AUTONOMIE E ZELFBESTUUR Brandslangen WECOTEX ©E REGENJAS De vrouw von mr. W. Miles, een chauffeur In St. Neot's (Huntingdonshire) schonk Donderdag j.I. het leven aan een vierlingwaarvan drie jongens en een meisje. De trotsche vader met zijn vier kinderen. Aan het strand tusschen Carnoustie en Buddon Ness in Schotland werden dezer dagen door de zee een groot aan» tal kleine walvisschen op het strand geworpen (beneden), waarvan sommige zich duchtig roerden (boven)y Bisschop Buddenbrock van Langchow in China temidden van de niines 'van zijn kerk, welke door de ontploffing Van een munitie-depot werd verwoest, de bisschop zelf werd gewond. i DE DIESELTRACTIE VERBETERD DE KOSTEN VOOR REKENING VAN DEN LEVERANCIER Nieuwe tariefsverlaging in overweging De onbewaakte overwegen Aan de memorie van antwoord aan de Tweede Kamer inzake de begrooting van 't Verkeersfonds voor 1936 ontleenen we het volgende: Na moeilijk en langdurig onderzoek zijn de motordefecten enz. bij de Dieseltreinen vastgesteld en konden proeven met dewen- schelijk geachte verbeteringen worden ge nomen. .Aangenomen mag thans worden, dat hoogstwaarschijnlijk die verbeteringen afdoende zullen blijven. De gebreken, die zich voordeden, kunnen bezwaarlijk als fouten van den tochnischen dienst worden aangemerkt, daar deze bij den tegenwoor- digen stand der motor-techniek niet konden worden voorzien. De kosten voor onderzoek naar de gebre ken, voor proefnemingen met de gewijzigde motoren op den proef stand, voor aanbren gen van de noodige verbeteringen aan de motoren, komen alle ten laste van den leveranciers, evenals de kosten voor 't on derhoud van de motoren, die vóór de ver betering in bedrijf zijn gehouden. De schade voor N.S. bestaat in hoofdzaak slechts in het gedeeltelijk buiten gebruik zijn van het nieuwe D.E.-materieel. Sinds 15 Mei j.I. zijn ongeveer 20 van de 40 treinstellen in dienst wanneer blijkt, dat de aangebrachte wijzigingen van de moto ren afdoende verbetering geven, zal biDncu niet te langen tijd de dienst weder tot het normale peil kunnen worden uitgebreid. Afgezien van de bovengenoemde sto ringen, welke als van tij del ijken aard mogen worden beschouwd, heeft het Diesélbedrijf in de praktijk wel vol daan; de exploitatiekosten per trein- k.m. zijn belangrijk lager dan die van de stoomtractie. De constructie der D.E.-treinstellen kan als zeer solide beschouwd worden; deze vol doet dan ook geheel aan daaraan te stelleu eisehen en het publiek is in deze treinen volkomen veilig. Het onrustig loopen der D.E.-treinen werd veroorzaakt door onjuiste afvoering. Dit ge brek is verholpen. Dienstregeling De belangrijke en prlnclpieele wijzigin- z een groot besef van hun moeilijke taak. Op deze rede volgde een geanimeerde be spreking waarna de vergadering met da- k- gebed gesloten werd. Referaat van de heer C. Smeenk ter vergadering van de Vereen. „Groen van Prinsterer" Calvinistische burgemeesters, wethouders en secretarissen yergaderen te Utrecht Te Utrecht hield Zaterdigmiddae de Ver- «eniging van Burgemeesters, Wethouders en Secretarissen „Groen van Prinsterer", haar plgemeene vergadering. De voorzitter, de heer Dommisse, opende de Vergadering en deed mededeelingen inzake stichting federatie van A.R. Gemeente- Bestuurders en Orgaan. Van de zijde der Vereeniging zullen zeven personen door het bestuur worden aangewezen als leden van het federatiebestuur. Het federatiebestuur zal echter minstens uit vijftien leden be staan, maar Gr. v. Pr. moet er zeven leve ren. De overige vereenigingen zorgen geza menlijk voor het overige