rodOn
UJaaft d& tiïadms
Kou op de Borst
GOUD EN VUUR
DINSDAG 5 NOVEMBER 1935
TWEEDE BLAD PAG. 5
ONVOLDOENDE
HUURVERLAGING
Krotopruiming moet krachtiger
worden aangepakt
Tweede Kamer over
Sociale Zaken
Ontleend is aan het Voorloopig Verslag
van de bcgrooting van Sociale Zaken:
Verscheidene leden spraken er hun vol
doening over uit, dat bij de op de staats
huishouding toegepaste bezuinigingen de
sociale voorzieningen zooveel mogelijk zijn
cn worden intact gelaten.
Gevraagd werd, of de Minister kan me
dedeelen, waarom zijn voorganger is afge
treden als Minister van Sociale Zaken en
is overgegaan naar het Departement van
Onderwijs.
Bedrijfsradenwet
Gevraagd werd in welk stadium de uit
voering van de Bedrijfsradenwet zich be
vindt.
Opnieuw drongen verscheidene leden aan
op invoering van de veertig-urige werk
week in daarvoor in aanmerking komende
bedrijven.
Wederom werd door verscheidene leden
aandrang op de regeering uitgeoefend om
invoering van de Arbeidswet voor een aan
tal categorieën van arbeiders, die nog niet
onder de werking dier wet vallen, spoedig
te doen plaats hebben.
In hel bijzonder werd nogmaals de aan
dacht gevestigd op de abnormaal lange
werktijden van groote groepen chauffeurs.
Sommige leden zouden gaarne willen
vernemen, welke maatregelen de Minister
denkt te treffen om in het bijzonder den
arbeid van de gehuwde vrouw niet kost-
winster zijnde te beperken.
Wanneer, zoo vroegen verscheidene leden,
kan de invoering van de Huisarbeidswet
1933 worden tegemoet gezien?
Sommige leden meenden, dat de Minis
ter uitstekend werk zou kunnen doen, in
dien hij orde zou willen brengen in den
chaos, heerschende op het gebied van den
verkoop van geneesmiddelen.
De huurverlaging
Verscheidene leden, hoewel waardeeren-
de wat de regeering 'doet om tot huurver
laging te geraken, waren niettemin van
oordeel, dat het bereikte resultaat onvol
doende is.
Verscheidene leden waren van oor
deel, dat de krotop.ruiming krachtiger
dient te worden aangepakt.
Verscheidene leden drongen weder aan
op het tot stand brengen van een wettelijke
regeling van de werkloosheidsverzekering.
Eenigc leden verzochten den Minister te
willen bevorderen, dat er een einde komt
aan de groote verschillen, welke bestaan
tusschen de steunbedragen en de
wcrkvcrschaffingsloonen op het
platteland eenerzijds en in de groote steden
anderzijds.
Verscheidene leden vroegen nogmaals de
aandacht van de regeering voor de
nietiging van tuinbouwproduc
ten, welke nog steeds" plaats" vindt.
INSrtXTIE SCHEEPVA/ART
>emd is tot inspecteur
.sten dienst D Bakker
r de scheepvaart.
Belastingverhooging
Over dit onderwerp gaf de Standaard
op 31 Oct. een artikel, dat wij met volle in
stemming citeoren.
Wanneer men nagaat, wat de Regeering
ilf over belastingverhooging
heeft gezegd en geschreven, dan blijkt
daaruit wel zeer duidelijk,
dat thans wel in zeer belangrijke mate
wordt afgeweken van de gedragslijn,
welke de Regeering het vorig jaar de
eenlg juiste en verdedigbare achtte. Toen
werd verdere verzwaring van lasten,
vanwege haar ondragelijke druk, vol
strekt afgewezen: nu komt de Regeering
met een verzwaring van de belasting
druk van 26,2 millioen.
Rr moeten wel zeer ernstige redenen
zijn voor deze wijziging in het financieel
Regeeringsbeleid.
„acht de Regeering het volstrekt uitge
floten, met behulp van andere dan de
„reeds voorgestelde bezuinigingsmaat-
„regelen, binnen enkele maanden het be-
„drag van 26,2 millioen, dat zij door
„belastingverhooging wil dekken, geheel
„of voor een belangrijk gedeelte te ver
krijgen?"
