De den waardevermindering van gulden Cfioco&de hollandschZWITSERSCHEchocoladefabriek ;en bezoek aan het land van prins bernard DINSDAG 6 OCTOBER 1936 TWEEDE BEAD PAG. 5 énkele contingenteeringen porden ingetrokken Er wordt een accountants onderzoek bij vele bedrijven ingesteld ÏLKE PRIJSVERHOOGING HOG GEEN PRIJS- )PDRIJVING Uit klachten van den detailhandel is gebleken, dat verschillende industrieele ondernemingen, groothandelaren en importeurs, zonder voorafgaand over leg met het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, tot verlioo- ging van den prijs van hun artikelen zijn overgegaan. Dit heeft den minister aanleiding gegeven, terstond bij vele bedrijven een accountantsonderzoek te doen in stellen, teneinde te laten nagaan, of daarbij niet in strijd met de wet van 30 September 1936, houdende tijdelijke maatregelen tot het tegengaan van prijsopdrijving, is gehandeld. Dezer dagen zullen worden ingetrokken e contingenteeringen van zoolleder tuig- n zaalleder, drijfriemen en technisch le er In verband met de getroffen monetair? laatregelen kan de opheffing van eenige ndere contingenteeringsmaatregelen spoe ig worden verwacht. Tevens zal de toepas- 1 het algemeen soepeler worden, ter porkoming van prijsopdrijving van de ge- antingenteerde goederen. Ten aanzien van aanhangige contingenteeringsaanvragen al de regeering voorloopig een afwaeh- inde houding aannemen. De drie Nederlandsche Middenstandsbon- verzoeken ons in verband met den v ingetreden monetairen toestand het nbliek er opmerkzaam op te maken, da.t ko prijsverhooging nog geen prijsopdrij- ng is.Het is uitermate gewenscht, dat het ibliek, omdat de goede naam van den inkelier dikwijls op het spel staat, met on- •rscheid oordeelt. Men moet niet vergeten, it door de waardedaling van den gulden ke import duurder is geworden, hetgeen iteckent, dat de goederen, welke geheel of n deele uit bet buitenland komen, hier lande in meerdere of mindere mate in •ijs zullen moeten worden verhoogd. De winkelier zal daarmede rekening heb ben te houden, ook met betrekking tot zijn aanwezigen voorraad. Zou hij den bestaan- den voorraad opruimen tegen de voor hem geldende prijzen., dan komt het in de meeste gevallen hierop neer, dat hij niet voldoende geld ontvangt, om straks tegen de hoogere prijzen een zelfden normalen voorraad aan te koopen. Wil de winkelier verzekerd zijn van den geregelden voortgang van zijn zaak. dan moet hij reeds nu rekening gaan houden met den hooger geworden in koopprijs, ook wanneer deze eerst straks zijn invloed doet gelden. Een tweede moeilijkheid is deze, dat cle prijszetting van dm winkelier bijna steeds afhankelijk is van de prijszetting van gros sier of fabrikant. De winkelier timmert ech ter met zijn prijze 1 aan don weg. De prijzen ven grossier on fabrikant zijn voor hel pu- bl.ek onzichtbaar. Prijsstijging merkt het publiek alleen in den winkel. Het is geneigd daartegen on middellijk te protesteeren, want het weet niet, dat de winkelier practisch tot die prijs verhooging is gedwongen, omdat zijn inkoop prijzen zijn verhoogd. De besturen van de drie Nederlandsche middenstandsibonders verzoeken het publiek met een en ander rekening te willen houden Gevallen waarin kennelijk van prijsopdrij ving sprake is, brenge men onmiddellijk aan bij de bevoegde autoriteiten. Bij het. beoordeelen van prijsverhoogingen ga men'rustig en met onderscheid te werk, opdat niet direct een blaam worde geworpen op den winkelier. Achteraf zou dan na on derzoek blijken, dat ten onrechte een klacht is ingediend, maar de schade welke dc win kelier als gevolg van de ongegronde klacht ondervond, is daarmede niet goedgemaakt. Waarom de papierprijs werd verhoogd De besturen van de Vereeniging van Ne derlandsche Papierfabrikanten en van den Nederlandschen Papierbond hebben een ver klaring gegeven van de redenen, welke hen hebben geleid tot de prijsverhooging hunner artikelen. Allereerst wordt opgemerkt, dat de stij ging der prijzen van de papiergrondstoffen. welke dit jaar heeft plaats gevonden en voo.