rUJaafc d& tjfadm; ovek,
GOUD EN VUUR
DINSDAG 22 OCTOBER 1935
TWEEDE BLAD PAG. 5
DE BIJBEL OP DE
OPENBARE SCHOOL
Er is in de laatste weken veel geschreven
en. gestreden over het onderwerp: Is op de
openbare school Bijbel-onderwijs gewenscht?
Daarom lijkt het ons nuttig ecnige ver
spreide uitspraken, zonder veel commentaar,
bijeen te brengen in deze rubriek.
Dat hèt met de Bijbelkennis bij velen
droevig gestelo is, wisten we uit vroegere
statistieken en enquêtes reeds.
Er is nog pas in een andere rubriek aan
herinnerd. En 't wordt steeds erger. De roo
ds peis schreef onlangs boven een artikel:
„Ontstellend gemis aan (Bijbel)kennis kan
niet ontkend worden".
De roode wethouder van onderwijs in Am
sterdam schijnt dat ook te betreuren, want
de heer G. van Veen (bekend paeoagoog
en schrijver) deelde in het II an delsblad
van 4 October mee:
Toen mijn laatste artikel al geschrp
ven was, kreeg ik een telefoontje van
iemand, die beter dan wie ook in Am
sterdam op de hoogte was.en die zei mij
„een mededeeling te kunnen- doen, die
(mij) zeer bijzonder zou interesseeren".
Liet betrof hel feit. ctat de kwestie van de
gebrekkige bijbelkennis op de open
bare school aan de orde was bij wethou
der Boekman, aanhangig gemaakt door
een school in Oost, en dat in afwachting
de onderwijzers al vast eens een proef
namen („om sterker te staan"). Indruk
bij onderwijzers en leerlingen gunstig.
Waarlijk, een ontzettend tekort,
zoo schrijft het hoofd van een bijzondere
school in hetzelfde blad:
In ons land, waar naar Kohnstamm's
oordeel, de practijk toch nog altijd een
hal\e eeuw achter de wetenschap aan
komt, hebben we ook in het godsdienst
onderwijs een groote achterstand in te
halen. Toen onlangs een derdejaars
student bij een mijner collega's na don
eten uit den bijbel hoorde lezen, \roeg
hij. dit merkwaardige boek eens van na
derbij te mogen zien. Het was de eersto
keer van zijn leven, dat hij het in lian
den kreeg.
Wanneer dit mogelijk is, verwondert
het ook niet, dat een zestienjarig jong
nicnsch onlangs op een toon van gezag
verkondigde, dat Mozes den bijbel uit
Babylonisch van Hammoerabi had ver
taald Toen ik hem eens nader peilde op
het punt van bijbelkennis, bleek, dat lnj
Gethsémane voor oen Carthaagschcn af
god hield, en dat hij van den barmharti
gen Samaritaan nog nooit had gehoord.
Zelfs zij, die wel godsdienstonderwijs
hebben gehad, zijn dikwijls zeer slecht
op de hoogte.
De schrijver heeft het, gelijk men merikt,
bij afwisseling over
godsdienstonderwijs en bijbelkennis;
Anderen echter achten het eerste woord
heelemaal verkeerd.
Zoo schrijft de heer Van Veen:
Het blijkt intusschen, dat mijh on
schuldig bedoelde mededeeling rumor in
casa heeft verwekt. „Ongelooflijk een
voudig, daar zou een openbare school
zijn in Amsterdam, waar godsdienston
derwijs wordt gegeven, zonder dat de
ouders er van weten... en dat lce6 Je
zoo maar in de krant 1'
Menschen kunnen nu eenmaal slecht
Ter geruststelling moge ik nadrukke
lijk vorklaren, dat er in Amsterdam op
de openbare school niet alleen geen
godsdienstonderwijs is gegeven doo;- on
derwijzers, maar dat het ook niet naar
wij hopen nooit door hen kan worden
gegeven. Wat altijd kan worden gegeven,
is een verhaal uit den Bijbel, als daar
toe aanleiding bestaat Men kan in taai
en leesles tegen komen woorden cn uit
drukkingen als: paradijs, Adams kroost,
Kainsmerk, aartsvader, in Abrahams
schoot, Zondvloed, als een zoutpilaar,
zijn eerstgeboorterecht voor een schotel
liuzenrnoes verkoopen, Babylonische
spraakverwarring, Jacobsladder, Benja
min, de ware Jozef, Egyptische duister-
En de schrijver is van oordcel, dat van
de taalles wel een half uur per weck af
kan om zulke woorden mot het Bijbelver
haal toe te lichten
Ook de roode pers spreekt angstvallig van
Bijbelkennis; en wijst daarom de criliek
van den sociaaldemocraat Kamicl II u y s-
m a n s in de Volksgazet van Antwer
pen af. Deze schreef:
Maar neen'
Niet in de school. In de kerk.
