MINDER SPANNING
TE ADDIS ABEBA
IN HET LAND VAN HET
GEZOND VERSTAND
WOENSDAG 22 APRIL 1936
EERSTE BLAD PAG 2
De oorlog in Oost-Afrika
DE OPMARSCH SCHIJNT
GEBROKEN TE ZIJN
Wordt Dessié
door den Negus bedreigd?
Werking van de Sancties
In Italiaansche kringen verwacht
men dat het offensief der troepen aan 't
einde van deze maand of begin Mei vol
tooid zal zijn.
Gedurende den opmarsch naar Des.
sie heeft do levensmiddelenverzorging
der troepen uitsluitend door vliegtuigen
plaats gehad. Het corps Askari's heeft
van 7 tot 19 April 120 ton lovensmidda
len „uit de lucht" ontvangen, zoodat de
meegevoerde voorraden niet behoefden
te worden aangesproken.
Ook bij de overbrenging van het hoof a
kwartier van Makalle naar Dessie is van
vliegtuigen gebruik gemaakt De in.
tocht geschiedde plechtig. Maarschalk
Badoglio nam na zijn aankomst op het
vliegveld plaats in de auto van den
Negus, die in de handen der Italianen
is gevallen. Daarmede reed hij tot de
stadsgrenzen waarna hij te paard steeg
en zich, omgeven door zijn staf en afdee-
lingen Askan s naar het Italiaansche
consulaat begaf. Hier werd hij daar de
legaties uit de bevolking ontvangen.
De plaatselijke overheid en de geestelijk
heid boden haar onderwerping aan.
Bij den intocht van Badoglio was ook
de onderstaatssecretaris voor koloniën,
Lessona, aanwezig.
Naar dc oorlogscorrespondent van het
Ehiitsche Nieuwsbureau meldt, schijnen de
berichten over den slag m Ogaden erop te
wijzen, dat nog niet de geheele strij lmaciit
van Ras Nasiboe, doch pas in de omgeving
Van Sassa Baneh strijdende vooruitgescho
ven troepen, die door twee rassen gecom
mandeerd worden, verslagen zijn. De gevech
ten waren buitengewoon bloedig en hebben
voor de Abessijnen tot 'talrijke verliezen
geleid.
Inelk gevalisthansdewe'gn»ar
Harrar voor Graziani vrij.
Alles wijst er op, dat het Somali-com
mando zoo snel mogelijk zijn opmarsch zal
voortzetten. Of het oprukkende noordelijke
leger van Dessie uit zuidwaarts, onafhan
kelijk van de gebeurtenissen aan het Soma-
Jifront, zijn einddoel wil bereiken, dan wel
pas na de verovering van het laatste bol
werk in het noorden van Somalilaud, valt
nog niet te zeggen. Aan het eind van deze,
of op zijn laatst in het begin van de vol
gende maand, moet de zegetocht beëindigd
Jvorden.
tiener aal Graztant, leider van het offensief
op het Zuid-front
Overval van Abessijnsche patrouille
Volgens onbevestigde geruchten zou een
Abessijnsche patrouille gisternacht uit de
rond Dessie liggende bergen naar het vlieg,
veld van deze stad zijn afgedaald. Zij zou
den de schildwachten gedood en 17 vliegtui
gen in brand gestoken hebben.
De Commissie van Achttien
De voorzitter der Commissie van Acht
tien, de Vasconselles, heeft aan dc leden
der commissie een schrijven gericht, waar
in hij het volgende mededeelt:
„Na een grondige bestudeering van den
politieken toestand en na het Inwinnen
van informaties bij de leden der commis
sie, welke zich te Genève bevinden, ben ik
tot de conclusie gekomen, dat het niet ge-
wenscht is, dat de commissie op het oogen-
blik bijeenkomt Ik stel voor, de commissie
weer te doen vergaderen in de periode van
zitting van den Volkènbondsraad, tenzij
een vrdfcgere datum wordt voorgesteld of
ikzelf een vroeger bijeenkomen wensche
lijk acht".
Tegelijkertijd maakt de voorzitter de
commissie erop opmerkzaam, dat de jong
ste cijfers over den handel met Italië be
wijzen, dat de uitwerking der sancties
steeds voelbaarder wordt. De Italiaansche
invoer in Februari 1936 is, in vergelijking
met Februari 1935. gedaald van 1 \2 mil-
lioen gouden dollars tot 53 millioen, de
uitvoer van 20,2 millioen tot 10 millioen.
