H.H. VEEHOUDERS! ECONOMIE EN FINANCIEN De Wieringermeerpolder Vervolg „Land- en Tuinbouw" [WOENSDAG 3 MAART 1937 Nationaal comité van de Internationale Zuivelbond 11e Internationaal Znivelcongres Voor het van 22—28 Augustus a s. te Ber lijn te houden Xlde Internationaal Zuivel- co.igres, is een groot aantal rapporten, waaronder zes uit Nederland, bij het con gres-bestuur ingediend. De behandeling hiervan op .het congres zal vier zittings dagen in beslag nemen. In hot reeds vroeger gepubliceerde voor- loopige programma der op het congres te behandelen onderwerpen, is in de le afdee- ling, onder vraag 4. nog ingelascht (naast „Abortus-Bang")tuberculose bestrijding. Verder is het vijfde vraagpunt der 2e af- 'deeling voorloopig uitgebreid in dien zin, dat onder a) zal worden behandeld: Rijks- en algemeen-organisatorische maatregelen voor controle en keuring van melkproduc ten;, onder b): nieuwe methoden van onder zoek. De Internationale Zuiveltentoonstelling. welke van 21—29 Augustus zal worden ge houden, bestrijkt het geheele gebied der melkveehouderij en zuivelbereiding en za' getuigen van den grooten trap van ontwik keling die deze tak van economie tegen woordig in de beschaafde landen bereikt heeft Alle vraagstukken, die in verband staan met productie, verwerking, handel en organisatie, zullen hier tot uitdrukking ge bracht worden. De tentoonstelling omvat o.a. een „Lan- 'derschau" en een „Leistungsschau". De „L&nderschau" zal volgens het prospectus een overzicht geven van de toestanden op zuivelgebied in de verschillende voor de Zuivelindustrie belangrijke landen. Behalve gegevens omtrent de organisatie en de taak der zuivelindustrie, zal in een afzonderlijke box (van 7.80/3.65/3 Meter) van elk land ook een expositie der verschillende typische zuivel- en melkproducten omvatten. Tevens kan aan een overzicht der wetenschappe lijke resultaten, alsook de maatregelen ter bevordering der kwaliteit en den uitvoer van zuivelproducten een plaats ingeruimd worden. De .Leistungsschau" voor zuivelproducten omvat o.a. een internationale keuring van boter (versche en koelhuisboter, onverdeeld In gezouten en ongezouten). De resultaten dezer keuring, waarop door elk land collec tief zal worden ingezonden, zullen alleen 'aan de nationale comité's dier landen zelf bekend worden gemaakt. De keuring vindt door internationaal sa mengestelde keurings-commissies plaats, terwijl de boter uit de verschillende landen hierbij dooreen geplaatst wordt. Later wordt in deze „Schau" de boter naar de landen tentoongesteld en wordt aan vaklieden do gelegenheid gegeven de boter te proeven, ln aanwezigheid van een deskundige uit het des-betr. land, die de monsters neemt en zoonoodig toelichting geeft. De „Kaseschau" bedoelt in tegenstelling tot de tentoon stelling in boxen van elk land afzonderlijk de producten uit de verschillende landen van eenzelfde soort bij elkaar te brengen en aldus onderling vergelijkbaar te maken. Hieraan zal echter geen officiëele keuring voorafgaan. De uitgenoodigde internationale deskundigen zullen ook hier gelegenheid hebben, onder deskundige leiding monsters kaas te proeven. Verder zullen tegen een geringe vergoeding proefjes kaas afgegeven worden aan alle verdere belanghebbenden en bezoekers. Aan de „Industrieschau" kunnen, wat melk- en zuivelproducten betreft, deelne men ondernemingen en vereenigingen, die zich bezig houden niet den afzet en den Uitvoer hiervan. Wat het verdere