Industriefinanciering goedgekeurd DUIZENDEN VROUWEN MET DE MARINE OP ZEE •D AGER A A D ZATERDAG 18 JULI 1936 DERDE BLAD PAG. 9 Eerste Kamer Afstand van het Paleis te 'Amsterdam aan den Staat Bouw van nieuw Raadhuis in de hoofdstad Vergadering van 17 Juli 1936 Overzicht In de Tweede Kamer is op 7 Mei j.l. het wetsontwerp tot oprichting van een N.V. Maatschappij voor Industrie-financierinig z.h.s. aangenomen; slechts de communisten cn de heer Sneevliet verzetten er zich tegen bij a'anteekening. In onzen Senaat bleek gistermiddag de verhouding eenigszins anders te liggen. Daar manifesteerde het verzet zich ten slot te in het tegenstemmen van de drie aan wezige liberalen, gesecondeerd door de Chr. hist, de Gijselaar, v. d. Hoeven en ter Haar. Door het mede tegenstemmen van de N.S.B.- fractie verhoogde dit half dozijn tot acht opposanten. Maar dat is niet het eenige verschil. Bij de behandeling in de Tweede Kamer heeft de R. K. groep de gelegenheid aange grepen om te doen blijken van haar be weerd fundamenteel meeningsverschil met de Regeering in zake de economische poli tiek. De heeren, die toen aan het woord ■waren, zagen veel grooter mogelijkheden dan de Regeering en dan de minister, die "■Moch als de incarnatie mag worden gezien 5qvan het industrialisatiestreven. Niemand 5#8legt hern daarbij een stroobreed in den weg Noch de minister-president, noch de minis ter van Financiën, gelijk men dezer dagen weer eens in een leugenachtige suggestie m zekere zijde deed doorschemeren. In de Eerste Kamer is van dat alles niets te bespeuren geweest. Slechts bezadigde, Voorzichtige instemming kwam van R. K. zijde aan het woord met de plannen van minister Gelissen, bij wien duidelijk valt op te merken, dat zijn ministerschap hem ook wat de industrialisatie betreft veel ge leerd heeft. Daden zijn nu eenmaal heel wat moeilijker dan theoretische bespiegelingen opzetten en boute taal spreken. Heeft niet nog deze week de R. K. sena tor de Bruyn als voorzitter van het R. K. Werkliedenverbond zijn „scherp requisi toir" over het regeeringsbeleid gehouden? Ilij heeft daarin in den concurrentiestrijd tegen de soc.-dem. de eene onredelijk heid op de andere gestapeld en zag door zijn beslagen bril niets dan „jammerlijke mis lukking" De heer De Bruyn had nu zijn mannetje kunnen vinden. Heeft hij zijn onverantwoordelijke critiek, uitgesproken op een plaats, waar hij niet werd tegengesproken of ter verantwoording kon worden geroepen, gisteren tegenover den minister herhaald? Hij heeft gezwegen. Niet de Bruyn sprak, aaarBlomjous! Eerstgenoemde is Voorstander van het met losse hand uitge ven van de millioenen, die de overheid eerst nog leenen moet; de heer Blomjous daar entegen waarschuwt voor onberaden stap- /'pen, zulks in den geest van den minister, die gaarne handelen wil, maar dan pro ductief en voor zoover de verhoudingen er ,oe in staat stellen. Op de mogelijkheden legt hij steeds weer ïn nadruk omdat het hem ten volle bekent is, dat van de industrieele plannen nauwe lijks 20 percent serieus is te nemen en dat Je levensvatbare mogelijkheden o zoo be scheiden zijn. Dat heeft de practijk hem ge leerd. En evenals bij het Werkfonds zijn ook bij de industrie-financiering vele projec ■'ten zeer onvoldoende voorbereid. Het zegt jeu wel iets als van 400 plannen er meer dan ^eï300 moesten worden afgewezen, waarbij er Ptfll van dien aard waren, dat ze werden in- of_d getrokken of vervielen. Dat is de practijk en arbeidersleiders als 'de heer de Bruyn zouden goed doen nu eindelijk maar eens te vertellen, dat zij 6teeds de mogelijkheden tot sociaal-econo- misohe verbeteringen in dezen tijd, welke floijöe overheid in de hand zou hebben, als