rUJaafc d& tjfadm; ovek, GOUD EN VUUR DINSDAG 22 OCTOBER 1935 TWEEDE BLAD PAG. 5 DE BIJBEL OP DE OPENBARE SCHOOL Er is in de laatste weken veel geschreven en. gestreden over het onderwerp: Is op de openbare school Bijbel-onderwijs gewenscht? Daarom lijkt het ons nuttig ecnige ver spreide uitspraken, zonder veel commentaar, bijeen te brengen in deze rubriek. Dat hèt met de Bijbelkennis bij velen droevig gestelo is, wisten we uit vroegere statistieken en enquêtes reeds. Er is nog pas in een andere rubriek aan herinnerd. En 't wordt steeds erger. De roo ds peis schreef onlangs boven een artikel: „Ontstellend gemis aan (Bijbel)kennis kan niet ontkend worden". De roode wethouder van onderwijs in Am sterdam schijnt dat ook te betreuren, want de heer G. van Veen (bekend paeoagoog en schrijver) deelde in het II an delsblad van 4 October mee: Toen mijn laatste artikel al geschrp ven was, kreeg ik een telefoontje van iemand, die beter dan wie ook in Am sterdam op de hoogte was.en die zei mij „een mededeeling te kunnen- doen, die (mij) zeer bijzonder zou interesseeren". Liet betrof hel feit. ctat de kwestie van de gebrekkige bijbelkennis op de open bare school aan de orde was bij wethou der Boekman, aanhangig gemaakt door een school in Oost, en dat in afwachting de onderwijzers al vast eens een proef namen („om sterker te staan"). Indruk bij onderwijzers en leerlingen gunstig. Waarlijk, een ontzettend tekort, zoo schrijft het hoofd van een bijzondere school in hetzelfde blad: In ons land, waar naar Kohnstamm's oordeel, de practijk toch nog altijd een hal\e eeuw achter de wetenschap aan komt, hebben we ook in het godsdienst onderwijs een groote achterstand in te halen. Toen onlangs een derdejaars student bij een mijner collega's na don eten uit den bijbel hoorde lezen, \roeg hij. dit merkwaardige boek eens van na derbij te mogen zien. Het was de eersto keer van zijn leven, dat hij het in lian den kreeg. Wanneer dit mogelijk is, verwondert het ook niet, dat een zestienjarig jong nicnsch onlangs op een toon van gezag verkondigde, dat Mozes den bijbel uit Babylonisch van Hammoerabi had ver taald Toen ik hem eens nader peilde op het punt van bijbelkennis, bleek, dat lnj Gethsémane voor oen Carthaagschcn af god hield, en dat hij van den barmharti gen Samaritaan nog nooit had gehoord. Zelfs zij, die wel godsdienstonderwijs hebben gehad, zijn dikwijls zeer slecht op de hoogte. De schrijver heeft het, gelijk men merikt, bij afwisseling over godsdienstonderwijs en bijbelkennis; Anderen echter achten het eerste woord heelemaal verkeerd. Zoo schrijft de heer Van Veen: Het blijkt intusschen, dat mijh on schuldig bedoelde mededeeling rumor in casa heeft verwekt. „Ongelooflijk een voudig, daar zou een openbare school zijn in Amsterdam, waar godsdienston derwijs wordt gegeven, zonder dat de ouders er van weten... en dat lce6 Je zoo maar in de krant 1' Menschen kunnen nu eenmaal slecht Ter geruststelling moge ik nadrukke lijk vorklaren, dat er in Amsterdam op de openbare school niet alleen geen godsdienstonderwijs is gegeven doo;- on derwijzers, maar dat het ook niet naar wij hopen nooit door hen kan worden gegeven. Wat altijd kan worden gegeven, is een verhaal uit den Bijbel, als daar toe aanleiding bestaat Men kan in taai en leesles tegen komen woorden cn uit drukkingen als: paradijs, Adams kroost, Kainsmerk, aartsvader, in Abrahams schoot, Zondvloed, als een zoutpilaar, zijn eerstgeboorterecht voor een schotel liuzenrnoes verkoopen, Babylonische spraakverwarring, Jacobsladder, Benja min, de ware Jozef, Egyptische