LMMKT OlNSDAG 16 FEBRUARI Ï937 Kerk en Zending Kerk en Staal in Duitschland HET ROEMLOOS EINDE VAN DEN „REICHSKIRCHENAUSSCHUSS" (Van c 1 Duitschen correspondent) Ergens in een bescheiden hoekje van een der weinige Berlijnsche bladen, die zoo nu en dan nog wel eens den moed hebben, een berichtje over kerkelijke aangelegenheden te brengen, lezen wij het opzienbarend besluit: DE RIJKSKERKCOMMISSIE IS TERUGGETREDEN De Rijkskerkcommissie heeft Vrij dagmiddag haar heengaan medege deeld. De Rijksminister van Kerke lijke Aangelegenheden heeft dit ontslag aanvaard. Een verordenings werk tot regeling van de kerkelijke aangelegenheden gegrond op de wet tot bescherming van de Duitsche Evangelische Kerk van 24 September 1935 zal Maandag den 15den dd. in het Staatsblad („Reichsgesetzblatt") gepubliceerd worden. In een DNB-bericht.aan de buitenlandsche pers was men iets uitvoeriger, want men voegde eraan toe, dat de „Reichskirchenaus- schuss" onder leiding van zijn voorzitter D. Wilhelm Zoellner niet bij machte gebleken is, om het beoogde doel, eenheid en vrede in het kerkelijk leven, te bereiken. Onwillekeurig dachten wij aan een der voordrachten, die Zoellner tijdens zijn ker kelijk „bewind" over dit netelig thema te Berlijn heeft gehouden. Hij behandelde na melijk tijdens een voordracht voor de „Ver tegenwoordigers van den Rijksbond der Duit sche Evangelische Predikanten-Vereenigingen te Berlijn" de actueele vraag: „Komt de Staatskerk?" Wij hoorden hem dien histori- schen avond zeggen: „Ich stehe hier fest und unbeirrbar". Dat wil zeggen: „Ik sta hier vast en ik laat me niet van de wijs brengen". De werkelijkheid is thans anders gebleken. Na Rijksbisschop Müller is thans ook de be jaarde „Generalsuperintendent" niet de juiste man op de juiste plaats gebleken. Zijn onge twijfeld goedbedoeld werk voor een regeling van het gecompliceerde kerkelijk vraagstuk in den nationaal-socialistischen staat is op een mislukking uitgeloopen. En laten we er dan maar dadelijk aan toevoegen: we gelooven niet, dat er in kerke lij ke kringen iemand gevonden zal worden, die bij machte zal blijken, dat uiterst delicaat en gecompliceerd vraagstuk van onzen veelbewogen tijd tot een oplossing te brengen, welke voor de ver schillende groepen en partijen bevredigend •genoemd kan worden. In een staat namelijk, die zich de weelde van een „Weltanschauung" permitteert, dreigt de Kerk tot een particuliere aangele genheid gedegradeerd te worden, komt het geloof der vaderen in 't gedrang en kan ten slotte nog slechts een Kerk geduld worden, die zich principieel bereid verklaart, een door den Staat geprotegeerde wereldbeschouwing te aanvaarden! Wij weten thans uit ervaring, dat de R.K. Kerk in haar geheel deze wereld beschouwing van de hand wijst en tevens, dat een belangrijk deel van de Duitsch Evan gelische Kerk er net eender over denkt. Den gulden middenweg wilden de „Duitsche Christenen" inslaan, maar hun onderlinge verdeeldheid heeft bewezen, dat het woord van Christus nog altijd van practische betee- kenis blijft: „Wie niet vóór Mij is, die is tégen Mij!" Aan den eenen kant noodgedwongen, om dat een langdurige ziekte hem in zijn vrijheid van beweging belemmerde, maar aan den anderen kant ook wel uit tactische overwe gingen, heeft Rijksminister Kerrl, zoolang hij de kerkelijke aangelegenheden onder zich heeft, er zijn kracht in gezocht, de Belijdenis- kerk waarvan de ervaring