/^Si^QLHMKT
Herberekening Indische
pensioenen aangenomen
VRIJDAG 2 APRIL 1937
DERDE BLAD PAG.
Eerste Kamer
■oreldprij!
cent ztin we er
lonende melkprodui
Ons boterverbrul
erklng van de mar
ikelük. Van proo
erhooging van
De uitkeerln
toegejuicht, ook
VIJFENTWINTIG MILLIOEN
EXTRA-STEUN VOOR INDIE
Begrooting van Suriname
Landbouw en Landbouw
crisisfonds goedgekeurd
Vergadering van 1 April 1937
Pverzicht
De herberekening der Indische pensioenen
Is met behoorlijke meerderheid aanvaard,
terwijl de overige Indische ontwerpen, be
nevens de begrooting van Suriname voor
1937 er zonder hoofdelijke stemming door
Met bekwamen spoed heeft de Kamer
daarna de begrootingen van Landbouw en
,van het Landbouwcrisisfonds afgedaan, zoo
dat thans c.e geheele Rijksbegrooting aan
den kant is. Er heeft gang in dit werk ge
zeten.
De heer v. Rappard, de eerste landbouw-
redenaar, verviel wat erg in Tweede Kamer
stijl. Allerlei details en persoonlijke aan
gelegenheden, die niets om 't lijf bleken te
hebben, worden behandeld. Zoo moet het
in ce Eerste Kamer niet!
Van de andere sprekers bleven de heeren
Otten, Kolff, Gelderman en Ruiter wat meer
binnen de groote lijnen.
De heer de Merchant deed weer erg aan
cirkelkwadratuur Hij gaf afgezien nog
van zijn volkomen Duitsch georiënteerde al-
gemeene landbouwbeschouwingen de
meest dolzinnige adviezen, cie den land
bouw eenvoudig zouden ruïneeren. Op een
gegeven oogenblik gaf hij o.a. den raad om
onze grenzen voor anderer producten te
sluiten, tenzij zoo'n land zich liet dwingen
meer van onze landbouwproducten af te
nemen._ Eenvoudig belachelijk.
Grappig was het echter om even later uit
denzelfden mond te vernemen, dat die gren-
zensluiting weer niet noodig was. Maar dit
deel van 's graven rede was kennelijk te
oordeelen naar vorm en stijl afkomstig
van iemand anders dan hem zelf. Plomp
verloren stond hij dat epistel voor te lezen.
Trouwens heel z'n rede maakte den indruk
coor anderen te zijn geprepareerd.
Minister Deckers schonk in zijn antwoord
ruime aandacht aan de voornaamste pun
ten uit het debat. Veel nieuws kon hij uit
den aard der zaak niet brengen.
Inzonderheid wijdde hij aandacht aan het
vraagstuk der kleine boeren met hun ge
mengde bedrijfjes op de zandgronden van
Limburg, Brabant, Gelderland, Overijssel en
Drente.
Met deze ijverige, hardwerkende, sober
levende menschen wordt in deze dagen veel
demagogie bedreven.
Zeker, deze menschen hebben het moeilijk,
orkende ook de minister. Maar hun „zwarte
armoede", broodsgebrek, absoluut tekort
aan kleeding en deksel, waarvan gesproken
en geschreven is, is door uitgebreide onder
zoekingen niet bevestigd'. Het heeft er iets
van, dat men deze eenvoudige menschen
tracht te suggoreeren, dat ze het zoo bij
uitstek slecht hebben en dat de Regeering
hen laat verkommeren. Dit laatste is niets
c!an een leugenachtige bewering.
Er is voor deze groep van boeren, die
nok vóór do crisis in den regel niet van hun
bedrijfjes konden bestaan, reeds heel wat
redaan. En er moet nog meer geschieden.
Maar men kan niet verlangen, dat onvoor
zichtig beheerde boerderijtjes en die zijn
er ook eenvoudig ten laste van de over
heidskas komen.
Op hoe schandelijke wijze met die kleine
boertjes gespeeld' wordt, demonstreerde de
minister mot een adres uit een Geldersch
dorpje. Hij kreeg dit stuk onderteekend
door 120 kleine boertjes, naar het heette.
Bij onderzoek bleken er ook groote boeren
geteekend te hebben, handwerkslieden, kroeg
houders, miodenstanders en werkloozen.
