ream Open de deur voor Néerlands Zuivel HONIG'S BOUILLONBLOKJES 6 voor lOct. GEESELING WOENSDAG 25 MAART 1936 DERDE BLAD PAG. 9 DR VAN SCHELVEN TOCH LICHT GEWOND Een telegram aan zijn vrouw Wat er gebeurd is, nog steeds een mysterie Onze veronderstelling, dat er met de vooruitgeschoven post van de Ned. ambulance in Abessinië, waarvan Dr van Sohelven de leider is, iets aan de hand is geweest, wordt thans beves tigd. Met zekerheid kan worden gemeld, dat Dr van Schelven inderdaad een tiental dagen geleden gewond is. On der welke omstandighedjeil dit ge schiedde, blijft echter nog steeds een i mysterie. Dat hij gewond is, blijkt, aldus „de Tele graaf" uit een telegram door hemzelf aan zijn vrouw gericht. In dit, in het Engelsch gestelde telegram, meldt Dr van Schelven, dat hij gewond is, echter niet gevaarlijk, en hij voegt er aan toe, dat men zich over zijn toestand niet ongerust behoeft te maken. J Van welken aard zijn verwonding is, hlijkt uit het telegram niet duidelijk, om dat een woord verminkt is overgekomen. Daardoor valt niet met zekerheid uit te maken of Dr van Schelven aan den pols of aan den schouder gewond is. Geruchten, dia ook te Addis Abeba over het avontuur der Nederlandsche Roode Kruis-colonne zijn doorgedrongen, géven aanleiding te denken aan een borstwond. Het na het eerste alarmeerende StefamJ- bericht toch eenigermate geruststel lendi telegram van Dr van Schelven is, zoo meldt bovengenoemd blad verder, in het midden der vorige week bij zijn familie ontvangen Mevrouw Van Schelven heeft er echter eerst eenige dagen later kennis van gekregen, vermoedelijk in Marseille of.... op de boot, die haar naar Djiboeti brengt. De vorige week Maandag is zij nl. opge schrikt door het bericht, dat haar echt genoot bij een overval van Abessijnsche xoovers gewond zou zijn, hals over kop naar Abessinië vertrokken. In Arnhem las zij voor een der krantenbureaux het daar ge- bulletineerde bericht, dat haar hevig on> stelde. Daar nadere mededeelingen, ook over den aard en den ernst der verwonding ont braken, besloot zij naar haar gewonden man te vertrekken. Nog denzelfden avond vertrok zij in gezelschap van haar zoon naar Milaan en van dia ar via Rome naar Marseille. Vermoedelijk h»eft mevr. Van Schelven Homo bezocht om de noodzakelijke papieren te krijgen. Van Marseille zou zij per boot naar Djiboeti vertrekken - en vandaar per trein naar Addis Abeba om zich naar haar (echtgenoot te kunnen begeven. Haar familie heeft haar het telegram van haar echtgenoot onmiddellijk nagestuurd, ■doch vermoedelijk heeft zij er eerst op de bont kennis van gekregen. Uit het telegram valt, volgens het blad, f Sliet op te maken, bij welke gebeurtenis Dr Van Schelven gewond is. Van een Abessijn- schien overval spreekt het niet, evenmin ech ter van een Italiaansoh bombardement. Daaromtrent tast men dus nog steeds in het duister. Ook bij het hoofdkantoor van het Roode Kruis te 's-Gravenhage verkeert men daarover in het onzekere. liet telegram van Dr van Schelven was daar trouwens ook niet bekend. Het telegram van Dr Winckel De beide telegrammen van Dr Winckel, waarin de naam van Dr van Schelven ge noemd wordt, spreken trouwens ook niet van een verwonding. Het Roode Kruis heeft, nadat het van het Stefani-bericht kennis bad gekregen, telegrafisch Dr Winckel om inlichtingen verzocht. Dit telegram is gekruist door