Jliruuir ïisrtjr (üuunutt
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
no. 5805
maandag 15 juni 1936
de vergadering
in het kuyperhuis
Zeilbootjes in een Onweersbui
TOEKOMST VAN NED.
MINDER SOMBER
IND1E
voornaamste
nieuws
rtfa/a
SbonncmtntsprijS:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevesligd is
Franco per post 2.35 porlokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zendingf 4.50
Bij dagelijksche zending5.50
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/> et
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
16e Jaargang
S3iibtrtentitprij?ni:
Van 1 tol 5 regels 1.17'/»
Elke regel meer0.22 7i
Ingezonden Mededeelingen
van 1-5 regels2.30
Elke regel meer- 0-45
Voor het bevragen aan 't bureau
V wordl berekend0.10
ONHOUDBARE TOESTANDEN
Het sociaal-democratisch Kamerlid Ds A.
v. d. Heide, heeft den minister van Justitie
vragen gesteld „over de onhoudbare toestan
den, welke zich thans in Huizen van Bewa
ring voordoen" en geeft in de roode pers een
toelichting op die vragen met een beroep
op mededeelingen, ontleend aan het Maand
blad voor Reclasseering en Berechting.
De ernst, waarmee zoowel dit Kamerlid
als het bekende Maandblad deze dingen be
handelt mogen voor den Minister aanlei
ding zijn om volle aandacht aan eventueele
misstanden te schenken. Natuurlijk, uit en
kele losse voorvallen en persoonlijke erva
ringen kan men nog geen algemeene regel
afleiden, maar het is erg genoeg als ze één
keer geconstateerd worden.
In 't bijzonder wordt de aandacht geves
tigd op het feit, dat gebrek aan plaats-
(men zou haast zeggen berg-) ruimte vaak
oorzaak is, dat men de hechtenis in ge
meenschap moet ondergaan; terwijl toch
met zooveel woorden in het Wetboek van
Strafrecht slaat, dat men zijn straf in af
zondering mag uitzitten.
Waartoe dit leidt, blijkt uit een tweetal
[voorbeelden.
Een meisje maakte een verkeersfout. Zij
stak haar hand niet uit toen zij per fiets
een straat in reed. Het vonnis luidde: f 5
boete, subsidiair 2 dagen hechtenis. Daar
ze werkloos was, moest ze gaan zitten: en
zij verhaalt, hoe ze als een misdadigster be
handeld werd: in de politieauto naar het
Huis van Bewaring, daar alle formaliteiten,
eenige haar ongeyallige lectuur in
vieze en gehavende boekjes en een onfris-
sche, koude cel.
Goed, bij zulke dingen kan men overdrij
ven: ieder geeft zijn subjectief oordeel. En
de stijl van dit „meisje" maakt op ons de
indruk, dat haar verhaal nog al tenden
tieus is. Maar de objectieve mededeeling,
dat ze een paar dagen moest verkeeren in
eenzelfde cel met drie prostituées, spreekt
voor zichzelf en wijst op een groot gevaar
van gemeenschappelijke opsluiting. De ge
volgen kunnen vreeselijk zijn als men min
der wereldwijs is dan het meisje, dat deze
dingen opschreef.
Ook het andere geval, .waarvan een kunst
schilder in het Maandblad mededeeling deed
■wijst op onhoudbare toestanden. Deze man
vertelt, dat zijn zoon, ook wegens een ver
keersfout, (en ook wegens armoede) opge
sloten werd in een cel met andere perso
nen van wie één homo-sexueel bleek te zijn.
"Dat dit samenzijn moeite gaf is te verstaan,
maar klagen bij den bewaarder hielp niet.
Wij moeten dit laatste wel op gezag aan
nemen, hoewel het ons bijna ongelooflijk
toeschijnt.
Hoe het zij, de klachten zijn in 't open
baar geuit; zij zijn ernstig genoeg om er de
aandacht van don Minister en van de direc
tie van het Gevangeniswezen op te vestigen;
want wat het ook moge kosten, dergelijke
toestanden zijn ontoelaatbaar. Een kort ver
blijf in de gevangenis voor iets, dat toch
niet onder de rubriek misdrijven valt, zou
yreeselijke gevolgen kunnen hebben.
