Geref. Diakenen vergaderen
Bond van Chr. Oranje Vereen.
DONDERDAG I OCTOBER 1936
DERDE BUAD PAG. 9
De vraagpunten worden
besproken en de conclu
sies vastgesteld.
Afscheid van den Voorzitter,
den heer J. H. Donner.
In de gisteren te Utrecht voortgezette
conferentie van Gereformeerde Diaconieën,
heette de voorzitter, de heer J. H. Don
ner, van Rotterdam, na het .uitspreken van
»jjn openingsrede hartelijk welkom: Dr. J.
Hoek, van Den Haag; Mr. R. van Maare,
van Arnhem en Mr. A, F. L. van Beeck
Calkoen, Van Den Haag; allen adviseurs
der conferentie.
Voorts deelde de voorzitter mede dat de
secretaris, de heer M. C. Wijnbeek, we
gens ongesteldheid verhinderd is de confe
rentie bij te wonen. Van hem werd een te-
legrafischen groet ontvangen.
Telegrammen
Besloten werd aan de Generale Synode
het volgende telegram te zenden: De Cen
trale Diaconale Conferentie in Utrecht bij
een, bidt Uwe hooge vergadering de ver
lichtende en sterkende leiding des Heiligen
Geestcs toe. x
Tevens werd onder applaus besloten een
501 telegram van trouw en aanhankelijkheid aan
HM. de Koningin te zenden.
l)en secretaris werd telegrafisch een
spoeaig herstel toegewenscht.
Groote geestdrift verwekte de mededee-
„Dg, dat 204 diaconieën vertegenwoordigd
waren. Nog nimmer werd het getal 200
'bereikt.
Vraagpunt Groningen
Door Groningen was een vraagpunt inge-
jonden betreffende het steunen van perso
nen, die sinas korten tijd ter plaatse inwo,
nende zijn. Veel jonge menschen trekken
naar de stad. Is het spaarpotje op, dan
kloppen ze bij de diaconie aan. Als het
V6: kleine zakenmenschen zijn, wordt geen
crisissteun ontvangen, daarnaast wordt va
lide arbeiders pas na twee jaar steun ver
leend. We mogen die menschen niet laten
gaan. Steun heeft echter drieërlei bezwaar:
1. de trek naar de groote steden wordt be
vorderd, 2. de menschen blijven in de groo
te stad; 3. de uitgaven worden te groot.
De heer Breukelaar, die het vraag-
■yj punt toelichtte, deelde mede, dat thans in
koningen gepoogd wordt deze menschen
de stad weer te doen verlaten. Men geeft
de menschen een geringen steun van f 5.
(Volledige steun is niet mogelijk; door het
doen van een kleine Christelijke handrei
king bevordert men de terugkeer naar het
rek platteland,
Dlscusslo
Na de toelichting was er gelegenheid om
plaatselijke mededeelingen over deze kwes
tie te doen. De heer Develingen, van
Dordrecht, wees op de regeling van ver
trekkende armen.
voorbzitter merkte óp, dat deze
jorie niet te vergelijken valt. Het gaat
'personen die als niet-gesteunde ver-
tken, maar dan in de andere plaats na
iele maanden noodlijdend worden.
De heer De Vries van Nijkerk, acht de
Instaande regeling bij vertrekkende armen
«n oplossing. De oude diaconie geeft dan
nog enkele maanden vollen steun en nog
■enkele maanden het halve bedrag aan
steun.
De heer Van Halsoma, van Assen
ondersteunde de oplossing van Groningen.
De giften van kapitaalkrachtigen, die pas
in de gemeente gevestigd zijn, worden ook
ian dankbaar aanvaard.
De heer Van Maasdijk, van Noord-
nijk, wees op het voorgelezen Schriftge
deelte.
De Heiland vraagt niet: vanwaar komt
lie schare? Neen, Hij zegt: „Geeft gij hen
D Ie eten." Het zakelijke mogen wij nimmer
roorop stellen.
