-
W
a
ui
Partijcombinatie van J. Fritz Jr, Wormerveer
Lettergreepraadsel
aaaalakanbalbelboerdaaldedel
—derderdik—do—dompe—eeek—en—ga-«
gaalgegeergelger—gongrajekeiker
—laklenletletmamirmoedmoesmok
munenieknietnopier—raridroer
Balsamselstertaltamteltentitig
totrouuivamvanvervowijsij.
Uit bovenstaande lettergrepen woorden van da
hieronderstaande beteekenis te vormen. Bij een
juiste oplossing vormen de eerste letters van do
gevonden woorden van boven naar beneden ge-
lézen een spreekwoord, dat op de al te grooto
spraakzaamheid van de Romeinsclie senatoren
(wijst.
1 Stad uit de oudheid.
2 Azijn.
3 Edelman.
4 Philosoof.
5 Snellen.
6 Verfstof.
17 Eertijds hoofd van Venetië.
8 Oostersche vorst
9 Indische toespijs.
!0 Gewricht.
11 Kleurling.
12 Gift.
13 Talisman.
14 Steenkolenwagon.
15. Bloedzuigende vleermuis.
16 Vogel.
17 Klepper.
18. Steensoort.
19. Bouwland.
20. Drukkerewerktuig.
21 Gelijk.
22 Watervogel.
23 Ambtsgewaad.
24 Barbaar.
25 Waanzin.
26 Kwetsuur.
27 Trommelslager.
28 Gelijktijdige schoten.
29 Tegen.
30 Vaartuig.
31 Eenig.
32 Edel.
33 Hebreeuwsch Wetboek.
34 Beroemd vliegtuig.
35 Sober.
DAMRUBR.'EK
Redacteur: W. HOEKSTRA. Tulpeboomstraat 8.
Den Haag. Inzendingen uitsluitend aan dit adres.
Vooi alle vraagstukken geldt: Wit begint en wtnL
Oplossingen moeten worden Ingezonden uiterlijk
6 dagen na plaatsing.
Partij-combinatie van D. Kleen, Heemstede
Uitgevoerd i
simultaan-séance te Haarlem
Zwart; 3, 6. 8—11, 13, 19, 20, 22, 2-1—26.
.Wit: 31, 32, 34, 35, 38—40, 43—46, 48, 50.
De heer Klein won als volgt met wit: 32—27, 27Xi
•18, 34—29, 22—18, 43—38, 39X17, 48—42, 40—34,
35X2!
Soortgelijke combinaties werden uitgevoerd door
Hérm. Hoogland, Molemard en Springer,
m li',;
8
■aar.
46
47
48
49
50
Zwart: (G. Beets) 1—3, 6-10, 12—14, 16, IS, 20, 22,
23, 25, 28.
Wit: 26, 27, 30, 31, 34—45, 47, 48, 50.
Wit Zwart
1 14—19?
2 30—24 20X29 gedw.
3 37—32 28X46
4 47—41 46X21
5 26 X 28 23 X 32
6 34X5!
Even als bovenstaande combinatie van bekend
genre. In de partij worden dergelijke slagen ech
ter dikwijls verzuimd.
Een fraai probleem
'Auteur: J .J. H. MERTENS
1 2
3
4
5
m m
s
L
1 B
ÉS
Pp
EE
c
■yT
'y/m
w
ui
H B
s
I
in g§
ÜP
m
9 fj
'E:
LE
JUS Ui
ioj^
':E;
iü
11 Hl
wm.
lip
p"?
46 47
48
49
50
Zwart: 1, 2, 6, 9, 11, 12, 15, 19, 23, 28, 29.
Wit: 20, 27, 32, 35, 37, 38, 40, 42—45.
Uit: „Le Jeu de dames".
Oplossing:
Wit
1 27—21
2 35—30
3 40—34
4 45—40
5 43—39
6 38X16
7 21X3 wint
Zwart
15X24
24X35
29X49
35X44
44X33
49X27
i Probleem van J. GROENTEMAN, Amsterdam j
r
OJ
-m»
"B
m
t-»
Iff
"m
a a
fgg
Iff
m
8
JBL
13
1
C?
üt a
E
8
s
1
s
a 'a
46 47
83
48
ÉP
49
50
Zwart: 2, 4, 7, 8, 13, 14, 18 ,23, 28 dam 46.
Wit: 16, 17, 24, 27, 29—31, 37, 41—43, 49.
Oplossing:
Wit Zwart
1 27—22 18X38
2 29X18 13X11
3 43 X 23 46X19
4 16X 7 2X11
5 24X 2! Bijzonder verrassend.
