Jliruuir ïisrtjr (üuunutt Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken no. 5805 maandag 15 juni 1936 de vergadering in het kuyperhuis Zeilbootjes in een Onweersbui TOEKOMST VAN NED. MINDER SOMBER IND1E voornaamste nieuws rtfa/a SbonncmtntsprijS: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevesligd is Franco per post 2.35 porlokosten Per week0.18 Voor het Buitenland bij wekelijksche zendingf 4.50 Bij dagelijksche zending5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/> et Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 16e Jaargang S3iibtrtentitprij?ni: Van 1 tol 5 regels 1.17'/» Elke regel meer0.22 7i Ingezonden Mededeelingen van 1-5 regels2.30 Elke regel meer- 0-45 Voor het bevragen aan 't bureau V wordl berekend0.10 ONHOUDBARE TOESTANDEN Het sociaal-democratisch Kamerlid Ds A. v. d. Heide, heeft den minister van Justitie vragen gesteld „over de onhoudbare toestan den, welke zich thans in Huizen van Bewa ring voordoen" en geeft in de roode pers een toelichting op die vragen met een beroep op mededeelingen, ontleend aan het Maand blad voor Reclasseering en Berechting. De ernst, waarmee zoowel dit Kamerlid als het bekende Maandblad deze dingen be handelt mogen voor den Minister aanlei ding zijn om volle aandacht aan eventueele misstanden te schenken. Natuurlijk, uit en kele losse voorvallen en persoonlijke erva ringen kan men nog geen algemeene regel afleiden, maar het is erg genoeg als ze één keer geconstateerd worden. In 't bijzonder wordt de aandacht geves tigd op het feit, dat gebrek aan plaats- (men zou haast zeggen berg-) ruimte vaak oorzaak is, dat men de hechtenis in ge meenschap moet ondergaan; terwijl toch met zooveel woorden in het Wetboek van Strafrecht slaat, dat men zijn straf in af zondering mag uitzitten. Waartoe dit leidt, blijkt uit een tweetal [voorbeelden. Een meisje maakte een verkeersfout. Zij stak haar hand niet uit toen zij per fiets een straat in reed. Het vonnis luidde: f 5 boete, subsidiair 2 dagen hechtenis. Daar ze werkloos was, moest ze gaan zitten: en zij verhaalt, hoe ze als een misdadigster be handeld werd: in de politieauto naar het Huis van Bewaring, daar alle formaliteiten, eenige haar ongeyallige lectuur in vieze en gehavende boekjes en een onfris- sche, koude cel. Goed, bij zulke dingen kan men overdrij ven: ieder geeft zijn subjectief oordeel. En de stijl van dit „meisje" maakt op ons de indruk, dat haar verhaal nog al tenden tieus is. Maar de objectieve mededeeling, dat ze een paar dagen moest verkeeren in eenzelfde cel met drie prostituées, spreekt voor zichzelf en wijst op een groot gevaar van gemeenschappelijke opsluiting. De ge volgen kunnen vreeselijk zijn als men min der wereldwijs is dan het meisje, dat deze dingen opschreef. Ook het andere geval, .waarvan een kunst schilder in het Maandblad mededeeling deed ■wijst op onhoudbare toestanden. Deze man vertelt, dat zijn zoon, ook wegens een ver keersfout, (en ook wegens armoede) opge sloten werd in een cel met andere perso nen van wie één homo-sexueel bleek te zijn. "Dat dit samenzijn moeite gaf is te verstaan, maar klagen bij den bewaarder hielp niet. Wij moeten dit laatste wel op gezag aan nemen, hoewel het ons bijna ongelooflijk toeschijnt. Hoe het zij, de klachten zijn in 't open baar geuit; zij zijn ernstig genoeg om er de aandacht van don Minister en van de direc tie van het Gevangeniswezen op te vestigen; want wat het ook moge kosten, dergelijke toestanden zijn ontoelaatbaar. Een kort ver blijf in de gevangenis voor iets, dat toch niet onder de rubriek misdrijven valt, zou yreeselijke gevolgen kunnen hebben. Sensationeele berichtgeving in de liberale pers Een gevaarlijk lek Na het eerste korte en voorbarige bericht over de vergadering, der gedeputeerden der Kieskringcentrales van de Anti-Rev. Partij in het Kuyperhuis, gaf de N. R o 11. C r t. Zondagmorgen