CATARRH rU)aa)i d& Madm^ oveA, VEILIGHEIDSWEEK VAN DE K.N.A.C. GOUD EN VUUR VRIJDAG 18 OCTOBER 1935 DERDE BLAD PAG. 9 DREIGENDE PRIJSSTIJGING De heeT Schalker stelt vragen Het Tweede Kamerlid Schalker heeft aan de Ministers van Handel, Nijverheid en Scheepvaart en van Landbouw en Vissche- rij gevraagd, of het de Regeering bekend is, dat de door haar genomen maatregelen tot verhooging van de monopolieheffingen op granen en vleesch, tot aanzienlijke prijsver- hooging van brood en vleesch dreigen te voeren? Is de Regeering niet van meening, aldus de heer Schalker, dat harerzijds, nu reeds een groote prijsstijging van tal van eerste levensbehoeften door andere oorzaken plaats vindt, niet enkel daartegen behoort te wor den opgetreden, doch dat alles moet wor den in het werk gesteld om verdere prijs stijging te voorkomen? Is de Regeering bereid de in de eerste vraag bedoelde maatregelen ongedaan te maken? De broodprijs in Amsterdam Met 1 cent verhoogd De samenwerkende broodbakkerspatroons vcreenigingen te Amsterdam deelen mede, dat met ingang van Maandag 21 October do netto-minimum-prijzen voor wit water brood, alsmede tarwe- of bruinbrood, afge haald aan den winkel, zijn bepaald op li cent; gesneden brood 1 cent hooger. Üe óverige broodprijzen worden dan eveneens met 1 cent verhoogd. Voor bezorgd brood wordt minstens 1 cent meer berekend. S. te Gussinklo t Te Aalten is op 77-jarigen leeftijd over leden de heer S. te Gussinklo, die lange jaren een vooraanstaande figuur in deze gemeente is geweest. Hij was lid van den gemeenteraad geweest voor de A.R. Partij. Van de oprichting in 1903 af was hij be stuurslid der coöp. boerenleenbank en voor zitter van de coöp. zuivelfabriek. Hij was ook poldermeester der afdeeling Slinge- beken van het waterschap den Ouden IJs- sel en commissaris der N.V. de Graafschap te Aalten, voor het uitgeven van periodie- OFFICIEELE BERICHTEN CONSULATEN Jd-Afrika. De heer K. J. Bos ls benoemd tot consul der Nederlanden te Mon rovia, Liberia. De heer J. Jakobsen ls benoemd LAND. EN ZEEMACHT De kapitein-luitenant ter zee J. A. Sonnen- bers is eervol ontheven van de betrekking van ondercommandant der marine te Vlissingen en van het bevel over Hr. Ms. wachtschip aldaar .en met die batrekking en dat bevel Is belast de kapiteli ■■■■■■■■I H. Stad. Benoemd en aangesteld zijn tot res.-offloier van gezondheid der tweede klasse de dienst plichtige vaandrigs van de le compagnie hos pitaalsoldaten F. _W. A. baron van Asbeck, P. ONDERSCHEIDINGEN Aan de na te noemen personen Is verlof verleepd tot het aannemen der achter hun namen vermelde vreemde ordeteekenen, te we ten: W. ridder Huyssen van KattendUke te Praag, het grootkruis der Militaire Orde van Christus van Portugal; mr. C. G. W. H. baron van Boetzelaer van Oosterhout. te BerlUn, het Leopold II L. van Rijn, gedelegeerde van Nederland bij het Intern. Landbouw-ins'tituut te Rome. het commandeurskruis 2de klasse der Orde van Wasa van Zweden; dr. C. L. M. de Visser te Milaan, het ridderkruis der Orde van de Kroon van Italië. Aan mevr. J. M. van HengelCou- rlng der Fransche Republiek tot d'Academie. Toegekend is de aan de Orde van Oranje Nassau verbonden eere-medaille ln zil ver aan J. Wassenaar te Leiden. Behoemd is tot officier In de Orde van Oranje-Nassau de majoor van dep generalen staf van het Kon. Ned. Indisch leger W. Schilling. OPZICHTER DOMEINEN Aangesteld ls tot opziener der domeinen te Nijmegen P. de Putter. P.T.T. Aan den hoofdcommies btf het hoofdbestuur der F.. T. en T. G. M. baron van Utenhove, ls eervol ontslag verleend. wordt gewoonlijk gebaat door de dampen van VOOR AUE VERKOUDHEDEN Opheldering gewenscht Met krasse woorden heeft minister Colijn onlangs de geldspeculanten verooroeeld, die een vlucht in vreemde valuta aanmoedig den. Maar, zoo herhaalt de Vrijz. Demo- „voor het Nederlandsche volk en haar re geering blijft nog steeds de vraag open: Bestaat de mogelijkheid, dat de speculatie in die Juli-dagcn bevordero kan zijn door de loslippigheid van departementsleden? 