De rede van Hoare
Het partijcongres te Neurenberg
Zevende Christelijk Sociale Cursus
DONDERDAG 12 SEPTEMBER 1935 EERSTE BLAD PAG. 2
Hawiarata zet het Abessijn-
sche standpunt uiteen.
Verbitterde reactie in Italië'
Om 10.45 is gistermorgen de zitting van de
Volkenbondsvergadering onder enorme be
langstelling aangevangen.
De president Bcnesj vroeg en verkreeg
allereerst de goedkeuring van de Assemblee
van het gisteravond genomen besluit van
het bureau, Litwinof in het presidium op te
nemen.
Vervolgens beklom de Britsche minister
van Buitenlandsche Zaken Sir Samuel
Hoare het spreekgestoelte om zijn met span
ning verwachte rede te houden.
Hoare zeide o.a., dat de houding van de
Britsche regeering er altijd een was geweest
.van onwrikbare trouw aan den Volkenbond
en dat zij deze houding in de toekomst zal
handhaven. Het onderhavige geval is geen
uitzondering. De openbare meening heeft on
langs aangetoond dat het Britsche volk ge
heel en al de regeering steunt bij de volle
aanvaarding van de plichten, die als lid van
den Volkenbond op haar rusten
Mijn regeering, aldus Hoare, zal trachten't
hare bij te dragen bij iedere collectieve po-
ping om op een rechtvaardige en doeltreffen
de wijze het probleem te behandelen. Hoare
zeide dat deze behandeling moet geschieden
met kalmte en zonder hartstocht. Deze kalm
te en bezinning zijn onmogelijk in ern at
mosfeer van oorlog en oorlogsdreiging.
Ik geloof niet, aldus Hoare, dat er in de
geschiedenis van den Volkenbond ooit een
tijdstip is geweest dat moeilijker was voor
besprekingen en onderhandelingen dan
thans. Wij zijn hier als vertegenwoordigers
van individueele regeeringen, die zich inte
resseeren voor de individueele aanspraken
op de bescherming van hun eigen belangen,
en veiligheid. Wij zijn hier evenwel ook als
leden van een collectieve organisatie. Ieder
onzer is door zekere verplichtingen gebon
den en ieder onzer wenscht den toestand
van de wereld te verzekeren door een col
lectieve actie voor de handhaving van den
vrede en den vooruitgang.
De handhaving van de verplichtin
gen van den Volkenbond is zwaar,
doch één ding is zeker en wel, dat
indien de gevolgen van deze handha
ving moeten worden gedragen, ze ge
zamenlijk moeten worden gedragen.
Indien we risico's loopen moeten wij
ze gezamenlijk loopen.
De veiligheid van talloozen kan niet wor
den gewaarborgd door alleenstaande pogin
gen van enkelen, hoe machtig zij ook mogen
zijn. Mijn land houdt zich vast aan den Vol
kenbond met zijn nauwkeurige en duide
lijke verplichtingen tot collectieve handha
ving van het Pact en o.a. door krachtigen
en collectieven tegenstand tegen allen niet
geprovoceerde gewelddaden.
Ik geloof niet, dat het standpunt der
Britsche regeering ten aanzien van het Pact
zal worden gewijzigd zoolang de Volkenbond
een doeltreffende organisatie zal blijven en
de voornaamste brug tusschen het Vcreenigd
Koninkrijk en het Continent intact blijft.
Ik heb in het bijzonder gesproken over
Öe oprechtheid van onze idealen. Ik geef
toe, dat deze oprechtheid haar oorsprong
vindt in eigen belang, maar zij vindt tevens
haar oorzaak in het belang, dat, naar wij
gelooven, het beste is voor allen.