aantal. B estuurs verkiezing Tot bestuursleden werden herkozen de heeren Talsma en P. A. Colijn. De heer Dommisse trad als voorzitter af en stelde zich niet meer herkiesbaar.Voorts werd in het bestuur gekozen de heer W. J. v. d. Veen uit Zwijndrecht. De voorzitter hield vervolgens een korte toespraak met het oog op het 10-jarig bestaan der vereeniging. De zegeningen Gods in de afgeloopen tien jaren waren zeer vele. Reeds vóór 1925 hadden mannen van Calvinistische levens visie voeling met elkaar en den 21sten November 1925 werd de Vereeniging te Utrecht opgericht onder leiding van den heer Dommisse. De voorzitter memoreerde het heengaan van het bestuurslid den heer P. Doorn, die veel voor de oprichting der vereeniging gedaan heeft en als secretaris de vereeniging tot bloei bracht. Met weemoed herdadht de voorzitter het heengaan van Prof. Fabius, Mr. Heemskerk, den heer Idenburg en het bestuurslid den heer Pollema. Als een der oudste bestuursleden voerde de heer Talsma het woord om den voorzitter die aftrad, dank te zeggen voor al hetgeen hij voor de vereeniging gedaan heef*. Het afscheid draagt volgens spr. wel een zeer weemoedig karakter, omdat de heer Dom misse de tien jaren van het bestaan steeds voorzitter geweest is. Spr. stelde voor den scheidenden voorzitter het eere-voorzit»er- schap aan te bieden. De vergadering betoon de haar instemming door krachtig applaus. Nieuwe voorzitter Tot voorzitter werd na stemming gekozen de secretaris der vereeniging, de heer P. A. Colijn, burgemeester van Alphen aan den ïtljn, C. SMEEXK Nadat eenige oogenblikken gepauzeerd was, werd een rede gehouden door het Tweede Kamerlid den heer C. Smeenk over het onderwerp: „De verhouding tusschen Regeering en Gemeenten in crisistijd." Rede van den heer C. Smeenk Spr. ving aan met de omschrijving der positie onzer gemeenten. Juridisch, soms ook feitelijk staat het zoo, dat het college in acht behoort te nemen de richtlijnen die de raad aangeeft. Wij onderscheiden gewoonlijk autonomie en zelfbestuur. Wat hierover geschreven is was niet altijd even gelukkig maar de prak tijk geeft hierin een helderder inzicht dan de theorie. In onzen tijd hoort men weer veel van „tusschenvormen" spreken. Het woord auto nomie heeft in onzen kring een zeer goede klank. De laatste jaren ook in de Soc. De mocratische kringen. Dat is merkwaardig, want uit het economisch systeem zooals de S.D. dat verdedigt kan moeilijk worden afgeleid een gemeentelijke autonomie. Bij de S.D.A.P. is de autonomie zelfs een strijd- midel tegen de regeering geworden. Over het begrip verordeningen maken door den gemeenteraad zijn ruimere begrip pen ontstaan en gehuldigd. Anderzijds is het recht van den raad weer ingekort. Op het terrein van de autonomie kan de raad vrij zelfstandig handelen. Maar spr. wilde de verhouding Rijk en Gemeente nader onder het oog nemen en wel in de eerste plaats t.o.v. de winkel sluiting. De overheid heeft in verband met de economische omstandigheden ernaar ge streefd dat algemeene lijnen in een wet zijn vastgesteld. De winkelsluitingsverordening is hierdoor genomen uit de sfeer van de auto nomie en vervolgens overgegaan in de sfeer van het zelfbestuur. Ook kan dit gezegd worden t.a.v. het onderwijs. Tegen het vereischte goedkeuringsrecht van de Kroon t.o.v. belastingverordeningen kan men, oo.'c al neemt men het autonomie- reoht zoo ruim mogelijk, geen bezwaar hebben. De rechtspositie van de gemeenten is geregeld door he> toezicht van Geel. Staten. Autonomie en zelfbestuur zijn van groote beteekenis. De autonomie is