¥M
m
m
k
4w\
m
k\
m
m
m
m
m
m
Veivolgveiluial
De Rubberboom
van Veenplas
li
li
i
r#
Si
li
s
i
ijffi
s
8
i
s
1
i
a
Ui
i
B
p
ti
door K. Lantermans
IJ)
Ze kwamen in Assen aan. Daar wachtte hun
huiten het station dc bodewagen uit Veenplas.
Die was met de marktdag net in Assen. En nu
was het alles schitterend geregeld. Anders ging
hij om vier uur uit Assen. Nu wachtte hij wat
hij oen goede kennis tot Iaat in de avond. Midden
jn dc nacht hobbelde het paard voort op de be
kende, lange weg van Assen naar Veenplas. Ach
ter hem, onder de huif, raten de twee reizigers,
die zulk een verre tocht aangedurfd hadden.
Nu en dan zej de slaperige voerman eens in ge
dachten: „Vort, Bles!"
En de kleermaker, naast den meester in het don
ker, zuchtte eens en zei; „Wat een stad is dat
l'trechtl Wat een stad! Een zee van huizenl"
Een half uurtje later deed de meester het zijne
er bij: „De Heere heeft grootc dingen aan ons
gedaan; meer dan zevenduizend van de aanzien
lijken des lands."
Toen de zon opkwam, keken ze elkaar eens aan,
die drie uit Veenplas: ze kregen tooh wel wat
slaap.
Toen ze wat slijf uit de kar stapten, stonden er
Veenplassers, die allang op waren, bij en keken
met verwondering naar die twee, die het gewaagd
en volbracht hadden, zulk een gevaarvolle tocht
te maken.
De voerman laadde zijn vrachtje af vlak bij do
nieuwe wijk, die dwars op het kanaal gegraven,
werd. De rijke meneer had die broodnoodig voor
de afvoer van turf. Maar de grond, waar die af
gekeurde school op stond, was niet van hem ge
weest. Maar een man met verziende blik als hij
was, had allang geloerd op dat hoekje grond. Dat
die school eindelijk afgekeurd was, hing met die
blik samen. Ook nu kreeg hij voor de guldens,
die hij voor het nieuwe gebouw gaf, gouden tien
tjes terug met de jaren.
XI. EEN REM
Bij het vele werk, dat meester Kwedelboom op
gioh nam, zonder er een cent voor te vragen,
behoorde ook zijn arbeid aan de rijpere jeugd.
Het ging hem aan het hart, dat er oooveel jon
gens rondliepen, die de lagere school ontwassen
waren, zonder er ooit geweest te zijn.
Jn overleg met zijn „broeders bestuurde ren", zon
der wie hij nooit een vinger in dc asch slak,
maakte hij dus bekend, dat hij een avondschool
zou oprichten in de winter. Drie avonden in de
week voor dc minst gevorderden, met wie hij dus
gevoeglijk de stof van de eerste en tweede klas
zijner school kon behandelen en dan nog tweo
avonden voor de knappen, vooral jongens, die al
op het werk waren. Elke avond twee uur. Als ge
woonlijk, wanneer er in deze opkomende streken
iets nieuws begonnen werd, stroomden de liefheb
bers toe. De eerste avonden had hij er over oo
dertig. Stof tot danken had de man volop. Do
volgende avonden slonk zijn gehoor ziender oogon.
Na vier weken had hij er bij de beginners nocg
acht en bij de knapperen nog drie. Maar klagen
deed hij niet. Al hield hij maar één, hij zou vol
houden.
Na Kerstmis had hij er op de avond voor meer
gevorderden nog één. Dat was een timmerjongen.
Met hem wilde hij wat hoogers behandelen: Wis
kunde: Meetkunde en Alg^ira. De eerste avond
kwamen er dus op het bard te staan allerlei
dingen met a en b, en figuren met lijnen en
hoeken.
De volgende avond wachtte de meester vergeefs
op eijn eenige discipel. Toen hij den jongen een
ar dagen later tegen kwam en hem vroeg, waar
om hij niet meer gekomen wae, beet de jong
hem toe: „Vader zei: voor die onzin stuurde hij
geen jongens naar een avondschool. Van a en b
had hij al geleerd in de eerste klas; en lijntjes
trekken kon hij ook al."
Er liep in die dagen een groote heer in Veenplas
rond, die meende er wat geld te kunnen verdienen.