Dit vraagstuk vonden wij in een oude jaargang
van Het Damspel en vonden het de moeite waard
nog eens te publiceeren. De heer Groenteman is
onder de jongeren als problemist onbekend, daar
hij de laatste jaren meer als speler en organisator
op den voorgrond trad. Bij de laatst gehouden
rnatch om den wereldtitel was hij, voor een groot
deel de stuwende kracht, die de wedstrijd tot stand
bracht.
Een hersteld graf
De Hollandsche walvischvaarders uit de Gou
den Eeuw, die dappere pioniers, die met hun
kleine scheepjes en gebrekkige technische hulp
middelen tot ver in het barre Noorden wisten
door te dringen, vonden soms, bij terugkeer in den
zomer van een volgend jaar, hun hutten en in
ventaris vernield en geplunderd door traanjagers
van andere nationaliteit. Om dit te voorkomen
werd een proef genomen met de overwintering
van een bewakingsploeg, op Jan Mayen eiland, en
op Spitsbergen, op Spitsbergen zelfs tweemaal.
De eerste proef op Spitsbergen slaagde, de tweede
liep noodlottig af. Ook de eerste en eenige poging
op Jan Mayen eiland mislukte. In den winter van
1633 op 1634 zijn zeven dappere Hollanders in het
barre klimaat door ziekte en ontbering omgeko
men. De lijken zijn door de makkers, die hen
kwamen verlossen, ergens op Jan Mayen eiland
hegraven. Waar wist men niet.
In 1930 kwam H.M.'s Nautilus bij het eiland. Men
bracht een gedenksteen mee, die men op een pas
sende plaats heeft achtergelaten. Jan Mayen is
echter nu niet meer onbewoond. De Noren hebben
er een permanent meteriologisch station met radio
installatie. Deze Noren, met wie de mannen van
de Nautilus contact kregen, hadden veel belang
stelling voor het geval. De mannen van de Nau-
tilis beschikten niet over voldoende tijd om een
grondig onderzoek in te stellen. Maar de Noren
hebben dat voor hen gedaan. Zij zijn er niet alleen
in geslaagd, den grafheuvel te vinden met de
resten van de zeven doodkisten, maar hebben bo
vendien den heuvel hersteld en er een eenvoudig
kruis op geplaatst. Dit draagt in het Noorsch het
opschrift:
Hollander-heuvel.
Hier rusten dappere Hollanders.
Wij moeten als natie dankbaar zijn voor de daad
van piëteit der Noren, die de nagedachtenis van
onze arme helden van 1634 op zulk een treffende
wijzl wi6ten te eeren. Een mooi gebaar, dat wij
nooit zullen vergeten.
(FRITS HOOGEWERFF,
in Ned. Fabrikaat.)^
OPLOSSING
yan het Verschuifraadsel in het vorig numm::
NoeNmaal
Ma clÉ I i e f j e
A do N i s
lUipAard
caRkaS
Probleem van A. D. I. BOERSTOEL, Den Haag.
1
2
3
4
5
flU
W
m
m
UP
m
w.
J2
l
È8f
iü
m
M
a
6
H
a
li
m
i
a
m.
s a
4f
a
m
m
3 JJ
Zwart: 5, 6, 8, 9, 14, 15, 17, 27, 30, 32, 34, 40 dam 10.
Wit: 16, 19, 23, 25, 26, 33, 36, 38, 42, 43, 45, 47, 50.
Onze lezer, de heer Boerstoel, heeft dat probleem
gemaakt naar aanleiding van een radio-dum-
cursus gegeven door den heer Groenteman, waar
in deze een klassiek eindspelletje behandelde. De
bewerking lijkt ons niet bepaald ideaal. De kleuren
zijn slecht gescheiden en het geheel maakt een
.verwaaiden indruk. De oplossing is:
Wit
1 26—21
2 16-11
3 36-31
4 47—41
5 23X3
6 3X24
7 45—40
Zwart
17X26
6X17
26X28
32X43
14X23
10X46
34X45
25—20!
En zwart verliest!
366
'Tijdens den strijd om het plaatsje Signenza
zochten Spaansche regeeringtroepen dekking op
een kerktoren.