De heer Van Keulen van Katendrecht
to «vil gaarne de woorden van den heer Van
en Maasdijk onderstreepen, maar hoe moet het
letaald worden? Mag de diaconie steeas
chuld op schuld stapelen en de werkelijke
innen, weduwen en weezen geregeld tekort
doen? Oplossen doen we deze kwestie niet»
We moeten trachten nog iets van de dia-
Eonie in de plaats waax de menschen van
daan komen, te krijgen. Bovendien moet
in Kerkboden en bladen gewaarschuwd
R'orden tegen het trekken naar de stad, om
paar werk te zoeken.
heer Van Hegen, van Almelo, wil
inderscheid maken tusschen menschen, die
im speculatieve redenen naar de stad gaan
P l in zij, die in de nieuwe gemeente werkloos
t vorden.
c- De heer Slump, van Leeuwarden, deel-
Ie mede, dat de tre"k naar Leeuwarden vo-
ig jaar zeer groot was. Per circulaire wer
den de gemeenten in de provincie er op
gewezen, hOe gevaarlijk het was naar de
stad te gaan. Door de circulaire is de trek
inderdaad waarneembaar afgenomen. Spr.
drong aan, om deze circulaire aan aile
kerken te zenden.
De heer Mee «wissen van Ede, bezag
de kwestie principieel. Wij mogen nie
mand weigeren. De diaconie mag niet
straffen in de maag.
De heer Born eraan, van Den Haag-W.
deelde mede, dat vcrhuisbiljetten van per
sonen, die geen betrekking hebben door de
Burgerlijke Overheid geweigerd worden.
Contact moet gezocht worden met de Bur
gerlijke Overheid.
Adviseur aan het woord.
Dr. A. Hoek, van Den Haag, had met
genoegen gehoord, dat men geen termijn
van inwoning wil stellen.
De principieele weg dient gevolgd. Wij
mogen niet zeggen: gaat heen en wordt
warm. Daarnaast moet de trek naar de
steden tegengegaan worden door circulai
res en andere publicaties. Een synthese
tusschen het principieel en zakelijk stand
punt dient gevonden te worden.
Conclusie
De Voorzitter concludeerde, dat de
vraag ontkennend moet beantwoord, worden
en tevens ongemotiveerde verhuizing moet
worden voorkomc
Het vraagpunt Velp
Door Velp was gevraagd: Hoe moet de
diaconie handelen inzake aanvullenden
steun aan kleine middenstanders?
Door Velp wordt voor de gezinnen een
norm gesteld. De diaken vraagt: wat heb
je verdiend? Is dit bedrag onder de norm,
dan wordt aangevuld. Het bezwaar is, dat
deze steun luie. menschen kweekt en on
eerlijkheid in de hand kan werken.
De heer Van der Veen, van Amster
dam, deelde mede, dat Amsterdam vroeger
deze menschen steunde. Dit kon op den
our niet meer. Nu ontvangen dé menschen
het verschilbecjrag tusschen maatschappe
lijke steun en diaconale norm. Gaat een
zaak zeer slecht, dan blijft ze niet voort
bestaan.
De heer S t r ij b i s, van Den Haag, wees
er op, dat. allereerst op de fondsen voor
sociale nooden gewezen moet worden. Is
dit niet mogelijk, dan moeten we de mid
denstanders helpen, dus zorgen, dat ze niet
in het leger van werkloozen terecht komen.
Ze moeten een kans krijgen. Spr. acht het
beste, om een gift te geven, desnoods twee
of drie maal in een jaar. Helpt dit niet,
dan moet de controle verscherpt worden en
moet afgevraagd, of het bedrijf of de zaak
wel roden van voortbestaan heeft. Daar
anders deze zaken sociaal gezien een ge
vaar vormen voor den middenstand.
De Voorzitter maakt onderscheid
tusschen zaken die vroeger goed gingen en
nu slecht, en crisiszaken, opgericht door
crisis-slachtoffers. De eerste categorie moet
op de been gehouden worden. Deze vraag
moet sociaal ook bezien worden. Elke zaak
mag aoor steun niet geholpen worden.
Het Nat, Crisiscomité gaf giften van f50
tot f 200, waardoor bedrijven veelal weer
levensvatbaarheid kregen. Daarnaast dient
gedacht aan voorschotkassen. Sedert het.
voorjaar bestaan er fondsen, die credieten
verstrekken.