Dat was meneer Brunst, die zijn best deed zooveel
mogelijk veengrond op te koopen in de omgeving.
Natuurlijk kwam hij daarbij in botsing met den
rijken heer uit de stad, den alvermogenden man,
die in Veenplas maar te gebieden had. Ongelukkig
bad hij vergeten alle veen op te koopen. Dat deed
nu meneer Brunst: kampen zou het worden tus-
schen die twee. Van kampen en vechten hield
meneer Brunst. Oorspronkelijk was hij een Fries,
een arme arbeidersjongen uit Klontjeburcn, zooals
hij zelf zei. In Amerika was hij dertig jaar ge
weest, had er een kapitaal verdiend, maar voelde
zich als aankomende zestiger nog te jong om to
rentenieren. Zijn jongens zaten in Amerika op
flinke boerderijen, zei hij. Je moest het maar ge-
Joovcn, maar geld scheen hij genoeg te hebben.
Hij trakteerde flink. Hij wilde in Veenplas een
villa voor zich laten bouwen. Het veen, dat hij
al gekocht had en nu aan de snee bracht, ver
schafte hem genot, zei hij. En hij liet een paai*
dubbeltjes meer verddenen dan die „rijke stinker*,
zooals hij den rijken veeneigenaar uit de stad
6teeds noemde. De arbeiders hadden schik.
Die rijke vechtlustige meneer Brunt stapte eens
met een dikke bontmantel aan, dikke handschoe
nen aan de vingers en een sigaar in zijn mond
als een boomstam, bij meester Kwedelboom binnen.
„Ik kom eens kennis met je maken, meester, do
minee, burgemeester, politie-agent, notaris, deur
waarder ja, wat ben jij hier in dat gat al niet,
mijn goeie man."
„Ik doe wat mijn hand vindt om te doen, mijn
heer Brunst"
„Goed! Een mooi leven! Ik heb dat ook altijd
gedaan. Maar jij had eerst een twintig jaar m
Amerika moeten werken. Daar had je wat kunnen
Jeeren. Je doet het glad verkeerd. Daar heb ik. me
Interieur van de St. Jacobskerk te Den Haag, waar op 7 Januari a.s. Tiet huwelijk van Primes Juliana
en Prins Bernhard zal worden in gezegend,
De Rubberboom van Veenplas
(Korte inhoud van 't voorgaande)
't Was een zeer eigenaardig man, die Jan Kwedel
boom. Velen wisten niet wat sc van hem denken
moesten: of hij een zonderling of een huichelaar
was.
Toen hij eindelijk zijn hoofdakte behaald had werd
hij bovenmeester te Veenplas, een gehecht ergens
in het Drentsche veen.
Het aantal leerlingen van zijn school breidde zich
steeds uit; de kinderen kwamen van alle kanten
door het veen naar de school van meester Kwedel.
Tenslotte moest te Diedeldom, een gehucht op een
uur afstand van Veenplas, een nieuwe school
worden geopend.
Toen te Veenplas onder de kinderen een besmet
telijke ziekte uitbrak, gaf de dokter hiervan de
schuld aan de school van meester Kwedel. Er
moest een nieuw schoolgebouw komen, en meester
Kwedel en zijn vriend de kleermaker gingen daar
voor in Groningen collecteeren. Een rijke mijnheer,
die in Veenplas veel bezittingen had, gaf hun dc
toezegging een nieuwe school te zullen bouwen,
die dan ook inderdaad eenige maanden later kon
worden geopend.
Kort daarna woonden meester Kwedel en de kleer
maker te Utrecht een vergadering bij van aVe
vrienden van het Chr. onderwijs. Deze vergadering
duurde twee dagen en zeer voldaan togen de beide
Veenplassers huiswaarts.
(Het vervolg vindt u hiernaast.)
gehoord, dat jo heelc avondschool verloopen is.
Geen wonder. Voor wat, hoort wat, zeg ik. Als ik
werk, wil ik wat verdienen. En als jij wat weg
geeft voor niks, dan is dat ook niks waard. Had
van ieder een kwartje schoolgeld in dc week ge
vraagd en je had een mooi koppeltje gehouden.
Je bent hior nou al zoo lang, maar je kent je
eigen lui niet Ik loop hier een paar dagen rond
de laatste weken en ik heb ze in mijn zak: laat
een paar dubbeltjes zien en je hebt ze. En vraag
geld, voor wat je geeft, dan is het wat waard.