industriëele gedeelte be treft, dit zal niet alleen machines omvatten maar ook de gezamenlijke inrichtingen, werktuigen en hulpmiddelen, die met de Winning, be- en verwerking van melk, als ook met de bereiding van nevenproducten Sn verband staan Dit gedeelte is interna tionaal; tot een ander deel der expositie, de „Maschinen- und Industrieschau", zullen enkel Duitsche inzendingen worden toege laten. Een verdere ruimte op de plattegrond Ss aangeduid als „Deutsche Lehnsehau" en za! blijkbaar hestaan uit: Molkerei Butterei Kaserei, Verkauf. Eén van de verdere onderdeelen der ten toonstelling is die, waarbij de belangrijke plaats, die de melk in de beschavingsge schiedenis en in het leven der volken in neemt. aan de hand van kostbare interna tionale kunstverzamelingen in de onder scheiden vormen van winning en vei king der melk in de verschillende eeuwen aanschouwelijk zal worden voorgesteld. Ook de tetrenwoordige winning, en de ver schillende soorten van verwerking van de Is het U bekend, dat: ons wetenschappelijk product S. M. V. Z. SPECIAAL VOEDERZOUTEN (Wettig gedep.) hij de vooraanstaande Molenaars en Handelaren in ons land verkrijgbaar is, zoowel gemengd, als in baaltjes van 50 Ko's? U stelt toch prijs op gezonde en krachtige beesten, die een sieraad zijn voor Uw stal en die U een zoo'n hoog mogelijke winst afwerpen? U kunt dit bereiken, door van Uw handelaar gemengd voeder te koopen waarin verwerkt S. M. V. Z. SPECIAAL VOEDERZOUTEN, of indien U zelf mengt, een baaltje ad. 50 Ko.'s S.M.V.Z. SPECIAAL VOEDERZOUTEN te bestellen. U zult dan tot de overtuiging komen, dat, door het gebruik van S. M. V. Z. SPECIAAL VOEDERZOUTEN het toe te dienen voeder voor 100 PROCENT VERTEERD wordt, Uw beesten GEZOND zijn en een STERK WEERSTANDSVERMOGEN TEGEN ZIEKTE bezitten en tot MEERDERE PRESTATIES in staat zijn. Overtuigende bewijzen staven bovenstaand. Onder voortdurende controle van bet bekende Scheikundig Laboratorium van ,,Dr van Hamel Roos en Harmens" te Amsterdam. Duizenden Veehouders zoowel in ons land als buiten onze grenzen gebruiken voor hun beesten S.M.V.Z. SPECIAAL VOEDERZOUTEN. Waarom zoudt U niet eens een proef nemen? Doet het heden. VERKOOPKANTOOR SPECIAAL VOEDERZOUTEN UTRECHT Wittevrouwensingel 75 - Telef. 18755 melk tot de voornaamste producten, zullen getoond worden; hierbij zal de nadruk ge legd worden op de bijzondere zorg en hy giëne, die als opperste wet in melkinrich ting- en zuivelbedrijven gelden. Ten slotte zal door middel van nog een andere „Sonderschau" een overzicht gege ven worden van de propaganda, die in de verschilende landen gevoerd wordt voor een grooter melkverbruik en de waarde der melk voor de menschelijke voeding. De gezamplijke exposities zullen worden ondergebracht in de nieuw gebouwde hallen van de Berlijnsche tentoonstel lings- en jaarbeursgebouwen bij den radiotoren (am Funkturin). Verder gewenschte inlichtingen verstrekt, voor zoover mogelijk, het Nationaal Comité van den Internationalen Zuivelbond. Hugo de Grootstraat 13. 