De uitwerking der Sancties
De commissie van deskundigen ter con-
Irolo op de toepassing der sanctiemaatre
gelen heeft de mededeelingen bestudeerd,
die door de verschillende regeeringen ver
strekt zijn aangaande de wetgevende
maatregelen, die zij ter uitvoering der
sancties hebben genomen. Ook zijn de ge
gevens betreffende den handel met Italië
aan een onderzoek onderworpen.
Uit de beschikbare documenten blijkt
dat de Italiaansche uitvoer in Januari
1936 met 46 procent in vergelijking met
Januari 1935 is verminderd, de invoer
verminderde met 39 procent. De Itali
aansche uitvoer naar de landen, die do
sancties toepassen, is zeer gering ge
worden: in Januari van dit jaar be
droeg hij nog meer dan 16 procent van
de hoeveelheid van Januari 1936 doch
in Februari werd nog slechts 6 procent
van het quantum van Februari 1935
uitgevoerd. De gouduitvoer is tot
1.092.000.000 lire gestegen.
De commissie heeft besloten, opnieuw
bijeen te komen aan den vooravond
van de eerstvolgende zitting der acht
tien.
Geruststelling van de bevolking
In alle deelen van Addis Abeba zijn biljet
ten aangeplakt van den volgenden inhoud
„Met de bedoeling, een einde te maken
aan het circuleeren van geruchten, die do
vijand rondstrooit over zijn opmarsch naar
Addis Abeba, geeft de regeering de bevol
king de verzekering, dat zij in contact ia
gebleven met de volgende steden: Sjola-
meda, op 150 km. van Addis Abeba aan
den weg naar Dessié, Ankober, Warra
Heiloe, Hawasj, Daggahboer, Djidjiga, Har-
ir, Afdeme enz.
Volgens ontvangen mededeelingen heeft
het leven in de plaatsen zijn gewoneD
Ovaties voor Mussolini
Toen Mussolini gister op het balcon van
het Palazzo Venezia verscheen, werd hij
luide toegejuicht door zwarthemden en een
achtige menigte van burgers. Hij hield
een korte toespraak, waarbij hij zeide:
„Vandaag, op den verjaardag van de stich
ting van Rome, vieren wij den arbeid en
de overwinning. Na een moeilijke vaart
zijn wij in het gezicht van de haven geko-
sn. Wij zullen haar met ontplooide zeilen
binnenvaren en als altijd de kracht, de
rechtvaardigheid en de beschaving van
Rome met ons voeren".
Frankrijk, Duitschland
en de Volkenbond
Een interessante enquête
van een Fransch blad
„Le Journal", wolk blad sedert eenige da
gen de resultaten publiceert van zijn en
quête onder zijn lezers over vier hun voor
gde vragen, publiceert het totale resul
taat van 212.000 ingekomen antwoorden.
Op de eerste vraag: „Gelooft gij, dat wij
tot overeenstemming kunnen komen met
Duitschland?" hebben 135.110 inzenders ja
geantwoord en 62.212 neen.
Op de tweede vraag: „Gelooft gij, dat de
vrede van Europa van do Fransch-Duitsche
toenadering afhankelijk is?" luidde 162.363
antwoorden ja en 48.868 antwoorden neen
De derde vraag: „Hebt gij vertrouwen in
het Fransch-Rus6ische pact?" werd door
31372 inzenders bevestigend ep door 174.128
ontkennend beantwoord.
De vierde vraag ten slotte luidde:
„Gelooft gij, dat de Volkenbond er eens
toe komen zal een duurzamen vrede in
Europa te vestigen?" Hierop antwoord
den 42.264 inzenders ja en 166.496 in
zenders neen.
Belgisch postvliegtuig
verongelukt
Twee Inzittenden omgekomen
Het driemotorig Belgische poetvliegtuig,
dat den geregelden nachtelijken dienst Pa
rijs—Brussel—Keulen onderhield is gister
avond omstreeks 20.30 uur tusschen Bussy
en Baron in het departement Oise door een
buitengewoon heftige windvlaag tegen de
grond geslagen.
De Belgische piloot Fecheroles en de radio
telegrafist Bloots zijn om het leven gekomen
Zij zijn levend verbrand. Ook de post is
verbrand, tezamen niet het toestel.
REMILITARISATIE
VAN DE DARDANELLEN
Een verklaring
in het Engelsche Lagerhuis
Nieuwe besprekingen op komst
Berichten uit Ankara meidon, dat de
Turksche Ministerraad- besloten zou
hebben de gedemilitariseerde zóne der
zee-engten militair te doen bezetten.
Toen het Engelsche Lagerhuis Dinsdag
middag bijeenkwam steldo de leider dor
oppositie, Attlee, den minister van Buiten-
landsche Zaken Eden, de vraag, of deze een
verklaring kon afleggen met betrekking tot
de remilitarisatie van de Dardanellen.