Men was eenvoudig huis aan huis hand-
teekeningen gaan ophalen. Kleine boertjes
waren er maar weinig bij.
Op deze wijze wordt een bedriegelijke
agitatie gevoerd, terwijl aan de menschen
verzwegen wordt wat voor hen gedaan is
en wordt,
We kunnen ons begrijpen, dat de minister
zich op dit punt krachtig verdedigde. Er
was alle reden voor. Ook tegen hem per
soonlijk is zelfs in zijn eigen partij een
hetze ontketend, die de perken ver te buiten
gaat.
Met bijzonder genoegen hebben we ook
daarom den minister aangehoord. Zijn
woord moge door het geheele land worden
gehoord. Ën voorts moge het een les zijn
voor hen, die van die lichtelijk demagogi
sche vraagjes plegen te stellen, waarop eer
verantwoordelijk en eerlijk bewindsman
geen antwoord kan geven. Ook dit is nog
een kwaad in ons staatkundig leven.
Met groote instemming zal zeker zijn
vernomen, dat de minister het tegenwoor
dige ingewikkelde crisis-apparaat liever
vandaag dan morgen kwijt wil. De belan
gen van den landbouw mogen echter niet
worden geschaad. Er moet iets voor in de
plaats komen, waarbij de organisaties, die
zijn, betrokken kunnen worden wat de
uitvoering aangaat. Maar in het belang
van den landbouw zelf wil de minister de
controle stevig in eigen hand houden. Dat
hij daarin schoon gelijk heeft, zal niemand
kunnen ontkennen.
We gunnen hem gaarne dit groote denk
beeld te kunnen uitwerken na zekere Mei-
gebeurtenissen.
De heer Moltmaker schrikte op 1 April
de Kamer op door het aanvragen van een
interpellatie over een onderwerp, waarover
de Tweede Kamer kort ereleden het gold
een adres van tandtechnici een beslis
sing nam. Blijkbaar is de heer Moltmaker
het daarmee niet eens en daarom doet hij
zijn stap op een o.i. verkeerden weg.
worden t
Onbegrjjpeldk ls, dat er z.g. deskundig'
zUn, die de crisismaatregelen willen o
het vrde spel van de wereldmarktprtJzt
Het zou tot groote schade van den lan
bouw £(]n.
Op het gebied
Decentralisatie ln de uitvoering der crisif
voorschriften Is noodzakelök. Wat denkt c
Minister ten deze te doen? Het bestaande ste
iel dat onhoudbaar ls, heeft met ordening nle'
Verslag
i de orde ls de stemming over het v
ontwerp tot
herberekening van de Indische pensioenen
:et wordt aangenomen met 24 tegi
de -suppletoire van 1936, beva
25 millioen extra steun
Indlë;
Instelling van een
rubberfonds;
de heffing van een
tijdelijk extra uitvoerrecht;
en de
Surinaamsche begrooting
1937.
i de orde ls dan de
begrooting van Landbouw
en van het
Landbouwcrisisfonds
Aan de hand van cijfers van landbouw-
boekhoudbureaux wordt uiteengezet, dat
de boer ln vele streken des lands een uur-
gen
klelni
den landarbeider. Dit hangt samen
nog steeds te lage prijzen der lan
producten.
De toestand ln de gemengde bedrü'
andstreken ls ln hooge mate ongunstig. De
rijzen der eindproducten moeten omhoog
Aan bevordering van de maiscultuur
e Regeering haar aandacht blijven scher
eze cultuur kan van groot belang worde
De teeltregeling dient soepeler t
kal vei
blaten. Misschien
eltregellng worden
Hoe lang
lewerkstelllL
:ategorle moet d<
lling ln
et de
stellen.
in het
dan mei
an de icieine boeren
geweest. He
wordt wa
Dultschland is
i Import sterk 1
nog belangrijk
de helpende hand kui
het lnith
ardeering uitgesproken
den heer Deterdlng.
OTTEN V.D)
depai
Landbouw gaarn
gehandhaafd.
Den laatsten tUd zijn kostprijs en wereld
marktprijs van landbouwartlkelen elkaar
in vele opzichten genaderd. De boer heeft
er echter onvoldoende van geprofiteerd.