- de belangrijkste producten 20 30 pot. be droeg, aanleiding is geweest om, voordat hier te lande van het verlaten van den gou den standaard sprake was, de prijzen van het papier te herzien. De Nederlandsche fa brikanten hebben daarvan op 24 September aan de groothandelaren kennis gegeven, onder mededeeling, dat een gedeelte der noodzakelijke prijsstijging met ingang van den volgenden dag van kracht zou zijn. Na de bekendmaking dezer verhooging kwam het besluit der regeering om den gouduitvoer stop te zetten. De fabrikanten moeten thans voor hun grondstoffen, in gul dens uitgedrukt, circa 25 pet. meer betalen. Hetzelfde geldt voor de grossiers met be trekking tot de in te voeren papieren. Een en ander leidde er toe om in onderling over leg tusschen beide groepen de prijswijziging van 25 September aan te vullen naar aan leiding van de depreciatie van den gulden. De groothandelaren vinden in deze verhoo ging geenszins totale vergoeding voor de stijging hunner te importeeren papieren, ter wijl de fabrikanten evenmin volledige com pensatie ontvangen voor de duurdere in koopprijzen van hun grondstoffen voor zoo ver deze van de depreciatie van den gulden het gevolg was. Beide groepen hebben even wel gemeend voorloopig met de inmiddels bekendgemaakte verhoogingen te moeten volstaan, zulks in het bijzonder, omdat zij de regeering wenschten te steunen bij haar pogingen om prijsopdrijving te voorkomen. Dat de papierfabrikanten en groothande laren over enorme voorraden zouden be schikken is ten eenenmale onjuist De voor raden zijn sinds 1930 slechts tot het strikt noodzakelijke opgevoerd. De vastgestelde verhooging is overigens zoo matig, dat deze in de dagelij ksche con sumptie ternauwernood bemerkbaar zal zijn. Voor een gebonden boek, dat in den winkel verkoop tusschen f 2.90 en f 5.90 wordt ver kocht, zal de verhooging ongeveer uitkomen op circa 1 a V/2 cent per boek. voor 100 en veloppen die men in den winkel koopt of bij zijn drukker bestelt, ook ongeveer 1 èl V/2 cent per 100. Dat bovendien deze kleine verhooging noodzakelijk was. blijkt ook wel uit het feit, dat Maandag j.l., toen nog tegen de oude prijzen werd verkocht, bij verschil lende handelaren, bijv. de gewone magazijn verkoop, ongeveer het zesvoudige van de normale bedroeg. Door den minister van Binnenlandsche Zaken zal een dezer dagen het comité van zes, gevormd uit de Christelijke. Moderne en R.K. bonden van ambtenaren en werklieden in Overheidsdienst in audiëntie worden ont vangen. Het ligt in de bedoeling van het Comité om met den Minister de positie van het Overheidspersoneel in verband met de „de valuatie" te bespreken. De graanhandel adresseert opnienw Een week geleden verzond de Bond van Nederlandsche graan- en zaadimporfeurs tezamen met enkele andere organisaties tele grammen aan den MiniJter van Landbouw, met het verzoek de mcnopolieheffingen op broodtarwe, voergranen en andere voerarti kelen overeenkomstig de plaats gevonden prijsverhoogingen te verlagen. Ter nadere toelichting werd thans een uitvoerig schrijven aan den Minister ver zonden. Hierin wordt betoogd, dat de tot dusver in heffingen, restituties en bijslagen aangebrachte wijzigingen in onvoldoend* mate prijsstijging Ier levensmiddelen zullen vermogén te voorkomen. Slechts verlaging van monopolieheffingen op granen en vee voeders zullen die uitwerking in bevredi gende mate hebben, hetgeen in den brief met diverse voorbeelden wordt toegelicb' Het verlanglijstje van het N.V.V. De hoofdbesturen van de bij het N.V.V. aangesloten organisaties hebben gistermid dag de gewijzigde monetaire toestand D3- sproken. Zij kwamen tot de conclusie, dai de „eenzijdige" aanpassingspolitiek thans moet worden beëindigd en dat de waarde van' den gulden zich