JUraur? ^Cri&srijf (tfoitranl Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken DE OPVOERING VAN „DE BEUL" Past dat, zonen van een O roemrijk voorgeslacht abonnementsprijs: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 235 Franco per post 2.35 portokosten Per week0.18 Voor het Buitenland bij wekelijksche zending4.50 Bij dagelijksche zending530 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/s et Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 5648 VRIJDAG 6 DECEMBER 1935 15e Jaargang abb£rtcntieprij?en: Van I tot 5 regels 1.17'/i Elke regel meer f 0.22'It Ingezonden Mededeelt'ngen 4 van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer 0.45 Handelsadvertentiën per regel 0.17 'ft Bij contract belangrijke korting Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 NIET TE HAASTIG ZIJN Om aan ernstige bezwaren uit dc Tweede Kamer tegemoet te komen, lichtte de Re- geering dn ondërwijsparagraaf uit hnt Be- zuinigingsontwerp. Ze werd omgewerkt en als apart voorstel door minister Slotema- ker de Bruine opnieuw ingediend. Het nieuwe ontwerp bevat de bepaling, dat scholen voor gewoon lager onderwijs, waarvan het aantal leerlingen minder be draagt dan 50, 70, 100 of 125 (naar gelang van de gemeente, waarin zij gevestigd zijn) niet meer voor subsidie in aanmerking komen. „Met geweld, aldus de Tij d, worden dus de kleine bijzondere scholen veroordeeld 'tot verdwijnen, terwijl dé ruim 600 kleine openbare scholen van eenzelfde formaat ongemoeid worden gelaten." En .het blad herinnert er aan, dat van Roomsch-Kath. en Chr. Historische zijde ernstig bezwaar gemaakt is tegen deze aantasting van de principieele vrijheid van het Bizonder On derwijs. Men kan er aan toevoegen, dat ook in een officieele bijeenkomst van anti-revolutionai ren gesproken is van „onoverkomelijke moeilijkheden". Waar de geheele rechterzijde ©enerzijds tot bezuiniging, ook op het Onderwijs, steeds bereid "bleek, schijnt iet ons ondenk baar, dat de Regeering haar eisch ten volle zal doorzetten en het tot een conflict zal laten komen met partijen, op welke zij in de eerste plaats steunt;gelijk de Tijd niet onmogelijk acht blijkens haar op- en onder schrift, waarin van een „Dreigend con fiict?" gesproken wordt Het meercndeel der ministers is het Bi-, •zonder Onderwijs van harte genegen en daarom zal het Kabinet, dat zich telkens tot overleg bereid toonde, zeker een bevre digend compromis weten te vinden. Men mag zijn bezwaren niet achterhou den, maar moet o.i. niet to haastig van een dreigend conflict spréken. NIETS MEER, MAAR OOK NIETS MINDER Wanneer wij onderscheiden malen han delden over de noodzaak voor de lagere publieke lichamen om hun aandeel bij te dragen in de beperking der uitgaven en in dat verband de positie beschouwden van den Minister van Binnenlandsche Zaken, heb ben wij steeds diens- ruimere bevoegdheid in crisistijd erkend, maar anderzijds be zwaar gemaakt tegen het opleggen van be paalde salarisregelingen tot in de fipesses. Deze formuleering van de werkzaamheid des Ministers aldus schreven we onge veer moet in het algemeen de instem ming hebben van den tegenwoordigen be windsman van Binnenlandsche Zaken, van wien immers bekend is, dat hij de gemeen telijke autonomie een goed hart toedraagt. Nu spreekt het vanzelf, dat de Minister vanwege de uitvoerigheid en fijne detaillee ring dezer materie bezwaarlijk kennis kan -nemen van elk onderdeel eener salarisrege ling, waarom