Bestendiging van de vaak ingewikkelde e
onoverzichtelijke landbouwcrisismaatregeli
moet zoo kort mogelijk zijn. Waar de maatr<
gelen zonder schade voor den landbouw kunne
vei vallen, moeten ze worden opgeheven. E
Minister schijnt ln die richting werkzaam.
De monopollehefflng is voorlooplg nog oi
misbaar; afschaffing, waar mogelijk, moet g'
schieden. Hoe denkt de Minister daarover?
Bedacht moet. dat de maatregelen moe
ten dienen om te steunen en niet om prij
zen te regelen.
De door de
:rlslsmaatregelen verkregen
worden ln stand gehouden,
he en selecte fokkerij,
de melkproductie ls
De boterorUs 1
de kleli
imptle is nood
is zou ook zUn
xportprUs.
'elne boeren werd
beter middel kon
blljvc
Naar
wordet
Dat kaï
prov. landbouwcrisisorganisaties
moeten meer bevoegdheden overgaan en
vele maatregelen moeten verdwijnen anders
worden de knellende banden van nu doo-
dende banden. De landbouwende stand
snakt naar meer vrijheid.
De MINISTER: Ik ook.
De heer KOLFF bepleit vervolgens meei
jorlivhtlng voor den landbouw, technisch er
xmomlsch, en uitbreiding van de landbouw-
xportuitbreldlng.
De volkstulnderü neemt
•ang; de producten van c
elfs ln den handel gebrach
slotte wordt bezwaar
De heer GELDERMAN (Lib.j
den landboi
rloren. De billijkheid
gemaakt tegen
het oogenblik niet n
'an de bedrijvigheid I
de boeren moeten t
ch kunnen
en in het belang van hun stand en dus van
De crisismaatregelen ls erkend
hebben voor den landbouw veel goeds tot
stand gebracht. Nergens ls ln Europa meer
en beter zorg gewijd aan don landbouw
dan in Nederland. We zijn anderen ten
voorbeeld.
In zlln geheel genomen heeft de land
bouw het nog verre van gemakkelijk, maar
de vrijheid van beweging voor de boeren
hier te lande ls toch nog altltd grooter dan
ln het land. dat de bijzondere liefde heeft
van den heer de Marchant et d'Ansembourg.
'product
er landboi
n? Dat ls
derhandelaa:
Je monopolieheffingen
renzen gaan
zoolang Duit
:ten van ons
heorle. Wat
wil afne-
ontmoeten, zal ernstig moeten worden
overwogen of de monopolleheffingen nog
zUn te handhaven. De Minister kan echter
niets toezeggen om de speculatie niet ln
de hand te werken.
zijn.
-jrshanda kan
worden gemh
het belang va
klein*
dit verband
Interpellatie
de pauze vroeg dc heer MOLTMAKER
(S.D.) aan de Kamer verlof om aan den Minls-
an Sociale Zaken vragen te mogen stellen
aanleiding van een door de Tweede Kamer
algemeene stemmen aanvaarde conclusie
5nt een adres van tandtechnici.
Dat geldt vo
r Is geen zv
geldultkeerlngi
Moeliykhedci
Landbonw-debat
Is het
CHANT ET D'ANSEMBOURG (N.S.
toogt, dat de positie var.
onze volkshuishouding door
I gezien wordt. En dat leidt
juiste beoordoellng van den landbou'
die z.l. ondeugdelijk zijn.
ikkelde crisisapparaat tast
held aan en sticht verwarring on
nstand.
landbouw moei
bedrijven,
heer DE MAR-
lehooi
i te
letoogd, dat als
kening houden met
Je landbouwbelan-
erheersohen. In dit verba.id
ten
sloten
die wi
werd
reiger
.chtlge landi
klaard, dat zi
Er moet een staatshypotheekbank komen,
omdat de bodem geen handelsobject mag zijn
Ten slotte kreeg de heer Deterding een woord
m hulde.
De heer RUITER (R.IC) had met Instem
ing vernomen, dat het crislsbeiold zal worden
ïdecentraliseerd. met inschakeling van de
ganisatles bij de toekomstige uitvoering.
Daardoor kan ook Iets blijvends voor de toe
worden verkregen,
tegenwoordige. graanprDz*
de 1
sr een zeker niveau zullen dalen. De
ng veroorzaakt echter nog sti J
loeiHJkheden en ontevredenheid,
liet blijven. Ordening is noodig.
