ream DONDERDAG 12 MAART 1936 DERDE BLAD PAG. 9 BEGROOTING LANDBOUW CRISISFONDS HANDEL, NIJVERHEID EN SCHEEPVAART GEESELING Tweede Kamer AKKERBOUW EN VEE HOUDERIJ MELK EN ZUIVEL De minister is afkeerig van afslachten van koeien Vergadering van 11 Maart 1936 Overzicht Minister Deckers heeft de debaters van ..Akkerbouw en Veehouderij" kort beant woord. Dat kon ook, omdat er heel wat herhaling bij was uit de algemeene be schouwingen. Herhaald werd, dat op de beslissing ia zake den 'arwesteun niet wordt terugge komen. Verlaging van den richtprijs voor peulvruchten ligt echter niet in de be doeling. Groote uitbreiding van den graanbouw is om financicele redenen thans niet mogelijk. De roggeprijs blijftgehandhaafd en het baconcon'ract wordt niet vernieuwd, al zal er wel een nieuwe regeling komen. Maar de vroegere fouten zullendaarin niet voor komen. t,Melk en zuivel" werd zeer uitvoerig besproken. Ook hier herhalingen. 'sMinisrters antwoord was vlot en in vele opzichten overtuigend. Afslachting van vee is van hem niet te Verwachten, tenzij als uiterste maatregel. De boeren zelf kunnen het voorkomen. Enkele critici als de heer Van Houten kregen een extra-beurt. Van diens beschou wingen bleef niet veel over. Dat de heer v. Dis verschillende land- houwmaatrcgelen aanvaardt en noodig acht noteerde de minister met genoegen. Duidelijk bleek hoe veelzijdig de aan de orde gestelde problemen zijn. Zij worden van alle kanten bekeken en telkens weer onderzocht alvorens beslissingen worden genomen. De minister wil den goeden kant uit. De landbouw steune hom daarbij. Zij drage daartoe o.a. bij door krachtig mee te werken om hot'melkvraagstuk tot een op lossing 'e brengen. Hier moeten de boeren tot daden komen in het belang van zich zelf en van de schatkist Onverwacht is tot een avondvergade ring besloten voor hedenavond. Do Kamer schijnt Vrijdag naar huis te willen. En dan forceeren we avondvergaderingen, vergade ren extra-lang, maar laten na den woor denstroom wat meer in te dammen. Het is daarmee als met den melkstroom: niet te stuiten. We kunnen deze beslissing voor 't ©ogenblik weinig waardeeren, omdat ze ons weinig noodzakelijk voorkomt Tenzij de bedoeling voorzit om de Regeering de han den vrij Ie maken, nu in het buitenland de spanningen zijn toegenomen. Maar als het gaat om een dag vroeger vacantie, zien we liever de Kamer rustig doorwerken dan op zoo bijzondere wijze naar de eindstreep spurten. .Verslag Voortgezet wer«S (Je behandeling mn de be- STootlng van het Landbouwcrisiaronds. afdee- llng: Akkerbouw en Veehouderij MINISTER DECKERS zette zUn afgebroken rede voort Hli verdedigde nogmaals de verla ging van den richtprijs voor tarwe. Verlaging van den richtprijs voor peul- Vruchten ligt niet In de bedoeling. Uitbreiding van de graanteelt is aanbevolen en bestreden. Het ia een Ingewikkeld probleem Een groot deel van onzen bodem leent zich niet voor graanbouw, van een veeboer Is ook maar niet een-twee-dri® een bouwboer te ma- Groote uitbreiding van den graanbouw zou beteekenen groote uitbreiding van de steunbedragen. Daaraan valt niet te denken. BI) een keuze tuasohen autarkie en export kiest de minister het laatste. Het eerBte betee- kent armoede. De roggeprijs kan worden gehandhaafd dank zjj de maatregelen van de Regee- ring. Dat de verhooging der pachtprijzen thans stagneert. Is mede bewerkt door de verlaging van den richtprijs voor tarwe. Het verwerken van meer aardappelmeel in brood zal onder do aandacht van den minister van Sociale Zaken worden gebracht. Voor het bereiken van een behoorlijken prüs voor fabrieksaardappelen en aardappelmeel zijn maatregelen genomen. Voor consumptie-aardappelen zullen geen ex port-premies worden gegeven. Wat het baconcontract betreft dat Is door den minister opgezegd. Er komt geen nieuwe overeenkomst Een nieuwe regeling hoopt de minister echter spoe dig tot stand te brengen met vermijding van do verkeerde dingen van vroeger. De geruchten omtrent verkoop van dui zenden koelen naar Rusland tegen abnor maal lage prijzen zl)n looze geruchten. De minister heeft dit dcnkbc-eld reeds afge wezen. Bi) de afdeellng Melk en Zuivel zegt do heer LOUWEN (lib.), dat van dog tot dag do wereldzuivelposltle In hei oog moet wor den gehouden. Daaruit moeten dan tic export