duister- En de schrijver is van oordcel, dat van de taalles wel een half uur per weck af kan om zulke woorden mot het Bijbelver haal toe te lichten Ook de roode pers spreekt angstvallig van Bijbelkennis; en wijst daarom de criliek van den sociaaldemocraat Kamicl II u y s- m a n s in de Volksgazet van Antwer pen af. Deze schreef: Maar neen' Niet in de school. In de kerk. In de katholieke kerk, voor de katho lieken. In de protestantsche kerk, voor de pro testanten. De school der openbare machten moet open zijn voor alle kinderen, omdat die machten alle burgers van het land om- Verder gebruikt onze" confrater een heel verkeerd woord. Ilij spreekt van godsdienstige ..kennis". Welke „kennis"? Spreek toch, beste, van „geloof"! V ant met „kennis" kan men b.v. het probleem van de drievuldig heid niet oplossen. Dit laatste wordt dan volgens de roode pers op leutige wijze (naar onze smaak op banale wijze) met een rekensommetje duidelijk gemaakt. Maar Het Volk wijst overigens de beschuldiging af niet deze Wij spraken nergens van „godsdienst kennis" maar zeer bepaaldelijk van „bh- heikennis", dat stellig in de kerk of in het catecliisiftielokaal thuis hoort. ONDERRICHT IN BIJBELKENNIS op de openbare school levert gevaren op, zoo betoogt de heer J. Weiika mp. lid dei- Tweede Kamer in het H ervo r m d W e e k- b 1 a d, de Gereformeerde Kerk, naar aanlei ding van het verslag eener rede van Ds P. J. Kromsigt en waai in gezegd werd, dat „de overheid de taak heeft de Bijbel weer op de openbare School terug te brengen". De beer -Weitkamp zegt- daarvan: Ik hoop. dat het verslag hier niet volle dig is. De zooveel zeggende woorden uit het dnopsformulier „iit de voorzeide leer" gaan toch verder en eischen Gereformeerd orthodox onderwijs, - en dus niet eenige verhaaltjes uit den Bijbel.zonder, meer. Wat de Bijbel zonder meer op de Staats school heteelcenl, is mij, als grensbewoner, die met de kwestie der Duitsche Staats school uit de tachtig- cn negentiger jaren der vorige eeuw, dus de goede oude tijd, van zeer nabij op de hoogte ben, maar al te goed békend. Ik heb er twee onderwijzers gekend, de eene was een vrome man, zijn opvolger 'n spotter, die bij zijn Religions-unterricht zich niet ontzag den leerlingen der hoog ste klasse zijn ongeloofs-theorieen op do nn-c-t ondubbelzinnige wijze in te prenten. Ook meue hierom, wil het mij voorko men, dat wij den Heere nic-t dankbaar ge noeg kunnen zijn voor Zijn leiding mei ons Onderwijs, waardoor wij middellijker- uijze voor ie's dergelijks bewaard zijn ge bleven. Speciaal hierbij gelet op de moge lijkheden, door de Wet-de Visser ook voor l.ei godsdienstonderwijs op de openbare School geopend. Het is wel droevig te bemerken, dat de heer Weitkamp. Ghristelijk-Historisch lid der Tweede Kamer, die aldaar dus mede de Hervormde Kerk vertegenwoordigt, zóó weinig blijkt te verstaan van de roeping- der overheid om den Bijbel weer terug Te brengen op de openbare school. Hier lil ij kt, hoe ver de a f s c h c i d i n g.s b e g i n s e 1 e n i eens zijn doorgedrongen, óók onder onze Hervormde leiders op allerlei, gebied Gevoelt de heer Weitkamp dan niet. dat hij door een dergelijke redenee ring geheel speelt in de kaart der afschei ding on lijnrecht ingaat legen de oude, leuze ope Hocdemaker: st.e stelling" ing de tegen dit Het is hel beste van dit antwoord alleen te zeggen, dat het wel zeer droevig is, wanneer geestelijke leidslieden zóó schrij ven. Zóó sluit men zijn oogen voor de geva- Als wc overigens heel de pers-discussie overzien, clan kunnen we dankbaar belang