't geen „De Opmarsch" ('n orgaan van de R.K. Staatspartij) aldus motiveerde: „Wij kunnen er anders geen verkla ring van geven, hoe het komi dat, terwijl 23 Juli de Tweede Kamer in groote span ning des avonds negen uur bijeenkwam om te hooren wat de Regeer ing zou ant woorden. men op diezelfde avond om zeven uur te Parijs reeds wist, dat de heer Colijn de beraadslagingen zou schorsen. Evenmin weten wij een andere verkla ring voor het feit, dat men 29 Juli reeds in de namidadg in Londen wist te vertel len, dat Colijn geslaagd was, iets wat in Nederland pas 's avonds laat bekend werd". „Zoo bezien kan men zeggen, dat te Parijs 'n tip aanwezig was om uit en te Londen om in de gulden te gaan. Een duidelijk antwoord mag ten deze van de Regeering worden verwacht, c.q. door de bevoegde organen gevraagd wor- Gezagshandhaving In -een vergadering der N.S.B. te A m- sterdam moet de secretaris der beweging, de heer Geelkerken gezegd hebben: „Als anderen gaan vechten voor de Volkenbond, zal men ons niet kunnen vinden. Wij blijven tihuis". Zien wij het wel, dan zijn deze woor den niet voor tweeërlei uitleg vatbaar. Wij hebben niet slechts te doen .met on dermijning van het gezag, doch met een rechtstreeksche aankondiging, dat men van zins is, in een bepaald geval aan Ziedaar wat de N.S.B. bereiken kon. Deze moge „dappere ongehoorzaamheid" prgdiken; de S.D.A.P. komt op voor het wet tig gezag en voor militaire plichtsbeirar.i ting! De S.D.A.P. en Ned. Indië Uit een artikel in de Soc.-D emoe raat (en extra gespatieerd gedrukt) van E. van Hinte: „Stellig, Nederland heeft Nederlandsch- Indië veroverd. Wij hebben vele sporen nagelaten in dat gebied. Niet steeds goede sporen. Wij hebben meermalen op een zeer ruwe manier ingegrepen. Wij wil len de houding van ons land in de Oost historisch niet verdedigen. Maar de toe stand is op het oogenblik zoo, dat wij daar beter als rentmeester kunnen optreden totdat het gebied in staat zal zijn eigen lot in handen te nemen dan dat anderen het kunnen. Wij hebben bewezen, dat wij daartoe in staat zijn. Wij hebben bewezen, dat wij koloniën kunnen besturen in het belang der koloniën mede". Dat is andere taal dan we tot duver van soc.-dem. zijde over ons bestuur in Ned.- Indië plachten te hooren. Geen sprake van fusïe Er is in de laatste tijd zoo nu en dan sprake geweest van pogingen om samen smelting te bewerken tusschen liberalen en vrijzinnig-democraten. Zoo werd in het orgaan van de laatste groep onlangs over een bijeenkomst van de Vrijheidsbond opgemerkt, „dat op de vergadering mede ter spra ke is geweest de mogelijkheid van een fusie met de Vrijzinnig Democraten en dat een vereeniging van alle vrijzinni gen van ganscher harte toegejuicht zal worden." Nu schrijft ecliter de secretaris van de Vrijheidsbond aan de redactie van de V r ij- zin n i g-D emocraat: Het was slechts een voorstel van één onzer afdeelingen en vond in de verga dering hoegenaamd geen weerklank. Er is dus geen sprake van, dat vanwege het Hoofdbestuur eer Partij in deze richting eenig voorstel is gedaan of motie aan de orde is* gesteld. De genoemde redactie voegt hieraan toe, dat bet orgaan der liberalen dan wel iets duidelijker had mogen schrijven over een bewuste, niet openbare vergadering; maar op fusie tusschen bedoelde partijen schijnt zij niet erg gebrand te zijn, want het slot luidt: Het verheugt ons overigens, dat er