In de katholieke kerk, voor de katho
lieken.
In de protestantsche kerk, voor de pro
testanten.
De school der openbare machten moet
open zijn voor alle kinderen, omdat die
machten alle burgers van het land om-
Verder gebruikt onze" confrater een
heel verkeerd woord.
Ilij spreekt van godsdienstige ..kennis".
Welke „kennis"? Spreek toch, beste,
van „geloof"! V ant met „kennis" kan
men b.v. het probleem van de drievuldig
heid niet oplossen.
Dit laatste wordt dan volgens de roode
pers op leutige wijze (naar onze smaak
op banale wijze) met een rekensommetje
duidelijk gemaakt. Maar Het Volk wijst
overigens de beschuldiging af niet deze
Wij spraken nergens van „godsdienst
kennis" maar zeer bepaaldelijk van „bh-
heikennis", dat stellig in de kerk of in
het catecliisiftielokaal thuis hoort.
ONDERRICHT IN BIJBELKENNIS
op de openbare school levert gevaren op,
zoo betoogt de heer J. Weiika mp. lid dei-
Tweede Kamer in het H ervo r m d W e e k-
b 1 a d, de Gereformeerde Kerk, naar aanlei
ding van het verslag eener rede van Ds P.
J. Kromsigt en waai in gezegd werd, dat „de
overheid de taak heeft de Bijbel weer op de
openbare School terug te brengen".
De beer -Weitkamp zegt- daarvan:
Ik hoop. dat het verslag hier niet volle
dig is. De zooveel zeggende woorden uit
het dnopsformulier „iit de voorzeide leer"
gaan toch verder en eischen Gereformeerd
orthodox onderwijs, - en dus niet eenige
verhaaltjes uit den Bijbel.zonder, meer.
Wat de Bijbel zonder meer op de Staats
school heteelcenl, is mij, als grensbewoner,
die met de kwestie der Duitsche Staats
school uit de tachtig- cn negentiger jaren
der vorige eeuw, dus de goede oude tijd,
van zeer nabij op de hoogte ben, maar al
te goed békend.
Ik heb er twee onderwijzers gekend, de
eene was een vrome man, zijn opvolger 'n
spotter, die bij zijn Religions-unterricht
zich niet ontzag den leerlingen der hoog
ste klasse zijn ongeloofs-theorieen op do
nn-c-t ondubbelzinnige wijze in te prenten.
Ook meue hierom, wil het mij voorko
men, dat wij den Heere nic-t dankbaar ge
noeg kunnen zijn voor Zijn leiding mei
ons Onderwijs, waardoor wij middellijker-
uijze voor ie's dergelijks bewaard zijn ge
bleven. Speciaal hierbij gelet op de moge
lijkheden, door de Wet-de Visser ook voor
l.ei godsdienstonderwijs op de openbare
School geopend.
Het is wel droevig te bemerken, dat de
heer Weitkamp. Ghristelijk-Historisch lid
der Tweede Kamer, die aldaar dus mede
de Hervormde Kerk vertegenwoordigt, zóó
weinig blijkt te verstaan van de roeping-
der overheid om den Bijbel weer terug Te
brengen op de openbare school. Hier
lil ij kt, hoe ver de a f s c h c i d i n g.s b e
g i n s e 1 e n i eens zijn doorgedrongen, óók
onder onze Hervormde leiders op allerlei,
gebied Gevoelt de heer Weitkamp dan
niet. dat hij door een dergelijke redenee
ring geheel speelt in de kaart der afschei
ding on lijnrecht ingaat legen de oude,
leuze
ope
Hocdemaker:
st.e
stelling"
ing de
tegen dit
Het is hel beste van dit antwoord alleen
te zeggen, dat het wel zeer droevig is,
wanneer geestelijke leidslieden zóó schrij
ven. Zóó sluit men zijn oogen voor de geva-
Als wc overigens heel de pers-discussie
overzien, clan kunnen we dankbaar belang
rijke winst boeken.