leerde, dat zij grooter en sterker werd naarmate men har der onderdrukte offieieel te negeeren. Deze methode heeft in zooverre succes gehad, dat de geweldige groei van het Belijdenisfront geleidelijk afnam en dat de Belijdeniskerk langzaam aan niet meer een zoo diepen indruk op de volksverbeelding maakte, waar door zij ook een deel van groote aantrek kingskracht verloor. Dit neemt echter niet weg, dat het front onverzwakt al zijn stellingen wist te behouden en dat de Kerk de vrij lange periode van betrekkelijke rust wist te gébruiken voor den innerlijken op bouw, waaraan een sterk verflauwd ge loofsleven zoozeer behoefte had! Men kan thans niet meer ontkennen, dat de Belijdeniskerk, in verhouding tot wat zich sedert 1033 rondom haar afspeelde, een tijd perk van bloei doormaakt. Niet alleen blijft Zij ondanks een reeks wettelijke verboden met groote zorgzaamheid haar geestelijke leiding vormen, niet alleen leggen haar pre dikanten getuigenis af van een groote vrij moedigheid, niet alleen kunnen haar aanhan gers een actief kerkelijk leven leiden, doch bovenal bereikt zy door talrijke geschriften die minder dan welke andere publicaties op geestelijk terrein ook het standpunt huldi gen, dat voorzichtigheid de moeder der por- celeinkast is! ook de massa, welke zij niet binnen de muren van het kerkgebouw kan verzamelen. Dreigt er thans door hardhandig ingrijpen van overheidszijde een wijziging ten kwade? De Belijdeniskerk heeft reeds teveel moeilijk heden moeten overwinnen, om zich door een wettelijke regeling van het Staatsblad of nieuw ingrijpen van de Geheime Staatspolitie te laten intimideeren. Wat Rijksbisschop Müller niet kon, wat onder leiding van Ge neralsuperintendent D. Zoellner niet gelukte, dat zal naar alle waarschijnlijkheid ook door wettelijke verordeningen van den Rijksminis ter voor Kerkelijke Aangelegenheden niet ïn! Berlyn ,15 Februari 1937. Deae brief was geschreven vóór het besluit afkwam, waarby verkiezing voor sa menstelling eener Synode wordt voorgeschre ven. HITLER WIL EEN CONSTITUEERENDE GENERALE SYNODE. „VAN BINNENUIT ZELFVERNIEUWING" De onzekerheid over het „wat nu?" na het aftreden der Rijkskerkcommissie heeft niet lang geduurd; reeds giste ren werd een besluit van den leider be kend gemaakt^ waarbij hij instelt de verkiezine van 'n Consntitueerande Ge- rale Synode. De bcteekenis van deze verkiezing wordt omschreven als een maatregel, welke de Duitech-Evangelische Kerk in staat stelt, „om uit eigen kracht van binnen uit een zelfvernieuwing te voltrekken. Het kerk volk moet vrijwillig zijn eigen toekomst be palen en een Synode kiezen* die dan een kerkelijke constitutie zal ontwerpen, over eenstemmend met de meening van de Sy node". Deze nieuwe schepping ziet er niet erg helder uit, maar in één opzicht is zij glas helder: de meerderheid van het Duitsche „Kerkvolk" zal in de nieuwe Synode be staan uit dat deel der Duitsche Evarng. Kerk dat numeriek ver in de meerderheid •n de Belijdensikerk, in getal verre de minderheid, zal dan in de Svnode een zeer bescheiden vertegenwoordiging vinden. Is de Kerk vervolgens aan haar zelfvernieu wing toe. dan zal haar Synode de beslui ten nemen, welke bij de Rijksregeering er kenning vinden, wijl afkomstig van een door de Kerk zelf gekozen Synode. In afwachting van meer licht, kan men oorloopig wel zeggen, dat de nieuwe vondst van Hitler in wezen weinig verandering brengt- Als voorspel