Je bent zelf begonnen je waar niet op prij3 to
stellen. Maar de jongens hebben gelijk, want met
al die geleerdheid doe je niks, geen spier. Vooral
niet hier in de buurt van Veenplas. Weet je, waar
bet op aan komt? Op slimheid, goochomheid. Je
moet goochem zijn. Dan stuur je het ver in do
wereld. Maar jij bent niet goochem."
,.Nee, mijnheer Brust; goochem ben ik heelemaal
niet."
„Dus dat erken je toch zelf! Beter je, man!"
„Ik wensch op dezelfde weg voort te gaan,
mijnheer."
„Dan ben je gek man, stapelgek. Hier steek eens
een goeie sigaar op."
„Dank u, mijnheer Brunst: ik rook niet"
„Man, waarvoor leef jij? Geheelonthouder, niet
rooken, geen geld vragen voor je werk. Heb jo
soms al genoeg? In een oude kous?"
„Het huisraad, dat u ziet, is mijn eigendom,
mijnheer. Andere bezittingen hob ik niet."
De Amerikaan sloeg met een zwaai zijn dikke
bontjas wat los, omdat hij warm werd in de
kamer, lachte hard op en riep:
„Ik dan wel. Als armoedzaaier vertrok ik naar
Amerika, haast geen hemd aan het lijf en nou
ga ik niet op zij voor dien rijken stinker uit do
stad. Als je wat noodig hebt, kom gerust bij me,
hoor! Ik zal je wel helpen met een paar honderd
guldentjes. Want je zou me ook wel eens van
dienst kunnen zijn in dc toekomst. Gegroet! Ik
ken je nou. Wc zien elkaar wel eens weer."
Die mijnheer Brunst liep dag aan dag rond, want'
bet voen, dat hij aan de snee had, bestuurde hij
zelf. Hij sprak met do arbeiders als met zijn
gelijken. Hij was zelf immers ook arbeider ge
weest. Daarop was hij zelfs trotsch. Hij bazuinde
het overal uit. De pienterste arbeiders zocht hij
er uit, en hij had daarbij een zeer scherp oog, en
dio maakte hij tot voorwerker of baas. Hij kreeg
veel aanhang, invloed, door zijn geld.
Geleerdheid? Daar had je niks aan. Daar kocht je
niks voor, was steeds zijn slagwoord. Goochem
heid!
Het was geen wonder, dat de zomer, die toen
volgde, do meester heel vaak met een half school
tje kinderen zat. De anderen werkten met dc
Ouders mee in het veen. Om centen-verdienen
was het tooh maar te doen. Wat gaf al die ge
leerdheid? Niks immers. Meneer Brunst zelf zei
bet toch ook. Hij had immers zelf gezegd, dat hij
maar heel weinig lezen en zoo goed als niet
schrijven kon. En wat een bult geld had de man!
In de herborg, waar hij gezeten had met de ar
beiders, als één van hen, en waar hij getrakteerd
had, was hij zoo mooi aan het vertellen geweest
ivan vroeger. Hij had als jonge kerel zijn best ge
daan om koster te worden in Klontjosburcn. Hij
zou ook vast aangesteld zijn, want hij was zoo'n
lorsche vent. Maar toen het op punt van zaken
aankwam, was het mis geloopcn, omdat Brunst
lezen noch schrijven kon. Do kerkvoogden hadden
er nog wel aan gewild, omdat een koster-dood
graver alleen maar gocdo knuisten noodig heeft,
maar de dominee had er zoo togen te keer gegaan,
omdat do domineo beweerd had, dat ssailk een be
noeming een slag zou zijn in het aangezicht van
het onvolprezen onderwijs, zooals hij zich uit-
idrukte.
„En omdat ik niet op de hoogte was met het'
onvolprezen onderwijs", riep meneer Brunst door
de gelagkamer heen, „daarom werd ik niet be-
501
SCHAAKRUBRIEK
Redacteur: W. J. H. CARON, Jacob Marisstraat 42,
Amsterdam-West. Men wordt verzocht correspon
dentie over deze rubriek aan bovenstaand adres
te richten.
