ream
Open de deur voor Néerlands Zuivel
HONIG'S BOUILLONBLOKJES 6 voor lOct.
GEESELING
WOENSDAG 25 MAART 1936
DERDE BLAD PAG. 9
DR VAN SCHELVEN
TOCH LICHT GEWOND
Een telegram aan zijn vrouw
Wat er gebeurd is, nog steeds
een mysterie
Onze veronderstelling, dat er met
de vooruitgeschoven post van de Ned.
ambulance in Abessinië, waarvan Dr
van Sohelven de leider is, iets aan de
hand is geweest, wordt thans beves
tigd.
Met zekerheid kan worden gemeld,
dat Dr van Schelven inderdaad een
tiental dagen geleden gewond is. On
der welke omstandighedjeil dit ge
schiedde, blijft echter nog steeds een
i mysterie.
Dat hij gewond is, blijkt, aldus „de Tele
graaf" uit een telegram door hemzelf aan
zijn vrouw gericht. In dit, in het Engelsch
gestelde telegram, meldt Dr van Schelven,
dat hij gewond is, echter niet gevaarlijk,
en hij voegt er aan toe, dat men zich over
zijn toestand niet ongerust behoeft te maken.
J Van welken aard zijn verwonding is,
hlijkt uit het telegram niet duidelijk, om
dat een woord verminkt is overgekomen.
Daardoor valt niet met zekerheid uit te
maken of Dr van Schelven aan den pols of
aan den schouder gewond is. Geruchten, dia
ook te Addis Abeba over het avontuur der
Nederlandsche Roode Kruis-colonne zijn
doorgedrongen, géven aanleiding te denken
aan een borstwond.
Het na het eerste alarmeerende StefamJ-
bericht toch eenigermate geruststel lendi
telegram van Dr van Schelven is, zoo meldt
bovengenoemd blad verder, in het midden
der vorige week bij zijn familie ontvangen
Mevrouw Van Schelven heeft er echter eerst
eenige dagen later kennis van gekregen,
vermoedelijk in Marseille of.... op de boot,
die haar naar Djiboeti brengt.
De vorige week Maandag is zij nl. opge
schrikt door het bericht, dat haar echt
genoot bij een overval van Abessijnsche
xoovers gewond zou zijn, hals over kop naar
Abessinië vertrokken. In Arnhem las zij
voor een der krantenbureaux het daar ge-
bulletineerde bericht, dat haar hevig on>
stelde. Daar nadere mededeelingen, ook over
den aard en den ernst der verwonding ont
braken, besloot zij naar haar gewonden
man te vertrekken. Nog denzelfden avond
vertrok zij in gezelschap van haar zoon
naar Milaan en van dia ar via Rome naar
Marseille.
Vermoedelijk h»eft mevr. Van Schelven
Homo bezocht om de noodzakelijke papieren
te krijgen. Van Marseille zou zij per boot
naar Djiboeti vertrekken - en vandaar per
trein naar Addis Abeba om zich naar haar
(echtgenoot te kunnen begeven.
Haar familie heeft haar het telegram van
haar echtgenoot onmiddellijk nagestuurd,
■doch vermoedelijk heeft zij er eerst op de
bont kennis van gekregen.
Uit het telegram valt, volgens het blad,
f Sliet op te maken, bij welke gebeurtenis Dr
Van Schelven gewond is. Van een Abessijn-
schien overval spreekt het niet, evenmin ech
ter van een Italiaansoh bombardement.
Daaromtrent tast men dus nog steeds in het
duister. Ook bij het hoofdkantoor van het
Roode Kruis te 's-Gravenhage verkeert men
daarover in het onzekere. liet telegram van
Dr van Schelven was daar trouwens ook
niet bekend.
Het telegram van Dr Winckel
De beide telegrammen van Dr Winckel,
waarin de naam van Dr van Schelven ge
noemd wordt, spreken trouwens ook niet
van een verwonding. Het Roode Kruis heeft,
nadat het van het Stefani-bericht kennis
bad gekregen, telegrafisch Dr Winckel om
inlichtingen verzocht.