Ten eerste wordt het
recht der ouders erkend.
Een half uur Bijbel onderricht Dat gaat
maar zoo niet, zegt Het V o 1 k, er zijn nog
ondeis eii autoriteiten. En dë heer Van Veen
onderschrijft dat ten volle:
De gedachte is niet oorspronkelijk. Ik
uitte baar reeds in mijn eerste artikel cn
in de lezing, die ik hield en andere, die ik
zal houden, stel ik op den voorgrond, dat
Uien in Ndcrland zeker op dit punt niets
mag doen zonder de ouders er in te ken
nen. lit weet zeer wel. dat de Nederlander
op dit punt zeer gevoelig is.
Maar in de tweede plaats wordt gebroken
met het waandenkbeeld, dat men het kind
moet geven,
wal des kinds is,
en dat daarom over de Bijbel gezwegen moet
worden.
De roode pers bad geschreven:
„De heer Van Veen, stempelt het onder
wijs in bijbelkennis tot een van de geeste
lijke grondslagen van het openbaar on
derwijs".
Maar deze antwoordt daarop:
„Daar is de dieptevrecs weer. Dat hel'
ik niet gezegd. Ik heb gezegd: als men
naar c!e geestelijke grondslagen zoekt van
de openbare school dan komt men (wat
ook do geest der wet is) terecht bij het
christendom „Geef het kind, wat des
kinds is" is geen fundament, verdraag
zaamheid nog minder en pas in deze da
gen op voor „den tijdgeest", want dié
waait met alle winden, ook met de Duit
sche en de Russische, als we ons principi
eel niet schrap zouden zetten".
Men geve alleen die geschiedenissen, die
Drie vrouwelijke opvarenden, van de
worden door de branding Tiaar het
stoomboot ,Jdsbo", die bij Whitehaven (Eng.) op de kust i
Een boom, geveld door den storm, valt in een
lijks wisten te bergen. Het meubilair vjerd een nCine.
(Eng.) waar de inwoners zich nauwê*
niet buiten de kinderlijke ervaring staan
Ervaren is iets anders dan begrijpen.
Maar is het eigenlijk ook niet een paeda-
gogisch vooroordeel, dat men angstig is
voor het feit, dat de kleine hoofdjes niet
zullen begrijpen, wat alle verstand te bo
ven gaat?
Tal van groote opvoeders eischen juist
"op grond van hun ervaring, dat men met
het godsdienstonderwijs zoo vroeg: moge
lijk beginne. Niet alleen Herbart wilde,
dat de grondgedachten der religie tot de
oudste behooren, waartoe de herinnering
opklimt," ook Stanley Hall meent, „dat dó
godsdienstige, zoowel als de moreele op
voeding bij de wieg moeten aanvangen".
De ervaring van het bijzonder onderwijs
is, fiat bij een juiste methode jonge kinde
ren het bijbelserie onderwijs zeer goed ge
nieten.
En daarmee is een geweldige pijler, waar
op weinige jaren geleden «ie paedagogiek
voor het openbaar onderwijs rustte, w egge
slagen.
BINNENLAND
Prinses Juliana
H. K. H. Prinses Juliana woonde gister
avond te Apeldoorn het eerste gedeelte van
een concert bij, dat ten bate van de Ned.
Roode Kruis-ambulance voor Abessinië
Werd gegeven.
Wapenuitvoer naar Italië
Verboden,
.Riet ingang van 21 October
"In de Stct. van 21 October is afgekon
digd het Koninklijk Besluit, dat in
overeenstemming met het eerste voor
stel van het Coördinatie-Comité te
Geneve ingevolge de uitvoerverboden-
wet 1935 den uitvoer van wapenen,
munitie en oorlogsmateviëel uit het
Koninkrijk der Nederlanden naar
Italië en zijn bezittingen met ingang
van gister verbiedt.
Arthur Henderson f
Deelneming van Nederland
Naar aanleiding van 't overlijden van Ar
thur Henderson heeft de minister van Bui-
tenlandsche Zaken een telegram van deel
neming gericht aan den secretaris-generaal
van den Volkenbond.
machteloos. Neemt bij de eerste ver
schijnselen van zo'n aanval Aspirin.
Ook U komt dan tot de conclusie:
LN Zo'n Aspirientje
helpt toch maar!
