De Spaansche burgerstrijd
duurt voort
DAGERAAD
f.
-/ 'u i tt;3ö
EERSTE BLAD PAG. 2
Buitenland
HONDERDEN DOODEN, TALLOOZE VLUCHTELINGEN
De terreur in Malaga
Nog geen beslissing
rond Madrid
In Lissabon wordt vernomen, dat Mar
tinez B a r ri o in een telefoongesprek
met generaal Mo la, den opstandelin
genleider in Navarra, die bezig is naar
Madrid op te rukken, dezen uit naam
van president A z a n a zou hebben uit-
genoodigd op te treden als minister van
oorlog in een door de rechtsche en mid
denpartijen te vormen nieuwe regeering.
Mola zou hebben geweigerd en geant
woord, dat er op het oogenblik geen
sprake was van de vorming in Spanje
van een linksche of rechtsche regeering.
De militaire dictatuur, zoo zou hij ver
der hebben geantwoord, is afgekondigd
en de strijd zal worden voortgezet tot de
uiteindelijke overwinning.
De aan de regeering trouw gebleven gene
raals Gomez Carminero en Raphael Rami
rez. benevens majoor Morais Olivia en ver
scheiden communisten zouden, volgens in
Lissabon ontvangen berichten, de Portugee-
Bche grens gepasseerd zijn.
Zij zijn naar Braganza gebracht, waar men
thans op instructies der Portugeesche regee-
ying wacht
De toestand in Badajoz zou zeer ernstig
lijn. Leden van de roode militie zouden zich
er aan gewelddaden hebben schuldig ge
maakt en van werkgevers uitbetaling hen-
ben geëischt van loonen voor niet verrichte
diensten. Verscheiden aanhangers der recht
sche partijen zouden naar Portugal zijn
gevlucht
De Amerikaansche ambassadeur Bowers
heeft zich met zijn familie ingescheept od
het kustwachtvaartuig „Cayuga", om Span
je te verlaten.
De Amerikaansche consul te Barcelona
heeft om hulp voor de aldaar vertoevende
Amerikaansche vluchtelingen verzocht.
Vijfhonderd Duitsdie vluchtelingen U't
Barcelona zijn in Genua aangekomen. Zij
verklaarden dat alle Duitsche gebouwen in
Barcelona beschadigd zijn.
Britsche torpedojagers hebben te Mar
seille 300 vluchtelingen van verschillende
nationaliteiten aan land gebracht
De toestand in Spanje blijft zeer duister.
Het schijnt, dat de druk op Madrid door te
drie rebelleerende legers eenigszins vermin-
jderd is, zoodat de hoofdstad niet in onmid
dellijk gevaar verkeert.
De regeeringstroepen zouden Albacete heb
ben ingenomen, hetgeen hun positie aan
merkelijk zou hebben verbeterd. Deze stad
is op ongeveer 225 K.M. ten zuid-oosten van
Madrid gelegen en wordt als de sleutel van
de provincie Valencia beschouwd, welke de
yoedselvoorziening der hoofdstad verzorgt
-Generaal Franco echter heeft medege
deeld, dat de berichten uit Madrid onjuist
fcijn. en kondigt een spoedige overwinning
ider rebellen aan.
De doodenlijsten
Te Gibraltar is een Britsche torpedojager
aangekomen met een 150-tal Britsche en
lAmerikaansche vluchtelingen uit Malaga
Zij verklaarden, dat te Malaga minstens 500
dooden en 2000 gewonden zijn gevallen. De
Voornaamste gebouwen van de stad zijn
Vernield.
Een andere Britsche oorlogsbodem zag bij
het passeeren van de Straat van Gibraltar,
idat twee onderzeeërs Tarifa bombardeerden.
Officieel wordt medegedeeld, dat bij den
fctrijd in Barcelona 310 dooden zijn gevallen.
Regeeringsvliegtuig neergeschoten
Twee regeeringsvliegtuigen hebben
stad Algeciras gebombardeerd Het lucht
afweergeschut der rebellen, dat het vuur
beantwoordde slaagde er echter in deze bei'
de toestellen neer te schieten.
De luchtmacht der regeering heeft ook de
Afrikaansche steden Meülla en Ceuta op
nieuw aan luchtbombardementen onderwor
pen.