Probleem no. 519
Van: O. NEMO
i
iC:
Wit begint en geeft in drie zetten mat
Wit (5)Kb5, Df6, Pf2, pi.cG, h5
Zwart (2): Kd5, pi.bö
Probleem no. 520
Van: J. A. SMITH
IIP
mmp
ÏÏ/4/Ê
Wit begint en geeft in twee zetten mat.
iWit (9): Kal, Dbl, Tb6, Te8, Lc2, Pd4, pi.a5, b7, e7
Zwart (10): Kc7, Dh8, Lb8, LeO, Pf6, Pf8, pi.d5, e4,
17, h6
Men wordt verzocht de oplossingen binnen acht
dagen in te zenden.
Oplossing van probleem no. 517
Van: F. I. VAN BLOOIS
.Wit (11): Rh2, Da2, Td7, Tg2, Lf5, Lh6, Pb5, Ph5,
pi.c6, Ó6, ei
Zwart (8): Ke8, Tc4, Lgi, Lh8, Pa3, Pa8, pi.e5, 17
Mat in twee zetten
Bedoeld was 1. Lh7 (tempoprobleem) maar na
1Lg7 is geen mat te verkrijgen. Het ant
woord „onoplosbaar" wordt goed gerekend.
1. c6c7 faalt (gelijk de bedoeling was) op 1,
PXc7,
Oplossing van probleem no. 518
Van: B. POSTMA
Wit (11): Ka7, Dh4, Th5, Lc6, Lf8, Pd8, Pc5, pi.a3,
e2, g3, h3.
Zwart (10): Ka5, Lc8, Pc3, pi.aO, b4, c7, d6, e6t
15, e4
Mat in twee zetten.
Sleutelzet: 1. g3—g4 (tempoproibleem).
Nevenoplossing: 1. Dh4Xe4
Goede oplossingen ontvangen van: L'. Couprio
|(518) Scheveningcn; A. de Groot (517, 518), A .van
'dei- Spek (518 en nev. opl.) Rotterdam; G. G. den
Hollander (517, 518), Harderwijk; A. Haas Jr.
(518) Schiedam; H. C. J. Spier (517, 518) Den
Haag; Th, F. Pieters (518) Zeist.
OPLOSWEDSTRIJD
Evenals den vorigen winter ral Ook titans een:
wedstrijd in het oplossen van problemen gehou
den worden. In de volg inde rubriek hoop ik de
eerste problemen te plaatsen.
ENGELSCHE OPENING
Gespeeld te Nottingham 1936
Wit: ALEXANDER Zwart: Dr. EUWE
I c2c4 e7e5
Van alle antwoorden, die hier mogelijk zijn, wel
het scherpste. Dat de wereldkampioen dit kiest
behoeft wel niet te verwonoeren. Zwart neemt
echter ook het meeste risico op deze wijze. Im
mers men speelt Siciliaansch met verwisseld©
kleuren. Voor zwart is deze opening reeds zeer
betrouwbaar, hoeveel te meer zal wit met een
tempo meer een goed spel verkrijgen, zoo hij het
Sicilaansch systeem toepast.
2. Pbl—c3 Pg8—f6
3 g2g3
Men zou dit fianchetto de witte „drakenvariant"
kunnen noemen.
3 d7d5
4 c4Xd5 Pf6Xd5
5 Lflg2 Pd5b6
Overeenkomstig den sterken zet Pd4b3 uit den
origineelen Siciliaan.
6 Pgl—f3 Pb8c6
7 0-0 Lf8e7
8 (12—o3 0-0
9 Lele3
Het bezit van het veld c5 is zeer gewichtig voor
wit. Hier moet een paard geposteerd worden.
9 LcSgi
Het is dc vraag, of dit het sterkst is. Misschien
verdient Le6 de voorkeur.
10 Pc3a4! ~>d8d7
II Tal—cl 17—16
Deze zet beteekent een compliment aan het witte
spel. Zwart komt niet tot een aanval langs de
1-baan: f7f5f4.
Onjuist is de combinatie 11 PX&4 12. DXa4
Pd4!? 13. DXd7 PXe2f 14. Khl LXd7 15. TXc71
12 Le3c5
Er kan nog geen paard naar c5 gespeeld worden
wegens LXc5.
12 Pc6d8
13 Lc5Xc7 Dd7Xe7
14 h2h3
W»t heeft de opening uitstekend behandeld, maar
dit verjagen van den loopcr kost een tempo. Bo
vendien komt dit stuk op een betere plaats. Ster
ker was 14. Pc5.