een schijnbaar volledig en nauwkeurig verslag. Van journalistiek standpunt gezien was dit een prestatie van belang: een uitvoerig ver slag van een strikt vertrouwelijke bijeenkomst, waar de pers niet toegelaten werd. Of het behoorlijk was, laten wij maar in het midden. Het is onze gewoonte niet te speuren naar nieuws uit besloten verga deringen van de Liberale Staatspartij; doch ieder zijn meug. Natuurlijk is er nog een schuldige. Wan neer men van spionnagediensten gebruik (of misbruik) kan maken, dan moet er ook een spion zijn. Iemand uit de vergadering heeft zijn woord gebroken en aan een ander, óf rechtstreeks aan de N.R.C. mededeelingen •erstrekt, welke hij voor zich zelf had moe ten houden. Er is een Iele! Waarschijnlijk hebben de berichten een ket tingloop gevolgd en gingen ze van mond tot mond voor ze in de pers kwamen. Vandaar mengeling van Wahrheit und Dichtung, opgesmukt met de noodige fantasie. De tijd is nog niet gekomen om alles recht RECHTERLIJKE MACHT EN N. S. B. Het onbegrijpelijke geval doet zich voor, dat enkele rechters zich openlijk voor rle N.S.B. hebben verklaard. Zij begeeren dus blijkbaar het subjectieve recht, dat met d> machthebbers wisselt, boven het objectieve. Ten principale zijn ze dus ook tegenstanders yan de onafzetbaarheid der rechters. Dit is zoo klaar als de dag. Want die onafzetbaarheid berust juist op de gedachte, dat de rechter uit broodvrees, geen objectief oordeel zou uitspreken, maar de staats macht naar de oogen zou zien. Het is onbegrijpelijk, maar ook vreeselijk inconsekwent. Want toen men één dezer af- gedoolde rechters vroeg of h ij wel lid mocht zijn van een door de regeering verboden organisatie, antwoordde hij: rechters vallen niet onder een ambtenarenreglement; ze zijn onafzetbaar. Aldus de onlogische redeneering van rechter aan wiens objectief oordeel twijfel moet gaan rijzen en die zich beroept op een privilege als men het zoo noemen mag waarvan de nationaal-socialistische staat niets weten wil, omdat men daar het subjectieve recht begeert ter versterking van de overheidsmacht, of wat zoo heet. Maar 't is toch -waarlijk weinig heldhaftig het positieve woord, dat hier past, is al scherp om zich te verschuilen achter een wetsbepaling, welke men in principe veroordeelt. Deze rechter zou geen reden van beklag hebben, indien de Regeering hem zonder meer op straat zette. Hij kreeg dan loon naar eigen tarief. De Regeering zal het niet doen. Maar zij zal mogelijk wel aandacht schenken aan de suggestie, welke Bte in deVrijheid op perde. Deze schrijft n.l., dat in deze leemte in de wet moet en gemakkelijk kan voorzien worden door onder de gevallen, waarin rechters van hun ambt kunnen worden ont zet, op ti- nemen: „het lidmaatschap van een organisatie als bedoeld in het Rijks-ambte narenreglement." Of tegen deze aanvulling niets is in te brengen is o.i. wel aan eenige twijfel onder hevig; natuurlijk kan de N.S.B. het niet, ant zij wil juist de rechters van de over heid afhankelijk maken, maar anderen zullen in dit opzicht zeer schuchter zijn. Echter kan niemand ontkennen, dat de objectiviteit der rechtspraak onder groote erdenking komt te staan, wanneer rechters college geven in fascistische beginselen en hun zonen prijzen als ze in debat met tegen standers door slaande argumenten als eigen rechter optreden. m Deze toestand is onhoudbaar, terwijl het ondenkbaar is, dat zulke rechters voor een moreele veroordeeling uit eigen kring op zij zouden gaan, want de eigen moraal dar N.S.B. is in Lunteren aldus omschreven: „Wij moeten ons ervan rekenschap geven, dat. er een afgrond gaapt tusschen onze begrippen van eer en fatsoen en die van de huidige machthebbers. W a t z ij fatsoen- 1 ij k vinden, verachten w ij. Wat w ij fatsoenlijk vinden, best rij den z ij." Hier houden redeneeringen en argumen tatie op! te zetten, wat in het gekleurde verslag scheef