Droeve plechtigheid te Beilen
DAGERAAD 1
b.. JAG 21 JULI 1936
Burgemeester Froentjes en
wethouder Eleveld ten
grave gedragen
Groote belangstelling
Nooit heeft Beilen een dag beleefd,
als gister. Twee leden van het ge
meentebestuur, beiden mannen in de
kracht van hun jaren, weggerukt uit
het leven, werden naar hun laatste
rustplaats gebracht. Eindelijk is de
verstilling, die over heel het dorp lag,
verbroken en hebben honderden en
honderden zich opgemaakt om beide
mannen op hun laatste tocht te bege
leiden.
Omstreeks elf uur werd van do ambts
woning van burgemeester Froentjes, diens
stoffelijk overschot uitgedragen en overge
bracht naar het Wilhelrninagebouw, waar
aan de baar kransen worden neergelegd
van de gemeente Beilen, het getneenteperso-
neel, de T.T.-commissie te Assen en Hoog
halen, de commissarissen van de D.A.B.Ü.
een bloemstuk van de beide overlevenden
hij het ongeluk met een nu zoo treffend
opschrift: „Laatste groet van Schuring en
den Secretaris".
Telegrammen en schriftelijke bewijzen
van deelneming waren aan het sterfhuis
van Burgemeester Froentjes ingekomen van
Minister de Wilde. Minister Slotemaker de
Bruine, don Commissaris van de Koningin
in Drenthe, van den Burgemeester van Dellt.
onder wien de overledene vroeger heeft ge
werkt cn van tal van corporaties en par
ticulieren. Naar schatting ongeveer 600 be
langstellenden waren in het Wilhelrnina
gebouw samengestroomd, waar de lijkdienst
werd gehouden. Wij merk'en daar o.m. on
de heeron J. M. Krijger, lid van de Tweede
Kamer, J. Knoppers, lid van Ged. Staten van
Drenthe en het geheele college van B. en
W. van Assen en den gemeentesecretaris,
de burgemeesiers van vele Drentsche ge
meenten en deputaties van tal van vereeui-
gingen in en burten de gemeente.
Ds. O. S. Jellema. Ned. Herv. predi
kant te Beilen. leidde den lijkdienst, waarin
hij de doffe verslagenheid, die de ramp in
de gemeente teweeg hau gebracht, schet
ste en de beide slachtoffers herdacht naar
aanleiding van Ef. 2 -5(1.
Hierna richtte spr. woorden van troost en
bemoediging tot mevrouw Kroontjes "ii haar
familie,
Toespraken
rAls „eerste spreker nam w.n. Burgemees-
'ter G err its het woord en zeide: de ge
meenteraad ds hier gekomen, mevrouw, om
een laatst en eerbiedigen groet te brengen
aan zijn voorzitter, uw echtgenoot, die zoo
plotseling van ons werd weggerukt. De ge
heele bevolking in al haar geledingen deelt
in uw diepe smart.
Hij is iu het harnas gestorven. Zijn werk
was nog lang niet voltooid, maar God heeft
hem weggenomen van zijn post. Wat hij
deed. deed hij met de volle liefde van zijn
hart, door zijn beminnelijke persoonlijkheid
was hij vriend en vertrouwensman van
velen.
De heer T. Knoppers, lid 'van Gedep.
Staten van Drenthe, sprak namens het
hoofdbestuur van de Chr. Hist. Kamerkring,
de Ghr. Hist, pers, den B. V. L. en tenslotte,
zeer ontroerd, als vriend van den overledene.
Mr. J. Boithenius Lohman. Burge
meester van Assen, voerde het woord na
mens de Drentsche burgemeesters, de heer
Eggink. burgemeester van Havelte, als com
missaris van de D.A.B.O., mevr. van Riel
Smeenge, inspectrice van het L. O. in de
inspectie Assen voor he1! rijksschoöltoe-
zich-t en Ds. Gijsman namens liet hoofdbe
stuur van het Ned. Herv. Verbond voor
Kcrkherstel. De heer A .de Jong te Beilen,
sprekende namens de Chr. Vakbeweging,
wees op de bijzondere voorliefde van beidie
overledenen voor de nooden van den arbei
denden stand en de heer L. van de Vegt
dankte namens de Beller bad- en zwem
inrichting voor hetgeen Burgemeester Froen
tjes als eere-voorzitter dier vereeniging had
tot stand gebracht.
