loclöil donderdag 2 juli 1936 derde blad pag. 9 De Indische Bestuurs-hervorming Indologenstudie Chr. Schoenmakers vergaderen DAGERAAD Tweede Kamer Geen Gouverneurs, maar Regeeringscommissarissen IJ muider-interpellatie toegestaan Vergadering van 1 Juli 1936 Overzicht Democratie schijnt een wonderlijk ding. Dat hebben we gisteren weer eens ervaren bij de behandeling van de Indische bestuurs- Iieirvorming. Wanneer nu tooh de Indische Regeering en de Indische Volksraad met 44 tegen 4 stemmen oen bepaalde regeling noodig en gesohikt achten om te komen tot decentrali satie in het topzware Indische bestuurs apparaat en ook de Minister van Koloniën kan er zich mee voreenigen, moet dan de vrijwel ondeskundige Tweede Kamer zeg gen: maar wij weten het beter? Dit lijkt ons zeer ondemocratisch. Toch meenden democraten als Joekes, Cra mer en v. Poll den Volksraad en de Indische Regeering den voet dwars te moeten zetten en aan Indië de instelling van drie nieuwe gouvernementen als basis voor verdere her vorming van het bestuur te moeten ont houden. De gezonde argumenten, welke minister Colijn aanvoerde, werden afgewezen en de heeren trachtten op een gevaarlijke wijze de benoeming van regeeringscommissarissen te verkrijgen, teneinde later over een geheel nieuw stelsel nog eens te kunnen spreken. Dat had echter ook gekund bij benoeming van gouverneurs, gelijk de Regeering wenscht; deze zouden de toekomstige be stuursorganisatie nader voorbereiden. Op stugge en zure wijze demonstreerde de heer Joekes zijn wantrouwen en diende ten slotte een amendement in om het aangevraag de geld niet toe te staan. Minister Colijn merkte nuchter op, dat de heer Joekes en zijn medestanders op deze manier hun doel voorbijschoten. Want der geld kunnen zelfs geen regeeringscom missarissen worden benoemd. Het begon er op te lijken, dat er niets gebeuren zou, want de zonderlinge demo- era ten schenen van zins hun amendement, dat den steun van soc- en vrijz.-dem. en van de Katholieken plus den heer v. Boetzelaer had, te doen aannemen. Dan was de heele bestuurshervorming van de baan geweest tot schade van Indië. Minister Colijn bouwde toen een brug, die echter slechts schoorvoetend door de zeer ondemocratische oppositie betreden werd. Toch deden ze ten slotte den beslissenden stap en trokken hun destructief amende ment in. We zullen nu beginnen met de benoeming van „regeeringscommissarissen", die echter de toekomstige gouverneurs der nieuwe ge- Westen zullen zijn. Het betrokken wetsontwerp kon nu zonder stemming doorgaan. De Kamer heeft zich bij deze zaak van een slechte zijde doen zien. De beslissing om voor de Indologenstudie nog tot Sept. 1937 genoegen te nemen met Ihet H.B.S.-einddiploma kon nog niet vallen, doordat de stemming aangehouden werd over een amendement-Tilanus om tot 1938 uitstel te geven. De minister was daartegen, omdat wets ontwerpen in aantocht zijn om het Handels onderwijs te regelen en hij vertrouwt deze regeling zoo tijdig tot stand te kunnen bren gen met de Kamer, dat de nieuwe toestand in 1937 kan ingaan. Verslag Regeling van werkzaamheden De VOORZITTER stelt voor, de rapporteurs voor het wetsontwerp tot reorganisatie van het spoorwegbedrijf voor het afdeelingsonderzoek .van het ontwerp te benoemen. I>© Kamer keurt dit goed. Tot rapporteurs worden benoemd de heeren Bongraerts, Van Braambeek. Rutgers van Ro zenburg. Joekes en Van Dijken. Aan den heer DE VISSER (C.P.) wordt ver lof verleend den minister van Sociale Zaken te interpelleeren over het optreden der regeering naar aanleiding van de staking te IJmulden en het stopzetten van de steunuitkeering aan werklooze visschers. De interpellatie wordt aan de agenda toege voegd. Daarna wordt voortgezet de behandeling van de Indische