een te waardeeren goed maar houdt verband met de financieele positie der gemeente. Deze positie wordt beheerscht door de financieele verhoudingswet van 1929. Naar spr.'s inzicht is die Wet voor de gemeenten een reden tot groote dankbaarheid! Het aantal noodlijdende gemeenten zou zonder die Wet in deze dagen nog veel grooter zijn. De belastingverschillen zijn door deze Wet iets minder scherp geworden. Dit is goed voor het behoud van een juist gemeentelijk leven in ons land. Verschillende gemeenten zijn wel genandi- capt door deze wet omdat er grenzen in gesteld worden. Met wijziging van de finan cieele verhoudingswet en instelling werk- loosheidssubsidiefonds komen vele gemeenten in dezen tijd in aanraking. Het maximum van de belastingheffing is een punt van aanval geweest. Echter, de belastingheffing in Nederland moet gezien worden in het licht van buitenlandsche regelingen. Er bestaan groote verschillen tusschen de be lastingheffing in Nederland en in België b.v. Men kent in vele landen andere belasting praktijken en spr. kan dan ook niets tegen het in de Wet van '29 gestelde maximum hebben. Die Wet zou prachtig hebben geweckt als de uitvoering niet juist was gevallen in zulk een moeilijken tijd. Van de geweldige ver mindering van de opbrengst der gemeen te- fondsbelasting hebben de gemeenten toch bijna niets gevoeld. Daar mogen zij wal dankbaar voor zijn! Er is een overgangs termijn gesteld voor de gemeenten om aan de nieuwe regeling te gewennen. Deze ter mijn kost het Rijk 120 millioen! Bij onmid dellijke heffing zouden de gemeenten nog in veel slechter positie geraakt zijn. Maar de wijziging 1934 heeft de gemeenten daarvoor bewaard. In dit verband wees spr. op het werkloosheidssubsidiefonds. De gansche taak- verdeeling tusschen Rijk en Gemeenten t.a.v. de werkloosheidszorg moet in haar geheel bezien worden. Armenzorg en Maat schappelijk Hulpbetoon is ten laste van de gemeente maar niet kan worden ontkend dat vóór het bestaan van meergenoemd Fonds het Rijk de gemeenten hiermee heeft laten tobben. Maar nü kan men toch ook deze zorg der gemeenten niet beschouwen als behoorende tot de autonomie der gemeente. Want groote verschillen in deze zaken tus schen de gemeenten kan men natuurlijk niet hebben. Dingen die vroeger terecht verkeerden in de sfeer van de autonomie behooren nu in de sfeer van het zelfbe stuur. O.m. doelde spr. op art. 125 en 126 der Ambtenarenwet. Zonder eenige twijfel heeft men bij het laatstgenoemde artikel te doen met zelfbestuur. De invoering van dergelijke wetten draagt toch een merkwaardig karakter door den moeilijken tijd waarin zij geschiedt. De normale praktijk mag volgens spr. niet gelijk zijn aan die welke thans wordt toe gepast. riët toezicht van den Staat moet in deze dagen veel strenger zijn dan in normale tijden. Bij noodlijdendheid der gemeenten is de autonomie wel zeer ingekrompen. De vraag dringt zich op of men .niet moet trachten op andere wijzen die noodlijdend heid te verminderen en doen verdwijnen. De oplossing van deze vraag ligt maar niet zoo voor de hand. Ze komt vanzelf wanneer het economische leven gaat floreeren maar is nu niet te vinden. Bijzondere steun uit Rijkskas is thans de eenige uitweg. Het Rijk moet trachten de werkloosheid te bekampen, wat reeds gebeurt. Maar bij .de gemeentebestuurders moet, Het aantal ongevallen op onbewaakte overwegen bedroeg ln 1934: 86. Het aantal dooden 30. Tot 1 Nov. j.I. bedroeg over 1935 het aan tal ongevallen op onbewaakte overwegen 72, waarvan 27 met doodelijken afloop. Er zal een proef worden genomen