het departement werd aanbe volen zich te richten naar 's Ministers ge openbaarde meening. Deze opmerking geeft ,J)e Ambte naar" aanleiding tot het vermoeden, dat wij ons „zouden geneeren" voor het beleid van Minister de Wilde, „die immers zoo'n doetje waarlijk niet is", aan welke opmer king het blad de uitspraak toevoegt, dat de Minister en niemand anders verant woordelijk is voor de wijze, waarop zijn departement zich naar buiten openbaart En de „roode pers" is zelfs van oordeel, dat door onze uitlatingen het vermoeden wordt bevestigd, dat onder deze „sterke" regeering de ambtenaren van de departe menten dikwijls sterker zijn dan de sterkp mannen, die de ministersplaats bezetten en dat dikwijls niet de ministers de beslissing nemen. Wij willen weerstand bieden aan de ver leidelijke taal van do roode pers, die een bescheiden opmerking onzerzijds beslissend doet zijn voor de beschouwing van het blad op een belangrijk punt, en merken op, dat het praedicaat „sterk" nimmer door dit ka binet voor zich werd opgoêischt, maar een Welwillend attribuut is van sociaal democratische herkomst, waarin ge paste eerbied voor het kennen en kunnen onzer bewindslieden niet onaardig tot uiting komt. Nu de kwestie der verantwoorde lijkheid voor handelingen van het de partement. Kwestie? Men zal zich herinneren hoe Minister dc Wilde zelf eeh vorig jaar, toen men in de Tweede Kamer een tegen stelling trachtte te maken tusschen de ambtenaren en den Minister, met aandrang verzocht alleen te spreken van den M i- n i ster. daar enkel deze in het geding Was. Deze minister had dus de opmer king van ,J">e Ambtenaar" niet noodig. De Minister blij ft steeds verantwoordelijk ook daar, waar de praktijk mogelijk op een tegenstelling stuit Dergelijke conflicten zijn denkbaar niet alleen, maar onvermijdelijk. En als de „roode pers" tegen dit feit be zwaren maakt, zij opgemerkt, dat bij het omvangrijke ambtenaren-apparaat, dat de socialistische staatsopvatting kent, de amb- tenarenbeslissingen een nog heelwat ruimer plaats zullen innemen. Onze opmerking doelde niet op de kwes tie der verantwoordelijkheid, maar hield zich bezig met het feit der disharmonie tusschen ministerieele uitspraak en depar tementale praktijk in sommige gevallen. En dan beoogden wij in tweeërlei opzicht correctie. Week de Minister mogelijk ïn be paalde gevallen af'van eigen algemeen in zicht? Dan werd op hoffelijke wijze naar zijn gevoelen venvezen en handhaving daarvan aanbevolen. Gaf het departement op onderdee- len van een van den Minister afwijkend standpunt blijk? Dan werd gevraagd ver dere inmenging op ondergeschikte punten niet toe te laten en werd toepassing ver zocht van des Ministers inzicht Niets meer, maar ook niets minder werd bedoeld. Jhr. L. Rutgers van Rozenburg Gaat heen als burgemeester van Eemnes De Burgemeester van Eemnes, Jhr L. Rutgers van Rozenburg heeft tegen 1 Januari 1936 ontslag aan gevraagd uit deze functie, welke hij gedurende ruim 28 jaren met groote plichtsbetrachting en toewijding heeft vervuld De Burgemeester bezocht hetGeref. Gym nasium te Amsterdam en was daarna werk zaam als volontair op de gemeente-secretarie te Soest, In 1907 werd hij henoemd tot burgemees ter van Eemnes als opvolger van jhr C. Roëll. Tot 1916 was hij tevens gemeente secretaris. In laatstgenoemd jaar zijn deze ambten eesebeiden. In 1932 vierde Jhr Rutgers van Rozenburg zijn 25-jarig ambtsjubileum. Toen is over duidelijk