veel :e groot hebben voorgesteld en dat ook zij ie arbeidsloonen willen aanpassen en ver lagen, maar door het indirecte middel der 0_davaluatie, de ramp, waardoor de Belgische arbeiders zoo diep getroffen zijn, dat zij tot revolutionaire daden gekomen zijn om in iiun sociale, economische en financieele el lende naar eenige verbetering te streven. Zooals we zeiden: de afbrekende, ontmoe- iigende en onrechtvaardige critiek heeft ^yich in de Eerste Kamer niet doen hooren Wij leiden daaruit af, dat ze vrijwel uit- sluitend moet dienen voor gebruik in eigen wit kring, waar de geesten sinds enkele jaren op gevaarlijke wijze geprikkeld zijn en ve en onjuist ingelicht werden over het beleid der Regeering en de mogelijkheden, welke jioi daarin schuilen ter bestrijding van de ramp der werkloosheid. Dat we niettemin vorderen, is buiten kijf. J.8 Het is nog niet zoo lang geleden, dat in dit Iverband perspectivisch steeds het cijfer 600.000 genoemd werd. De minister kan thans spreken van 333.000. Het is nog veel, veel te veel, maar we vorderen toch in ons land met zijn betrekkelijk bescheiden moge lijkheden, wegens gebrek aan grondstoffen, maar met zijn hoog sociaal levensniveau, waardoor althans de gesteunde het beter heeft, dan de zwoeger van 's morgéns vroeg tot 's avonds elders, b.-v. over onze zuide lijke grenzen, die moest vechten om een loon van f 10 per weck af te dwingen. Nu de afbrekende critiek in alle talen zweeg, was hei voor den minister niet moei lijk om kort de gemaakte opmerkingen te beantwoorden. Veel nieuws hoorden we uit den aard der zaak niet. Veel was er bij, dat we voor twee maanden eveneens gehoord hebben en het college over kort en lang geld, over de posito- en crediet'banken, geleek als twee druppels water op dat hetwelk indertijd in de andere Kamer ten beste werd gegeven. Dat do minister enkele scheeve argumen ten recht zette, viel van hem te verwach ten. Zijn zin voor realiteit noopt hem alle onvruchtbaar getheoretiseer en klinkende maar holle rethorick af te wijzen. Zooals gezegd: slechts 8 stemmen keerden zich tegen het wetsontwerp. Gaarne hopen we, dat het goede vruch ten zal afwerpen en dat te eeniger tij 1 's ministers wensch vervuld worde, dat de maatschappij zelf de overheidsbemoeiing met de industriefinanciering zal overnemen. Kort is nog gesproken over het Paleis- Raadhuis ontwerp, dat voor goed het Pa leis op den Dam tot bezit van den Staat maakt en Amsterdam met 10 millioen helpt, om een nieuw stadhuis te bouwen, nu het oude meesterwerk van Jacob van Campen definitief een andere bestemming krijgt Prof. v. Embden plengde een traan, om dat hij een schoonen Amsterdamschen droom voor goed in rook zag opgaan. Z.h.s. ging het wetsontwerp onder den hamer "door. Tot 28 Juli is de Kamer huistoe. Verslag oprichting van de Industriefinancieringsmaatschappij arbeidskrachten door de mechanl- OO.I.IU ver mindert Ons bedrijfsleven worde niet afhankelijk ge steld van de systeemlooze wüze van onderhan delen van de Regeering bij de afsluiting van ►"•-delsaccoorde- •»•'-- J •-* neer zij voortgaat onze nijverheid op aan het buitenland, door invoer van vreemde producten toe te staan? ^^erhooglng van invoerrechten ls dringend. Men zfl voorzichtig bij de toepassing t nrti.Qtrir.fjnarictej.ing en houde rek bU het Werkfonds opgec Ige gevallen in plaats va.. ruiming, werkverschuiving werd verkregen. De heer DE MARCHANT ET d'ANSEMBOURG (n.s.b.) heeft bezwaar tegen het voornemen van den minister om ln alle provincies techno- logisoh-economische Instituten te vestigen. On derlinge concurrentie van deze instituten ls niet denkbeeldig, blijkens, de ervaring In Dim- burg opgedaan. Principieel© bezwaren heeft