Van het antwoord op deze vraag zal
het afhangen, of wij, niettegenstaande de
ernstige en overwegende bezwaren, wel
ke de Regecring het vorig jaar tegen be
lastingverhooging aanvoerde, ondei* de
huidige omstandigheden een belasting
verhooging nog verdedigbaar vinden.
«Jnze bezwaren gaan niet tegen de
aangekondigde belasting op buitenlaud-
sche plezierreizen. Als deze belasting in
een aannemelijke vorm kan worden tot
stand gebracht, dan is er thans alles
voor en niets tegen te zeggen, zelfs al
zou het tarief zoo worden gesteld, dat de
opbrengst hooger zou worden dan het
door de Regeering geraamde bedrag van
2 millioen per jaar.
Van de door de Regeering voorgestelde
belastingverhoogingen ontmoet uiteraard
de verhooging van de omzetbelasting
het meeste verzet. Daartegen gelden in
elk geval in volle omvang de bovenge
noemde bezwaren, welke de Regeering
liet vorig jaar tegen verzwaring van de
belastingdruk heeft aangevoerd. Daarbij
komt, dat het zeer moeilijk te verdedi
gen is, deze belasting te verhoogen en
tegelijkertijd de accijns op bier en oj
gedistilleerd te verlagen, zooals de Re
geering wenscht. Zij is van oordeel, dat
om fiscale redenen deze accijnzen moe
ten worden verlaagd, maar dit neemt
niet weg, dat verhooging Van de omzet
belasting dan mede noodzakelijk wordt
door de verlaging van deze accijnzen. En
wanneer een keuze zou moeten worden
gedaan tusschen handhaving van deze
accijnzen op de tegenwoordige hoogte of
verhooging van de omzetbelasting, dan
zouden wij kunnen begrijpen, dat velen
aan het eerste boven het laatste de voor
keur zouden geven.
Als aan belastingverhooging niet te
ontkomen valt, dan zal toch in elk ge
val een oplossing dienen te worden ge
zocht, waardoor verhooging van de om
zetbelasting wordt vermeden.
Zooals gezegd, deze beschouwing kunnen
wij van zin tot zin volkomen onderschrij-
Fascisme en oorlog
Bij het bepleiten van sanctie-maatregelen
tegen het oorlogvoerend Italië spreekt de
roodo pers onophoudelijk van het „fascis
tisch Italië". Wij, en anderen maakten
daar ecnige captie op. Daarop antwoordt
Het Volk.
Dat wij echter schreven gelijk wij
deden, had maar al te zeer zijn goede
reden. Acht men het soms toeval, dat het
juist de beide voornaamste fascistische
landen zijn, Italië en Duitschland, die
de gevaarlijkste haarden voor het ver
storen van de wereldvrede zijn? Onge
twijfeld, de Volkenbondsancties zouden
ook toegepast moeten worden, wanneer
niet-fascistische landen een oorlog zou
den beginnen. Wie echter denkt er een
oogenblik over, dat, om ons tot de groote
landen te beperken, Engeland of Frank
rijk op een veroveringsoorlog uit zouden
zijn? Het fascisme bevat in zijn inner-
lijkst geweldwezen de oorlogskiem reeds
in zich. Het is slechts reëel dit vast te
stellen en er niet de oogen voor te slui
ten. Onze verwijzing hiernaar strekte,
om de afkeer ook tegen het binnenland-
sche fascisme te versterken. Die afkeer
is op zichzelf reeds vredesbevordering.
Wij laten het idealiseeren van Engeland
i Frankrijk geheel voor rekening van de
roode pers, doch wijzen er slechts op:
lo. dat men do plicht erkent om e
tueel Volkenbondssancties toe te passen,
ongeacht of de aanvaller fascistisch of b.v
z.g. democratisch is;
2o. dat de redactie in de slotzinnen dui
delijk toont met de sancties tegen Italië
nog iets anders te beoogen dan het bevor
deren van de vrede. Men wil op deze wijze
het fascisme bestrijden.