getrokken werd: het vertrouwelijke der be spreking zou dan geheel verscheurd worden; enkele opmerkingen moeten toch ge maakt om wat onjuist is nu reeds tegen te spreken. Dit geldt voornamelijk van deze passage: De urgentie om thans reeds de komende Ka merverkiezing, de candidaten en het verkie zingsprogram te bespreken, zou volgens de heer Schouten ontstaan zijn door het voornemen der regeering, de partieele wijziging van de Grondwet op een zoodanig tijdstip aan de orde te stellen, dat einde 1936 of begin 1937 de Kamer zal worden ontbonden, terwijl de nieuwe verkiezingen dan reeds in Fe bruari of Maart 1937 zullen plaats vinden. De a.r. partij dient met deze mogelijkheid rekening te houden, teneinde de verltïe- zings-actie zoo spoedig mogelijk te kunnen aanvaarden. Hiertegen kunnen wij, 'na informatie, na drukkelijk verklaren, dat de heer Schouten niet gesproken heeft over de voornemens der Regeering, maar dat hij wel gewezen heeft op de noodzaak om te allen tijde paraat te zijn en dus in dit verband de aandacht vestigde op mogelijkheden in verband met de Grondwetsherziening. Voorts dient, om legende-vorming te voor komen, er op gewezen te worden, dat de stemming ter vergadering absoluut goed was. Er heerschte geen geest van ernstige critiek; al werden natuurlijk! bij de bespreking der landbouwcrisismaatregelen wel verschil lende bezwaren naar voren gebracht; terwijl ook de vraag besproken werd of geleidelijk naar eenige inperking kan worden gestreefd. Ook is gevraagd of de tegenwoordige mi nister van Sociale Zaken niet de schijn wekt, dat hij minder waarde hech: aan werken voor de steun dan gewenscht is. Het behoeft niet te bevreemden, dat be zwaren tegen cumulatie naar voren kwamen, speciaal wat de heeren Van Baren en Schwartz betreft, die het lidmaatschap der Tweede Kamer aanvaardden en nochtans burgemeester blijven. De heer Schouten gaf onmiddellijk toe, dat hij deze cumulatie in 't algemeen ongewenscht acht. Echter, in deze speciale gevallen en om nog ongewensebter situaties te voorkomen, is aan bedoelde hee ren geadviseerd om thans zitting te nemen tot 1937. Voor het volgend jaar is geen enkele zedelijke verplichting aanvaard. De partij staat tegenover deze heeren volkómen vrij.' Het slot van het verslag in de N.R.C. luidt: Op na de sluiting van de vergadering gestelde vragen omtrent de kwesties Ambt-Hardenberg en 's-Gravenzande, gaf de heer Schouten een ontwijkend ant woord, aangezien z. i. daarover in de Sta- ten-Generaal het laatste woord nog nit.t gesproken was. Neen, in de vergadering is over deze kwesties niet gesproken; misschien in een particulier onderhoud. Dit geeft te denken, doch het is beter te zwijgen over deze onaangename kwestie; het feit, dat vertrouwelijke besprekingen in deze kring niet meer veilig zijn, is erg genoeg. Angstige oogenblikken op het IJsselmeer Een der opvarenden door uitputting overleden Zaterdagavond te omstreeks acht uur zijn op het IJsselmeer ter hoogte van Harderwijk, een viertal kleine open zeilbootjes, elk bemand met twee per sonen, welke des middags van de Eem waren uitgevaren, door de hevige on weersbui, die op dat tijdstip over een uitgestrekt gebied losbrak, overvallen. De bui ging gepaard met een hevigen storm, die het water wild opzweepte en het gevolg was, dat een der vaartuigjes is om geslagen. In het bootje waren gezeten de heeren F. A. Marsé en diens zwager Woudenberg, evenals de andere opva renden uit Baarn afkomstig. Beiden kondon goed zwemmen en zij slaagden erin zich boven water te houden, waarbij zij probeer den de boot weer op haar kiel te krijgen, doch dit was een uiterst moeilijke taak. Eindelijk nadat de beide drenkelingen een vol uur hadden rondgedreven en hun krachten bijna ten einde waren, gelukte het hun de boot om te keeren en weer aan boord te komen. Door de koude en de door stane angst waren beiden volkomen uit geput