begrotingswijzigingen, en wel van het wetsontwerp, dat betrekking heeft op de bestuurshervorming De heer VAN BOETZELAER VAN DUBBEL DAM (C.H.) zou desnoods genoegen nemen met een proef, met regionale rekeningen, maar acht invoering ervan als stelsel thans een sprong in het duister. Hü vreest, dat de aanstelling van gouver neurs moeilijkheden zal veroorzaken met de re sidenten. Men waohte daarmede tot het voorbe reidende werk Is verricht door regeeringscom- De Instelilng van groepsgemeenschappen acht spr. niet bevredigend, waarbij hij wijst op de op Java verkregen resultaten. Men bedenkt©, dat het Oosten met betrekking tot kiesrecht, vertegenwoordigende lichamen e.d. het Westen niet eenvoudig kan navolgen. Men handhave het nlandsche zelfbestuur in de buitengewesten. De Nederlandscbe ambtena ren oefenen ©en super-toezicht hierop uit. De heer VAN KEMPEN (Lib.) betoogt, dat de regionale rekeningen den stoot hebben gege ven. om de bestuurshervorming weder ter ta fel te brongen. Zü beoogen een goedkooper bestuur en dra gen er toe bU, het evenwicht van de lands- financlën te herstellen. De regionale rekenin gen zün het essentieele van de bestuurshervor ming in de buitengewesten. Hij i deel van do bestuurshervori plaats de ontlasting van het centrale be: door overdracht van bevoegdheden aan ge tel Uke een verantwoordelijk zelfbestuur van groot< waarde. Ten slotte zal door deze hervorming ook dc financieele saneering kunnen wo Het in: dit kan, verzekert de staatkundige hervor De heer WESTERMAN (Nat. Herstel) i t dc Regeering de bestuurshervi ng van 's lands flnanc indult verklaren, dat di Larvan verwachte bezuiniging geen welvaarts >litlek inhoudt. En wat de bezuiniging zelf :treft. spr. staat daartegenover sceptisch. p VERVOORN (Plattel.) vraagt, welke DE MINISTER ANTWOORDT verheugd, dat het 30-jarige bestuurs- g ln lndlë, het regeerlngsvoorstel heeft toegejuicht. Het Is onjuist, dat met dit voorstel alleen ambtelijke decentralisatie wordt beoogd. De oerste stap naar decentralisatie dateert uit 1903 onder minister Idenburg. Alleen de ge meenten hebben een blijvende plaats gekregen; nome bestuursinstellingen in het volksleven uil te breiden. Eerst ln 1926 Is men met de uitvoe ring begonnen; achtereenvolgens werden de gouvernementen West-, Oost- en Midden-Jav: ingesteld. We hebben daarmee nu 10 jaar er- die echter allerminst bevredigend Is slakkon. (Gelach). Er is inderdaad reden tot ergernis. Er is een lacune gebleven tusschen het land en de autonome ressorten en ook de financieele verhouding l/ecf onbevredigend geregeld. Er is veel onlogisch in de bestaande orga- In 1932 Is ten slotte een beginselenplan goed gekeurd aan de hand van een suppletoire be grooting. Echter was de instemming hier te lande niet onverdeeld. Nu het nader uitgewerkt is, wil de Kamer er weinig van weten, al is het plan in den Volksraad met 44 tegen 4 stemmen aangenomen. Verwerpt de Ka mer den voorgestelden post, dan kom't de betreffende ordonnantie niet tot stand en gebeurt er niets. Adv e nieuwe administratieve organisatie ls noo om de nieuwe staatkundige Indeeling to id te kunnen brengen. Voor de nieuw< ipsgemeenschappen heeft d© minister 31 gestreden; hij laat die niet langs een om- op den achtergrond brengen. Het zelfbo- ir der adatgemeenschappen moet blijven ge- Afbakening van de taak en middelen tusschen centraal bestuur en de nieuwe gemeenschappen moet voorafgaan, wil men niet in vroeger geimaakte fouten vervallen. Het centraal bestuur ls thans topzwaar ge- orden. De heer WESTERMAN: Dat pleit toch niet tegen he't systeem? MINISTER: Dat pleit wel tegen het systeem. Er zün soms jaren gemoeid voor het nemen van eenvoudige beslissingen; soms moeten tiea- tallen van adviseurs worden geraadpleegd. Over een bedrag van f 