met de beveiliging van onbewaakte overwegendoor middel van een systeem, dat. geacht mag worden technisch aan de hoogste eischen te voldoen. Personeel Verbetering van de bestaansvoorwaarden der stationskruiers, die niet tot het spoor wegpersoneel behooren, ban niet ten laste van het spoorwegbuiget komen. Intusschen zal de minister de aandacht van zijn ambt genoot van Sociale Zaken op deze zaak ves tigen. Hetzelfde geldt ten aanzien van de kell- ners in de stationsrestauraties, die even min tot het spoorwegpersoneel behooren. De spoorwegtekorten Pr Minister merkt op, dat het sinds 1930 gelukt is de exploitatie-uitgaven van de Spoorwegen met f25 millioen te verminde ren. Tezrlfder tijd daalden echter de ont vangsten met een veelvoud van dit bedrag. Tegenóver de hoofdoorzaken van deze da ling staat de Directie machteloos. Verdere vermindering der exploitatie-uit gaven is alleen mogelijk door maatregelen van meer ingrijpenden aard. welke slechts door de Regeering in samenwerking met den wetgever kunnen worden genomen. Te dien einde werd een commissie aan gewezen, samengesteld uit eenige hoofdamb tenaren van verschillende departementen en een lid der directie, aan welke commissie :s opgedragen die maatregelen op korten termijn voor te bereiden. Da - commissie j-ouclt web in d« eerste DE IDEALE VLOER BEDEKKING Superieure hennepkwaliteit plaats bezig met het vraagstuk der kap taallasten, welke het meerendeel van li» tekort weergeven. De minister zal zoodra mogelijk in menwerking met zijn ambtgenoot van F nanciën afgeronde voorstellen aan de Sr ten Generaal voorleggen. Verdere beperkii van onrendabele lijnen, voor zoov lasten onevenredig hoog zijn in verl mét de verkeersbelangen, wordt overwoj Intusschen wijst de minister er met nadruk op, dat het tekort slechts ten deele door sancering kan worden op geheven en dat het spoorwegvervoer, evenals andere takken van vervoer, slechts dan rendabel kan worden, in dien opleving van het vervoer mocht intreden. gen, die met 15 Mei 1934 in de dienstrege- ling der Nederlandsche Spoorwegen zijn aan gebracht, blijken in de praktijk goed te voldoen. De directie streeft steeds naar het bevor deren van aansluiting, doch het is niet al tijd mogelijk daarbij aan alle wenschenvan het reizend, publiek te voldoen. Nagegaan zal worden, of bij de verbinding Gorinchém —Rotterdam te Dordrecht nog verbetering mogelijk Is. Electrificatie Invoering van electrisdhe tractie op het baanvak AmsterdamAmersfoort zal eerst goed mogplijk worden na voltooiing van de werken Amsterdam-Oost, richting Amers foort. Invoering van electrische tractie op andere lijnen is in studie. Verdere tariefsverlaging? Of een verdere tariefsverlaging en Invoe ring van retourbiljetten met langer geldig heidsduur in aanmerking komen, wordt wel iswaar overwogen, doch daarbij moet dan op den voorgrond staan, dat een toeneming van het reizigersvervoer mag worden ver- waoht, welke eenigermate voldoende ls om de uit die tariefmaatrcgelen voortvloeiende vermindering van inkomsten goed temaken Behalve op de lijnen AmsterdamAals meer en Uithoorn is het reizigersverkeer op de Haarleminermeerlijnen zoo gering, dat peen uitzicht kan worden gegeven op hand having van het personenverkeer op de ove rige lijnen. K.V. STOOMWTVEBU HERMAN DRIESSEN ZOON AALTEN Geborduurde lakens en sloopen, alle tooi» Komende lingeries, doeken, luiers, baddoekea tïVEHINü UITSLUITEND AAN DEN HANDEL D. ROOS CZN.'s VITRAGEHANDEL N.V. AMSTERDAM GRONINGEN TELEFOON 30427 TELEFOON 1032

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 10