spr. tegen dustrieën aan het particulier i iatief ov. De heer WERKER (v.d.) had bezwaren, om dat niet vaststaat, dat de Industriefinanciering een tijdelijke maatregel ls. Crediet zal worden verleend, wanneer een redelijke basis voor ren tabiliteit aanwezig is. Wat is een redelijke basis? Men vergete niet. dat met staatsgeld gewerkt wordt, dat de belastingbetalers moe ten opbrengen. Het pad. dat men thans door den nood der tUden Inslaat. Is niet zonder peri kelen. Men verlate dit pad bij opleving van 't bedrijfsleven zoo spoedig mogelijk. die anders opzien tegen de 4 critieke dagen, vreezen ze niet moer, dank zij een planta ardig middel, COsS uitwendig aan te wenden, HELPT ONMIDDELLIJK I I i Origineele flac. 75 c. Proefflac. 15 c. -> Bij Apotheken en Drogisterijen Import: H. TEN HERKEL, Hilversum, die U op verzoek gratis en franco brochure over COS toezendt. Laat Uw rets niet bederven neemt COS mee Zoo bruin cn kerngezond kunt U er ook uitzienI Een prachtige, sportief bruine teint, die beschermt tegen vervellen en zonnebrand, krijgt U door Amilda-zonnebruin- crême, ook bij weinig of geen zon. Alleen deze crime bevat pigmentol. die door de inwerking van de lucht Uw huid bruin doet worden. J wijst allereerst op het groote belang de Industrie- voor ons land. Van onze arbeider "i pet bij industrieele ondernemingen be De bedrijfswinsten zijn de laagte drie jaren gestegen en de werkloosheid is be langrijk verminderd. Het aantal werkloozen bedraagt thans 333.000. ^Industrialisatie Is noodzakelijk. De vestiging /an nieuwe industrieën behoort ook naar de i'an dc? m,ni8ter aan he* Particulier initiatief te worden overgelaten, als het zonder staatshulp kan. Do staat treedt hier subsidiair op, opdat In dezen tijd de gunstigst mogelijke voorwaarden worden geschapen voor nieuwe, levensvatbare bedrijven. BU de afsluiting van handelsverdragen moet e Regeerine rekenina- honden mot Ho de Regeering rekening houdt... uc van het geheele bedrüfsleven, met Industrie, landbouw, scheepvaart, enz. We hebben het daarby cn dat verloor de heer Blomjous wel wat uit het oog niet P"1"- «o». We kunnen niet zonder rekening houdei ischen. Daai nc. nven mining van ae werkgelegenheii alleen door protectlemaatregelen kunnen wor den verkregen dan zal de minister Indlei de algemoene belangen daardoor niet worden inlot aarzelen de noodige voorstel- Het zoeken van nieuwe markten zal worden gesteund. Daartoe dient de economische voor lichtingsdienst, die ruimschoots overleg pleegt met daarvoor ln aanmerking komende organen en Instellingen. Voor dit doel zal ook het con sulaire corps in het buitenland worden ver sterkt De conjunctuurstudie zal verder worden geïntensiveerd. Technische voorlichting heeft de volle aan dacht In Limburg zün reeds enkele nieuwe industrieën naustrieën ontstaan. Dat de Industrie zich zoo weinig beroept op de bestaande wetgeving 1->- rlng van ondernemerso rfo cmViul,! ,r.„ Regtc mg,. ïtbare Industrieën -iiieuwe jevens vat Dare industrieën moeten er ;omcn, maar het bestaande mag daarbU niet ./orden geschaad. In dit verband zal de Vesti gingswet moeten dienen. Voor exportcredleten zUn onderhandelin gen gaande tusschen de Regeerlng en ban kiers. Het aangeboden wetsontwerp moet men nie als iets geweldigs beschouwen. Maar waa mogelijk zal er gebruik van worden gemaakt Voor kort crediet behoeven we ln ons bai wezen geen verandering te brengen. Wel ls behoete aan geld op langen termijn; speciaal geldt dat de klem-Industrie. Voor de groot bedrb'ven zorgen de banken wel. Dat ls goed, mits zü. voor zoover ze zelf moeten financie ren. het doen van egien geld en niet van dat van derden. In dit laatste geval brengen eigen liquiditeit