een in het Fransch gesteld ten-gram van den leider der ambulance, waarin hij o.m. meldt: „Dr Van Schelven hors danger". Waar het tele gram niet sprak van een overval of bombar dement en evenmin van eon verwonding kon het aldus opgevat worden, dat Dr van Schelven met zijn colonne, die zich van een vooruitgeschoven post bij Kworam op weg bevond naar de basis te Dessie, buiten dc gevaarlijke zóne was gekomen. Vandaar dat een communiqué van het Roode Kruis mededeelde, dat er geen reden ■was voor ongerustheid omtrent het lot van Dr van Schelven. In het licht van Dr van Schelvens telegram aan zijn echtgenoote is echter niet onmogelijk, dat Dr Winckel bedoeld heeft te melden, dat er voor den leider der colonne geen gevaar meer te vreezen was. Het tweede, Zondag jl. bij het Roode Kruis van Dr Winckel ontvangen telegram deelt o.m. mede, dat Dr van Schelven „sain et sauf" (gezond en wel) te Dessie is aan gekomen. Waar Dr van Schelven ook zelf meldt, dat zijn vprwonding niet gevaarlijk was, kan uit zijn eigen bericht en uit dat van Dr Winckel geconcludeerd worden, dat zijn verwonding inderdaad van on gevaarlij ken aaro is, en dat hij daarvan reeds nagenoeg hersteld is. Intusschen blijft het dan nog altijd een mysterie wat er met de colonne gebeurd is. De komende reisbelasting Een vijftal wenschen van de samenwerkende Reisvereenigingen Adres aan de Tweede Kamer De Ned. Chr. Reisvereeniging, de Ned. Reisvereeniging voor Katholieken, de afd. „Natuurvrienden" van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling en de Alg. Reisver eeniging voor Nederland hebben aan de Tweede Kamer een adres gezonden in ver band met de voorgenomen wet tot heffing van een reisbelasting. In dit adres wordt vooropgezet, dat adres santen op grond van vele bezwaren van cultureele, sociaal-economische en andere aard, de indiening van dit ontwerp betreu ren, doch daarnaast wordt de mogelijkheid onder het oog gezien, dat de leden der Sta- ten-Generaal bij het bepalen van hun stem andere motieven, die voor aanneming zou den pleiten, den doorslag zouden geven. De adressanten uiten een vijftal wenschen, die nan de grootste bezwaren, die zij tegen de onderdeelen hebben, tegemoet komen. De samenwerkende reisvereenigingen heb ben daarbij uitsluitend het oog gericht op de belangen der in groepsverband reizen- den en laten eventueele bezwaren van den alleen reizenden plezierreiziger, den beroeps reiziger en den grensbewoner onbesproken. Dit vijftal wenschen komt op het volgen de neer: Dq bedragen van 50 en 75 cent wor den in plaats van tot den achtsten en den twaalfden dag geheven tot den negenden en den zestienden dag. De dagen van aanvang en einde van de reis komen of wel in het geheel niet of slechts tezamen als één dag voor belastingheffing in aanmerking. De mogelijkheid worde geopend, dat van door reis- of jeugdvereenigingen geor ganiseerde jeugdreizen voor schoolvrije jeugd tot 21 jaar aanmerkelijk lagere belasting zal worden gheven. Wanneer echtelieden tezamen reizen van één van hen een aanmerkelijk lager bedrag ge heven zal worden. Dat de gunstige bepalingen ten aanzien van de administratieve verplichtingen, die voor reizigers in groepsverband worden ge maakt, slechts zullen gelden voor groepen, die georganiseerd worden door rechtsper soonlijkheid bezittende reisvereenigingen en in het handelsregister der Kamers van