•ongen wordt op steun voor allt
inderwüsdoelelnclen.
eteekenen een extra-belasting
louderü, die er nog niet al te
Critiek werd geoefend op de
Want die
g voor
best aa:
lsiszuivel'
centrale. In geen geval slulte de Minister d<
vetconventle. Er moeten geen extra-winster
terecht komen bü fabrikanten, wellco winster
bestaan uit gelden die voor de Instandhouding
van den landbouw waren opgebracht.
Dank werd gebracht voor hetgeen voor
de kleine boeren ls gedaan. Er moet ech
ter meer gebeuren, desnoods ten koste van
andere gesteunden.
Met 7 k 8 millioen is deze groep te hel
pen; dat ls 3 A 4 millioen meer dan op 't
oogenblik gegeven wordt. Er worden
60.000 bedrijven uit den ergsten nood gered.
ii worden e
rt-credlet
Dultschland? Var
iders Iets meer ge-
>or de rentebetalln-
r Dultschland niei
Kan voor
den gedaan
de clearing
nomen kunn
gen minder.
Kan exp
worden bevi
MINISTER DECKERS ANTWOORDT
MINISTER DECKERS wil gaarne de land
bouwcrlsismaatregelen spoedig afschaffen.
Maar in het belang van de boeren en tuindei
We zouden dan misschien weer den toe
stand krUgen, dat Jonge biggen betaald
zouden kunnen worden met eenzoen.
(V r o o 1 U k h e 1 d).
Aan de malscultuur blUft de Minister aai
acht schenken.
Het aantal kalverschetsen zal geleidelijk
voiden uitgebreid. Maar de goede vruc'
Er Is over de kleine boeren 1
;rteld.
Een uitgebreid onderzoek heeft aange
toond, dat de toestand zoo Is, dat van ge
brek niet gesproken mag worden, al moet
sober worden geleefd.
'land en Noord-Brabant
loede. al waren ook d<
aak aan onvoorzlchtlg-
verkeerd Inzicht te wijten,
nderzoeklngen ln Limburg en Overtjse)
lenzelfden Indruk,
ïnthe, waar 6 pet 3
s de toestand het t
at de gezinnen betreft
de kleln-boerenbedrUven ls er echter
Velen, die vroeger geenszins „kleine-
boer" waren, noemen zich thans zoo. Bü
een onderzoek op een plaats met 120
„kleine boeren", bleek dat ook groote
boeren, vaklieden, middenstanders en
werkloozen op een adres om steun, dat
hufs aan huls was aangeboden, geteekend
hadden.
Tewerkstelling ln eigen bedrijf Is een be
langrijk middel om kleine boeren te helpen.
Vele „kleine boeren" hadden ook voor de
crisis in hun bedrijfje geen volledig bestaan.
Ze werkten dan als arbeiders en ln fabrieken.
Dezulken zijn ten deele ln de werkverschaf
fing geplaatst.
In 49 gemeenten zUn thans 660 kleine
boeren in eigen bedrijf tewerk gesteld.
Deze proef is nog niet afgeloopen.
Er zijn ook kleine boerenbedrUve- zoo diep
i de sehuld, dat ze met geen mogelijkheid
jn to helpen. Dat kan de Regeering toch
niet ln orde maken? Al het mogelijke zal
orden gedaan om bedrijven, die te helper
jn. metterdaad te helpen.
Natuurlijk hebben de landbouwcrlslsmaat-
regelen gebreken, maar wie van degenerath
spreekt, overdrijft zeer.
Uitschakeling van den handel bü het
aardappelmeel heeft plaats gehad, nadat
de handel maandenlang de gelegenheid
had laten voorbü gaan om zich zelf ln te
schakelen. Dat was jammer, want de
Minister houdt niet van den Staat-koop-
man of den Staat-fabrikant.
Bü de gecondcns
termün gehandeld worden; fouten
ling zijn onmiddellijk achterhaald.
Onzen zulvelexport naar Dultschland kaï
'lijken met dien van het bün'
ZATERDAG 3 APRIL
HILVERSUM I 1875 M. KRO-Uitzendlng.
4.00—5.00 HIRO. 8.00—9.15 en 10.00 Gra-
mofoonplaten. 11.30 Godsd. halfuur. 12.15
KRO-orkest. 2.00 Voor de rijpere jeugd.