Anderhalf uur later is de heer Marsé, die er zeer erg aan toe was, waarschijnlijk ten gevolge van hartzwakte overleden. Zoo heeft de heer Woudenberg nog uren ach tereen hulpeloos rondgedreven. De andere drie bootjes, waarvan er een. nadat liet ongeluk was gebeurd, nog ge tracht had bij te draaien, waren na korten tijd reeds uit het oog verloren. Eindelijk midden in den nacht passeerde het scheep je een voor anker liggend kolenvaartuig ter hoogte van het stoomgemaal van Putten. De heer Woudenberg heeft toen den schip per wakker geklopt, waarna deze zich over hem ontfermde. Hij werd aan boord geno men, waar hij van droge kleeren werd voorzien en wat op zijn verhaal kon komen. Des ochtends om vijf uur hepft de schipper het zeilbootje met aan boord het stoffelijk overschot van den heer Marsé in de haven van Nijkerk binnengesleept. Bij de aan komst heeft de sluiswachter onmiddellijk den burgemeester, den heer J. C. A. M. van K1 u y v e, gewaarschuwd, dié spoedig met de politie ter plaatse verschen. Na lijkschouwing door dokter F. II. van Lent is het stoffelijk overschot van den om gekomene naar het lijkenhuisje van de be graafplaats overgebracht. De heer Wouden berg is daarna naar zijn woonplaats terug gekeerd. De beer Marsé was ongeveer 35 jaar oud, gehuwd en schilder van beroep. Wat de drie andere vaartuigjes be treft, is het bootje, waarin gezeten wa ren de heeren de Jong en de Bruyn, Zaterdagavond om elf uur te Harder wijk binnengeloopen. Groote ongerust heid heerschte echter omtrent het lot van de beide andere bootjes, waarvan men niets meer gezien of gehoord had. Aan alle onzekerheid kwam echter een einde, toen de beide scheepjes gister middag te' half vijf te Nijkerk in zicht kwamen. Zij zijn veilig en wel de haven binnengeloopen. Ook de opvarenden van deze bootjes, de Gebr. van Leeuwen en de heeren Diermen en Scheel hadden groote angsi, doorstaan en de grootste ontberingen geleden. Het clubje zeilers was Zaterdagmiddag te onge veer drie uur uit Baarn vertrokken met Harderwijk als doel van de pleziertocht. Men schijnt daarbij een soort onderlinge wedstrijd te hebben gehouden om het eerst in Harderwijk aan te komen. In laatstge noemde plaats werd niets van het gebeurde opgemerkt, doch de brigade-commandant der Koninklijke Marechaussee W. van der Krol te Nijkerk werd te ongeveer half negen door iemand, die een omgeslagen boot had zien drijven, gewaarschuwd. De comman dant heeft zich toen onmiddellijk met nog een lid der brigade, den sluiswachter en een ervaren schipper aan boord begeven van een in de haven liggende motorboot, waarmede den geheelen avond de kust werd afgezocht, echter zonder resultaat. Te ruim elf uur, toen er door de duisternis nagenoeg niets meer op zee te zien was, is men onverrichterzake teruggekeerd. Wat het ongeluk zelf betreft, heeft men over het algemeen den indruk gekregen, dat de zei lers zeer ondeskundig te werk zijn gegaan. Bovendien waren de vaartuigjes zeer pri mitief uitgerust. Toen de onweersstorm opstak heeft men de tocht voortgezet, in plaats van met ge streken zeil met den kop in den wind voor anker te gaan. hetgeen ervaren zeilers in zulke gevallen steeds doen. Dr. C. Thomassen overleden Te Laren is Zaterdagavond op 57-jarieen leeftijd overleden Dr. C. Thomassen, arts, stichter en directeur-geneesheer van het sanatorium Julianaoord voor lijders aan been- en gewrichtstuberculose te Laren. Dr. Thomassen was een pionier op het ge bied van behandeling van been- en ge wrichtstuberculose. De Gouverneur •Generaal opent den Volksraad Optimistische beschouwingen over den economischen toestand Het deficit op de begrooting 1937 geraamd op f 25 millioen Geen verdere vermeerdering van schuld De Gouverneur-Generaal van Ned.-Indië Jhr. Mr. B. C. de Jonge opende hedenmiddag voor de laat ste maal de zitting van den Volks raad om daarin slechts terug te keeren ter gelegenheid van de overgave van het Bestuur aan zijn opvolger Jhr. Mr. Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, hetgeen op 16 September a.s. zal plaats vinden. Spr. ving zijn rede aan met er op te wij zen, dat de begrooting voor 1937 een min der somber beeld vertoont dan aanvanke lijk werd verwacht. Voor het eerst na een reeks van jaren wordt verkregen dat de be zuiniging op de uitgaven niet teniet wordt gedaan of ver wordt overtroffen door den teruggang van de inkomsten. De cijfers zijn nog niet overweldigend, doch wijzen in de goede richting. De belastingen zijn voor het dienstjaar 1937 4.500.000.— gunstiger geraamd dan de herziene raming over 1936. De Iandsbedrijven geven een grooter uit- keering van 8.700.000.—, waartegenover de overschotten van de overige Iandsbedrijven echter 1.400.000.— lager moeten worden gesteld. De diverse middelen werden 1.200.000.— hooger geraamd, terwijl de buitengewone dienst 'n gunstiger aspect van 1.100.000.— vertoont Na de versobering gedurende de laatste jaren viel van een bezuiniging op de uit gaven niet veel meer te verwachten. Toch slaagden de civiele departemen ten er in te komen tot een verminde ring van de gewone uitgaven met 3.800.000.—, zonder dat daarbij wordt overgegaan tot nieuwe maatregelen ten aanzien van de bezoldigingen en zonder bezuiniging door eenverdere doorvoe ring van salarismaatregelen. Deze ver Jhr Mr B. C. de Jonge dere uitwerking levert 2.500.000.— op. De landsverdediging vraagt 3.300.000.— aan hoogere gewone uitgaven. Voorts valt te rekenen op een hoogere betaling aan rente en aflossing van de vas te schuld en op vermindering van de uit- keeringen wegens rente van Iandsbedrijven waardoor alles bijeen de uitgaven 4.500.000 hooger moeten worden gesteld. Nieuwe middelen Als nieuw middel werd op de begrooting gebracht de verhooging van het uitvoer recht op bevolkingsrubber van 5% tot 10%. zulks in verband met de invoering van de individueele rubberrestrictie. De bijzondere betaling door de aard* olie maatschappijen is voor 1937 omge zet in een gegarandeerden minimum- cijns van f 1.per ton gewonnen ruwe olie van de ceinsplichtige terreinen, hetgeen 3.500.000.— zal opbrengen. Daartegenover staat de verlaging van sommige schoolgeldtarieven. van de tarie ven der P.T.T. en van de slachtbelasting, welke in totaal 2.200.000 bedraagt Ook de pandhuisrente de spoorwegtarie ven en de havenhuren zijn of worden ver laagd. Alles tezamen bleek het mogelijk een be drag van 12.000.000.— te overbruggen, met welk bedrag de begróoting voor 1936 door verschillende oorzaken verivijderd bleef van den eisch, dat geen schuldvermeerdering meer zou plaats vinden. Aan dien eisch „moet" ditmaal worden voldaan omdat voor 1937 niet kan worden gerekend op dekking als voor 1935 en 1936, in welke jaren resp. het overschot op den buitengewonen dienst en de overneming door Nederland van overtollige zilveren munt die schuldvermeerdering voorkwamen De voorgelegde begrooting voldoet aan dien eisch. De aanpassing van de Landsuitgaven aan de veranderde omstandigheden werd, ruw gezegd, voltrokken op een basis van 300.000.000.—, waarop des tijds werd voorzien dat een evenwichts toestand zou kunnen worden verkregen. Ja zelfs toonen (Ie uitkomst*» van het dienstjaar 1935, dat wij in vwrkelijkheid beneden dit niveau kwamen. De groote te leurstelling was, dat de middelen nog 50.000.000.beneden dit niveau terugvie len. Laat men 'de aflossing buiten rekening, dan zijn het de resteerende 30.000.000.— die de groote moeilijkheid gaven; ter over brugging daarvan moest men tot heffingen komen die weinig aantrekkelijk waren en tot versobering en bezuiniging, die inder daad de grens van het toelaatbare naderen. De eerste etappe afgelegd De eerste etappe op den weg naar een evenwicht in de landshuisbouding is thans afgelegd, dank zij de groote krachtsinspan ning, de bereidheid tot medewerking en het taaie uithoudingsvermogen van alle groe pen der bevolking. Uitvoerig behandelde spr. hierna de eco nomische toestand van Ned.