Sensationeele berichtgeving
in de liberale pers
Een gevaarlijk lek
Na het eerste korte en voorbarige bericht
over de vergadering, der gedeputeerden der
Kieskringcentrales van de Anti-Rev. Partij
in het Kuyperhuis, gaf de N. R o 11. C r t.
Zondagmorgen een schijnbaar volledig en
nauwkeurig verslag.
Van journalistiek standpunt gezien was dit
een prestatie van belang: een uitvoerig ver
slag van een strikt vertrouwelijke
bijeenkomst, waar de pers niet toegelaten
werd. Of het behoorlijk was, laten wij maar
in het midden. Het is onze gewoonte niet
te speuren naar nieuws uit besloten verga
deringen van de Liberale Staatspartij; doch
ieder zijn meug.
Natuurlijk is er nog een schuldige. Wan
neer men van spionnagediensten gebruik (of
misbruik) kan maken, dan moet er ook een
spion zijn. Iemand uit de vergadering heeft
zijn woord gebroken en aan een ander, óf
rechtstreeks aan de N.R.C. mededeelingen
•erstrekt, welke hij voor zich zelf had moe
ten houden. Er is een Iele!
Waarschijnlijk hebben de berichten een ket
tingloop gevolgd en gingen ze van mond tot
mond voor ze in de pers kwamen. Vandaar
mengeling van Wahrheit und Dichtung,
opgesmukt met de noodige fantasie.
De tijd is nog niet gekomen om alles recht
RECHTERLIJKE MACHT
EN N. S. B.
Het onbegrijpelijke geval doet zich voor,
dat enkele rechters zich openlijk voor rle
N.S.B. hebben verklaard. Zij begeeren dus
blijkbaar het subjectieve recht, dat met d>
machthebbers wisselt, boven het objectieve.
Ten principale zijn ze dus ook tegenstanders
yan de onafzetbaarheid der rechters.
Dit is zoo klaar als de dag. Want die
onafzetbaarheid berust juist op de gedachte,
dat de rechter uit broodvrees, geen objectief
oordeel zou uitspreken, maar de staats
macht naar de oogen zou zien.
Het is onbegrijpelijk, maar ook vreeselijk
inconsekwent. Want toen men één dezer af-
gedoolde rechters vroeg of h ij wel lid mocht
zijn van een door de regeering verboden
organisatie, antwoordde hij: rechters vallen
niet onder een ambtenarenreglement; ze zijn
onafzetbaar.
Aldus de onlogische redeneering van
rechter aan wiens objectief oordeel twijfel
moet gaan rijzen en die zich beroept op
een privilege als men het zoo noemen
mag waarvan de nationaal-socialistische
staat niets weten wil, omdat men daar het
subjectieve recht begeert ter versterking van
de overheidsmacht, of wat zoo heet.
Maar 't is toch -waarlijk weinig heldhaftig
het positieve woord, dat hier past, is
al scherp om zich te verschuilen achter
een wetsbepaling, welke men in principe
veroordeelt. Deze rechter zou geen reden van
beklag hebben, indien de Regeering hem
zonder meer op straat zette. Hij kreeg dan
loon naar eigen tarief.
De Regeering zal het niet doen. Maar zij
zal mogelijk wel aandacht schenken aan de
suggestie, welke Bte in deVrijheid op
perde. Deze schrijft n.l., dat in deze leemte
in de wet moet en gemakkelijk kan voorzien
worden door onder de gevallen, waarin
rechters van hun ambt kunnen worden ont
zet, op ti- nemen: „het lidmaatschap van een
organisatie als bedoeld in het Rijks-ambte
narenreglement."
Of tegen deze aanvulling niets is in te
brengen is o.i. wel aan eenige twijfel onder
hevig; natuurlijk kan de N.S.B. het niet,
ant zij wil juist de rechters van de over
heid afhankelijk maken, maar anderen
zullen in dit opzicht zeer schuchter zijn.