2.45 Causerie ov" schoolreizen. 3.00 Kin-
deruur. 4.10 „Het vivisectievraagstuk'
4.30 HIRO-Post. 4.40 „Animisme en spiri
tisme". causerie. 5.00 De KRO-Melodis-
ten. 5.45 De KRO-Nachtegaaltjes.
Journ. weekoverzicht. 7.15 Kath. RVU.
7.35 Actueele aetherflitsen. 8.00 Berichten
ANP. 8.15 Overpeinzing met muzikale
omlijsting. 8.35 Het KRO-orkest. 9.15 De
KRO-Boys. 10.30 Berichten ANP.
HILVERSUM n 301 M. VARA-Uitzending.
10.0010.20 v.m. en 7.308.00 VPRO.
8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding. 2.00
Les Ménéstriers. 4.30 Esperanto-uitzen-
ding. 5.40 Literaire causerie. 6.30 „D<
Wielewaal". 7.30 Lezing. 8.00 Herh. SOS-
Ber. ANP. 8.15 C. Steyns Accordeon
orkest. 9.H „Musica". 10.00 Berichten
ANP. 11.05—12.00 Gram.pl.
DROTTWICH 1500 M. 11.20 Orgelspel. 11.50
Trio. 12.50 Gram.pl. 1.20 Commodore
Grand-orkest. 455 Declamatie. 6.50 Welsch
intermezzo. 7.05 BBC-orkest. 9.40 Koor.
10.20 Orkest
RADTO PARIS 1648 M. 12.20 Orkest. 4.50
„Marlbrough revient de guerre", operet
te. 3.50 R. Porée-orkest. 8.20 Zang en
piano. 9.05 Omroeporkest.
KEULEN 456 RL 11.20 Silez. Fhilh. orkest.
3.20 Westduitsch Kamerorkest en SA-
Orkest. 5.25 Omroepkwintet.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.t 12.50 Om
roeporkest. 1.30 Salonorkest. 2.23 Zang.
2.35 Herdersfluiten-Trio. 3.35 Orkest. 4.35
Accordeonmuziek. 7.20 Zang. 8.20 Klein-
orkest. 9.20 Vervolg concert.
484 M.: 12.50 Salonorkest. 1.30 Omroep
orkest. pl.m. 2.22 Orkest. 3.35 Zang. 3.50
Gram.pl. 4.05 Zang 4.20 Gram.pl. 4.35
Salonorkest 6.50 Pianoreciial. 8.20 Om
roeporkest. 9.50 Omroeporkest.
ZONDAG 4 APRIL
HILVERSUM I 1875 M. 8.30 NCRV. 9.30
KRO. 5.00 NCRV. 7.45—11.30 KRO. 8.30
Morgenwijding, m.m.v. solisten. 9.30
Plechtige H. Mis. 11.45 KRO-Orkest. l.OO
„Isolement of fusie?", lezing. 1.20 R.K.
Gem. Zangvereen. „St. Caecilia". 2.30 Het
Ned. Sextet (Om 3.05 eclamatie). 4.00
Ziekenlof. 5.05 Geref. Kerkdienst. Hierna
gewijde muziek (gr.pl.). 7.50 „Waarom de
kernvorming in onze standsorganisaties?,
causerie. 8.10 Berichten ANP. 8.30 KRO-
Orkest. 10.30 Berichten ANP. 10.40
Epiloog.
HILVERSUM n 301 M. 8.55 VARA. 12.00
AVRO. 5.00 VPRO. 5.30 VARA. 6.30
VPRO. 8.00 AVRO. 8.55 Gram.pl. 10.15
Natuur-historische lezing. 10.30 VARA-
Orkest. 11.15 Van staat en maatschappij.
11.30 Concert. 12 00 Orgelspel. 12.30 „Wat
Indië de Matste 14 dagen beroerde", cau
serie. 5.00 Gesprekken met luisteraars.
5.30 Voor de kinderen. 6.30 „Jong Holland
snakt naar werk". 7.00 Vrijz. Prot. Kerk
dienst. 8 00 Berichten ANP. Mededeelin-
gen. 8.15 Omroeporkest, Operakoor en
solisten. 9.30 Orgel en viool. 9.50 Actueele
uitzending. 10.00 Omroeporkest. 11.00 Be-»
richten ANP.