ln gevaar. Indiër, banken, die beschikken over kort geld zich niet tot het verleenen van lange credleten leenen, zullen we niet spoedig van „stroppen- banken" behoeven te spreken. Het buitenland heeft ons op dit punt veel te leeren gegeven Liever had de minister gezien, dat particu lieren het Initiatief hadden genomen voor In dustriefinanciering. Het Initiatief ls er lntus- schen wel geweest, maar niet geslaagd. Ook ln Nederland ls er behoefte aan Indus triefinanciering, ln de perste plaats voor he bestaande, daarna voor het nieuwe. Van veb zijden, uit de Industrie en uit de bankwereld. Is daar op gewezen. Ook de ervaring, met het Werkfonds wUst in dezelfde richting. Tot kort was voor 22 industrieën 3 millioen crediet gegeven en voor den scheepsbouw 13 millioen. De minister hoopt, dat op den duur par ticulieren de industrie-financiering van de Regeering zullen overnemen. Indien deze niet tot „stroppen" blijkt te leiden. Nu de Regeering zooveel geld voor dit doel beschikbaar stelt, wil ze in de flnancierings* maatschappu ook veel te zeggen hebben. Het wetsontwerp werd goedgekeurd met 24 tegen 8 stemmen. Tegen: de 3 aanwezige liberalen cn de c.ta. heeren Ter Haar, de GUselaar en v. d. Hoeven en de beide N.S.B-ers. De Barometer stijgt na stormachtige dagen Een aanval op het zeegat van de Westerschelde (Van een specialen verslaggever) 'Aan boord Hr. Ms. Gelderland, 16 Juli 1936. Vandaag beleven wij de „nadeining" van gisteren. Dat komt hierop neer, dat de schuit nog vrij aardig schommelt. Overigens is het bijna den gelieelen dag mooi en zonnig weer geweest. Vanochtend vroeg stoomden wij langs de Belgische kust en zagen Oostende, Z$e- brugge en Knocke liggen. Er zijn drie ma nieren om van de Vlissingsche recde op zee uit te komen. Hr. Ms. Gelderland koos de Wielingen als vaargeul en bereikte om streeks 12 uur het lichtschip Noord-Hinder, tegelijk met de Hertog Hendrik cn de beide G- en Z-booten, die langs een andere geul zee hebben gekozen. De formatie van het roode verband was dus om twaalf uur aangenomen, waarna de oefeningen een aanvang konden nemen. De zee, die vanochtend een lichtgroene tint vertoonde, was omstreeks het middag uur diep blauw gekleurd, zooals op een stereotiepe prentbriefkaart van een Itali- aansch meer. Aanvankelijk was de lucht zwaar bewolkt. Later klaarde het op en toen eenmaal de zon was doorgebroken, trokken de wolken weg en werd de lucht blauw» De algemeene opzet van de oefeningen van hedenmiddag is het forceeren van het zeegat van de Westerschelde door het roode verband. Blauw,, dat bij gevolg, met de verdediging van de drie vaargeulen (Oostgat, Deurlo en Wielingen), welke van zee naar de reede van Vlissingen voeren, belast is, bestaat uit de Friso, de Douwe, Aukes en de Hydra, die pantserbooten voorstellen, een divisie mijnenvegers, drie militaire kustwachtpos- ten en twee landmachtbatterijen (Dishoeck en Vlissingen). Een rood mijnenveld be vindt zich tusschen de brulboei van Thorn ton bank en het lichtschip Wandelaar (3o o mijl tot 2 mijl om de west) en dient om het uitloopen van blauw te be moeilijken. De tegenpartij heeft de toegangs wegen van Vlissingen met mijnen afgeslo ten. Rood is althans van déze veronderstel ling uitgegaan. Een cardinaal punt in den aanval van rood was het passeeren van het onder com mando Zeeland staande fort Dishoeck, zon der blootgesteld te worden aan een aanval van do daar opgestelde batterij. Een der Z-booten heeft, toen de kust van Walcheren in het zicht kwam, een nevelgordijn gelegd voor de plaats, waar de batterij is opgesteld. De doeltreffendheid van dezen maatregel is op het oogenblik nog niet te beoordeelen. De commandant der marine, schout-bij-nacht