LMMKT
OlNSDAG 16 FEBRUARI Ï937
Kerk en Zending Kerk en Staal in Duitschland
HET ROEMLOOS EINDE VAN DEN
„REICHSKIRCHENAUSSCHUSS"
(Van c
1 Duitschen correspondent)
Ergens in een bescheiden hoekje van een
der weinige Berlijnsche bladen, die zoo nu
en dan nog wel eens den moed hebben, een
berichtje over kerkelijke aangelegenheden te
brengen, lezen wij het opzienbarend besluit:
DE RIJKSKERKCOMMISSIE IS
TERUGGETREDEN
De Rijkskerkcommissie heeft Vrij
dagmiddag haar heengaan medege
deeld. De Rijksminister van Kerke
lijke Aangelegenheden heeft dit
ontslag aanvaard. Een verordenings
werk tot regeling van de kerkelijke
aangelegenheden gegrond op de wet
tot bescherming van de Duitsche
Evangelische Kerk van 24 September
1935 zal Maandag den 15den dd. in
het Staatsblad („Reichsgesetzblatt")
gepubliceerd worden.
In een DNB-bericht.aan de buitenlandsche
pers was men iets uitvoeriger, want men
voegde eraan toe, dat de „Reichskirchenaus-
schuss" onder leiding van zijn voorzitter D.
Wilhelm Zoellner niet bij machte gebleken
is, om het beoogde doel, eenheid en vrede in
het kerkelijk leven, te bereiken.
Onwillekeurig dachten wij aan een der
voordrachten, die Zoellner tijdens zijn ker
kelijk „bewind" over dit netelig thema te
Berlijn heeft gehouden. Hij behandelde na
melijk tijdens een voordracht voor de „Ver
tegenwoordigers van den Rijksbond der Duit
sche Evangelische Predikanten-Vereenigingen
te Berlijn" de actueele vraag: „Komt de
Staatskerk?" Wij hoorden hem dien histori-
schen avond zeggen: „Ich stehe hier fest und
unbeirrbar". Dat wil zeggen: „Ik sta hier vast
en ik laat me niet van de wijs brengen".
De werkelijkheid is thans anders gebleken.
Na Rijksbisschop Müller is thans ook de be
jaarde „Generalsuperintendent" niet de juiste
man op de juiste plaats gebleken. Zijn onge
twijfeld goedbedoeld werk voor een regeling
van het gecompliceerde kerkelijk vraagstuk
in den nationaal-socialistischen staat is op een
mislukking uitgeloopen. En laten we er dan
maar dadelijk aan toevoegen: we gelooven
niet, dat er in kerke lij ke kringen iemand
gevonden zal worden, die bij machte zal
blijken, dat uiterst delicaat en gecompliceerd
vraagstuk van onzen veelbewogen tijd tot
een oplossing te brengen, welke voor de ver
schillende groepen en partijen bevredigend
•genoemd kan worden.
In een staat namelijk, die zich de weelde
van een „Weltanschauung" permitteert,
dreigt de Kerk tot een particuliere aangele
genheid gedegradeerd te worden, komt het
geloof der vaderen in 't gedrang en kan ten
slotte nog slechts een Kerk geduld worden,
die zich principieel bereid verklaart, een door
den Staat geprotegeerde wereldbeschouwing
te aanvaarden! Wij weten thans uit ervaring,
dat de R.K. Kerk in haar geheel deze wereld
beschouwing van de hand wijst en tevens,
dat een belangrijk deel van de Duitsch Evan
gelische Kerk er net eender over denkt. Den
gulden middenweg wilden de „Duitsche
Christenen" inslaan, maar hun onderlinge
verdeeldheid heeft bewezen, dat het woord
van Christus nog altijd van practische betee-
kenis blijft: „Wie niet vóór Mij is, die is
tégen Mij!"