gebleken hoezeer de bevolking van Eemnes aan den Burgemeester gehecht is. De heer Rutgers van Rozenburg is o.m. voorzitter van het waterschap Eemnes. In de laatste vergadering van den ge meenteraad hebben de beide wethouders de heeren A. v. Stoutenhurg (r.k.) en J. Pos (a.r.) hun leedwezen over het voornemen van den Burgemeester uitgesproken en Hem dank gezegd voor de prettige samenwerking, welke zij steeds hebben mogen ondervinden. IR H. A. v. IJSSELSTEYN Viert heden zijn 75ste geboortedag Wie voor het eerst met den heer IJs- selsteyn, die kras en flink heden zijn 75ste verjaardag mag vieren, kennismaakt, krijgt niet aanstonds de indruk met een krachtige persoonlijkheid te-doen .te heb ben, dié een vaste overtuiging heeft en daarvoor zelfs wil vechten. Doch.dan zullen we maar zeggen begint- de confe rentie. De heeren, aldus de Voorzitter, zijn bijeengeroepen om over de volgende aan gelegenheid het oordeel der Regeéring te vernemen, en eigen oordeel aan de. Regee ring bekend te maken. Dan volgt een uiteenzetting van de zaak, waarover het gaat en iedereen weet pre cies, wat er aan de orde is en dat hij met sterke argumenten moet komen om veran dering in de zienswijze van den Voorzitter te brengen. En wanneer men dan "naeen bijeenkomst, welke geen minuut langei duurde dan noodig was en waar zoetsap pige woorden contrabande bleken te zijn de heer Van IJsselsteyn veroorlooft zich soms een hartig woordje, te sprekeu, als dit z.i. pas geeft uiteen gaat dan erkent iedereen; dat is een man, die weet wat hij wil en leiding kan geven. Maar nu moet men vooral niet mcenen, dat de jubilaris een man van groote woor den en oratorisch talent is, al spreekt hij niet slecht De groote kracht, welkG van hem uitgaat, ontleent hij aan groote kennis van zaken en het sterke stieven om van zijn functie of amht te maken, wat mogelijk is. Wanneer hij promotie maakte en dat was niet zeldzaam dan ge beurde dat niet om wat hij g e-z e g d, maar om hetgeen hij gedaan had. Een overzicht van zijn leven bewijst zulks. Op zestienjarige leeftijd ging hij uit zijn geboorteplaats Zierikzee naar de Polyiecn- nische School te Delft, vier jaar later wus hij ingenieur en onmiddellijk kreeg hij een plaats aan Gemeentewerken te Rotterdam. Onder wijlen G. J. de Jongh heeft hij daar belangrijk werk verricht Toen hij in 1907 25 jaat in dienst der gemeente Rotter dam was, (inmiddels was de heer Vam IJsselsteyn reeds tot adjunct-directeur van gemeentewerken opgeklommen) is hij be- VAANDELS-VLAGGEN C. M.V. DIEMEN DORDRECHT MEDAILLES INSIGNES BEKERS KRANSEN noemd tot ridder in de Orde van de Neder- iandsche Leeuw. In 1908 kwam de benoeming op vooi dracht van wijlen minister Talma, tot hoofd van de Arbeidsinspectie. Als direc teur-generaal van de Arbeid leidde ir. Va.i IJsselsteyn de voorbereiding van de Ar beidswet en van de Stuwadoorswet Van 1911—1914 was hij voorzitter van de Staats commissie" voör de olectricitéitsvoorzieiung. In de oorlogsjaren was hij algemeen secre taris van het Kon. Nat. Steuncomité. Van Scpb 1918 tot Sept 1922 is ir. Vat. TJsselsteyn Minister van Landbouw, Nijver heid en Handel geweest Toen mr. Bijleveld was afgetreden, na verwerping van zijn he grooling, heeft de heer Van IJsselsteyn ook nog eenige tijd het Departement van Ma rine beheerd. Tijdens zijn ministerschap zijn gelden beschikbaar gesteld voor de ontgjnnning de Peel. Het eerste dorp, dat in «Jero. ontgnnnen streek verrees, werd