mogelijkheden worden afgeleid. Uitbreiding van de veeteelt ia nood g naast die van den graan bouw. Daarmee zal züij to rekenen bij de N. O. inpoldering. Bepleit werd opheffing van de regeling voor de consumptlemelk voor de gebieden, waar vol doende zuivelfabrieken zün. Deze regeling maukt de melk duur voor den consument. De heer HIEMSTKA (s.d.) betoogde, dat ver dere inkrimp.ng van den veestapel noodig.. De export van zuivelproducten tegen lage prijzen naar Engeland, werd niet verantwoord geacht. Gevraagd werd het teveel aan melk beschik baar te stellen voor do scholen. De samenstelling van de boter voor Engeland moet moer aangepast worden aan den Engcl- schen smaak. De heer v. d. WEYDEN (r.k.) drong aan op het gebruik van boter voor le^er en vloot. De margarinéproductle moet worden beperkt. Een groot deel van ons volk kam do boter niet meer betalen en gaat zelf margarine maken. Daar zal weinig tegen te doen zün. De heer v. VOORST TOT VOORST (r.k) wil den melkstroom Inperken door dien boeren een financieel belang te geven by verminde ring van den veestapel en h?t scheuren van grond. Vleeschverbrulk voor werkloozen moet wor den bevorderd. Ook de heer EBELS (v.d.) besprak de melk productie. Meer afzet en meer boterverbru».* beval hij aan. 'Hulp werd gevraagd voor de vetweiders. De heer KUPEItS (s.d.) behandelde eveneens het boter-maxgarine-probleem. De margarine moet goedkooper worden; de industrie moot echter niet worden ingeperkt- Ook de boeren zouden daarmee niet gebaat zün. Bü de zuivel is do productie niet aangepast aan het verbruik. Do margarine heeft deze moeite echter niét veroorzaakt. Aangedrongen werd op verstrekking van versch vleesch aan werkloozen. De heer v. d. HEUVEL (a.r.) informeert, wat de minister doen wil met het overschot aan melk en vleesch, met verliesgevender export cn met de margarine-industrie. Een duidelijke ulteencettlng kan dienen om voel misleiding tegen to gaan. De margarlne is een voorname bron voor toe slagen op de melk. Dat moeten de critici niet vergeten. De minister zou kleuring van do margarine kunnen voorschrijven. Het clandest en aanmaken van margarine zou kunnen worden tegengegaan door het belasten der ingrediënten. Dc heer BAKKER (c.h.) vond bet niet pret tig. dat we boter uitvoeren in ruil voor in dustrieproducten. Dat vergroot de werkloos heid. Inperking van margarlnefabricage zou een paardenmiddel zün. Wel moet de boterafzet ln het binnenland worden bevorderd. Ook 't scheu ren van grasland moet voortgaan. De heer v. HOUTEN (c.d.u vroeg aandacht voor het denkbeeld van regularlsatle der melk productie. Do zuivelafzet in het binnenland moet gesti muleerd door lager prijzen. De positie van de boter op de markt moet zoo sterk mogelllk worden. De Regeer ng late door haar eigen in stellingen boter gebruiken. Een voorschrift, dat alleen melkbrood mag worden afgeleverd, kan het mclkverbruik be vorderen. Ook bü de schoolvoedtng kan het melkverbrulk worden opgevoerd. De minister steune krachtig de boter togen de margarine-industrie en bevordere verlaging van pachtprüzen en vaste lasten. Do heer KORTENHORST (r.k.) wijst op de noodzaak van vermindering van den melkstenn. We hebben ln 1935 47 millloen kg. boter uit gevoerd, terwijl men in 1932 sprak over 18 20 -millloen. Maar die meerdere export kost ons heel veel geld. We zün dus in geheel andere richting gegaan dan we in 1932 ons voorstelden- We kunnen daarmee niet doorgaan. Vermindering van melksteun la onontkoom baar. De vraag: margarine of boter is een kwestie van ctjfers en wordt beheerscht door de koop kracht van het publiek. De ge-bruikers van margarine worden on evenredig zwaar belast. Het product is te duur. De verhouding 3 2 voor den prüs van boter en margarine is eigenlijk niet t„ handhaven. In het belang van het verbruik moet de prüs van margarine omlaag. De heer SNEEVLIET (r.s.a-p.) begreep niet, waarom. b(j de tegenwoordige gesteldheid van de volksvoeding de boterproductle zoo sterk moet worden ingekrompen. Aan werkloozen kunnen we nog heel wat zuivelproducten kwijt. Voor de behoeften van do brcede massa is een ruime veestapel noodig. De beer SMEENK (a-r.) zag in een lagen melkprijs het beste middel om het melkver brulk te bevorderen. H|j heeft daarom geen be zwaar tegen een kleine