Eden, die door het Huis met luid applaus
werd begroet, verklaarde: ,-De regcering
ontving van Z. M. een mededeeling der
Turksche regeering, waarin werd gezegd,
dat wegens de wijzigingen, die in de poli
tieke en militaire omstandigheden waren
ingetreden, artikel 18 der conventie aan
gaande de zee-engten niet langer een af
doende garantie voor de veiligheid van
Turkije vormde.
De Turksche regeering verklaarde
zich bereid, besprekingen aan te gaan
met de mogendheden, die aan de on
derhandelingen aangaande de conven
tie der zee-engten hadden deelgenomen
met het doel te komen tot de spoedige
afsluiting van een overeenkomst, die
de kwestie der zee-engten op zoodanige
wijze zou behandelen, dat de onschend
baarheid van het Turksche grondge
bied en de ontwikkeling van het han
delsverkeer tusschen Middel landsche
en Zwarte Zee er door zouden zijn ver
zekerd.
Z. M.'s regeering antwoordde, nota te
hebben genomen van de onlangs door den
Turkschen minister van Buitenlandsche
Zaken aan haar ambassadeur te Turkije
gegeven verzekering, dat de voorgestelde
herziening slechts betrekking had op de
militaire clausules van de conventie, doch
deelde de Turksche regeering tevens mede,
dat, waar deze conventie uit naam van het
geheele rijk werd onderteekend. de Brit-
sche regeering zich eerst met de regeerin-
gen der dominions in verbinding moest
stellen, alvorens haar standpunt op gede
tailleerde wijze uiteen te zetten. Ofschoon
de Britsche regeering ook thans haar
standpunt niet kan meedeelen, erkent zij
echter toch de wettigheid van het verzoek
der Turksche regeering en beschouwd zij
dit als een duidelijk bewijs van de trouw
der Turksche regeering aan het principe,
dat het onmogelijk is wijziging in inter
nationale verdragen langs unilateralen weg
aan te brengen (applaus).
De Britsche regeering heeft zich dan
ook bereid verklaard, de opgeworpen
kwesties te bespreken op het tijdstip en
de wijze, welke alle betrokken landen
het best zullen convènieeren.
Een verkiezingsrede
van Leo Blum
De leider van de pariementsfractie van
de Fransehe Socialistische Partij S.F.T.O.
Leon Blum, heeft een radiorede gehouden,
waarin hij zeide, geen ander middel ter
voorkoming van den oorlog te zien. dan
hetgeen men de „organisatie van den vrede"
noemde.
De socialisten, aldus Blum, hadden nim
mer opgehouden aan deze organisatie van
den vrede te werken Indien het socialisme
gehoord was, zou de oorlog in Abessinië
nooit uitgebroken en het Volkenbondsfront
intact gebleven zijn, zoodat ook de Duit
sche dictator in bedwang gehouden zou zijn.
Op het gebied der binnenlandsche
politiek verklaarde Blum, dat zijn par
tij bereid is deel te nemen aan een
Regeering die een gemeenschappelijk
programma der volkspartijen nastreeft.
DE ENGELSCHE BEGROOTING
INGEDIEND
Verhoogde invoerrechten
op bier en thee voorgesteld
Vermindering
van de Nationale Schuld
De Engelsche minister van financiën,
Chamberlain, heeft gistermiddag in het
Lagerhuis de begrooting ingediend.
De ontvangsten worden geraamd op
798.381.000 en de uitgaven op 797.S97.000
pond sterling.
In zijn rede, die bijna anderhalf uur
duurde, wees de minister op een algemeene
toename van de rijkdommen van het land
en op eon uitbreiding van dn activiteit op
handelsgebied. In het afgeloopen jaar was
de nationale schuld met 4V» millioen en de
vlottende schuld met 51^4 millioen pond
sterling verminderd.
Voor buiteng wone credieten voor de
landsverdediging zal 20 millioen pond ge
reserveerd worden.
Voor het komende begrootingsjaar was
in aanzienlijke vermeerdering dor ont
vangsten te venvachten, o.a. van de invoer
rechten en accijnzen. De ontvangsten uit
hoofde van de bestaande bronnen van in
komsten bleven echter nog 21 millioen
pond onder het bedrag der uitgaven, en
teneinde dit tekort te dekken zullen nleu-
bronnen van inkomsten worden aange
boord. Zoo kondigde Chamberlain o. a. een
wetswijziging aan, teneinde belastingont
duiking te voorkomen. De in 1936 ingestelde
invoerrechten op producten, die voor de
sleutelindustrieën moeten dienen, zullen dit
jaar van kracht blijven.