Aan den eenen kant noodgedwongen, om
dat een langdurige ziekte hem in zijn vrijheid
van beweging belemmerde, maar aan den
anderen kant ook wel uit tactische overwe
gingen, heeft Rijksminister Kerrl, zoolang hij
de kerkelijke aangelegenheden onder zich
heeft, er zijn kracht in gezocht, de Belijdenis-
kerk waarvan de ervaring leerde, dat zij
grooter en sterker werd naarmate men har
der onderdrukte offieieel te negeeren. Deze
methode heeft in zooverre succes gehad, dat
de geweldige groei van het Belijdenisfront
geleidelijk afnam en dat de Belijdeniskerk
langzaam aan niet meer een zoo diepen
indruk op de volksverbeelding maakte, waar
door zij ook een deel van groote aantrek
kingskracht verloor. Dit neemt echter niet
weg, dat het front onverzwakt al zijn
stellingen wist te behouden en dat de Kerk
de vrij lange periode van betrekkelijke rust
wist te gébruiken voor den innerlijken op
bouw, waaraan een sterk verflauwd ge
loofsleven zoozeer behoefte had!
Men kan thans niet meer ontkennen, dat de
Belijdeniskerk, in verhouding tot wat zich
sedert 1033 rondom haar afspeelde, een tijd
perk van bloei doormaakt. Niet alleen blijft
Zij ondanks een reeks wettelijke verboden
met groote zorgzaamheid haar geestelijke
leiding vormen, niet alleen leggen haar pre
dikanten getuigenis af van een groote vrij
moedigheid, niet alleen kunnen haar aanhan
gers een actief kerkelijk leven leiden, doch
bovenal bereikt zy door talrijke geschriften
die minder dan welke andere publicaties
op geestelijk terrein ook het standpunt huldi
gen, dat voorzichtigheid de moeder der por-
celeinkast is! ook de massa, welke zij niet
binnen de muren van het kerkgebouw kan
verzamelen.
Dreigt er thans door hardhandig ingrijpen
van overheidszijde een wijziging ten kwade?
De Belijdeniskerk heeft reeds teveel moeilijk
heden moeten overwinnen, om zich door een
wettelijke regeling van het Staatsblad of
nieuw ingrijpen van de Geheime Staatspolitie
te laten intimideeren. Wat Rijksbisschop
Müller niet kon, wat onder leiding van Ge
neralsuperintendent D. Zoellner niet gelukte,
dat zal naar alle waarschijnlijkheid ook door
wettelijke verordeningen van den Rijksminis
ter voor Kerkelijke Aangelegenheden niet
ïn!
Berlyn ,15 Februari 1937.
Deae brief was geschreven vóór het
besluit afkwam, waarby verkiezing voor sa
menstelling eener Synode wordt voorgeschre
ven.
HITLER WIL EEN CONSTITUEERENDE
GENERALE SYNODE. „VAN BINNENUIT
ZELFVERNIEUWING"
De onzekerheid over het „wat nu?"
na het aftreden der Rijkskerkcommissie
heeft niet lang geduurd; reeds giste
ren werd een besluit van den leider be
kend gemaakt^ waarbij hij instelt de
verkiezine van 'n Consntitueerande Ge-
rale Synode.
De bcteekenis van deze verkiezing wordt
omschreven als een maatregel, welke de
Duitech-Evangelische Kerk in staat stelt,
„om uit eigen kracht van binnen uit een
zelfvernieuwing te voltrekken. Het kerk
volk moet vrijwillig zijn eigen toekomst be
palen en een Synode kiezen* die dan een
kerkelijke constitutie zal ontwerpen, over
eenstemmend met de meening van de Sy
node".
Deze nieuwe schepping ziet er niet erg
helder uit, maar in één opzicht is zij glas
helder: de meerderheid van het Duitsche
„Kerkvolk" zal in de nieuwe Synode be
staan uit dat deel der Duitsche Evarng.
Kerk dat numeriek ver in de meerderheid
•n de Belijdensikerk, in getal verre de
minderheid, zal dan in de Svnode een zeer
bescheiden vertegenwoordiging vinden. Is
de Kerk vervolgens aan haar zelfvernieu
wing toe. dan zal haar Synode de beslui
ten nemen, welke bij de Rijksregeering er
kenning vinden, wijl afkomstig van een
door de Kerk zelf gekozen Synode.
In afwachting van meer licht, kan men
oorloopig wel zeggen, dat de nieuwe vondst
van Hitler in wezen weinig verandering
brengt- Als voorspel van de scheiding tus-
schen Kerk en Staat heeft zij wel den
juisten toon. En in elk geval is te vreezen
dat de Belijdeniskerken steeds meer in den
oppositioneelen hoek gedrongen worden
Dat is de hoek, waar de slagen vallen
De Times herinnert aan de Gen. Synode,
in 1933 te Wittenberg gehouden. Zij was
ontstaan uit de kerkelijke verkiezingen,
waarbij de Duitsche Christenen, die zich
zelf beschouwden als de vertegenwoordigers
van de nat ionaal-socialistische partij in de
kerk, beschikten over den steun van de
partij-orgainisatie en ook over de welwil
lende neutraliteit van de autoriteiten.