's-Gravenhage waar t.z.t. ook het volledige programma verkrijgbaar zal zijn. Marktoverzicht (Medegedeeld door het Centr. Bur.) Gedurende de afgeloopen week zijn in de prijzen der voedergranen geen groote ver anderingen gekomen. Over het algemeen overtrof het aanbod de vraag. Tarwe en haver onveranderd in prijs m3t weinig vraag. Lijio(koeken zijn in de afge- loopen week onveranderd gebleven. Aile overige koeksoortien en schroot zijn weer vrij belangrijk in prijs verlaagd. Stikstofmeststoffen. Het blijft, den tijd van het jaar in aanmerking genomen, buitengewoon stil op de stik6tofmarkt. Vraag is er zeer weinig. De prijzen zijn on gewijzigd. Thomasmeel. In de afgeloopen week was er hier te lande bijna geen vraag naar thomasmeel en vele leden klaagden, dat de boeren ook niets komen halen. Dergelijk slechte weersomstandigheden als we nu reeds bijna het geheele seizoen ontmoeten, zijn in vele jaren niet voorgekomen. Dit moet natuurlijk van invloed zijn op de voor- jaarswerkzaamheden. Toch behoeft dit geenszins te beteekenen, dat men au hPt 6trooien.van thomasmeel wel achterweg' zal laten. Als het land weer droog is, za men juist in ddt geval zeer zeker tot bemes ten moeten overgaan en voor thomasmeel ia Maart nog een heel gewone maand, terwijl men ook nog gerust met succes ia April en Mei kan bemesten. Men vrage slechts den landbouw consutent of -leeraar. Superfosfaat. Over de vraag naar superfosfaat kan men niet ontevreden zijn. De omzetten zullen zeer zeker boven die vaa het vorige jaar stijgen. Dat komt natuurlijk mede doordat een groot gedeelte der behoef te tegen veel lagere dan de tegenwoordige prijzen kon worden gedekt. H.H. EIERVE'RZENDERS Wanneer U ln alle richtingen hebt geprobeerd een goed afzetgebied voor Uw eieren te vinden, en niet naar wensch zijt geslaagd, probeert het dan eens bij DE ROTTERDAMSCHE VEILING ROTTERDAM Telefoon 13649 Warmoeziersstraat S 37—39 Recht van controle voor H.H. Zenders. Directe afrekening na iedere veiling. TH. W. POOLMAN. Dir.-Veilingmeester koop; Gebrs. Hartemiak, Doetinchem; D. J. van der Have, Kapelle-Biezeiinge; Wed. P. de Jong, Goes; Gebrs. Jongman, Sappemeer J. W. van Klaveren, Waddinxveen; C. Linl- ner, Opheusden; G. van Oort en Zn., Op-heug den; C. Paauwe, Wemeldinge; P. Peters, Opheusden; Proeftuin „de Leek'', de Leek Floris Roelofsen, Opheusden; G. H. Slootjes Boskoop; R. Smaling, Opheusden; J. D. Ver- woert Dzn., Opheusden; P. van 't Westeinde, Heer Arendekerke. Mij. voor Gemeentecrediet Winstsaldo gestegen van 362.095 tot 428.208. Onveranderd dividend Blijkens het jaarverslag van de Mij voor Genioentecrediet werden ln 1936 afgesloten 118 leeningen (109) tot een bedrag van ƒ2.679.377 (v. j. ƒ6.690.913). Van 7 (112) leï- niingen tot 'n bedrag van 464.167 (3.442.61oi is de rente verlaagd zonder aflossing der oorspronkelijke ieenlngen. Het bedrag aan leeningen, wat per 31 Dec. 1936 op de balans stond was ƒ47.237.371 (v. j. ƒ47.348.296). De onkostenrekening ad 65.326 (v. j. 124.038) was dit jaar zeer laag, doordat nagenoeg geen obligation wer den uitgegeven. Daardoor voorname lijk, maar ook doordat de in 1933 door gevoerde conversie van obligatiën haar werking in 1936 ten volle deed gevoelen, is het te verklaren, dat er na afschrijving van de onkostenreke- aing een winstsaldo blijft van 428.208 Voorgesteld wordt op koersberekening 3y2 obligaties ƒ86.155 (7467) af te schrij ven, op koersrekening 4 obligatiën ƒ9233 Van de winst, die dan overblijft al ƒ322.819 (334.628) wordt voorgesteld te re serveeren voor dividend- en tantièmebela*- ting ƒ28.807 (28.807) op nieuwe rcikening over te brengen 10.584 (12.392) en uit te keeren ƒ293.428 (onv.). Uitgekeerd wordt op aandeelen A ƒ48 (aav.). op aandelen B 89 (onv.) per aandeelen. Iepen onvatbaar voor lepziekte Gekeurde exemplaren van Iep No. 24 Toen de iepenziekte ernstig begon op te treden is door het Phytopathologisch Labo