Dc terreur te Malaga
Een der te Gibraltar aangekomen
Engelsche vluchtelingen heeft aan
Reuter medegedeeld, dat hij heeft
gezien, hoe te Malaga een honderdtal
personen, priesters, fascisten en an
deren, werden neergeschoten, in hoofd
zaak door kinderen tusschen 14 en 17
jaar, die roode dassen en hemden
droegen en gewapend waren met pis
tolen, geweren, bijlen en knuppels.
In de hoofdstraten zijn 52 gebouwen
vrijwel geheel door brand verwoest.
Honderden personen zouden zijn ge
dood, terwijl het aantal gewonden
volgens dezen zegsman de duizend
overschrijdt.
De toestand rond Madrid
De correspondent van het D.N.B. meldt,
dat de troepen van generaal Mola de pas
sen van de Guadarrama en de Somon Sierra
hebben bezet.
De voorhoede van het leger van gcneraai
Franco zou Aranjuez hebben bereikt. De
beide Madrileensche waterleidingen zouden
door de rebellen zijn afgesneden. Daar de
stad nog slechts voor drie dagen watervoor
raad zou hebben zou zij volgens deze cor
respondent het nog hoogstens zes dagen
kunnen uithouden.
Ook de waterleiding van San Sebastian
-.uu zijn afgesneden. De commandant van
de luchtmacht der regeering Nunez de
Prado. zou door fascisten gevangen zijn ge
nomen.
Hoewel de Spaansche minister van bin-
nenlandsche zaken gisteravond mededeelde,
dat de toestand in Spanje voor de regeering
steeds gunstiger wordt en dat de opstal
llngen gevoelige verliezen lijden, houdt de
leiding der rebellen staande dat de val van
Madrid, en daarmede van het huidige be
wind .aanstaande is.
Een duidelijke beslissing is echter nog
steeds niet gevallen.
HOLLANDERS ZIEN DEN
OPSTAND TE BARCELONA
Wapens verdeeld onder
straatpubliek
Stapels lijken op de havenkade
Een Veertigtal Nederlandsche sportliefheb
bers, dat in Barcelona vertoefde, om aldaar
deel te nemen aan de zoogenaamde Volks
olympiade", heeft glimpen gezien van den
militairen opstand in Barcelona, welks be
strijding naar men weet met ernstige-straat-
gevechten en plunderingen van de zijde van
het socialistisch te en communistische pu
bliek gepaard ging.
Zondagmorgen, zoo vernam het „Maandag
ochtendblad" van een hunner, was het vrij
rustig op straat. Vlak bij het hotel bleken
.verschillende winkels geopend te zijn.
Toen de Nederlanders er een kijkje na
men, zagen zij politie-agenten bezig ge
weren, revolvers en andere wapens en
munitie uit te deelen aan burgers. Ieder
een, die door zijn lidmaatschapskaart
kon aantoonen, dat hij behoorde tot een
vereeniging of organisatie, waarvan men
wist, dat deze tegen de fascisten was,
kon een wapen krijgen. Tusschen socia
listen, anarchisten en communisten
werd geen verschil gemaakt. Niet alleen
mannen werden bewapend, maar ook
vrouwen en meisjes.
Er kwam een vrouw voorbij met een
melkkan. En op de vraag van een der
Hollanders, of zij melk had gekocht, liet
de vrouw in den kan kijken, waarin pa
tronen waren, die zij moest gaan uit-
Werden de gevangenen steeds goed be
handeld, men was zónder pardon tegen offi
cieren, die hun troepen bij de fascisten had
den willen doen aansluiten. Zoo hoorden de
Nederlanaers, dat in den nacht van Zater
dag op Zondag de officieren in een groote
kazerne te Barcelona hun mannen gezegd
zouden hebben, dat de fascisten verschillen
de punten in de stad bezet hadden en dat
daartegen moest worden opgetreden. Later
bleek het die troepen, dat zij tegen arbeiders
die tegen de fascisten vochten, aan het schie
ten waren geraakt en toen zijn de officieren
overmand en ter plaatse gefusilleerd.
Ook is het gebeurd, dat de bezetting van
een kleine kazerne zich had overgegeven.
De regeeringstroepen en agenten gingen,
toen de witte vlag geheschen was, er op af,
toen plotseling een officier nog een schot
afzond, dat een agent een vinger afschoot.