aan moet sluiten bij de valuta van andere toonaangevende landen in het belang van het bedrijfsleven. De waardevermeerdering van den goud- Thans reeds in ruim 25.000 winkels verkrijgbaar. voorraad der Ned. Bank moet aan den staat ten goede komen. Een belangrijk deel daar van moet worden aangewend voor ophef fing van de direct nadeelige gevolgen voor de werkloozen, voortvloeiende uit de te ver wachten prijsstijging en ten behoeve van de verdere uitvoering van groote en nuttige werken ter bestrijding van de werkloosheid. De uitkeeringen aan de werkloozen en de loonen van de arbeiders bij de werkverschaf fingen dienen te worden verhoogd. Daaren boven zullen op ruimere 6chaal goedkoop? levensmiddelen alsmede kleeding, schoeisel en dekking beschikbaar gesteld worden. Het wetsontwerp inzake de herberekening van de pensioenen dient voorts te worden ingetrokken, terwijl de zeer onlangs inge voerde verlaging van de pensioenen voor het spoorwegpersoneel ongedaan dient te wor den gemaakt. De afschaffing van de huurbijslag Een waarschuwing De Minister van Sochle Zaken deelt mede: Het is gebleken, dat vele ondersteunde werkloozen in verband met het feit, dat hun huurbijslag met ingang van 13 September j.l. werd verlaagd, pigenmarhtig een door henzelf vastgestelde huur aan den huis eigenaar hebben aangeboden of betaald. Een dgl. optreden is uiteraard volkomen onjuist. De tusschen verhuurder on huurder over eengekomen huur dient betaald te worden. Zij, die hiermede in gebreke blijven, stellen zich bloot aan alle wettelijke gevolgen, daaraan verbonden. ROFFELRIJMEN JEUGDFESTIJN Als onze jeugd bijeen is In openbaar festijn, Dan blijkt maar al te dikwijls De orde zoek te zijn. Wie toegang moet betalen Is ongemeen ontstemd En acht zijn gulden vrijheid Onredelijk geremd. Maar is men eenmaal binnen Dan blijft men achteraan, Versperrende de entree Of in de paden staan. Wie 't minst er heeft te maken Gaat naar de voorste rij En haalt er z'n familie En al z'n vrinden bij. De lastigste kwajongens Verblijven achterin En toonen luid rumoerend Hun vecht- en vrijheidszin. Wanneer er staal: niet rooken! Dan is het voor elkaar: De één rookt sigaretten. De ander een sigaar. Natuurlijk wordt begonnen Een klein half uur te laat: 't Bestuur is niet aanwezig Of nog niet uitgepraat. Zoodra de praeses hamert Stijgt hoog de vreugd ten tap: De praatjesmakers gooien Er nog een schepje op. Gelukkig maakt een lofzang Een eind aan het kabaal En kan men rustig lezen In de verstilde zaal. De taaie jaarverslagen Gaan onder in rumoer Na elke declamatie Of voordracht golft de vloer. Zoodra zich afgezanten Vertoonen met hun spiets Begint opnieuw 't geratel En niemand hoort er iets Ik kan zoo verder varen Tot aan het waardig slot Dat met gezag en orde (Waarvoor wij strijdenspot, Maar laat ik liever zwijgen Omdat het toch niets geeft Zoolang ons schoon beginsel Niet beter wordt belééfd. (Nadruk verboden) LEO LEI ROOS „PRINS BERNHARD" De directie van de N.V. G. A. van Ros- sem te Naarden, heeft van Z.D. den Prins van Lippe-BiesterfeM toestemming gekre gen de door deze N.V. gekweekte roos, welke op 20 Juli 1936 werd gekeurd, den naam „Prins Bemhard" te verleenen. Het „LIBERTAS" op reis Bosschen, bergen en vriendelijke dalen Wie „bij" wil blijven, en dit doen kan loet er zoo af en toe eens op uit trekken, n zelf rond te zien wat er in de wereld koop is. Dan houdt men vaster contact iet de werkelijkheid, dan door lectuur ol ito alléén mogelijk is. Het was dan ook het Reisbureau „Libertas" een aardige edachte, als sluitsteen van het zomersei- serv vierdaagsch reisje te organiseeren aar Lippe, het land van onzen Prins Ber ard, opdat mén eens zou kunnen kennis laken met dit typische voormalige vorsten- om uit den tijd, toen Duitschland nog een ippendeken van ontelbare staten en staat- is was. De tijd van het jaar in aanmerking geno- len, de vacanties behooren thans