DROIT WïCH 1500 M. 1.50 Studentenliede
ren. 2.20 Declamatie. 2.40 BBC-Midland-
orkest. 4.20 Causerie „What is the Churchi
doing". 4.40 BBC-Ha.monie-orkest. 5.20
Relig. causerie. 5.40 Strijkkwartet. 6.35'
Causerie over Gladstone. 6.50 Orgelspel.
8.15 Kerkdienst. 11.05 Epiloog.
RADIO PARIS 1648 M. 9.50 Ibos-orkest.
11.20 Orgelconcert. 4.20 Conservatorium-
orkest. 7.00 Zigeunerorkest.
KEULEN 456 M. 7.35 Westduitsch Kamer
orkest. 10.50 Bachcan de. 2.20 Omroep
kwintet. 3.20 Omroepkleinorkest. 7.20 Om
roeporkest, -koor en solisten.
BRUSSEL 322 en 484 TT. 322 M.: 11.20 Klein-
orkest. 12.30 Salonorkest. 1.35 Orgelcon
cert. 3.05 Gram.pl. 4.20 Kleinorkest. 5.20
Salonorkest. 6.20 Kamermuziek. 7.20
Bonte Avond.
484 TL: 9.20 Orgelspel. 10.20 Orkest. 11.20
Salonorkest. 12.30 Klein-orkest. 4.05 en
4.50 Koorconcert.
Sproeten komen vroeg ïd
het voorjaar, koopt tijdig een pot
Sprutol
geheel agrarl;
dan zoud<
dan zoud
Als Dultschland
ïze boter niet hebben
wil, moet men dat willen erkennen om
niet onrechtvaardig te worden.
Export en verbruik worden zooveel mogelük
bevorderd.
Wat over de clearing ls gezegd. Is
Idee, maar velen zullen het er niet
zün. Het is hier veelal een kwestie
Per
nieuwe orga-
grooter
t.b.c.-bestri1dlncr onder
trekken.
Van decentralisatie van den landbouw-
crisisdienst ls de Minister een groot voor
stander, maar de contröle moet absoluut In
zjjn hand zijn. Anders richten we groote
moreele onheilen aan onder de plattelands
bevolking.
HONIG 5 BOUILLONBLOKJES thans 6 voor 8 ct. en 25% zwaarder dan de meeste andere.
(Adv.)
Bij alle Drogisten
(Adv.)
scholen parallelklassen toegestaan.
Vragen om meer steun is eenvoudig,
maar de Minister moet ook voor de midde
len zorgen. De massa onder de landbou
wers ls niet ontevreden, al moet ze hard
werken.
Tegen misbruiken met volkstuintjes züi
maatregelen genomen.
Ongelimiteerde aanplant van fruitboomen
wil de Minister
De prüzen vai
verhouding
.chten tegen te gaan.
in margarine en boter k
ongunstiger worden. Komt het
.1 de Minister nagaan wat t'
>en valt.
Waar conventies zün, moet men zich er aai
houden, ondanks moeilükheden.
de Zuivelcentrale Is sterl
'Odig moet worden nagegaai
Jn om met andere mlddelei
het bedrijf der boegen ln stand te houden.
De begrooting van Landbouw wordt
goedgekeurd met 30 tegen 2 stemmen van
de N.S.B.; die van het Landbouwcrisis
fonds wordt z.h.st. goedgekeurd.
De
lük 1
Oproep Jeugdige Werkloozen
Jeugdige werkloozen kunnen een plaats
vinden in het kampement op het Fort „Do
Ruyter" bij Willemstad. Zoowel voor do
technische leiding bij het werk, daar to
verrichten, dat van velerlei aard is, als
voor de cultureele en geestelijk zedelijke
verzorging, worden de vereischte voorzie
ningen getroffen.
Men melde zich aan bij Dr B. A. Knop
pers, den Texstraat 1, Amsterdam-Centrum.
Officieele Berichten
ONDERSCHEIDINGEN
den Bond
Utrecht.
Benoemd is tot ridder tn de orde van den
Nederlandschen Leeuw de heer F. I. de Greve,
directeur van de Amsterdamsche Bank N.V. 10
Amsterdam.