Kruys heeft langs radiografischen weg den commandant van de batterij Dishoeck om rapport gevraagd. Nu alle gegevens binnen zijn, is bekend geworden, dat Blauw stelling had genomen bij de verkenningston van de Deurlo en er geslaagd is met behulp van nevelscher- ien Vlissingen te bereiken. Voorafgegaan door torpedobooten met paravanes, heeft de roode scheepsmacht ge tracht de Wielingen te forceeren. Het is één van de roode torpedobooten inderdaad gelukt een nevelscherm voor de batterij van het fort Dishoeck te leg gen. Een blauwe pantserboot heeft suc ces gehad met een aanval op de roode torpedoboot en deze vernietigd. Roode kruisers hebben toen de blauwe pant serboot vernietigd. De Hertog Hendrik is volkomen vernietigd bij het passee ren van de door blauw opgeworpen mijnenversperring. De Gelderland werd bij deze gelegenheid zwaar beschadigd. De Gelderland heeft de ond«»rp""-';"'r toen stop gezet. Morgenochtend vroeg gaan wij terug naar het lichtschip Noord-Hinder. Vannacht blijven wij op de reede van Vlissingen. Een wijziging van de wet op de openbare vervoermiddelen passeerde z.h.et. Palels—Raadhuis Tenslotte was aan de orde het wetsontwerp tot goedkeuring van de overeenkomst houdende afstand om niet, door de gem. Amsterdam aan den Staat, van het Koninklijk Palels aan den Dam te Amsterdam, en ultkeerlng door den Staat aan de gem. Amsterdam van een bedrag, groot 10 millioen gulden, voor den bouw van een nieuw raadhuis. Met algemeene stemmen werd het wets ontwerp goedgekeurd. De De secretaris gearresteerd Naar wij vernemen is de heer L.. secre taris van het plaatselijke crisis-comité te Vlissingen, gearresteerd, in verband met de reeds gesignaleerde onregelmatig heden bij dat comité. Na een uitvoerig ver hoor is hij voor den officier van Justitie te Middelburg geleid. De gearresteerde moet ten eigen behoeve gebruik hebben gemaakt van goederen uit het magazijn van het plaatselijk crisis-comité, terwijl hij verder zou hebben toegestaan, dat aan een ander persoon goederen uit het magazijn zijn ver strekt, hoewel deze persoon niet te Vlissin gen woonachtig is. BLOEMENDAAL 245.9 M. Uitzending van Kerkdiensten uit de Geref. Kerk. Voor ganger Ds. Joh. C. Brussaard. 10.00 v.m. Tekst: Efeze 6 17a: „De helm der zaligheid". Voorbereiding H. Avond maal. 5.00 nm. Heidelberger Cath. Zondag 44. MAANDAG 20 JULI HILVERSUM I 1875 M. Algcm. Programma, verzorgd door de VARA. 8.00 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.15 Voor dracht. 10.35 Gram.pl. 11.00 Vervolg voor dracht. 11.20 Viool en orgel. 12.00 „De Notenkrakers". 12.45 Gram.pl. 1.00 E. Walis en zijn orkest. 1.301.45 Gram.pl. 2.00 Gram.pl. 3.00 Voordracht. 3.30 „De Flierefluiters" en solist. 4.15 Gram.pl. 4.30 Voor de kinderen. 5.00 Concert „Or- vitropia". 6.00 Gram.pl. 6.15 Schaak praatje. 6.20 Gram.pl. 6.30 Muz. causerie. 7.10 Lezing. 7.30 VARA-orkest. 8.00 SOS- ber., ber. A.N.P. 8.10 Gram.pl. 8.50 Ra- diotooneel. 9.15 „De Bohemians". 10.00 Nieuwsberichten A.N.P. 10.05 Zang en orgel. 10.15 Concert „Fantasia". 11.00 12.00 Gram.pl. HILVERSUM H 301 M. NCRV-Uitzending. 8.00 Schriftlezing. 8.159.30 Gram.pl. 10.30 Morgendienst te leiden door Ds. J. Goslinga, Ned. Herv. Predikant te Utrecht. 11.00 Chr. Lectuur. 11.30—12.00 en 12.15 Gram.pl. 12.30 Orgelconcert. 2.00 Gram.pl. 2.35 Tuinbouwpraatje. 3.15— 3.45 Gram.pl. 4.00 Bijbellezing door Ds» B. Ramaker, legerpredikant te Bilthoven. 5.00 Viool en piano. 6.00 Gram.pl. 6.30 Vragenuur. 7.00 Berichten. 7.15 Vragen uur. 7.45 Reportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 NCRV-Harmonieorkest. 9.00 Lucht vaart-causerie door M. J. H. Rosman te Rotterdam. 9.30 Vervolg concert. 10.00 Be richten en graimpl. 