irrirge. Maar waarom In Emmen de marge kletner is dan elders, moge de minister nader motiveeren. Verstrekikng van melk aan schoolkinderen is een sympathieke gedachte. Maar wat z.a] de prüs zün? Verder komt hier het principieel* bezwaar tegen de schoolvoedlng aan de orde. Een andere vraag is hoe goedkoope melk ter bepchlkklng van sociale Instellingen kan wor den gesteld. Beperking van dc melkproductie Is niet te bereiken zonder aanwüzing van een bepaald aantal koelen per bedrijf. De bedrijven kunnen dan zoo Intensief tnogelük werken. Hoe denkt de minister hier over? De heer DE VISSER (comm.) wenschte. dat de Regeering goedkoope natuurboter zou ver strekken. De heer v. DTS (s.g.p.) achtte verlaging van den boterprüs noodig. Minister Deckers antwoordt MINISTER DECKERS deelt mede. dat de mo gelijkheid om de wereld-zulvelposltle vast te stellen, in onderzoek Is. Ook het vraagstuk van de exportiechten is ln studie. Opheffing van de consumptiemelkregellng zou allerlei verschuivingen in het leven Minister Deckers roepen. Dat vraagstuk houdt den minister voortdurend bezig. Verhooging van do margo voor de melkslij- ters te Emmen is herhaaldelük onderzocht; telkens weer Is de billijkheid van de regeling gebleken. Maar de minister zal zelf de zaak normaals bekllken. De heer SMEENK: Het gaat om vergelijking met andere plaatsen. De MINISTER: Als het in Emmen billijk te zegt dat niet. dat de bestaande regeling elders niet billijk ls. De mdlcsteunbeperking ls het best te ver krijgen door vermindering van de hoeveelheid melk. Er moeten minder melkkoeien komen. Men kan zo nfulnelitcn. maar dat tvenacht de mlnlHter slechts als nlterste middel. Liever wil dc m.nister den export bevor deren. HU ia daarmee bezig en gaat er moe voort. Verder wordt het aantal kalveren beperkt zooveel als mogelük la. Met verstrekking van melk aan schoolkinde ren zün proeien gaande. Onze boter is op de Engelsche markt Iets duurder en minder gezocht dan de Deensche boter. De Ncderlandsche boter la echter niet minder goed ln kwaliteit, maar wel minder hard. En de Engelschen schünen harde boter te willen. Vroeger hebben we de Engelsche markt wat ongeregeld voorzien van boter. Daar door is onze positie n et versterkt, maar de minister poogt daarin nu verbetering te bren gen. Ter zake van de Blue-band-advertentie heeft minister Sllngenberg het noodige reeds gezegd en gedaan. Het boterverbruik bij land- en zeemacht II» door achtereenvolgende ministers reeds bekeken De margarinQbeperlcing zou het boterver bruik niet sterk stlmuleeren. Men zou zich andere vetten of oliën aanschaffen. Bü bepor- king der margarine zouden we oliën en vetten zwaarder moeten gaan belasten. Gaan we don boterprüs verlagen ter bestrijd.ng van de mar garine. dan krügcn de veehpuders weer minder voor hun melk. Het goedkooper praatje, dat de minister maar ledereen boter zou willen laten eten gelijk de heer v. Houten zelde heeft geen zin. We moeten onzen export van boter natuur lek ook zien te vermeerderen. Door scheuring van grasland Is misschien ook iets te bereiken om de productie te verminderen. Hier en daar is iets gebeurd en ls men rogge gaan ver bouwen. Het verstrekken van meer reuzel, vlsch en vleesch zal onder de aandacht van den minis ter van Sociule Zaken worden gebracht Langs indlrecten weg zün de vetweiders reeds geholpen door verbetering van de vleeschposi- tie. De minister zal aan hun belangen nog ver der aandacht schenken. Het clandestien vervaardigen van margarine is moelltik te voorkomen, al is het tegen het belang van de gemeenschap, dat meebrengt do landbouw ln stand te houden. Verstrekking van goedkoop versch vleesch aan werkloozen wil de minister gaarne, maar het moet via den minister van Sociale Zalten gebeuron. Zoo gaat het ook met de eieren. - i Men moet tegen deze verstrekking in natur* de menschen ntct opzetten, gelük ook ten on rechte vroeger met het blikvleesch ls geschied. Later kwamen steeds meer groepen vragen om ook ons uitstekende blikvleesch te mogen ont vangen. Techn:sch ls dc gevraagde verstrekking mo gelük; het gaat er maar om of de minister van Sociale Zaken geld voor den maatregel heeft Bemoeiing met de margarine-Industrie is geschied in hét belang van den landbouw. Beperkink van deze industrie zou den land bouw