Een broer van den overledene heeft na-
mms de familie dank gezegd.
Nadat de aanwezigen langs 'de baar van
den overledene waren geschreden om een
laatsten groet te brengen, werd het stoffe
lijk overschot onder klokgelui naar buiten
god ragen en door een onafzienbare stoet uit
geleide gedaan tot buiten de kom van de
gemeente. Dertig auto's met familie en be
langstellenden gingen mee om tegenwoor
dig te zijn bij de teraardebestellingto
Doezem.
Op het Kerkhof te Doezem
Veel later dan men oorspronkelijk 'dacht,
arriveerde de lijkstoet -te Doezem, waar de
plaatselijke bevolking reeds vroegtijdig bij
de begraafplaats was samengestroomd.
Terwijl de kerkklokken beierden formeer
de zich een lange stoet voor de gebruikelijke
ronde om het kerkgebouw.
Tal van Dren'thsche burgemeesters waren
aanwezig, als ook het college van B. en W.
van Assen. Voorts vele andere officieele per
sonen. deputaties en belangstellenden.
Nadat de kist, die met enkele kransen
was overdekt, in het familiegraf was neer
gelaten, las de burgemeester van Smilde,
levens wnd. burgemeester van Beilen, de
heer Gerrits, op verzoek van de familie de
90ste psalm voor. Het oudste raadslid van
Beilen, de heer Lunshof, nam vervolgens op
treffende wijze afscheid van den gestorvene,
waarna de wnd. gemeente-secretaris van
Beilen. de heer Overhand-Landberg, enkele
afscheidswoorden sprak namens de gemeen-
tc-amb'enaren, de gemeenteveldwachters
van Beilen en namens de marechaussee,
rijks- en gemeentepolitie voor zoover deze
onder bevel van wijlen den heer Froentjes
hadden gestaan.
Een vriend cn een broer van den overlede
ne namen tenslotte op ontroerende wijze af
scheid van den ontslapene, waarbij zij
tevens dankten voor de belangstelling.
Begrafenis wethouder Eleveld
Na het vertrek van den lijkstoet naar
Doezem vond te Beilen opnieuw een droeve
plechtigheid plaats.
In het hotel Koopman werd een lijkdienst
gehouden voor den overleden wethouder J.
Eleveld. Er was hier eveneens een zeer
groote belangstelling, vooral ook omdat zoo-
velen uit de arbeidende klasse hier waren
samengestroomd uit dankbaarheid voor alles
wat de overledene voor hen had gedaan. De
lijkwagen, volhangend met kransen, werd
gevolgd door een draagbaar, waar enkele
\an de dertig bloemstukken werden meege
voerd, die vooral ook uit de kringen der
arbeidersbeweging als een afscheidsgroet
waren gezonden.
Aan de groeve voerde hier het woord de
heer K. Brok, lid van Ged. Staten van Dren
the. namens het partijbes'-uur en ten-
slofte. diepbewogen, als vriend. Namens de
plaatselijke arbeidersbeweging sprak de heer
H. Brouwer, namens den gemeenteraad de
heer T. Kuil, cn namens het Rijkssehooltoc-
zicht mevr. van Riel-Smeenge, de inspectri
ce van het L. O. in de inspectie Assen. De
lieer Donker, uit Coevorden, bracht een
groet en den flank van de Coevorder kame
raden. De heer N. Kropveld, uit Assen, voer
de het woord namens de Ned. vereeniging
tot afschaffing van alcoholhoudende dran
ken. de lieer H. J. Wever te Assen, namens
de afdceling Assen van de S.D.A.P., de heer
II. de Jong. gemeente-architect, namens de
gemeente-ambtenaren en tenslotte Ds. Jel
lema.
Nadat de heer De Ridder aan het graf het
„Onze Vader" had gebeden en een broer van
den overledene voor de belangstelling had
bedankt, verlieten onder 't beieren der klok
ken de honderden diep bewogen het kerkhof.