DONDERDAGAVOND
■Ondanks het rumoer, dat in Spanje door natio
nalisten en volksfronters tegen elkander wordt
ontketend, met behulp van vliegmachines, bom-
imen en granaten, is het verder in Europa aan
merkelijk stil, zoozeer zelfs, dat men bij wijze \an
spreken de komkommers kan hooren groeien. Wa
ren de Olympische spelen er niet, wij zouden elk
oogenblik verwachten kunnen, met tie befaamde
Zeeslang te worden geconfronteerd, of met een
nieuwe editie van het monster van Loch Ness.
Voor deze rust is echter ruimschoots reden. De
diplomatie weet haar tijd af te wachten, zoowel
ivoor oorlog als vrede, en zich in twijfel te onthou
den, gelijk de oude latijnsche spreuk zegt Welnu,
!het spel der machtsverhoudingen is momenteel al
(buitengewoon wisselvallig, daar het er thans om
gaat, af te wachten of Spanje communistisch zal
worden, met al de dreiging die daarin schuilt
ivoor Christendom en hedendaagschc samenleving,
of dat het koers zal zetten naar de haven van
Ihet fascisme. Een middenweg blijft er voor dit
land, naar het schijnt, wel niet meer over, het is
ite hevig tot in zijn diepste volksleven opgewoeld.
Ergo rest slechts de hachelijke keuze: Scylla of
Charybdis, en kan men niet, zooals toch gewenscht
ware, tusschen beide door zeilen. Er is te veel
tegentij
Rusland en ongetwijfeld ook Tsjechoslowakije, dat
imet dit land verbonden is, zien met verlangen uit
naar roode vreugdevuren in dezen uitersten zuid-
west-hoek van Europa. Er wordt van dien kant
ïreeds gevlast op een overslaan van den brand
naar Frankrijk, dat de laatste maanden al meer
malen aan het smeulen is geweest.
Daartegenover ligt hét ultra-nationale kamp van
Duitschland, Italië, Oostenrijk en Hongarije, ge
reed om met een applaus èen fascistisch gewor
den Spanje in zijn gelederen op te nemen.
Geen wonder is het. dat op dit moment van wis
seling, nu op het Iberisch schiereiland als het
ware de dobbelsteenen worden geworpen, Europa
ademloos toeziet, en dat de stabilisatie-bespiege
lingen, de Locarno-besprekingen, naar een meer
gelegen datum worden verschoven.
De hervorming van den volkenbond, en de her
stelling van het Locarnoverdrag zouden in Sep
tember plaats hebben. Het kan nog wel, al zal er
aan de voorbereiding wel het een en ander gaan
ontbreken, zoo men in Spanje niet spoedig tot een
beslissing komt
fTypisch is het lot geweest van het schip de
„Sancta Maria", dat een zwerftocht heeft gemaakt
door heei wat zeeën, omdat het een lading had,
die het niet lossen kon. Die lading kwam uit Fin
land en was bestemd voor het rijk van den negu6.
Men had namelijk allerlei oorlogstuig aan boord,
dat dienen moest om de Italianen bij hun ver
overing den voet dwars te zetten. Deze lading was
„stoomende", toen Addis Abeba viel, en kon der
halve haar bestemming niet meer bereiken. Doch
de rekening was reeds betaald. Wat moest men
er mede doen? Het ongewenschte goedje kon ner
gens worden gelost, totdat de kapitein eindelijk
kans zag, het met een zoet lijntje in de haven van
Antwerpen te deponecren, met de belofte, het later
weer in te zullen nemen. De kapitein heeft geluk
gehad; de Antwerpsche havenstaking heeft hem
oenig respijt gegeven. Thans echter heeft België
Buiverilaiidscli Ovemclihi
hem gesommeerd, zijn last weer op te nemen, op
straf van verbeurte. Ditmaal was de gezagvoerder
van de „Sancta Maria" daartoe wel gaarne be
reid; vermoedelijk vlaste hij erop, in Spanje de
gevaarlijke lading te kunnen afzetten, aangezien
imen daar allerlei verdelgingsmiddelen hevig op
prijs stelt. Nog een ander schip, namelijk de „Lo-
dewijk", die een Nederlandschen eigenaar heeft,
ligt in dezelfde haven op lading te wachten, be
stemd voorZuid-Amerika, zullen we maar
zeggen.
De Antwerpsche kaaiwerkers vertikken het echter
beide schepen te bevrachten. Zij hebben princi-
pieele bezwaren, vermoedelijk voortspruitende uit
sympathieën voor het Spaansche vdlksfront.
De „Sancta Maria" en de „Lodewijk" liggen
ïntusschen in ongeduldige afwachting.