schaden. Tot zulke maatregelen Is de minister niet bereid. Kleuren van margarine Is wansmakelük en wekt afkeer. De minister wil daaraan de mls- deelden en andoren n et onderwerpen. De grens voor armen en minder armen ware ook moei- lük te trekken. Bepaling van het aantal koeien per bedrüf is moellük. maar de minister zal er nogmaals ernstig over nadenken. Vooral de controle zou uitermate moeilijk worden. De wintermeik heeft ook 's ministers aan dacht. Maar de heer v. Houten onderschatte zeer de moellükheden. De melksteun regeling is niet bezig te ver starren. De minister is bedacht op verminde ring er van. Door de ingevoerde kalverbeper- king -zal de melkproductie dit jaar kunnen verminderen. De beer Korténhorst verweet den minister een o»»oorzfchtlge ultlri-ting. De minister acht niets onvoorzichtigs gezegd, al stelt hü voorop dat de heer Korténhorst de eerstaangewezene ls om hem op onvoorzichtige'woorden opmerkzaam te maken. (Groote vroolükheid). De heffing op de margarine is vastge steld op grond van cüfers omtrent deze in dustrie. Daaraan heeft de minister de bllük- beid getoetst. Dat ook de heer v. Dis een zeker eant&l maatregelen in liet belang van den landbouw noodig acht, heeft de minister met genoegen Te kwart over zes werd de vergadering ver daagd. Hedenmiddag wordt: Groenten en fruit be sproken. en vanavond.de financiering van den bruggenbouw. ORDENING EN INDUSTRIALISATIE Scheepvaart en schipperij Dordrecht ten voorbeeld aan Rotterdam Vergadering van 11 Maart 1936 De Kamer begon haar dagtaak met het trekken der afdeellmgen. Nadat dc vergadering ©enigen tijd geschorst «au geweest om de af deelingen gelegenheid te geven tot het kiezen van voorzitters en onder voorzitters. volgde heropening. Medegedeeld werd. dat tot voorzitters waren benoemd de beeren Ter Haar. Van Sa see van IJseeU. De Gijselaar. Hermans en Van Clttere, en tot' ondervoorzitters dc heeren Briët, Gel- dorman. De Savornin Lobman. Osscndorp en Janssen. Voortgezet werd de behandeling van üe De- grootlng van Handel, Nijverheid en Scheepvaart De heer DROOGLEEVER FORTUTN (Lib.) vroeg belanghebbenden te hooren nu het rap port van dc interdepartementale comMtefie over iie Rijnvaartpremios gereed is. Van belang Ie. dat de concurrentie tuasohen Nederlandische havens de vraagstukken nJet nog moeilijker maakt Verzocht werd voorts aandacht te schonken aan het terusloopen va.n den graan- Invoer te Rotterdam. Hier is een nationaal belang aan verbonden. Ook de scheepsbouw vraagt 's ministers zorg. De steun aan de scheepvaart maakt het moel lük voor sommige maatschappijen om nieuwe aandeelen uit te geven om geld te krijgen voor dc vernieuwing van de vloot Laat de mi nister dezo belemmering wegnemen en aa- het particulier bedrijf ruimte geven. DE MINISTER AAN HET WOORD MINISTER GE LISSEN merkte op. dat in het parlement de daden van den minister aan de orde zijn en niet zijn optreden in het verloden, waarover de heer De Marchant bad ges-proken. De minister beeft Nationaal Herstel verla ten. toen het politieke partij werd. Het is nooit te laat om van veTlooorde wegen terug te komen. Dit advies wilde de minister ook aan den heer De Marchant geven, zij het in ander verband. De minister heeft zich nooit voor devaluatie uitgesproken, al le hiJ als 't moet ge«3n princlpieele tegenstander. Thans acht hjj deva- luatle nog niet noodig. Devaluatie kan meer omzet geven, maar zoo'n uitverkoop va» lager gewaardeerde diensten, brengt niet altijd in beter po sitie. Het suocea ls steeds onzeker. De minister ls geen tegen.«tander van de coöperatie. Hij sloot zich bij het betoog van den heer Andriessen aan over de vakbeweging. Verlaging van kosten BIJ den verkoop van de kolen Lc or een groote marge tusschon kost- en diistributieprljs. Dat is bij vele artikelen zoo. Grooten invloed hebben daarop vaak dc buitensporige oischen, die hot Nederlandsche publiek stelt. Er ia naar verlaging van kosten gestreefd. De steun aan dc akkerbouwproducten is over de heelc linie verminderd, behalve bij <»e zui vel. Onze tarweprüs Is hoog vergeleken bij den gemiddelden were'.dprijs. We geven" aan de tarwe 40 millloen Meun: hielpen we op deze wijze dc bedrijven niet, dan moesten de men schen worden ondersteund. Rotterdam volge het goede voorbeeld vm Dordrecht en verloge de-liavenkosten. Het zal Rotterdam 1.2 millloen kosten, maar dit bedrag kan in het algemeen begrootinjte- kader worden bekeken. De Regeering neemt een royaal standpunt in. De kwestie van den graanhandel is een kwes tie van verdeelende rechtvaardigheid. Do steun aan de scheepvaart moet bij winst worden terugbetaald. Maar dat remt inderdaad het optreden der ondernemin gen. Do minister zal de opmerkingen van den hder Fortuyn ter zake overwegen. Zij zijn hem uit het hart gegrepen. Ordening De ordening moet menscbelijke vrijheid eer biedigen voor zoover het algemeen belang dat toelaat. De mlnlHter wft ordening »!