Echter kan niemand ontkennen, dat de
objectiviteit der rechtspraak onder groote
erdenking komt te staan, wanneer rechters
college geven in fascistische beginselen en
hun zonen prijzen als ze in debat met tegen
standers door slaande argumenten als eigen
rechter optreden. m
Deze toestand is onhoudbaar, terwijl het
ondenkbaar is, dat zulke rechters voor een
moreele veroordeeling uit eigen kring op zij
zouden gaan, want de eigen moraal dar
N.S.B. is in Lunteren aldus omschreven:
„Wij moeten ons ervan rekenschap geven,
dat. er een afgrond gaapt tusschen onze
begrippen van eer en fatsoen en die van de
huidige machthebbers. W a t z ij fatsoen-
1 ij k vinden, verachten w ij. Wat w ij
fatsoenlijk vinden, best rij den z ij."
Hier houden redeneeringen en argumen
tatie op!
te zetten, wat in het gekleurde verslag scheef
getrokken werd: het vertrouwelijke der be
spreking zou dan geheel verscheurd worden;
enkele opmerkingen moeten toch ge
maakt om wat onjuist is nu reeds tegen te
spreken.
Dit geldt voornamelijk van deze passage:
De urgentie om thans reeds de komende Ka
merverkiezing, de candidaten en het verkie
zingsprogram te bespreken, zou volgens de
heer Schouten ontstaan zijn
door het voornemen der regeering,
de partieele wijziging van de Grondwet
op een zoodanig tijdstip aan de orde te
stellen, dat einde 1936 of begin 1937 de
Kamer zal worden ontbonden, terwijl de
nieuwe verkiezingen dan reeds in Fe
bruari of Maart 1937 zullen plaats vinden.
De a.r. partij dient met deze mogelijkheid
rekening te houden, teneinde de verltïe-
zings-actie zoo spoedig mogelijk te kunnen
aanvaarden.
Hiertegen kunnen wij, 'na informatie, na
drukkelijk verklaren, dat de heer Schouten
niet gesproken heeft over de voornemens
der Regeering, maar dat hij wel gewezen
heeft op de noodzaak om te allen tijde paraat
te zijn en dus in dit verband de aandacht
vestigde op mogelijkheden in verband met
de Grondwetsherziening.
Voorts dient, om legende-vorming te voor
komen, er op gewezen te worden, dat de
stemming ter vergadering absoluut goed was.
Er heerschte geen geest van ernstige critiek;
al werden natuurlijk! bij de bespreking
der landbouwcrisismaatregelen wel verschil
lende bezwaren naar voren gebracht; terwijl
ook de vraag besproken werd of geleidelijk
naar eenige inperking kan worden gestreefd.
Ook is gevraagd of de tegenwoordige mi
nister van Sociale Zaken niet de schijn wekt,
dat hij minder waarde hech: aan werken
voor de steun dan gewenscht is.
Het behoeft niet te bevreemden, dat be
zwaren tegen cumulatie naar voren kwamen,
speciaal wat de heeren Van Baren en
Schwartz betreft, die het lidmaatschap der
Tweede Kamer aanvaardden en nochtans
burgemeester blijven. De heer Schouten gaf
onmiddellijk toe, dat hij deze cumulatie in
't algemeen ongewenscht acht. Echter, in deze
speciale gevallen en om nog ongewensebter
situaties te voorkomen, is aan bedoelde hee
ren geadviseerd om thans zitting te nemen
tot 1937. Voor het volgend jaar is geen enkele
zedelijke verplichting aanvaard. De partij
staat tegenover deze heeren volkómen vrij.'
Het slot van het verslag in de N.R.C. luidt:
Op na de sluiting van de vergadering
gestelde vragen omtrent de kwesties
Ambt-Hardenberg en 's-Gravenzande, gaf
de heer Schouten een ontwijkend ant
woord, aangezien z. i. daarover in de Sta-
ten-Generaal het laatste woord nog nit.t
gesproken was.