t.a.v. dit onderwerp, zij het in negatieve zin, zoo treffende harmonie blijkt te be staan tusschen de Liberale Staatspartij en ons. Het voorgevallene bewijst n.o.m. opnieuw, hoe ongewenscht het is alge- meene vergaderingen van politieke par tijen achter gesloten deuren te houden. Bescheidenheit ist eine Zier Niet begroeten doen wij echter zure, be vooroordeelde, verpolitiekte critiek, als het antirevolutionaire weekblad „Patri monium" zich veroorlooft. Dat de samen stellers van het Plan tot het wetenschap pelijk puik der natie behooren, wordt door ieder erkend, die niet door partij zucht verblind is. Dat de redacteur van het blaadje, het Kamerlid Smeenk, niet in hun schaduw kan staan, zal ook door geen ter zake kundige betwijfeld worden. Toch matigt hij zich aan te schrijven, dat de groep die het Plan na gezette studie opstelde, „wel zeldzaam oppervlak kig redeneert", dat het „op papier niet zoo moeilijk zou zijn nog veel grooter ver mindering der werkloosheid te becijferen dan geschiedde, smaalt hij over „koop krachtgecijfer" en verzekert hij parman tig, dat in weerwil van „vele maanden studeeren" de zaak der openbare werken „niet ernstig onder de oogen gezien" is. Ja, hoe kon de heer Smeenk, die nooit iets van economie deed of er één letter over schreef, zóó vergeten, dat we een nieuw „denkend deel" der nalie gekregen hebben, en dat men over de wijsheid van het wetenschappelijk puik der natie", slechts eerbiedig en schuchter schrijven mag Opvoeding tot veilig verkeer is nog steeds noodig Het wachtwoord van de moderne tijd De K.N.A.C. zal van 20 tot 27 October a.s. haar vijfde Veiligheiflsweek houden. Deze vorm van opvoeding tot veilig ver keer op onze wegen is nog steeds noodig. De gevaren op den weg nemen toe, maar het publiek stelt zich in het algemeen nog te weinig in op de bedreiging, die in het tegen woordig verkeer celegen is. De Kon. Ned. Automobiel-Club acht het daarom als te be hooren tot zijn taak om alles wat mogelijk is in het werk te stellen, opdat de wegge bruikers worden opgevoed in de goede rich ting. Daarom ijvert zij in de eerste plaats in eigen kring voor het veilig rijden door auto mobilisten. Een bijzondere propaganda voor de Vei ligheidsgedachte keert telken jare terug in de Veiligheidsweek. De wegpaedagogiek is en blijft actueel. Een zeer breed terrein ligt nog ter bewerking voor haar open. Veilig verkeer is een vraagstuk ge worden van meer dan gewone beteeke- nis, om de eenvoudige reden, dat het beheerscht wordt door vele en zeer vefschillendè factoren, welke de mensch niet alle in de hand heeft. De moderne verkeersmiddelen, als auto mobielen en motorrijwielen, zelfs rij wielen in sommige gevallen, zijn ma chines. welke naast het vele ingenieuse dat zij, dank .zij hun ontwerpers, be zitten, toch een belangrijke factor mis sen, nl. het menschelijk denkvermogen. Alles hangt van den mensch af. Verkeersveiligheid is het wachtwoord van deze moderne tijd. Maar zal zij groeien, dan zal de mensch zich moeten inspannen om het technisch-onvolmaakte door grooter voorzichtigheid te compenseeren. Daarop zal de nu te houden veiligheidsweek nog eens extra de aandacht kunnen vestigen. De K.N.A.C betrekt in haar actie niet al leen de automobilisten, maar ook voetgan gers. wielrijders en motorrijders. In alle krin gen van weggebruikers bestaat nog een te kort aan kennis van de grondslagen, waar op een modern veilig verkeer mogelijk is. Wanneer eert wielrijder zich niet kan rea- liseeren. dat een hem achteroprijdende auto een bepaalde afstand noodig heeft om tot stilstand te worden gebracht en dus niet aan het simpele uitsteken van een arm het recht mag ontleenen, plotseling een weg over te steken, zoolang zal meft de