Om de gebieden, waar de nood bij
zonder ernstig is, te steunen, zal, naar
de minister meedeelde, een maatschap
pij worden gevormd met een kapitaal
van een millioen pond nominaal, om
kleine zaken In deze gebieden te finan
cieren.
Chamberlain kondigde voorts een ver
hoogd invoerrecht aan op bier, en, met in
gang van heden, op thee, alsmede verhoo
ging van do inkomstenbelasting.
Na Chamberlain werd nog het woord ge
voerd door Attlee, den arbeiders-afgevaar
digde, die zich niet met de bcgrooting
accoord kon verklaren, daar deze, naar hij
zeide, ten slotte tot oorlog zou leiden. Sin
clair, de leider van de liberale partij, achtte
de financieel® vooruitzichten thans ongun
stiger dan in 1931 en 1914. Beide sprekers,
evenals Maxton, die daarna sprak, leverden
heftige kritiek op het invoerrecht op thee.
DE KWESTIE
DER MANDAATGEBIEDEN
Een verklaring van Thomas
in het Engelsche Lagerhuis
Engeland beslist niet alleen
In het Engelsche Lagerhuis heeft de con
servatieve afgevaardigde Vise de kwestie
der mandaatgebieden ter sprakegebracht,
die naar hij zeide, bij vele Engelschen
stige ongerustheid heeft gewekt. Hij
langde, dat de regeering zich zal verplichten
geen enkel territorium terug te geven. De
conservatief Amery zeide, dat er al vele
dwaasheden zijn gezegd over landen, die
zouden verstikken, doordat zij geen grond
stoffen bezitten. Het welvarendste land ii
Europa, aldus verklaarde hij, is naar mijn
meening Zweden, dat geen vierkante duim
koloniaal bezit heeft, maar zijn positie door
andere middelen heeft verzekerd.
Grenfell, lid van de Labour-partij, was
van meening, dat Engeland tot alle andere
landen zou moeten zeggen: „Gij zult gelijke
lijk toegang hebben tot- de bronnen der
grondstoffen, gelijk recht to* het doen van
beleggingen, gelijk recht tot invoer in het
Britsche territoir."
In zijn antwoord herinnerde Tho
mas, de Minister van Koloniën, aan
zijn vroegere verklaringen en die van
Neville Chamberlain. Ik hoop, aldus
vervolgde hij, het Huis en de wereld
te hebben doen begrijpen:
Dat het niet juist is, wanneer
Duitschland of eenige andere mogend
heid verklaart niet dezèlfde voordee-
len en voorrechten in de mandaats-
gebieden te genieten, als wij bezitten,
dat wij ons fideicommissum recht
vaardig hebben bestuurd, tot tevre
denheid van de bewoners, waarvoor
wij de verantwoordelijkheid dragen,
dat w\j niet alleen over de kwestie
der mandaatsgebieden hebben te be
slissen, omdat men zich ervan bewust
moet zyn, dat ook Australië, Nieuw-
Zeeland en Zuid-Afrika dergelijke
gebieden hebben. Bovendien betreft
deze kwestie ook Frankrijk en België,
terwijl de bewoners der betreffende
gebieden in de zaak gekend moeten
worden
DE ONGEREGELDHEDEN
IN PALESTINA
Staat van beleg blijft gehandhaafd
CAIRO, 21 April. In verband met de voort
durende spanning heeft de hooge commis
saris besloten den 6taat van beleg te hand
haven. Troepen handhaven de orde in de
volkrijke streken en de treinen rijden on
der bewaking van militairen. Alle winkels
zijn gesloten.
De Joodsche Nationale Raad blijft perma
nent in zitting, het comité tot verdediging
van de Arabische belangen is voornemens
stappen te doen bij de regeering.
De oorzaak van de ongeregeldheden
schijnt gelegen te zijn in den moord op den
jood Israël Hazzah op den weg van Tulka-
ram door roovers. Deze moord wekte groote
ontevredenheid en demonstraties hadden
plaats, waarbij do politie moest ingrijpen
en waarbij twee Arabieren werden gedood.
Dp Arabieren beschouwden dit als een re-
pressaille van de Joden, terwijl de Joden
verklaren, dat de politie hiervan de schuld
is.
De begrafenis van Hazzah werd door de
geheele Joodsche bevolking met veel praal
gehouden, waarna vreedzame demonstratie
plaats hadden. Hierna hadden de eerste on
lusten plaats.
Gisteren is het in Palestina vrij kalm ge
bleven, doch in de avond hebben weer on
geregeldheden plaats gehad. Uit de naburige
dorpen trokken de Arabieren naar het
kwartier Hatekva van Tel Aviv. Zij werden
evenwel door de politie verstrooid.