naar den oud-minister genoemd en heet „IJsselsteyn' dorp. S in artelij ke ver ontwaar digin g bij het Christenvolk Een onbevredigende verklaring Een algeheel verbod op zijn plaats Onze Amsterdamsche redacteur schrijft ons nog het volgende naar aanleiding van de interpellatie in den Amsterdamschen Gemeenteraad over de opvoering van het tooneelstuk „De Beul": Bij de beantwoording van de interpellatie .an den heer Boissevain (v.b.) in den Am sterdamschen Raad over het tooneelstuk „De Beul" heeft de Amsterdamsche burge meester, Dr. W. de Vlugt, tot ons leedwezen niet bijzonder naar het hart van ons volk gesproken. Wat liet stuk zelf betreft, de burgemees ter heeft in den Raad gezegd dat er een zeer belangrijk verschil bestaat tusschen de novelle van den Zweedschen schrijver La- gerkvist èn de in don Stadsschouwburg ge geven voorstelling. Het verschil is er inderdaad. De genoem de novelle is van sterk atheïstische strek king en ligt geheel in de lijn van de be ruchte actie der godloozen in Rusland. Dit boek, ook in het Hollandsch vertaald, is uitgesproken godslasterlijk. Het is een schandelijk product. Naar dit boek is het gewraakte tooneelstuk gemaakt. Een onmogelijke taak Nu hebben de heeren van de Amstei- damsche Tooneelvereeniging gepoogd een zoodanige bewerking voor het too- neel te geven, dat dit niet in strijd zou zijn met de openbare orde en de goede zeden. Men -behoeft aan de bedoeling hiervan niet te twijfelen, maar beseft tegelijkertijd hetonmogelijke van deze taak. Wij hebben dc slotscène waartegen het protest zich in hoofdzaak richt in twee teksten onder de oogen gehad: de oorspronke lijke novelle-tekst èn die, welke bij de opvoering van „De Beul" wordt ge bruikt De laatste is ons welwillend verstrekt door dc directie van de Am sterdamsche Tooneelvereeniging, die het stuk opvoert. Van het zeer belang rijke verschil, waarover de burgemees ter sprak, hebben wij niets kunnen be speuren. Er is verschil. Ja. Maar al leen in meerdere of mindere profaniteit en godslastering. Wij kunnen er daarom niet aan denken dezen laatstbedoelden tekst, die in de pers hier cn daar niet volledig voorkomt, in ons blad geheel of gedeeltelijk af te drukken. De inhoud is te stuitend voor ieder, die buigt voor de H. Schrift. Wij hebben hier te doen met een weerzinwekkende, profane verminking van de centrale waarheden van het Christelijk geloof in zijn algemeene strekking. Zoowel de geloovige Protestant als de devote Roomsche zal zich met smar telijke verontwaardiging van dit tooneel stuk, met name van "het slot, afwenden, ge zwegen van de ernstige bedenkingen, die uit anderen hoofde tegen dit stuk kunnen worden ingebracht. Dit stuk mag o. i. in. geen enkele plaats van ons land worden opgevoerd. Het kwetst meer dan de helft onzer be volking in zijn diepste godsdienstige gevoelens, en een zeer groot deel onzer landgenooten zal, hoewel misschien niet zelf religieus beleedigd, toch bezwaar maken als anderen zoo iets wordt aan gedaan. Om deze reden had, naar onze vaste overtuiging, de burgemeester van Amsterdam dit stuk moeten weren. De Gemeentewet biedt hieromtrent ruime bevoegdheid. Wij willen gaarne aannemen, dat de advie zen niet steunden op de opvatting van hef Christelijk deel der bevolking. Onbeooeld heeft de Burgemeester hier geen reiven-ng mee kunnen houden. Een Burgemeester moet nu eenmaal ook op ac.viezen afgaan. Hier op ware het goed geweest in den Raad wat meer nadruk te