Deze fondsen saneeren eerst de bedrijven,
brengen zooveel mogelijk inkomsten en uit
gaven in evenwicht. Deze fondsen werken
zeer goed.
Als c.it alles niet baat, dan is het niet
gewenscht, dat de diaconie gaat helpen.
Maatschappelijk gezien heeft zoo'n zaak
geen reden van voortbestaan. Spr. gelooft,
dat deze menschen door de diaconie geholpen
kunnen worden, alleen als dit financieel
voor de diaconie mogelijk is.
De heer Lui ting van Ermelo. wees er
op, dat de openbare kassen onderscheid
maken tusschen Gereformeerde menschen
en nict-Gereformeerde menschen. De diaco
nie wordt steeds ook aangesproken.
De heer Ruiters van Harderwijk,
waarschuwde tegen het grootwinkelbedrijf
en de coöperaties.
De Voorzitter merkte naar aanlei
ding hiervan op, dat het hier geen midden-
standscongres was, maar een diaconale ver
gadering. (Gelach).
Mr. R. va n Maare, van Arnhem, wees
hier op individualiseering. Geval voor geval
moet bezien worden.
Vervolgens werd kort gepauzeerd.
Na de pauze werd een telegram voorge
lezen van het afgetreden comitélid, Gen
heer D. Apperlo van Meppel, waarin deze
meedeelde door ernstige ongesteldheid niet
ter conferentie te kunnen komen. Besloten
werd hem telegrafisch herstel te wenschen.
De discussie werd vervolgens voortgezet
over het vraagpunt Velp. Er werd op ge
wezen, dat onder den verzamelnaam „klei
ne miadenstanders" ook thuis behooren
kleermakers, tuiniers, enz.
De heer J. H. Veenkamp van Amers
foort, wees er met klem en ernst op, dat de
kleine middenstander nimmer aan Burger
lijk Armbestuur overgeleverd mag worden.
Wij mogen de menschen niet brengen in de
Conclusie
De Voorzitter wees er op, dat in de
zen geen vaste lijn te trekken valt. Toch
wel enkele richtlijnen. Dé diaken moet al
lereerst aavisocrend optreden in voorkomen
de gevallen en verwijzen naar de organen,
die crcdiet (steun) verleencn aan den mid
denstand. Bij diaconale aanvullende steun-
verleening moet men zich beperken tot die
kleine middenstanders, die aoor den steun
weer een zelfstandig bestaan kunnen krij
gen. In het algemeen is het niet gewenscht
bedrijven of zaken in stand te houden, die
op den duur geen levensvatbaarheid be
zitten.
Personen, die aan financieele verplichtin
gen niet kunnen voldoen, moeten uit han
den van geldschieters gehouden worden.
Nimmer dwinge de diaconie tot verkoop
van vaste goederen (huizen enz.) daar deze
in dezen tijd slech's de liquidatiewaarde
opleveren.
Middagsamenkomst
In de middagvergadering hield Dr. J.
Hoek, van Den Haag, een breede inleiding
over het vraagpunt: „Welke zal de ge
dragslijn der diaconie zijn jegens ontrouwe
leden, die ondersteuning vragen of deze
ontvangen?" Wij gaven den inhoud van dit
referaat reeds gisteren weer.
Medegedeeld werd, dat van de Gen. Sy
node der Gcref. Kerken een telegram werd
ontvangen, waarin dank gezegd werd voor
den telegrafischen groet.
Discussie
Vervolgens werd gediscussieerd over het
referaat.
De heer Beenhart van Sliedrecht, in
formeerde naar de behandeling van ge
meenteleden, die steeds bij een ander kerk
genootschap kerken.
De heer W. St rij bis Pzn., van Den
Haag, vroeg of in zeer moeilijke gevallen
de beslissing van al of niet steuilen in han
den van den géheelen Kerkeraad gelegd,
kan worden!
De heer Teeuw, van Kralingcn, vroeg
of de leeftijdsgrens van doopleden, n.l. 30
jaar, niet te hoog is en voor de ondersteu
ning die grens niet verlaagd dient te wor
den.