«t overal van bovenaf opleggen. Wnnr het bedrijf zich zelf helpen kon, moet de OTerheJd de handen thuis houden. In dezen tijd te eohter tussohen bedrijf en regeering ovorleg noodig. Verdergaand ingrij pen van de overheid is slechts verantwoord b bedrijven, die diep ln het geaneensohapöleven ingrijpen. Verbindend verklaring van bepaalde over eenkomsten Is slechts toelaatbaar indien er voor zoover het algemeen belang dat noodig maakt. Ordening moet de energie van het partlculie initiatief niet schaden. Dit laatste moet voe dingsbodem blijven voor den bloei van het be drijfsleven. Contingentoering werkt verstarrend, zegt men. maar de jongste regelingen hebben dien verstarrenden Invloed zeer verminderd. Berekend ls. dat door de con- tingen tee ring 100 fi 150 millioen aa» goei&ren voor de Nederlandische markt behouden ls. Dr Colijn heeft daarop gedoeld op Oudejaansavond. Wat de contlngenteertng gekoot heeft, te niet precies te berekenen. Tariefsverhoog!lig ls inderdaad een soepeler methode. Daarom wordt er zoo noodig ook s«- bruikjjvan gemaakt. De contingentoering heeft voor ver» schillende goederen het aandeel van de Nederlandsche industrie ln de Ncderland sche markt doen stijgen. Bij verschillen de artikelen zelfs niet onbolangTÜk. Bij wollen stoffen b.v. van 44.1 ln 1931 tot 68 ln 1934; voor tricotgoederen zijn de cijfers 57 en 75 De industrialisatie van ons land heeft zich geleidelijk ontwikkeld. De minister wil nu verder gaan. maar geen kunstmatlgen. maar wel sysbemattechen groed bevorderen. Industrialisatie is geen panacee. Wat noodig te-, moet geeohieden. Wat niet le vensvatbaar is. moet we niet hebben. Industrialisatie is echter geen boerenkool De schoorsteenen rijzen maar niet soc uit den grond. De industriefinanciering is nog niet tot stand gekomen, maar er is ge werkt alsof ze er was, Gebruik is gemaakt van het Werkfonds; ln 106 gevallen ls J 495.000 verstrekt Do voorlichtingsdienst gaat werken via een centraal bureau, dat do inlichtingen, die ln het buitenland verzameld zijn. distribueert Reeds nu worden vele belangrijke adviezen gegeven. De koe.n»en dor Indische aandeelen zijn meer gestegen dan het algemoene Indexcüfer; koersen de-r Nedexlandsche aandeelen loopen vrijwel parallel. De Wet op de Evenredige vrachtverdeeling heeft niet in alle opzichten voldaan. Maar de minister weet niets beter. De vervoerscapaciteit is 5 maal zoo groot als het vervoer. Hoe moet men dan ordenen? Een commissie zal rapporteeren over do wet; daarna zal de minister zijn houdang bepalen Onze scheepvaart zal geleidelijk meer den Invloed ondergaan va» de opleving, die er is in de wereld Industrie en den wereldhandel. In 1932 zaten we op het laagste punt; ."ipde is stijging ingetreden. Onze scheepvaart, licht de minister met cijfers toe. heeft daarvan geprofiteerd. Dat geldt zoowel "voor de zeevaart als voor" de Rijnvaart, Verontrustend u eohter de verschuiving in het Rijnvaartverkeer van Rotterdam naar Antwerpen. Brengt Rotterdam zün havengefiden enz. op het peil van Antwerpen, dan kost dit 1.7 mil lloen; voor Amsterdam ls dit 815.000; geJUk- stolling der Rljnvaartpremi-eis met België kost 2-2. millloen. Do minister zal - ernstig overwegen wat te dezen aanzien te doen. Sinds 1933 zijn de inkomsten van Nederland» aandeel in het scheepvaartverkeer niet beneden 72 millioen geweest. Ook met de kustvaart maakt Nederland ge«en slecht figuur. Er ie ook vooruitgang in den nieuwbouw. VRIJDAG 13 MAART HILVERSUM. I. 1875 M. 8.00 VARA 10.00 VPRO. 1100 VARA. 12.00 AVRO. 4.00 VARA 8.00 VPRO. 1100 VARA 8.00 Gr.pl. 10.00 Morgenwijding. 10.30 Cause rie. 11-00 Gr.pL 4.00 Trio de Sam de Gor ter. 5.05 Kinderuurtje. 