Neen, in de vergadering is over deze
kwesties niet gesproken; misschien in een
particulier onderhoud.
Dit geeft te denken, doch het is beter te
zwijgen over deze onaangename kwestie; het
feit, dat vertrouwelijke besprekingen in deze
kring niet meer veilig zijn, is erg genoeg.
Angstige oogenblikken op
het IJsselmeer
Een der opvarenden door
uitputting overleden
Zaterdagavond te omstreeks acht uur
zijn op het IJsselmeer ter hoogte van
Harderwijk, een viertal kleine open
zeilbootjes, elk bemand met twee per
sonen, welke des middags van de Eem
waren uitgevaren, door de hevige on
weersbui, die op dat tijdstip over een
uitgestrekt gebied losbrak, overvallen.
De bui ging gepaard met een hevigen
storm, die het water wild opzweepte en het
gevolg was, dat een der vaartuigjes is om
geslagen. In het bootje waren gezeten de
heeren F. A. Marsé en diens zwager
Woudenberg, evenals de andere opva
renden uit Baarn afkomstig. Beiden kondon
goed zwemmen en zij slaagden erin zich
boven water te houden, waarbij zij probeer
den de boot weer op haar kiel te krijgen,
doch dit was een uiterst moeilijke taak.
Eindelijk nadat de beide drenkelingen een
vol uur hadden rondgedreven en hun
krachten bijna ten einde waren, gelukte
het hun de boot om te keeren en weer aan
boord te komen. Door de koude en de door
stane angst waren beiden volkomen uit
geput
Anderhalf uur later is de heer Marsé, die
er zeer erg aan toe was, waarschijnlijk ten
gevolge van hartzwakte overleden. Zoo
heeft de heer Woudenberg nog uren ach
tereen hulpeloos rondgedreven.
De andere drie bootjes, waarvan er een.
nadat liet ongeluk was gebeurd, nog ge
tracht had bij te draaien, waren na korten
tijd reeds uit het oog verloren. Eindelijk
midden in den nacht passeerde het scheep
je een voor anker liggend kolenvaartuig ter
hoogte van het stoomgemaal van Putten.
De heer Woudenberg heeft toen den schip
per wakker geklopt, waarna deze zich over
hem ontfermde. Hij werd aan boord geno
men, waar hij van droge kleeren werd
voorzien en wat op zijn verhaal kon komen.
Des ochtends om vijf uur hepft de schipper
het zeilbootje met aan boord het stoffelijk
overschot van den heer Marsé in de haven
van Nijkerk binnengesleept. Bij de aan
komst heeft de sluiswachter onmiddellijk
den burgemeester, den heer J. C. A. M.
van K1 u y v e, gewaarschuwd, dié spoedig
met de politie ter plaatse verschen. Na
lijkschouwing door dokter F. II. van
Lent is het stoffelijk overschot van den om
gekomene naar het lijkenhuisje van de be
graafplaats overgebracht. De heer Wouden
berg is daarna naar zijn woonplaats terug
gekeerd.
De beer Marsé was ongeveer 35 jaar oud,
gehuwd en schilder van beroep.
Wat de drie andere vaartuigjes be
treft, is het bootje, waarin gezeten wa
ren de heeren de Jong en de Bruyn,
Zaterdagavond om elf uur te Harder
wijk binnengeloopen. Groote ongerust
heid heerschte echter omtrent het lot
van de beide andere bootjes, waarvan
men niets meer gezien of gehoord had.
Aan alle onzekerheid kwam echter een
einde, toen de beide scheepjes gister
middag te' half vijf te Nijkerk in zicht
kwamen. Zij zijn veilig en wel de haven
binnengeloopen.
Ook de opvarenden van deze bootjes, de
Gebr. van Leeuwen en de heeren Diermen
en Scheel hadden groote angsi, doorstaan
en de grootste ontberingen geleden. Het
clubje zeilers was Zaterdagmiddag te onge
veer drie uur uit Baarn vertrokken met
Harderwijk als doel van de pleziertocht.