40 b.v. waren 34 adviezen noodig. De centralisatie overwoekert en ver stikt het heele bestuursapparaat. De toestand van nu is onhoudbaar. De heer DE VISSER: Daar ga je nu met Je goeie gedrag, Westerman. De MINISTER vervolgt zün rede en betoogt, dat het er om gaat do locale ressorten levens vatbaarheid te geven. Daartoe ls een bevredi gende financieele regeling noodig. De regionale organen zullen de regio nale middelen ontvangen. Mochten die ter vervulling van de aangewezen taak onvoldoende zün, dan zal de centrale re geering moeten helpen. Dat is allerminst de bedoeling, maar wel is gedacht aan een beheer naar gezonde begrip pen, waardoor niet langer b.v. Centraal-Borneo over een kam wordt geschoren met Batavia. De voorstellen der Regeering beoogen de be volking in ruimer mate aan het bestuur te doen deelnemen en het beheer zoo goed mogelük te doen voeren met de beschikbare middelen. Dan behoeven ook niet langer beslissingen te wor den genomen op plaatsen, waar men de dingen De verzorging van de locale belangen moet geschieden in het milieu, dat ls samengegroeid De voorstellen bedoelen niet vermindering der openbare uitgaven; met hetzelfde geld zal jjjjl kunnen gebi De benoeming van gouverneurs heeft de voorkeur boven aanstelling van re geeringscommissarissen, omdat deze laat ste geen bestuursmacht zouden hebben en bovendien behooren te moeten kunnen beschikken over alle reeds bestaande in stanties van advies. Deze motleven van de Indische Regeering heeft de minister overgenomen. En moet de Kamer het be ter weten dan de Indische Regeering? Het gekozen stelsel is ook bevorderlijk aan den spoed der ln te voeren hervor- Er la gesproken over een amendement op den voorgestelden begrootir.gspost, die ln Indië is g-oedgekeurd. De minister acht dat niet wel mogelük tegenover den Volksraad! Men kan slechte aannemen of verwerpen. voorstellen heer Hü diende een amendement In om de Regeering te bewegen den weg in te slaan, dien de Kamer biykbaar wil: het benoemen van regeeringscommissarissen om de bestuurshervorming voor te be- Vervolgens repliceerden de heeren v POLL (RK.) en CRAMER (S.D.). Minister COLIJN dupliceerde. Hü zegt, dat er in de Kamer gelegenheden zün, dat men den Indruk krügt, dat het houden van een rede voering overbodig is. (Gelach). Zoo heeft hü getracht duidelük te maken wat met saneering bedoeld werd. Het heeft niet veel geholpen. De regionale Indeeling is bedoeld als funda- daarbü niet over het hofod. Dat centralisatie van de grootste beteekenis. De advlseerende raden zijn een vooruitgang Er wordt niet gevraagd om zich nu reéds te binden aan de wüzlgingen van het Regeeringsrcglemen't, die nog komen moeten. He't amendement-Joekes ln den nu voorge- steldcn vorm .ls ontoelaatbaar. Het beteekent echter, dat de Regeering niet zal kunnen doen. wat de voorsteller wenscht. Het amendement onthoudt het geld, ook voor de regeerings- ieel anderen geest. Echter ls het mogelük om de benoe ming van regeeringscommissarissen -te verkrügen door gebruik te maken van art 1 van het Indisch Regeeringsrogle- ment, dat de gelegenheid biedt de Indi sche Regeering „aanwb'zingen" te doen geven door de Kroon. Maar dan moet het amendement vervallen, want wordt het amendement aangenomen, dan is er geen ge ld. ^De algetneene beschouwingen worden ge- Bü 'art. 1 zegt de heer JOEKES (V.D.), dat e Kamer niet genoegen kan nemen met het penen van een mogelükheid. Beter is het de behandeling van den post te chorsen in afwachting van de positieve mede- eeling der Regeering, dat zü de Regeerings- ommissarissen'zal benoemen. Daarna kan het ;eld worden toegestaan. MINISTER COLIJN zegt op dezen voorslag geen vrede te kunnen sluiten. Men behoeft niet te twüfelen of de mi nister doen zal wat hü zegt. DERDE