10.3011.30 Gram.pl, Na afloop: Schriftlezing. DROITWICH 1500 M. 12.50 Sted. Orkest van Whitby. 1.35 Orgelconcert. 2.50 Piano recital. 3.20 Kwintet. 5.05 Orkest en solist» 5.35 Cellini-trio en soliste. 6.50 E. Pini's orkest. 7.35 BBC-Mannenkoor. 9.20 Viool recital. 10.35 BBC-orkest en solist. RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Orkestconcert» 4.20 Orkestconcert. 5.50 Orkestconcert 9.05 Orkestconcert. 11.5012.35 Populair concert KEULEN 456 M. 6.20 SS-orkest. 8.20 F. Kauffmanns orkest en boerenkapel. 9.20 Populaire muziek. 10.20 Hans Bunds orkest en solisten. 12.20 Omroep- en om- roepkleinorkest. 2.20 Gevar. concert. 5.20 Orkest. 6.50 Piano-recital. 7.20 Blaascon- cert. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Salon orkest. 1.30 Klein-orkest. 5.20 Klein- orkest. 8.20 Symphonie-concert. 484 M.: 12.50 Klein-orkest. 1.30 Salon orkest. 5.20 Omroeporkest. 6.35 Triocon- cert 9.35 Omroeporkest. Feuilleton «i Boor H. KINGMANS rad uDat zal ik niet 'doen, moeder. 'Als het kan, zooals Hilligje Haareven zeide, dan blijf ik hier een week verborgen." Het werd dien avond eenige uren later dan gewoonlijk. Munco vertelde uit zijn leven der vervlogen negen jaren en liet duidelijk faj ilijken, welk een vereering hij Graaf .Willem Lode wijk van Nc Nassau toedroeg. „Zoo 'n eenvoudige man, moeaer. En een vorst, die den Heere maJvreest Wee een soldaat, die in zijn nabijheid vloekt! Er deugt ;ndieel veel niet onder de soldaten. Er is veel sch iim in de troep. dilcjMaar de Graaf heeft al veel verbeterd. Zonder predikanten mag isahet leger niet zijn. En moeder had daareven gelijk, de GraaJ is verbazend voorzichtig en bedachtzaam. Van Prins Maurits zegt iic rien het pok, maar van den Graaf weet ik het zeker. „Zoo God ib' het wil, met eer" is zijn lijfspreuk en daar houdt hij zich aan. yEen ruw woord heb ik nrg nooit uit zijn mond gehoord. Zijn i leven is voorbeeldig, moeder. Er valt niets op aan te merken. "Sen bandelooze troep wil hij van de soldaten niet zien. Gemakke lijk is het niet gegaan, maar er is tucht in het leger gekomen. Ik hoop, dat moeder hem nog eens mag zien. Zijn vurig ver hangen is, om Groningen te veroveren." „Op Gods tijd zal het geschieden, Munco." ,nt Reeds vroeg den volgenden morgen spoedde Hilligje zich" naar ooïSibrig, om haar het verrassende nieuws te brengen. En deze plaatste liet haar gezin in 'den steek, droeg de zorg voor de ke. kinderen aan haar man over en haastte zich met haar schoon- zuster, die Haar geheel op 'de hoogte had gebracht, naar de om den doodgewaanden broeder te begroeten, die freer vertellen, vertellen moest, In den loop van den dag verscheen Aart Sebensz, een wakkere borst, die met groote ingenomenheid kennis maakte met den zwager, over wien hij zooveel had gehoord. Munco liet er geen gras over groeien, Öoch deelde mede, waartoe hij in Groningen was gekomen en welke zijn plannen waren. „Invloedrijke lieden, die tot de onzen behooren?" 'Aart zette een bedenkelijk gezicht ,,'k Zou ze niet kennen, kerel. Allen zijn toen óf gevlucht óf gevangen genomen en verbannen. Dat was vóór ik in Groningen was, maar 't is mij verteld. Enkele vluchtelingen zijn teruggekeerd, maar die hebben geen invloed. Wij hebben hier niets in te brengen, mogen alleen dankbaar zijn, dat de Jezuïeten, die hier regeeren, ons met rust laten." „Als er zulke menschen niet zijn, moet ik op een andere manier zooveel mogelijk zien te weten te komen. Hilligje vertelde mij al, dat de meesten van het Spaansche bewind niets moeten hebben. Is dat waar?" Aart Sebensz. deelde mede, dat 'de algemeene geest 'der bevolking meer Roomsch- dan Spaanschgezind was. De Gereformeerde predikanten