Officieele Berichten
ONDERSCHEIDINGEN
Benoemd is tot ridder in de Orde van Oranje
Nassau S. MoultJn te Den Haag: toegekend is
de aan de Orde van Oranje-Nassau verbonden
eere-medaille dn zilver, aan J. G. Bots te Schie-
LEGER EN VLOOT
Benoemd en aangesteld is bij het res.-perso-
neel der landmacht, bij het vrüw. landstorm-
korps motordlenst. tot res.-majoor v. spec, dien'
sten ,de res.-kap. N. Feenstra; eervol ontslag
is verleend uit den mil. dienst aan res.-maj.
J. J. H. Heji: benoemd en aangesteld zijn bij 't
res.-personeel der landmacht, b(j den mil. vete-
rinairen dienst, tot res.-paardenarts le kl. de
res.-paardenartsen 2e kl. P. F. W. Guinée, W.
Heere, J. C. Peters, A. H. de Boer, dr J. Gajen-
taan, J. Hceg,
het P. T. T-
kantoor te Leerdam de commies C. de Geus,
thans directeur van 't PTT-kantoor te Njjkerk.
BLIKSEMGEVAAR
Hoe dit zooveel mogelijk
te ontgaan
Het feit dat in ons land per jaar
ongeveer 30 onweersdagen voorko
men, waarbij gemiddeld jaarlijks
11 meu&chen en een groot aantal
stuks vee doodelijk getroffen wor
den, geeft aanleiding om te over
wegen, wat het best is te doen als
een naderend onweer dreigt of
wanneer dit plotseling ons pver»
valt.
De electriciteit van de aarde
hoopt zich het sterkst op in ver»
schillende boven het aardop
pervlakte uitstekende deelen. Dit
kunnen dus ook menschen zijn. en
dit zal het meest voorkomen als
deze menschen zioh op een uitge
strekt vlak terrein b.v, op het land'
of op of hij het water bevinden,
Wordt men hier door een onwe-
der overvallen, dan is het 't best
om dadelijk zich languit op de
grond uit te strekken. Men moge
dan nat of vuil worden, dat is niet
zoo erg als de groote kans te loo-
pen door de bliksem getroffen t®
worden.
Beschutting zoeken onder alleen
staande hoornen of in alleen staan
de schuren, achter hekken of tegen
dijkhellingen is allergevaarlijkst.
Alles wat alleen staat en zich
hoog verheft moet zooveel mogelijk
vermeden worden.
In dicht struikgewas is men het
veiligst Men zegt, dat de hazelaar
nooit getroffen wordt. Wat de hoo
rnen betreft wordt beweerd, dat
eiken het allergevaarlijkst zijn, tér
wijl beuken zooals het onderzoek
leert niet vaak getroffen worden.
Spoortreinen of stoombooten
hebben heel weinig aantrekkings
kracht voor de bliksem. Maar mas
ten van booten zoo veel te meer en
daarom is het zaak deze te strijken
als een onweer nadert
Alles wat uitsteekt moet verwij
derd worden en men legge zich
languit in de boot of ga naar de
wal en ga daar languit liggen.
Dit is liet beste wat men doen
kan om de kans door de bliksem
geraakt te worden zooveel moge
lijk te ontgaan.
Handelsverkeer met Spanje
Vooruitbetaling Is riskant
Naar aanleiding van berichten, dat ver
schillende importeurs van Spaansche 'zuid
vruchten hun toekomstige betalingsverplich
tingen deels reeds thans, lang voor het Im
portseizoen, bij wijze van vooruitbetaling
voldoen, deels reeds thans daarvoor com
pensatie-transacties sluiten, hebben wij ons
te bevoegder plaatse om inlichtingen ge
wend, waar men onze aandacht vestigde op
de risico's, die aan dergelijke transacties
verbonden zijn.
Men wees op de mogelijkheid, dat indien
te zijner tijd inderdaad een clearing toj
stand moolit komen, dergelijke transacties
niet zouden kunnen worden erkend en dat
ontheffing van de verplichting tot betaling
in de clearing op grond yan voor de inwer
kingtreding van een eventueele clearing
gesloten overeenkomsten niet in overweging
zou kunnen worden genomen. In zoodanig
geval zou dus de mogelijkheid bestaan, dat
de invoer werd geweigerd, tenzij opnieuw
werd betaald.