Te Kaiiffa wilden demonstranten de Ara
bische winkeliers dwingen te sluiten ten
teeken van protest Hierbij ontstonden nieu
we ongeregeldheden.
De hooge commissaris heeft een onderhoud
gehad mei óe leiders van de Muzelmannen
en verzocht hen, hun invloed aan te wenden
om de onlusten te doen staken. De autori
teiten geleiden verder vele Bedouinen, die
kort geleden uit Syrië en Djebel Haoeran
over de grens zijn gekomen, naar de grens
terug.
Kort Nieuws
Gistermiddag te half vijf was de Duitsche
gezant von Stohrec, van Cairo, nog steeds
niet gevonden, hoewel men al vier dagen
naar hem heeft gezocht Twaalf Britsche
vliegtuigen, elf Egyptische toestellen en
veertien auto's zoeken de omgeving van
Gebel Katrani en van Baharia af met een
straal van 200 kilometer.
Volgens berichten uit Joennanfoe wordt
gevreesd, dat met andere vreemdelingen
ook de Duitsche zendelingen-familie Uhl-
mann op 15 April in handen van commu
nistische troepen is gevallen. Als plaats
der gevangenneming wedt Tsjoejoeng ge
noemd, dat halfweg tusschen Joennanfoe on
Talifoe ligt Ulhmann behoorde tot dezelfde
zendingspost als de kort geleden, na acht
tien maanden gevangenschap, door de com
munistische troepen vrijgplaten Zwitsersche
zendeling Bosshardt De Duitsche ambas
sade heeft direct de noodige stappen tot be
vrijding gedaan.
De Deensche vakbonden
eischen Ioonsverhooging
Maar de werkgevers komen
er met een koopje af!
De positie van de landarbeiders
IL (Slot)
Toen wij het vorig jaar schreven over ons
onderzoek in Denemarken, namen wij als
voorbeeld, wat een arbeider voor zijn loon
kon koopen: een Rotterdamsche en een
Kopenhaagsche kolenwerker, beiden van het
contractueel vastgesteld weekloon. Te Rot
terdam is dit f 2435, te Kopenhagen 56 kro
nen, is f 18.25.
De koopkracht van de kroon is volgens
„Voorwaarts" en „De Fabrieksarbeider" vrij
wel dezelfde gebleven. Men moet maar dur
ven! Wij herhalen het nog eens: de kosten
voor levensonderhoud zijn in Denemarken
met 12 punten of bijna met 1/8 gestegen.
't Is misschien niet van algemeene be
kendheid. dat in het hooggeprezen roode
Denemarken er van regeeringswege een be
paling bestaat, dat gedurende den duur
van een contract ueele overeenstemming
niet mag worden gestaakt.
Thans wordt in Denpmarken een uitslui
ting door de werkgevers toegepast, welke
volgens de Kopenhaagsche correspondent
van het Pariser TageblatL 130 0Ó0 man om
vat Verder schrijft deze o.m.:
Zakelijk gaat het in dit conflict om
looneischen door 't vakverbond gesteld
en door de werkgevers afgewezen. In
1933 werden de contracten zonder veel
wijzigingen verlengd. Toen waren de
omstandigheden veel ongunstiger dan
thans en ook volgens de Regeering was
het toen geen tijd om looneischen te
stellen.
Intusschen ia het economisch leven er
aanmerkelijk op vooruitgegaan. De kos-
*1 I stond in ons Wad van 20 April jd.
ten van het levensonderhoud
stegen, doch deloonen bleven
g e 1 ij k.
Derhalve zochten de vakbonden naar
een compensatie tusschen loonen en de
hoogere levenskosten; echter niet voor
alle loonklassen. Zij verlangden slechts
een verhooging van de weeklooncn van
40 tot 50 kronen met 5 Ore per uur.
Het gaat dus slechts om een verhooging
met 5 óre per uur van de week'oonen van
40 tot 50 kronen is f 13 tot f 16 25. Een ver
hooging dus met ruim IV» cent per uur.
Elkeen zal toestemmen, dat, gezien de stij
ging van het indexcijfer met 12 pet, de
eischen der vakbonden zeer billijk zijn. Al
zouden de werkgevers aan alle eischen der
arbeiders toe moeten geven, dan komeD zij
er nog met koopje af, tenzij dat de eco
nomische toestanden in de bedrijven in
Denemarken niet zoo rooskleurig zijn als
van sociaal-democratische zijde wordt voor
gesteld.