Telegram van H.M. de Koningin
De Voorzitter deed voorlezing van
het volgende telegram: Hare Majesteit de
Koningin draagt mij op deelnemers 47ste
centrale diaconale conferentie van diakenen
Gereformeerde Kerken in Nederland Harer
Majesteits oprechten dank over te brongen
voor gevoelens vertolkt door telegram en
daarbij gevoegde zegenbede (Adjudant van
dienst Phaffer).
Staande zong de vergadering de beide
bekende coupletten van ons Volkslied.
Beantwoording
Dr. Hoek wees erop, dat alle steunbe
hoevende leden, zoolang ze nog door den
Kerkeraad gehandhaafd blijven, gesteund
moeten worden, zoo dit financieel mogelijk
is. Dreigt iemand de Kerk te verlaten, om
dat steun van andere organen hooger is,
dan mag nimmer het steunbedrag verhoogd
worden. Leden of lidmaten mogen niet ge
kocht worden. De beslissing in handen van
den Kerkeraad leggen is moeilijk. Met ver
maning doorgaan en niet meer steunen is
inconsequent. Het besluit van de Synode
om doopleden op 30-jarigen leeftijd af te
voeren^ brengt niet mede, dat een dooplid
niet vöor d'ien tijd afgevoerd kan worden.-?
De Voorzitter sprak een warm ge
stemd dankwoord, waarin hij tevens alle
vragenstellers dank zegde. De heer D. Ap
perlo, van Meppel, die niet herkozen was,
daar hij niet in het diakenambt gebleven
is, werd dank gebracht voor zijn arbeid,
Afscheid Voorzitter
Ook de voorzitter, de heer J. H. Donner,
werd om diezelfde reden niet herkozen. In
verband daarmede sprak de heer J. H.
Veenkamp van Amersfoort, den voorzit
ter toe. Spr. vertolkte in zijn toespraak de
gevoelens, die er in de conferentie zijn, nu
de voorzitter heen gaat. Wij voelden ons
steeds veilig. In moeilijke jaren hebt ge
ons geleid en daarbij steeds den gouden
standaard van de principieele Gerefor
meerde armverzorging gehandhaafd en
De Voorzitter zegde de vergadering
dank voor de medewerking en de gespro
ken afscheidswoorden. (Applaus).
Slotwoord
In plaats van Dr H. K a a j" a n van
Utrecht, werd het slotwoord uitgesproken
door Ds R. E. van Ark el, van Utrecht.
Spr. deelde mede, dat Dr. Kaajan verhin
derd was door de zittingen van de Synode.
Het diakenambt heeft een gemengd ka
rakter. Het ambt is geestelijk van oor
sprong, is een orgaan in het geestelijk
lichaam van Jezus Christus. Dit geestelijk
ambt voltrekt zich in het stoffelijke. Dit
ambt heeft daardoor het meest mensche-
lijke karakter van de drie ambten. Moge
lijk is dit de reden, dat het ambt zich het
eerst zelfstandig heeft ontwikkeld uit het
Apostelschap.
Het diakenambt is ook het meest Chris-
De Bond van ChrOranjevereenigingen hield gisteren in het gebouw van de „N we Utr. Courant" 'te
volg-bondsvergadering. Foto van het hoofdbestuur en de deelnemers voor het gebouw der N.U.Crt.
tend) de bondsvoorzitter Ds. Is. Voorste egh van Den Haag
Utrecht een ver*
In 't midden (zit*
Jaarvergadering te Utrecht
De samenwerking met
neutrale vereenigingen
De Bond van Christelijke Oranjevereeni
gingen in Nederland vergaderde gister te
Utrecht in het Gebouw der Nieuwe Utrecht-
sche Courant aan de Drift. Deze Bondsverga
dering was een voortzetting van de vergade
ring welke gehouden is op 15 Juli te Scheve
ilingen. De zaal waarin vergaderd werd was
feestelijk versierd met Oranjevlaggen, wel
willend afgestaan door het Centraal Oranje
Comité Utrecht, terwijl leden van de afd.
Utrecht der Oranjegarde goede diensten be
wezen om de bezoekers van deze vergade
ring den weg te wijzen van het station' naar
de binnenstad.