Onmiddellijk werd toen deze officier gefu
silleerd, terwijl de andere leden van de be
zetting als gevangenen werden weggevoerd
Zondagmorgen 19 Juli had op de groote
boulevard nog een zeer ernstig gevecht
plaats, waarin de regeeringsgetrouwen ook
meester bleven. Toen was de opstand in
Barcelona al zoo goed als bedwongen, al
vonden er later en ook volgende dagen hier
en daar nog wel straatgevechten plaats.
Zondag en Maandag vonden ook plun
deringen plaats van wapenwinkels, die
er nogal veel in de stad te vinden zijn.
Bovendien begaven troepen menschen
zich ook naar de haven, waar zij van de
schepen wapens haalden.
Wat de brand in de kerken betreft,
de interieurs werden volkomen vernield.
Soms werd ook de geheele inveiltaris
naar buiten gesleept, om voor de kerk
te worden verbrand.
Toen men zich aan boord van de Tiberius
waarmede men zou repatrieeren begaf, zag
men op de havenkade een stapel van lijken
liggen.
(Jok zijn er nog vele ongelukken gebeurd
met de auto's, die met gewapende mannen
en met gedoofde lichten maar voortdurend
door de stad reden. Die auto's reden met
enorme snelheden en zoo bleven botsingen
niet uit.
Op één nacht sneuvelden er vlak bij het
hotel van de Hollanders niet minder dan
vier wagens kort na elkaar.
DE TOESTAND IN PALESTINA
HONDERD DAGEN
ARABISCHE STAKING
Ernstige botsing in Judea
Vandaag wordt in Arabisch-Palestijnsche
kringen de honderdste dag der anti-Jood
sche stakingsactie herdacht. Door den op
persten Arabischen raad wordt verlangd,
dat de staking zal worden voortgezet totdat
alle Arabische eischen zullen zijn ingewil
ligd.
Te Jaffa is een bom tot ontploffing ge
bracht, waardoor vier Arabieren, waaronder
een vrouw, werden gewond. Een aanzien
lijke menigte groepte daarop samen nabij
Tel Aviv. De politie slaagde er echter in
de menschenmassa, die een zeer dreigende
houding aannam, te verspreiden.
In de heuvels van Judea heeft een ern
stige botsing plaats gehad tusschen Arabie
ren en Britsche troepen. Tien Arabieren
werden daarbij gedood.
De Joodsche nationale raad heeft de tra-
ditioneele pelgrimsreis naar de klaagmuur,
welke Dinsdag zou plaats hebben, afgelast
in verband met de onzekerheid van den
toestand.
De Brïtsch-Egyptische
besprekingen
De militaire afspraken
Bij de te Kairo plaats vindende Britsch-
Egyptische besprekingen is overeengekomen
dat het aantal Britsche soldaten in Egypte
niet meer dan 10.000 man zal mogen bedra
gen, welke geconcentreerd zullen moeten
zijn in de zóne van het Suezkanaal.
Over 20 jaar zal de Britsche troepenmacht
Uit Egypte worden teruggetrokken, zoo al
thans het Egyptische leger alsdan sterk ge
noeg wordt geacht om het grondgebied te
beschermen. Indien er verschil van meening
bestaat zal de volkenbond moeten beslissen.
Vliegvelden nabij Suez en Moascar zullen
die van Heliopolis en Aboekir moeten ver
vangen. De Britsche troepen zullen Kairo
en Aboekir verlaten.
In vredestijd zal geen enkele Egyptische
haven dienen voor basis van de Britsche
vloot In tijd van oorlog kunnen Britsche
oorlogsbodems in overleg met de Egyptische
regeering gebruik maken van Egyptische
havens.
Ten slotte zal Egypte het effectief van
zijn legermacht kunnen versterken zonder
Engeland te raadplegen.
Nazi-betoogingen in
Opper-Oostenrijk
De vrijlating der in gevangenschap ver-
keerende Oostenrijksche nationaal-socialis-
ten heeft in de omgeving van Linz geleid
tot een nationaal-socialistische botooging.
Kreten als „Heil Hitier" waren niet van
de lucht
Een der demonstranten is gearresteerd en
naar een concentratiekamp gebracht.