Dit telegram is gekruist door een in het
Fransch gesteld ten-gram van den leider
der ambulance, waarin hij o.m. meldt: „Dr
Van Schelven hors danger". Waar het tele
gram niet sprak van een overval of bombar
dement en evenmin van eon verwonding
kon het aldus opgevat worden, dat Dr van
Schelven met zijn colonne, die zich van een
vooruitgeschoven post bij Kworam op weg
bevond naar de basis te Dessie, buiten dc
gevaarlijke zóne was gekomen.
Vandaar dat een communiqué van het
Roode Kruis mededeelde, dat er geen reden
■was voor ongerustheid omtrent het lot van
Dr van Schelven. In het licht van Dr van
Schelvens telegram aan zijn echtgenoote is
echter niet onmogelijk, dat Dr Winckel
bedoeld heeft te melden, dat er voor den
leider der colonne geen gevaar meer te
vreezen was.
Het tweede, Zondag jl. bij het Roode
Kruis van Dr Winckel ontvangen telegram
deelt o.m. mede, dat Dr van Schelven „sain
et sauf" (gezond en wel) te Dessie is aan
gekomen.
Waar Dr van Schelven ook zelf meldt,
dat zijn vprwonding niet gevaarlijk was,
kan uit zijn eigen bericht en uit dat van
Dr Winckel geconcludeerd worden, dat zijn
verwonding inderdaad van on gevaarlij ken
aaro is, en dat hij daarvan reeds nagenoeg
hersteld is.
Intusschen blijft het dan nog altijd een
mysterie wat er met de colonne gebeurd is.
De komende reisbelasting
Een vijftal wenschen van de
samenwerkende Reisvereenigingen
Adres aan de Tweede Kamer
De Ned. Chr. Reisvereeniging, de Ned.
Reisvereeniging voor Katholieken, de afd.
„Natuurvrienden" van het Instituut voor
Arbeidersontwikkeling en de Alg. Reisver
eeniging voor Nederland hebben aan de
Tweede Kamer een adres gezonden in ver
band met de voorgenomen wet tot heffing
van een reisbelasting.
In dit adres wordt vooropgezet, dat adres
santen op grond van vele bezwaren van
cultureele, sociaal-economische en andere
aard, de indiening van dit ontwerp betreu
ren, doch daarnaast wordt de mogelijkheid
onder het oog gezien, dat de leden der Sta-
ten-Generaal bij het bepalen van hun stem
andere motieven, die voor aanneming zou
den pleiten, den doorslag zouden geven. De
adressanten uiten een vijftal wenschen, die
nan de grootste bezwaren, die zij tegen de
onderdeelen hebben, tegemoet komen.
De samenwerkende reisvereenigingen heb
ben daarbij uitsluitend het oog gericht op
de belangen der in groepsverband reizen-
den en laten eventueele bezwaren van den
alleen reizenden plezierreiziger, den beroeps
reiziger en den grensbewoner onbesproken.
Dit vijftal wenschen komt op het volgen
de neer:
Dq bedragen van 50 en 75 cent wor
den in plaats van tot den achtsten en
den twaalfden dag geheven tot den
negenden en den zestienden dag. De
dagen van aanvang en einde van de
reis komen of wel in het geheel niet
of slechts tezamen als één dag voor
belastingheffing in aanmerking. De
mogelijkheid worde geopend, dat van
door reis- of jeugdvereenigingen geor
ganiseerde jeugdreizen voor schoolvrije
jeugd tot 21 jaar aanmerkelijk lagere
belasting zal worden gheven. Wanneer
echtelieden tezamen reizen van één van
hen een aanmerkelijk lager bedrag ge
heven zal worden.
Dat de gunstige bepalingen ten aanzien
van de administratieve verplichtingen, die
voor reizigers in groepsverband worden ge
maakt, slechts zullen gelden voor groepen,
die georganiseerd worden door rechtsper
soonlijkheid bezittende reisvereenigingen
en in het handelsregister der Kamers van
Koophandel ingeschreven reisbureaux.