De vergadering, welke onder leiding stond
van den Bondsvoorzitter Ds. I. Voor-
s te egh van den Haag, werd geopend met
het zingen van Ps. 150 vers 1, waarna de
voorzitter den 3 den Psalm las en voorging in
gebed.
Het begin van deze vergadering werd bij
gewoond door den Commissaris der Koningin
in de prov. Utrecht Jhr. mr. dr. L. Bosch
Ridder van Rosenthal.
De Voorzitter sprak een kort openings
woord, kort omdat deze vergadering een
voortzetting was van. die te Scheveningen ge
houden. Spr. verheugde zich over de tegen
woordigheid van den Commissaris der Ko
ningin, die reeds vroeger als burgemeester
van den Haag de Christelijke Oranjevereeni
gingen een warm hart toedroeg. Spr. memo
reerde de feesten van de laatste dagen ter
gelegenheid van de Vorstelijke verloving. Hij.
zou er wel weer uren over kunnen spreken
maar Ds. Voorsteegh zal dat niet doen en
het bij een enkel woord van blijdschap laten.
Ook voor feestviering geldt het woord:
„Sunt denique fines", er zijn grenzen. Maar
dit wil spr. toch nog opmerken, dat het hem
dezer dagen weer getroffen heeft dat ons
volk een mooi volk is en dat wij in vergelijk
met vroeger veel gewonnen hebben. Neen,
ons hart is nog niet leeg van Oranje en met
de Koningin bidden wij dat God het ver
loofde paar moge zegenen tot heil van ons
Nederlandsche volk.
Vervolgens hield de Commissaris der Ko
ningin in de Provincie Utrecht een hartelijke
toespraak tot de aanwezigen, waarin hij zijn
blijdschap uitte over het feit, dat de Oranje
liefde in onze dagen weer levend leeft. Ook
telijke. Het ambt van Christus is ook ge
mengd, waardoor het diakenambt het meest
aanleunt aan het werk van Christus.
Weest diaken (dienaar) in dat ambt.
Laat Christus uw voorbeeld en kracht zijn.
Spr. wees op het woord van Petrus: „Wat
ik heb, geef ik u." Petrus gaf lichamelijke
kracht uit naam van Jezus den Nazarener.
Het was een stout woord van Petrus, dat hij
toen sprak voor de verzamelde menigte en
den kreupele genas. Hij bood stoffelijke
hulp in de geloofskracht in Christus. Laat
ons zoo de gaven geven.
Het diakenambt mag niet verzakelijken
en te technisch worden. In dezen tijd is het
diakenambt haast een vak geworden. Het
stoffelijke mag niet het a 1 worden. Ge
leefd moet, uit de geestelijke bron en Pe
trus moet steeds als voorbeeld voor oogen
Na samenzang en gebed sloot de voorzitter
de vergadering.
de Chr. Oranjevereenigingen hebben daar
toe veel bijgedragen.
De heer L. Glinderman van Utrecht
hield daarna een referaat over het onder
werp:
„Kringvorming"
Kringen zijn in het leven geroepen omdat
het werk van het Bondsbestuur te zwaar
werd. De doelstelling van de:. Kring en den
Bond zijn dezelfde. Spr. wijst erop dat de
kleine kringen beter contact kunnen hebben
met het Bondsbestuur. Zou het geen aanbe
veling verdienen, zoo vraagt spr., om te ko
men tot een zekere decentralisatie?
De vereenigingen kunnen dan ook beter
contact hebben met de Kringbesturen. Hoe
het contact nu te verwerkelijken? Spr. wees
op het nut van een jaarlijksche kringverga
dering zooals Utrecht die kent. Ook het kring
bestuur moet geregeld vergaderen. In den
kring Utrecht is hierdoor een groote eenheid
ontstaan, die niet meer gemist zou kunnen
worden.
Door uitwisseling van gedachten is het dan
mogelijk dat vereenigingen in een provincie
dingen organiseeren die niet met elkander
strijden, maar in denzelfden geest staan. Zoo
herinnerde spr. aan de Oranjebijeen'komsten
in de verschillende kerken in de provincie
Utrecht gehouden bij de verloving der Prin
ses. Dan wijst spr. op het nut van de Kring
autotochten.