ratorium Willie Commelin Schollen te Baarn een groot aantal zaailingen van iepen verzameild en vervolgens onderzocht op hun vatbaarheid voor den zwam Graphium ulmi. den verwekker der iepenziekte. Daarbij is gebleken, dat een der zaailingen tegen iepen-ziekte resistent is: de z.g.n. Iep No. 24. In het voorjaar van 1934 is voor het eerst enthout van deze nieuwe aanwinst aan kweekers verstrekt onder voorwaarde dat zij geen materiaal van Iep 24 zouden afle veren vóór najaar 1935. Sedert najaar 1935 kan men nu op verscheidene plaatsen in Nederland exemplaren van Iep No. 24 kco^ pen. De instandhouding van de rasechtheid en de raszuiverheid van deze resistente iep is van groot belang en vormt de sluitsteen op de groote hoeveelheid werk, die het Iepen ziekte-Comité, en in het bijzonder het phy- topathologiech laboratorium te Baarn, zi/h heeft moeten getroosten, voordat deze waar devolle aanwinst was verkregen. Het is daarom zeer toe te juichen dat ver reweg de meeste voortkweekers van Iep dit groote belang hebben ingezien en der halve hun materiaal voort-kweeken en afle veren onder de keuring van de Nederland- sche Algemeene Keuringsdienst (N.A.K.l Daardoor wordt den afnemer de noodige ga rantie voor rasechtheid en raszuiverheid geboden. Daar herhaaldelijk gevraagd wordt, wair men gekeurde Iep 24 kaa koopen, wordt hierbij een overzicht gegeven van alle voort kweekers, bij wie in het groeiseizoen 1936 is gekeurd: Anne Bosgra, Bergum; T. O. Bosgra, Ber- gum; D. van Bruggen, Opheusden; E. Joh. Bulten, A al ten: B. Dijkstra, Zand Bulten: Jan van Eerbeek. Opheusden; Joh. van Eer beek, Opheusden; Felix en Dijkhuis, Boj- Voederbieten in het artikel van 17 Febr. genoemde Voederbiet „Corona" werd met enkele andere rassen drie jaren achtereen op de interprovinciale proefvelden aangelegd door het instituut voor Plantenveredeling Wageningcn, beproefd, met het volgende resultaat: Groep 16 Drogestofopbrcngst Gemidd. 1933 1934 1935 Groeningia 102 103 102 102.3 Eureka 98 103 98 99.7 Ovana 100 96 99 98.3 Corona 94 93 98 95 deze vier rassen, „Corona" dus abso luut de slechtste opbrengstgever. Aangezien Corona in deze groep niet kon meekomen, werd ze naar een andere groep met lager drogestofgehalte overgebracht en "136 gaf het volgend resultaat: Groep 14 Drogestofopbrengst Kfrche's Ideaal 104 Teutonia 100 Hautana 91 Corona 105 In deze groep staat Corona dus met miniem verschil nummer één. Overigens zegt een één-jarige proef zeer weinig. Bovendien staat in het zoo juist versche nen rapport van bovengenoemd Instituut, dat wanneer de drogestofopbrengst van groep 16 op 100 gesteld wordt dit cijfer voor groep 14: 93 bedraagt. Bij vergelijking met bijv. Voederbiet Groeningia. die in groep 16 ook in 193(' weer bovenaan staat evenals dit in de periode 1932/1935 het geval was, krijgen wij het volgende beeld: 1933 1934 1935 1936 Groeningia 102 103 102 104 Corona 94 93 98 97. (105 in groep 14 (105 x 93) 100 97.6 ii groep 16). Groeningia. die de laatste vijf jaren op deze interprovinciale proefvelden de eerste plaats heeft ingenomen, leverde dus zelf: tot 10 pet meer drogestof per HA dan Corona. (Adv.) KAS-VEREENIGING N.V. Nettowinst gestegen Hooger dividend N.V. te Amsterdam over 1936 beloopt f 919.128 (v. j. I 706.114). Voorgesteld wordt 5V2 pet. dividend uit te keeren (v. J. 4y2). Blijkens het jaarverslag zijn de omzetten in 1936 geleidelijk verbeterd, in het bijzonder viel in het laatste kwartaal een sterke op