Men schijnt daarbij een soort onderlinge
wedstrijd te hebben gehouden om het eerst
in Harderwijk aan te komen. In laatstge
noemde plaats werd niets van het gebeurde
opgemerkt, doch de brigade-commandant
der Koninklijke Marechaussee W. van der
Krol te Nijkerk werd te ongeveer half negen
door iemand, die een omgeslagen boot had
zien drijven, gewaarschuwd. De comman
dant heeft zich toen onmiddellijk met nog
een lid der brigade, den sluiswachter en
een ervaren schipper aan boord begeven
van een in de haven liggende motorboot,
waarmede den geheelen avond de kust
werd afgezocht, echter zonder resultaat.
Te ruim elf uur, toen er door de duisternis
nagenoeg niets meer op zee te zien was, is
men onverrichterzake teruggekeerd. Wat
het ongeluk zelf betreft, heeft men over het
algemeen den indruk gekregen, dat de zei
lers zeer ondeskundig te werk zijn gegaan.
Bovendien waren de vaartuigjes zeer pri
mitief uitgerust.
Toen de onweersstorm opstak heeft men
de tocht voortgezet, in plaats van met ge
streken zeil met den kop in den wind voor
anker te gaan. hetgeen ervaren zeilers in
zulke gevallen steeds doen.
Dr. C. Thomassen overleden
Te Laren is Zaterdagavond op 57-jarieen
leeftijd overleden Dr. C. Thomassen, arts,
stichter en directeur-geneesheer van het
sanatorium Julianaoord voor lijders aan
been- en gewrichtstuberculose te Laren.
Dr. Thomassen was een pionier op het ge
bied van behandeling van been- en ge
wrichtstuberculose.
De Gouverneur •Generaal
opent den Volksraad
Optimistische beschouwingen over
den economischen toestand
Het deficit op de begrooting 1937
geraamd op f 25 millioen
Geen verdere vermeerdering
van schuld
De Gouverneur-Generaal van
Ned.-Indië Jhr. Mr. B. C. de Jonge
opende hedenmiddag voor de laat
ste maal de zitting van den Volks
raad om daarin slechts terug te
keeren ter gelegenheid van de
overgave van het Bestuur aan zijn
opvolger Jhr. Mr. Tjarda van
Starkenborgh Stachouwer, hetgeen
op 16 September a.s. zal plaats
vinden.
Spr. ving zijn rede aan met er op te wij
zen, dat de begrooting voor 1937 een min
der somber beeld vertoont dan aanvanke
lijk werd verwacht. Voor het eerst na een
reeks van jaren wordt verkregen dat de be
zuiniging op de uitgaven niet teniet wordt
gedaan of ver wordt overtroffen door den
teruggang van de inkomsten. De cijfers zijn
nog niet overweldigend, doch wijzen in de
goede richting.
De belastingen zijn voor het dienstjaar
1937 4.500.000.— gunstiger geraamd dan
de herziene raming over 1936.
De Iandsbedrijven geven een grooter uit-
keering van 8.700.000.—, waartegenover de
overschotten van de overige Iandsbedrijven
echter 1.400.000.— lager moeten worden
gesteld.
De diverse middelen werden 1.200.000.—
hooger geraamd, terwijl de buitengewone
dienst 'n gunstiger aspect van 1.100.000.—
vertoont
Na de versobering gedurende de laatste
jaren viel van een bezuiniging op de uit
gaven niet veel meer te verwachten.
Toch slaagden de civiele departemen
ten er in te komen tot een verminde
ring van de gewone uitgaven met
3.800.000.—, zonder dat daarbij wordt
overgegaan tot nieuwe maatregelen ten
aanzien van de bezoldigingen en zonder
bezuiniging door eenverdere doorvoe
ring van salarismaatregelen. Deze ver
Jhr Mr B. C. de Jonge
dere uitwerking levert 2.500.000.— op.
De landsverdediging vraagt 3.300.000.—
aan hoogere gewone uitgaven.