rijke winst boeken. Ten eerste wordt het recht der ouders erkend. Een half uur Bijbel onderricht Dat gaat maar zoo niet, zegt Het V o 1 k, er zijn nog ondeis eii autoriteiten. En dë heer Van Veen onderschrijft dat ten volle: De gedachte is niet oorspronkelijk. Ik uitte baar reeds in mijn eerste artikel cn in de lezing, die ik hield en andere, die ik zal houden, stel ik op den voorgrond, dat Uien in Ndcrland zeker op dit punt niets mag doen zonder de ouders er in te ken nen. lit weet zeer wel. dat de Nederlander op dit punt zeer gevoelig is. Maar in de tweede plaats wordt gebroken met het waandenkbeeld, dat men het kind moet geven, wal des kinds is, en dat daarom over de Bijbel gezwegen moet worden. De roode pers bad geschreven: „De heer Van Veen, stempelt het onder wijs in bijbelkennis tot een van de geeste lijke grondslagen van het openbaar on derwijs". Maar deze antwoordt daarop: „Daar is de dieptevrecs weer. Dat hel' ik niet gezegd. Ik heb gezegd: als men naar c!e geestelijke grondslagen zoekt van de openbare school dan komt men (wat ook do geest der wet is) terecht bij het christendom „Geef het kind, wat des kinds is" is geen fundament, verdraag zaamheid nog minder en pas in deze da gen op voor „den tijdgeest", want dié waait met alle winden, ook met de Duit sche en de Russische, als we ons principi eel niet schrap zouden zetten". Men geve alleen die geschiedenissen, die Drie vrouwelijke opvarenden, van de worden door de branding Tiaar het stoomboot ,Jdsbo", die bij Whitehaven (Eng.) op de kust i Een boom, geveld door den storm, valt in een lijks wisten te bergen. Het meubilair vjerd een nCine. (Eng.) waar de inwoners zich nauwê* niet buiten de kinderlijke ervaring staan Ervaren is iets anders dan begrijpen. Maar is het eigenlijk ook niet een paeda- gogisch vooroordeel, dat men angstig is voor het feit, dat de kleine hoofdjes niet zullen begrijpen, wat alle verstand te bo ven gaat? Tal van groote opvoeders eischen juist "op grond van hun ervaring, dat men met het godsdienstonderwijs zoo vroeg: moge lijk beginne. Niet alleen Herbart wilde, dat de grondgedachten der religie tot de oudste behooren, waartoe de herinnering opklimt," ook Stanley Hall meent, „dat dó godsdienstige, zoowel als de moreele op voeding bij de wieg moeten aanvangen". De ervaring van het bijzonder onderwijs is, fiat bij een juiste methode jonge kinde ren het bijbelserie onderwijs zeer goed ge nieten. En daarmee is een geweldige pijler, waar op weinige jaren geleden «ie paedagogiek voor het openbaar onderwijs rustte, w egge slagen. BINNENLAND Prinses Juliana H. K. H. Prinses Juliana woonde gister avond te Apeldoorn het eerste gedeelte van een concert bij, dat ten bate van de Ned. Roode Kruis-ambulance voor Abessinië Werd gegeven. Wapenuitvoer naar Italië Verboden, .Riet ingang van 21 October "In de Stct. van 21 October is afgekon digd het Koninklijk Besluit, dat in overeenstemming met het eerste voor stel van het Coördinatie-Comité te Geneve ingevolge de uitvoerverboden- wet 1935 den uitvoer van wapenen, munitie en oorlogsmateviëel uit het Koninkrijk der Nederlanden naar Italië en zijn bezittingen met ingang van gister verbiedt. Arthur Henderson f Deelneming van Nederland Naar aanleiding van 't overlijden van Ar thur Henderson heeft de minister van Bui- tenlandsche Zaken een telegram van deel neming gericht aan den secretaris-generaal van den Volkenbond. machteloos. Neemt bij de eerste ver schijnselen van zo'n aanval Aspirin. Ook U komt dan tot de conclusie: LN Zo'n Aspirientje helpt toch maar! Uitsluitend