Koophandel ingeschreven reisbureaux. In de uitvoerige Memorie van Toelich ting, die bij het adres gevoegd is, worden de gronden, waarop deze wenschen rusten nader uiteengezet, waaruit o. m. blijkt dat zij vooral gebaseerd zijn op de overweging om de lasten van de vele kleine vacantie- reizigers, die op een verblijf in een der om liggende landen met hun lager geldwaarde gedurende hun vacantie zijn aangewezen, wijl het reizen in het eigen land veelal te duur voor hen is, te verlichten. Bedrijvigheid in de carrosseriefabrieken Een interessante statistiek Voor het eerst sinds 1919 heeft het Cen traal Bureau voor de Statistiek een statis tiek samengesteld nopens de bedrijvigheid in 1934 in de carrosseriefabrieken en fabrie ken van chassis, autobussen, aanhangwa gens en van brandweer- en reinigingsmate- riaal. Er blijkt uit, dat in 1934 1890 carrosse rieën werden afgeleverd, waarvan dc ver koopwaarde 1.7 millioen bedroeg. De tota le verkoopwaarde van het vervaardigde nieuwe werk bedroeg 3 millioen gulden. Op 15 September 1934 waren bij de in de statistiek opgenomen ondernemingen ruim 1500 personen werkzaam, terwijl hét primair mach ine vermogen ruim 1500 p.k. bedroeg. LAND- EN TUINBOUW Aardappelen naar Engeland Vrij van invoerrecht Blijkens mededeeling van hot Engelsche Departement van de Schat kist zal met ingang van morgen, 26 Maart, de invoer van aardappelen in Engeland vrij kunnen geschieden. Met uitzondering van nieuwe aardap pelen worden zij vrijgesteld van in voorrechten. Kon. Ned. Landbouw-Comité gekomen: Aflevering Tarwe. In verband met plannen om de kostenmarge, welke ten be hoeve van de gewestelijke tarwe-organisa- ties is beschikbaar gesteld, teneinde daar van de kosten van de verwerking d&r tar we te bekostigen, te verlagen met de kosten van het schoonen der tarwe, werd het Bureau opgedragen het noodige te doen om tegen deze ongemotiveerde verlaging op te komen. Consumptemelkregeling. Be sloten werd de Friesche en de Hollandsche Mij. van Landbouw te verzoeken een ver tegenwoordiger aan te. wijzen in een door de drie C.L.O en den F.NZ. in te stellen commissie, welke het vraagstuk der con- sumptiemelkregeling in studie zal nemen. Gedifferentieerde Steunver- leening. Naar aanleiding van een door den K.B.T.B. ontworpen stelsel van gedif ferentieerde steunverleening, waardoor de positie der kleine bedrijven zou kunnen worden verbeterd, werd uitvoerig van ge dachten gewisseld. De conclusie was, dat aan een dergelijk stelsel van steunverle ning zeer groote bezwaren kleven, welke het onaanvaardbaar maken. Plombeeringsreglement Beslo ten werd /Qdhaesie te betuigen aan het schrijven van den N.A.K. aan den Minister van Landbouw en Visscherij inzake het nieuwe ontwerp-Algemeen Plombeerings reglement Suikerbietenteelt In de Wie- ringermeer. Niet ingegaan werd op het verzoek van de afdeelingen der provin ciale en gewestelijke landbouworganisaties, werkzaam in den Wieringermeer, adlhaesie te willen hefuigen aan hun adres aan den Minister van Landbouw en Vissoherij, ten behoeve van een ruimere toewijzing van teeltvorgnnningen voor suikerbieten. Onvolwaardige arbeidskrach- t e n. Den heer J. J. Schuiringa te Gronin gen, die zich op het gebied der arbeidsbe middeling in den Tandbou-v heeft bewogen, zal worden verzocht zich bezig te houden met het vraagstuk van de plaatsing van onvolwaardige