-Indië, die min der somber werd genoemd. T.a.v. de Japan- sche economische activiteit in Ned.-Indië verklaarde spr. dat de Regeering hiertegen geen bezwaar heeft, mits binnen de grenzen welke de Regeering het recht en de plicht heeft te stellen in verband met de belangen van de nationale scheepvaart, de werk loosheid, de handel en nijverheid en onze handelsverplichtingen jegens derden. Spr. achtte het verblijdend, dat de scheep vaartbesprekingen met een goeden uitslag werden bekroond. Aan het einde van zijn rede memo reerde spr., dat Nederland aan Indië de hand toestak. „Wij grijpen die zonder aarzelen en met dankbaarheid, in de vaste overtuiging, dat die twee handen ineen hooren". Jhr. De Jonge eindigde zijn rede met de bede dat onder Hooger Zegen de ar beid van den Volksraad rijke vrucht moge dragen, waarna spr. de zitting van den Volksraad voor geopend ver klaarde. De financieele nota Zooals gebruikelijk, wórdt tegelijk met de opening van den Volksraad de financieele nota en de ontwerp-begroo- ting voor 1937 aangeboden. Deze laatste wordt voor zuivere gewone landsuit gaven op f295.900.000 en aan ontvang sten op f270.900.000 geraamd. In verge lijking met 1936 vertoont de ontwerp begroting 1937 een vermindering van het tekort op den geheelen dienst van f 13.300.000, terwijl nog op een verdere vermindering van de uitgaven wordt gerekend van f2.900.000. Dat geen ver dere schuldvermeerdering zal plaats vinden is gevolg van het ruimer vloeien van sommige gewone middelen en van enkele verschuivingen in den buitenge wonen dienst. Het totaal-bedrag van de gewone lands uitgaven bleek niet verder omlaag te kun nen worden gebracht, daar tegenover krach tige bezuinigingen, volstrekt onafwendbaar verhoogingen van uitgaven moesten wor den gesteld, gelijk in de rede van den G.-G. reeds werd aangegeven. De raming van de middelen is rond f 12.000.000 gunstiger dan die van 1936, het geen njogelijk is doordat de belastinpgroep f4.500.000 hooger kan worden geraamd, ter wijl f2.900.000 geraamd is voor de verhoo ging van het uitvoerrecht ad valorem bevolkingsrubbcr van 5 tot 10 procent, in verband met de voorgenomen algemeene doorvoering der individueele ruhberrestrictie met ingang van 1 Januari 1937. Het winstaandeel van de Billiton-Maat- schappij zai naar verwachting met f 1.000.000 stijgen en het wintaandeel van de Ned.-Ind. Aardolie-maatschappij met rond f700.000 In de nota wordt er nadrukkelijk op ge wezen, dat de niet-vermeerdering van de Indische schuld thans uit de opstelline van de begrooting zelf vonrtvlopit, in tegenstel ling tot de beide vorige jaren, toen zulks slechts mogelijk was dank zij de zeer be langrijke overname van teekenmunt door Nederland en de tijdelijk beschikbare be dragen uit het bijzonder uitvoerrecht voor bevolkingsrubber. Echter moet men niet meenen, dat aan een en ander de beteekenii is te hechten als zou een periode van ver dere intensieve versobering zijn afgesloten Een zoodanige meening zou reeds daarom ongefundeerd zijn, omdat het gelijk-blijven der schuld normaliter wijst op een jaarlijk- sche intering, als gevolg van waardever mindering der daartegenover te stellen kapitaals-goederen. Overigens is het alge meen bekend, dat in de jaren, welke voorbij zijn verschuivingen van lasten naar de toe komst moesten plaats vinden. Een en ander in verband gebracht met de omstandigheid, dat de belastingen in algemeenen zin niet voor verdere verhooging in annmerkin komen brengt mede, dat de landsuitgavei met uiterste zorgvuldigheid moeten worden afgewogen op soberheid en onvermijdelijk heid. in verband met de noodzaak van ver dere aannassing aan tijdsomstandigheden I irsi-QQ dio een goed internaat UU UtlKO zoeken voor hun kinde ren, speciaal