verkrijgbaar In de oranje-bandbuisjes van Jhr. Mr. Dr. N. G. de Gijselaar 70 jaar Een stroom van gelukwenschen Gister vierde Jhr. Mr. Dr. N. C. de Gijselaar, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en oud-burge meester van Leiden, zijn zeventigsten verjaardag. Honderden schriftelijke gelukwenschen werden in den loop van den dag te zijnen huize te Wasse naar bezorgd. Uit dezen stroom van brieven, telegram men en kaartjes bleek op treffende wijze de groote waardeering die men voor den heer de Gijselaar koestert. Vooral uit Leiden kwa men tal van gelukwenschen binnen: van het gemeentebestuur, van het Collegium van het L.S.C., van tal van particulieren, zooals pro fessoren en andere vooraanstaande ingezete nen; vereenigingen en andere instellingen. Nog .varen schriftelijke gelukwenschen binnengekomen van den minister-president dr. Colijn, de commissaris der Koningin in Noord-Holland Jhr. mr. Röell, van verschei dene Eerste- en Tweede Kamerleden indivi dueel en van Kamerfracties, zooals de C.H.- fractie en R.K.-fractie der Eerste Kamer. Een schat van bloemstukken vulden de salons van huize „Lugdunum", v/aar de heer de Gijselaar zich, na zijn vertrek uit Leiden, heeft gevestigd. Er waren er van de afdee- Iingen Algemeene Zaken, Financiën en On derwijs ter gemeentesecretarie te Leiden, van de Eerste Kamerfractie der C.H.U., als mede van de Wassenaarsche kiesvercenig'mg der Unie en vele anderen. ONDERSCHEIDINGEN Toegekend is de Nassau verbonden J H Gijselaars te 1 J eugdleidersconf erentie Voorafgaande aan de eerste Algemeene ■Tougdleidersconferentie van het Chr. Nat. Vakverbond te Woudschoten heeft er een Jeugdleidersconferentie plaats gevonden van de Ned. Bond van Chr. Fabrieks- en Trans portarbeiders. Het was de derde jeugdleidersconferentie door deze organisatie gehouden, welke stond onder leiding van den Centralen Jeugdlei der. den heer C. van Baren Jr. Deze gaf in zijn openingswoord allereerst cijfers over de ieugdbeweging, waaruit bleek, dat het aantal jongelieden eenigermate was terug- geloopen, waaraan de abnormale werkloos heid onder de jeugdige arbeiders niet vreemd is. De Bondsvoorzitter, de heer W. S t r ij b i s Pzn. refereerde over „De Jeugd en het be drijfsleven" Spr. wees er op, dat inzonder heid ook de jeugd de terugslag ondervindt van de ingezonkenheid van het hedrijfslfs ven en de gevaren van velerlei aard. daar aan verhonden. Verschillende middelen zijn aangegeven om de jeugd tegemoet te komen in deze moeilijke tijden, doch waar de oor zaken van dit. alles van internationale aard zijn. is het niet mogelijk nationaal afdoen de hulp te verleenen. Wat echter niet zeg gen wil. dat er daarom niets moet worden gedaan. Integendeel. Hier moet gedaan wor den wat maar eenigszins kan om de jeugd j zooveel als mogelijk is te steunen. In een aangename en leerzame discussie, waaraan door een zestal der aanwezigen werd deelgenomen, kreeg de referent nog gelegenheid een en ander nader te verduide lijken. De heer M. .T. Kuns t, hoofdbestuurder rlnr organisatie, wekte de aanwezigen itv e,erL4 vurig slot\voord op, meer en meer de Rra.ggwriiite van hef jeugdwerk te loeren en te doen kennen. Plet moet in de allereer ste plaats gaan om de eere Gods. De Ned. Bond van Chr. Fabrieks- erf Transportarbeiders kan met genoegen op deze welgeslaagde conferentie terugzien. ♦r VOOGDIJRADEN Aan H. AV. A. Voorhoeve Ia eervol ontsfef? verleend al, lid van den Voogdijraad te 'a-Her, Nederlandsche rui ters naar Amerika om met hun paar den deel te nemen aan de concours- hippiques te New- York en