van de scheiding tus- schen Kerk en Staat heeft zij wel den juisten toon. En in elk geval is te vreezen dat de Belijdeniskerken steeds meer in den oppositioneelen hoek gedrongen worden Dat is de hoek, waar de slagen vallen De Times herinnert aan de Gen. Synode, in 1933 te Wittenberg gehouden. Zij was ontstaan uit de kerkelijke verkiezingen, waarbij de Duitsche Christenen, die zich zelf beschouwden als de vertegenwoordigers van de nat ionaal-socialistische partij in de kerk, beschikten over den steun van de partij-orgainisatie en ook over de welwil lende neutraliteit van de autoriteiten. ïin het algemeen kregen de Duitsche Chris tenen een meerderheid, die ver uitging bo ven hun gewone krachten en invloed bij do kerk. De conflicten in de volgende drie jar ren vloeiden voor een groot deel voort uit de klacht van de confetssioneelen, dat de verkiezingen gehouden waren onder een uit gebreid systeem van intimidatie. Toen de generale synode echter te Wit tenberg bijeen kwam, lieten de leiders van de oppositie zich overtuigen om de nieuwe constitutie van de kerk goed te keuren en haar een kans te geven. Van begin af aan werd de constitutie echter niet zoo ten uit voer gelegd, als de oppositie-leiders hadden gehoopt en in feite is zij nooit van kracht geworden. Deze herinnering heeft haar waarde, nu verkiezingen van dezelfde orde als in 1963 voor de deur staan. Wat den doorslag gaf Nader meldt men ons uit Berlijn, dat de druppel, die voor de Rijkskerkcommissie de emmer overloopen deed, het feit was, dat verleden week de voorzitter der Rijkskerk commissie, dr. Wilhelm Zoellner, het voor nemen te kennen gaf om de te Lübeck door den Duitsch-Christelijken bischop Balzer afgezette negen belijdenispredikanten een bezoek te gaan brengen. Naar men zich her inneren zal schreef de Rijksherkcommissie aan deze negen predikanten, dat ze de af zetting als onwettig beschouwde en hun de opdracht gaf om hun ambt te blijven ver vullen, waarna de Lübecksche staatspolitie op verzoek van den Lübeckschen landsbis- sohop aan de negen predikanten huisarrest en spreekverbod oplegde, tot op heden ge handhaafd. De Rijkskerkoommissie protes teerde tevergeefs. Toch kon zij dit geval, waarbij haar prestige als leidend' orgaan der kerk geheel en al op het spel stond, niet laten loopen. Derhalve besloot dr. Zoellner de negen predikanten een bezoek te gaan brengen. Daarop ontving hij van de staats politie bericht, dat „het beter voor zijn per soon was" om van dit bezoek af te zien. Hierop namen dr. Zoellner en alle leden der Rijkskerkcommissie ontslag, hetwelk door minister Kerrl aanvaard werd!. Kardinaal Faulhaber over het concordaat Te Münohen heeft Kardinaal Faulhaber in de overvolle kerk gesproken over het concordaat. Het was zijn eenste publieke op treden na den terugkeer uit Rome. De kar dinaal verklaarde, dat het initiatief voor het sluiten van het concordaat niet van de kerk was gekomen, die al verdragen met de verschillende Duitsche staten had geslo ten, maar dat het van Hitier zelf was uit gegaan. Door met het nieuwe Duitschland een verdrag aan te gaan, had het Vaticaan vertrouwen getoond in de nieuwe Duitsche regeering in een tijd, dat andere landen haar beschouwden met een zekere reserve, of zelfs wantrouwen. Thans werd over het concordaat met 'n zekere verachting gespro ken en men kon in kerkelijke kringen hoo- ren zegen: „Waarom hebben wij nog een concordaat als er