De toestanden in het landbouwbedrijf
Wij hebben met belangstelling de artike
len in de „Voorwaarts" over de toestanden
in het landbouwbedrijf gelezen. Tot onzen
spijt werden hierin geen gegevens ver
strekt over de toestanden en de loonen der
landarbeiders in Denemarken.
Tijdens ons bezoek aan Denemarken is
ons evenwel gebleken, dat evenals In Ne
derland de loonen der landarbeiders be
langrijk lager waren dan die in de Industrie
en andere bedrijven.
De Statiske Efterretninger no 2 van 14
Januari 1936 verstrekt een overzicht van de
dagloonen der vaste en losse boerendag-
gelders. Het luidt als volgt:
Win ter! o on:
vaste m. kost 2.72 kronen (f 088)
vaste z. kost 4.10 kronen (f 1.35)
losse m. kost 3 10 kronen (f 09S)
losse z. kost 4.27. kronen (f 1.40)
Voorfaarsloon:
vaste m. kost 3.50 kronen (f 1.15)
vaste z. kost 4 64 kronen (f 1.52)
losse m. kost 3.S1 kronen (f 1.25)
losse z. kost £>.10 kronen (f L6S)
Zomerloon:
vaste m. kost. 3.85 kronen
vaste z. kost 4.92 kronen
losse m. kost 416 kronen
losse z. kost 5.50 kronen
(f 1.27)
f 1.62)
f 1.36)
(f 1.80)
De tusschen haakjes geplaatste cijfers
ve**melden bet loon omgezet in guldens.
De loonen der losse arbeiders zijn hooger
dan die der vaste. Dit yindt zijn oorzaak
daarin, dat de losse arbeid voor het meeren-
deel seizoenarbeid is en deze arbeiders
voornamelijk in den winter in het algemeen
geheel werkloos zijn. Het doorsneeloon der
vaste arbeiders zonder kost over het ge-
geheele jaar is ongeveer f 1 50 per dag. Uit
bovenstaande cijfers blijkt, dat de loonen
der landarbeiders in Deneraarken ook niet
zoo bijzonder gunstig zijn.
Volgens de bovengenoemde Statiske Ef
terretninger waren er bij de laatste telling
in Denemarken 205.971 landeigenaars, hier
van waren er maar 4101 met meer dan
60 H.A (dezen worden gerekend als groote
boeren); 20.450 van 30toi60 II.A.; 70.487 van
10 lot 30 H.A. (middelboeren) en 110.533
van 10 tot 0-55 H.A- (kleine boeren).
He>t peil van 1930 niet bereikt
De heer R. geeft in de „Voorwaarts" de
verdienste der boeren over de jaren 1930:
1931. 1932 en 1933 volgens hun belastbaar
inkomen In deze cijfers heeft hij niet mede
gerekend de 800 kronen, welke niet belast
baar zijn.
1930
1931
1932
1933
Groote boeren, in
kr.
11950
7880
6090
7980
Groote boeren, in
gld
3884
2561
1979
2594
Middelboeren in
kr.
2910
2052
1781
2086
Middelboeren in
gld
946
667
569
678
Kleine boeren in
kr.
1498
1266
1169
1238
Kleine boeren in
gld
487
412
380
403
In Denemarken is volgens „Voorwaarts"
het peil van 1930 weer bereikt.
Wij hebben de kronen van het belastbaar
inkomen in guldens omgerekend tegen den
koers van de kroon van thans. In 1930 en
een groot deel van 1931 stond de kroon nog
Op goudwnarde. het dubbele van thans. Dc
koopkracht is. zegt men. hetzelfde gebleven.
Op grond van bovenstaande cijfers kun
nen we er echter niet bij. dat voor Dene
marken het peil van 1930 weer zou zijn be
reikt.
Want men zal toch niet durven beweren,
dat bv. voor de middelboeren 2010 kronen
gelijk slaat met 2086 kronen en voor de
kleine boeren 1498 gelijk met 1238 kronen
Ook de boeren kunnen voor 1238 kronen
thans niet meer dezelfde hoeveelheid goe-
Dezelfde problemen
Nederland en Denemarken hebben te
worstelen met dezelfde problemen. Noodig
is voor beide verlaging van de tolmuren.
En emigratie zou beiden kunnen helpen in
verband met de overbevolking. Voor Neder
land dringt dit nog meer met zijn dri
maal zooveel inwoners op de vierkante
kilometer als van Denemarken.