ïin het algemeen kregen de Duitsche Chris
tenen een meerderheid, die ver uitging bo
ven hun gewone krachten en invloed bij do
kerk. De conflicten in de volgende drie jar
ren vloeiden voor een groot deel voort uit
de klacht van de confetssioneelen, dat de
verkiezingen gehouden waren onder een uit
gebreid systeem van intimidatie.
Toen de generale synode echter te Wit
tenberg bijeen kwam, lieten de leiders van
de oppositie zich overtuigen om de nieuwe
constitutie van de kerk goed te keuren en
haar een kans te geven. Van begin af aan
werd de constitutie echter niet zoo ten uit
voer gelegd, als de oppositie-leiders hadden
gehoopt en in feite is zij nooit van kracht
geworden.
Deze herinnering heeft haar waarde, nu
verkiezingen van dezelfde orde als in 1963
voor de deur staan.
Wat den doorslag gaf
Nader meldt men ons uit Berlijn, dat de
druppel, die voor de Rijkskerkcommissie de
emmer overloopen deed, het feit was, dat
verleden week de voorzitter der Rijkskerk
commissie, dr. Wilhelm Zoellner, het voor
nemen te kennen gaf om de te Lübeck door
den Duitsch-Christelijken bischop Balzer
afgezette negen belijdenispredikanten een
bezoek te gaan brengen. Naar men zich her
inneren zal schreef de Rijksherkcommissie
aan deze negen predikanten, dat ze de af
zetting als onwettig beschouwde en hun de
opdracht gaf om hun ambt te blijven ver
vullen, waarna de Lübecksche staatspolitie
op verzoek van den Lübeckschen landsbis-
sohop aan de negen predikanten huisarrest
en spreekverbod oplegde, tot op heden ge
handhaafd. De Rijkskerkoommissie protes
teerde tevergeefs. Toch kon zij dit geval,
waarbij haar prestige als leidend' orgaan
der kerk geheel en al op het spel stond, niet
laten loopen. Derhalve besloot dr. Zoellner
de negen predikanten een bezoek te gaan
brengen. Daarop ontving hij van de staats
politie bericht, dat „het beter voor zijn per
soon was" om van dit bezoek af te zien.
Hierop namen dr. Zoellner en alle leden der
Rijkskerkcommissie ontslag, hetwelk door
minister Kerrl aanvaard werd!.
Kardinaal Faulhaber over het concordaat
Te Münohen heeft Kardinaal Faulhaber
in de overvolle kerk gesproken over het
concordaat. Het was zijn eenste publieke op
treden na den terugkeer uit Rome. De kar
dinaal verklaarde, dat het initiatief voor
het sluiten van het concordaat niet van de
kerk was gekomen, die al verdragen met
de verschillende Duitsche staten had geslo
ten, maar dat het van Hitier zelf was uit
gegaan. Door met het nieuwe Duitschland
een verdrag aan te gaan, had het Vaticaan
vertrouwen getoond in de nieuwe Duitsche
regeering in een tijd, dat andere landen
haar beschouwden met een zekere reserve,
of zelfs wantrouwen. Thans werd over het
concordaat met 'n zekere verachting gespro
ken en men kon in kerkelijke kringen hoo-
ren zegen: „Waarom hebben wij nog een
concordaat als er toch geen acht op wordt
geslagen? Zonder het concordaat worden wij
ook gehangen en met het concordaat worden
wij eerst verdronken en dan gehangen".
De kardinaal gaf talrijke voorbeelden van
ernstige schendingen van het concordaat,
waarop het auditorium zoo nu en dan
rfoei" riep.
De R.K. zullen trouw blijven aan het con
cordaat, ondanks alles, aldus spreker. Doe
lende op een mogelijke scheiding van Kerk
en Staat, zei de kardinaal: „De priesters
zijn niet bevreesd den hongerdood te ster
ven, wanneer de staatssubsidies zouden op
houden, maar het vertrouwen in de Duitsche
regeering zou in de oogen van de geheele
woxfild een hevigen schok ondergaan".