toch geen acht op wordt geslagen? Zonder het concordaat worden wij ook gehangen en met het concordaat worden wij eerst verdronken en dan gehangen". De kardinaal gaf talrijke voorbeelden van ernstige schendingen van het concordaat, waarop het auditorium zoo nu en dan rfoei" riep. De R.K. zullen trouw blijven aan het con cordaat, ondanks alles, aldus spreker. Doe lende op een mogelijke scheiding van Kerk en Staat, zei de kardinaal: „De priesters zijn niet bevreesd den hongerdood te ster ven, wanneer de staatssubsidies zouden op houden, maar het vertrouwen in de Duitsche regeering zou in de oogen van de geheele woxfild een hevigen schok ondergaan". NED. HERV. KERK Drietal: Te Amsterdam (vac. Roscam Abbing), H. Alkema te Aalsmeer, M. G. Ger ritsen te Amersfoort en D. J. Vossers te Vlis- singen. GEREF. KERKEN Tweetal: Te Breukelen, M. de Goede te Capelle a. d. IJssel en J. Kapteyn te Kraling- scheveer. Beroepen: Te Schiedam, W. de Graaf te Ommen. Te Uithuizen, B. Slingenberg te Echten (Fr.). Aangenomen: Naar Laren, J. L. Wie- lenga te Arum (Fr.). CHR. GEREF. KERK Tweetal: Te Nieuwpoort, P. de Groot te Gorinchem en J. A. Riekel te Delft. Bedankt: Voor Amersfoort, L. S. den Boer te Arnhem. BAPT. GEM. Bedankt: Voor Paterson (V. St.), F. E. Huizinga te Leeuwarden. Dr J. LAMMERTS VAN BUEREN Naar wij uit goede bron vernemen zal Dr. J. Lammerts van Bueren, president-directeur diredmr van de Heldringgestichten, beide de Vluchtheuvelkerk beiden te Zetten, binnenkort met eme ritaat gaan, nu hij 40 dienstjaren heeft. Dr Lammerts v. Bueren werd 7 Febr. 1862 te Utrecht ge boren en studeerde aan het gymnasium en de universiteit aldaar. In 1896 werd hiij candidaat in Zee land en 28 Febr. 1877 aanvaardde hij zijn ambt bij de Ned. Herv. Gem. van Bunnink. In 1901 r- wisselde hy deze standplaats met Rotterdam en in datzelfde jaar promoveerde hij tot doctor in de theologie op een dissertatie ge titeld: „Het Nieuw-Malthusianisme en de Christelijke zedeleer". In 1905 vertrok Dr Lammerts v. Bueren naar Amsterdam, waar hij tot 1914 predi kant is geweest. 25 Oct. van dat jaar werd hij predikant van de Vluchtheuvelkerk en directeur van de Heldringgestichten, beiden te Zetten. Dr Lammerts van Bueren heeft op het ter rein van de bestrijding der openbare onzede- C jjf O li smaken VERKRIJGBAAR is! PRODUCT V/D HOLLANDSCH ZWITSERSCHE CHOCOLADEFABRIEK NI Volle Melk Chocolade Hazelnoot «L« j Dessert Naturel (Bittere) (Adv.') r(A~dv.) lijkheid groote verdiensten. Hij heeft het werk van wijlen Dr. H. Pierson te Zetten met groote kracht voortgezet en verder uit gebouwd. Daarnaast heeft hy aan het werk leiding gegeven als voorzitter van de Ned. Midder- nachtzendingvereeniging, en zich doen ken nen als een krachtige bestrijder van het Nieuw-Malthusianisme, waarover hij in 1909 een werk het licht deed zien. Dr. Lammerts van Bueren is een man van groote welsprekendheid die als hij in het land optrad volle gebouwen trok. AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE Sellingen Na des morgens bevestigd te zijn door Ds W. Oosterheert van Ter Apel met een predikatie over Jesaja 401, 2, deed Zondag j.l. Ds. W. Re in der s, gekomen van Over- schild zijn intrede bij de Geref. Kerk van Sellingen, sprekende over 1 Cor. 1:1, 2, De nieuwe leeraar werd toegesproken door ouderling J. Havemah, door de predikan ten Ds. Sch olten van Onstwedde en Ds van Doom van Mussel en door burge meester