Een jacht vloog In brand tusschen Mee en Toulon. Wegens Tiet gevaar besloot men het
lek te schieten. De afgeschoten kogels troffen: een woning op het strand, een hout
zagerij, de hoogspanningsleiding, terwijl een op het strand ontplofte en een paniek onder
badgasten veroorzaakte. Eindelijk trof ook een granaat tot groote verbazing van het
publiek het jacht. Kosten500.000 francs plus de kogels, plus het jacht.
Prins Boudewijn wordt op het station te Den Haag door Sabine en Jan Hein v. 'd. Mortel
naar de trein gebracht.
want "AKKERTJES" zijn 'n probaat,
snel werkend middel legen datgene
wal Uw uitstapje kan bederven,
zooals "zeeziekte", hoofdpijn door
de felle zon, over-vermoeidheid,
rheumalische-, spier- en zenuwpijn.
(Adv.)
UIT DE PERS
Rust en beheerschtheid
In „De Zakenwereld" van Zaterdag IS
Juli geeft Dr. E. J. Tobi een overzicht van
het Congres der Middenstanders te Delft
Wij nemen het slot over, omdat dit onzen
lezers wel belang zal inboezemen. Het
luidt als volgt:
De rest van ons congres-overzicht
moeten wij wijden aan de uitnemende
en op zoo rustige wijze voorgedragen
rede van den minister-president.
Ook van deze rede hebben de bladen
een min of meer uitvoerig verslag ge
bracht» zoodat wij bij den inhoud van
het gesprokene niet al te lang behoeven
stil te staan. Wij onderstrecpen slechts
de hoofdgedachten, n.l. het verkeerde
om te veel op de overheid te leunen en
de verwijzing naar de vorderingen, wel
ke de aanpassing hier te lande heeft
gemaakt, waarbij nog eens extra werd
gewezen op het nuttelooze van vat dr.
Colijn zoo teekenend noemde munt-cor-
rectie. Toevallig waren wij in de gele
genheid dezer dagen nog eens met Bel
gische middenstanders over de voor- en
nadeelen van devaluatie te spreken en
ook hierbij werd onze indruk weer be
vestigd, dat de Belgische middenstand
over de resultaten van de jongste deva
luatie daar te lande allerminst tevre
den is.
Wat de bladen echter niet vermeld
hebben en in een zakelijk verslag ook
moeilijk konden vermelden, was een in
druk van de rust en beheerschtheid,
waarmede deze rede werd voorgedragen.
Ook wanneer men zich niet tot de ge-
lijk-denkenden van den minister-presi
dent rekent, moet men bewondering
hebben voor de rustige wijze, waarop
deze staatsman zijn overtuiging voor
draagt en verdedigt, en het mag hier
wel worden gezegd, dat de groote meer
derheid van de congres-bezoekers hier
door zeer getroffen was. Het is voorwaar
niet alles, wanneer men op een leeftijd
als die van den premier en beladen met
zware verantwoordelijkheid, uit zijn
werkzaamheden moet breken om een
vergadering te gaan toespreken en men
mag zeker respect hebben voor het feit,
dat iemand, die daartoe op geenerlei
wijze gedwongen is, op dergelijken leef
tijd zich nog de lasten wil getroosten
van een bewind in eeii zoo moeilijken
tijd, waarin, zooals dr. Colijn terecht
zelf aangaf, elke maatregel bij sommi
gen ontevredenheid moet uitlokken. En
wat dan nog de meeste bewondering
ROFFELRIJMEN,
SPREKENDE CIJFERS
Senator S. de la Bella (s.d.)
stateerde begin Febr. 1936 ii
Berate Kamer: „Op het oogenbllk
gaan wjjver over de 500.000
werkloozen heen."
Minister Gelisaen zeide op 17 -Tuil
1936 in de Eerste Kamer: „Het
aantal werkloozen bedraagt thans
333.0000."