tot het erleden, bleek de deelname aan deze 'ierdaagsche" verrassend groot te zijn. Het as een bont gezelschap dat op dienzelfden insdagmorgen, waarop de vorstelijke ver- lofden opnieuw voor de microfoon zouden preken, in een met feestelijk vlaggedoek esierde luxe-reiswagen via Utrecht en peldoornZutphen den tocht aanvaardde aar onze oostgrenzen. Dunne morgennevel ling nog over de velden, doch de lucht daarboven was helder blauw, en beloofde een pittigen herfstdag. Wat zijn in de laatste jaren de Neder landsche wegen geweldig verbeterd! Dat was een eerste indruk, die velen ondergin gen, toen zij. langs prachtige, weidsche tra jecten voortsuisden, vrijwel zonder kuil of bocht, en ongestoord door schokken of over hellen van de ruime vergezichten konden genieten van het Hollandsche, het Utrecht- sche en daarifa het Geldersche landschap. In Zutphen werd even gepleisterd op het uur van den koffiemaaltijd, en het was tijdens het aanzitten aan dezen welvoor- zienen disch dat men de gelegenheid kreeg de radio-toespraken van Juliana en Bern- hard te beluisteren, een zeer gewaardeerde attentie van denrestaurateur. Uit Zutphen werd overigens niet opge broken, eer men óók iets had kunnen ge nieten van de zoo fraaie architectuur der St. Warburgkerk, met haai- herontdekte oude fresco's, haar fraaie grafzerken en de kostbare boekwerken uit de belendende Librye. In deze niiddeleeuwsche bibliotheek ziet men de folianten op de ouderwetsche, hoogoploopende lezenaars aan hun kettin- gen liggen, op een zelfde wijze als de mon nik Maarten Luther in een Duitsch klooster de Heilige Schrift aantrof en las. Het eindpunt der eerste dagroute was Bentheim, kleine plaats dicht over de Ne derlandsche grens, in de omgeving van Oldenzaal. Bentheim heeft een slot, waaraan het zijn beroemdheid dankt. Het ligt, zooals het zulk een oud ridderbouwwerk betaamt, wel bevestigd op een hoogte, en wie zijn transen beklimt geniet fraaie vergezichten over streken van oostelijk Nederland en van Hoe het wijde heuvellandschap^ van Lipp^ e er uit ziet - Westphalen. Het meest Imposante deel van 1 den burcht echter is de massale, vierkante! wachttoren, die als een Enakskind zwaar en grootsch uit zijnbelendende perceelen de schouders opsteekt De schietgaten, in het opperste deèl van dezen reus aange bracht demonstreeren hoe verbijsterend dik het metselwerk wel is. Zeker een vier vijf meter! Mén zegt dat de oude architec ten tot zulk een formidabele dikte besloten, omdat de wachttoren tevens de bestemming had, als kruithuis te dienen, en ook oudtijds hield men ervan, dit gevaarlijke goedje solide op te hergen. Overigens toont men' er den bezoeker nog een zeer diepen put, die de lieflijke taak had, als bergruimte voor gevangenen te fungeeren. In onze dagen: heeft men hieromtrent gelukkig eenigszins humanere opvattingen! Twee dingen willen wij omtrent Slot Ben theim nog even memoreeren, alvorens wij verder spoeden. In een hoek van. het binnenplein, onder enkele oude, zware kastanjeboomen, treft ons de aanblik van een heel, heel oud kruisbeeld, zeer priml-, tief uit één stuk gehouwen. Het is de be faamde „Herrgott von Bentheim", gelijk de volksmond zegt, een crusifix:, dat oudtijds in deze streken een zeer groote vereering genoot, toen een paar eeuwen op een ver loren plek onder den grond heeft gelegen, en dat nu, in dezen stillen hoek onder de hoornen, zijn armen uitspreidt, voor som-, migen een voorwerp van aanbidding, voor anderen alleen een merkwaardig curiosum. En dan is er nog, in de statiezaal van het slot, wij zagen het terloops toen wij door een der ramen met hun glas-in-lood wapens naar binnen tuurden, een fraai vloer tapijt, hetwelk eens, bij een bezoek van wijlen Koningin Emma, aan den Vorst van Bentheim geschonken werd. Want deze beiden, men zal het zich wel herinneren, waren bloedverwanten. Maar nu verder den weg naar Lippe op! Tusschen de ultloopers