In de uitvoerige Memorie van Toelich
ting, die bij het adres gevoegd is, worden
de gronden, waarop deze wenschen rusten
nader uiteengezet, waaruit o. m. blijkt dat
zij vooral gebaseerd zijn op de overweging
om de lasten van de vele kleine vacantie-
reizigers, die op een verblijf in een der om
liggende landen met hun lager geldwaarde
gedurende hun vacantie zijn aangewezen,
wijl het reizen in het eigen land veelal te
duur voor hen is, te verlichten.
Bedrijvigheid
in de carrosseriefabrieken
Een interessante statistiek
Voor het eerst sinds 1919 heeft het Cen
traal Bureau voor de Statistiek een statis
tiek samengesteld nopens de bedrijvigheid
in 1934 in de carrosseriefabrieken en fabrie
ken van chassis, autobussen, aanhangwa
gens en van brandweer- en reinigingsmate-
riaal. Er blijkt uit, dat in 1934 1890 carrosse
rieën werden afgeleverd, waarvan dc ver
koopwaarde 1.7 millioen bedroeg. De tota
le verkoopwaarde van het vervaardigde
nieuwe werk bedroeg 3 millioen gulden.
Op 15 September 1934 waren bij de in de
statistiek opgenomen ondernemingen ruim
1500 personen werkzaam, terwijl hét primair
mach ine vermogen ruim 1500 p.k. bedroeg.
LAND- EN
TUINBOUW
Aardappelen naar Engeland
Vrij van invoerrecht
Blijkens mededeeling van hot
Engelsche Departement van de Schat
kist zal met ingang van morgen, 26
Maart, de invoer van aardappelen
in Engeland vrij kunnen geschieden.
Met uitzondering van nieuwe aardap
pelen worden zij vrijgesteld van in
voorrechten.
Kon. Ned. Landbouw-Comité
gekomen:
Aflevering Tarwe. In verband met
plannen om de kostenmarge, welke ten be
hoeve van de gewestelijke tarwe-organisa-
ties is beschikbaar gesteld, teneinde daar
van de kosten van de verwerking d&r tar
we te bekostigen, te verlagen met de kosten
van het schoonen der tarwe, werd het
Bureau opgedragen het noodige te doen
om tegen deze ongemotiveerde verlaging
op te komen.
Consumptemelkregeling. Be
sloten werd de Friesche en de Hollandsche
Mij. van Landbouw te verzoeken een ver
tegenwoordiger aan te. wijzen in een door
de drie C.L.O en den F.NZ. in te stellen
commissie, welke het vraagstuk der con-
sumptiemelkregeling in studie zal nemen.
Gedifferentieerde Steunver-
leening. Naar aanleiding van een door
den K.B.T.B. ontworpen stelsel van gedif
ferentieerde steunverleening, waardoor de
positie der kleine bedrijven zou kunnen
worden verbeterd, werd uitvoerig van ge
dachten gewisseld. De conclusie was, dat
aan een dergelijk stelsel van steunverle
ning zeer groote bezwaren kleven, welke
het onaanvaardbaar maken.
Plombeeringsreglement Beslo
ten werd /Qdhaesie te betuigen aan het
schrijven van den N.A.K. aan den Minister
van Landbouw en Visscherij inzake het
nieuwe ontwerp-Algemeen Plombeerings
reglement
Suikerbietenteelt In de Wie-
ringermeer. Niet ingegaan werd op
het verzoek van de afdeelingen der provin
ciale en gewestelijke landbouworganisaties,
werkzaam in den Wieringermeer, adlhaesie
te willen hefuigen aan hun adres aan den
Minister van Landbouw en Vissoherij, ten
behoeve van een ruimere toewijzing van
teeltvorgnnningen voor suikerbieten.
Onvolwaardige arbeidskrach-
t e n. Den heer J. J. Schuiringa te Gronin
gen, die zich op het gebied der arbeidsbe
middeling in den Tandbou-v heeft bewogen,
zal worden verzocht zich bezig te houden
met het vraagstuk van de plaatsing van
onvolwaardige arbeidskrachten in dien
Landbouw, waaromtrent de Ned. Ver. tot
bevordering van den Arbeid voor onvol
waardige arb< idskrachten zich tot het
Comité heeft gewend.