O
Het heeft lang geduurd vóór Duitschland voorzien
heeft in een belangrijke diplomatieke vacature,
ontstaan door het overlijden van Von Hoesch, den
Duitschcn gezant te Londen. Wellicht was het
onbezet blijven van dezen voornamen post Berlijn
voorshands niet onaangenaam, daar het nog im
mer volhardde in zijn houding van stilzwijgend
heid ten opzichte van de Britsche vragenlijst. Men
zal zich herinneren dat deze vragen tot Berlijn
werden gericht in verband met de voorstellen
voor een Westelijk Europeesch pact, welke Hitier;
gelijktijdig met de aankondiging van de herbezet
ting van het Rijnland de wereld inzond. De vragen
waren van zeer openhartigen aard en hielden o.m.
in, of Duitschland zich nog op de een of andere
manier bij andere, landen achteruit gezet gevoelde,
■weshalve het wellicht in de toekomst tot nieuwe
contractbreuk zou kunnen willen overgaan? Na
tuurlijk werd het iets minder „cru" gezegd, maar
daarop kwam het dan toch neer.
Hitier heeft zioh niet verwaardigd van repliek to
dienen, slechts heeft hij, als om een nieuw bewijs
te leveren van zijn vredesgezindheid, een einde
gemaakt aan het gekrakeel met Oostenrijk. Door
dit acooord met Wecnen is Duitschland echter
ietwat in den Italiaanschen koex-s geraakt, wellicht
meer dan velen in de Wilhelmstrasse lief was Is
bet daarom dat men Von Ribbentrop, den voor
stander van een vergelijk met Gi*oot-Brittannic,
naar de Engelsche hoofdstad gaat sturen? Dus bij
wijze vantegenwicht? Dan mag misschien,
als na herstelling van de rust in Spanje de groot-
scheepsche Europeesclie besprekingen weder begin
nen, een nieuwe Duitsch-Britsch^. toenadering
worden verwacht.
Langen tijd heeft men niet het minste meer ga-
boord van het lot van die Noorsche en Zweedscho
medici, die maanden geleden naar Abessinië wa
ren gereisd om als vex-tegenwoordigers van het
Roode Kruis zieken en gewonden te dienen. Oven
bun lot bestond een begrijpelijke ongerustheid,
want zoowel Italianen als Abessijnen leverden
voor de veiligheid van deze heeren een hachelijke
kans. Beide partijen immers vonden het moeilijk,
de grenzen van het betamelijke te markeeren,
hetzij, dat er, zooals bij de blanken, onwil, ot
zooals bij de zwarten, onverschilligheid, in het spel
was. Wat de leden der Nederlandsche medisch©
missie in dit opzicht hebben ondervonden spreekt
boekdoelen. De vrees nam toe, dat de Zweden en
Noren zich in een soort van gevangenschap be
vonden bij de ongeregelde benden inboorlingen, die
den krijg nog trachten voort te zetten. Hun lot
zou dan geenszins benijdenswaardig geweest zijn.
Hoe het zij, telegrammen melden, dat de doctoren
nu eindelijk teekenen van leven hebben gegeven,
en dat zij onderweg zijn naar de Britsche kolonie
Kenya, als voorportaal voor hun terugtocht naar,
de beschaafde wereld.
Omtrent de oorzaken van hun zoo lange stilzwij
gen hebben wij nog niets vernomen.
<3-
Vrijwel alle landen zijn het er thans over eens,
dat men in don Spaanschen broedertwist niet
moet tusschen beide komen, omdat dat voor den
vrede in de overige wereld bedenkelijke zijden
zou hebben. Hoe ver men met deze non-interventie
zal gaan staat nog niet vast. Het radicaalst is,
hetgeen Duitscsland voorstelt; geen wapens, geld,
of vrijwilligers naar Spanje. Misschien wordt er
nog wel een beetje over door gepraat, totdat het'
sop de kool niet waard blijkt, omdat de wapens
eerdere dan de praters hebben beslist. Zooiets is
immers ook onlangs nog gebeurt!
DONDERDAGA VOND
COL1JN EN MUSSERT
zullen in 1937 zwaar beconcurreerd worden
door één, volgens de krantenfoto, jeugdig uit
ziend heer met bolhoedgenaamd Mr Rost von
Tonningen, thans verblijf houdend te Wecnen,
doch voornemens zijnde over eenige maanden
naar Nederland terug te keeren; omdat, naar
's mans eigen verklaring. Oostenrijk hem wél
missen kan, maar zijn vaderland zijn hulp
noodig heeft in de strijd tegen de vernietigende
macht, die het van binnenuit en van buiten
af bedreigt.