5.30 Zang en orgeL 6.20 Vara-orkest. 7.00 Lezing. 7.20 Verv. orkestconcert. 8.00 Causerieën. 8.30 De HolL Kamermuziekvereen. 9.00 Causerie. 9.30 Vervolg concert 10.15 Lezing. 10.45 Berichten. HILVERSUM II 301 M. Algemeen Program- ma. verzorgd door de NCRV. 8.00 Schrift lezing, meditatie. 8.159.30 Gr.pl. 10.30 Morgendienst door Ds. G. den Duyn, Ned. Herv. Pred. te Vinkeveen en Dem- merik. 2.30 Chr. Lectuur. 3.00—3.45 Orgel spel. 4.00 Hobo en piano. 5.00 De Gooilan ders. 6.30 Causerie. 7.00 Berichten, repor tage. 7.30 Literair halfuur, 8.00 Berichten, gram.pl. 8.15 Haarlemsche Orkestvereen. (Om 9.05 Lezing). 10.50 Berichten. 10.25 11.30 Gram.pl. DROITWICH 1500 M. 11.20—11.50 Orgelspel 12.10 Orkestconcert. 1352.20 Pbilh. Strijkorkest. 3.20 Lezingen. 4.20 BBC- Midlandorkest. 6.50 Oude muziek. 7,10 Le zingen. 8.20 Gevar. programma. 9.50 Be richten. 10.40 Sopraan, viool en piano. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Klein orkest. 6.30 Gram.pl. 6.50 en 7.20 Zigeu- nermuziek. 8.20 Symphonieconcert; 484 M 12.20 Gram.pl. 12.50 Zigeunermuziek. 1.40 Zang. 5.20 Omroeporkest. 6.50 Pianoreci* tal. 7.35 Zang. 8.20 Voor oud-strijders. In de Italiaaiurhe kolonie Eritrea wordt gebruik ge maakt van de mo derne vervoermid delen. Hiertoe wordt o.m. de .JMlorine" vit Italië aangevoerd, die ook in ons land heeft proef- gereden. De toestand der scheepvaart ln andera landen, ook die gedevalueerd hebben, la niet gunstiger dan hlert de twee Scandi navische landen uitgezonderd. Wat het economische leven betreft zijn er ook enkele gunstige teckencn. Wat b.v. in Frankrijk wordt geconstateerd, is ia Nederland in sterkere mate aanwezig. De groot- handelsprljze hebben zich zoo aangepast, de.t ze nog maar 2 veraohillen met het wereJdi- nlveau. In den scheepsbouw ziet men hetzelfde; waar Rotteniam en Amsterdam zulke groote boeveel heden werkloozen hebben, staat de regeering hier zeer belangstellend tegenover. De minister zal bekijken aan de werven aan den Noord denzelfd-en steun te geven als aan andere. Wat onzen export betreft, 57 gaat naar DulGKhland. Frankrük. Engeland en Belglü waarvan Duitschland het grootste aandeel heeft. De wet in zake vaste lasten zal in de goede richting medewerken Er is daling in het aantal faillissementen, wat wijst op veTbeterlns in de kleinbedrijven. Voor zoover verantwoord, kan de industrie verder oj> den steun der regeering rekenen. Echter gaat de werkloos heid met de verbetering nog niet parallel, nfl zijn er reeds partieele verbeteringen. Men vergete echter niet, dat andera landen, met name Amerika, percentsge wijs meer werkloozen hebben. De telling la ook verschillend: telden wij gelijk Bel gië. we hadden 190.000 werkloozen. Er zijn steeds verschilpunten. Ook de ver» golüklng met Amerika vertoont onnauw keurigheden. De mdnis-ter zal gaarne naast Dr Colijn zijn hulp ln den eoonomischen opbouw va» 'e land» kraohten blijven _geven. Na de pauze.werd gerepliceerd. Dc begroe ting wend Z. K s. goedgekeurd. Alsdan te aan dc orde de begroeting Tap JUSTITIE D» heer KOuFF (C.H.) betoogt, dat de N.S-R. voortdurend het gezag aanvalt Hij hoopt, deut de Grondwetsherziening preventieve maatrege len mogelijk mankt De organisatie der Rijks politie is een zaak waaromtrent de procureurs generaal advic-e zullen moeten geven. Is daar een commissie voor noodi-g? Verschillende kantonrechtere zijn overbelast met werk. De lieer JANSSEN (R.K.) wü*t op ditzelfde bezwaar temeer daar hij voonsbander te van uit breiding dea- competentie van den kanton rechter. Spr. sluit aan bij den heesr Kolff. wat betreft het gebruik maken van onbetaalde werkkrachten bij de rechterlijke macht Spr is niet bevredigd door de verklaringen van den minteter ln zake de administratieve rechtspraak. Spr. zal voor aanvulling daarvan blijven ijveren, in verband met de voorstellen van de coenmtesie-Koolen. Dat uitbreiding noodig la, erkent ieder, ook de minister. Spr. vraagt epoedlge indiening van een des betreffend wetsontwerp. Spr. bepleit ten slotte verbeterde toepaasine van het vreemdelingenrecht De heer VAN VESSEM (N.S.B.) acht het op treden van de regeering in zake de colportage- vrijheid onjuist Ook te dit het geval met do houding van d'en minister tegen de geschriften va.n d© N.S.B. Alsof er ln „Volk