De economische hulpbronnen der
■wereld en de mogelijkheid van een
beter gebruik daarvan besprekende,
zeide Sir Samuel Hoare, dat de Brit
sche regeering van meening is, dat
het onderhavige probleem veeleer eco
nomisch is, dan politiek en territo
riaal
Kef is de vrees voor een monopolie over
en een achterhouden van de van essentieel
belang zijnde koloniale grondstoffen, die
ongerustheid veroorzaken; het is het ver
langen naar een waarborg, dat de verdee
ling der grondstoffen niet op onrechtvaar
dige wijze gehinderd kan worden, dat den
eisch naar een nieuw onderzoek prikkelt
Voor zoover dit de Britsche regeering
aangaat ben ik er zeker van, dat wij bereid
zouden zijn ons deel bij te dragen tot een
onderzoek naar deze problemen. Dit onder
zoek zou zich in dit geval moeten beperken
■tot de grondstoffen uit de koloniale gebie
den met inbegrip van de protectoraten en
Ik stel een vrije verdeeling voor van
'de grondstoffen onder de industrieele
volkeren, die er behoefte aan hebben,
opdat iedere vrees voor een uitslui
ting of een monopolie opgeheven zal
worden.
De vraag naar een wijziging moet
worden gerechtvaardigd door feiten
en door een vrjje bespreking van die
feiten. De rechtvaardigheid van een
eisch is niet noodzakelijk evenredig
met de nationale hartstochten, die te
zijner ondersteuning opgewekt zijn,
hartstochten, die vrijelijk kunnen wor
den opgewekt door wat ik beschouw
als eon van de meest gevaarlijke trek
ken van het moderne leven, n.l. de
regeeringspropaganda. Al te vaak
dient een kunstmatige overprikkeling
van het nationaal gevoel tot veront
schuldiging voor het verwerpen van
een verplichting of het dreigen met
geweld.
En toch moeten van tüd tot tijd verande
ringen worden aangebracht Het Volken
bondshandvest geeft zelf deze mogelijkheid
toe. Maar deze wijzigingen moeten worden
aangebracht wanneer zij werkelijk nood
zakelijk zijn en wanneer de tijd gunstig is
en niet eerder. Zij moeten worden aange
bracht door toestemming en zij mogen niet
worden gedicteerd; zij moeten worden aan
gebracht door overeenstemming en niet
door een oorlog of door bedreiging meteen
oorlog.
De leden van den Volkenbond moeten him
aandacht hierop concentreeren, evenals op
de andere aspecten van de veiligheid, wan
neer de heerschappij van de wet in inter
nationale zaken wil gevestigd en bevestigd
worden.
1 De Italiaansche delegatie bleef ditmaal
rustig zit en. Wel luisterde Aloisi met ge
spannen aandacht af de Ahessynischo ver
tegenwoordiger niets prikkelends zou zeg
gen. Maar Hawariate bleef volkomen cor-
cert.
Hij verklaarde, dat Abessynië zijn uit het
Volkenbondspact voortvloeiende verplich
tingen zal nakomen.
Binnenlandsche structueele wijzigingen
van Volkenbondsloden mogen volgens spre
ker geen voorwendsol worden tot aantasting
van de onafhankelijkheid of souvereiniteit
van staten. Mocht de Volkenbond zekere
maatregelen op politiek, economisch of fi.
nancieel gebied noodig ach'en, dan zullen
deze voorstellen door Abessynië worden be
schouwd als voorstellen van broedervolken,
die op den weg der civilisatie ver vooruit
zijn.
Het Abessvnische volk, aldus Hawarate,
verkeert in gevaar zijn nationale zelfstan
digheid te verliezen. Wij hebben tegenover
dit gevaar, hoewel men ons barbaren
noemt, een groo'e lankmoedigheid aan den
dag gelegd Wij respecteeren alle naties,
ook die zich als onze vijanden beschouwen.
De Abessynsche vertegenwoordiger hield
zirh vervolgens bezig met de Italiaansche
verwijten op cultureel gebied en verklaar
de, dat de beschaving er door wordt ver
rijkt, dat ieder op zijn gebied daartoe bij
draagt.
Door geweld kan op den duur geen betere
wereld worden geschapen, aldus riep spre
ker uit. De Abessynische regeering is zich
er van bewust, dat haar land groote ex pan
siemogelijkheden biedt. Men moet evenwel
denken aan de economische wereldcrisis,
die het gevolg is van overproductie en niet
nog meer mag worden verscherpt
Men verwijt Abessynië voorts de slavernij
Deze is evenwel niet door Abessynië uitga
vonden. Slavernij is overigens een relatief
begrip en kan ook vaak worden aangetrof
fen. waar men mot vrije menschen te doen
heeft, die bijv. onder het juk der machines
staan.