grondslag voor een veiliger verkeer moeten ontberen. Even- zal de voetganger zich zonder nooozaak niet dan na zich terdege op de hoogte te hebben gesteld of er geen snelverkeer na dert. op de rijweg behooren te begeven. Juist in deze tijd van regen, mist en val lende bladeren is voorzichtigheid van allen die zich op straat en weg begeven geboden; veel grootera voorzichtigheid nog dan an ders. Op een zeer origineele wijze zal de K.N.A.C. ditmaal de aandacht vestigen op de veilige verkeersgedachte. Er is een z.g. Verkeersp aed a goo g ontstaan. Deze rijdende verkeersopvoe- der waarover morgenavond nader zal zich gedurende de Veiligheids- week op onze wegen vertoonen en zijn wijze lessen uitdeelen aan iederen weg gebruiker, die deze noodig blijkt te hebben. In hetzelfde licht dient men den Eersten Wegverkeersdag te beschouwen, welke in het midden van de Veiligheidsweek, n.l. op Woensdag 23 dezer in een der zalen \'an het Kon. ZoöL Botanisch Genootschap te 's Gra- venhage zal worden gehouden en waarop door niet minder dan vijftien sprekers van naam op verkeersgebied het woord zal wor den gevoerd. A.N.W.B.-stertocht naar Nijmegen Bij opening van de brug over de Waal Er zijn besprekingen gevoerd tusschen den burgemeester van Nijmegen en het bestuur van den Kon. Ned. Toeristenbond A.N.W.B., welke tot gevolg hebben gehad, dat -ie A.N.W.B. ter gelegenheid van de opening an de brug over de Waal bij Nijmegen in Juli 1936 een Stertocht zal organiseeren naar Nijmegen voor automobilisten, motorwiel rijders, wielrijders, wandelaars, ruiters en watertoeristen. De A.N.W.B. overweegt eveneens hieraan te verbinden de jaarlijksche gadering van den Boni. Voorkoming van particuliere machtsvorming Wetsontwerp spoedig te wachten Binnenkort zal verschijnen het in d« Troonrede aangekondigde wetsontwerp ter voorkoming van particuliere machtsvor ming op het terrein der Overheidstaak. Venvacht mag worden dat de regeering beoogt hiermede een eind te maken aan op militaire leest geschoeide afdeelingen, b.v. de W. A. afdeeling van de N. S. B., die op den jongsten landdag te Den Haag defi leerde. BRAMMETJE FLAPOOR EN Z'N VRINDEN door G. T. ROTMAN 19. Tom wist echter, wat dat vreemd soortige ding was. Het was een vlieg machine. „De man, van -ien het vliegtuig is, zal hier wel in de buurt zijn", opperde Bram. „Misschien wil hij wat uitrusten en kijken, waar hij is!" Hoe ze echter ook rond keken, nergens zagen ze iemand. „Kom, jongens!" ze: Bram opeens, „we moeten ons haasten; dadelijk bemerken de Bedoeïnen, dat we we-; zijn en komen ze ons achterna!" 20. „Ik eet wat! Ik weet wat!" juichta Tom opeens „ik zal een boon wezen, als we die vliegmachine niet op gang krijgen, en dan v 1 i e g j n we naar huis! Dan weet j« vader des te auwer, wat ei gebeurd is en kan hij de roovers misschien "nog bijtijds te pakken krijge"!" En jawel hoor, onze drie deugnieten kropen achter elkaar in de vliegmachine! (Wordt Maandag vervolgd Feuilleton EEN AMERIKAANSCHE GESCHIEDENIS door Paul Hutchens (18 Hij keerde terug, met eten zorglijke uitdrukking op z'n ge zicht. 't Was toch eigenaardig! Waarom kon iemand niet aan de Bijbel en God twijfelen, zonder al de tijd te moeten twijfelen of hij wel werkelijk twijfelde? Hij ging weer zitten en begon het krantenartikel te lezen, waarvan de kop in vette letters luidde: „Jongeman doodt z'n moeder en pleegt daarna zelfmoord" Het artikel luidde: Teleurgesteld in de liefde en overtuigd, dat „de dood alleen een chemische verandering is", schreef de 22-jarige student Clarence Right van de Orangetown Universiteit als zijn besluit op, „deze verdorven wereld te verlaten" en zijn moeder „met zich te nemen." Right doodde z'n moeder, Mrs Martha F. Right, 52 jaar oud, Zondagavond, in de slaapkamer van hun huis op goeden stand hier ter stede en joeg daarna zichzelf een kogel door het hoofd. Toen Gerald het artikel gelezen had staarde hij zonder iets te zien voor zich uit, terwijl een verontrustende vraag zich aan zijn geweten opdrong. Waarom had z'n eigen moeder de deur Van haar kamer gesloten en op slot gedaan? 