hebben gelegd. Het ortho- dox-Protestantsche publiek staat tegenover dit vraagstuk nog geheel anders, dan het roomsch-katholieke bijvoorbeeld. Smartelijke verontwaardiging Het is smartelijke verontwaardiging ge weest, waaraan ook de kerkeraad der Ned. Herv. Gem. te Amsterdam uiting heeft gece ven. Pijnlijk heeft ons getroffen de scherpe toon waarin de burgemeester dezen kerke raad in don Raad, met instemming van sociaal democraten en communisten, heeft bestreden. Deze kerkeraad had alleen van den oorspronkclijken tekst kennis genomen, maar heeft niettemin toch een juist protest geplaatst, hetwelk zeer velen uit het hart is gegrepen, want ieder die nauwgezet en onbevooroordeeld beide teksten vergelijkt, 7.al moeten toestemmen dat tegen beide on overkomelijke bezwaren bestaan. Het was een f 0 r m e e I e bedenking -- n.I. dat de kerkeraad geen kennis heeft ge nomen van den schouw bur g-tekst die de burgemeester veel te zwaar heeft doen wegen. Het eenige zwakke punt voor den kerkeraad is het t ij d s t i p van het protest, n.l. na de relletjes van Zondag. Formeel had de burgemeester gelijk, dat de kerkeraad eerder met zijn bedenkingen had moeten komen. Ter verklaring hiervan moge o. i. dienen, dat Protestantsche Christenen van positieve belijdenis als regel den schouwburg niet bezoeken. Voor het besef van nagenoee ieder hunner is de kloof tusschen Kerk en tooneel niet te overbruggen, hetgeen thans weer duidelijk blijkt Daarom heeft de Christelijke pers geen tooneelrecensenten, en in verband hiermee kan deze volksgroep niet tot in bijzonderheden zooals het be oordeelen van een schouw bur g-tekst in dit geval op de hoogte geacht worden met hetgeen in dc tooncehvereld gebeurt. Schijn bedriegt Den burgemeester is deze eerbiedwek kende mentaliteit bekend en ook Dr. W. de Vlugt had als magistraat een broederlijk oordeel behooren te vellen. Nü zijn de N. S B. en de Kerkeraad nagenoeg in één adem genoemd. Schijn bedriegt ook hier. Hoe men over de ordeverstoringen van Zondag moge denken men moet die niet al te verschrikkelijk voorstellen, al keuren wij ze natuurlijk zoo sterk mogelijk af met dezen krommen stok is een rechte slag ge daan. De Kerkeraad van de Ned. Herv. Ge meente »e Amsterdam behoort in deze aan gelegenheid niet te worden gelaakt, wèi ce meerderheid van het College van B. en W die voor het infame tooneelstuk nota bene subsidie verleende. Het doet ons leed deze opmerkingen te, moeten maken. Het beleid van den Amster damschen burgemeester, van wiens moei lijke positie wij ons ten volle bewust zijn. heeft als regel onze volle instemming. Niet temin mochten wij bovenstaande opmer kingen om des beginsels wille niet achter wege laten. „Onbegrijpelijk'' Het Frieseh .Dagblad is blijkbaar dezelfde meening toegedaan als onze Am sterdamsche redacteur in het artikel hier boven uiteenzet Deze nvoning is ook die van onze redactie, zooais deze week vol doende gebleken is. Het Fricseh Dagblad schrijft dam als volgt: Een ander woord („onbegrijpelijk") heb ben wij niet voor de verdediging, waarmede de burgemeester van Amsterdam zich heeft trachten te rerJitva-ardigen omtrent de op voering van >vDe Beul". Dat zijn poging, om zich te dekken met oen recensie van mej Frieda Katz niet in allen deele is geslaagd, laten we daar. Alleen constate eren we, dat mej. Kat-z deD burgemeester reeds nadrukkelijk had ge waarschuwd, dat het stuk tot ordeverstoring zou leiden En. ook, dat zij in den