NED. HERV. KERK
Drietal: Te Amsterdam (vac. Roscam
Abbing), H. Alkema te Aalsmeer, M. G. Ger
ritsen te Amersfoort en D. J. Vossers te Vlis-
singen.
GEREF. KERKEN
Tweetal: Te Breukelen, M. de Goede te
Capelle a. d. IJssel en J. Kapteyn te Kraling-
scheveer.
Beroepen: Te Schiedam, W. de Graaf te
Ommen. Te Uithuizen, B. Slingenberg te
Echten (Fr.).
Aangenomen: Naar Laren, J. L. Wie-
lenga te Arum (Fr.).
CHR. GEREF. KERK
Tweetal: Te Nieuwpoort, P. de Groot
te Gorinchem en J. A. Riekel te Delft.
Bedankt: Voor Amersfoort, L. S. den
Boer te Arnhem.
BAPT. GEM.
Bedankt: Voor Paterson (V. St.), F. E.
Huizinga te Leeuwarden.
Dr J. LAMMERTS VAN BUEREN
Naar wij uit goede bron vernemen zal Dr.
J. Lammerts van Bueren, president-directeur
diredmr van de Heldringgestichten, beide
de Vluchtheuvelkerk
beiden te Zetten,
binnenkort met eme
ritaat gaan, nu hij
40 dienstjaren heeft.
Dr Lammerts v.
Bueren werd 7 Febr.
1862 te Utrecht ge
boren en studeerde
aan het gymnasium
en de universiteit
aldaar. In 1896 werd
hiij candidaat in Zee
land en 28 Febr.
1877 aanvaardde hij
zijn ambt bij de
Ned. Herv. Gem. van Bunnink. In 1901 r-
wisselde hy deze standplaats met Rotterdam
en in datzelfde jaar promoveerde hij tot
doctor in de theologie op een dissertatie ge
titeld: „Het Nieuw-Malthusianisme en de
Christelijke zedeleer".
In 1905 vertrok Dr Lammerts v. Bueren
naar Amsterdam, waar hij tot 1914 predi
kant is geweest. 25 Oct. van dat jaar werd
hij predikant van de Vluchtheuvelkerk en
directeur van de Heldringgestichten, beiden
te Zetten.
Dr Lammerts van Bueren heeft op het ter
rein van de bestrijding der openbare onzede-
C
jjf O li smaken
VERKRIJGBAAR is!
PRODUCT V/D
HOLLANDSCH
ZWITSERSCHE
CHOCOLADEFABRIEK
NI Volle Melk Chocolade
Hazelnoot
«L« j Dessert
Naturel (Bittere)
(Adv.')
r(A~dv.)
lijkheid groote verdiensten. Hij heeft het
werk van wijlen Dr. H. Pierson te Zetten
met groote kracht voortgezet en verder uit
gebouwd.
Daarnaast heeft hy aan het werk leiding
gegeven als voorzitter van de Ned. Midder-
nachtzendingvereeniging, en zich doen ken
nen als een krachtige bestrijder van het
Nieuw-Malthusianisme, waarover hij in 1909
een werk het licht deed zien.
Dr. Lammerts van Bueren is een man van
groote welsprekendheid die als hij in het land
optrad volle gebouwen trok.
AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE
Sellingen
Na des morgens bevestigd te zijn door Ds
W. Oosterheert van Ter Apel met een
predikatie over Jesaja 401, 2, deed Zondag
j.l. Ds. W. Re in der s, gekomen van Over-
schild zijn intrede bij de Geref. Kerk van
Sellingen, sprekende over 1 Cor. 1:1, 2, De
nieuwe leeraar werd toegesproken door
ouderling J. Havemah, door de predikan
ten Ds. Sch olten van Onstwedde en Ds
van Doom van Mussel en door burge
meester Be ins van Vlagtwedde.
GEREF. KERK TE ZUIDLAND
De Gereformeerde Kerk van Zuidland
hoopt Woensdag 17 Febr. a.s., 's av. om 7 uur
in een samenkomst in het kerkgebouw te
gedenken, hoe zij vóór 50 jaren, tot gezuiver
de openbaring kwam. De em. pred. Ds C. W.
J. v. Lummel en de pastor loci Ds P.
Robbers zullen het woord
ROMAN OVER HET HEDENDAAGSCHE
KERKELIJK LEVEN
Bij J. H. Kok te Kampen is ter perse een
nieuwe roman van P. J. Risseeuw, geti
teld: Is het mijn schuld?