Voorts valt te rekenen op een hoogere
betaling aan rente en aflossing van de vas
te schuld en op vermindering van de uit-
keeringen wegens rente van Iandsbedrijven
waardoor alles bijeen de uitgaven 4.500.000
hooger moeten worden gesteld.
Nieuwe middelen
Als nieuw middel werd op de begrooting
gebracht de verhooging van het uitvoer
recht op bevolkingsrubber van 5% tot 10%.
zulks in verband met de invoering van de
individueele rubberrestrictie.
De bijzondere betaling door de aard*
olie maatschappijen is voor 1937 omge
zet in een gegarandeerden minimum-
cijns van f 1.per ton gewonnen ruwe
olie van de ceinsplichtige terreinen,
hetgeen 3.500.000.— zal opbrengen.
Daartegenover staat de verlaging van
sommige schoolgeldtarieven. van de tarie
ven der P.T.T. en van de slachtbelasting,
welke in totaal 2.200.000 bedraagt
Ook de pandhuisrente de spoorwegtarie
ven en de havenhuren zijn of worden ver
laagd.
Alles tezamen bleek het mogelijk een be
drag van 12.000.000.— te overbruggen, met
welk bedrag de begróoting voor 1936 door
verschillende oorzaken verivijderd bleef van
den eisch, dat geen schuldvermeerdering
meer zou plaats vinden.
Aan dien eisch „moet" ditmaal worden
voldaan omdat voor 1937 niet kan worden
gerekend op dekking als voor 1935 en 1936,
in welke jaren resp. het overschot op den
buitengewonen dienst en de overneming
door Nederland van overtollige zilveren
munt die schuldvermeerdering voorkwamen
De voorgelegde begrooting voldoet
aan dien eisch.
De aanpassing van de Landsuitgaven
aan de veranderde omstandigheden
werd, ruw gezegd, voltrokken op een
basis van 300.000.000.—, waarop des
tijds werd voorzien dat een evenwichts
toestand zou kunnen worden verkregen.
Ja zelfs toonen (Ie uitkomst*» van het
dienstjaar 1935, dat wij in vwrkelijkheid
beneden dit niveau kwamen. De groote te
leurstelling was, dat de middelen nog
50.000.000.beneden dit niveau terugvie
len.
Laat men 'de aflossing buiten rekening,
dan zijn het de resteerende 30.000.000.—
die de groote moeilijkheid gaven; ter over
brugging daarvan moest men tot heffingen
komen die weinig aantrekkelijk waren en
tot versobering en bezuiniging, die inder
daad de grens van het toelaatbare naderen.
De eerste etappe afgelegd
De eerste etappe op den weg naar een
evenwicht in de landshuisbouding is thans
afgelegd, dank zij de groote krachtsinspan
ning, de bereidheid tot medewerking en het
taaie uithoudingsvermogen van alle groe
pen der bevolking.
Uitvoerig behandelde spr. hierna de eco
nomische toestand van Ned.-Indië, die min
der somber werd genoemd. T.a.v. de Japan-
sche economische activiteit in Ned.-Indië
verklaarde spr. dat de Regeering hiertegen
geen bezwaar heeft, mits binnen de grenzen
welke de Regeering het recht en de plicht
heeft te stellen in verband met de belangen
van de nationale scheepvaart, de werk
loosheid, de handel en nijverheid en onze
handelsverplichtingen jegens derden.
Spr. achtte het verblijdend, dat de scheep
vaartbesprekingen met een goeden uitslag
werden bekroond.
Aan het einde van zijn rede memo
reerde spr., dat Nederland aan Indië de
hand toestak. „Wij grijpen die zonder
aarzelen en met dankbaarheid, in de
vaste overtuiging, dat die twee handen
ineen hooren".
Jhr. De Jonge eindigde zijn rede met
de bede dat onder Hooger Zegen de ar
beid van den Volksraad rijke vrucht
moge dragen, waarna spr. de zitting
van den Volksraad voor geopend ver
klaarde.