voor die een tekort toonen aan aandachts-concentratie, wenden zich tot het INSTITUUT KLEIN WARNSBORN te ARNHEM. Kleine klassen. Individueel onderwijs. Geregeld toezicht, dag en nacht Gezonde omgeving. Dir. P. VAN AALTEN Telefoon: Arnhem 22012 (Adv.) Dit nummer bestaat uit DRIE bladen Jhr. Mr. B. C. de Jonge heeft de nieuwe zitting van de Volksraad met een rede geopend. Tegelijkertijd is de begrooting voor 1937 ingediend. Te Ben Haag is het eerste Nationaal Con* gres gehouden van het Nederlandsch Assu ranticbedrijf. j Op de Ernst Sillemhoeve is een weehend gehouden van de Ned. Chr. Vereen, van Padvinders. In Engeland dreigt een kabinetscrisis, daar de meeningen over de sanctie-poli- tiek ernstig uiteenloopen. Be Belgische diamantbewerkersstaking 13 geëindigd; de staking in de mijn-industrie is algemeen. Het gevaar voor een Chineesche burger oorlog schijnt thans bezworen; echter nemen de Hussiscli-Japansche incidenten toe Be Fransche stakingen zijn zeer sterk af genomen; met betoogingen hebben de arbei ders hun overwinning gisteren gevierd. De Duisburger Havendag 1936 Naar het voorbeeld van Rotterdam Gelijk met de organisatie der attractie ..De beneden-Rijn in vlammen" wordt op 20 Juni a.s. de Duisburger Havendag gehou den, waarvan de bedoeling is aan belang hebbende buMenlandsche kringen de econo mische beteekenis te ontvouwen van da haven Duisburg—Ruhrort Uit de naburige landen, zooals Neder* land en België, alsmede uit het industrie gebied. is een groot aantal vooraanstaande personen uitgenoodigd, die zich aan boord van een Rijnboot over de beteekenis van de haven DuisburgRuhrort en van de scheep vaart op den beneden-Rijn in het algemeen op de hoogte kunnen stellen. De Havendag van dit jaar is de eersta poging om op deze wijze propaganda ie mak*. In dit opzicht heeft de Duisburger Havendag echter reeds een voorlooper ïrt Nederland, alwaar het vorig jaar het ge meentebestuur van Rotterdam de leidende personen van West-Duitschland lot een be zoek heeft uitgenoodigd, om hun de betee kenis van Rotterdam als doorvoerhaven aaü te toonen. De visschersstaking te IJmuiden Geen schip uitgevaren. Zaterdag en vanmorgen is te IJmuiden geen enkele stoorntreiler naar zee vertrok ken. Alle 250 werklooze visschers hebben geweigerd te gaan varen. Er blijven nu nog een kleine 200 werklooze visschers over, die nog een oproeping zullen ont vangen. I-Iet gemeentebestuur van Egmond aan Zee beeft aan de betrokken organisaties meegedeeld, dat aan de visschers geen uit- keeringen uit de werk loozen kas mogen worden gedaan. Een beslissing over uitsluiting uit de ge meentelijke steunregeling is nog niet geno-- men. De eerste uitkeering na de staking zou op a.s. Woensdae vallen zoodat de ge meente vóór dien tijd zal moeten beslissen of en zoo ja welke visschers uitgesloten zullen worden. Het coinunistisch Kamerlid De Visser heeft zich met een brief tot den Minister van Sociale Zaken gewend waarin betoogd wordt dat de slechte toestand in het vïs- scherijbedrijf te wijten zou zijn aan de on voldoende aandacht welke de regeering aan dit bedrijf wijdt. Tegen het besluit van den Minister inzake de steunregeling komt hij op. Ook wil hij een onderzoek naar de fi nancieele draagkracht der reeders en zoo- noodig regeeringshulp om de ouds loonen te handhaven. WARENHUIS INGESTORT Bij den tuinder A. W. K. te Naaldwijk is Zaterdag een warenhuis, ter grootte van 2200 ramen, plotseling ingestort Gelukkig bevond zich op het oogenblik der instorting niemand in de kas, zooaat persoonlijke ongelukken uitgebleven zija. Omtrent de oorzaak tast men in het duis ter. Het warenhuis is 12 jaar oud en werd vijf jaar geleden verplaatst De schade, door de verwoesting aange richt, schat men totaal op 2 k 3000 gulden. In de kas waren tomaten geplant .II PijpTabak Taeonia Leeuwarden (Adv.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 1