der bergen Langs den horizon ontwaart men geleide lijk de donkere contouren der bergen. Het zijn de beboschte uitloopers van Teutobur- gerwoud en Wiehengebergte, die nu steeds meer het landschap zullen gaan beheer- schen. Nu ligt het nog open met zeer ge leidelijke glooiingen, onder een milde na jaarszon, waarin het goed arbeiden is voor de landbevolking, die meestal gezinsgewijze bezig is aan het inhalen van aardappeloogst In heel deze omgeving, ook rond Pyrmont en Lippe, ziet men dat veel, het werk op de aardappelakkers, het moeizame, in ge bogen houding rooien van do grond- vruchten,, het in korven verzamelen daar van, het voor de huisdeur op hoopen sor- teeren naar kwaliteit op grootte. Wij pas- seeren intusschen, want het trekken per reiswagen gaat snel, en is afwisselend als het kijken naar een overschoone land schapsfilm, door een merkwaardige oude stad, wier naam een weidschen klank heeft: Osnabrück. Zij was, evenals Zutphen, waar wij vertoefden, lid van den Hanze- bond, van die organisatie van machtige koopsteden, die in de middeleeuwen een goed deel van den wereldhandel controleer den, en binnen hun muren rijkdommen en kunsschatten ophoopten. Zoo men zijn reis doel niet in het oog moest houden, zou men er haast toe komen, den spoed van den De schiderachtige Viti-schans bij de poor ten van Osnabrück modernen tijd te vergeten en een uur of wat rustig door deze oude straten te wan delen, langs huizen die als het ware elk een eigen gelaat hebben, gezichten, die boven dien ieder een geschiedenis hebben te ver tellen, omdat men oudtijds er nog den tijd voor nam, om te leven. Nu gaan wij, in een even vertraagd tem po, langs eerbiedwaardige wallen en schil derachtige poortingangen voorbij, om weder de ruimte van het vrije veld, en van het wijde vergezicht te zoeken. Hoe prachtig ligt hier het landschap, op schuivend naar de bergen van den bebosch- ten horizon,, met zijn ruime glooiingen, waarlangs de nijvere boerenbevolking het geschakeerde blokwerk van haar akkers heeft gelegd. Hoe teekenachtig is ginds de aanblik van het span paarden, dat de ploeg moeizaam voort heeft getrokken en nu juist op de uiterste hoogte, als tegen den blau wen einder geteekend, even stilstaat. Menschelijke vlijt, gepaard aan rustig overleg, heeft terweerszijden van den ver keersweg. het zoo schoon openliggende land in zorgvuldige cultuur gebracht, en terwijl het traject, dat wij rijden, nu eens als steile baan de hoogte in voert, zoodat het wel lijkt of ginds het einde der wereld is, dan weder in bijna glijdenden neergang naar lager niveau voert, begeleidt ons aan weerskanten dit golvende akkerbeeld. Statig staan daartusschen de hoeven, elk temid den van eigen domein, elk een nederzetting op zichzelf, centrum van een welvarend bedrijf. Vriendelijk en gemoedelijk zien deze huizen er uit, met hun hoogopgaande da ken, hun spitse gevels, hun muren, ver sterkt met balken, die in geometrische figu ren ingemetseld, heel zoo'n huiswand door hun „vakwerk" tot iets plezierigs om te zien maken. Het landschap behoudt zijn karakter, hoe verder de dagtocht vordert. Wellicht krijgt het geleidelijk nog wat meer afwisseling, doordat het rijzen en dalen van den bodem in grooter uitersten verloopt: de bergen ne men allengs de overhand. Prachtig is de donkere wand der dennenwouden, zooals die stil en ernstig het verre uitzicht be grenst; grillig en lieflijk het verloop dei; vele riviertjes en beken, die onberekenbaar in hun luim zich in ontelbare kronkelingen voortbewegen, hun steenachtige bodem dik wijls duidelijk zichtbaar door het hel-lere bergwater, dat snel over de kiezels voort- stroomt en bruist. De rattenvangerstad Hameln ligt ook in dit landschap, een kleine stad met roode daken en landelijke ingangen, met erven en winkels, waar het gereedschap van den akkerman en den vee houder te kijk liggen. Het is een stadje, dat zich geen airs geeft