Raad nog eens vi-rklaarde, het een schandelijk stuk te vinden. Maar dit vinden we zoo totaal onbe grijpelijk: er wordt een stuk opgevoerd vol spektakel, revolverschoten, moord, zelf moord,. sche'dwoorden en gegil. En tot da' stuk van ophitsing en haat behoort ook een tafereel, een viering van het Heilig Avond maal voorstellende. De eorale oproering werd daarbij ook hut brood gebroken, de handeling, die wij met stille eerbied aanzien, als wij aanzitten aan den disch des V'erbonds. Dat breken van hot brood heeft men op verzoek van don burgemeester bij de vol gende vertooningen nagelaten, en toen kon men verder ongestoord de gedachtenisvie ring van Christus' borgtochtelijk sterven op het tooneel •■ertooncn. Wij herhalen nog eens. een opvatting dat daarmee het godsdienstig .bezwaar is ver vallen, is voor ons totaal onbegrijpelijk. Wij kunnen tegen deze opvatting niet opponeeren, omdat we hier voor een raadsel, staan, zoo vreemd, dat wij ons alleen maai kunnen verbazen en bedroeven. In 1930 werd de heer Van IJsselsteyn be noemd als lid der Holl. Maatschappij van Wetenschappen. Intusschen vervulde hij ook talrijke op drachten in binnen- en buitenland, was menigmaal arbiter en ook geruimen tijd Rijksbemiddelaar, terwijl hij onlangs nog een belangrijke functie op zich nam bij de samenvloeiing van twee bureaux, die zich met dc zuivering van afvalwater en de drinkwatervoorziening bezig houden. Men kan dus wel spreken van een wel besteed leven in dienst van volk en vadere land. Een .rustige oude dag" begeert de krasse grijsaard nóg niet De fractie-Duys Het parlementaire kind moet een naam hebben, zei Ruys tegen Duys, andei-s mag het niet meepraten. Als gij uw fractie be titelt. dan geef ik u het woord om namens haar te spreken. Wij kunnen deze „oplossing" slechts ma tig bewonderen, zeggen wij de Nederlan der na. „Hier immers wordt indirect, doch zeer nadrukkelijk do stelling verdedigd, dat niet de volksvertegenwoordiger, doch slechts dc partij in ons parlement recht van spreken hééft. De persoon Duys is in de oogen van den voorzitter der Tweede Kamer blijkbaar, lucht. Hij kan het woord niet krijgen. Maar zoodra de persoon zich een fraai partij-etiket opplakt, is alles in het reine en kan de partij in de spreektijd niedcdeelen. Een stap verder en bij volgende verkiezin gen wordt een lijst-.Tansen .geweigerd en slechts toegelaten nadat de partij-Jansen is gesticht. Wij hadden nog zoo'n kleine illusie, dat men onze volksvertegenwoordiging dient te zien als een college van personen, die welis waar op grond van de onderscheiden be ginselen zich tot groepen vereenigen, doch die toch eerst volksvertegenwoordiger en dan pas partijman dienen te zijn. Onze Unie heeft deze stelling trouwens steeds krachtig verdedigd. De voorzitter van de Tweede Kamer heeft deze illusie thans wreed verstoord. Hij rekent met partijen, niet met mcnschen. Mr Duys is dus gedwongen een naam te kiezen voor zijn eenmanspartij. Wat zou men zeggen van „Gekroonde Dwaasheid"?" Dat Mr Duys die naam wel niet kiezen zal, omdat de naam althans bedoelt iets van het wezen der-pay tij "zelf te zeggen. Eer deze kranten-dwaasheid door de ernstige kolommen verder loopt, moeten de politieke redacteurs zoo verstandig zijn, den Kamer-voorzittereeens naar het geval te vragen. Ze zouden dan verne men, dat deze zich in het geval-Duys een grapje heeft veroorloofd van het' soort joviale-leukheid, waarmee hij de Twee de Kamer in goede stemming houdt. 