDAM EN DE BELGI
SCHE RIJNVAARTPREMIES
Een beteekenisvol betoog van de
Kamer van Koophandel
De Kamer van Koophandel voor Rotter
dam heeft aan den Minister van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart, een uitvoerig
adres gericht, inzake de haven van Rotter
dam en de Belgische Rijnvaartpremies.
Aanleiding tot het adres is dat de Minis
ter in de Eerste Kamer heeft geconstateerd,
dat het Rotterdamsche Rijngoederenverkeor
sedert het diepste punt van de crisis
belangrijk is gestegen, zulks ondanks het
feit, dat het niet „natuurlijk" is dat onze
haven een groot deel krijgt van de opleving
van den wereldhandel.
De Kamer kan zich niet onttrekken aan
d,en indruk, dat deze beschouwing voort
vloeit uit een te sombere beoordeeling van
de positie van de Rotterdamsche haven en
zij beredeneert dan, dat wanneer bij het
vermeerderd aanbod in dé productielanden
en de vermeerderde behoeften bij d© ont
vangers het vervoer van de Rotterdamsche
haven niet ware gestegen, dat zou beteeke-
nen, dat de plaatselijk© omstandigheden zóó
slecht waren, dat de toestand van de haven
zelfs onder den invloed van gunstig© im
pulsen van huiten niet meer zou kunnen
verbeteren.
Geconstateerd wordt dus, dat de positie
van de haven nog zoo slecht niet is. De
Kamer is er dan ook niet door verrast, dat
Rotterdam met de toeneming van het
wereldverkeer naar boven is gegaan.
In welk© mat© Rotterdam van Öe
verbetering van het wereldverkeer heeft
geprofiteerd, blijkt het best bij vergelijking
met den gang van zaken in Antwerpen, de
haven wier omstandigheden het meest met
die van Rotterdam overeenkomen en die
met name op den Rijn op volkomen dén-
zelfden voet met haar concurreert, ivoor
zoover zij niet wordt gesteund door maat
regelen van protectie.
TJit de cijfers uit 1929. 1932 en 1936 nu
blijkt, dat de remmingen op het vervoer
over Rotterdam nog sterk zijn en dat onze
haven daardoor tegenover Antwerpen is
achtergebleven, met name ook op den Rijn,
niettegenstaande het feit, dat de Antwerp-
sche havenbeweging in Juni 1936 heeft
geleden onder de staking.
In de crisisjaren is Rotterdam verder dan
Antwerpen teruggeweken voor den tegen
spoed en slechts betrekkelijk langzaam
opgekomen met het keerend getij.
Is zulk een ontwikkeling blijvend dan
wordt zij aldus de Kamer van Koophan
del natuurlijk noodlottig. De mate waarin
Rotterdam zich weder in het wereldverkeer
heeft ingeschakeld, heeft de Kamer derhalve
tot dusver meer verontrust dan bemoedigd-
In het beste geval is er nog veel in te halen.
De Kamer gaat voorts uitvoerig na of het
waar is wat de Minister in de Eerste Kamer
heeft gezegd, dat in de crisisjaren voor
Rotterdam aan de verhouding stukgoed—
massagoed niets is veranderd. Met cijfers
wordt aangetoond, dat
a. het vervoer van stukgoed ter zee over
Rotterdam in absolute cijfers een LVoort-
H^gèjïïijeföJan 'duizenden verlaat de Mieuw-Amsterdamde helling 'der Rotterdamsche Droogdok Maatschapgij
durend dalend© lijn vertoont, behalve over
1936. toen de Antwerpsche staking en haar
nasleep het beeld flatteerden:
b. gedurende de ergste crisisjaren het
percentage van het stukgoedvervoer
ter zee steeg, doordat toen de massale ver
voeren van en naar JVest-Duitschland
stokten (1931, 1932,1933):
c. in 1935 en 1936 het percentage stuk*
goieid echter weder vrij ver lag beneden'
dat van 1929 en 1930, terwijl het neiging
tot dalen vertoonde;
d. de onbevredigende garag yan zaken iiï
de laatste jaren zich voorgedaan heeft om
danks de wijziging van het. lia.v.e.n-
geld met ingang van 1 Juli 1933, welke
speciaal was bedoeld om stuk-
goed te trekk en;
het opgaande, en, nog duidelij
ker, het afgaande vervoer van stuk
goed op den Rijn een duidelijken om
slag vertoornt, aansluitend aan d© in
voering van de Belgische Rijnvaart-
premies, en ongeveer het peil van 1929,
voor het afvvaartsóhe vervoer zelfs tot
ongeveer de helft van het vervoer uit
1929, bereikte, terwijl gelijktijdig voor
(het vervoer over Antwerpen een
krachtige stijging valt waar te nemen
tot hoog boven het peil vóór de crisis.