leving op effectengebied te constateeren Hierdoor werd van de diensten der instelling een veelvuldig gebruik gemaakt, hetgeen van invloed was op onze provisierekening Deze wijst een batig saldo aan van f 824.316 (v.j. f 673.730). De waarde van het effectenbezit vermeer derde door aankoop resp. conversie met f 1.710.509 en door koerswinst met f 775.053, en verminderde door uitloting, conversie en verkoop met f 1.285.733, zoodat het saldo een vermeerdering aanwijst van f 1.199.830. Het voordeelig koersverschil ad f 775.053 werd geboekt ten gunste van de rekening „reserve voor koersverlies op effecten". Tegen mogelijke verliezen op dubieuse debi teuren is ruimschoots gereserveerd. De resultaten vertoonen ten opzichte van die over 1935 een vermeerdering van rente en provisie. De renterekening sluit met een voordeelig saldo van f 1.268.284 (v. j. f 1.138.712. Hoewel ook in het afgeloopen jaar de rentevoet vele malen is gewijzigd, heeft de geldmarkt niet aan zoo groote schommelingen blootgestaan als in 1935, hetgeen van gunstigen invloed was op verdiende rente. Na het loslaten van den gouden standaard hier te lande is evenwel een groote verrui ming op de geldmarkt ingetreden, tenge volge waarvan de geldkoersen tot een zeer laag peil zijn gedaald'. De Amerikaansche Staalindustrie Werkt op nieuw hoogterecord De staalindustrie in de V.S. werkt thans volgens het American Iron Steel Institute aan het begin der week op 85.8 der capa citeit, hetgeen het hoogste cijfer is sedert begin 1929 87.5). Vorige week Maandag was het percentage 82.5 79.6 een maand geleden, 53.5 in 1936 en 4S.2 in 1935. Weekstaat Nederl. Bank De beleeningen iets toegenomen De voornaamste cijfers voor de verkorte balans van de Nederlandsche Bank N.V. j luiden als volgt: per 1 Maart: binnenl. wissels f 19.868.962 (f 21.438.070)5 papier o. h. buitenl. f 2.295.000 (f 2.295.000); beleenin. f 177.635.750 (f 172.651.425); munt, goud f 124.107.370 (f 124.107.370); muntmat, goud f 754.512.260 (f 754.512.260); munt, Tver f 1S.650.866 (f 19.533.446); muntmt., lver f (f totaal munt en -muntmat, 897.270.496 (f 898.153.077); bankbilj in oml, 814.256.560 (f 774.470.400); bankassignatiën: in omloop f 79.141 (f 494.488); rekening cou« rant saldo's f 299.994.269 (f 336.860.775). De tusschen haakjes geplaatste cijfers even den toestand per 22 Februari. Het Egalisatiefonds heeft deze week niet eel te doen gehad. Zoo geeft dan deze nieu- re weekstaat van de Nederlandsche Bank: veinig mutaties te zien. Alleen heeft en eenige opvraging plaats gehad van reke- ning-courantsaldn, zoowel van het Rijk als van amidkiren. Eerstgenoemde post is gedaald "5.6 tot 52.7 millioen, bij de rekening- courantsaldi van anderen trad een vermin-» dering in van ƒ261.2 tot 247.2 millioen. De beleeningen namen met ƒ5 millioen toe. Het passeeren van den ultimo is aan dit ai-» s niet vreemd. De bankbiljettenciTCulatne is met ƒ40 mil-» lioen uitgezet. De goudvoorraad bleef onver anderd. De direct opeisohbare verplichtin gen zijn een kleinigheid toegenomen, doch* vrijwel niet vaia beteekenis. Laan van Meerdervoort te 's Gravenhage Winstsaldo 1936 138.302 (v. j. 130.389). Onveranderd dividend Het winstsaldo van de N.V. Laan van Meerdervoort te 's-Gravenhage over 1936 bedraagt ƒ138.302 (vorig jaar ƒ130.389). Een onvoramiderd divi dend van 30 wordt uitgekeerd. Aan het heden verschenen jaarverslag ontleenen we de volgende bijzonderheden: De huurtoeslag vond ook in 1936 