LUSTRUM TE UTRECHT HERDACHT Gisteren hield de Chr. Bond van Schoen makers-Patroons en Schoenwinkeliers zijn jaarlijksche vergadering onder leiding van den voorz., den heer G. Bro b- b e 1, uit Vlaar- dingen, in 't ge bouw van de N. Utr. Courant te Utrecht. De voorz. open de des morgens de vergadering, welke zeer druk bezocht was, op de gebruikelijke wijze en heette welkom o.m. oud-voorz. v Don gen. De Voorz. hield vervolgens'n kor te openingsrede, waarin hij wees op de slechte toe standen ook in het schoenmakersbedrijf. Vandaag herdenkt de Bond zijn derde lus trum, zoo zeide de voorzitter, en gelukkig is onze Bond een zegen niet onthouden. Met 30 leden opgericht te Charlois, is deze bond uitgegroeid tot een vaste plant. Dank bracht spr. aan den secretaris, den heer J. Harden- bol en den voorz. der afd. Rotterdam, den heer M. Vos, voor het vele werk dat deze heeren gedaan hebben om den bond tot bloei te brengen. Voorts memoreerde spr. zoowel het werk van den heer Van Dongen als vain den heer Dekker (Dordrecht). Na dit openingswoord van den voorzitter werd gehouden de jaarvergadering van het opgerichte Fonds Hulp bij Ziekte. G. Brobbel De heer JOEKES (V.D.) acht deze mededee- ling: positiever en is nu bereid zün amendement in te trekken, mits de Kamer gelegenheid krpgt om voor de benoeming van gouverneurs de oleuwe regeling te bespreken. De MINISTER is niet voornemens op slinksche wüze tot de Instelling van de nieuwe gouvernementen over te gaan. De Kamer zal er tevoren over kunnen spreken. De heer JOEKES ;(V.D.) trok nu zün amendement in. He't wetsontwerp werd z. h. s. goed gekeurd. Eveneens do andere Indi sche ontwerpen. Bü het dii laten i studie ln de Indologie verdedigde de heer TILANUS (C.H.) een amen' dement om dien termün te verschuiven tot Sept. 1938. omdat een nieuwe regeling van hei M. en V.H.O. voor dien tijd toch niet gereed is De heer MOLLER (R.K.) zou voor het amen dement kunnen stemmen, indien de ministei niet kan toezeggen dat binnen afzienbarer tüd een regeling van de materie te verwach- Minister SLOTEMAKER DE BRUINE deelde mede, dat in voorbereiding is de ontwerpen zün reeds van den Raad van State tenug een voorstel tot re geling van het handels- of economisch onderwijs. De minister hoopt de zaak met de Kamer te kunnen behandelen. Daar om acht hp het amendement-Tilanus niet noodig. Jaarvergadering F.H.B.Z. Deze vergadering werd door den voorzit ter dier afdeeling, den heer M. Vos, van Rotterdam, met een inleidend woord ge opend. Door den secretaris van de afdee ling, den heer J. Spaans, van Den Haag, werd het verslag uitgebracht In totaal werd aan S leden een uitkcering verstrekt over 140 ziektedagen. Het ledental liep met -5 terug. Het kapitaal van het fonds bedraagt thans f4169.S9. Medegedeeld werd, dat le den, die door financieele moeilijkheden voor het fonds moeten bedanken, bij opnieuw toetreden direct de volle rechten krijgen. Het aftredend bestuurslid, de heer W. van der Poel, van Rotterdam, werd herkozen. De fondsvergadering werd hierna geslo ten. De bondsvoorzitter nam de leiding nu over, en stelde de bespreking van het jaar verslag aan de orde. Jaarverslag De secretaris, de heet J. Hardenbol, van Rotterdam, schetst de toestand in het schoenmakersbedrijf in zijn jaarverslag als zeer precair. De propaganda leed zeer onder dezen toestand, alleen in Groningen werd een goede actie ontwikkeld. Het bondsblad. „Ons Bondsblad", verscheen geregeld en kon vergroot worden. De onderlinge verhou ding tusschen de drie vakbonden is zeer goed. Het ledercontrolestation blijkt nog steeds in een behoefte te voorzien. Dc stich ting Commissie van Overleg in de Schoen en Lederindustrie en aanverwante branches kwam in plaats van dc geliquideerde Cen trale H.L.S. Optimistisch