Dikwijls als'ik zit te knippen
Met mijn scherp geslepen schaar
En de rood gemerkte knipsels
In mijn knip-archief vergaar
Denk ik: zou de dag ooit komen
Dot je ze nog eens herleest
Is de tijd, daaraan gegeven
Geen verknoeide tijd geweest
Als je leest mat aan de aanhef
Van dit roffelrijmpje staat
Voel je. dat het doode knipsel
Somtijds schoon herleven gaat.
Dat het „afgelegde" cijfer
Als een levend element
Machtiger kan redevoeren
Dan het sprekendst argument
Wat een pluim voor de Regeering
Zit er in de groote val
Van het (altijd nog te groot) maar
Dalend werkloozengetall
Sprak Senator De la Bella
\Has nog van een half miljoen,
Thans reeds durft daar de Minister.
Ruim één-derde af te doen!.
Zal dat nu met vette cijfers
Komen in de roode krantf
't Wordt zorgvuldig weggemoffeld!
Wees daarvan verzekerd, want
Al wat tégen de Regeering
Bidt, wordt mateloos vergroot
Al wat vóór Colijn kan pleiten
Drukt men klein, of zwijgt men dood.
Anti-Revolutionairen
Doet van dag tot dag uw plicht:
Zorgt dat gij uw roode vrienden
Helpt, ook met dit straaltje licht
Legt de cijfers bloot op tafel,
Stelt ze voor het nuchter 'feit
Dat volkomen onderstreept wordt
Door de roode zwijgzaamheid,
(Nadruk verboden,LEO LENS
wekt is de rust, welke den minister
president kenmerkt en die niet alleen
bleek tijdens zijn rede, maar ook tijdens
het gemoedelijke praatje, dat na afloop
werd gehouden. De minister president
verklaarde tijdens dat gemoedelijke on
derhoud, dat het rooken voor hem bij
zijn moeilijk werk een groot genoegen
was. Uit zijn naaste omgeving werd
vaak op de medici aandrang uitgeoefend
hem tot wat minder rooken te bewegen,
maar het resultaat daarvan, zoo zeide
dr. Colijn, was slechts gering. Als
voor een moeilijk probleem sta, zoo ver
volgde hij, heb ik de gewoonte daarbij
een sigaar op te steken en aangezien ik
nu eenmaal voor vele moeilijke proble
men te staan kom, moet ik ook wel vele
sigaren opsteken!
CONSULAATWEZEN
De lfogyo Yonegaki Is erkend
als consul van Japan te Medan.
WC-£NSDAG 22 JULI
HILVERSUM I 1875 M. VARA-Uitzcndln*.
10.00 .v.m. .VPRO.. 8.00. Gram.pL 9.30
Kookipraatje. 10.00 Morgenwijding. 10.15
Causerie, gram.muziek, voordracht, orgel
spel en zang. 12.00 De Bohemians, 1.00
Gram.pl. 1.15 Concert door Fantasia. 1.45
Pauze. 2.00 Vervjlg concert. 2.30 Voor de
Vrouw. 3.00 Voor ie kinderen. 5.30 Gram,
pl. 6.25 Schaakoraatje, 6.30 Kamerrou-
ziek. 7.00 SportuitzendLig 7.15 De Kre
keltjes. 7.40 De Notenkrakers. 8.03 SOS-
berichten. 3.05 Berichten ANP, 8.15 Koor
concert, 8.30 interview 8.45 Vervolg
concert. 9.00 Radio-tooneel. 9.15 E. Walls'
orkest. 10.00 Berichten AN?. 10.05 Gram.
pl. 10.15 Schaakpraatje. 10,20 Viool ea
orgel. 11.0012.00 Gram.pl.
HILVERSUM n. 301 M. N'CRV.-UItzondin?