arbeidskrachten in dien Landbouw, waaromtrent de Ned. Ver. tot bevordering van den Arbeid voor onvol waardige arb< idskrachten zich tot het Comité heeft gewend. Gesteriliseerd druivensap Goede belangstelling bij het publiek Naast de diverse proefnemingen, die prof. Sprenger te Wageningen op zijn laborato rium heeft genomen tot het verwerken van dr&iven tot wijn of zoete most, hebben ook verschillende particulieren het initiatief voor vervaardiging van een drank uit drui ven ter hand genomen. De resultat en welke prof. Sprenger heeft weten te bereken, hebben reden tot tevre denheid gegeven en de Bond Westland zal dan ook in dit jaar opnieuw medewerking verleenen tot het vogrtzettcn der pi'óef- De nieuwste methode, welke thans ge- voltrd wo-m lipt stoi-iiicnoron vp- druiven, en voor het eer" is dit nieuwe product op de Nederlandsche Jaarbeurs verschenen. Het is gebleken, dat hiervoor goede belangstel ling bestaat en men meent te mogen ver wachten, dat door sterilisatie van druiven sap in het komend seizoen een belangrijk kwantum afgezet zal kunnen worden van het surplus druiven. De N.V. Cultuur Mij. De Jong te Honse- lersdijk, die met medewerking van den Ned. Tuindersbond het steriliseeren van druiven sap onlangs is begonnen, heeft thans op nieuw eenige duizenden kilo's druiven van de vorige oogst uit de koelhuizen gehaald, teneinde ze op deze wijze te verwerken. Waar de prijs van het nieuwe product al zeer laag is. kan verwacht worden, dat de kans orn dit druivensap tot en volksdrank te maken, wel zal slagen. Er bestaan thans reeds plannen om dit seizoen belangrijke hoeveelheden druiven voor dit doel te ver- werken. NEERLANDS ZUIVEL VOEDT U COEDII WAT IN HET WESTLAND ONVERKOCHT BLEEF De lijst vara doorgedraaide producten aan de Westlandsche veilingen, is over 1935 weer vrij uitgebreid geworden, en vela tienduizenden kilo's groenten en fruit moes ten afgeleverd worden ter distributie onder werkloozen, ofvoor de mestvaalt. Aan de twaalf Westlandsche veilingen draaiden in totaal in 1935 door: o.m. 2.228.986 kilo tomaten, 628.392 kroppen sla, 20.177 kilo druiven, 30.136 kilo andijvie, 904.673 kilo dubb. boonen, 93.099 bos peen, 57.690 kilo spinazie, 179.112 kilo nero, 12.238 kilo postelein, 17.575 kilo tuinboonen, 315.283 stuks komkommers, 102.166 bos seldery, 556.389 stuks bloemkool, 171.082 kilo aard appelen. UIT DE PERS Taal en spelling Onevenredige belangstelling De medewerker Bte fn de V r ij beid verheugt zich over de ommezwaai van mi nister Slotemaker de Bruine, inzake de spelling. Met blijdschap maakt hij melding van deze ministerieele zin: Het is volledig uitgesloten, dat, na de ontvangen nota's, die duidelijk aangeven, tot welke gevolgen een deel der spelling regels leiden kan, de nieuwe spelling onder verantwoordelijkheid van den on- dergeteekende over de geheele linie zal worden, uit (lees: in) gevoerd. De opmerkzame lezer zal getroffen wor den door de correctie, welke de schrijver terloops in het citaat van den Minister aan bracht. Deze wil de nieuwe spelling niet over de geheele linie uitvoeren, maar Bte wijst er in 't voorbijgaan op, dat de Minister blijkbaar bedoelt: invoeren. Die terecht wijzing is raak. De Minister, die ziah opwindt over een en meer of min der, die iets volledig uitgesloten acht, hoewel uitgesloten zijn reeds erg genoeg is en „absoluut volstrekt", diezelfde Minis