Een breedvoerige discussie volgde op het
referaat van den heer Glinderman, waarbij
vele bezwaren werden geopperd over de
kringvorming maar anderzijds ook voord ee-
len werden opgenoemd. Het Bondsbestuur is
vóór kringvorming. In de verschillende af-
deelingen zal toetreding of vorming tot kring
worden overwogen.
Neutrale vereenigingen
Des middags werd gesproken over de hou
ding van de Chr. Oranje Vereenigingen te
genover de neutrale Oranjevereenigingen. De
Chr. Oranje Ver. Haarlem stelde de vraag
hoe de samenwerking bij andere vereenigin
gen is en in welke gevallen samenwerking
mogelijk is. Zeer vele sprekers voerden hier
over het woord en brachten plaatselijke be
zwaren naar voren, die erop wezen dat de
samenwerking niet altijd prettig is. Tenslotte
nam de Bondsvoorzitter het woord, die erop
wees dat Oranje aan heel ons volk behoort.
Samenwerking met andere Oranjevereenigin
gen moet dan ook steeds gezocht worden
maar met behoud van onze Chr. beginselen.
Generaliseeren is onmogelijk want iedere
plaats en vereeniging kent andere toestanden.
De afd. Delft stelde voor een commissie te
benoemen om te onderzoeken of een betere
verzorging van een orgaan mogelijk is. Deze
afdeeling wenschte een maandelijksch orgaan.
Vele leden waren het daarover eens, maar
een en ander stuit op financieele bezwaren.
Het Hoofdbestuur zal echter een en ander
overwegen.
Vervolgens kwam de afd. Baarn met het
voorstel om een. commissie te benoemen tot
onderzoek van de vlaggenkwestie. Dit voor
stel werd eenparig verworpen, daar minister
Colijn zich heeft uitgesproken voor de drie
kleur en men zich bij dit regeeringsbesluit zal
moeten neerleggen.
Tijdens de rondvraag deelde Ds. I. Voor
steegh mede, dat hij namens den Bond op
verzoek zitting heeft genomen in het Na
tionale Comité van Huldeblijk, voor de aan
bieding van een nationaal geschenk bij gele
genheid van het huwelijk van Prinses Ju-
VRIJDAG 2 OCTOBER
HILVERSUM I 1875 M. Algem. programma,
verzorgd door den KRO. 8.009.15 en
10.00 Gram.pl. 11.3012.00 Voor zieken
en ouden-van-dagen. 12.15 Gram.pl. 1.00
KRO-orkest en Gram.pl. 2.45 Gram.pl.
3.00 Zang en piano. 3.30 Gram.pl. 4.05
Zang en piano. 4.35 KRO-orkest. 5.15
Gram.pl. 5.30 KRO-Melodisten en solist.
6.00 Land- en tuinbouwcauserie. 6.20
Vervolg van 5.30. 7.00 Berichten. 7.15 De
KRO-Luchtlijn. 7.35 Musica catholica.
8.00 Berichten ANP. 8.10 De KRO-Trou-
badours. 9.00 Gram.pl. 9.15 Sted. orkest
Maastricht en solist. 10.25 Grampl. 10.30
Berichten ANP. 10.35 De KRO-BÖys. 11.00
Gram.pl. 11.15 De KRO-Boys. 11.35-12.00
Gram.pl.
HILVERSUM n 301 M. 8.00 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 8.00 VPRO. 11.00—
12.00 VARA. 8.00 Grarn.pl. 10.00 Morgen
wijding. 10.15 Voordracht. 10.35 Gram.pL
11.00 Voordracht. 11.20 VARA-orkest.
12.00 Gram.pl. 12.30 Omroeporkest en
Gram.pl. 2.30 Het Lyra-Trio. 4.05 Gr.pl.
5.00 Voor de kinderen. 5.30 De Fliereflui
ters mmv. solist en Gram.pL 6.30 Politiek
radio-journaal. 6.50 Melody Circle. 7.20
Vervolg concert. 7.50 Berichten ANP. 8.00
Berichten V.G.P. 8.05 Causerie „Mensch
en geschiedenis". 8.30 Cello en piano. 9.00
25-Jarig bestaan Vereen, v. Vrijz. Prot.