8.00 Schriftlezing. 8:159.30 Gram.pl.
10.30 Morgendienst te leiden dcor Ds. C.
van den Brink, te Lunitercn; 11.00
Openluchtmeeting der Geref. Jongelingen
en Meisjes op Terschelling (Om 12.00 Be
richten). 12.30 Gram.pL 12.45 Ensemble
Van der Horst en Gram.pl. 2.30 Chr. Da
meskoor „Euphonia" cn Meisjeskoor. 3 30
Chr. Lectuur, 4.00 Piano-recital. 5.00
Kinderuur. 6.00 Praatje over Haring door
Joh. A. Mulder, te Scheveningen. Daar
na Gram.pl. 6.30 Afgestaan, 7.00 Berich
ten. 7.15 Landbouwhalfuur. 7.45 Repor
tage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Orgelcon
cert. 8.45 Causerie „Kleine Misdadigers"
door Mr. M. Gh. de Jong, te Arnhem. 9.15
Chr. Radio-Koor, 9.30 Vervolg orgelcon
cert. 9.55 Berichten ANP. 10.00 Vervolg
koorconcert en Gram.pl. 10.3012.00
Gram.pl. Na afloop Schriftlezing.
DROITWICH 1500 M. 11.20 Orkest. 12.20
Orgelspel. 1.35 Populair concert. 2.35 Or
kest. 3.20 Piano-recital. 4.20 Vesper, 5.10
Sextet. 6.50 BBC-Milifcair-orkest en solist,
7.35 Gevar. concert. 9.10 Piano-recital,
10.20 Liedjes a. d. vleugel. 10.40 BBC-
orkest.
RADIO-PARIS 1648 M. 11.20 Orkestconcert,
2.50 Symphonieconcert. 5:50 Orkestcon
cert. 8.20 Zang. 11.05—12.35 Populair con
KEULEN 456 M. 8.20 Soldstenconcert. 9,20
Kwintet en Boerehkapel. 10.20 Orkest.
11.20 Populaire muziek. 12.20 Gevarieerd
concert. 3.20 Vocaal concert. 4.20 Orkest
en solisten. 6.20 Kamermuziek. 7.20 Blaas
concert.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 1.30 Om
roeporkest 5.20 Omroeporkest. 8.20 Ope-
rette-uitzendiing. 10.3011.20 Gram.pL ca
Declamatie.
484 M.: 12.50 Omroeporkest. 5.20 Concert,
8,20 Symphonaeooncert.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.30 Op*
retbemuziek m.m.v. orkest en solisten,
10.501.15 Populair concert
Gaat U op pels P
Vergeet dan toch vooral niet AMILDA»
zonnebruincrême mede te nemen. Deze voor,
komt pijnlijke zonnebrand en vervellen ei]
bevordert tevens een snelle, mooie huid
bruining, óók bij weinig of geen zon.
Flacon 90 ct. Tube 60 ct. Doos 50 en 25 cli
B. W. Okma t
Een vooraanstaande figuur heengegaan
Te Ypecolsga is in den ouderdom vafl
66 jaar overleden de heer B. W. Okma,
oud-lid van Gedep. Staten van Friesland.
In ons blad van gister deelden we dit reeds
in het kort mede. We geven thans nog en»
kele bijzonderheden uit het leven van wijlen
den heer Okma,
De heer Okma, die in 1898 op 28-jarigen
leeftijd zijn intrede deed voor de Chr.-Hist,
Unie in de Prov. Staten van Friesland, werd
in 1909 gekozen tot lid van Gedeputeerden,
van welk College hij tot .verleden jaar tos
deel heeft uitgemaakt.
De heer Okma heeft zich voor de pro vin»
cie Friesland zeer verdienstelijkgemaakt.
Toen in 1914 besloten werd het boezempeiï
«enige centimeters te verhoogen, werden tal
van waterschappen opgericht, waarbij d®
heer Okma de provincie vertegenwoordigde,
Dank zij zijn groote tact werden met goed»
keuring van de meerderheid der ingelanden
niet minder dan 200 waterschappen gesticht,
Van tal van commissies uit Ged. Staten
maakte hij deel uit. Ook was hij bestuurslid
van verschillende vereenigingen en corpo»
raties, o.a. van het Chr. Krankzinnigenge»
sticht Dennenoord te Zuidlaren. Hij was lid
van den Zuiderzeeraad en van de commissie
voor de uitgifte van Zuiderzeegronden ert
die van toezicht op de Rijkslandbouwwintor»
school te Leeuwarden.
De overledene was ridder in de orde vad
den Nederlandschen Leeuw.
De begrafenis vindt plaats Woensdag a.s,
te Woudsend (Fr.),
Feuilleton
(SJ
door H. KINGMANS
Het geschut, er waren kanonnen bij, die door drie en twintig
paarden werden getrokken, werd namelijk over water vervoerd.