en Vaderland*' zulke onbehoorlüke dingen zouden voorkomen! Er Ie aanmerking gemaakt tegen een adver tentie, die beleedtgend zou zijn voor minister Deckens. In bultenlandsohe bladen vindt men nog wel heel andere kwalificaties van regee- rlngspereonen; als politiek strijdmiddel te hot peil van ..Volk en Vaderland boog. (Beweging! Wat betreft toepassing van vreemdelingen recht. het schijnt dat andere Kamerleden me.ar voortdurend in aanraking komen met pollti- seerende Duitschers. Ze worden voortdurend dior de politie gecontroleerd zoo heet het. Waarom een uitzondering voor Inwoner® va» een bevriends natie? De heer HERMANS (S.D.) te van oordeel, dat de minister niet krachtig genoeg optreedt legen de N.S.B Alle partijen klagen daarover. Spr. dringt aan op aanvulling der admini stratieve rechtspraak, en scherp optreden- tegen ongewensoht* vreemdelingen. De vergadering is daarna verdaagd tot heden elf uur. Feuilleton (18 door D. K R IJ G E R Herbert, die zich nauwelijks om godsdienst bekommerde, kou niet weten dat generaal Feng door zijn optreden slechts ver toonde wat het Modernisme meebrengt En toch is het zoo. Feng, van boerenafkomst en opgevoed onder den invloed van moderne Zendelingen kon het met hun denkbeelden uitstekend vindeu. Die gingen geheel en al zijn richting uit Immers een Christus die wereldvrede predikt door algem. menschenliefde en niemand lastig valt met theorieën over noodzakelijke verlossing door het bloed des Kruises, besef van zonden, gezwegen van het sprookje Zijner wonderbare geboorte en nog zonderlinger Op standing, kwam zijn vrijheidlievende natuur machtig in het j gevlei en Feng kon niet weten, dat hem slechts een afgetrokken i „denkbeeld" van den waren Christus gebracht was. Herhert had evenmin oog daarvoor. Hij kwam wel eens in aanraking met Amerikaanschc of Engelsche Zendelingen, maar daarbij werd zelden diep op godsdienstige gesprekken ingegaan, zoodat hij hen allen over één kam schoor. Het gehoorde over Fengs ge schiedenis bracht hem tot nadenken. Herbert vond het vreemd, dat zoo 'n Chineesche man, zoo 'n bocrehouwdegen, die toch slechts om vechten en macht winnen kon geven, ook a«andacht schonk aan dingen van religieuzen aard. „Merkwaardig toch, dat het den mensch, van welken landaard cok, in het bloed steekt te zoeken naar de oorzaak en het waarom van 's menschen I bestaan", dacht hij. Maar erg diep ging hij niet op de gedachte in en heel spoedig was zijn geest met andere dingen bezig. Met hernieuwd geweld was men elkander weder te lijf gegaan Spoorwegen werden vernield; bruggen opgeblazen, veel kruit werd vermorst en dat alles? Ja, geen mensch die zeggen kon waartoe of waarom. De eigengebakken officieren voeren er niet slecht bij, die spekten hun zakken op kosten hunner land- genooten. Het werd hoe langer hoe lastiger het roer op kantoor vast te houden, want het bezettingsleger had als naar gewoonte gebrek aan contanten, en de aanvoerder wou maar weer eens trachten geld uit het fabriekslaadje los te wringen. „Wat er ook gebeuren moge, dat nieti" riep Herbert uit. Gelukkig kou het bezettende leger het het langer houden en moest wijken voor den druk van een snel naderenden, sterken legertroep, waarvoor het hals over kop op de vlucht sloeg. Herbert haalde ruimer adem. „Gelukkig, dit is weder achter den rug", dacht hij. Maar hij had verkeerd gedacht. Waren die oude troepen maar gebleven! Wat zij nu te zien kregen waren roovers en baarlijke duivels tegelijk. Die nieuwe bende ving de kennismaking aan met de bevolking te brandschatten en haar laatst en eigendom af te persen. Ongelukkigen, die het waagden bedenking te voeren tegen dit optreden, zag men dra in de post van hun eigen woning opgehangen. Ook bij Herbert kwam men aankloppen om geld. Hij was onverbiddelijk. Geen cent zou men krijgen. Hierop begon de vijand hem het zaken doen lastig te maken, zóó lastig, dat het bedrijf weldra nagenoeg stilstond en de bron van inkomsten dreigde verstopt te raken. Onder deze omstandigheden hield Herhert fabrieksraad om ta overleggen -wat men doen zou, de fabriek sluiten of de betalingen voorloopig opschorten. Tot het laatste werd besloten. Herbert ontveinsde zich niet, dat deze maatregel niet vrij van onrechtvaardigheid tegenover de crediteuren der fabriek was, maar