Maar hierdoor verzwakt men de positie
van de Volkenbond.
In welk licht?
In zijn rede van 31 Augustus 1.1., spre
kend over het nationale deel van onze
taak, drong de Gouverneur-generaal aan
op „onze trouw en gehoorzaamheid, onze
toewijding aan de publieke zaak, onze be
reidheid tot offers in 's Lands belang, onze
wil tot samenwerking, onze steun aan het
gezag en ons verzet tegen verdeeldheid en
verstoring van rust en orde."
En daarbij vroeg hij, of men daarvan
oldoende blijk heeft gegeven, tevens stel
lende, dat niemand zich ten deze vrij van
tekorlkoming zal gevoelen en dat men nim
mer zal mogen mecnen in dat opzicht ge
noeg gedaan te hebben.
„Zeer juist," voegt de heer Van Kem
pen, liberaal lid der Tweede Kamer hier
toe in de Vrijheid, maar hij laat
er op volgen:
nu rijst onwillekeurig een vraag:
In welk licht zag de Landvoogd dit
alles toen hij den leider der N. S. B., de
eerste, maar vooral ook de tweede maal
m audiëntie ontving, den man, die het
tegendeel doet van wat de Gouverneur-
Generaal zoo juist formuleerde, den
man, die zich niet ontziet, de wettige
dragers van het Nederlandsch gezag,
zijn wettige Overheid, dag in dag uit te
lasteren en te hoonen, den man, die blij
kens het na de eerste audiëntie door
Ancta verspreide ambtelijke communi
qué het door den Gouverneur-Generaal
bij die gelegenheid uiteengezette stand
punt („genadiglijk") „volkomen bleek te
b i 11 ij k e n
Lezer, ik herhaal: in welk licht?
Een gevangen Kamerlid
Het heeft de aandacht getrokken, dat de
vrijzinnig-democraat Kooiman, die vroeger
als gedeputeerde bedankte, omdat hij tegen
cumulatie van kamerlid en gedeputeerde
was, thans opnieuw die functie aanvaard
de zonder als kamerlid te bedanken.
Waarom? De Vrijheid geeft de vol
gende verklaring:
De heer Kooiman had deze benoeming
niet mogen aam aarden. Hij wist, dat hij
niet als Kamerlid kan bedanken. Wat
toch is het geval? Als de heer Kooiman
de Tweede Kamer verlaat, is no. 1 van
de vrijzinnig-democratische lijst, mr. H.
P. Marchant, die indertijd wegens zijn
ministerschap bedankte maör nu zijn
rechten herkrijgt, eerste opvoger. Mr.
Marchant beschouwt zich als de syn
these van den vrijz.-democraat en den
roomsch-katholiek. Het is volstrekt niet
zeker, dal hij de open gevallen Kamer
zetel niet zou bezetten. Om die reden zit
de heer Kooiman min of meer gevangen.
Een onvoldoend antwoord
I-Iet blad van de N.S.B. heeft in een der
laatste nummers geschreven, dat de s<
listische senator Henri Polak (wij hadden
zijn naam verzwegen) op een avond naar
de Eerste Kamer ging, de presentielijst tee-
kende en het presentiegeld opstreek, maar
reeds vóór de zitting weer vertrokken was.
Door partijgenooten ondervraagd, antwoord
de Polak in „Het Volk" dat hij zich te
hoog achtte om erop te antwoorden. Dat
geen antwoord, constateert de „Morgen".
Het gaat niet om persoonlijke gekrenktheid
maar om de waarheid.
DR. B. J. C. LODER f
Een groot Nederlander
heengegaan
Zijn levenswerk was het Perm. Hof
van Intern. Justitie
Na een langdurige ongestellieid,
welke in de laatste dagen snel ver
ergerde, is gister in den ouderdom van
86 jaar ontslapen Dr. B. C. J. L o d e r,
oud-president van het Permanente
ITof van Internationale Justitie en een
der meest bekende Nederlanders op
het terrein van het internationale
Zijn gezag en zijn aanzien waren hijzon
der groot, niet alleen in de jaren, dat hij
actief deelnam aan de internationale rechts
vorming, doch ook in latere jaren.