De Oostenrijksche
Heimatschutz
In een vergadering van leiders der Hei
matschutz in Neder-Oostenrijk heeft vice-
kanselier Baar Baarenfels verklaard, dat
de overeenkomst met Duitschland van 11
Juli de Heimatschutz weer in staat stelt
tegen het bolsjewistische gevaar te strijden.
Vervolgens, sprekend over de pogingen van
de nationaal-socialisten om hun partij te
herstellen, zeide hij dat de Heimatschutz
zonder bijgedachte een vrij, onafhankelijk,
corporatief en autoritair Oostenrijk verde
digt en zich evenals in het verleden zal
verzetten tegen iedere poging een nieuwe
partij te stichten, van welke zijde hiertoe
ook pogingen zouden worden gedaan.
Een groote brand in Massaoea
Veroorzaakt door explosie
Reizigers die uit Massaoea in Eritrea te
Aden aankwamen hebben bericht, dat in
eerstgenoemde stad een zware brand woedt.
Het vuur zou zijn ontstaan in de onlangs
voltooide benzinetanks en vandaar overge
slagen naar het legermagazijn en het vlieg
veld, waar vijftig vliegtuigen verloren gin
gen. Het getal der dooden zou in de hon
derden loopen.
Van officieele zijde te Rome wordt echter
verklaard, dat de berichten over den brand
te Massaoea overdreven zijn, zoowel met
betrekking tot den omvang van de raran
als de menschenlevens, die hierbij verloren
gegaan zijn.
Het Italiaansche agentschap Stefani be
richtte later, dat in een munitiedepot in een
plaats achter Massaoea gelegen, door zelf
ontbranding een ontploffing geschied is. De
brand, welke hierop volgde, kon spoedig ge-
bluscht worden en de schade beperkte zich
tot een deel van het materieel, dat in een
nabijgelegen depot opgeslagen was.
VOOR DE CANADEESCHE
GEVALLENEN
Koning Edward onthult
oorlogsmonument
Koning Edward VIII van Engeland
heeft Zondagmiddag te Vimy (Frankr.)
een monument onthuld voor de Cana-
deezen, die aldaar in den wereldoorlog
gesneuveld zijn. Onder degenen, die bij
deze plechtigheid aanwezig waren, be
vonden zich ook 3500 Canadeesche oud
strijders, die daartoe met een drietal
schepen speciaal waren overgekomen.
Nadat de gebeden geëindigd waren, nam
koning Edward VIII het woord en hield een
rede, welke hij met de volgende passage
besloot:
„In den geest van dankbaarheid voor het
voorbeeld, dat de kameraden, die in den
oorlog vielen, gegeven hebben, met respect
voor hun toewijding en met trots, hun ka
meraad geweest te zijn, onthul ik dit mo
nument voor de Canadeesche dooden".
De koning trok vervolgens het doek weg,
waarop twee minuten van stilte volgden.
Daarop nam president Lebrun het
woord om de rede van den koning te be
antwoorden. De president sprak o. a. van
een hooger saamhoorigheidsgevoel, dat de
handelingen der menschheid immer moet
bezielen.
„Moge dit saamhoorigheidsgevoel, al
dus spreker, de menscheheid steeds
dichter brengen bij den vrede, welke
zijn weldaden moge uitspreiden over de
volken, die nu beangst zijn voor de
onzekerheid van de toekomst".
Nadat de plechtigheid beëindigd was, be
geleidde koning Edward VIII president Le
brun tot aan diens rijtuig. Gedurende den
tamelijk langen weg. dien zij, onder het
gejuich van de duizenden, te voet aflegden,
waren de twee staatshoofden in een gesprek
gewikkeld, waaraan ook de Britsche am
bassadeur te Parijs, Sir George Russell
Clerk, deelnam.
Voordat president Lebrun in zijn rijtuig
plaats nam, wisselde hij met den koning
nog eenige hartelijke woorden, waarop de
twee staatshoofden elkander de hand druk
ten. Ook de verschillende autoriteiten van
heider gevolg namen met hartelijke beleefd
heid van elkander afscheid.
De koning is daarop per speciale trein
naar Calais vertrokken, vanwaar hij per
vliegtuig naar Engeland overstak.