De financieele nota
Zooals gebruikelijk, wórdt tegelijk
met de opening van den Volksraad de
financieele nota en de ontwerp-begroo-
ting voor 1937 aangeboden. Deze laatste
wordt voor zuivere gewone landsuit
gaven op f295.900.000 en aan ontvang
sten op f270.900.000 geraamd. In verge
lijking met 1936 vertoont de ontwerp
begroting 1937 een vermindering van
het tekort op den geheelen dienst van
f 13.300.000, terwijl nog op een verdere
vermindering van de uitgaven wordt
gerekend van f2.900.000. Dat geen ver
dere schuldvermeerdering zal plaats
vinden is gevolg van het ruimer vloeien
van sommige gewone middelen en van
enkele verschuivingen in den buitenge
wonen dienst.
Het totaal-bedrag van de gewone lands
uitgaven bleek niet verder omlaag te kun
nen worden gebracht, daar tegenover krach
tige bezuinigingen, volstrekt onafwendbaar
verhoogingen van uitgaven moesten wor
den gesteld, gelijk in de rede van den G.-G.
reeds werd aangegeven.
De raming van de middelen is rond
f 12.000.000 gunstiger dan die van 1936, het
geen njogelijk is doordat de belastinpgroep
f4.500.000 hooger kan worden geraamd, ter
wijl f2.900.000 geraamd is voor de verhoo
ging van het uitvoerrecht ad valorem
bevolkingsrubbcr van 5 tot 10 procent, in
verband met de voorgenomen algemeene
doorvoering der individueele ruhberrestrictie
met ingang van 1 Januari 1937.
Het winstaandeel van de Billiton-Maat-
schappij zai naar verwachting met f 1.000.000
stijgen en het wintaandeel van de Ned.-Ind.
Aardolie-maatschappij met rond f700.000
In de nota wordt er nadrukkelijk op ge
wezen, dat de niet-vermeerdering van de
Indische schuld thans uit de opstelline van
de begrooting zelf vonrtvlopit, in tegenstel
ling tot de beide vorige jaren, toen zulks
slechts mogelijk was dank zij de zeer be
langrijke overname van teekenmunt door
Nederland en de tijdelijk beschikbare be
dragen uit het bijzonder uitvoerrecht voor
bevolkingsrubber. Echter moet men niet
meenen, dat aan een en ander de beteekenii
is te hechten als zou een periode van ver
dere intensieve versobering zijn afgesloten
Een zoodanige meening zou reeds daarom
ongefundeerd zijn, omdat het gelijk-blijven
der schuld normaliter wijst op een jaarlijk-
sche intering, als gevolg van waardever
mindering der daartegenover te stellen
kapitaals-goederen. Overigens is het alge
meen bekend, dat in de jaren, welke voorbij
zijn verschuivingen van lasten naar de toe
komst moesten plaats vinden. Een en ander
in verband gebracht met de omstandigheid,
dat de belastingen in algemeenen zin niet
voor verdere verhooging in annmerkin
komen brengt mede, dat de landsuitgavei
met uiterste zorgvuldigheid moeten worden
afgewogen op soberheid en onvermijdelijk
heid. in verband met de noodzaak van ver
dere aannassing aan tijdsomstandigheden
I irsi-QQ dio een goed internaat
UU UtlKO zoeken voor hun kinde
ren, speciaal voor die een tekort toonen
aan aandachts-concentratie, wenden zich
tot het INSTITUUT KLEIN WARNSBORN
te ARNHEM. Kleine klassen. Individueel
onderwijs. Geregeld toezicht, dag en nacht
Gezonde omgeving. Dir. P. VAN AALTEN
Telefoon: Arnhem 22012
(Adv.)
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
Jhr. Mr. B. C. de Jonge heeft de nieuwe
zitting van de Volksraad met een rede
geopend. Tegelijkertijd is de begrooting
voor 1937 ingediend.