Be ins van Vlagtwedde. GEREF. KERK TE ZUIDLAND De Gereformeerde Kerk van Zuidland hoopt Woensdag 17 Febr. a.s., 's av. om 7 uur in een samenkomst in het kerkgebouw te gedenken, hoe zij vóór 50 jaren, tot gezuiver de openbaring kwam. De em. pred. Ds C. W. J. v. Lummel en de pastor loci Ds P. Robbers zullen het woord ROMAN OVER HET HEDENDAAGSCHE KERKELIJK LEVEN Bij J. H. Kok te Kampen is ter perse een nieuwe roman van P. J. Risseeuw, geti teld: Is het mijn schuld? Het onderwerp van dit boek staat in nauw verband met het uitgebreide diaconale crisis- werk. Ook het geestelijk leven, om. de be zwaren tegen en de behoefte aan het „onder scheidenlijk preeken", zoomede de invloed der Buchimanbe weging op onderscheidene levenskringen, vormen het onderwerp van dit boek, waarin de kertk in het brandpunt staat als „ons aller moeder". WANNEER BIJ U TELKENS WEER 'de behandeling der Kerktelefoon wordt uit gesteld en de organisatie ervan niet vordert, zijn daardoor des Zondags telkens menschen gedupeerd, hetgeen U niet lang kunt ver antwoorden. Schrijf U eens naar Maassluis Centraal Telefoonbureau voor Kerken. Er bestaan middelen genoeg om in deze zaak gang te brengen en tot een goed resultaat te komen. (Adv) ONDERWIJS EN OPVOEDING ONDERWIJSBENOEMINGEN Ede. Paaschbergschool. Tot onderwijzer: de heer W. Blom van Ederveen. DE UNIECOLLECTE Lijst 24 Transport van lijst 23 f 67.365.31% ■s-Gravenhage (Nagiften) 100.— Scherpenzeel (Gld.) (Nagiften) 2.75 Heiligerleo Oostwold' (Old*.)" Berkum (Zwoll.kerspel) Generauiden Holten Eibergen Haaften - Voorthuizen Harmeien Kockengen Montfoort Lage Vuursche 79.50 77.10 73.05 34.57 4.81 151.20 259.50 1 172.80 82.45 99.60 WOENSDAG 17 FEBRUARI HILVERSUM I 1875 M. VARA-Uitzending, 10.00—10.20 v.m. en 7.30—8.00 VPRO, 8.00 Gram.pl. 9.30 Kookpraatje. 10.09 Morgenwijding. 10.20 Melody Circle en Literaire causerie. 11.30 Voor de werkloo- zen. 12.00 Gram.pl. 12.451.45 De Fliere fluiters en solist. 2.00 Gram.pl. 2.30 Voor de Vrouw. 3.00 Voor de kinderen. Gram.pl. 6.00 Orgelspel. 6.30 Cello enl piano. 7.00 Vocaal concert. 7.30 Causerie „Christelijk Humanisme". 8.03 Berichten ANP. 10.00 Berichten ANP. 10.05 Orkest, 11.00—12.00 Gramjpl. HILVERSUM n 301 M. NCRV-Uitzendlng, 6.307.00 Onderwijsfonds voor de Scheep; vaart. 8.00 Schriftlezing, meditatie, ge wijde muziek (gr.pl.). 8.309.30 Gram.pï, 10.30 Morgendienst. 11.00 Ensemble Varj der Horst. 12.00 Berichten. 12J15 Gram.pl, 12.30 Vervolg concert. 1.30 Gram.pl. 2 00 Orgelspel. 3.00 Chr. Leotuur. 3.303.45' Gram.pl. 4.00 Christ. Liederenuurtje. 5.00 Kinderuur. 6.00 Landbouwhalfuur. 6.30 Causerie over het Binnenaanvaringsregle- ment en Stoommachines. 7.00 Berichten, 7.15 Boekbespreking. 7.45 Reportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Amhemsche Orkest-* vereeniging. 9.25 Ouderuurtje. 9.45 Ver volg concert. 10.30 Berichten ANP. 10 35 Schaakcursus. 10.5011.30 Gram.pl. Hier na: Schriftlezing. DROITWICH 1500 DL 11.05 Orgelspel. 12.05 BBC-orkest. 1.20 Orkest. 3.10 Orkest. 3.5(1 Pianorecital. 4.20 Vesper. 5.10 Orkest. 7.00 Orgelspel. 7.20 Trio. 8.35 BBC-Symphonic orkest en solist. 9.45 Vervolg concert, 10.45 Trio. 11.20 Band. RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Symphoniecon- eert. 1.35 Zang. 1.50 Vervolg symphonies concert. 2.50 Orkestconcert. 4.50 Piano* recital. 6.05 Zang. 8.20 Pianorecital. 8.5Ó „Oediipe-Roi", opera. KEULEN 456 M. 5.50 Kamerorkest. 