Het onderwerp van dit boek staat in nauw
verband met het uitgebreide diaconale crisis-
werk. Ook het geestelijk leven, om. de be
zwaren tegen en de behoefte aan het „onder
scheidenlijk preeken", zoomede de invloed
der Buchimanbe weging op onderscheidene
levenskringen, vormen het onderwerp van dit
boek, waarin de kertk in het brandpunt staat
als „ons aller moeder".
WANNEER BIJ U TELKENS WEER 'de
behandeling der Kerktelefoon wordt uit
gesteld en de organisatie ervan niet vordert,
zijn daardoor des Zondags telkens menschen
gedupeerd, hetgeen U niet lang kunt ver
antwoorden. Schrijf U eens naar Maassluis
Centraal Telefoonbureau voor Kerken.
Er bestaan middelen genoeg om in deze
zaak gang te brengen en tot een goed
resultaat te komen.
(Adv)
ONDERWIJS
EN OPVOEDING
ONDERWIJSBENOEMINGEN
Ede. Paaschbergschool. Tot onderwijzer:
de heer W. Blom van Ederveen.
DE UNIECOLLECTE
Lijst 24
Transport van lijst 23 f 67.365.31%
■s-Gravenhage (Nagiften) 100.—
Scherpenzeel (Gld.) (Nagiften) 2.75
Heiligerleo
Oostwold' (Old*.)"
Berkum (Zwoll.kerspel)
Generauiden
Holten
Eibergen
Haaften -
Voorthuizen
Harmeien
Kockengen
Montfoort
Lage Vuursche
79.50
77.10
73.05
34.57
4.81
151.20
259.50
1 172.80
82.45
99.60
WOENSDAG 17 FEBRUARI
HILVERSUM I 1875 M. VARA-Uitzending,
10.00—10.20 v.m. en 7.30—8.00 VPRO,
8.00 Gram.pl. 9.30 Kookpraatje. 10.09
Morgenwijding. 10.20 Melody Circle en
Literaire causerie. 11.30 Voor de werkloo-
zen. 12.00 Gram.pl. 12.451.45 De Fliere
fluiters en solist. 2.00 Gram.pl. 2.30 Voor
de Vrouw. 3.00 Voor de kinderen.
Gram.pl. 6.00 Orgelspel. 6.30 Cello enl
piano. 7.00 Vocaal concert. 7.30 Causerie
„Christelijk Humanisme". 8.03 Berichten
ANP. 10.00 Berichten ANP. 10.05 Orkest,
11.00—12.00 Gramjpl.
HILVERSUM n 301 M. NCRV-Uitzendlng,
6.307.00 Onderwijsfonds voor de Scheep;
vaart. 8.00 Schriftlezing, meditatie, ge
wijde muziek (gr.pl.). 8.309.30 Gram.pï,
10.30 Morgendienst. 11.00 Ensemble Varj
der Horst. 12.00 Berichten. 12J15 Gram.pl,
12.30 Vervolg concert. 1.30 Gram.pl. 2 00
Orgelspel. 3.00 Chr. Leotuur. 3.303.45'
Gram.pl. 4.00 Christ. Liederenuurtje. 5.00
Kinderuur. 6.00 Landbouwhalfuur. 6.30
Causerie over het Binnenaanvaringsregle-
ment en Stoommachines. 7.00 Berichten,
7.15 Boekbespreking. 7.45 Reportage. 8.00
Berichten ANP. 8.15 Amhemsche Orkest-*
vereeniging. 9.25 Ouderuurtje. 9.45 Ver
volg concert. 10.30 Berichten ANP. 10 35
Schaakcursus. 10.5011.30 Gram.pl. Hier
na: Schriftlezing.
DROITWICH 1500 DL 11.05 Orgelspel. 12.05
BBC-orkest. 1.20 Orkest. 3.10 Orkest. 3.5(1
Pianorecital. 4.20 Vesper. 5.10 Orkest. 7.00
Orgelspel. 7.20 Trio. 8.35 BBC-Symphonic
orkest en solist. 9.45 Vervolg concert,
10.45 Trio. 11.20 Band.
RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Symphoniecon-
eert. 1.35 Zang. 1.50 Vervolg symphonies
concert. 2.50 Orkestconcert. 4.50 Piano*
recital. 6.05 Zang. 8.20 Pianorecital. 8.5Ó
„Oediipe-Roi", opera.