Op grond vaar deze en nog andere in het
adres genoemde feiten, concludeert de Ka
mer, dat het karakter van de Rotterdamsche
haven (d.i. de verhouding massagoedstuk
goed) sedert 1929 in de eerste plaats nog
wèl eenigBzims itn zijn nadeel i9 veranderd,
maar bovenal dat dit karakter toen reeds
ernstig ontwricht wès, zoodat zelfs het ver
dere uitblijven van achteruitgang nooit een
reden zou kunnen wezen om tegen het ver
voer over onze haven gerichte maatregelen
met een zekere gellijkmoedigheid aan tö
zién.
De Kamer betoogt op nog verschillende
andere gromden, dat de mogelijk gemaakte
verlaging van haventarieven nooit een
compensatie kan vormien voor de werking
van de Belgische Rijnvaartpremies, dat het
voordeel van de depreciatie vara den gulden
geien rol speelt, omdat de Rijnvaartpremie
op ieder vraohtpei'l en tegen iéideren koers
steeds het evenwicht op de vrachterumarkï
ten bate van de Belgische zeehavens ver
breekt, dat de loonen te Antwerpen niet
hooger zijn dan die te Rotterdam, doch,
mede in aanmerking genomen de toeslagen
en lasten die op de loonen drukken, het
normale loonpeil in de haven te Rotterdam,
op het oogenblik nog 10.7 pet hooger is dan
te Antwerpen en dat zelfs wanneer het
loonpeil gelijk zou worden waarvan thans
wog geen sprak© is de Rijnvaartpremie
daarom niet minder afleidende kracht zcu
hébben,
In haar conclusie op dit alles zegt de Ka
mer, dat er niet één reden is waarom de
Belgische Rijnvaarepremies niet langer haar
vervoer afleidende werking zouden oefenen.
Daaraan wordt niet afgedaan door het feit,
dat deze nadeelige werking op het oogenblik
niet uiterlijk blijkt door dien invloed van
andere, gunstige factoren.
Zonder de premie ware de toestand im
mers ongetwijfeld beter geweest en als
de bedoelde gunstige factoren verzwakken
dan zal door de premie de stijging van den
doorvoer weder zooveel eerder stokken of
zelfs in een daling omslaan.
De Kamer kan zich niet indenken op
Welken grond de Nederlandsche Regee
ring deze rem op de ontwikkeling van
de Nederlandsche havensteden langer
zou willen dulden. Zij doet daarom bij
herhaling een dringend beroep op den
Minister, opdat ons land eindelijk zijn
afwachtende houding late varen.
Jongeman verdronken
te Groningen
Zaterdagavond te half negen is de 18-jarige
Hay ©ma, een jongeman afkomstig uit Don
deren, gem. V r i e s. die per rijwiel de Werf-
straat te Groningen uitreed, pardoes in de
Noorderhaven gereden. Hoewel hij spoedig
op het droge was gebracht, bleken de levens
geesten reeds te zijn geweken.
Het lijk is naar het academisch ziekenhuis
overgebracht.
Doodelijk ongeval te Utrecht
Gisteravond om half twaalf reed over den
Jutfaasschenweg te Utrecht een perso
nenauto uit Noord-Brabant. Toen deze auto
de Amstelstraat naderde, kwam het voer
tuig in aanrijding met een wielrijder, die
den Jutfaasschenweg wilde opdraaien in de
richting van de Jeremiebrug. De wielrijder
werd een eindweegs medegedeept. Toen hij
werd opgenomen bleek hij reeds te zijn
overleden. Het slachtoffer is een 65-jarige
man uit Zeist.
De chauffeur van de auto heeft tegenover
de politie verklaard, dat hij den wielrijder-
plotseling voor zich zag verschijnen en'dat
.de tijd. pntbra-k om te remmen.