VEILIGHEID OP DE PERRONS
Om voor het publiek het verkeer naar en
van de treinen of loodsen te vergemakkelij
ken, gebeurt het, zooals bekend is, op ver
schillende plaatsen dat wel eens voertuigen
tot de perrons worden toegelaten, waaron
der ook begrepen zijn handwagens, bakfiet
sen en dergelijke.
Dragen deze voertuigen bij donker de wet
telijk voorgeschreven verlichting, bestaande
uit rood en wit licht, dan kan dit aanleiding
geven tot verwarring bij machinisten, wa
genbestuurders, rangeerders, enz.
In verband hiermede heeft het hoofdbe
stuur der Ned. spoorwegen de aandacht der
stationschefs er op gevestigd dat. indien
naar hun meening, dit bezwaar zich kan
voordoen, het berijden der perrons alleen
mag worden toegelaten, indien de bestuur
ders van die voertuigen de verlichting doo-
ven.
Daar het op Schiphol te druk is, word
Een demonstratie op het Oostzanergat
t door de Amsterdamsche Zweefvlieg club een nieuw oefenterrein gezocht.
Nyenhoff in de cockpit met rechts van hem Fokker en daarachter van Tyen
De schepen van de K.N.S.M.
Nog slechts écn boot opgelegd
Enkele dagen geleden hebben we gemeld
dat van de Kon. Ned. Stoomboot Mij. ver
scheidene opgelegde schepen weer in de
vaart zijn gebracht. Thans kan worden me
degedeeld, dat van de vloot dezer maat
schappij alleen nog de „Amsterdam", he
grootste vrachtschip van ons land, opgelegd
is. In den hoek van het IJ bij Schellingwou-
de, waar zoo langen tijd tal van schepen
van de K.N.S.M. en de Stoomvaart Mij. „Ne
derland" werkloos hebben gelegen, zijn nog
alleen de „Singkep" en de „Soemba" van
laatstgenoemde maatschappij overgebleven.
De „Amsterdam" heeft ligplaats bij I
Hendrikdok van de Amst. Droogdok Mij.
Ook in de Coenhaven is het groote aantal
„opliggers", dat daar geruimen tijd opgebor
gen is geweest, sterk verminderd, zulks ech
ter hoofdzakelijk tengevolge van verkoop en
sloop. Hier liggen thans nog de mailschepen
„Flandria" en „Zeelandia" van den Kon.
Hollandschen Lloyd, alsmede de vrachtsche
pen „Jaarstroom" en „Zaanstroom" van de
Hollandsche Stoomboot Mij., terwijl aan het
établissement van de „Nederland" aan
Javakade de „Jan Pieterszoon Coen"
„Moena" .alsmede bij de Ned. Dok Mij. de
„Bengkalis" ligplaats hebben.
Laatstgenoemd schip, eveneens van de
Stoomvaart Mij. „Nederland", zal vermoede
lijk eveneens in de vaart worden gebracht.
Officïeele Berichten
MUTATIE BIJ DE MARINE
De officier van gezondheid H L de Grave
dienende aan boord HM. Wachtschip te
lemsoord is ter beschikking gesteld.
ONDERSCHEIDINGEN
Toegekend is de aan de Orde van Or,
Nassau verbonden eeremedaille, in zilver.
S P Faasen te Rotterdam; idem aan G J v
te Den Haag en aan J Modderman te Si
WOENSDAG 6 NOVEMBER
HILVERSUM I 1875 M. NCRV-Uitzending.
8.0Ü Schriftlezing en meditatie. 8.15
9.30 Gram.pl. 10.30 Morgendienst olv. Ds.
E. Douma .11.00 Cello-recital H. Seiver-
ling. A. d. vleugel: L. de Groot. 12.15
Gram.pl. 12.30 D. Weiman (bas-bariton
en declamator) en L. de Waal (piano).