U wist misschien wel, dat twee bekende N<r
der landers, Mr Zimmerman, wiens reputatie
langzaam verwelkt; en Mr van den Hengel,
die onlangs bij een vliegongeval om het leven
kwam, als financicele experts in Oostenrijk be
langrijk werk hebben gedaan; maar u wist
niet, dat Mr Rost van Tonningen daarna de
man wasGij weet het thans na zijn ver
klaring, dat zijn aanwezigheid daar overbodig
georden is.
U weet ook nog niet bij voorbaat te waardce-
ren, wat Mr Rost van Tonningen voor zijn en
uui vaderland zal doen; daarom deelt hij zelf
het u maar van te voren mee en kondigt hij
zich als redder aan. Zijn eerste werk zal straks
zijn Dr Colijn op zij te schuiven en Musscrt
voorbij te streven; tenzij de geruchten waar
heid bevatten, dat Mr Rost van Tonningen
misschien naast Mussert zal gaan staan. Mis
schien, want hij is nog bezig zich te oriëntee-
ren, om daarna te beslissen, welk praktisch
werk hij aanpakken zal tot redding enz.
Ons dunkt zoo, dat hij wel bij Mussert past,
want van beiden geldt, dat ze zich van tc voren
ats redders aandienen; waarschijnlijk omdat ze
zich niet op het verleden beroepen kunnen.
Maar de Schrift zegt: laat een vreemde u prij
zen en niet uw eigen mond....
We willen wel aannemen, dat Mr Rost van
Tonningen na deze gedurige herhaling zult
ge zijn naam nu wel onthouden in onnoozelc
naïveteit gesproken heeft; dit neemt niet weg,
dat ivie zóó de bazuin voor zich laat blazen ge
vaar loopt even onwelkom te zijn als de reuze
kikkers, welke naar men zegt, doch hopelijk
ten onrecht de Ned. Heide Mij wil invoeren,
en die heel veel gerucht maken maar geen
enkel nuttig effect sorteeren.
Gelukkig hebben de Russen meer verwachting
van onze haring, waarvan er in de loop van
het jaar 40.000 tonnen (geen ton!) uitgevoerd
zullen worden. Rusland eet veel haring en in
vroeger jaren kochten Russische commissionairs
vaak de laatste rest van de teelt op en wij
zouden niet durven beweren, dat zij altijd eerste
kwaliteit en goed gewicht kregen. Men mag
verwachten, dat er nu van knoeien geen sprake
zal zijn en dal men er rekening mee zal hou
den, dat Rusland voor de export van haring
een land met onbegrensde mogelijkheden is.
Deze uitvoer geschiedt ten minste niet op de
manier van de bacon-export .waarover de laatste
dagen zulke verontrustende geruchten loopen.
Men zou vragen: hoe durft men het aan voor
nietsdoen 3000— per week te vragen, welke
op het arme volk verhaald wordenMaar we
behoeven ons iiiet te verwonderen; de uitdruk
king „zaken zijn zaken" slaat op een stevige
basis van gebruik cn praktijk.
Welkom is de zomer, die aarzelend zijn intrede
heeft gedaan in ons land. Jammer, dat zijn
komst gepaard gaat met meer ongelukken op
de weg en in het ivater: de dooden en gewon
den zijn deze week vele en vaak kan men zich
niet aan de gedachte onttrekken, dat er onvoor
zichtigheid en roekeloosheid in het spel is.
Jammer nok, dat de zomer niet zooals vroeger,
een komkommertijd in de pers brengt. Thans
kiest men schijnbaar juist de vacanliemaandea
uit om elkaar te vermanen en opwekkende
woorden te spreken. 7.oo noteerden wij deze
week in bonte mengeling: jaarvergadering Chr.
Nat. Werkmansbond, Ned. Herv. Synode, Chr.
Geref. Knapenvereenigingen, Rond van Geref.
Mannenvereenigingen, Geref. Zendinqsbond,
Leger- en B.V.L.-daqen, Chr. Geref. School
onderwijs en (komende) Generale Synode der
Geref. Kerken.
Mogen wij zeggen, dat al die lange verslagen
ons in het zomerseizoen niet zeer welkom zijn?
Och, dat is het ergste niet. Maar om bekruipt
de vrees, dat èn de bijeenkomsten, èn de ver
slagen in date maanden minder belangstelling
trekken dan anders. De geest des menschen
heeft nu eenmaal een periode van rust noodig.
Misschien waren de vorige dagen wat dit
betreft beter dan deze.
363