14 Lg4e6
15 Ddlc2?
Zwarts antwoord stempelt deze voortzetting tot
tempoverlies. Wit verzuimt opnieuw de gelegen
heid Pc5 te spelen.
15 Pb6Xa4!
16 Dc2Xa4 Le6—d5
De loopcr komt zeer goed in het spel.
17 Da4a5 Ld5—cG
18 b2b4 a7—a6
Er dreigde b5 en nemen op c7«
19 Pf3—d2
Niet 19. b5 wegens b6! enz.
19 Kg8—h8
Om b6 en a5 te kunnen spelen, zonder door Db3
schaak gezet te worden.
20 Daöc5 De7 *7
21 Lg2Xc6
Dat wit zijn koning6looper afruilt en het zwarte
paard in het veld brengt, kan niet goed zijn. Beter
schijnt 21. Pd2b3.
21 Pd8Xc6
22 Pd2—1)3 Df7—h5
23 (13d4! J
Als zwart op e2 of h3 slaat, stelt wit zich schade
loos door 21. d4—d5 Pd4 25, PX<*4 eXd 26. DXc7,
23 Ta8d8
24 d4d5 Pc6 d4
25 Pb3Xd4 e5Xd4
36 Dc5Xc7
Nu dreigt DXb7 en pion d5 wordt gevaarlijk.
26 Dh5Xd5
27 Dc7—c4 Dd5—f5
28 Tfl—dl?
Noodig was 28. Kg2 om h3 te dekken.
28 Df5Xh3
29 Dc4c7
Te laat ziet wit, dat hij pion d4 niet krijgt, hijV,
29. TXd4? Tc8! en wit verliest de koningin.
29 Dh3cG
30 Dc7Xb7 DeGXe2
31 Tdl—el De2Xa2
32 Tel—e7 Tf8-g8
33 Tel—c7 d4d3!
34 Te7Xg7 Tg8Xg7
35 TcXg7 Da2—blf,
36 Kglh2 d3d2
Opgegeven. Dr. Euwe toont in „Do Schaakwe
reld" aan, dat wit inderdaad verloren is. Toch zijn
er nog tiwee voortzettingen, die kansen bieden, nl.
IA: 37. Tg4, dreigend Dg7 mat en 37. Df7, dreigend'
Tg8t en Df6| remise door voortdurend schaak.
Dr. Euwo geeft de volgende winstvarianten: 37.
,Tg4 Ug6 38. TXgö hXg 39. Df7 dlD 40. DXf6t Kh7.
41. De7f Kliö 42. De3f (niet Dh4t Dh5!) Kh5 43.
Dc5t g5 cn zwart wint; B: 37. Df7 Dfó! 38. Tgi!
DXfóf 39. Kh3 Dflf 40. Kh2 Dhlfl 41. KXhl
dlDt 42. Kg2 Td2f 43. Rh3 Dhl mat. Een fraaie
analyse*
De Ruilbeurs - Boven-Hardinxveld
Ten dienste van de lezers der Ver Christ. Pers
Van de firma van Houten vernamen we, dat van
Houtens „Ons Eigen Tijdschrift" liquideert Daar
om waarschuwen wc U tijdig, niet te veel van
Houten-bons aan te vragen.
Aan de lezers die belang hebben bij de insluit-
reclame, maken we bekend dat voor St Nicoiaa9
geen nieuwe reclames kunnen worden aangeno
men. We zijn tot diep in December bezet
Voor inlichtingen omtrent de reclame, posbzegel
voor antwoord insluiten.
Voorwaarden:
1 Het is aan „De Ruilbeurs" de waarde der bons
en plaatjes te bepalen.
2 Iedere aanvraag moet voldoend., gefrankeerd
zijn.
3 Bij iedere aanvraag tot 500 punten moet 15 ct.
worden ingeslotc tot 1000 punten 20 ct. (aan
postzegels).
4 Als het gevraagde niet in voorraad is, wordt
Uw aanvraag genoteerd en deelen wij dit mede
in ons Zondagsblad.
5 Uit voorgaand art. volgt: vul steeds duidelijk
in van weik blad der V.C.P. (Rotterdammer,
Nieuwe Haagsche Courant, Nieuwe Utrechtscho
Courant, Nieuwe Leidscho Courant, Dordtsch
Dagblad) U lezer is.