kan de secretaris over de nieuwe stichting niet zijn. Dc ontvangsten in het afgeloopen jaar be droegen f 1145.31; het saldo bedraagt f 14.69. Den penningmeester, den heer J. Spaans, Den Haag, werd dank gebracht voor zijn be heer.' Beide verslagen werden vervolgens goedgekeurd. Federatieve samenwerking Over de samenwerking met andere bon den werden enkele vragen gesteld. Enkele medcdeelingen werden gedaan over den Bond van Gecentraliseerden. Deze Bond moet eerst zijn bestaansrecht bewijzen eer de andere bonden tot samenwerking over gaan. Op enkele punten is er reeds samen werking. Door de afd. Hilversum was een voor stel ingediend, om de eischen voor 't schoen makersdiploma A te wijzigen. Zeer breed werd over dit voorstel van gedachten wisseld. Het bestuur zegde toe een en ander in het federatiebestuur te bespreken. In 't algemeen werd afgeraden om de eiscl lichter te maken Bestuursverkiezing De voorzitter, de heer G. B r o b b" e 1, w< bij acclamatie in zijn functie herkozen, aftredende leden, de heeren M. Tremens M. Vos, werden herkozen. Gekozen werd de vacature-M. de Groot, de heer J. Snie- d e r, van Amsterdam. De vergadering werd vervolgens door 'den héér K. van Dongen, van Utrecht, oud voorzitter, toegesproken. Spr. herinnerde aan de moeilijkheden van de eerste jaren en wekte op, om vooral het geestelijke steeds voorop te stellen. Middagzitting Na heropening van de vergadering met Psalmgezang, sprak mr M u y z e r een kernachtig woord tot de aanwezigen. Ver volgens sprak de heer W. J. J u n g e r i u s over „Iets voor onze schoenwinkeliers". Spr. 3 op het gevaar van uitbreiding der VRIJDAG 3 JULI HILVERSUM I 1873 M. 8.00 VARA. 12.^0 AVRO. 4.00 VPRO. 5.00 VARA. 8.00 \T RO. 11.00 VARA. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.45 Voordracht. 11.30 Vervolg voordracht. 12.00 Kovacs Lajos' orkest en gram.pl. 2.00 Voordracht. 2.30 Ensemble Jetty Cantor en gram.pl. 4.00 Slotgods- dienstoefening v. h. Intern. Doopsgez. Congres, Witmarsum. 7.00 Causerie over de arbeidersbeweging in Frankrijk. 7.5'» Nieuwsberichten ANP. 7.57 Herh. SOS - ber. 8.00 Berichten. 8.05 Causerie. 8.3 Concert. 9.00 Paedagogische causerie. 9.3-1 Concert. 10.40 Avondwijding. ll.O'l Nieuwsberichten ANP. 11.3512.00 Gr.pi. HILVERSUM H 301 M. Alg. programma, verzorgd door de NCRV. 8.00 Schriftle zing. 8.159.30 Gram.pl. 10.30 Morger -. dienst door Ds. P. Hofstede, Ned. Hen", pred. te Leusden. 11.0012.00 Zang en piano. 12.30 Orgelspel. 1.45 Ensemble Van der Horst. 2.30 Chr. lectuur. 3.003.45 Vervolg concert. 4.00 Sopraan, piano en cell-o. 6.30 Voor tuinliefhebbers. 7.00 Be richten. 7.15 Literair halfuur, door H. v. d. Leek te Amsterdam. 7.45 Reportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Kon. Militaire Kapel. 9 JD5 Het leven der bevolking in. Noord-Afrika, door Drs. W. Sleumer Tzn. te Amsterdam. 9.35 Vervolg concert. (Om 10.05 berichten ANP). 10.30—11.30 Gr.pl. DROITWICH 1500 M. 11.20 Orgelspel. 11.50 Het St. Hilda's orkest. 1.35 Pia-no-recitaL 3.20 Het BBC-Schotsche orkest en solist, 4.20 E. Colombo's orkest. 6.50 Orgelspel. 7.55 Het Alfredo Campoli Trio. 8.20 De BBC-zangers. 10.40 Het BBC-Midtand RADIO PARIS 1648 M. 11.20 Orkestcomcert. 4.20 Kamermuziek. 5.50 Orkestconoert. 8.20 Zang en piano. 11.051.05 Orkest concert. KEULEN 456 M. 12.20 Orkestconcert. 1.35 Omroepkleinorkest. 2.35 Omroepkwintet. 4.20 Literair-muzikaa-1 programma. 6.20 Omroeporkest. 8.30 Voor oud-strijders. 10.45 Concert. 11.2012.20 Omroeporkest. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Salon orkest. 1.30 Klein-orkest. 5.20 Omroepor kest. 7.20 Trioconcert. 8.20 Salon-orkest. 9.20 Kamermuziek. 484 M.r 12.50 Klein-orkest. 1.30 Salon orkest. 5.20 Accordeonmuziek. 5.40 Klein- orkest. 6.50 Piano-recital. 