Dat in Denemarken v.n.l. de boeren door
de invoerbelemmcring zwaar worden getrof
fen blijkt wel uit de verminderde uitvoer
der boter, geslachte varkens en vleesch. De
Statiske Efterretninger van 17 Januari 1936
meldt hieromtrent:
1935 1934 1933 1931
In millioenen kronen
Boter
Engeland 109.3 124.6 126.4 123.3
Andere landen 28.6 25.2 23.9 47.8
Totaal 137.9 149.8 150.3 171.1
Geslachte varkens
Engeland 196.9 219.1 283.5 372.0
Andere landen 28 4.2 10.6 41
Totaal 199.7 223.3 294.1 376.1
Rund- en kalfsvleesch
Alle uitvoer 8.5 12.5 11.4 31.4
Voor al deze artikelen liep de uitvoer
sinds 1931 (dus voor de devaluatie) terug
van 578.6 tot 346.1 millioen kronen. In 1935
een vermindering van 232.5 millioen Kilo
gram.
Hieronder geven wij nog enkele cijfers be
treffende de slachting van varkens aan de
exportslachterijen overgenomen uit de Sta
tistike Efterretninger No. 13 van 19 Maart
1936.
In 1931: 7.320.349 stuks 1932: 7.840.999 st
1933: 6.392.011 st. 1934: 4.897.672 st. en 1935.
4.331 052. Hier is dus voor een der voornaam
ste exportartikelen van Denemarken eon
voortdurende daling te constateeren. Een
vermindering in 1935 met 1932 van 3509.947
en van 1931 1935 met 2.9S9 299 stuks.
Wij zouden nog wel meardere cijfers kun
nen geven ook wat betreft het bevolkings
vraagstuk.
Wij herhalen: in de artikelen in „Voor-
waarts" hebben wij geen enkel cijfer kun
nen vinden gewijd aan de loonen en den
toestand der landarbeiders: 't was een en al
een verheerlijking van de goede toestand
der landeigenaars (groote en kleine kapita
listen) 't Lijkt mij toe alles verkiezingsre
clame te zijn.
J. QUISPEL
EEN BOEKJE VAN
„RIJKSBISSCHOP" MüLLER
(Van onzen Duilschen correspondent)
Bij wijze van Paaschverrassing ontvingen
wij uit Thuringen een boekje, oat binnen en
en builen Duitschland guooie opschudding
teweeg heeft gobraoht, Het telt weliswaar
slechts 42 pagina's, maar is niettemin van
uitdagend groot formaat. Hel begint met
een inleiding en het eindigt met een nabe
schouwing. Daartussclien krijgen we dan op
21 velletjes geschept papier te lezen:
„Deutsche Gottesworte, verdoutsoht von
Reichsbisschof Müller".
Nadat wij om van onze verbazing te
bekomen een Duitschen bijbel in de ver
taling van Dr. Maarten Luther, uit de boe
kenkast hebben gehaald, om eventueel door
vergelijking te kunnen vaststellen, waai het
in dezen nu eigenlijk om gaat, nemen we
het boekje opnieuw ter hand en beginnen
te lezen.
„Voor u, mijn volksgenooten uit het Derde
Rijk, heb ik de bergprediking „verduitscht",
niet „vertaald";, voor u voor wie het chris
tendom iets vreemds is geworden opdat gij
Goes Woord in het Duitseh opnieuw met het
hart kunt vatten eri begrijpen".
Met deze woorden plaatst Ludwig Müller
zich naast Maarten Luther en hij ondertee
kent zijn inleioing met „Jullie Rijksbis
schop". Waartegen dan weer protest wordt
aangeteekend door de rijkscommissie voor
kerkelijke aangelegenheden, een instantie,
welke in overleg met dr. Kerrl, rijksminister
voor kerkelijke aangelegenheden, handelt.
De verduitsching der bergprediking draagt
hot veelzeggende opschrift: „De eeuwige
Christus spreekt". Wie dan echter een vcr-
Quitsching van den oertekst venvacht in den
geest van onzen tijd, die vergist zich deer
lijk. Zij heeft met Luther's bijbelvertaling
slechts weinig meer uitstaande en kan be^
ter als oen verduitsching worden gekarakte
riseerd van den ouden SaksischeD Heiland.
Wanneer Christus volgens Mattheus 5,
vers 3, tot de schare, dio Hem naar den berg
is gevolgd en tot do aiscipelen zegt: „Zalig
zijn de armen van geest, want hunner is het
koninkrijk der hemelen", dan houdt Ludwig
Müller, die zich blijft aandienen als „jullie
rijksbisschop", het voor juist, om hiervoor
te zeggen: „Wel hem, die zijn leed manne
lijk torst Hij zal de kracht vinden om nooit
moedeloos te vertwijfelen".