Ook ls Abessynië zich er van be
wust, dat de menschen bevrjjd moe
ten worden. De regeering heeft in de
laatste jaren op dit gebied groote
pogingen ondernomen, het vereischt
evenwel tijd de plannen ten uitvoer
te brengen, aangezien de zeden des
lands zich eerst moeten aanpassen
aan de nieuwe eischen.
Door geweld zal men Abessynië evenwel
niet kunnen winnen. In iedere oorlogsactio
zouden ook de andere gekleurde volken een
gevaar voor hun bestaan zien. Zij zouden
hun vertrouwen verliezen in de avondland-
sche beschaving. Het is gemakkelijk een
zwakken staat te beschuldigen wegens bar-
baarsche toestanden. Het is evenwel noch
in overeenstemming met de gerechtigheid
noch met de waarheid op grond van derge
lijke beschuldigingen zijn realistische plan
nen ten uitvoer te leggen.
Hawarate sloeg vervolgens de in
stelling van een commissie van onder
zoek voor en deelde namens den Kei
zer mede, dat Ethiopië alle redelijke
voorstellén, welke in een geest van
Verzoening zouden worden gedaan,
zou aanvaarden.
Andere sprekers
Nog vier andere sprekers volgden op den
Abessvnischen vertegenwoordiger, n.l. de ge
delegeerden van Australië, Hongarije. Noor
wegen en Oostenrijk
Bruce (Australië) en Koth (Noorwegen)
sloten zich, wat de Abessynische kwestie
betreft, geheel bij het betoog van Hoare aan
De Keizerin van Abessynië
voor de radio
In de Dinsdagavond j.I. door de Keizenn
van Abessynië voor alle vrouwen der we
reld gehouden radiorede, riep zij met vuur
uit- „Dat de hemel ons beware voor zulk
een beschaving, die rouw brengt en ver
woesting veroorzaakt".
De Keizerin had het o.a. over de „mach
tige legers, die zich gereed maken, om ons
land te bezetten, onder het bedriegelijke
voorwendsel, beschaving te brengen aan ons
vreedzaam herdersvolk, dat dicht bij de
natuur leeft in gemeenschap met God"
„Op alle breedtegraden en onder alle kli
maten hebben de vrouwen den vrede lief.
aldus zeide de keizerin voort9, zij hebben
een afkeer van bruut geweld.
Italiaansche zoowel als Abessynische moe
ders lijden bij de gedachte aan het onher
stelbare kwaad, dat een oorlog zou kunnen
teweegbrengen.
Abessynië verlangt slechts naar vrede.
Zijn geweten is gerust. Hij bereidt den
vreemdelingen, die er op eerlijke wijze ko
men werken, een broederlijk welkom.-'
De Keizerin besloot haar rede met een
beroep op alle vrouwen ter wereld, eensge
zind te bidden, om de misdaad van een oor
log te verhoeden en haar invloed uit ce
oefenen op de staatslieden ten gunste van
de rechtvaardigheid en den vrede.
Donderdag zal ook de Keizer voor de
radio een rede houden.
Uit Londen wordt gemeld, dat de radio
rede van de Keizerin vermoedelijk opzet
telijk door een onbekende is gestoord.
De Negus verlaat Addis Abeba
De, Keizer en de Keizerin van Abessynië
treffen voorbereidingen voor hun vertrek
van Addis Abeba naar het op 100 K.M. af
stand vairMagdala gelegen Desaye, voc
geval een oorlog mocht uitbreken.
De troonopvolger, die thans te Desay»»
verblijft, zal naar Addis Abeba komen.
De Abessynische regeering heeft het vol-
eende communiqué gepubliceerd:
„De geruchten, die hier onlangs de ronde
hebben gedaan, dat het Italiaansche offen
sief was bepaald op 2-i September, hebben
in regeringskringen geen ongerustheid ge
wekt.
Het bericht, dat de Keizer denzelfden da
tum gekozen zou hebben voor het Abessyni
sche offensief tegen Eritrea en Italiaansch
Somaliland, is volkomen onjuist en in
strijd met de vredelievende houding, die de
Abessynische regeering steeds heeft aange
nomen."