7.35 Zang. 8.20 Omroeporkest en zang. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 10.20 Be richten. 10.50 Viool en piano. 11.05 Weer bericht. 11.2012.20 Concert. merkartikelen, waardoor de vakman dreigt te worden uitgeschakeld. De Voorzitter sprak hierna over da Vestigingswet en zette uiteen, dat deze wet saneering voor het schoenmakersbedrijf be- teekenen kan. Immers het peil van vakbe« kwaamheid wordt hierdoor verhoogd. Vervolgens werden besprekingen gevoerd over de Commissie van Overleg van da Leder- en Schoenindustrie. Mr Muyzer deelde mede, dat samengaan der branches een dringende behoefte is. Vervolgens werd van gedachten gewisseld over het Meerprijzenplan. Verschillende be-« zwaren werden naar voren gebracht. Het drieprijzenstelsel zal, naar de meening van verscheidenen, de goedkeuring der Regee ring miet wegdragen. Een vakman houdt niet van ruwproduct. De minimumprijs worde dan ook zóó gesteld, dat het vak werk er niet onder lijden kan. Uitvoerig werd hierover nog gesproken. Na een opwekkend woord van den heec J. Ph. v. d. Berg, van Rotterdam en rond vraag, werd de vergadering gesloten. Hel echtpaar Paulus van 'den Engel en Lijntje van den Engel-Voogt te Poorlugaal vierde vandaag zijn 50-jarige echtvereeniging. Bruid en bruidegom hopen deze zomer 76 jaar te worden. Feuilleton w door H. KINGMANS G'eruimcn tijd later hief de barones Ket gelaaÊ op en zag Bailly aan. Hij bespeurde groote tranen. „Mijnheer Bailly, heeftheeft de Graaf hedenmorgen over mij gesproken?" „Zijne Genade heeft tot mij geen enkel woord gezegd, Mevrouw", antwoordde Bailly naar waarheid. „Ik vroeg orders, doch Zijne Excellentie maakte een afwerende beweging en vroeg niet eens naar Steenwijk." „Wat verwacht ge van Steenwijk?" „Ik vrees, dat onze troepen tegen de wallen te pletter loopen en het beleg zal worden opgeheven, Mevrouw.". „Het mag nooit aan den Graaf gezegd worden, nooit, verstaat ge?" „Moet ik, wanneer het werkelijk zoo zal zijn en de Graaf vraagt er naar, de waarheid verbloemen, Mevrouw?" „Zeg steeds, dat er geen tijding is. Dc tegenslag zou den Graaf zeer schokken." „Wanneer het in mijn vermogen ligt, zal ik aan uw bevel voldoen, Mevrouw." He barones de Moncheau stond op, aarzelend. „Mijnheer Bailly", zeide zij dan, „zoudt u mij een dienst willen bewijzen?" „Ik ben steeds tot uw dienst, Mevrouw." „Tracht, indien ge eenigszins kunt, mijn broeder te bewegen mij te ontvangen. Ik vraag niet uw oordeel over de houding yan den Graaf, want hij is uw meester. Maar help mij." „Het zal aan mij niet liggen, Mevrouw. Nog heden zal ik een poging aanwenden en, zoo noodig, ook volgende dagen. Ik betreur deze houding van Zijne Genade. Het is niet uw schuld, dat de omstandigheden anders geloopen zijn, dan .verwacht werd." „Ik dank u voor 'die woorden, mijnheer Bailly. De Heilige Maagd geve, dat mijn broeder tot inkeer komt. Dit is toch wel een vreeselijk afscheid." Terwijl een snik in haar keel opdrong, verliet zij het vertrek, Bailly in verslagenheid achterlatend. De geheimschrijver hield woord: vier morgens achtereen pleitte hij bij zijn gebieder om toelating zijner zuster, die er naar snakte, aan het ziekbed te komen. Doch viermaal ontving hij een weigering. En de vierde keer zeide Riepnenburg, die zienderoog achteruitging hij voelde zijn einde ook wel naderen dat Bailly het niet meer vragen moest: zijn zuster had hem tot het verraad, dat hij diep be treurde, verleid, hij wenschte haar niet meer te zien Eiken morgen richtten do vragende oogen van barones "de Moncheau zich op Bailly, doch hij moest steeds hetzelfde antwoord geven: „Zijne Genade wil u niet ontvangen." Dan ging zij heen en knielde voor het Mariabeeld in He huiskapel. Zij hield aan. En den twee en twintigsten Juli beloofde Bailly, ten zeerste met haar begaan, dat hij- den volgenden morgen voor het laatst nog een poging wagen zou. Maar toen was de gelegenheid er niet. Al zeer vroeg verscheen de chirurgijn, die met' de non* verpleegster afsprak, dat de Graaf dien dag de Heilige Sacra menten der stervenden ontvangen zou. Deze dag kon wel eens de laatste zijn. 