1.30 Gram.pl. 2.00 Het Hendriks-Trio.
2.303.00 Postzegelpraatje. 3.15 Vervolg
Trioconcert. 4.00 Orgelconcert. 5.00 Kin
deruur. 6.00 Landbouwhalfuur. 6.30 Af
gestaan. 7.00 Ned. Chr. Persbureau. 7.15
Reportage. 7.30 Prof. J. de Groot: Nieuws
over Jeruzalem in het 2e jaar 1000 vóór
Christus. 8.00 Berichten. 8.05 Dankdienst
voor het Gewas uit de Chr. Geref. Kerk
te Leeuwarden. Voorg.: Ds. W. Kremer.
Orgel: A. Ozinga. 9.35 Gram.pl.. 10.00 Be
richten. 10.05 Het Hartvelt-kwartet. 11.00
11.30 Gram.pl.
HILVERSUM II 301 M. VARA-Uitzending.
10.00 VPRO. 8.00 Orgelspel. 8.30 Gram.pL
9.30 P. J. Kers: Onze keuken. 10.00 Mor
genwijding. 10.15 Voor Arb. i. d. Continu
bed/.: Dr. H. Brugmans (lezing), De Zon
nekloppers, Orvitropia en VARA-tooneel.
12.00 Gram.pl. 12.30 De Notenkrakers.
1.00 Gram.pl. 1.15—1.45 Orkest. 2.00 Voor
de Vrouw. 2.15 Gram.pl. 3.00 Voor de
kinderen. 5.30 Gram.pl. 6.30 J. Jong
(orgel) en B. v. Dongen (zang). 7.00
Sportuitzending. 7.15 „De Roodborstjes"
en „De Krekeltjes. 7.30 G. v. Veen: Op
voeding tot persoonlijkheid. 8.00 Herh.
SOS-Berichten. 8.05 Nieuwsber. en VARA
Varia. 8.15 „Martha", opera van Flotow.
M.m.v. solisten, VARA-orkest en Gem.
koor. 10.45 Carillonconcert. 11.00 Nieuws
berichten. 11.0512.00 Gram.pl. en
Pianospel.
DROITWICH 1500 M. 10.35—10.50 Morgen
wijding. 11.05 Lezing. 11.20 Gram.pl. 12.05
Orgelconcert. 12.50 Orkest. 1.50 Gram.pl.
2.20 Berichten. 2.25 Western Studio
orkest. 3.10 Piano-recital. 3.35 Orkest.
5.05 Gram.pl. 5.35 BBC-Dansorkest. 6.20
Berichten. 6.50 Koorconcert. 7.10 en 7.25
Lezing. 7.50 Het VARIO-Trio. 8.35 Cau
serie. 8.50 BBC-Symphonieorkest. 9.45
Berichten. Verkiezingstoespraak. 10.20
Vervolg concert.
Mr. Loder werd 13 September 1S49 te Am-RADIO PARIS 1648 M. 7.20 en 8.20 Gram.pl,
sterdam geboren en studeerde daar aan het
Atheneum Ulustre. Hij promoveerde aan de
Leidsche Universiteit in 1873.
Meer óan 35 jaar oefende hij de practijk
van advocaat en procureur uit in Rotterdam.
Naast zijn drukke practijk vond hij ge
legenheid zich te wijden aan het internatio
nale recht,
In 1897 richtte hij het Internationaal Ma
ritiem Comité op, welk comité zich zeer in
het bijzonder bezig hield met de studie van
het zeerecht.
In 1908 deed de heer Loder zijn intrede in
het hoogste rechtscollege van ons land. In
dat jaar werd hij benoemd tot Raadsheer in
den Hoogen Raad, welk hoog ambt hij 13
jaar lang bekleed heeft.
Hij vertegenwoordigde onze regeering op
diverse conferenties en werd ook eenige
malen tot internationaal arbiter aangewezen.
Zijn levenswerk was echter het Per
manente Hof van Internationale
Justitie waarover de besprekingen na
de Vredesconferentie van Versailles
een aanvang namen en waarvan het
ontstaan ten nauwste verwant is met
de geschiedenis van Mr. Loder.
Hij was het die een uitvoerig rapport over
deze kwestie uitbracht.