Vrouwelijke soldaten
Het eerste bataljon vrouwelijke soldaten
staat gereed uit Addis Abeba naar 't front
te vertrekken, zoodra de vijandelijkheden
uitbreken. Het bataljon is georganiseerd
door een rijke jonge vrouw, die het bevel
voert. Het is bewapend met nieuwe auto
matische Mauser-geweren, waarvan het
meerendeel evenwel van oud model is
Laval spreekt Vrijdag.
Fransch optimisme over Hoare's rede
PARIJS, 12 Sept- De Oeuvre valt de uit
eenzettingen van Sir Samuel Hoare zonder
voorbehoud bij en schrijft, dat de Engelsch-
Fransche samenwerking thans opnieuw
bezegeld waardoor de international orde
kon worden gered.
Aan een vreedzame oplossing, aldus de
„Oeuvre", van het Italiaansch-Abessijnsche
geschil geloofd geen mensch meer. Baron
Aloisi heeft reeds verklaard, dat de Ita'i-
aansche delegatie in Geneve niets meer te
zoeken heeft, want de verklaringen van
den Engelschen minister van buitenland
sche zaken zouden beteekenen, dat Enge
land op zijn hoogst bereid is tot economi*
sche concessies.
Op de vraag van een Nederlandsche ver
tegenwoordiger of men nog kan hopen den
oorlog te verhinderen, zou Aloisi hebben
geantwoord, dat er nog hoop kan bestaan
hem te localiseeren, maar dit hangt niet
van Italië af.
ROME, 12 Sept. De Noord-Italiaansche
bladen geven openlijk uiting aan hun af
keer van de door Sir Samuel Hoare in Ge-
nève uitgesproken redevoering.
De Corriera della Sera spreekt van eon
teleurstellenden indruk en noemt Hoare
een immoreel moralist, wiens uitlatingen
als diplomaat den toestand wat het Itali
aansch-Abbessijnsch conflict betreft, geens-
ins heeft verbeterd.
De Stampa uit Turijn schrijft, dat de rede
an Hoare een monument van huichelarij
5. Het blad noemt terloops in dit verband
ook de houding van Duitschland tegenover
Italië, welke houding het blad voorbeeldig
acht.
KROONRAAD TE ABBIS MEBA
Abbis Meba, 11 Sept. Woensdagmiddag
kwam de Kroonraad van Abessynië bijeen.
Naar van de grens van Eryttrea wordt ge
meld, zijn de Abessynische troepen in de
eerste linie, ter sterkte van ongeveer 18000
man eenigszins teruggetrokken, om nieuwe
conflicten te voorkomen.
300 ENGELSCHE VLIEGTUIGEN IN
EGYPTE
Cairo, 11 Sept. Alhier wordt medegedeeld,
dat het aantal Engelsche vliegtuigen in
Egypte thans ruim 300 bedraagt.
Bede van Rudolf Hess
Hitiers plaatsvervanger Rudolf Hess heeft
gistermorgen den nat-soc. partijdag te
Neurenberg geopend met een rede waarin
hij o.m. er op wees, dat sinds den partijdag
van het vorig jaar de weder-invoering van
den algemeenen dienstplicht plaats vond:
het nieuwe begin van de Duitsche vrijheid
en de herovering van de Duitsche eer en
het geljjke recht naast de andere volken
der wereld.
Proclamatie van Hitier
Gouwleider Wagner uit München heeft
daarna een proclamatie van Hitier voorge
lezen.
Deze begint met de toestanden van thans
en 15 jaar geleden naast elkander te stellen.
De werkloosheid verminderde van 6 tot 1%
millioen.
In de onrust en onzekerheid, het zwakke
recht en den schijn die de wereld regeert,
is zwak zijn gevaarlijk. Daarom waardeeren
de nat.-socialisten het herstel der Duitsche
nationale weermacht.
Het Duitsche volk kan thans rustig
leven, in vriendschap met zijn nabu-
De nationaal-socialisten worden erkend als
de voornaamste hinderpaal voor de uitvoe
ring der bolsjewistische voornemens in
Europa. Zelf heeft het nat-soc. tegen geen
enkele Europeesche natie agressieve bedoe
lingen.
Om het bolsjewisme te breken zal de lei
ding er niet voor terugschrikken indien
noodig zekere functies die niet op het ter
rein van den staat liggen, over te dragen
aan de instellingen, die voor de oplossing
van een zoodanige taak beter geschikt
lijken.