Toronto. Van links naar rechts: luit. van Schalkbaron Sir- tenia v.Grovestins, It. jhr. v. Lennep en It. Greter. Feuilleton EEN AMERIKAANSCHE GESCHIEDENIS door Paul Hutchens (21 Gerald verwachtte, dat hij hem zou hooren wegrijden, maar alles bleef stil. Vaag kon hij hem zien, door een open plek in het dikke gebladerte van de boschjes. Hij had Geralds cliauf feurspet opgezet en zat achteloos achter het stuurwiel, nu en dan de straat afkijkend, alsof hij met smart op iemand zat te wachten. Vijf, tien, vijftien minuten gingen voorbij en nog verscheen «iemand. De touwen om z'n polsen deden pijn, en Gerald kreunde van pijn toen hij probeerde zichzelf tc bevrijden. Als hij los kon komen, zou hij dwars door het park loopen om zo? gauw mogelijk Tim te kunnen helpen. Het was duidelijk dat de man in de taxi geen ander was dan de geheimzinnige passagier .van dij morgen en Gerald overwoog, dat hij óf een medeplich tige moest zijn van den moordenaar van Barloman, óf zelf de moordenaar was. Langzaam kropen de minuten voorbij. Daar stond hij nu, gebonden, en met een doek voor z'n mond, terwij! Tim mis schien in groote moeilijkheden verkeerde. Waarom had hij zijn belager niet neer kunnen slaan? Maar zelfs toen hij zichzelf zoo uitschold, begreep hij dat 't de reinste dwaasheid geweest zou zijn om te probeeren zich te verzetten, 't Was verstandig, da' hij gehoorzaamd had aan die ruwe bevelen. Toen dacht hij er met plotselinge hoop aan, dat z'n moeder voor hem gebeden lvad, en dat God altijd haac gebed .verhoord scheen te hebben. Het leek wel alsof er een onzichtbare macht was, en als er een God was, moest Hij hier ook zijn. En in weerwil van zijn eigen opvattingen, samengesteld uit de verschillende en over vloedige uitspraken hierover van heidensche philosophen en neergelegd in de'taal van zijn professor op de universiteit in weerwil van die philosophie, die geen geloof in een Persoon lijk God wilde toestaan, was er toch in do diepten van zijn ziel een vaag iets, dat geen gedachte aan oen anderen God toeliet, dan aan dien God, Die nabij was en voelde voor het lot van de menschen. liet verbaasde hem zelf, dat de gedachten aan bevrijding uit oogenblikkelijken nood, zoo onlosmakelijk verbonden waren aan gedachten over het onbekende en den Onbekende. Een tak kraakte achter hem. Een straal licht scheen een oogenblik in z'n gezicht cn clan was alles weer donker. „Sst. Hou je slil, dan heb ik je in een wip los." Het was Tims stem. De clock voor Geralds mond werd al dadelijk weg gehaald. Gerald, geschrokken van de lichtstraal in z'n gezicht en ver- bajasd over de onverwachte verschijning van Tim, fluisterde heerscli: „Dank je wel, kameraad. Hoe heb je ooit kunnen vinden, dat ik hier was?" „Dat dacht ik maar", fluisterde Tim. „Of anders verhoorde Jezus mijn gebed de eerste keer, dat ik werkelijk Hem ergens dringend om bad. En als Hij mijn gebed verhoord heeft, moet Hij 't zeker gauw gedaan hebben ook! Jongen! Hij moet de dingen vlug kunnen doen, als Hij dat wil. Daar." Met z'n zakmes had Tim Gerald spoedig vrij en alles was zoo vlug en zoo stil gegaan, dat dc man in de taxi ongeveer dertig Meter verder niets bizonders opgemerkt had. „En nu", commandeerde Tim. „Als je 's een man wil zien huilen, echte tranen met flesschen vol, moet je maar met me meegaan. D'r is een vent bij de Raynors, die al tien minuten aan 't huilen is. O jongen, je moet 'm zien!" „Wacht eens", zei Gerald zachtjes. „Ik moet m'n wagen terug als het kan. D'r zit een man in, ik geloof den man, die jij van daag bij Barloman gezien hebt. Ilij heeft