7.50 Om-I' roeporkest. 11.20 Fabriéksorkest. 12.3S Kleinorkest. 3.50 Concert-orkest. 5.20 Om-*, roeporkest. 7.35 „Der Gang 'zur Arbeit"-,! Rijkszending. 9.50 Prisca-kwartet. 10.25j Kleinorkest. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Salon- orkest. 1.30 Orkest. 8.20 Kamermuziek,, 9.05 Koning Albert-Herdenking. 9.30 Sym- phonie-orkest. 484 M.: 12.50 Omroeporkest. 1.30 Salon orkest. 5.25 Omroeporkest. 6.35 Salon-i orkest. 8.30 Symphonieorkest. 9.35 Kamer muziek. 10.3011.20 Gram.pl. DEUTSCHE ANDSEVDER 1571 M. 7.3(|| Pianorecita/l. 8.0^ Rijkszending „Der Gan; zur Arbeit". 8.35 Militair orkest. fl-SO, Viola en piano. HET NIEUWE KOOKBOEK samengesteld door A. KOOPMANS—GORTER en G. A. M. DE BOERDE JONGE 15de druk 416 bladzijden f O OC gebonden 3.u»Cm<J -» Ook ln de boekhandel verkrijgbaar P. N00RDH0FF N.V., GRONINGEN Aalsmeer Ouder-Amstel Assendelft Mellssant Nieuwkoop Noorden (Z.-H.) Oegstgeest Voorschoten 42.50 16.26 22.50 191.65 83.43 84.85 175.81 116.10 fr VfeBMAAl. UIT ?3ifeSSfefe^THoi-l-ANDSGHn j J^£yERMBGft (12 In stilte lijdt zij daaronder. Eens heeft zij tegenover haar man er over gesproken. Hij lachte haar uit. De heele wereld kon hem voor zijn part links laten liggen. Hij had geen mensch noodig. „Maar God heb je wel noodig", zeide zij. rood wordend. „En als de menschen in de kerk je zelfs niet willen kennen, als zij doen of je daar eigenlijk niet hoort „Dan blijf je thuis", besliste hij. Zij zweeg en keek hem aan. Er gaapte een afgrond 'tusschen hen. Haar ziel schreide. Vader, dacht zij, was Vader hier. Die zou het wel begrijpen. Kon Piet maar als hij zijn. Zoo verlaten, zoo eindeloos eenzaam, had zij zich nog nooit gevonden als in die nacht waarin zij lang klaagde en kreunde tot God, totdat zij afgetobd insliep. HOOFDFSTUK V De graanhandelaar Leemans Is op en top een zakenman. Ie zie£ dat al dadelijk aan zijn gezicht, dat ope.n en ioviaal de boeren toelacht, en toch ïn de kleine grijze oogen een glimp van zakelijke onverzettelijkheid bewaart. Met een hand druk cn een gulle begroeting zet hij zijn klanten op hun ge mak, als zij op zijn kantoor komen, geeft hun raad, praat met hen over de melkprijs, over de crisismaatregelen, en noteert intusschen hun bestellingen of ontvangt hun geld. In de drukke tijd, als de boeren niet elke week zelf naar het dorp kunnen komen, zoekt hij hen op in het land waar zij werken, en schrijft daar hun bestellingen in zijn notitieboekje. Hij heeft een flinke zaak. althans een handel met veel omzet, ook nog in deze slappe tijd. Er is één bezwaar aan verbonden: niec alle klanten kunnen even gemakkelijk be talen. Met de groote, gezeten boeren gaat het wel, maar de kleinere, en zij die op zware lasten zitten, hebben groote klap pen gekregen toen zij hun bedrijf na de beste jaren met groote verdienste, naar een basis van kleinere winst moesten gaan inrichten. Een boer kan in deze wonderlijke tijd te veel melken, evengoed als de wereld teveel koffie, teveel graan, teveel groenten kan leveren, zoodat men met de vruchtbaarheid der aarde, die een zegen van God is, geen weg weet. Leemans zit in zijn kantoor. Het is avond,, zijn bureau lamp werpt haar licht op zijn stugge, dikke haar en op de witte handen die het hoofd steunen. Vóór hem ligt een lijst van vorderingen, die hij zijn bediende heeft laten opmaken. Het is oude schuld die hij nog innen moet, en waarvan hij, de mogelijkheid nagaat of ze nog te innen is. Rustig