Hitier gaat in zijn proclamatie voorts
in op
de gevaren van de politiseeren-
de confessies. Dit geschiedt om
dat wjj daarin slechts de ons van
oudsher bekende met het Marxisme
verwante verschijnselen zien.
Hjj zeide, dat de partij niet strijd
wil voeren tegen het Christendom, maar
dat de nat.-soc. staat onder geen omstan
digheden zal dulden, dat langs welken weg
ook de verpolitieking der confessies door
gezet of opnieuw begonnen wordt.
Het zal daarbij gaan tegen die pries
ters, die politici hadden moeten wor
den en geen zielzorgers.
De nat-socialisten willen dezen strjjd niet,
omdat zij het joodsc.h-bolsjewistisch gevaar
te duidelijk zien dan dat zij niet zouden
wenschen alle krachten aaneen te sluiten
voor de bestrijding daarvan.
Wij hebben, zoo gaat de proclamatie
voort, drie vijanden in onzen 15-jarigen
strüd leeren kennen, die alle drie dezelfde
schuld hebben: 1. Het Joodsche Marxisme
en de met hetzelve verwante parlementaire
democratie. 2. Het politiek- en moreel ver
werpelijke Centrum. 3. Sommige elementen
van het domme, hardleersche en kwaad
willige slag.
Deze pogen het hoofd weer op te steken,
omdat zij het beslissend karakter van de
nationaal-socialistische omwenteling niet
erkennen en er slechts een tijdelijke regee-
ringswisseling in zien.
Nu het marxisme ziet, dat de wissel is
verzet en de trein zich steeds verder van
hun stations af beweegt, kan het zijn mis
noegdheid niet langer verbergen. Blijven
zjjn aanhangers echter wroeten dan zullen
wij den strijd ook zóó lang blijven voeren
tot niet één meer waagt een vinger te ver
roeren.
Terugblik en toekomstplannen
De proclamatie die dan overgaat in een
terugblik over 1935, zegt dan o.m. nog:
Het jaar 1935 heeft Duitschland echter
een zeer slechten oogst gebracht, Deson-
De besprekingen over
„Ordening"
Het referaat van heden:
bankgeheim'*
Verwelkoming van verschillende
gasten
De voorzitter van den cursus had de taak
overgenomen van Prof. Dr. Mr. P. L i e f-
t i n c k om nevens den heer Amelink op te
treden als inJeioer over het onderwerp: „Or
dening van de Maatschappij".
Er zijn menschen, aldus spr. die het spre
ken over ordening in dezen tijd zien als een
gevolg van den huidigen economisch en nood
Behoort deze laatste tot het verleden, dan
zal de vrijheidszin weer herleven. Geheel
juist is deze opvatting niet. Want de drang
naar ordening hangt nauw samen met de
ontwikkeling van de maatschappij.
De tegenwoordige maatschappij is opgeko
men na 'n periode van sociale gebonoenheid
In de middeleeuwen kwam in de stedelijke
gemeenschappen uit den nood van dien tijd
c.c ordening op. Op het platteland heerschte
de toestand van hoorigheid, zoodat ook daar
van een vrije verplaatsing geen sprake was.
Lang hebben de gilden standgehouden, voor
al door de stabliteit der bevolking.
Van 1S501929 is de internationale han
del verdertienvoudigd, terwijl de bevolking
met 60 pet toenam.
Het keerpunt kwam omstreeks 1870. Er
was toen kapitaal gevormd en dit kwam ten
goede van de bevolking. Bovendien waren
dank zij de kapitaalvorming in Europa al
lerlei agrarische gebieden ontsloten en kon
de prijs der landbouwproducten dalen. Na
dien tijd kwam er vermeerdering van wel
vaart
Er was ook in die jaren, toen de vrijheids
leuze de groote massa nog bekoorde, een
streven naar een zekere ordening en dat
niet alleen in de kringen der arbeiders. Spr.
wees hier op de opkomst van het trust- en
kartelwezen, die niet kan tegengehouden
worden en die ook zekere voordeelen bracht.