Uitsluitend verkrijgbaar In de oranje-bandbuisjes van
Jhr. Mr. Dr. N. G. de Gijselaar
70 jaar
Een stroom van gelukwenschen
Gister vierde Jhr. Mr. Dr. N. C. de
Gijselaar, lid van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal en oud-burge
meester van Leiden, zijn zeventigsten
verjaardag. Honderden schriftelijke
gelukwenschen werden in den loop
van den dag te zijnen huize te Wasse
naar bezorgd.
Uit dezen stroom van brieven, telegram
men en kaartjes bleek op treffende wijze de
groote waardeering die men voor den heer
de Gijselaar koestert. Vooral uit Leiden kwa
men tal van gelukwenschen binnen: van het
gemeentebestuur, van het Collegium van het
L.S.C., van tal van particulieren, zooals pro
fessoren en andere vooraanstaande ingezete
nen; vereenigingen en andere instellingen.
Nog .varen schriftelijke gelukwenschen
binnengekomen van den minister-president
dr. Colijn, de commissaris der Koningin in
Noord-Holland Jhr. mr. Röell, van verschei
dene Eerste- en Tweede Kamerleden indivi
dueel en van Kamerfracties, zooals de C.H.-
fractie en R.K.-fractie der Eerste Kamer.
Een schat van bloemstukken vulden de
salons van huize „Lugdunum", v/aar de heer
de Gijselaar zich, na zijn vertrek uit Leiden,
heeft gevestigd. Er waren er van de afdee-
Iingen Algemeene Zaken, Financiën en On
derwijs ter gemeentesecretarie te Leiden,
van de Eerste Kamerfractie der C.H.U., als
mede van de Wassenaarsche kiesvercenig'mg
der Unie en vele anderen.
ONDERSCHEIDINGEN
Toegekend is de
Nassau verbonden
J H Gijselaars te 1
J eugdleidersconf erentie
Voorafgaande aan de eerste Algemeene
■Tougdleidersconferentie van het Chr. Nat.
Vakverbond te Woudschoten heeft er een
Jeugdleidersconferentie plaats gevonden van
de Ned. Bond van Chr. Fabrieks- en Trans
portarbeiders.
Het was de derde jeugdleidersconferentie
door deze organisatie gehouden, welke stond
onder leiding van den Centralen Jeugdlei
der. den heer C. van Baren Jr. Deze gaf
in zijn openingswoord allereerst cijfers over
de ieugdbeweging, waaruit bleek, dat het
aantal jongelieden eenigermate was terug-
geloopen, waaraan de abnormale werkloos
heid onder de jeugdige arbeiders niet
vreemd is.
De Bondsvoorzitter, de heer W. S t r ij b i s
Pzn. refereerde over „De Jeugd en het be
drijfsleven" Spr. wees er op, dat inzonder
heid ook de jeugd de terugslag ondervindt
van de ingezonkenheid van het hedrijfslfs
ven en de gevaren van velerlei aard. daar
aan verhonden. Verschillende middelen zijn
aangegeven om de jeugd tegemoet te komen
in deze moeilijke tijden, doch waar de oor
zaken van dit. alles van internationale aard
zijn. is het niet mogelijk nationaal afdoen
de hulp te verleenen. Wat echter niet zeg
gen wil. dat er daarom niets moet worden
gedaan. Integendeel. Hier moet gedaan wor
den wat maar eenigszins kan om de jeugd
j zooveel als mogelijk is te steunen.
In een aangename en leerzame discussie,
waaraan door een zestal der aanwezigen
werd deelgenomen, kreeg de referent nog
gelegenheid een en ander nader te verduide
lijken.
De heer M. .T. Kuns t, hoofdbestuurder
rlnr organisatie, wekte de aanwezigen itv
e,erL4 vurig slot\voord op, meer en meer de
Rra.ggwriiite van hef jeugdwerk te loeren
en te doen kennen. Plet moet in de allereer
ste plaats gaan om de eere Gods.
De Ned. Bond van Chr. Fabrieks- erf
Transportarbeiders kan met genoegen op
deze welgeslaagde conferentie terugzien.
♦r
VOOGDIJRADEN
Aan H. AV. A. Voorhoeve Ia eervol ontsfef?
verleend al, lid van den Voogdijraad te 'a-Her,
Nederlandsche rui
ters naar Amerika
om met hun paar
den deel te nemen
aan de concours-
hippiques te New-
York en Toronto.