voort gang, waarmede bleef samengaan dat dooi de huurders steeds grootere eischen werden gesteld ten aanizien vair» moderniseering etc. Onzerzijds werd aan deze wenschen zoo veel mogelijk voldaan met het gevolg dat de uitgaven voor onderhoud en vernieuwing ©enige verhooging ondergingen. In hoeverre de huurdaljoig zich na de ver anderingen die eir het afgeloopen jaar in( den economisohen toestand zijn gekomen, ook ia het nieuwe boekjaar zal voordoen, valt moeilijk te voorspellen. Het huizienbezit bleef gelijk aan dat van het vorige jaar. Hoewel omzetten dus uit bleven en de meer gunstige beoordeeling van de waarde van het onroerend goed di* in de laatste maanden is ontstaan voor de Maatschappij oog geen tastbare resultaten had, kan toch reeds met voldoening worden geconstateerd dat aain de steeds voortgaan de waardedaling van deze vermogensdeelen over het gdheel een einde schijnt te zijn gekomen. Hierbij valt in het oog te houden, dat door de stijging van de prijzen van ver schillende materialen de druk wordt ver licht dien de aanbouw met goedkoope ma terialen op de prijzen van bestaande wq^ ningen uitoefent. De bouwterreinen, staande ten name varf de Mij., zijn vermeerderd door den aankoop van een aangelegd bouwterrein onder Den Haag (voormalig Loosduinen) ter groot?* van 2 H.A. 48 Are 24 c.A., waarvan een spoedige exploitatie is te verwachten. Evenals in het vorige jaar zijn alle offi cieel genoteerde aandeelen en obligatiën, boven pari noteercnde, tegen parikoers ge waardeerd. Hierdoor is een belainigrijk hoo- gere stille reserve in het effecten-bezit aan wezig dan het vorige jaar. Ondanks de belemmeringen, die de tijds omstandigheden nog aan het vloeien vanj vroegere winstbronnen men denke bijv, aan den stilstand in de verleening vart bouwcred'ieten in den weg legden, mogen de resultaten zeer gunstig worden genoemd. De Directie heeft dan ook alle aanleiding om voor te stellen de Reserve Diverse Be langen te doteeren met f 45.000, en voorts aan aandeelhouders een dividend van 30%; over het op de aandeelen gestorte kapitaal uit te keeren (als v.j.). Het winstsaldo be draagt f 138.302 (v.j. I 130.389). XIX*) De microbiologie B. J. Maar niet alleen de structuur van de grond en de voedselvoorraad var de bodem zijn, van hoe groote beteekenis ze ook mogen wezen, de eenige factoren waarmede op nieuwe grond rekening gehouden moet worden. Ook de microben spelen een beteekenisvolle rol bij de productiviteit van de grond. Waar alles tot in de fijnste bijzonderheden is onderzocht Jigt het voor de hand, dat ook aan de microbiologie de noo- idige aandacht is geschonken. Aan de hand van wat de wetenschappelijke ambtenaar bij öe Wieringermeer-directie, de heer ir. G. W. Harmsen, daar over heeft gepubliceerd, kunnen we over deze microbiologie het een en ander mededeelen. Voor velen zal het vreemd lijken, dat ook in de zeebodem Jiog bacteriën gevonden worden. Toch is dit het geval. Wel jiiet in zoo groote massa als in normale bouwgrond wordt aangetroffen, waar in de bovenste laag. de bouwvoor, dus ongeveer 15 c.M., een normale hoeveelheid van ongeveer 1100.000.000 (honderd millioen) bacteriën per gram grond ge- yonden kan worden, maar toch bevat de bovenste laag grond van de zeebodem in de Zuiderzee een aantal van gemiddeld il50.000 bacteriën per gram. Hiervan zijn ongeveer een derde, üus 50.000 aërobe (zuurstof behoevende). De overigen zijn [pe r/raan-maai-dorschmachine <jd de onafzienbare vlakte