Gesteriliseerd druivensap
Goede belangstelling bij het publiek
Naast de diverse proefnemingen, die prof.
Sprenger te Wageningen op zijn laborato
rium heeft genomen tot het verwerken van
dr&iven tot wijn of zoete most, hebben ook
verschillende particulieren het initiatief
voor vervaardiging van een drank uit drui
ven ter hand genomen.
De resultat en welke prof. Sprenger heeft
weten te bereken, hebben reden tot tevre
denheid gegeven en de Bond Westland zal
dan ook in dit jaar opnieuw medewerking
verleenen tot het vogrtzettcn der pi'óef-
De nieuwste methode, welke thans ge-
voltrd wo-m lipt stoi-iiicnoron vp- druiven,
en voor het eer" is dit nieuwe product op
de Nederlandsche Jaarbeurs verschenen. Het
is gebleken, dat hiervoor goede belangstel
ling bestaat en men meent te mogen ver
wachten, dat door sterilisatie van druiven
sap in het komend seizoen een belangrijk
kwantum afgezet zal kunnen worden van
het surplus druiven.
De N.V. Cultuur Mij. De Jong te Honse-
lersdijk, die met medewerking van den Ned.
Tuindersbond het steriliseeren van druiven
sap onlangs is begonnen, heeft thans op
nieuw eenige duizenden kilo's druiven van
de vorige oogst uit de koelhuizen gehaald,
teneinde ze op deze wijze te verwerken.
Waar de prijs van het nieuwe product al
zeer laag is. kan verwacht worden, dat de
kans orn dit druivensap tot en volksdrank
te maken, wel zal slagen. Er bestaan thans
reeds plannen om dit seizoen belangrijke
hoeveelheden druiven voor dit doel te ver-
werken.
NEERLANDS ZUIVEL VOEDT U COEDII
WAT IN HET WESTLAND ONVERKOCHT
BLEEF
De lijst vara doorgedraaide producten
aan de Westlandsche veilingen, is over
1935 weer vrij uitgebreid geworden, en vela
tienduizenden kilo's groenten en fruit moes
ten afgeleverd worden ter distributie onder
werkloozen, ofvoor de mestvaalt.
Aan de twaalf Westlandsche veilingen
draaiden in totaal in 1935 door: o.m.
2.228.986 kilo tomaten, 628.392 kroppen sla,
20.177 kilo druiven, 30.136 kilo andijvie,
904.673 kilo dubb. boonen, 93.099 bos peen,
57.690 kilo spinazie, 179.112 kilo nero, 12.238
kilo postelein, 17.575 kilo tuinboonen, 315.283
stuks komkommers, 102.166 bos seldery,
556.389 stuks bloemkool, 171.082 kilo aard
appelen.
UIT DE PERS
Taal en spelling
Onevenredige belangstelling
De medewerker Bte fn de V r ij beid
verheugt zich over de ommezwaai van mi
nister Slotemaker de Bruine, inzake de
spelling. Met blijdschap maakt hij melding
van deze ministerieele zin:
Het is volledig uitgesloten, dat, na de
ontvangen nota's, die duidelijk aangeven,
tot welke gevolgen een deel der spelling
regels leiden kan, de nieuwe spelling
onder verantwoordelijkheid van den on-
dergeteekende over de geheele linie zal
worden, uit (lees: in) gevoerd.
De opmerkzame lezer zal getroffen wor
den door de correctie, welke de schrijver
terloops in het citaat van den Minister aan
bracht. Deze wil de nieuwe spelling niet
over de geheele linie uitvoeren, maar
Bte wijst er in 't voorbijgaan op, dat de
Minister blijkbaar bedoelt: invoeren.
Die terecht wijzing is raak. De Minister,
die ziah opwindt over een en meer of min
der, die iets volledig uitgesloten acht,
hoewel uitgesloten zijn reeds erg genoeg is
en „absoluut volstrekt", diezelfde Minis
ter is zoo slordig op de taal, dat de man
die hem prijst over zijn wankel beleid in
zake de spelling, hem een tik op de vingers
geeft over de verknoeide taaL
Of, dacht de Minister misschien aan
uitvoer van de spelling naar België?