Van links naar
rechts: luit. van
Schalkbaron Sir-
tenia v.Grovestins,
It. jhr. v. Lennep
en It. Greter.
Feuilleton
EEN AMERIKAANSCHE
GESCHIEDENIS
door Paul Hutchens
(21
Gerald verwachtte, dat hij hem zou hooren wegrijden, maar
alles bleef stil. Vaag kon hij hem zien, door een open plek in
het dikke gebladerte van de boschjes. Hij had Geralds cliauf
feurspet opgezet en zat achteloos achter het stuurwiel, nu en
dan de straat afkijkend, alsof hij met smart op iemand zat te
wachten.
Vijf, tien, vijftien minuten gingen voorbij en nog verscheen
«iemand. De touwen om z'n polsen deden pijn, en Gerald
kreunde van pijn toen hij probeerde zichzelf tc bevrijden. Als
hij los kon komen, zou hij dwars door het park loopen om zo?
gauw mogelijk Tim te kunnen helpen. Het was duidelijk dat de
man in de taxi geen ander was dan de geheimzinnige passagier
.van dij morgen en Gerald overwoog, dat hij óf een medeplich
tige moest zijn van den moordenaar van Barloman, óf zelf de
moordenaar was.
Langzaam kropen de minuten voorbij. Daar stond hij nu,
gebonden, en met een doek voor z'n mond, terwij! Tim mis
schien in groote moeilijkheden verkeerde. Waarom had hij zijn
belager niet neer kunnen slaan? Maar zelfs toen hij zichzelf zoo
uitschold, begreep hij dat 't de reinste dwaasheid geweest zou
zijn om te probeeren zich te verzetten, 't Was verstandig, da'
hij gehoorzaamd had aan die ruwe bevelen. Toen dacht hij er
met plotselinge hoop aan, dat z'n moeder voor hem gebeden
lvad, en dat God altijd haac gebed .verhoord scheen te hebben.
Het leek wel alsof er een onzichtbare macht was, en als er
een God was, moest Hij hier ook zijn. En in weerwil van zijn
eigen opvattingen, samengesteld uit de verschillende en over
vloedige uitspraken hierover van heidensche philosophen en
neergelegd in de'taal van zijn professor op de universiteit
in weerwil van die philosophie, die geen geloof in een Persoon
lijk God wilde toestaan, was er toch in do diepten van zijn ziel
een vaag iets, dat geen gedachte aan oen anderen God toeliet,
dan aan dien God, Die nabij was en voelde voor het lot van de
menschen.
liet verbaasde hem zelf, dat de gedachten aan bevrijding uit
oogenblikkelijken nood, zoo onlosmakelijk verbonden waren aan
gedachten over het onbekende en den Onbekende.
Een tak kraakte achter hem. Een straal licht scheen een
oogenblik in z'n gezicht cn clan was alles weer donker.
„Sst. Hou je slil, dan heb ik je in een wip los." Het was Tims
stem. De clock voor Geralds mond werd al dadelijk weg
gehaald.
Gerald, geschrokken van de lichtstraal in z'n gezicht en ver-
bajasd over de onverwachte verschijning van Tim, fluisterde
heerscli: „Dank je wel, kameraad. Hoe heb je ooit kunnen
vinden, dat ik hier was?"
„Dat dacht ik maar", fluisterde Tim. „Of anders verhoorde
Jezus mijn gebed de eerste keer, dat ik werkelijk Hem ergens
dringend om bad. En als Hij mijn gebed verhoord heeft, moet
Hij 't zeker gauw gedaan hebben ook! Jongen! Hij moet de
dingen vlug kunnen doen, als Hij dat wil. Daar."
Met z'n zakmes had Tim Gerald spoedig vrij en alles was zoo
vlug en zoo stil gegaan, dat dc man in de taxi ongeveer dertig
Meter verder niets bizonders opgemerkt had.
„En nu", commandeerde Tim. „Als je 's een man wil zien
huilen, echte tranen met flesschen vol, moet je maar met me
meegaan. D'r is een vent bij de Raynors, die al tien minuten
aan 't huilen is. O jongen, je moet 'm zien!"
„Wacht eens", zei Gerald zachtjes. „Ik moet m'n wagen terug
als het kan. D'r zit een man in, ik geloof den man, die jij van
daag bij Barloman gezien hebt. Ilij heeft de sleutel en alles."