Von Papen thans ambassadeur
De Duitsche gezant te Weenen. Von Pa
pen, is door rijkskanselier Adolf Hitler van
gezant bevorderd tot ambassadeur
Duitschland en Abessinië
De Italiaansche minister van buitenland-
sche zaken, Graaf Ciano, heeft den Duit-
sclien gezant Von Hassel ontvangen, die
hem mededeelde, dat de Duitsche regeering
besloten had het Duitsche gezantschap te
Addis Abeba op te heffen en te vervangen
door een consulaat-generaal.
Graaf Ciano sprak zijn voldoening hier
over uit en dankte den gezant voor de
mededeeling.
Volgens de Italiaansche pers kan men
dit besluit der Duitsche regeering beschou
wen als een teeken, dat te Berlijn de facto
de Italiaansche verovering van Abessini"
wordt erkend. Het is een nieuw teeken van
de loyale vriendschap, welke de Duitsche
politiek ook reeds tijdens het Abessijnsche
conflict heeft gekenmerkt.
FRIESCHE BOTERDRABBELKOEKEN
Oudst» adtM de paO
Versch ^an!
Zoo aan ae
nclex
In bussen 6 st. 0.50; 10 st. 0.85;
Luxe bussen 10 st 0.90; 17 sL L60;
Boven 2.— franco.
Telef. 20 Gironummer 30584
J. C. REPKO WORKUM
Mrtn.l
BINNENLAND
De snelspoel van
Thomas Ainsworth
In Nijverdal te zienl
Zooals bekend is, viert Nijverdal van 1—8
Augustus a.s. zijn eeuwfeest. Daaraan wordt
dan ook een tentoonstelling verbonden „Ni]*
votha" (Nijverdal voorheen en thans). Be
halve veel. dat alleen plaatselijk kan wor
den gewaardeerd, is er ook iets, dat de al-
gemeene belangstelling verdient, ja. dat eea
unicum mag heeten voor ons heele land.
Naast een oud handweefgetouw van het
jaar 1691 en een machinaal getouw, wordt
er de tussehen-vorm geëxposeerd, het z.g.n.
weefgetouw met de snelspoel of het getouw
met het zweepje van den Engelschman
Thomas Ainsworth, in Twente ingevoerd in
1833. Alles zal op genoemde tentoonstelling
in werking te zien zijn.
Slechts na veel zoeken 5s liet de commis
sie der tentoonstelliog gelukt zoo'n snelspoel
getouw voor haar tentoonstelling machtig
te worden. Dank zij de welwillende mede
werking van de Fa. Edw. Ainsworth en Co.
te Groenlo (tegenwoordige eigenaren de
heeren J. en K. Heringa).
We twijfelen niet of velen sullen ge
touw uit den tijd van Ainsworth en
zien. De gelegenheid is er op de „±mjvo-
tha" te Nijverdal van Maandag 3 tot en met
Zaterdag 8 Augustus.
Vijfde Talma-Rustoord
Opening op 4 Aug. a.s. te Baarn door
Minister Prof. Dr. J. R. Slotomaker
de Bruine
De „Chr. Vereeniging ter verzorging vail
Ouden van Dagen zal Dinsdag 4 Augustus j
haar 5e rustoord openen.
Drie harer rustoorden liggen in Fries-
land. resp. te Veenwouden en Dantuma-1
woude, het vierde te Apeldoorn (Gld.). ter
wijl Baarn straks het vijfde zal bezitten.
De Vereeniging begon haar arbeid in
1928. Dacht men aanvankelijk aan de kleine
luyden, do rollen zijn thans omgekeerd en
het werk strekt, gezien de tak van arbeid
te Baarn. zich ook tevens uit naar beter
gesitueerden.
Deze Vereeniging huisvest en verzorgt
ruim 150 oude dames en heeren van Pro-
testantschen huize. Dit aantal zal door het
nieuwe werk te Baarn met een 30-tal ver*,
hoogd worden.
De opening zal plaats vinden door Prof.
Dr. J. R. Slotemaker de Bruine, Minister
van Onderwijs.
Het nieuwe rustoord is gevestigd in het,
voormalige „Parkwijk", dat omgedoopt
wordt in „Talma-Park".
MIJNHEER PIMPELMANS GAAT ..EN PENSION"
95. Met niet te stuiten vaart schoot mijn
heer Pimpelmans met zijn vehikel over de
hei, dwars langs de monden der kaqonnen.