't Is mogelijk; maar tot heden waren offi- cieuse parlementaire berichten meer bittere ernst dan goedige humor. Economisch Technologisch Instituut in Gelderland Gunstig advies van de Studie-Commissie De commissie voor de bestudeoring van de mogelijkheid tot oprichting van een eco nomisch technologisch instituut en een industriebank in de provincie Geider'and beeft gisteren vergaderd onder voorzitter schap van Mr. A. v. d. Denre. Besloten werd over o-it vraagst ik 'n gun stig advies uit te brengen .aan de Provin ciale Staten. VOORNAAMSTE NIEUWS Dit nummer bestaat uit DRIE bladen Aan het noorderfronl in Abcssiniê hebben gevechten plaats gehad, snaarbij opstandige, dorpen in het bezette gebied een rol schijnen, te hebben gespeeld. Dc Tweede Kamer heeft de begrooling vart. Defensie aangenomendaarna, luerd de be grooting van het Verkeersfond.s goedgekeu.td en de behandeling van de Warenwet voort gezet. De Amsterdamsche gemeenteraad heeft da begrooting met S0 tegen 11 stemmen goed gekeurd. Verdachten blijven ontkennen De vijf personen, dfie zïoh in verhand mej de inbraak in het Reanbrandt-t'heater aan het bureau Singel te Amsterdam in arrest bevinden, zijn andermaal aan een langdurig; verhoor onderwopeu. Ofsohoon de aangehoudenen blijven orat* kerunen dat zij ean deze inbraak debet zijlij beschikt de politie rc-eds over zooveel ma teriaal, dat de keten van aanwijzingen zich voortdurend nauwer oan hen' sluit. Het recherchewerk wordt- met kracht voortgezet, teneinde de vplledige opheldering van deze inbraak zoo spoedig mogelijk haar beslag le dijen krijgen. Inmiddels is een der ver dachten op vrije voeten gesteld. MASSA VERGIFTIGING Minderwaardig voedsel gebruikt Veertig personen overleden? TOELOEXGAGOENG, 6 Dec. (Antta). Uit het Tronggaleksche wordt gemeld, dat al daar ernstige vcrgiftigingsgevallen zijn vooH gekomen als gevolg' van het gebruik va ui minderwaardig volksvoedsel. In het onderdistrict Pegalan en versch'H iende andere dessa's is bij 50 personen ver giftiging voorgekomen, waarvan ongeveer 40 personen zijn overdeden. Volgens voorloopige inlichtingen van hc£ bestuur moet dat, sterftecijfer echter belang rijk minder zijn. I De strijd voor de Christelijke pers hangt ten nauwste samen met die voor de toekomst van Christelijk Nederland. Ons Christelijk volksdeel zit helaas maar al te vaak zelf de door- J werking in de weg van de beginselen die het belijdt. Het laat over zich heen loopen. En dat de zonen van een volk, dat tuk is op z'n vrijheid l Een krant, die doet of er geen Christelijk volksdeel is, treft men in de huizen van hen. die er zich toe rekenen. De breede Christelijke actie in ons land zet gelukkig nog wel een stempel op ons volksleven. De „neutrale" pers vindt daarvan vrijwel niets de moeite waard om het een plaatsje te geven in haar kolommen, maar vele Christenen geven zulk een krant een g groote, centrale plaats in hun intiemen huiselijken kring. De krant negeert hooghartig hen en hun actie, doet vrijwel of ze niet bestaan, maar zij zeggen: kom hier en wees m'n huisvriend. I J Zeiden we teveel met de opmerkingChristelijk Nederland Iaat i over zich heen loopen Gij, die dit leest, help mee ons Christenvolk wakker I te schudden, eer het van de sluimer vervalt in een diepe, doodelijke slaap. iErcng de Christelijke krant in het Christelijk gezin AFDEELING PROPAGANDA. SJlirJiMIllinil*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1