waren in '81 gevlucht. Er was geen kans op, dat er één in de stad kwam. Het was geprobeerd maar reeds twee dagen later had de dominé uit Emden hals over kop moeten vluchten. Er werd nauwkeurig op gelet, of er ook samenkomsten van ketters werden gehouden. Tengevolge daarvan waren velen, vooral onder de gewone menschen, in schijn of in werkelijkheid tot den Roomschen godsdienst teruggekèerd. „Je kunt gerust zeggen, dat heel Groningen Roomsch is", merkte Aart op. „We hebben vrienden, maar die zinken in het niet bij de massa." ,$fe Graaf Van Nassau meent, dat er wel burgers zijn, die 'de stad gaarne aan de Staatsche zijde zouden zijn.'", peilde Munco. „Het is best mogelijk, dat zij er zijn. Velen hebben vrienden en verwanten onder de bannelingen. Maar zij geven zich niet bloot, omdat zij bang voor de gevolgen zijn. Ik ken er ten minste niet één, die ik bepaald zou kunnen tanwijzen." „Maar van het Spaansch bewind moet Groningen toch niet yeel hebben?" Dat moest Aart Sebensz. toegeven. Men had de hardheid en 'de kostbaarheid van het Spaansche juk leeren kennen. De uitputting, waaraan Stad en Lande leden was een gevolg van het harde Spaansche gezag. „Laat men het dan eens met het Staatsche gezag probeeren", lachte Munco. Ja, daarvoor huiverde men nu juist terug. Wel stond Staats gezind tegenover Spaanschgezind, maiar het eerste achtte men onvereenigbaar met Roomschgezind. „En de Magistraat?" „We hebben pas vier nieuwe burgemeesters, 'die voor vijf jaar benoemd zijn. Lewe, Jarges, Ulger en Eelts. Alle vier goed Roomsch. Anders waren zij niet burgemeester geworden. Of ze alle bepaald Spaanschgezind zijn geloof ik niet»" „Dat is van beteekenis", vond Munco. Jarges, Aart?" merkte Hilligje op. „Ja, Jazzes wel. Die is meer Spanjaard dan Groninger. Maar 'de andere drie betwijfel ik." „En de raadsleden en de gezworen gemeente?" „Alles bij elkaar natuurlijk goed Roomsch. Maar 't is hes! mogelijk, dat er Staatsgezinden onder schuilen, al kennen wij hen niet" „Van Julsing weet ik niets", verklaarde Aart. „Ik zou Julsing wel eens willen spreken." „Julsing? Wat moet jie van hem?" „Julsing is Staatsgezind", zeide Munco, zoo beslist mogelijk. De verbazing was aan de zijde van Aart Sebensz en de Vrouwen. «Je weet meer 'dan ik, kerel." „Ik heb opdracht van den Graaf, om mij in verbinding te stellen met den Stadsschrijver Julsing. Hij is één der onzen." ,,'t Is niet mogelijk!" riep Sebensz uit. „De Graaf van Nassau heeft het mij verteld. En die gaat niet over ijs van één nacht.'" „Waarom vroeg je dan naar een persoon van beteekenis? Je wist er een." „Ik wilde eens weten, of het in Groningen soms bekend was, dat Julsing feitelijk tot de onzen behoorde, maar het blijkt iju wel van niet. Ik moet hem bepaald spreken. Maar hoe?" „Kan Aart niet vragen of hij hier wil komen?" vroeg Hilligj». „Begeef je toch niet noodeloos in gevaar, Munco." „Mij best, als heer Julsing dat doen wil. Zou je naar hem toe willen gaan, Aart?" „Als het maar waar is, dat hij een der onzen is. Het klinkt zoo ongeloofelij k." „Ga er gerust heen. Zeg, dat een boodschapper van dea Graaf Van Nassau in de stad is, die hem spreken wil. En daa zul je zien, dat heer Julsing belangstelling toont" „Ik zal het doen, daar ik je vertrouw. Hoewel het op het eerste hooren vreemd klinkt, dat de Stadsschrijver een vriend van ons is." „Er zijn er nog wel meer. Van heer Julsing word ik wel namen van personen gewaar, met wie de Graaf briefwisseliog kan gaan voeren", meende Munco vol vertrouwen. „Wij moetm voor het vervolg precies op de hoogte blijven van wat er in Groningen gebeurt. Wie is luitenant van de Hoofdmannen kamer?" (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9