„Dat bedoel ik", fluisterde Tim. „Ik ga hem met een traan-
gasbom bewerken. Dan hebben we twee huilende kerels in
plaats van één."
Voordat Gerald liem tegen kon houden, was Tim voorzichtig
om, dc boschjes heen gekropen. Plat op z'n buik schoof hij
vopruit over de grond, langzaam achter de taxi kruipend.
Ademloos wachtte Gerald, verlangend in Tims plaats te zijn.
zelf het gevaarlijke werk op te knappen. Toch durfde hij zich
niet bewegen of spreken, want hij wist zeker, dat als Tim gezien
zou worden, de man hem zonder gewetensbezwaren neer zou
schieten. Zijn handen zochten bij de stukken touw, die om z'11
polsen gezeten hadden, totdat hij er een paar gevonden had
lang genoeg om nog eens gebruikt te worden. „Tim is zoo
handig als 't maar kan", dacht hij. „Hij sneed zelfs het touw
zoo door, dat het nog eens gebruikt kan worden. Wie zou
daaraan gedacht hebben?" Hoe had Tim kunnen weten, dat hij
hier vastgebonden was? Er was natuurlijk niets voor te zeggen,
dat Jezus z'n ccbcd verhoord zou hebben. Alles behoefde niet
aan Goddelijke tusschenkomst toegeschreven te worden. Aan de
andere kant zou het niet goed zijn Tims geloof te verzwakken,
evenmin als z'n ambities op recherche-terrein. Het bleek wel,
dat Tim meer dan gewone aanleg daarvoor had. Als hij er eens
werkelijk in slaagde den moordenaar van Barloman gevangen
te nemen?
Terwijl Gerald naar de langzaam bewegende gestalte van Tim
keek. even zichtbaar in de schaduwen, werd hij, zelfs ondanks
z'n bezorgdheid, eerlijk trotsch op hem. „Kleine kameraad",
fluisterde hij. ,,'t Is een beste jongen."
Het gebeurde alles zoo vlug en onverwacht, dat de man
achter het wiel op niets verdacht was. Tim kroop stil door
naar dc wagen toe, zijn gestalte verborgen in de schaduw die
over het terrein geworpen' werd door het verre schijnsel van
een straatlantaarn.- Op vijf of zet voet afstand van dc auto,
fluisterde hij tamelijk hard iets. Toen de man zich omdraaide,
haalde Tim de trekker over van het pistool, dat hij in z'n
hand hield. De ontploffing was niet hard, maar. de uitwerking
was onmiddellijk en hevig. Onder een stortvloed van ver-
wenschingen liet de man een- jammerkreet hooren. Z'n revolver
ging af in de lucht en viel dan op de bodem. Z'n handen zochten
wanhopig naar z'n zakdoek en z'n lichaam vertrok van smart.
De wind woei al gauw het overvloedige gas weg, maar kon
de uitwerking van de bom op den man, die de volle laag
gekregen had, niet verhinderen. Gerald en Tim kwamen aan
gerend en hadden hem in een oogenblik stevig gebonden. Ze
zetten hem op de achterbank van de taxi en reden voldaan weg.
„Je bent reusachtig", prees Gerald. „Je zal mij nooit meer
gekheid hooren maken over jouw detective-neigingen, nooit!"
„O, dat is goed", antwoordde Tim nederig. „Dit had iedereen
kunnen doen, die z'n hersens gebruikt Bovendien, als iemand
Jezus aan z'n zijde heeft, kan hij alles doen, denk je niet?''
„Misschien", vond Gerald.
„Dat denk je toch, is 't niet? Is er niet een of ander vers
in den Bijbel, dat zegt dat iemand alles doen kan, door Christus
die hem sterk maakt, of zoo iets?"
Gerald stemde toe, dat dat er was, maar sprak zijn werkelijke!
opinie in deze zaak niet uit. Voor hem was het alleen een
samenloop van omstandigheden, die gemaakt had, dat alles zoo
goed afgeloopen was een samenloop van omstandigheden
plus Tims verstand.
„Misschien kan je me nu vertellen, hoe je wist, dat ik daatf
in dat park vastgebonden was", vroeg hij, naar zijn „kleinen
kameraad" kijkend.
(VVor 1 vervolgd.)