Toen in 1919 de staten, die den vrede had
den geteekend de neutrale landen uitnoo-
digden om mee te werken aan de redactie
van een internationale grondwet, werd aan
den arbeid van mr. Loder groote aandacht
geschonken. In 1919 w erd mr. Loder, als uit
nemend kenner van het internationaal recht
het voorzitterschap opgedragen van de be
sprekingen welke tusschen de Scandinavi
sche landen, Zwitserland en Nederland wer
den gehouden en waar men een plan ont
wierp om tot de stichting \an het Hof te
komen. De Raad van den Volkenbond wees
hem vervolgens aan tot lid der commissie,
die een ontwerp-statuut aan den Volkenbond
zou hebben aan^te bieden. Zijn invloed op de
samenstelling van dit concept was duide
lijk merkbaar; hij verdedigde het ook voor
den Volkenbond.
Toen de beginselen van het Hof waren
vastgesteld en overgegaan werd tot benoe
ming van de rechters, die clecl zouden uit
maken van het Hof, sprak het vanzelf, dat
dr. Loder tot de eersten behoorde, die tot
die hooge waardigheid werden geroepen.
De overige rechters meenden de groote
verdienste van Loder niet beter tc kunnen
eeren, dan dóór hem tot eerste president te
kiezen.
Zoo viel aan dr. Loder het voorrecht te
beurt op 15 Februari 1922 de werkzaamhe
den van het Permanente Hof van Internatio
nale Justitie te mogen inleiden.
Zoo betrad hij op 70-jarigen leeftijd een
arbeidsveld, waarop hij in waarheid pioniers
12.35 Orkestconcert. 4.20 Kamermuziek.
5.50 Symphonieconcert. 6.50 Vervolg con
cert. 8.20 Zang. 9.05 „Colomba", spel met
muziek van Tomasi.
KEULEN 456 M. 5.50 Orkestconcert. 10.20
Zang en piano. 11.20 Orkestconcert. 3.35
Cello en piano. 4.20 Gevar. programma.
6.20 Concert. 7.35 Der einsame Marsch.
8.05 Militair concert. 9.5011.20 Omroep
orkest en -kleinorkest.
BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl.
12.50 Salon-orkest. 1.50—2.20 Gram.pl.
5.20 Zang en Gram.pl. 6.20 Zang en
piano. 6.50 Gram.pl. 8.20 „Le bourgeois
gentilhomme' 'van Molière. 484 m.: 12.20
en 1.30—2.20 Het Constantin-orkest. 5.20
Dansmuziek. 6.20 Gram.pl. 6.50 Fluit-
recital. 7.35 Gram.pl. 8.20 Salon-orkest.
9.20 Hoorspel. 9.50 Vervolg concert. 10.30
1.20 Gi^mofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 8.05 Mil.
concert. 9.20 Berichten. 9.50 Cembalo-»
recital. 10.05 Weerbericht.
In 1924 bij gelegenheid van zijn 75stcn
verjaardag, hebben zijn vrienden en colle
ga's hem zijn borstbeeld aangeboden en het'
geplaatst in de .Kleine Rechtzaal van het
Vredespaleis. In Maart 1927 werd hij be
noemd tot lid van den Raad van Beheer van
het Int. Instituut voor Privaatrecht, dat te
Rome was gesticht en presideerde in dat
jaar en in 192S de zesde conferentie voor.
privaatrecht in Den Haag.
In verband met zijn hoogen leeftijd stelde
mr. Loder zich in September 1930 niet meer
beschikbaar voor e^n benoeming als rechter
in het Permanente Hof van Intern. Justitie.
Het gemeentebestuur van Den Haag heeft
hem toen de eereplaquette toegekend. Kort
daarna werd mr. Loder president van den.
Internationalen Journalisticken Eereraad,
dien hij in Januari 1932 tc Kopenhagen
heeft vertegenwoordigd op de conferentie
van officieele persagentschappen, welke al
daar op initiatief van den Volkenbond werd
gehouden.
Tal van hooge onderscheidingen zijn den.'
heer Loder in den loop der jaren toegekend,
terwijl hij van zeer vele organisaties, die
zich op internationaal en wetenschappelijk
terrein bewogen, eere-lid was.
De ontslapene was o.m. Grootkruis in de
Orde van den Nederlandsohen Leeuw en.
Grootofficier in de Orde van Oranje Nassau.