de sleutel en alles." „Dat bedoel ik", fluisterde Tim. „Ik ga hem met een traan- gasbom bewerken. Dan hebben we twee huilende kerels in plaats van één." Voordat Gerald liem tegen kon houden, was Tim voorzichtig om, dc boschjes heen gekropen. Plat op z'n buik schoof hij vopruit over de grond, langzaam achter de taxi kruipend. Ademloos wachtte Gerald, verlangend in Tims plaats te zijn. zelf het gevaarlijke werk op te knappen. Toch durfde hij zich niet bewegen of spreken, want hij wist zeker, dat als Tim gezien zou worden, de man hem zonder gewetensbezwaren neer zou schieten. Zijn handen zochten bij de stukken touw, die om z'11 polsen gezeten hadden, totdat hij er een paar gevonden had lang genoeg om nog eens gebruikt te worden. „Tim is zoo handig als 't maar kan", dacht hij. „Hij sneed zelfs het touw zoo door, dat het nog eens gebruikt kan worden. Wie zou daaraan gedacht hebben?" Hoe had Tim kunnen weten, dat hij hier vastgebonden was? Er was natuurlijk niets voor te zeggen, dat Jezus z'n ccbcd verhoord zou hebben. Alles behoefde niet aan Goddelijke tusschenkomst toegeschreven te worden. Aan de andere kant zou het niet goed zijn Tims geloof te verzwakken, evenmin als z'n ambities op recherche-terrein. Het bleek wel, dat Tim meer dan gewone aanleg daarvoor had. Als hij er eens werkelijk in slaagde den moordenaar van Barloman gevangen te nemen? Terwijl Gerald naar de langzaam bewegende gestalte van Tim keek. even zichtbaar in de schaduwen, werd hij, zelfs ondanks z'n bezorgdheid, eerlijk trotsch op hem. „Kleine kameraad", fluisterde hij. ,,'t Is een beste jongen." Het gebeurde alles zoo vlug en onverwacht, dat de man achter het wiel op niets verdacht was. Tim kroop stil door naar dc wagen toe, zijn gestalte verborgen in de schaduw die over het terrein geworpen' werd door het verre schijnsel van een straatlantaarn.- Op vijf of zet voet afstand van dc auto, fluisterde hij tamelijk hard iets. Toen de man zich omdraaide, haalde Tim de trekker over van het pistool, dat hij in z'n hand hield. De ontploffing was niet hard, maar. de uitwerking was onmiddellijk en hevig. Onder een stortvloed van ver- wenschingen liet de man een- jammerkreet hooren. Z'n revolver ging af in de lucht en viel dan op de bodem. Z'n handen zochten wanhopig naar z'n zakdoek en z'n lichaam vertrok van smart. De wind woei al gauw het overvloedige gas weg, maar kon de uitwerking van de bom op den man, die de volle laag gekregen had, niet verhinderen. Gerald en Tim kwamen aan gerend en hadden hem in een oogenblik stevig gebonden. Ze zetten hem op de achterbank van de taxi en reden voldaan weg. „Je bent reusachtig", prees Gerald. „Je zal mij nooit meer gekheid hooren maken over jouw detective-neigingen, nooit!" „O, dat is goed", antwoordde Tim nederig. „Dit had iedereen kunnen doen, die z'n hersens gebruikt Bovendien, als iemand Jezus aan z'n zijde heeft, kan hij alles doen, denk je niet?'' „Misschien", vond Gerald. „Dat denk je toch, is 't niet? Is er niet een of ander vers in den Bijbel, dat zegt dat iemand alles doen kan, door Christus die hem sterk maakt, of zoo iets?" Gerald stemde toe, dat dat er was, maar sprak zijn werkelijke! opinie in deze zaak niet uit. Voor hem was het alleen een samenloop van omstandigheden, die gemaakt had, dat alles zoo goed afgeloopen was een samenloop van omstandigheden plus Tims verstand. „Misschien kan je me nu vertellen, hoe je wist, dat ik daatf in dat park vastgebonden was", vroeg hij, naar zijn „kleinen kameraad" kijkend. (VVor 1 vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 5