't Was waar, dat ze het dikwijls deed, als ze bad, maar dan Met die verontrustende gedachte kwam een vers uit de Bijbel Öat hij z'n moeder dikwijls had hooren aanhalen: „Zooals een faensch denkt in z'n hart zoo is hij." Z'n gezicht kreeg een angstige uitdrukking. Zou z'n moeder werkelijk bang van hem De tele'oon ging. Meneer Raynor belde op. Toen Gerald de hoorn opgehangen had ging hij dadelijk naar z'n moeders kanjer, en voelde aan de deur, terwijl hij luisterde, daarop haastte hij zich naar Tims kamertje. Waar was Tim? Zijn moeder had niet over hem gesproken en voor een poosje had hij alles over hem vergeten. Misschien was hij in z'n kamer. Toen hij klopte kreeg hij echter geen antwoord. In z'n eigen kamer vond Gerald een briefje, in een jongens achtig schrift gekrabbeld en onderteekend: „Tim, privé- detective". „Beste Gerald", begon het. „Ik heb de krant gelezen en ben den moordenaar op *t spoor. Kom om half twee bij de Raynors als je wil helpen. Breng eten touw mee en hou je stil." „Die kleine aap", dacht Gerald. „Dat jong zal zich met zoo 'n misdaad inlaten! Ik denk, dat ik hem nou maar moet helpen, anders zal hij me voor 'n lafaard houden." Hij ging terug naar de huiskamer, waarbij hij langs z'n moeders kamer kwam. Hij kon haar nog steeds hooren bidden. Hij dacht na. Wat had ze toch gezegd over die nieuwe pianiste op de missie en dat hij haar 's morgens naar de Raynors gebracht had? Hij kon zich alleen maar één bezoek herinneren, dat hij daar dien dag gebracht had en dat was met de jonge dame die nu in het mysterie van den moord op Barloman betrokken was. Ineens begreep hij het Dat was het! Het meisje, dat hij dien morgen gereden had, was de nieuwe pianiste waar z'n moeder het over gehad had. Hij was zoo gelukkig geweest haar aan te treffen. Maar nee! Z'n moeder had gezegd, dat ze uit New-York kwam en hij had haar bij 't huis van Barloman ontmoet Had ze niet iets gezegd over haar moeder, die pas gestorven was? Ja, dat wist hij zeker. Dat had hij net aan Meneer Raynor door de telefoon verteld. Ze scheen ergens erg van geschrokken te zijn, alsof ze iemand ontvluchtte. Was het mogelijk? Hij keek nog eens naar de foto van het meisje. De gelijkenis was heel duidelijk. Maar het was hem onmogelijk zich haar voor te stellen als een moordenares. Een meisje met zoo 'n gezicht! Hij moest met z'n moeder spreken, zij zou kunnen helpen. Maar hij durfde haar nu niet te storen, terwijl zij bad. Dat had hij nooit durven doien. Zou zij de krant gezien hebben? Vast en zeker niet, anders zou ze 't gezegd hebben, 't Was niet mogelijk, dat ze de foto van het meisje gezien had, en haar niet herkend had als degene, die dien avond op de missie gespeeld had. Gerald ging niet yerder in z'n pogingen om het raadsel op te lossen. Waar zou hij zich druk voor maken? 't Was zijn zaak liet Daar was de politie voor. 