Het was te Dordrecht ingeladen en door de binnenwateren ge
varen naar Kampen.
Na afloop van het défilé keerden de mannen naar het
kampement terug, wachtend op de order voor den afmarsch:
over de Vecht op Koevorden aan; Koevorden, dat reeds maan
den door Verdugo vruchteloos werd belegerd en dat ontzet
moest worden. Vermoedelijk zou de order, om op te breken nog
eenige dagen uitblijven, daar het groot aantal pramen en
andere platboomde vaartuigen, dat gelijk met het leger de
Vecht zou opvaren, nog niet gearriveerd was.
In dc ruime tent zaten eenige officieren Aan het Friesche
regiment druk te gezelsen. Onder hen was Munco Ketel, die vol
gedachten aan zijn baard trok.
Hij was afwezig, want in zijn gedachten vertoefde hij in de
kleine woning in de Gelkingestraat te Groningen, waar men
nu wel zoo langzamerhand te weten zou komen, dat het ernst
geworden was: de geheele Staatsche legermacht, uitgezonderd
enkele kleine afdeelingen, die de Zuiderfrontieren hadden te
bewaken, zou naar Groningen oprukken, met het vaste voor
nemen de stad aan de Unie te reduceeren. Maar dan -moest
eerst met Verdugo afgerekend worden, die vóór Koevorden lag'.
Sinds Munco Ketel, vermomd als zwerver, zwemmende in
Groningen was gekomen, om de stad in de karos van burge
meester Jarges, den vurigen Spanjool, aan de zijde van staös-
schrijver Julsing weer te verlaten, waren vier jaren verloopen.
Vier jaren van veel bedrijvigheid. Als in een kulcidoscoop gingen
de vele beelden aan zijn geestesoog voorbij.
Er was veel geschied. Er was, voor hem persoonlijk en ook
voor den door hem zoo vereerden Graaf .Willem Lodewijk, ook
teleurstelling geweest.
De zoo geslaagds verrassing van Breda ïn' 1590 had 'de
veerkracht doen oplaaien, te meer, omdat Parma met het
grootste deel van zijn leger op bevel van zijn Koning naar
Frankrijk werd gezonden, om daar tegen zijn zin oorlog te
voeren. De dringende raad van Willem Lodewijk van Nassau
werd door de Staten opgevolgd: er zou aanvallenderwijs worden
opgetreden.
In den winter van '90 en '91 werden de voorbereidingen
getroffen en in Mei van laatstgenoemd jaar trok een groote
krijgsmacht op, onder bevel van Maurits en Willem Lodewijk,
wiens regiment ook tot de onderneming behoorde, zoodat Munco
Ketel den veldtocht medemaakte. Een veldtocht vol van
glorie. Want Zutfen en Deventer werden veroverd, waarna het
leger optrok naar het Noorden, om via Meppel, naar Groningen
te tijgen.
Vol goeden moed en met hoop in het hart was Munco, 'die
niet anders verwachtte, of Groningen zou toen worden aange
tast. De voorteekenen waren gunstig: Verdugo lag met het
grootste deel van zijn leger in Koevorden. Men zou hem rechte»
laten liggen.
Efe slimme bevelhebber, die met argusoogen de bewegingen
der tegenstanders bespieden liet, was den beiden graven echter
voor en wierp zich, daar hem meer aan Groningen dan aan
Koevorden gelegen was, ijlings met 1500 man in de voorstad
van Groningen.
Maurits en Willem Lodewijk, vertoevend met hun leger in
Helpman, onder den rook van Groningen, durfden niet toe
tasten, voor een deel met het oog op de versterkte bezetting,
voor een ander deel wegens nijpend gebrek aan levers'
middelen.
Het Staatsche leger 'trok af, zonder 'dal een "schol was
even teleurgesteld was: „We komen er op Gods tijd in, hopman
Ketel" had hem weer veerkracht gegeven. Het eenig bereikte
resultaat was de inname van Delfzijl en het veroveren yan
enkele schansen in de nabijheid vun Groningen.