Militaire Tehuizen. 9.30 Vervolg concert.
10.00 Nieuwe werken over religieuze
kunst, caiuserie. 10.30 Gr.pl. 10.40 Avond
wijding. 11.00 Causerie „Opvoeding van
de rijpere jeugd". 11.3012.00 Orgelspel.
DROITWICH 1500 M. 11.05—11.20 Medische
causerie. 12.10 Orgelconcert. 1.35—2.20
Piano-recital. 4.20 BBC-Midland-orkest.
5.35 Het Parkingtonkwintet. 7.10 Muzi
kale causerie. 8.40 BBC-symphonie-
orkest, -koor en solisten. 10.50 Het BBC-
Theater-orkest.
RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Orkestconcert.
4.20 Parijsch strijkkwartet. 5.50 Orkest
concert. 8.20 Zang en piano. 11.051.05
Orkestconcert.
KEULEN 456 M. 6.50 Orkestconcert. 12.20
Omroeporkest. 6.20 Dresdensch Philh.
orkest. 8.30 Voor Oud-strijders. 10.40 Or
kestconcert. 11.2012.20 Populair concert.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 1.30—2.20
Klein-orkest. 6.35 Klein-orkest. 7.20 Dito.
8.20 Omroeporkest en voordracht.
484 M.: 12.40 Zang. 12.50 Klein-orkest.
1.50 Zang. 5.20 Klein-orkest. 6.50 Piano
recital. 8.20 Symphonieconcert en zang.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Bruck
nerconcert. 9.30 Solistenconcert. 10.50
Trioconcert.
liana met Prins Bernhard. Naar aanleiding
van een desbetreffende opmerking werd be
sloten pogingen in het werk te stellen tot het
aanbrengen van de portretten van de Ko
ninklijke Familie in de Jeugdherbergen van
ons land waar deze nog niet prijken. De
Voorzitter vond dit een goed denkbeeld en
zegde toe zich met het hoofdbestuur der
Jeugdherhergen in verbindingte zullen stellen
Hierna werd de vergadering gesloten met
dankgebed van Ds. Voorsteegh en het
zingen van het Wilhelmus.
GESCHIEDENIS VAN EÏN HOLLANDSOH -
AMERIKAANSCHEN MILLIONAIR
DoosKJONKHEID,
(20
De moed herleeft. De reactie op de druk der benauwde
'dagen slaat door tot overmoed. Er is nog jenever en er zijn
[toog kaarten. En wat gebeurt er in een samenleving van
d'i mannen in de kracht van hun leven? Als de nacht valt, dekt
eii) (le duisternis ontzettende gruwelen.
•w; Willem Waterman heeft geld geleend uit de portefeuille,
o!" 'die zijn overleden vriend Beever hem heeft toevertrouwd. Niet
Benomen, alleen maar geleend, want Willem is laf en bijge-
i loovig en denkt nog aan de dreigende woorden: Dan zal het
tngeluk je achtervolgen je leven lang, jou en je gezin.
Maar alles is goed gegaan. En hij heeft weer proviand ge-
)W tocht en hooi en haver voor het paard, hoewel tegen prijzen,
esji die niet te betalen zijn. Een paar boeren waren van hun een-
ir ïame farm naar de stoet gereisd en hadden hun waar ver-
ltL tocht aan de meestbiedende. Een en andermaal heeft Willem
de portefeuille van Beever aangesproken, eerst om te leenen,
toen zich paaiend met de drogreden, dat er eigenlijk tweehon
derd vijftig dollar van hem bij zijn, die hij Beever voor de
vrachtprijs heeft betaald, en tenslotte, omdat het niet
anders kon.
Nu begint angst hem te knijpen.
Zijn groep heeft overnacht bij een complex van plassen en
moerasjes en sindsdien is hij ziek geworden. Niet doodziek,
maar ellendig, lusteloos en moe. Zoo heeft hij zich drie dagen
voortgesleept.
Nu heeft zijn paard een zwerende wond aan de dij en
kan bijna niet verder.
Willem krijgt het benauwd.
,,Zou ik nog terug kunnen?" vraagt hij zichzelf.