ter is zoo slordig op de taal, dat de man die hem prijst over zijn wankel beleid in zake de spelling, hem een tik op de vingers geeft over de verknoeide taaL Of, dacht de Minister misschien aan uitvoer van de spelling naar België? De Reisbelasting Wacht U voor overdrijving! In een hoofdartikel nam de N. R o 11. Crt. zelf een loopje met hen, die in deze zware tijden „het versche kadetje", de reis belasting en meer ondergeschikte dingen tot kwesties van alles overwegend nationaal belang promoveeren. Nochtans waagde een arts het in datzelfde blad te schrijven, dat de reisbelasting een aanslag is op „onze meest elementaire vrijheidsrech ten". de traditioneele „druppel" die de „emmer" zal doen overloopen. Als ware dit nog niet duidelijk genoeg, zoo ver maant de arts: „Laat de regeering toch voorzichtig zijn. Wie wind zaait zal storm oogsten". Moeten wij hieruit afleidxen, dat wij ter wille van de druppel: de reisbelasting, aan de vooravond staan van een revolutie? De arts heeft nog andere pijlen op z'n booB. „Het is voor ons volk absoluut noodig, dat wij op eenigerlei wijze onze vastbe raden gemoedsrust niet verliezen. Welnu, een beter middel dan epn jaarlijksch reisje buitenslands is er niet denkbaar". Heusch, dat er bezwaren rijzen tegen 't bezwaren van reizen, weten wij ook wel. Maar het zijn toch slechts enkelen, die hun gemoedsrust door verblijf in 't buitenland kunnen versterken. Wat moet de rest? DONDERDAG 26 MAART HILVERSUM I 1875 M. AVRO-Uitzending. 5.30 VPRO. 8 00 Gram.pl. 9.00 Ensemble Lismonde. 10.00 Morgenwijding. 10.30 En semble Lismonde. 11.00 Kniples. 12.30 Lyra Trio. 1.15 Omroeporkest 3.00 Knip les. 4.00 Voor zieken. 4.45 Voor de kinde ren. 5.30 Causerie. 6.00 Omroeporkest. 7.00 Voor de kinderen. 7.05 Klarinet- recital. 7.30 Engelsche les. 8.00 Berichten, 8.15 Concertgebouw-orkest en solisten. 10.30 Gram.pl. 11.00 Berichten. HILVERSUM n 301 IVL 8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00 NCRV. 8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl. 10.15 Mor gendienst door Ds. P. de Smit, Chr. Geref. Pied. te Utrecht; 100—12.00 Godsd. halfuur. 12.15 KRO-orkest 2.00 Handwerkcursus. 3.15 Voor de Vrouw. 4.00 Bijbellezing. 4.45 Handenarbeid v. d. jeugd. 6.00 Viool-recital. 6.45 Causerie. 7.15 Reportage. 7.30 Journ. Weekover zicht. 8.00 Berichten. 8.15 Nederl. Ensem ble. 9.15 Lijdensoverdenking. 9.45 Orgel- DROITWICR 1500 M. 1.20—2.20 Gram.pL 3.20 Vesper. 4.30 BBC-Northern Ireland- orkest 6.50 Koorconcert. 7.50 Lezing. 8.20 Piano-recital. 10.20 Kerkdienst. 10.40 BBC-orkest RADIO-PARIS 1648 M. 9.50 Orgelconcert 11.20 Orkestconcert. 4.35 HoorspeL 8.20 Literair-muzikaal programma. 9.05 Radio- tooneel. 10.05 Nationaal orkest BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M. 12.50 Zigeu- nermuziek. 5.20 Omroeporkest en GTam.pL 8.20 Omroeporkest. 484 M.: 5.20 Zigeunermuziek. 6.35 Cello en piano. 8.20 Fanfare-concert 9.35 Klein- DEUTSCHLANDSENDER 1571 bL 7.30 Opera-uitzending. 