ln 'vuile actie. anaërobe, d.w.z. deze hebben geen rechtstreeks opneembare zuurstof noodig, doch kunnen deze aan andere stoffen, waar mede ze in aanraking komen, ontleenen. Natuurlijk is de groote hoeveelheid zout, die in de zee bodem voorkomt, een zeer voorname reden voor het zoo wei nig voorkomen van de bacteriën. Maar toch zijn er ook wel van deze lagere organismen, die heel goed een sterke zout- concentratie kunnen verdragen. Het bovenste, een paar millimeters dikke, laagje van de zeebodem nemend komt men weer tot geheel andere verhou dingen in de getallen. Dit bovenste dunne lichtgrijs gekleur de laagje bevat veel meer bacteriën (wel tot 500.000 per gram) en bijna alle aërobe. Dit bovenste laagje bevat n.l. in de ondiepe Zuiderzee een tamelijk groote hoeveelheid zuur stof. Als nu deze zeebodem droog komt te liggen, dan zal er langzamerhand de eerste tijd is de grond nog zoo vol met water, dat de oude toestand in de microbenwereld niet ver andert een wijziging komen in de omstandigheden waar onder de bacteriën leven en dus ook de bacteriënflora een verandering ondergaan. Er komen geheel andere soorten en de reeds op de zee bodem aanwezige microben gaan zich vermenigvuldigen. Zoo bleek in de proefpolder bij Andijk, dat reeds binnen twee jaar na het droogleggen er een normale akker-micro flora ontstond. Wel bleef het aantal nog beneden dat van de oude bouwgrond, doch de samenstelling was normaal. Alle belangrijke groepen komen tot een behoorlijke ontwikkeling en kunnen hun taak in de bodem reeds spoedig naar behoo- ren verrichten. Dit zijn o.a. de ammonificeerende (eiwit-ont ledende), de zuurvormende (koolhydraten-ontledende), de cellulose-ontledende en de ureumsplitsende. Toch waren er ook zeer belangrijke b.v. de Azobacters, de nitrificeerende en de wortelknolletjes-bacteriën der leguminosen, die in de eerste jaren nog zeer schaarsch bleven. Ten deele kwam dit doordat enkele dezer zeer hooge eischen stellen aan de zuur stofvoorziening en andere in de eerste tijden nog niet over voldoende opneembare organische stof konden beschikken de wortelknolletjes-bacteriën Speciale maatregelen om de uitbreiding van de microben- flora te stimuleeren zijn in de Proefpolder niet genomen. De geheele ontwikkeling liep vlot en regelmatig. Reeds in 1933 telde men op goede kleigrond een aantal van ongeveer 80 millioen levensvatbare kiemen per gram grond en kwam dit aantal reeds zeer nabij aan dat van de normale oude grond, dat, zooals we zagen, ongeveer honderd millioen be draagt. Echter had er eenig oponthoud in deze ontwikkeling plaats gevonden. Tusschen de ontzilting- en ontwaterings periode en de intensievere bebouwing van de grond, had een stilstand in de uitbreiding van de micro flora plaats. Pas toen de herhaalde en steeds diepere grondbewerking, de lucht dieper in de bodem bracht en deze van voldoende organische stof voorzag door het onder-ploegen der stoppels, had weer uitbreiding plaats. Dit waren de ervaringen in de Andijker proefpolder opge daan. In de Wieringermeerpolder bleek de bodem na het droog vallen eenigszins anders te zijn. Hier was de aard van het slik geheel anders, al was deze, zooals we zagen, eerst nog wel onbegaanbaar en zeer waterhoudend. Hier veel meer or ganische stoffen in de bovenste laag. Voornamelijk moet dit toegeschreven worden aan het feit, dat in de Wieringermeer :eebodem niet uit jonge, pas aangespoelde klei bestond, uit oude zeeklei, die vóór de Zuiderzee