van anders te zijn dan het is: een landelijk centrum, doch met vele en gave restanten uit oude dagen, toen het wellicht meer dan thans van staatkundige en ook economische beteekenis was. Men kent de legende, die zich onverbrekelijk aan dit oude Hameln heeft vastgehecht, van den rattenvanger, die de inwoners met fluitge speel van een lastige invasie van knaagdie ren bevrijdde, daarvoor zijn loon moest der ven en toen uit wraaklust de kinderen mee lokte op een uittocht, waarvan zij nimmer thuis keerden. Deskundigen vermoeden, dat aan deze merkwaardige legende een histo rische en tragische achtergrond niet ont breekt, doch dat in oerouden tijd de kinde ren van Hameln, zijn jonge zonen, inder daad zijn uitgetogen voor het een of ander krijgsavontuur, waarvan geen hunner is weergekomen. Hoe het zij, Hameln is zonder zijn legende niet meer in te denken. Bij de bakkerswinkels zijn rattenbroodjes, die grie- zelig-echt het ongure gedierte met snorren en al afbeelden, d e plaatselijke specialiteit: bij de boekhandelaren en zaken waarheen men gewoonlijk als tourist om souvernirs gaat is de magere, zich in een bocht wen dende. bijna Mephisto-achtige Rattenvan- gex-sfiguur schering en inslag, en wie zich zelf respecteert kan wel niet anders doen dan zijn koffie of zijn biertje te nemen in het Rattenvangershuis, hetwelk te reoht of ten onrechte dien naam moge dragen, doch in elk geval een pracht van een antieken geval heeft Ook Pyrmont ligt in onze route, stad die voor den Nederlander eveneens zoo'n wel gekende klank heeft, gekoppeld als hij nu eenmaal is aan den naam van een vorstin dien wij ook thans nog noode missen. Pyr mont is een typische badplaats, zoo eeno, waar men bronwater drinkt; „kuurt" is de uitdrukking. Wat zulk een stadje met geneeskundige bronnen eigenlijk is, beseft men eerst goed als men gezond van lijf en leden, langs de fraaie gebouwen wandelt, waarin men hot geneeskundige water gebruiken kan. Heele rijen van invaliden-wagentjes staan er op beschutte plaatsen in het nog warme na jaarszonnetje en het zijn lang niet alleen ouden van dagen, die met de plaid over de zieke beenen hier in berusting zitten en lots verbetering afwachten. Pyrmonts Kurpark is iets unieks, ook zoo men vele grootsche tuinen van dien aard ge zien heeft De aan]eg,is bijzonder fraai, en er is een palmen-allée, die wijd en zijd beroemd is. Het water in dit park krioelt letterlijk van de karpers, die er bijna rug aan rug zwemmen, en er een zwaren strijd om het bestaan zouden moeten voeren, indien niet juist de talrijkheid van de bezoekers en wat dezen aan voedering meebrengen hun een lui-lekker leventje bezorgde. Men wordt hier als vauzelf herinnerd aan de vischvij- vers van het oude Trianon, waar nog exem plaren van gewicht rondzwemmen uit den tijd van koning Frans. Zoo oud zijn echter de Pyrmontsche karpers niet, hetgeen aan hun adeldom moge afbreuk doen, doch aan hun smaak moet ten goede komen. Na Pyrmont zijn er weer de klimmend» en dalende wegen tusschen het golvende ak- akkerlandschap; het statige bosch, dat nog aan dichtheid en majesteit gewint, en dik wijls van de wegen groene zuilengangen maakt, die in de verte schijnen te verdwij nen in tunnels van groen. Ossen gaan hier nog met trage stappen getweeën als trek dieren voor de kar, die met gekapt hout is geladen; koeien ziet men op de akkers in 't tuig stappen, in arbeidsdienst voor eg of ploeg, en de schuwe eekhoorn schiet over den weg om rad omhoog te loopen tegen den gladden zuilenstam van een beuk. - Wij zijn hier in het hart van een streek,' die oer-Germaansch is van zede en geschie denis, die monumenten bewaart, die aan 't grijs verleden van den Duitschen stam her-' inneren. Het-is echter reeds donkere avond als wij de hoofdstad van het voormalige vorsten dom Lippe naderen. Detmold! De stad Detmold ui vogelvlucht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 5