Door allerlei omstandigheden, waaronder
ook de ontwikkeling der arbeidersorganisa
ties, is do samenwerking der ondernemers
bevorderd en hoe langer hoe meer twijfel ge
rezen aan de doelmatigheid van het prijs
mechanisme der vrije prijsvorming. De con
sequentie der vrije prijsvorming is, dat tel
kens weer groepen ondernemers worden
uitgeschakeld. Verschillende staten hebben
allerlei beperkingen getroffen, teneinde te
voorkomen, dat dit hun ondernemers over
kwam. De markten werden beperkt en or
dening is nu een middel om kapitaalvernie
tiging te voorkomen. Men verstaat zich on
derling, om een zekere verdeeling van de
afzetgebieden te verkrijgen. De invloed der
arbeidersbeweging is in dezelfde richting
gegaan. Ondanks de klassenstrijdtheorieën
hebben de arbeiders begrepen, dat het noo
dig was, met de ondernemers samen te wer
ken. In de plaats van de tegenstelling on
dernemer-arbeider hebben we gekregen de
tegenstelling producent-consument.
Dat geeft onmiddelijk moeilijkheid, want
regelingen voor loon en prijs hebben veel
meer effect voor bedrijven, die werken voor
de plaatselijke en de nationale markt dan
voor bedrijven, die op de wereldmarkt moe
ten concurreeren.
Dót heft doen herleven de tegenstelling
tusschen stad en platteland.
Spr. schetste, hoe dat speciaal voor
Nederland geldt, dat op buitengewone
wijze geprofiteerd heeft van de ont
wikkeling van het wereldverkeer en
dat bij beperking door ordening wel
in bijzondere mate door werkloosheid
getroffen wordt.
Spr. wees er op, dat ordening in de
distributiebedrijven ons daar direct
voor plaatst, hoe ook spr. een zekere
beperking door het stellen van zekere
vestigingseischen gewenscht acht.
Noodig zou zijn: emigreeren. Er zijn
nog groote emigratiemogelijkheden, al
Wij houden de inflatie met onwrik-
baren wil van ons af. Derhalve geen
loonsverhooging en geen prijsstijging.
Wjj zullen de prijsopdrijvers desnoods
door het concentratiekamp tot beter
inzicht brengen.
Duitschland is voor een systeem van vas
te muntbasis. Het denkt er niet aan, nieu
we schulden te maken en heeft integendeel
zijn internationale schulden verminderd.
Voor zoover de Duitsche export niet dient
om de middelen te verschaffen voor den
aankoop van noodzakelijke grondstoffen en
levensmiddelen, zal Duitschland trachten,
De productie van benzine en kolen
werd in groote hoeveelheid ter hand
genomen en zal in de komende jaren
de Duitsche behoefte aan brandstoffen
tot een hoog percentage dekken. De
bouw der eerste fabrieken voor kunst
matige gummi is begonnen.
Wij zullen, zoo wordt nog verder In dö
proclamatie gezegd, een scherpen aanval
doen op het aantal werkioozen. Wij zullen
het Duitsche rijk in zijn leger sterken. Wij
zuilen vooral de beweging als de bron on
zer kracht inwendig versterken en wij zui
len in haar geest voortgaan met de opvoe
ding der Dui'sche menschen tot een wer
kelijke gemeenschap.
De proclamatie besluit:
Daar de bolsjewistische jood te
Moskou in een nieuwe leuze de ver
nietiging predikt, willen wij, natio
naal-socialisten, onze heerlijke banier
vaster omklemmen en voor ons uit
dragen, met het heilige besluit, te
strijden tegen den ouden vijand, zon
der zorg voor ons leven, opdat Duitsch
land zjjn eer en vrijheid bewaart, en
daarmede de grondslagen voor het
leven der toekomst.
Een eerste steenlegging.
Des middags heeft de eerste-steenlegging
van de groote congreshal plaats, waan
voor de overleden professor Ruff het plan
maakte en waars-an de bouw 8 jaar zal
duren.
Hitler verzocht daarbij Kerr] de oorkonde
voor te lezen, die in den grondsteen gemet
seld wordt.
Daarop verliet Hitler het terrein, omju-
beld door de geestdriftige toejuichingen der
onafzienbare menschenmassa.
worden die beperkt door egoïstische na
tionale overwegingen. Al wil men die
niet, als Mussolini, door oorlog op zij
zitten,, toch moet er hier een macht
zijn, die een misbruik van onbeperkte
souvereiniteit tegengaat.