9.50 Hoorn en piano. Feuilleton (28 door D. K R IJ GEB 'Arme Herbert! De kelder? En ge weet dat die weinig of goen beschutting kan bieden! Waar is je Godsvei'trouwen? Zijn kok zou hem beschaamd maken. Toen Herbert na enkele minuten, die hem een eeuwigheid toeschenen, den tuin zijner woning bereikt had, maakte hij zoo snel hij kon beenen naar den kelder, dien hij vol Chineezen Vond, mannen, vrouwen en kinderen. De kok stond heel bedaard door het venster de bewegingen van den vlieger na te staren. „Kok", was Herberts eerste verschrikte uitroep, „ga van dat venster vandaan, het is daar niet vei.ig." En wat was het antwoord, dat Herbert van zijn kok te hooren kreeg, terwijl deze zich even omdraaide? „Monsier, moi prier". (Ik heb gebeden). Die paar woorden, waarmede de kok te kennen gaf gebeden te hebber om bescherming, waren klaarblijkelijk voldoende om Herbert duidelijk te maken, waarom hij rustig oP die gevaarlijke plaats blijven kon. Hij wist zich nu immers in Gods bescher ming, wanthij had gebeden! Was er dan meer noodig? Dat eenvoudige Godsvertrouwen van zijn kok, hoewel minder practisch door hem beoefend, liet niet na Herbert beschaamd te doen opzien. Eigenlijk voelde hij zich jaloersch op zijn l:ok. „Tu raison, cuisinier" (je hebt gelijk, kok) was zijn eenig antwoord. Daarna zond nok Herbert in dien kelder zijn gebed op en ver zuimde niet er een bede tot vergeving van zijn twijfel aan toe te voegen en artelijk te danken voor de wijze, waarop de Heere .in het hart zijner medemenschen wilde werken. Niet lang daarna mocht Herbert wederom een bewijs ontvan gen hoe sterk zijn menschen opgingen in het geloof in de kracht des gebecls. I-Iet was Zondag. De zon stond stralend aan den hemel. Bosch en veld prijkten in teere pracht van zomertooi. Natuur ademde grooten vrede, slechts gestoord door het ononderbroken geknars van kruiwagens langs den grooten weg, waarmede koelies, lu lange treinen, dag aan dag, zonder ooit een Zondag te kennen, veel te zware lasten, veelal enorme balen katoen, vervoeren, voortgejaagd door onbarmhartige.drijvers. Plotseling werd die vrede verstoord door het bekende onraads- signaal, <iat de aantocht van bomvliegtuigen verkondigde. Alles wat zich op straat vertoonde, menschen, tot kippen en geiten toe vloog naar binnen, in de huizen, waar toch maar ach! zoo 'n poovere beschutting te vinden was. Dra viel de eerste bom, juist toen Herbert met zijn personeel d* wijk in den kelder genomen had. Nadat hij een gebed had opgezonden, bleef men in stilte wachten tot de vlieger weder zou verdwenen zijn. Maar dat duurde heel lang; men bleef boven de stad cirkelen en bommen strooien. De kok en het overige dienstpersoneel begonnen onrustig te worden. Het uur brak aan, dat de vrouwen naar de Missie moesten. Zij wilde klaarblijkelijk het uiterste oogenblik afwach ten. Een oude vrouw van bijna zeventig jaar, de moeder van den kok, gaf het sein en liep resoluut naar de deur, gevolgd door andere vrouwen en meisjes. Verbaasd zag Herbert het aan. Waar wilden die menschen heen? Den bommenregen trotseeren? En mocht hij dit toelaten? „Kok", riep Herbert uit, „waarschuw toch die menschen, dat zij nu niet op straat kunnen gaan, het is veel te gevaarlijkl" De kok tikte zijn moeder op dcu schouder en vertelde haai wat Herbert gezegd had. Met het bekende glimlachje om de lippen, dat den Chinees eigen is, doch in dit geval aan het gerimpelde gelaat der bejaarde vrouw iets onuitsprekelijks liefs cn aantrekkelijks gaf, sprak zij haar zoon tamelijk lang toe. Toen zij zweeg gaf de kok in zijn gebroken Fransch het gesprek weer. „Monsieur, le maman zeggen zij met andere vrouwen en meisjes naar de Missie moet, waar Jessoe is; zij niet durft Hem te laten wachten." Dit antwoord greep Herbert