KEULEN 456 M. 5.50 Kamerorkest. 7.50 Om-I'
roeporkest. 11.20 Fabriéksorkest. 12.3S
Kleinorkest. 3.50 Concert-orkest. 5.20 Om-*,
roeporkest. 7.35 „Der Gang 'zur Arbeit"-,!
Rijkszending. 9.50 Prisca-kwartet. 10.25j
Kleinorkest.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Salon-
orkest. 1.30 Orkest. 8.20 Kamermuziek,,
9.05 Koning Albert-Herdenking. 9.30 Sym-
phonie-orkest.
484 M.: 12.50 Omroeporkest. 1.30 Salon
orkest. 5.25 Omroeporkest. 6.35 Salon-i
orkest. 8.30 Symphonieorkest. 9.35 Kamer
muziek. 10.3011.20 Gram.pl.
DEUTSCHE ANDSEVDER 1571 M. 7.3(||
Pianorecita/l. 8.0^ Rijkszending „Der Gan;
zur Arbeit". 8.35 Militair orkest. fl-SO,
Viola en piano.
HET NIEUWE KOOKBOEK
samengesteld door
A. KOOPMANS—GORTER en
G. A. M. DE BOERDE JONGE
15de druk 416 bladzijden f O OC
gebonden 3.u»Cm<J
-» Ook ln de boekhandel verkrijgbaar
P. N00RDH0FF N.V., GRONINGEN
Aalsmeer
Ouder-Amstel
Assendelft
Mellssant
Nieuwkoop
Noorden (Z.-H.)
Oegstgeest
Voorschoten
42.50
16.26
22.50
191.65
83.43
84.85
175.81
116.10
fr VfeBMAAl. UIT
?3ifeSSfefe^THoi-l-ANDSGHn j
J^£yERMBGft
(12
In stilte lijdt zij daaronder. Eens heeft zij tegenover haar
man er over gesproken. Hij lachte haar uit. De heele wereld
kon hem voor zijn part links laten liggen. Hij had geen
mensch noodig.
„Maar God heb je wel noodig", zeide zij. rood wordend.
„En als de menschen in de kerk je zelfs niet willen kennen,
als zij doen of je daar eigenlijk niet hoort
„Dan blijf je thuis", besliste hij.
Zij zweeg en keek hem aan. Er gaapte een afgrond
'tusschen hen. Haar ziel schreide. Vader, dacht zij, was Vader
hier. Die zou het wel begrijpen. Kon Piet maar als hij zijn.
Zoo verlaten, zoo eindeloos eenzaam, had zij zich nog
nooit gevonden als in die nacht waarin zij lang klaagde en
kreunde tot God, totdat zij afgetobd insliep.
HOOFDFSTUK V
De graanhandelaar Leemans Is op en top een zakenman.
Ie zie£ dat al dadelijk aan zijn gezicht, dat ope.n en ioviaal
de boeren toelacht, en toch ïn de kleine grijze oogen een
glimp van zakelijke onverzettelijkheid bewaart. Met een hand
druk cn een gulle begroeting zet hij zijn klanten op hun ge
mak, als zij op zijn kantoor komen, geeft hun raad, praat met
hen over de melkprijs, over de crisismaatregelen, en noteert
intusschen hun bestellingen of ontvangt hun geld. In de
drukke tijd, als de boeren niet elke week zelf naar het dorp
kunnen komen, zoekt hij hen op in het land waar zij werken,
en schrijft daar hun bestellingen in zijn notitieboekje.
Hij heeft een flinke zaak. althans een handel met veel
omzet, ook nog in deze slappe tijd. Er is één bezwaar aan
verbonden: niec alle klanten kunnen even gemakkelijk be
talen. Met de groote, gezeten boeren gaat het wel, maar de
kleinere, en zij die op zware lasten zitten, hebben groote klap
pen gekregen toen zij hun bedrijf na de beste jaren met
groote verdienste, naar een basis van kleinere winst moesten
gaan inrichten. Een boer kan in deze wonderlijke tijd te
veel melken, evengoed als de wereld teveel koffie, teveel
graan, teveel groenten kan leveren, zoodat men met de
vruchtbaarheid der aarde, die een zegen van God is, geen
weg weet.