De Reisbelasting
Wacht U voor overdrijving!
In een hoofdartikel nam de N. R o 11.
Crt. zelf een loopje met hen, die in deze
zware tijden „het versche kadetje", de reis
belasting en meer ondergeschikte dingen tot
kwesties van alles overwegend nationaal
belang promoveeren. Nochtans waagde een
arts het in datzelfde blad te schrijven,
dat de reisbelasting een aanslag is op
„onze meest elementaire vrijheidsrech
ten". de traditioneele „druppel" die de
„emmer" zal doen overloopen. Als ware
dit nog niet duidelijk genoeg, zoo ver
maant de arts: „Laat de regeering toch
voorzichtig zijn. Wie wind zaait zal
storm oogsten".
Moeten wij hieruit afleidxen, dat wij ter
wille van de druppel: de reisbelasting, aan
de vooravond staan van een revolutie?
De arts heeft nog andere pijlen op z'n
booB.
„Het is voor ons volk absoluut noodig,
dat wij op eenigerlei wijze onze vastbe
raden gemoedsrust niet verliezen. Welnu,
een beter middel dan epn jaarlijksch
reisje buitenslands is er niet denkbaar".
Heusch, dat er bezwaren rijzen tegen 't
bezwaren van reizen, weten wij ook wel.
Maar het zijn toch slechts enkelen, die hun
gemoedsrust door verblijf in 't buitenland
kunnen versterken.
Wat moet de rest?
DONDERDAG 26 MAART
HILVERSUM I 1875 M. AVRO-Uitzending.
5.30 VPRO. 8 00 Gram.pl. 9.00 Ensemble
Lismonde. 10.00 Morgenwijding. 10.30 En
semble Lismonde. 11.00 Kniples. 12.30
Lyra Trio. 1.15 Omroeporkest 3.00 Knip
les. 4.00 Voor zieken. 4.45 Voor de kinde
ren. 5.30 Causerie. 6.00 Omroeporkest.
7.00 Voor de kinderen. 7.05 Klarinet-
recital. 7.30 Engelsche les. 8.00 Berichten,
8.15 Concertgebouw-orkest en solisten.
10.30 Gram.pl. 11.00 Berichten.
HILVERSUM n 301 IVL 8.00—9.15 KRO.
10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00 NCRV.
8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl. 10.15 Mor
gendienst door Ds. P. de Smit, Chr.
Geref. Pied. te Utrecht; 100—12.00
Godsd. halfuur. 12.15 KRO-orkest 2.00
Handwerkcursus. 3.15 Voor de Vrouw.
4.00 Bijbellezing. 4.45 Handenarbeid v. d.
jeugd. 6.00 Viool-recital. 6.45 Causerie.
7.15 Reportage. 7.30 Journ. Weekover
zicht. 8.00 Berichten. 8.15 Nederl. Ensem
ble. 9.15 Lijdensoverdenking. 9.45 Orgel-
DROITWICR 1500 M. 1.20—2.20 Gram.pL
3.20 Vesper. 4.30 BBC-Northern Ireland-
orkest 6.50 Koorconcert. 7.50 Lezing. 8.20
Piano-recital. 10.20 Kerkdienst. 10.40
BBC-orkest
RADIO-PARIS 1648 M. 9.50 Orgelconcert
11.20 Orkestconcert. 4.35 HoorspeL 8.20
Literair-muzikaal programma. 9.05 Radio-
tooneel. 10.05 Nationaal orkest
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M. 12.50 Zigeu-
nermuziek. 5.20 Omroeporkest en GTam.pL
8.20 Omroeporkest.
484 M.: 5.20 Zigeunermuziek. 6.35 Cello
en piano. 8.20 Fanfare-concert 9.35 Klein-
DEUTSCHLANDSENDER 1571 bL 7.30
Opera-uitzending. 9.50 Hoorn en piano.
Feuilleton
(28
door D. K R IJ GEB
'Arme Herbert! De kelder? En ge weet dat die weinig of goen
beschutting kan bieden! Waar is je Godsvei'trouwen?
Zijn kok zou hem beschaamd maken.