't Was het verstandigst om er iich maar niet mee te bemoeien. Maar toch moest hij Tim helpen. Tim zou zichzelf wel eens in ernstig gevaar kunnen brengen en hij zou 't zichzelf nooit vergeven, als hij geen poging gedaan had om hem te helpen. Weer keek hij de kolommen Van de krant door naar nieuws, dat misschien licht op het geheimzinnige geval kon werpen, 't Was ongeveer acht uur, toen een geheimzinnig telefoontje op het hoofdbureau van politie hen gewaarschuwd had, den moordenaar van Jaird Barloman op te zoeken. Men had gezegd, dat er in zijn woning een schot gehoord was, en dat er bloedsporen op gebroken glas in het laantje achter z'n huis gevonden waren. Dat was alles geweest. Pogin gen om uit te zoeken, wie opgebeld had, waren vruchteloos geweest. Politie en detective hadden bij aankomst in het huis van de moord, dat ze door het gebroken raam aan de achter kant binnenkwamen, Barloman's lijk in de provisiekamer ge vonden, waarvan de deur met stoelen en 'n tafel uit de keuken gebarricadeerd was. Het glas uit het gebroken raam lag in duizend stukken verspreid. „Men gelooft dat Betty Dreanard, de stiefdochter van Barloman, voor de moord aansprakelijk is. Een brief, in haar kamer gevonden, bewijst dat ze 'n afkeer voor hem voelde en t plan had haar tehuis te verlaten. Een jaar geleden huwde Barloman Mevrouw Frieda Dreanard. de weduwe van John Dreanard die 15 jaren geleden plotseling stierf. Vroeger was hij mijneigenaar in Colorado; nadat hij z'n zaken aan kant gedaan had. kwam hij naar Chicago. Z'n vrienden herinneren zich nog, dat John Dreanard vroeger heel rijk was F.lisabeth (Betty) was het eenige kind, een knap, bekoorlijk en zeer begaafd meisje. Haar vrienden kenden haar als een in nemende jonge dame. Sinds de dood van haar moeder, vier dagen geleden, was ze erg bedroefd geweest en oogenschijnlijk wanhopig over haar verlies Een ander artikel handelde over de verdwijning van Molly O'Hagen, keukenmeid in het huis van Barloman gedurende twee maanden. „Men heeft geen spoor van haar kunnen vinden en de politlt verdenkt haar van medeplichtigheid aan de misdaad." Gerald ging nog eens naar de deur van zijn moeders kamer. Hij hoorde haar stem niet meer. „Moeder", riep hij. „Ja?" „Ik ga een poosje met den wagon uit". Dat was ongeveer waar. zelfs al verwachtte hij niet passagiers te vervoeren. „Hebt U niet- van Tim gezien?" „Nee, niet na ongeveer zeven uur, toen ik naar de missie ging. Z'n moeders stem klonk vermoeid en wat bezorgd, toen ze haar deur opendeed en nog even in de huiskamer kwam. „Hij zei dat hij tot na middernacht wat te doen had, dat jij er van wist en dat 't in orde was. Het is nu nog geen twaalf uur en hy houdt altijd zijn woord." Gerald nam z'n hoed. „Maak U niet bezorgd, Moeder, a!9 hij wat later komt. Ik zal wel op hem passen. Misschien komen we de eerste uren niet terug, waarschijnlijk niet voor drie uur" zei hij, op z'n horloge kijkend. Hij stopte de krant in z'n zak. Als ze nog niets gehoord en gezien had over de moord c Barloman, kon ze dat even goed pas morgen te weten komen. Toen hij zich omdraaide om weg te gaan, stak ze plotseling haar handien uit en trok hem naar zich toe: „Nee Gerald" zei ze, z'n gedachten van een paar minuten geleden lezend, „ik ben niet bang van je, ik ben alleen maar bang vuo( Je. Eens zal God mijn gebed verhooren en jij zult Hem kennen en Hem liefhebben met je heele hart En als je Hem liefhebt, zal je ook Zijn Woord liefhebben." Gerald kreeg een kleur, en verlegen sloeg hij z'n armen om haar heen. „O, dat komt we! goed", stamelde hij. „U U hoeft niet bezorgd over mij te zijn - U bent een lieve moeder voor me en ik zal om U op mezelf passen." Even later rende hij de trap af. Hij voelde zich zoo eigenaardig en hij verlangde erg weg te komen. Het was lang geleden, dat hij z'n moeder zoo 'n compliment gegeven had en haar in z'n armen genomen had. Voor zoo 'n moeder als de zijne mocht iemand wel erg dankbaar zijn. Voor 't eerst sedert maanden, had hij weer dat gevoel van warme kameraadschap, dat hen eens zoo nauw verbonden had. Als ze maar niet die ouderwet- sche ideeën had, zou alles veel gemakkelijker voor hem zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9