Het staat vast, dat, als wij hier gaan or
denen, dit zal leiden tot groote vermeerde
ring van de werkloosheid, zonder dat
voor de werkioozen emplooi aldus aar
zig is.
Toch gaat de ordening voort. En dit pogen
kan niet afgerekend worden. Spr. sloot zich
ten dezen geheel aan bij de door den heer
Amelink ontwikkelde lijn. De moeilijkheid
is: hoe kan de staat controleeren. De outil
lage daarvoor is niet eenvoudig. De vra.
ook, kan de staat zich vrij houden van de
invloeden van allerlei machtige lichamen.
Er zijn moreele correcties. Spr. acht het
met het oog daarop beter, dat van meet af
aan ook de arbeidersorganisaties er in b
trokken worden, al is dit niet afdoende.
Noodig is in de eerste plaats het ze
delijk besef in de maatschappij te ster
ken ook door het Christelijk organi
satieleven, ten tweede een behoorlijke
outillage voor de overheid, ten derde 't
aanwenden van allen invloed, tot de
ontwikkeling, althans voor zoover mo
gelijk van het vrije ruilverkeer.
Of op den duur het streven naar ordening
niet brengen zal een nieuw élan van de vrij-
heidsgedac.htc weet spr niet Dat hangt er var
af, of het ordeningsstreven zal blijken een
zegen te zijn voor de groote massa dan wel
een vloek. De waarschuwing die in dit op
zicht in de geschiedenis van de gilde
gelegen, moeten we ter harte nemen.
Woord van welkom
De voorzitter van dit gedeelte van den
cursus, de heea- K. Kruithof, sprak woor
den van hartelijkwelkom tot Mr. Dr. A. A.
van Rhijn, referendaris aan de departe
menten van sociale en economische zaken en
tot Mr. Hoekema, den nieuwen secretaris
van de Chr. Werkgevers vereeniging.
Later kon dc voorzitter nog verwelkomen
den heer R. Jensen, secretaris van het
Christelijk sociaal verbond in Denemarken.
Discussie over ordening
Over de referaten van de heeren Ame
link en Smeenk werd uitvoarig gedis
cussieerd.
Aan de bespreking werd deelgenomen door
di boeien D. de Ridder (Amsterdam), J.
Nauta (Amsterdam), S. P. C. van Er.'
(Amsterdam), J. Hofman (Amst :rdarn
P. i\ a p i n g a (Rotterdam), Johs Visser
(llaar'cm), A. Md sten broek (Den Haag),
Jak Haas (Ziirich-Zwitsorland), A. C.
Vreugdenhil (Amsterdam), W. Bel-
ger (Utrecht), J. Goote (Den Haag), A.
Stapelkamp (Utrecht), Mr Dr C Bee
kenkamp (Leiden), J. Hermans Jr
(Amsterdam), W. van Baaren (Amster
dam), J. Z. Kannegieter (Rotterdam) en H.
H. Spoelstra (Den Haag).
In zijn antwoord op de discussie zette de
heer Amelink uiteen, dat te spreken over
„corporatieve ordening" geen uitvinding ia
van de fascisten. Dr Kuyper deed het reeds
in 1874.
Spr. heeft geen optimistische toon in zijn
referaat gelegd door te zeggen, dat bedrijfs
organisatie geen groote verbetering van po
sitie zal brengen. De vrees wes uitgespro
ken, dat daardoor de menschen onbevredigd
zouden heengaan. Spr. wil zich daardoor niet
laten leiden. Graag zou hij optimistisch zijn.
Maar als hij meent, dat hij het niet kan zijn,
dan moet hij het zeggen.
Is het waar, dat we niet opschieten, blijven
staan? Men kan toch niet verwachten, dat
we sprongsgewijs naar voren gaan. Als men
vergelijkt met 25—30 jaar terug, kan nie
mand zeggen, dat we niet gevorderd zijn.
Het gaat niet sprongsgewijs, maar lang
zamerhand.