Wrijf het goed over
keel en borst
V'c*s
Feuilleton
EEN AMERIKAANSCHE
GESCHIEDENIS
door Paul Hutchens
(33
„Mag ik het papier zien, dat U wilt, dat ik teekenon zal?",
vroeg ze. „Welke zekerheid heb ik, dat een chèque van U op
de bank gehonoreerd zal worden?"
Zijn antwoord bestond daaruit, dat hij uit z'n zak een papier
haalde, dat al behoorlijk notarieel gezegeld was. „Hier teekent
U. De duizend dollars zullen contant betaald worden." Hij haalde
verder uit z'n portefeuille twintig vijftig-dollar biljetten. „Uw.
onderteekening ontslaat U van alle verplichtingen en legt op
mij, Uw vaders vriend, de heele verantwoordelijkheid voor
onbetaalde belasting en honderden andere uitgaven, die de jaren
door opgeloopen zijn." Hij bood haar z'n vulpen aan, toen hij
uitgesproken was.
Betty nam de pen zonder plan om het papier te teekenen.
Zooals daarstraks kon ze hem niet geloovcn. Even speelde ze
met de pen, voordat ze hem recht in de oogen keek.
„Meneer Spade", ze' ze flink, zonder aarzelen. „Ik geloof, dat
U tegen me gelogen hebt. Misschien dat U mijn vader gekend
hebt, maar U bent nooit z'n vriend geweest. U kunt duizend
andere namen gehad hebben, en p. F. Franks-kan er één van
geweest zijn, maar mijn vader was een goed mensch, een
Christen, en hij zon U nooit als zijn compagnon gekozen hebben.
IJ kunt mij niet bedriegen. U bent de misdadiger en lafaard,
die U jaren gewe zijt, een gewetenlooze, bartelooze, mis
dadiger, die God noch menschen ontziet. U kunt zelfs niet de
waarheid spreken. U
„Hou op", schreeuwde hij wild. „Dat zal ik je betaald zetten
jonge dame. Als de moordenaar van je stiefvader naar do
electrische stoel gaat, zal het een vrouw zijn, een mooie
vrouw, maar trotsch en koppig. Ik zal zorgen, dat je van die
misdaad beschuldigd wordt. Ik heb de knapste koppen in
Amerika tot mijn dienst en beschikking. Beteekent dat wat
voor je?"
„Niet 't minst Uw macht, Uw naam, zelfs Uw tegenwoordig
heid heeft geen uitwerkingt op me."
„Hm! je bent veranderd sinds verleden jaar. Je bent brutaler
en roekeloozer. Je was bang voor me eens!"
Ze- herinnerde zich dat „eens" in verterende schaamte.
„Ja, ik ben veranderd". Er was iets van nederige trots in
haar toon, toei^ ze langzaam, zacht zei: „Het grootste en be
langrijkste van de wereld is met mij gebeurd!"
Hij lachte spottend. „Ik geloof dat je bedoelt, dat je godsdienst
gekregen hebt
„Niet godsdienst, Meneer Spade Anns, maar een Per
soon. Ik heb den Verlosser van de wereld persoonlijk leeren
kennen. Ik heb Hem werkelijk gevonden. Daarom ben ik niet
bang voor U of Uw metgezellen. Ik haat U ook niet. Ik wil
niet meer, dat U dood bent, zooals ik eens deed. Ik ik hou
van héél die goddelooze troep van U en ik bid, dat dat wat
met mij gebeurd is. spoedig met U gebeuren zal."
Hij grijnsde beleedigend. „Dank je", zei hij, „je godsdienst
kan me niet schelen, maar je aanbod van liefde neem ik aan.
Ik ben erg blij, dat ik je hoor zeggen, dat je echt van me
houdt" Zijn stem was nu dreigend ironisch. „Ik weet nog, dat
er een tijd was, dat je die woorden niet zeggen wou. Als je ze
toen gezegd had, had ik eh - was je stiefvader misschien
eerder gestorven, en zou jij nou Mevrouw Spade Arms Ruby
geweest zijn inplaats van mijn verloofde."