ontstond, reeds 1 water gelegen was en waarschijnlijk door een min of mr dikke veenlaag afgedekt was. arom verliep de ontwikkeling van de bacteriënflora in de agermeerpolder dan ook anders dan in de proefpolder. „-n de eerste ontwikkeling trad ook hier na de ontzilting en de ontwatering een stilstand in. Doch deze was in de Wieringermeerpolder veel sterker en hardnekkiger dan in de proefpolder, want de gewone cultuurmaatregelen brachten hier zoo goed als geen verandering. Maar door de bemesting en onderbrenging van organische stoffen (stalmest, compost of groene bemesting, het kwam er niet op aan welke) werd deze stilstand verbroken. Het moet dus gelegen hebben aan een onvoldoende orga nische voeding, die geschikt was voor de bacteriën. Toch was er voldoende humus in de bouwvoor van de Wieringermeer polder aanwezig, doch deze zal vermoedelijk voor de bac teriën minder goed aantastbaar zijn geweest, waardoor ook een trage losmaking van de planten-voedende stoffen te be speuren viel. De cultuur-gewassen konden dan ook een stik stofbemesting niet ontberen, zooals we reeds opmerkten bij ons beschrijven van wat de proefpolder ons leerde. Wat de reden is, dat deze humus zoo onaantastbaar bleek voor de werking van de bacteriën is nog niet opgelost. Waar schijnlijk is het, dat zoowel de geaardheid van de humus als een onvoldoende luchttoetreding in de bodem hier van betee kenis zijn geweest. De bijzondere geaardheid van de humus in de Wieringermeerpolder moet in verband gebracht worden met het feit, dat deze gronden eerst een periode gehad heb ben van droog te liggen en met een normale plantengroei en daarna bedekt zijn geweest met veen, waarna de periode kwam van vele jar enmet zeewater overstroomd te worden. Gevolg van het feit, dat de toevoering van organische stof- Le landoouwmachines wachten om een aanval te kunnen doen op het te velde staande gewas. fen de microbenflora deed uitbreiden en dus de mineralisatie van de reeds aanwezige humus stimuleerde, werd zoo goed als in alle graangewassen klaver of lucerne ingezaaid om deze na het oogsten van het graan onder te ploegen. Met de groei van de klaver en andere vlinderbloemige ge wassen had men echter ook weer last, daar de Wieringermeer- meergrond slechts weinig wortelknolbacteriën bevatte. De eerste ontwikkeling was dan ook slecht. Door enten met een reincultuur kwam daarin een grondige verbetering. De slechte ontwikkeling van deze Baccilus Radicicola (de wortelknolbacterie) moet ook al weer geweten worden aan de weinige ontleedbare organische stoffen. Alweer dus het zelfde euvel. En we krijgen hier, zooals ir. Harmsen het uit drukt, de vicieuze cirkel: voor verhooging van het gehalte aan mineraliseerbare humus moeten vlinderbloemige gewassen verbouwd worden, maar een succesvolle verbouw daarvan is slechts mogelijk als het gehalte der mineraliseerbare humus hooger is. Door enting kon men gelukkig uit deze impasse geraken. Op de proefpolder bleek, dat door enting met bacteriën een 6- tot 8-maal zoo hooge opbrengst verkregen werd als op niet geënte perceelen. Voor deze enting waren groote hoeveelheden entstof noo dig, die op het eigen laboratorium van de Directie van de Wieringermeerpolder gekweekt werd. Men wendde de entstof aan door deze te voegen bij het uit te zaaien zaad van de vlinderbloemigen, die men voor onderzaai wide gebruiken. *1 xym stosd in ons blad vaa 15 Febr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 10