het kwam hem voor dat het toch voor die menschen zelf aldus het beste zou zijn, want indien de militairen te weten kwamen, dat zij geld van de fabriek ontvangen hadden, zou het hun meteen weder worden afgenomen. Na vele geheime beraadslagingen werd Herbert opgedragen do geldmiddelen der fabriek naar beste weten te verdedigen en onder geen voorwendsel, aan iemand, wie dan ook, uitbetaling te doen. Voorloopig voor den tijd van tien dagen. Nauwelijks was dit be-duit bekend gemaakt of het kantoor werd bestormd door menschen, die, de een veel, de ander weinig, geld van de fabriek te vorderen hadden. Herberts hoofd liep om. Wat een moeite om zich de menschen van hot lijf et houden en met een zacht lijntje de deur uit te krijgen! Herbert kreeg een bedelaarsgevoel over zijn lijf. In de eerste dagen gelukte het vrijwel de menschen te kalmeeren, maar daarna kwamen de poppen geducht aan het dansen. Den heelen dag was hij op kantoor aanwezig; zijn rustige avonden moest hij er a»an geven. Herbert had te doen met die menschen, die eiken dag opnieuw om hun eigen geld kwamen bedelen. Hij voelde sterk het om-echt, dat hij hun aandeed. Maar hoe kon hij anders handelen? Er kwam geen geld meer binnen. Ging hij aan het betalen, dan zou spoedig dc geheele kas ledig zijn en dan zou men eerst recht de poppen aan het dansen 'hebben. Hoe hij de zaak ook van alle kanton bekeek, hij zag geen kans anders te handelen; hij bleef wachten tot het gevaar over was. Herbert bedoelde het gevaar, dat van vijandelijke zijde dreigde, maar het onmiddellijke gevaar, het gevaar van het oogenblik, werd hij niet gewaar. Voor lijfsgevaar was hij niet beducht en toch zou dat gevaar spoediger dreigen dan hij vermoedde. Eén der crediteuren, een klein, schraal Chineesje, sloeg geen dag over om Herbert met zijn verzoek om betaling lastig te vallen. Op zekeren middag kwam hij wecr en uitte d0 be dreiging, dat hij het kantoor niet verlaten zou'zonder geld, al moest hij er den gehe'clen dag blijven. „Zooals ge wilt", was Herberts antwoord, „ge kunt cj zelfs bij gaan zitten als ge danj lust in hebt." De man, die het dialect zijner provincie sprak, kon het brabbelchineesch van Herbert .niet begrijpen, evenmin als d>ee een touw kon vastknoopen aan hetgeen de man hem vertellen wilde. Daarom riep Hertzet -de - hulp van ziia Chineeschen secretaris in, die den man aan het verstand bracht waaraan hij zich te houden had. De bezoeker bleef kalm zitten zonder een woord te spreken. Toen het sluitingsuur kwam, greep Herbert naar zijn helm. maar plotseling stond de man van zijn plaats op en ging voor hem staan, allerhande woorden uitend, die Herbert wel niet verstaan kon. maar die hun bedoeling door de hen vergezellende dreigende gebaren, duidelijk genoeg maakten. Herbert nam de man van het hoofd tot de voeten op en meende hem wel te kunnen staan. Hij legde de hand op 's mans schouder, om hem terzijde te duwen. Toen brak er voor Herberts gevoel een aard beving los. Angstig dicht naderde zijn hoofd het plafond om het volgende oogenblik den vloer onzacht te begroeten. Het ging alles zóó vlug, dat Herbert reeds eenige reizen van beneden naar boven en van boven weder naar beneden gemaakt had alvorens men hem te hulp kon schieten. Had het nog langer geduurd, dan had het slécht met hem kunnen afloopen, want zijn aan rander bleek over reuzekracht te beschikken. „Wie had gedacht dat die vent zoo 'n Goliath zou zijnr prevelde Herbert, toen hij met verfomfaaide klceren en los gerukte das uit de klauwen van dat ongure beest, zooals hij den man noemde vrijgexochtei was. Een gevoel van schaamte kwam bij Herhert boven, van schaamte, omdat hij zich dit moest laten welgevallen, welge vallen van een Chinees, een Chinees, die het gewaagd had hem, een Europeaan, met zijn handen aan te raken. „Wij zijn en blijven de „vreemde duivels" in hun oogen", mompelde hij binnensmonds, „maar ontzag en vrees voor ons zijn aan het verdwijnen." Het kantoor was intusschen volgeloopen met mannen van de veiligheidswacht der fabriek, die echter weinig voor de veilig heid doen konden, aangezien de militairen haar van haar wapens beroofd hadden, zoodat zij r enkel met een rietje ia de hand op uittrokken om de orde te bewaren. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9