Zijn gezicht kreeg een boosaardige uitdrukkihg, toen lijj naar
haar toekwam. Grimmig zei hij;
„Je kon „neen" zeggen zonder bang te hoeven zijn verder
lastig gevallen te worden. Vandaag zal jo „ja" zeggen".
Toen ze zijn gezicht zag, werd de heele vreeselijke waarheid
haar duidelijk, en voor 't eerst werd ze bang. Ze rende ne^ar 't
raam. Het opende met een scharnier aan de kant. Haar handen
rukten aan de sluiting, die op haar wanhopige pogingen open
ging.
Maar hij was achter haar, greep haar handen en trok haar
terug. Haar nog in zijn armen houdende, z'n heete adem tegen
haar wang, fluisterde hij: „Nou nou, liefste, je moet niet
probeeren zelfmoord te bedrijven. Ik heb je leven gered, gered
voor mijzelf. Je wordt de mijne, klein meisje, heelemaal van mij
voor vandaag". Zijn ruwe kracht hield haar vast, onmee-
doogend haar tegen hem aandrukkend.
Maar hij zag niet die stille boodschappers, éie vlug en wan
hopig vlogen, op vleugelen van geloof tot haar pasgevonden
Vriend; hij hoorde niet de stille harte-snik die uitschreide naar
hulp, zooals alleen God kan geven.
Evenmin wist hij van de belofte van dienzelfden God die zei:
„Het zal geschieden, dat voor zij roepen, Ik antwoord zal
Betty had besloten niet te schreeuwen, maar zichzelf, door de
genade van haar Heere, kalm en rustig te houden. Maar toen
ze zijn armen onbarmhartig om zich heen voelde knellen, zijn
heete adem tegen haar wang, schreeuwde ze in wanhoop:
„Beest! Laat me los! Help! Help!"
Er klonk een stap buiten en een harde slag. Een strenge
bevelende stem riep wild, op een toon, die geen „neen" als
antwoord toeliet: „Doe die deur open!'1
De man liet Betty los. „Kom binnen als je durft."
„Ik durf", kwam de stem, hard en zonder vrees. En in een
onderdeel van een seconde was er een gekraak, dat het huis
deed schudden, en de oude deur in honderd stukken ver
splinterde.
petty stond stom-verbaasd, terwijl de man binnen in de hut
z'n revolver op dat groote gat in de deur richtte. Een zwaar
rotsblok had de deur ingebombardeerd.
Door het gat keek Betty recht in de oogen van Gerald
Dawnery. Zijn gericht zag heel wit, zijn lippen waren vast
opeen geklemd, en zijn handen waren tot vuisten gebald.
HOOFDSTUK XVIII
Een oogenblik was er een adembenemende stilte, zooals vlak
voor de storm, of na het lichten, vlak voordat de donder in
plotselinge en hevige slagen uitbarst.
Maar de storm barstte niet los. De revolver in de hand van
Spade Arms Ruby ging langzaam naar beneden, terwijl er een
grijnslach over z'n gezicht trok. Dan lachte hij hardop, een
smalende lach. „Hallo jongetje! Kom binnen."
Toen Gerald gehoorzaamde ging Spade spottend verder: „Ilc
zie dat je er op staat m'n pad verder te kruisen. Dat moet je
zelf weten, maar pas op, dat je mij niet lastig valt." Spelend
tilde hij z'n revolver op. „Zie je?"
„Ik zie een lafaard", antwoordde Gerald, met van veronU
vaardigint- trillei.de stem,
„Jij en mijn verloofde zijn overdadig met complimenten van
daag. Maar verklaar je nader asjeblieft. Ik vraag me af of jij
cn ik wel 't zelfde verstaan onder dat woord. Nou, wat is een
lafaard?"
Gerald wist dat hij te doen had met een gewetenloos man,
die zou schieten om te dooden onder het geringste voor
wendsel. Een oogenblik huiverde hij bij de verschrikkelijke
gedachte aan wat er met Bettv gebeuren zou, als hij gedood
zou worden. Nee, bij moest geen onoverwogen beweging maken.
Hij onderdrukte dus z'n hevige lust om naar dien man toe tö
vliegen en hem met één slag neër te slaan.
(Wordt vervolgd.)