Toegekend ls de aan de orde van Oranje-
Benoemd ls tot ridder ln de orde i
iassau, J. C. Francken.
Geref. Jeugdorganisatie,
n de orde
Nassau verbonden eere-medallle: H
G. Thomas te Doorn en B. Vrlellnk te Almelo;
In brons, aan H. v. Mulligen te Steenwijk, L. J.
Heiiboer te NIeuwerkerk en H. Doppenberg le
Putten.
VLOOTAALMOEZENIER
Benoemd ls tot vlootaalmoezenler ln vasten
dienst de heer G. Schimmel te Rotterdam.
JANTJE WELGEMOED EN ZIJN VADER
door G. TH. ROTMAN
r(Nadruk verbodenJ
l.Hier is Jantje Welgemoed!
Is 't geen aardig ventje?
Zijn humeur is altijd goed,
Kijk maar op het prentje!
Op zijn bol draagt hij een pet,
Die, in plaats van rein en net
Rafelig en vies is,
Want bij Pa is 't crisis!
2. Zijn vader is een liereman,
Die perfekt kan draaien;
'tls het werk van onzen Jan,
Flink daarbij te kraaien:
Al wat bij het vak behoort,
„De mauie maulen" enzoovoort,
En dan zonder dralen
De centen op te halen.
"5%^ Veowaal. uit
i^^^^gro^jP"'TrlOLLANDSC-HE
BOEBEN1.€V€N
(49
Avond aan avond zit hij te rekenen. Hij ziet geen uitweg.
Leemans moet betaald worden, en hij moet zorgen met
November het andere geld te hebben het loopt vast, on
herroepelijk vast, als Leemans geen uitstel geven wil. Hij
zucht en kijkt naar buiten. De regen striemt tegen de ruiten.
Of dat nooit ophoudt! Dit weer is zijn nekslag nog.
Hij geeft het niet' op. Zijn vingers grijpen het potlood weer;
hij rekent opnieuw. Zijn lippen klemmen zich opeen; de lijnen
in zijn gelaat zijn nog scherper, nog harder geworden: zijn
kaken staan vast en krachtig op elkaar. Maar tusschen de
dunne zwarte haren zijn geleidelijk fijne witte strepen geko
men, die het diepe zwart temperen.
Wat er gebeuren moet als het einde er zijn zal, wat hij
daarna moet beginnen, daaraan denkt hij niet. Hij is bang
voor die gedachten en duwt ze weg als zij bij hem opkomen.
Werken, vechten, dat kan hij nu nog, het is zijn bestaan.
Het andere durft hij zich niet voorstellen. Met zijn bedrijf
gaat zijn levenswerk ten gronde. En die twee, zijn leven en
zijn werk, zijn één geworden in de jarenlange worsteling. Als
het eene, het werk, er niet meer zijn zal, heeft dan het andere
zijn leven, zijn zin niet verloren?
Je hebt toch je vrouw en je kinderen nog, fluistert soms
een zachte stem als hij 's nachts slapeloos in bed ligt. Maar
mijn werk, klaagt hij dan, mijn mooie woning en de rijke stal
die ik verwacht had te zullen opbouwen en die tot het geluk
van mijn gezin moesten dienen. Het geluk? fluistert het vra
gend, is een mooie rijke woning het geluk voor je vrouw?
Je weet wel beter. Herinner je je nog wat ze gezegd heeft toen
je pas op je woning kwam? Hij ziet het weer: samen
staan ze over de polder uit te zien; hij hoort zichzelf nog
zeggen: „Als we nu maar wat geluk hebben". En hij noemde
het de hoofdzaak. En hij hoort haar antwoord weer na een
kort zwijgen: „Maar we zijn toch al gelukkig. Piet? We
hebben immers elkaar, en dat is het voornaamste van alles"
Hij had er om gelachen: dat waren echt woorden voor een
viouw. Maar nu, in deze nachten, na een leven van vech
ten, verstaat hij de zin van haar woorden pas. Nu, nu hét te
laat is.
Want hij en Neeltje zijn van elkaar vervreemd. Hij heeft
gewerkt, gewerkt, en haar alleen gelaten. Soms, in tijden van
s.aart, waren zij weer bij elkaar gekomen. Bij Arie's dood, en
bij haar zware bevalling. Maar dan gingen zij toch weer uit
elkaar. „Laten we ieder op ons eigen terrein blijven'', heeft
hij eens tegen haar gezegd, toen zij anders wilde. Hij wilde
niet. En nu is er het einde en zij staan als vreemden naast
elkaar.