ongemeen sterk aan. Hij durfd* de menschen niet meer van hun gang terughouden. Daar gingen zij heen. Met rustigen tred, de vrouw voorop. Hoog in de lucht vliegers, die dood en verderf over de stad zaaiden. Maar de menschen liepen voort Helden; maar zij wisten het niet. Zij moesten naar de Missie, want de Heere Jezus mocht niet wachten! Intusschen werd de toestand voortdurend dreigender en Herbert voorzag spoedig den tijd te zien aanbreken, dat do veiligheid van hem en de overige buitenlanders zeer in het ongewisse zou komen. Ook met de fabriek was het ongelukkig gesteld. Zaken doen zoo goed als onmogelijk. Het bedrijf stond bijna stil en zou het, als niet spoedig gunstige verandering kwam, moeten opgeven. En wat dan? Dan kon Herbert, die ei zijn leven aan gewaagd had door te blijven om de fabriek te helpen redden, zoo goed mogelijk een onderkomen zien te vinden. Door niemand gehol pen, opgejaagd als een stuk wild in de bergen. Rekende hij dan niet op Gods steun? O ja, maar nu het gevaar dichter en dichter kwam en de dood overal zijn klauwen uitstak, toen moest Herbert met smart en schaamte bekennen, dat zijn vertrouwen op God niet zoo rotsvast was als dat van zijn eenvoudige dienstpersoneel. Vooral 's nachts lag hij daarover veel te tobben. Urenlang bracht hijslapeloos door. Zou hij dan in het eind toch het meest op eigen kracht bouwen? HOOFDSTUK XXIII Roerloos lag de eenzame tobber op zijn legerstede uitgestrekt Met gesloten oogen wachtte hij den slaap af, die hem zoo welkom zijn zou en maar niet komen wilde. Zijn gedachten liepen den verstreken dag af, vanaf het oogenblik van zijn morgengebed tot aan zijn avondbede Al droeviger en al somberder werd het in zijn gemoed. Wat was hij dien morgen opgewekt ontwaakt, hoe jubelend had zijn dankgebed geklonken en hoe overtuigd was hij geweest dat ditmaal de dag er een zijn zou van ver heerlijking van God en van volkomen overgave aan Zijn leiding. En hoe terneergeslagen voelde hij zich in dit stille, nachtelijke uur, nu hij zich de gebeurtenissen van den dag voor den geest haalde. In allerlei nietige verdrietelijkheden gewikkeld, h: d zijn ziel zich niet kunnen ontwringen aan de ontstemming, die haar besloop. Waar bleef nu zijn overtuiging van Gods goedheid en zijn vertrouwen op Zijn beleid, als zelfs de nietigste kleinigheid in straat bleek hem Gods barmhartigheid te doen vergeten? Hij had immers gelegenheid genoeg kunnen vinden der. Naam des Allerhoogsten te verheerlijken! Als hij maar niet ziende blind geweest was! De menschen kwamen bij hem hun wee uitschreien hun onrust voor de komende dingen. Waarom had hij toen geön woorden gevonden om te- spreken over het bestu ïr van den alwijzen en rechtvaardigen God? Zeker, die menschen waren voor het meerendeel heidenen en kenden God niet, maar onthief dat hem van den plicht, dien God hem oplegde? Integendeel! Was het zoo zeker, dat hij slechts nauw bedwongen spotlachjes als antwoord gekregen had? En zoo al. moest dit hem juist niet tot vuriger belijden aansporen, instee van iet op te gevent Neen, hij moest tot de treurige erkent mis komen er zelfs niet aan gedacht te hebben. Hij had eenvoudig God vergeten! En dat na de ontelbare zegeningen, die zijn deel geweect waren! Of waren die zegeningen slechts inbeeldingen van een afgetobden geest? (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9