't Was half tien in den morgen het vertrek was in het half duister gehuld, want Rennenburg wilde de zon niet zien toen Bailly zich aan de sponde bevond, om naar den toesta ld te informeeren en tevens hopend, een goed woordje voor de barones de Moncheau te kunnen doen. De stervende lag met het gelaat naar den wand gekeerd. Hij leed gedurende zijn vreemde ziekte geen pijn. Hij lag in een toestand van volkomen apathie en reageerde nauwelijks op de vragen, die hem gesteld werden. Een driftig bediende van den Stadhouder opende, met meer lawaai -dan geoorloofd, de deur en wenkte Bailly. „Steenwijk is ontzet. Zoo juist bericht gekomen", fluisterde hij. Rennenburg ving het woord „Steenwijk" op en wendde zich plotseling om. „Is Steenwijk gevallen, Bailly?" „Er is nog geen bericht, Uw Genade", loog Bailly. „Zeg mij de waarheid", beval Rennenburg, met inspanning van alle krachten forsch sprekende en zich in de kussens half oprichtend. „Steenwijk is ontzet, Excellentie", antwoordde de bediende, niet lettend op het vertoornde gelaat van Bailly. Rennenburg zonk terug in het kussen. „Ook -dat nog", mompelde hij. En dan, starend naar een hoek van het vertrek: „'t Is mijn verdiende loon. O, Cornelia „Wil uw Genade, dat ik de barones roep?" vroeg Bailly, van de gelegenheid gebruik makend. „Ik wil de verleidster niet zien", antwooidde Rennenburg woest. Verslagen vmdiet Bailly het vertrek, om het smartelijk bericht over te brengen aan de barones, die tenslotte den pastoor van de St. Marbenskcrk, welke geestelijke de biecht kwam afnemen, smeekte, den Graaf te bewegen, haai-.even, heel even toe te laten. Bailly had diep medelijden met de eens zoo trotsche barones, die als een worm kroop in het stof. Geruimen tijd was de pastoor alleen met den stervende, dia zich zijn toestand volkomen bewust was. Dan keerde hij terug, doch moest de barones de teleurstellen de tijding brengen, dat de Graa* haar niet wenschte te zien, onmiddellijk er bij voegend: „Misschien in den loop van den dag, Mevrouw." De geestelijke verwachtte het niet, doch de harde waarheid kon hij niet zeggen. Het was doodstil in het vertrek, waar de non het berf van den Stadhouder in orde bracht en reinigde. Vlakbij zette zij een tafeltje, bedekt met een helder witten doek. Zij plaatste er een kruisbeeld op, geflankeerd door twee gewijde kaarsen, een bakje met wijwater en een palmtakje en een beker met een weinig drinkwater. Vervolgens legde zij, steeds prevelend haar gebeden, over de borst van Rennenburg eren helderen doek bij wijze van communiekleed. Tenslotte zorgde zij, daar ook het H. Oliesel zou worden toegediend, voor een schoteltje mot zeven watjes in de nabijheid van het bed. Zij ging naar de deur en wenkte. Bailly en eenige vertrouwde bedienden traden binnen, om de plechtigheid bij te wonen. Rennenburg staarde naar de deur, wachtend op de komst van den pastoor. Toen echter de deur openging, kwam niet de pastoor van de SL Martenskerk, doch de barones de Moncheau. De Stadhouder stiet een kreet uit en wees haar af Weenenid vertrok zij Bij de deur aan de straat klonk een schelletje: de pastoor verscheen met Ons Heer. Met een brandende kaars in de hand liep Bailly hem tegemoet en geleidde hem naar do zieken kamer. „Pax huic domui", zeide de geestelijke, binnentredend: „Vrede zij aan dit huis", „Et omnibus hqbitantibus in ea: „En aan allen, die het bewonen." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9