Te Ben Haag is het eerste Nationaal Con*
gres gehouden van het Nederlandsch Assu
ranticbedrijf. j
Op de Ernst Sillemhoeve is een weehend
gehouden van de Ned. Chr. Vereen, van
Padvinders.
In Engeland dreigt een kabinetscrisis,
daar de meeningen over de sanctie-poli-
tiek ernstig uiteenloopen.
Be Belgische diamantbewerkersstaking 13
geëindigd; de staking in de mijn-industrie
is algemeen.
Het gevaar voor een Chineesche burger
oorlog schijnt thans bezworen; echter nemen
de Hussiscli-Japansche incidenten toe
Be Fransche stakingen zijn zeer sterk af
genomen; met betoogingen hebben de arbei
ders hun overwinning gisteren gevierd.
De Duisburger Havendag 1936
Naar het voorbeeld van Rotterdam
Gelijk met de organisatie der attractie
..De beneden-Rijn in vlammen" wordt op
20 Juni a.s. de Duisburger Havendag gehou
den, waarvan de bedoeling is aan belang
hebbende buMenlandsche kringen de econo
mische beteekenis te ontvouwen van da
haven Duisburg—Ruhrort
Uit de naburige landen, zooals Neder*
land en België, alsmede uit het industrie
gebied. is een groot aantal vooraanstaande
personen uitgenoodigd, die zich aan boord
van een Rijnboot over de beteekenis van de
haven DuisburgRuhrort en van de scheep
vaart op den beneden-Rijn in het algemeen
op de hoogte kunnen stellen.
De Havendag van dit jaar is de eersta
poging om op deze wijze propaganda ie
mak*. In dit opzicht heeft de Duisburger
Havendag echter reeds een voorlooper ïrt
Nederland, alwaar het vorig jaar het ge
meentebestuur van Rotterdam de leidende
personen van West-Duitschland lot een be
zoek heeft uitgenoodigd, om hun de betee
kenis van Rotterdam als doorvoerhaven aaü
te toonen.
De visschersstaking
te IJmuiden
Geen schip uitgevaren.
Zaterdag en vanmorgen is te IJmuiden
geen enkele stoorntreiler naar zee vertrok
ken. Alle 250 werklooze visschers hebben
geweigerd te gaan varen. Er blijven nu
nog een kleine 200 werklooze visschers
over, die nog een oproeping zullen ont
vangen.
I-Iet gemeentebestuur van Egmond aan
Zee beeft aan de betrokken organisaties
meegedeeld, dat aan de visschers geen uit-
keeringen uit de werk loozen kas mogen
worden gedaan.
Een beslissing over uitsluiting uit de ge
meentelijke steunregeling is nog niet geno--
men. De eerste uitkeering na de staking
zou op a.s. Woensdae vallen zoodat de ge
meente vóór dien tijd zal moeten beslissen
of en zoo ja welke visschers uitgesloten
zullen worden.
Het coinunistisch Kamerlid De Visser
heeft zich met een brief tot den Minister
van Sociale Zaken gewend waarin betoogd
wordt dat de slechte toestand in het vïs-
scherijbedrijf te wijten zou zijn aan de on
voldoende aandacht welke de regeering aan
dit bedrijf wijdt. Tegen het besluit van den
Minister inzake de steunregeling komt hij
op. Ook wil hij een onderzoek naar de fi
nancieele draagkracht der reeders en zoo-
noodig regeeringshulp om de ouds loonen
te handhaven.
WARENHUIS INGESTORT
Bij den tuinder A. W. K. te Naaldwijk
is Zaterdag een warenhuis, ter grootte van
2200 ramen, plotseling ingestort
Gelukkig bevond zich op het oogenblik
der instorting niemand in de kas, zooaat
persoonlijke ongelukken uitgebleven zija.
Omtrent de oorzaak tast men in het duis
ter. Het warenhuis is 12 jaar oud en werd
vijf jaar geleden verplaatst
De schade, door de verwoesting aange
richt, schat men totaal op 2 k 3000 gulden.
In de kas waren tomaten geplant
.II PijpTabak
Taeonia Leeuwarden
(Adv.)