Hij kijkt naar de vrouw die naast hem slaapt. Hij heeft
haar in zijn armen gehad, zij heeft zijn kinderen met pijn ge-
diagen en toch zijn zij vreemden geweest: maar zij heeft
anders gewild. Hij merkt het nu pas aan oogenblikken van
samenzijn, aan woorden en aan een enkele oogopslag, die
door zijn herinneringen gaan. Verknoeid heeft hij het geluk
voor haar en voor hemzelf.
Het zijn donkere nachten van zelfgericht, nachten waarin
de zwaarte van zijn schuld tot een benauwenis wordt.
Maar als hij opstaat, en de dag en het werk begint, leeft
hij weer in de greep van zijn arbeid, in de macht van een on
ware geluksdroom, die hij weet, dat in scherven zal vallen,
maar waarvan hij zich toch niet bevrijden kan.
Het gebeurt zoo: Op een morgen komt de boer zijn don
kere stal binnen. Hij schrikt, hij hoort een vreemd gerucht.
Het lampeglas trilt in zijn hand en een lucifer breekt, als hij
de petroleumlamp wil aansteken. Bij het licht van de optrek
kende vlam ziet hij een van de dieren tusschen de andere lig
gen hijgen. Het heeft de bek open, het lijf schokt met de
ademhaling op en neer.
De boer staat er bij. „Koorts", mompelt hij. „Zeker kou
gevat met dit koude, stormachtige weer". Hij legt de koe een
dek op de rug en geeft wat extra voer. Het beest is gelukkig
nrg graag; het drinkt de slobber en vreet het hooi als de
andere. Vandaag wat warm houden, dan is de verkoudheid
morgen wel over. Wel hoest het dier niet. maar dat gebeurt
meer, en zal later wel komen. Het kan ook zijn. dat het een
ziekte onder de leden heeft. Dan kunnen warmte en goed voer
ook geen kwaad. Misschien wordt daardoor de ziekte in de
kiem gesmoord.
Als de boer de andere morgen in de stal komt. hoort hij
de onrustige ademhaling van het zieke dier niet meer. In het
iicht van de zenuwachtig aangestoken lamp ziet hij het dier
liggen, dood en stijf, tusschen de andere koeien, die met
domme koppen er naast staan of liggen .te herkauwen. De
boer blijft ontzet staan. Enkele dagen geleden was het beest
nog kerngezond, een van de beste van zijn stal: gisteren was
het wat hangerig en koortsig. Vandaag vindt hij een cadaver*
De veearts wordt gehaald. Die komt in zijn auto; kijkt
bedenkelijk als hij het dood liggende dier ziet; vraagt naac
het verloop der ziekte; onderzoekt voorzichtig; rijst dan op.
Dc boer kijkt vragend. De veearts knikt. „Ja", zegt hij. „het
is zoo, ik dacht het wel. Dadelijk stoppen met voeren". Hij
schrijft een recept. „DirecJ ingeven als er een niet in orde
is Ik kom straks om in te spuiten".
Aan het hek wordt een papier geplakt. „Miltvuur", staaC
er op. Daaronder staat de naam van de woning: NooiC
Volmaakt.
Onder Piet Bruinings vee is het miltvuur uitgebroken.
„Dat kan niet'', zegt hij en hij herhaalt het de heele 'dag. Ook
nadat het cadaver uit de stal gedragen en in tegenwoordig
heid van den veearts, den veldwachter en een ambtenaar
weggehaald en naar de reiniging gebracht is. Maar ais
twee andere koeien ook ziek worden en een ervan de andere
dag voor zijn oogen sterft, moet hij het wel gelooven. Het is
het miltvuur, de angst van den boer. de ziekte die valsch de
stal insluipt en de beste dieren verraderlijk doodt. De trots
van zijn stal is waardeloos geworden en moet de grond in.
Het zijn dagen van spanning. Zou de ziekte al tot staan
zijn gekomen? vragen allen zich af. Nauwlettend wordt elk
dier in zijn doen on laten nagegaan. Voorzichtig wordt
gevoerd
(Wordt vervolgd)