Daar hij in vergelijking met do groote heide
maar erg klein en nietig was, merkte men
hem niet dadelijk op. Boemml Daar viel
een schoteen granaat schoot sissend
onder mijnheer Pimpelmans door en weg
was de fiets. De arme man sprong door den
luchtdruk een eind de hoogte in en kwam
toen in zittende houding op de hei terecht.
96. Aangezien de hei een eind lager lag
dan de plaats, waar het zadel gezeten had,
was de kennismaking niet zoo aangenaam.
Mijnheer Pimpel mans krabbelde steunend
overeind, holde weg en begon moeizaam den
terugtocht naar boven, om zijn hoed te ha
len„Ik ga naar Epscheuten terug! Ik
blijf hier geen dag langer!" mompelde hij.
Nog nooit had hij zooveel medelijden meti
zichzelf gehad.
(Wordt Woensdag vervolgd.)
Feuilleton
(63
door H. KING MA NS r
Reeds geruimen tijd waren door de magistraat van Groningen
onderhandelingen aangeknoopt met den Protestantschen Vorst
[van Bronswijk, teneinde met dezen een verdrag te sluiten, In
'dien zin, dat Groningen ondep diens protectoraat kwam. Men
ineende, dat dit zoowel den Koning van Spanje als de Staten
der Unie zou bevredigen, want de Koning was nooit zeker
van het bezit van Groningen en de Staten zouden liever in
Groningen een neutralen vriend en buurman zien dan een
Vijandelijke vesting, die den oorlog in het Noorden sleepenrte
hield. De onderhandelingen bemiddelaar was de Graaf Van
Hohenlohe, bevelhebber in het Staatsche leger, die bij slagen
Stadhouder van Groningen zou worden waren reeds ver
gevorderd, maar de voorwaarden van den Hertog had de
magistraat nog niet aanvaard.
„Ik weet er niet veel van, Excellentie. De zaak wordt geheim
gehouden. Maar 'k weet wel, dat Johan ten Buer naar Eten
Haag is .vertrokken."
De beide vorsten wisselden een snellen blik: een bode, die
natuurlijk op weg was naap Den Haag, waar Hohenlohe op
idat oogenblik vertoefde!
„Wie is Johan ten Buer?"
„Een burger uit Groningen, Excellentie, die meermalen
afgevaardigde van de Vroedschap is."
„Hij had de reis naar Den Haag wel kunnen nalaten", zeide
Maurits schamper. „Ik elk geval komt hij nu te laat."
De Prins had gelijk: nu het beleg voor de stau geslagen was,
Wilde Hohenlohe met de zaak niets meer te maken hebben.
Nog tal van bizonderheden werden aan Aart Sebensz. ge
vraagd. Hij antwoordde zoo prompt mogelijk en verwierf de
goedkeuring der bevelhebbers voor zijn komen' naar het kamp.
„We mogen dus wel aannemen, dat wij veel vrienden in de
stad hebben?" vroeg Graaf Willem Lodewijk tenslotte.
„In elk geval zijn de vrienden van Spanje ver in de minder
heid, Uw Genade", antwoordde Aart voorzichtig. „Maar zij
hebben de macht."
„Die macht kan gebroken worden", meende Prins Maurits,
een wenk gevend.
Het onderhoud was afgeloopen. Munco en Aart vertrokken,
onderweg druk pratend.
„Ik breng je tot voorbij onzen uitersten post en dan vind je
het verder wel. Doe dc hartelijke groeten thuis en zeg. f'at ik
welvarend ben en spoedig hoop, in Groningen te zijn, om er
voor goed te blijven."
„Staat dat vast?"
„Wat? Dat ik blijf? Dat staat vast. Ik blijf soldaat, tot mijn
vaderstad is ingenomen. En dan is het soldatenleven voorbij. Ik
zal er niet om treuren. Want het is niet uegeerenswaard. God
geve, dat ik ook uit dezen strijd ongedeerd te voorschijn kom
en dat mijn vurige wensch wordt vervuld. Maar ik moet terug.
Zoo ongemerkt zou ik bij de Oosterpoort terecht komen."
Hij drukte zijn zwager krachtig de hand.
„Dat wij elkaar in leven en gezondheid straks mogen ont
moeten", zeide Aart „Zonder beleg wordt d" stad niet over
gegeven. We zullen zeker stevig beschoten worden?"