Toen Herbert na enkele minuten, die hem een eeuwigheid
toeschenen, den tuin zijner woning bereikt had, maakte hij zoo
snel hij kon beenen naar den kelder, dien hij vol Chineezen
Vond, mannen, vrouwen en kinderen. De kok stond heel bedaard
door het venster de bewegingen van den vlieger na te staren.
„Kok", was Herberts eerste verschrikte uitroep, „ga van dat
venster vandaan, het is daar niet vei.ig."
En wat was het antwoord, dat Herbert van zijn kok te hooren
kreeg, terwijl deze zich even omdraaide? „Monsier, moi prier".
(Ik heb gebeden).
Die paar woorden, waarmede de kok te kennen gaf gebeden
te hebber om bescherming, waren klaarblijkelijk voldoende om
Herbert duidelijk te maken, waarom hij rustig oP die gevaarlijke
plaats blijven kon. Hij wist zich nu immers in Gods bescher
ming, wanthij had gebeden! Was er dan meer noodig?
Dat eenvoudige Godsvertrouwen van zijn kok, hoewel minder
practisch door hem beoefend, liet niet na Herbert beschaamd te
doen opzien. Eigenlijk voelde hij zich jaloersch op zijn l:ok.
„Tu raison, cuisinier" (je hebt gelijk, kok) was zijn eenig
antwoord.
Daarna zond nok Herbert in dien kelder zijn gebed op en ver
zuimde niet er een bede tot vergeving van zijn twijfel aan toe te
voegen en artelijk te danken voor de wijze, waarop de Heere
.in het hart zijner medemenschen wilde werken.
Niet lang daarna mocht Herbert wederom een bewijs ontvan
gen hoe sterk zijn menschen opgingen in het geloof in de
kracht des gebecls.
I-Iet was Zondag. De zon stond stralend aan den hemel. Bosch
en veld prijkten in teere pracht van zomertooi. Natuur ademde
grooten vrede, slechts gestoord door het ononderbroken geknars
van kruiwagens langs den grooten weg, waarmede koelies, lu
lange treinen, dag aan dag, zonder ooit een Zondag te kennen,
veel te zware lasten, veelal enorme balen katoen, vervoeren,
voortgejaagd door onbarmhartige.drijvers.
Plotseling werd die vrede verstoord door het bekende onraads-
signaal, <iat de aantocht van bomvliegtuigen verkondigde. Alles
wat zich op straat vertoonde, menschen, tot kippen en geiten toe
vloog naar binnen, in de huizen, waar toch maar ach! zoo 'n
poovere beschutting te vinden was.
Dra viel de eerste bom, juist toen Herbert met zijn personeel
d* wijk in den kelder genomen had. Nadat hij een gebed had
opgezonden, bleef men in stilte wachten tot de vlieger weder
zou verdwenen zijn. Maar dat duurde heel lang; men bleef boven
de stad cirkelen en bommen strooien.
De kok en het overige dienstpersoneel begonnen onrustig te
worden. Het uur brak aan, dat de vrouwen naar de Missie
moesten. Zij wilde klaarblijkelijk het uiterste oogenblik afwach
ten. Een oude vrouw van bijna zeventig jaar, de moeder van
den kok, gaf het sein en liep resoluut naar de deur, gevolgd
door andere vrouwen en meisjes. Verbaasd zag Herbert het
aan. Waar wilden die menschen heen? Den bommenregen
trotseeren? En mocht hij dit toelaten?
„Kok", riep Herbert uit, „waarschuw toch die menschen, dat
zij nu niet op straat kunnen gaan, het is veel te gevaarlijkl"
De kok tikte zijn moeder op dcu schouder en vertelde haai
wat Herbert gezegd had. Met het bekende glimlachje om de
lippen, dat den Chinees eigen is, doch in dit geval aan het
gerimpelde gelaat der bejaarde vrouw iets onuitsprekelijks liefs
cn aantrekkelijks gaf, sprak zij haar zoon tamelijk lang toe.