Voor het wereldomvattende Christuswoord
plaatst Ludwig Müller dus een woord van
aanmoediging mot de bedoeling, hiermede
de weinigen, die hem nog als hun rijksbis
schop beschouwen, voor het evangelie der
verlossing te winnen. Wij van onzen kant
vreezen, dat deze gelijkschakeling van den
Bijbel in dienst van het Deroe Rijk noch
den „Rijksbisschop", noch zijn verloren ge
raakte schaapjes zal baten.
„Rijksbisschop" Ludwig Müller acht zich
geroepen, het Evangelie van Christus in de
vertaling van Maarten Luther grondig te
herzien. Hij laat alles achterwege, wat aan
het Oude Testament herinnert, wil van Je
ruzalem niets weten, vervangt de schrift
geleerden en pharizeeërs door .Leeraren en
predikanten" en voor de „wet en profeten"
plaatst hij .goddelijke waarheden en eischen
die gij van uw vaceren hebt overgenomen".
Dat er eenmaal door Mozes een wet is opge
schreven, dien ieder kind door de tien ge
boden leert kennen, wordt door Ludwig
Müller als zijnde een joodsche aangelegen
heid eenvoudig aoodgezwegen!
Voor óns is het leerrijk en typeerend te
vens voor den tijd, dien wij in Duitschland
meemaken, dat de goddelijke openbaring
gaat plaats maken voor de stem van het
bloed; de daoen van God komen al meer en
meer op den achtergrond, doordat de daden
en gedachten der menschen toonaangevend
worden. Ludwig Müller nog kort geleaen
de hoogste instantie der officieel erkende
evangelische kerk corrigeert de woorden
van Christus door den nadruk te leggen op
volksgemeenschap, bloed en eer. En het
ergste hierbij Ls dat hij dan deze „verbete
ringen" aandient als wooroen van den
„eeuwigen Christus!"
Tegenover deze Müller'sche aanvullingen
van de bergprediking constateeren wij
voorts het feit, dat alles zorgvuldig is ge
schrapt, wat den nat ionaal -socialistisch den
kenden Duitscher minder aangenaam zou
kunnen zijn.
De zalig-prijzing der zachtmoedigen past
klaarblijkelijk niet moer in onzen strijdlus-
tiften tijd, want Luawig Müller worden deze
zachtmoedigen tot menschen, die „allezeit
gute Kameradschaft halten" cn de vredelie-
venden worden door hem gepromoveerd tot
menschen, die „met hun volksgenooten vre
de bewaren". Zoo wordt dan deze Müller-
sche verouitsching tot een „verbetering"
van de bergprediking.
In zijn nabeschouwing spant Ludwig Mül
ler zich nogmaals in, zijn verduitsching van
de bergnrediking te motiveeren. Hij stelt
een vervreemding vast tusschen de kerk
van Christus en den modernen mensch. Nie
mand zoo redeneert hij kan het raad
sel rondom God oplossen. De noordsche vol
ken spraken reeds van „Good" en zij bedoel
den hiermede het goede, zooals ook Christu3
zegt: „Niemand is goed, dan alleen God".
Hij wil hiermee vaststellen, dat de noord
sche volken Gort met het goede op één lijn
hebben geplaatst maar dat alleen Christus
deze toenadering tot God mogelijk maakt,
wordt opzettelijk verzwegen.
Wat heeft Ludwig Müller ons dan tenslot
te nog te zeggen over het christelijk geloof
onzer vaderen? „Wij moeten ons leven niet
leiden in slaafsche angst voor een wrekende
vereelding, maar in kinderlijk vertrouwen
in God en ln het bewustzijn onzer verant
woordelijkheid".
Wanneer thans in bepaalde kerkelijke
kringen wordt gedacht en beweerd, dat
de taak der Belijdendo Kerk ls vol
bracht en dat een verzoening tusschen de
verschillende kerkelijke en geestelijke groe
pen aap den tijd is. dan bevelen wij dit
boekje van ..rijksbisschop" Müller ten zeer
ste aan Men zal dan tot de beklemmende
'ekking komen, dat dp Kerk meei dan
ooit geroepen is. met er t en nadruk pro
test aan te teekenen tegen de valsrhe leer,
die door deze „Deutsche Gottesworte" van
Ludwig Müller wordt verkondigd.
KORT NIEUWS
Zestig van de communisten, die gear
resteerd zijn in verband met de onlusten te
lamberg zijn na^r het isolatiekarap Bereza
Kartoeska gezonden.
De Daily Telegraph verneemt, dat het
mogplijk is. dat koning F.dwnrd. die sedert
eenige jaren niet meer heeft paard ge Men,
dit jaar weer op de Rotten Row zal ver
schijnen Het is niet waarschijnlijk, dat de
Koning weer gaat jagen, maar wel zou het
kunnen, dat hij voor eenige lichaamsbewe
ging weer gaat paardrijden.