Terug? En dan?
Naar Pella. Naar de familie Bulders.
Nog een dag sleept hij mee in de stoet, 's Avonds wordt
zijn paard er uit gegooid.
Nu is het gedaan. In grauwe doodsangst ligt hij 's nachts
op zijn wagen, 's Morgens trekt de stoet verder. Terzijde
staat de wagen, waarop Willem ligt. Men liet hem achter.
Hij is niet zieker dan gister, 't schijnt zelfs, dat de rust hem
goed doet, maar de moed is weg. Hij denkt aan de lijnbaan,
zijn vrouw, zijn kind, zijn moeder. Als een striemende zweep
slag treft hem de gedachte, dat hij nog nooit geschreven heeft.
Ze weten niets van hem en hier zal hij sterven en zijn dood
lichaam zal verteren in de brandende zon en de wagen zal
wegrotten in de regen. Nu komt zijn eigen ik weer in het
middelpunt, hij kan wel huilen van medelijden met zichzelf.
Willem denkt aan Willem en aan niemand anders. Zooals
altijd. Vrouw en kind zijn weer op de achtergrond. Hij gaat
peinzend overwegen wat hij eten zal, want hij wil zijn krach
ten bij elkaar houdeh.
Dan voelt hij, hoe de wagen zich beweegt, hij hoort gepiep
en gerammel en als hij opkijkt, ziet hij vlak voor zijn oogen
een groot bruin gezicht.
„Leef je nog?" vraagt de kerel ruw in slecht Engelsch.
Willem komt overeind. Er staan twee paarden aan zijn
wagen gebonden.
„Wat wilt u?"
„Is deze wagen van jou?"
„Ja".
,,'k Wil hem koopen".
„Is niet te koop".
„Niet?"
„Nee".
De kerel overweegt. Ligt die vent hier te sterven? Zal ik
een paar dagen wachten en hem er af gooien, als hij dood is?
Dan kost de wagen niets.
„Ben je ziek?"
„Nee".
„Waarom lig je dan hier?"
„Mijn paard is dood".
„Je ziet er zelf ook niet te best uit".
„Ik ben ziek geweest, maar nu is het over".
De kerel kijkt twijfelachtig. „Je kunt hier toch niet bliiven?"
„Dat ben ik ook niet van plan".
„Op 't oogenblik vorder je toch maar slecht".
,,'k Wil een van je paarden koopen".
„Voor hoeveel?"
„Vijf honderd dollar".
De ander lacht uitbundig. Het geluid klinkt ruw en schor,
cr zit een dreigende klank in. Willem wordt onrustig.
..Bied maar gerust tweeduizend. Mijn paarden zijn even-
min te koop als jouw wagen".
Ze zwijgen beide.
„En toch moet ik een wagen hebben", zegt de vreemde.
Zijn toon is zoo vastberaden, dat Willem nog banger wordt.
De man betast het hout en schudt aan de wielen. „Heb je
een paard noodig?" vraagt hij weer.
„Natuurlijk".
„Jouw wagen is niet te koop?"
„Nee".
„Mijn paarden ook niet". Hij maakt de halsters los. „Ik
groet je".
„Je hebt toch zeker mijn wagen hard noodig?"
„Jij hebt toch zeker mijn paard hard noodig?"
„Oók".
„Zit dan niet te zeuren. Kies een van mijn paarden. Geef
mij je wagen plus vijfhonderd dollar en de koop is qesloten.
Doen of niet?"
„Wat heb ik aan een paard zonder wagen?"
„Je ziet toch, dat de beesten gezadeld zijnl"
„Paardrijden kan ik niet".
„Dat gaat vanzelf. Jij zit op zijn rug en het beest loopt. Het
is je eenige kans. Wil je hier liever doodgaan?"
..Ik geef tweehonderd dollar".
„Vijfhonderd en geen cent minder, 't Is nog veel te weinig.
Wat is die ouwe kar waard? Brandhout!"
Willem overweegt. Ja. 't is zijn eenige kans.
Een kwartier later is de koop gesloten. Er gaat weer vijf»
nonderd dollar uit de portefeuille.
(Wordt vervolgd)'