Toen zij zweeg gaf de kok in zijn gebroken Fransch het gesprek
weer. „Monsieur, le maman zeggen zij met andere vrouwen en
meisjes naar de Missie moet, waar Jessoe is; zij niet durft Hem
te laten wachten."
Dit antwoord greep Herbert ongemeen sterk aan. Hij durfd*
de menschen niet meer van hun gang terughouden.
Daar gingen zij heen. Met rustigen tred, de vrouw voorop.
Hoog in de lucht vliegers, die dood en verderf over de stad
zaaiden.
Maar de menschen liepen voort Helden; maar zij wisten het
niet. Zij moesten naar de Missie, want de Heere Jezus mocht
niet wachten!
Intusschen werd de toestand voortdurend dreigender en
Herbert voorzag spoedig den tijd te zien aanbreken, dat do
veiligheid van hem en de overige buitenlanders zeer in het
ongewisse zou komen.
Ook met de fabriek was het ongelukkig gesteld. Zaken doen
zoo goed als onmogelijk. Het bedrijf stond bijna stil en zou het,
als niet spoedig gunstige verandering kwam, moeten opgeven.
En wat dan? Dan kon Herbert, die ei zijn leven aan gewaagd
had door te blijven om de fabriek te helpen redden, zoo goed
mogelijk een onderkomen zien te vinden. Door niemand gehol
pen, opgejaagd als een stuk wild in de bergen. Rekende hij dan
niet op Gods steun? O ja, maar nu het gevaar dichter en dichter
kwam en de dood overal zijn klauwen uitstak, toen moest
Herbert met smart en schaamte bekennen, dat zijn vertrouwen
op God niet zoo rotsvast was als dat van zijn eenvoudige
dienstpersoneel. Vooral 's nachts lag hij daarover veel te tobben.
Urenlang bracht hijslapeloos door. Zou hij dan in het eind
toch het meest op eigen kracht bouwen?
HOOFDSTUK XXIII
Roerloos lag de eenzame tobber op zijn legerstede uitgestrekt
Met gesloten oogen wachtte hij den slaap af, die hem zoo welkom
zijn zou en maar niet komen wilde. Zijn gedachten liepen den
verstreken dag af, vanaf het oogenblik van zijn morgengebed
tot aan zijn avondbede Al droeviger en al somberder werd het
in zijn gemoed. Wat was hij dien morgen opgewekt ontwaakt,
hoe jubelend had zijn dankgebed geklonken en hoe overtuigd
was hij geweest dat ditmaal de dag er een zijn zou van ver
heerlijking van God en van volkomen overgave aan Zijn leiding.
En hoe terneergeslagen voelde hij zich in dit stille, nachtelijke
uur, nu hij zich de gebeurtenissen van den dag voor den geest
haalde. In allerlei nietige verdrietelijkheden gewikkeld, h: d zijn
ziel zich niet kunnen ontwringen aan de ontstemming, die haar
besloop. Waar bleef nu zijn overtuiging van Gods goedheid en
zijn vertrouwen op Zijn beleid, als zelfs de nietigste kleinigheid
in straat bleek hem Gods barmhartigheid te doen vergeten? Hij
had immers gelegenheid genoeg kunnen vinden der. Naam des
Allerhoogsten te verheerlijken! Als hij maar niet ziende blind
geweest was! De menschen kwamen bij hem hun wee uitschreien
hun onrust voor de komende dingen. Waarom had hij toen geön
woorden gevonden om te- spreken over het bestu ïr van den
alwijzen en rechtvaardigen God? Zeker, die menschen waren
voor het meerendeel heidenen en kenden God niet, maar onthief
dat hem van den plicht, dien God hem oplegde? Integendeel!
Was het zoo zeker, dat hij slechts nauw bedwongen spotlachjes
als antwoord gekregen had? En zoo al. moest dit hem juist
niet tot vuriger belijden aansporen, instee van iet op te gevent
Neen, hij moest tot de treurige erkent mis komen er zelfs niet
aan gedacht te hebben. Hij had eenvoudig God vergeten! En
dat na de ontelbare zegeningen, die zijn deel geweect waren!
Of waren die zegeningen slechts inbeeldingen van een afgetobden
geest?
(Wordt vervolgd.)