Leemans zit in zijn kantoor. Het is avond,, zijn bureau
lamp werpt haar licht op zijn stugge, dikke haar en op de
witte handen die het hoofd steunen. Vóór hem ligt een lijst
van vorderingen, die hij zijn bediende heeft laten opmaken.
Het is oude schuld die hij nog innen moet, en waarvan hij,
de mogelijkheid nagaat of ze nog te innen is. Rustig en
alleen in het stille, schemerige kantoor, maakt hij zijn bere
keningen. „Veel te veel", mompelt hij half hardop, „veel te
veel: zoo houd ik het zelf niet vol.''
Hij denkt aan de moeite die hij moet doen om bij de bank
i_crediet ie krijgen. En hij mag er zijn eigen zaak niet aan
wagen. Behalve dat hij er het bestaan voor zijn gezin in
vindt, is zij ook zijn trots, deze zaak die hij zelf van een
nietig handeltje heeft opgebouwd, en waarvoor hij al de
krachten van zijn beste jaren heeft gegeven.
Zijn vinger glijdt langzaam langs de te lange lijst van
oude vorderingen. En weer mompelt hij: „veel te veel: de
lijst moet kleiner worden". Hier en daar plaatst hij een
teeken voor een naam, dat beteekent dat hij dien boer om
het geld vragen zal. Riskeeren kan hij niets.
En zoo komt er ook voor Piet Bruinings naam een tee-
kentie. Het is een klein scherp kruisje met een spitse pot-
loodpunt neergezel.
Er wordt een deur geopend, maar hij kijkt niet op. Zijn
dochter brengt thee. Een fleurig kind, jong en bloeiend in
het stille scbemerig-drukkende vertrek. Als zij het kopje
naast hem neergezet heeft, en hij haar even met een vluchtig
cplvijken dankt, strijkt zij hem zwijgend door het donkere
haar. Zij weet dat hij moeilijkheden heeft, groote moeilijk
heden die hern lange avonden aan zijn bureau doen zitten.
„U had eigenlijk al binnen moeten komen"', zegt ze als hij
weer naar haar opkijkt. Hij glimlicht, maar zij bemerkt iets
weemoedigs in zijn oogen. Dan drinkt hij zijn thee, terwijl
zij naast hem staat. Het licht valt langs haar kleurige jurk
en op dc kleine hand waarmee zij op de rand van het
bui eau leunt. Haar hoofd met de volle omlijsting van don
kere haren glanst de schemering boven de lichtkegel van de
lamp.
Zij neemt het leege kopje van hem over. „Gauw komen",
zegt ze als hij zich weer over zijn cijfers buigt. En met een
even plagend tikje aan zijn schouder gaat ze weer heen.
Namen, cijfers, berekeningen. Het gaat om zijn zaak,
om zijn levenswerk, j
Bruining zit in de bocht te melken,, als Leemans langs da e
weg fietst. Hij springt van zijn fiets, zet deze tegen het hek.j1
en loopt de bocht in.
„Mooi weer", roept hij, en steekt het grassprietje waarop !r
hij kauwde weer in de mond, zoodat een kort, verdroogd j
puntje onder zijn zwarte stoppelsnor naar buiten steekt. c
Piet gaat voort met melken. Hij kan, langs het stugge, j
harige koeienhjf kijkend. Leemans juist zien staan.
„ja", zegt hij.
Leemans staat zwijgend te kijken. Hij ziet de handen vani
Biuining op en neer gaan, en hoort de melk in de emmer
neerruischen.
Verder in de bocht staat Piets broer, Gijs, op; hij gaat
naar de kannen die voor het hek staan, en leegt daar zijn
volle emmer in.
„Dat is weer een aardige plas. Bruining", zegt Leemans,
ais hij G'.js de melk langzaam door de zeefdoek in de kan
ziet gieten. Gijs zegt niet veel, maar Piet antwoordt scham
per: „Het geeft niks meer, of je veel of weinig melkt. De
melk brengt toch zoo goed als niks meer op."
Leemans zwijgt. Niet overrompelen, denkt hij. Bruiningp
is in staat om gekke dingen te doen, als hij door het dolle1
heen is. t
Gijs gaat naar een andere koe. Hij zet zich op het melKsjj
blok, bindt de achterpooten van het dier aan elkaar, grijpt de j j
emmer, en melkt weer.
Dan gaat Leemans op Piets woorden ïn. Voorzichtig. 11
Tastend. 2
(Wordt vervolgd)
.1