Naar Steenwijk trok het Statenleger, om de toegangspoort
tot Friesland te veroveren. Maar Parma, beducht voor Maurits'
krijgsbedrijven, snelde toe en bedreigde het belangrijke fort
Knodsënburg tegenover Nijmegen, welke stad nog Spaansch
was.
Onmiddellijk werd het Noorden verlaten, 'daar er in het
Zuiden meer dan voldoende werk aan den winkel was. Naar
later bleek voor twee jaren.
Toch werd Groningen niet vergeten. Na de verovering van
Hulst en Nijmegen, het laatste feit had het Friesche regiment
meegemaakt, en na het terugslaan van Parma, die oud,
ziekelijk en terneergeslagen begon te worden, liep het jaar
getijde te ver heen, om aan een nieuwen aanval in het
Noorden te denken. Maar het volgend jaar bleek, dat dc
gedachte daaraan niet was opgegeven.
Het werd een wedstrijd tusschen de verschillende gewesten
over de vraag, waar men het zoo goed begonnen werk zou
voortzetten: in 't Noorden door een aanval op Groningen,
Steenwijk en Koevorden, waartoe Friesland, Gelderland cn
Overijssel, als de meest belanghebbenden, aanzetten; of op het
voor dé veiligheid van Holland en Zeeland zoo gewichtige
Geertruidenberg, waartoe vooral Holland dreef.
De kans op meerdere hulp van Friesland deed de schaal voor
1592 tenminste ten voordeele van het Noorden overslaan.
Na een schitterend beleg van zeven weken, waarbij de
Spanjaard uit de vesting als het ware gegraven werd, was
Steenwijk veroverd.
Er was toen naijver ontslaan tusschen' de gewesten.
Holland, beheerscht door koopmanspolitiek, wcnschte de beias
jonge veldheeren te remmen, beducht, dit de oorlog te veel
kostep zou. Friesland beschuldigde Holland, de verovering van
Groningen tegen te werken, omdat de macht yan dat gewesl
in het Noorden dan te groot worden zou.
Hot was een heftig geschil, waarvan 'de terugslag ïn hel
leger merkbaar was. Er werd tenminste druk over gesprok3rt
en de officieren wisten te vertellen, dat ondergrondsche machten
bezig waren, de beide jonge veldheeren tegen elkaar in hel
harnas te jagen. Maurits werd gewaarschuwd tegen het drijven
van Willem Lodewijk. Maar de vriendschap van die beiden was
te hecht, dan dat zij ondergraven worden kon. Op aandrang
van Willem Lodewijk verklaarde Maurits zich voor het beleg
van Koevorden, Verdugo's wapenplaats. Wel verzette Gelderland
zich, dat liever Groenlo en Overijsselsche vestingen bemachtigd
zag, maar de dreiging van Friesland, dat dit gewest anders alle
troepen zou terugtrekken, gaf den doorslag voor Koevorden.
Het jaar 1592 zag de wapenfeiten in Drente. Na een zesr
moeilijk beleg viel, tot wanhoop van Verdugo, de sterke vestiig
gelost. Munco Ketel, starend naar den slanken St. Marter.storen
wiens carillon hem als het ware een welkom had toegeroepep,
reed mede Zuidwaarts met een ontmoedigd en terneergeslagen
hart. En alleen de opmerking van Willem Lodewijk, die al
Koevorden. Tevergeefs had hij getracht, het stadie te ontzetten.
Weer vertoonden de Staatsche troepen zich tot onder de
muren van Groningen, dat steeds meer geisoleerd kwam te
liggen.
De hoofdmacht 'van Het Staatsche leger was toen naar hot
Zuiden getrokken, waar Geertruidenberg belegerd werd. Dat na
drie maanden viel.
Munco had dat ook zeer moeilijke beleg niet meegemaakt,
daar het Friesche regiment in het Noorden as gebleven, waar
het opereerde in Westerwolde, maar veel werd niet bereikt,
want uit Twente snelde een behoorlijke Spaansche macht
Verdugo te hulp. Deze laatste hield den ganschen zomer zijn
hoofdkwartier in Groningen, de omgeving in wijden omtrek
plunderend en brandschattend,
(Wordt vervolgd)'.