6 Stuurt U te veel punten, dan kunnen die g
boekt blijven tot een volgende zending.
De waarde der bons is: Bussink 8, Coelingh 3,
Douvve Egberts 6, v, Delft 10, Dobbelman 4,
H.O. 6, Droste 20, Hag-zegel 8, Haust 5, Hillo
Limburg 8, andere 6, Holl. Zw. Weegsch. 3, van
Houten Tijdsch.bons 40, Paul Kaiser 5, Klaverblad
6, Klokzeep 10, Kwatta 3, Lever's zeepbons 20, van
Nelle 4, Patria 10, Pleines Ufa 3, Rademaker 3,
Sickesz 3, Verkade oude albums 2, Torenkraai 3,
Boerderij 5, Wascholine 2.
Wil s.v.p. gratis ruil formulier zenden aan:
Naam
Adres:
Woo n pl aat s: -
Datumit
Wie heeft voor ons: Ufa, no. 5, 151 cn 178, Nie-
meyer bons, 6 Leupen plaatjes, 22 Flora's hon
den, 70 Gouda theelichten bons en 30 Smith's die
ren plaat jee?
Wie kan gebruiken: Vergulde Hand, Nationaal B.
B., A. Heyn, Era, Stereo, Haas, Smith, Glim, v.
d. Bergh, Eru, Schriek, Recter, de Jong, Victrix,
Maizena, Driessen, Liga, Victoria v. d. Ven, A.J.P,
Erdal pelikanen, Hapé, Stark, Ster, Schura, Woer-
kom, Monogram, Sanders, en vele anderen. Er is
slechts een beperkt aantal in voorraad, gelieve
dus spoedig op te geven of er iets voor U bij is.
Weldadigheids- en Driehoek-zegels zijn 6tceds zeer
iwelkom.
CORRESPONDENTIE:
P. J. v. d. Z. te den Haag. 25 Vim plus 500 pt.
genoteerd.
A. de B. te Rotterdam-W. 60 Bussink plue 100
Paul Kaiser genoteerd. Saldo 2296 pt.
T. S. te Hekendorp. 25 Vim plus 269 pt. genoteerd.
't Zal nog wel een poosje duren. We zijn om F.
niet verlegen, St. is 2 pt. De Molen is onbekend.
G. J. K. Jr. te Botterdam. 6 Leupen volgen nog.
Dank voor de driehoekzegels!
Mej. E. v. K. te Leiden. Wat in voorraad was Is
verzonden, overige nummers genoteerd. Met wat
geduld komt 't wel in orde!
C. v. W. te Zwijndrecht. De v. II. zijn venzonden.
!<4. H. te den Haag. v. Nelle en Droste gezonden,
v. Delft gedeeltelijk.
J. H. G. v. d. P.-W. te Rotterdam. Voor die 40
bons geven wc 24 Paula!
'A. v. d. li. te Rotterdam. Uw zending groot 2400
pt. wordt omgezet in 800 Weegsch.
R. J. M. te Brunssum. Saldo 9G pt Dank voor do
mededeeling, we wisten 't niet!
7. R. te Scheveningen. 114 Klaverblad plus 190
Ufa volgen nog.
'A. D. te Chaam. Haus en Boerderij verzonden. 25
Vim plus 1176 pt genoteerd. Tot 1000 pt. 20 ct,
U zondt 2306 pt
J. L. te den Haag. Zendt U ze eens, dan kunnen:
we 't zien.
Mej. M. N. te Oud-Bcyerland. We raden U dc pt.
te laten staan. Er staan voor K. zooveel aanvra
gen. Valt 't mee, dan zenden we ze nog. Elke 5U0
pt 15 ct
G. J. K. te Rotterdam-Z. U sloot geen porto in!
Mej. J. Q. te Rijsenburg. Een flinke dosis geduld
is er voor noodig!
Mej. F. V. te Doorn. De nrs. 5 en 151 zijn aan
de fabriek niet meer te krijgen, 't Is mogelijk dat
ze hier nog wel binnenkomen.
,W. J. W. te Gouda. Alles is vcrzondenl
'J. C. te Leiden. De aanvraag is genoteerd. Wilt
U een advertentie?
Postadres: De Ruilbeurs, Hardinxvold,
513