„Ongetwijfeld. We hebben voorraad. Ik geloof, dat de Graven
niet van plan zijn. het beleg op te breken, tenzij er een krachtig
ontzet mocht komen opdagen. Maar dat is wel niet te ver
wachten. Ga met God, Aart. De groeten thuis. Ik snak naar
de mijnen. Beloof me nog één ding."
„Dat is?"
„Kom op deze wijze niet meer in het kamp. 't Is nu goed
gegaan, maar 't wordt al gevaarlijker."
„Ik beloof het je. 't Was alleen, om te weten, of jij er waart
Ik blijf nu in de stad en moet vechten tegen jullie. Het stuit
me tegen de borst''
„Je bent lid van het burgervendel. Je moet je plicht doen.
Ik heb hoop, dat de Magistraat snoedig zal inzien, dat een
belegering niet te doorstaan is. En dan is het afgeloopen."
Opgewekt wandelde Aart Sebensz. den Oosterweg naar de
stad. Zijn hart was licht Er daagde uitkomsti
HOOFDSTUK VI
Menno Ketel, die gedurende het beleg vee] langl de straat
zwierf en zoo nu en dan, louter uit nieuwsgierigheid probeer\ie
de wallen te beklimmen, wat wel eens gelukte, kwam thul9
met de boodschap, dat er iets ergs was gebeurd, waarvan de
heele stad geschrokken was.
Terwijl de Vroedschap aan het vergaderen was, was van
het dak van het Raadhuis het daai zittende ooievaarsnest met
jongen gevallen. Dat was een heel slecht voorteeken. Want dat
wilde zeggen, dat verzet tegen de belegeraars toch niet baten
zou.
„Kom me niet met zulke praatjes thuis", knorde Hilligje. „Dat
is niet dan bijgeloof."
Maar zij luisterde er toch naar. En later o* den dag werd
het haar weer verteld. De heele stad was er vol van. Dat
mo' st natuurlijk wat beteekenen. Zoo 'n nest valt er maar niet
zóó af
„Bijgeloof, spotte Aart, toen Menno het ook hem vertelde.
„Maar het kan geen kwaad, dat de menschen het denken. Men
moet het praatje maar veel verbreiden. Hoe angstiger de
burgers worden, hoe beter het is."
Een feil was, dat er verdeeldheid en ontevredenheid onder
de burgerij ontstaan was, welke steeds grooter afmetingen aan-
namen. De Vroedschap was daarvan wel op de hoogte. Zij was
op dien 4en Juni lang niet meer zoo mannaftig, als op den
25sten Mei, toen een trompetter van het Staatsche leger voor de
Heerepoort was verschenen met een door Maurits en Willem
Lodewijk onderteekenden brief, waarin vrij zeker de stad werd
opgeëischt De luitenant van de wacht Henricus had den trom
petter ontvangen en hem gebracht bij den voorzittende burge
meester Jarges en commandant Liauckema, die zoo onbeleefd
geweest waren, den brief .niet te openen en den trompetter
zonder antwoord terug te zenden. Het antwoord zou wel eerdei
in het leger komen dan hij, was hem toegevoegd. En inderdaaJ
had men onmiddellijk een paar vuurmonden op het kamp
gericht en eenige schoten laten knallen.
Het dappere antwoord was in de stad toegejuicht, maar
anderen en dat waren er velen vonden het niet verstandig, i
Zij hadden een zwaar hoofd in het beleg, dat na dien 25sten
Mei met kracht werd aangevat
Duidelijk zag men van de wallen, dat begonnen werd, om
zigzagsgewijze loopgraven te maken. Dat was de tactiek van J
de jonge belegeraars, een tactiek met succes bij andere plaatsen
toegepast. Geen bestorming. Die kostte te veel offers. Loop
graven, tot vlak bij de wallen romende. En dan onder den j
grond, ten einde onder de wallen kruit te kumen verzamelen.
Straks zouden de mineurs in actie komen.
De vroedschap zou nu niet meer zulk een overmoedig ant-
woord gpven, al werden dan met eenig succes uitvallen j
gedaan. Zoo langzamerhand was de vijand begonnen te schieten,
zij het nog niet druk, daar de afstand nog te ver was. Maar men
had reeds zoo goed gemikt, dat eenige personen gewond of
gedood waren. De schrik kwam er een weinig in.
(Wordt vervolgd)'.