en alleen in het stille, schemerige kantoor, maakt hij zijn bere keningen. „Veel te veel", mompelt hij half hardop, „veel te veel: zoo houd ik het zelf niet vol.'' Hij denkt aan de moeite die hij moet doen om bij de bank i_crediet ie krijgen. En hij mag er zijn eigen zaak niet aan wagen. Behalve dat hij er het bestaan voor zijn gezin in vindt, is zij ook zijn trots, deze zaak die hij zelf van een nietig handeltje heeft opgebouwd, en waarvoor hij al de krachten van zijn beste jaren heeft gegeven. Zijn vinger glijdt langzaam langs de te lange lijst van oude vorderingen. En weer mompelt hij: „veel te veel: de lijst moet kleiner worden". Hier en daar plaatst hij een teeken voor een naam, dat beteekent dat hij dien boer om het geld vragen zal. Riskeeren kan hij niets. En zoo komt er ook voor Piet Bruinings naam een tee- kentie. Het is een klein scherp kruisje met een spitse pot- loodpunt neergezel. Er wordt een deur geopend, maar hij kijkt niet op. Zijn dochter brengt thee. Een fleurig kind, jong en bloeiend in het stille scbemerig-drukkende vertrek. Als zij het kopje naast hem neergezet heeft, en hij haar even met een vluchtig cplvijken dankt, strijkt zij hem zwijgend door het donkere haar. Zij weet dat hij moeilijkheden heeft, groote moeilijk heden die hern lange avonden aan zijn bureau doen zitten. „U had eigenlijk al binnen moeten komen"', zegt ze als hij weer naar haar opkijkt. Hij glimlicht, maar zij bemerkt iets weemoedigs in zijn oogen. Dan drinkt hij zijn thee, terwijl zij naast hem staat. Het licht valt langs haar kleurige jurk en op dc kleine hand waarmee zij op de rand van het bui eau leunt. Haar hoofd met de volle omlijsting van don kere haren glanst de schemering boven de lichtkegel van de lamp. Zij neemt het leege kopje van hem over. „Gauw komen", zegt ze als hij zich weer over zijn cijfers buigt. En met een even plagend tikje aan zijn schouder gaat ze weer heen. Namen, cijfers, berekeningen. Het gaat om zijn zaak, om zijn levenswerk, j Bruining zit in de bocht te melken,, als Leemans langs da e weg fietst. Hij springt van zijn fiets, zet deze tegen het hek.j1 en loopt de bocht in. „Mooi weer", roept hij, en steekt het grassprietje waarop !r hij kauwde weer in de mond, zoodat een kort, verdroogd j puntje onder zijn zwarte stoppelsnor naar buiten steekt. c Piet gaat voort met melken. Hij kan, langs het stugge, j harige koeienhjf kijkend. Leemans juist zien staan. „ja", zegt hij. Leemans staat zwijgend te kijken. Hij ziet de handen vani Biuining op en neer gaan, en hoort de melk in de emmer neerruischen. Verder in de bocht staat Piets broer, Gijs, op; hij gaat naar de kannen die voor het hek staan, en leegt daar zijn volle emmer in. „Dat is weer een aardige plas. Bruining", zegt Leemans, ais hij G'.js de melk langzaam door de zeefdoek in de kan ziet gieten. Gijs zegt niet veel, maar Piet antwoordt scham per: „Het geeft niks meer, of je veel of weinig melkt. De melk brengt toch zoo goed als niks meer op." Leemans zwijgt. Niet overrompelen, denkt hij. Bruiningp is in staat om gekke dingen te doen, als hij door het dolle1 heen is. t Gijs gaat naar een andere koe. Hij zet zich op het melKsjj blok, bindt de achterpooten van het dier aan elkaar, grijpt de j j emmer, en melkt weer. Dan gaat Leemans op Piets woorden ïn. Voorzichtig. 11 Tastend. 2 (Wordt vervolgd) .1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1937 | | pagina 8