Spr. meent, dat de bedrijfsorganisatie be
drijf voor bedrijf moet bezien worden. In
het eene bedrijf zal men verder kunnen i_
dan in het andere. Wij hK-ibben tot taak om
organisaties te versterken, te komen tot be-
drijfsraden en uitbouw daarvan met veror
denende bevoegdheid. Niemand denke, dat
wij het ineens kunnen omzetten. Het zal
gaan van stap tot stap. Maar als wij zoo
voortgaan, zullen we over 25 jaar kunnen
zien, dat we voorwaarts gekomen zijn.
De heer Smeenk zette in zijn beant
woording uiteen, dat het onderwerp thans
meer sociaal- en economisch technisch be
handeld is, omdat het in het verleden meer
malen principieel is behandeld.
Naar spr.'s meening is het niet mogelijk,
één beperkt schema te geven voor ordening.
De toestand in het eene bedrijf is geheel on
derscheiden van die in het andere. Ten slotte
men kunnen komen tot eenheid. Maar
dat ligt niet aan het begin van den w
doch veel verder op.
Maakt het pessimisme van den heer Ame
link en spr. geen troostelooze menschen?
Neen. Niemand ken ontkennen, dat, als we
werkelijk gaan ordenen er allerlei gevaren
uit voortvloeien, ook dat van vermeerdering
van werkloosheidè
Aan gemeentelijke ordening zullen we niet
geheel kunnen ontkomen. Dat die in strijd
is met de wet, gelooft spr. niet Een oudere
juridische moeilijkheid zou zioh voordoen als
ook het Rijk op dezen weg ging.
Er moet, ook als vestigingseischen gesteld
worden, ruimte gelaten worden voor onder-
nemersenergiie en initiatief.
Ten slotte stelde spr. vast, dat de ver
groeiing der maatschappij gaat in onze rich
ting. Ze zal alleen kunnen slagen, als ze be-
invloed wordt in Christelijke richting. Maar
de Christenen zullen altijd een minderheid
blijven. Maax gelukkig is er ook een indi
recte werking van het Christendom en het
werk van Gods algemeene genade. Als
in dat geloof voortarbeiden, kunnen we de
groei en de vergroei beïnvloeden in onze rich
ting. Geve God ons daartoe de kracht.
De Voorzitter sprak een kort slot
woord.
Dr J. G. Geelkerken ging hierna voor
in een bidstond.
Tot slot van den avond werden nog een
paar prachtige natuurfilms vertoond door de
Ned. Chr. Filmcentrale.
VIERDE DAG
Referaat A. A. van Sandick
Donderdagmorgen heeft de heer A. A. v a n
Sandick van Rotterdam, gesproken over-
.Opheffing van het bankgeheim".
Spr. ving aan met er op te wijzen, dat een
instelling of persoon, die het bankbedrijf
uitoefent als belastingplichtige aan dezelfde
wettelijke bepalingen ;s onderworpen als
ieder ander.
Weerbericht
BAROMETERSTAND
Hoogste stand te Boedapest 767.4.
Laagste 6tand te Valentia 751.2.
Stand vanmorgen halftwaalf 758.9.
WEERVERWACHTING
Zwakke tot matige Z. tot Z.W. wind, ha li
tot zwaar bewolkt of betrokken, waarschijn
lijk regen, overdag weinig verandering m
temperatuur.
ALGEMEEN WEEROVERZICHT
Het hooge drukgebied ten O. van ons land
nam snel in beteekenis af, terwijl de de
pressie in het Westen verder Oostwaarts
doordrong.
Over de Britsche eilanden cn West-Frank
rijk verslechterde het weer.
De zuidelijke luchtstroom voerde in Groot-
Brittannië en Ierland warme ulcht aan, ter
wijl in Frankrijk te sterke nachtelijke af
koeling werd tegengehouden, zoodat de
ochtendtemperatuur veel hooger dan gister
was. Over O. Duitschland was het vanmor
gen iets kouder.
Het weer blijft in het geheclc gebied nog
rustig. De drukverdee'.ing en haar verande
ringen wijzen op toeneming van regenkans.
Het weer ten onzent is vooral door de
baromelerstijging in het Z.W. van ons waar
nemingsgebied (Golf van Biscaye) van be
lang. Hierdoor zal de wind ruimen en voch
tige luchtstrooming worden aangevoerd. De
temperatuur stijgt 's nachts zeer waar
schijnlijk,
TEMPERATUUR
Stand vanmorgen halftwaalf 17.4 C.
13 SEPTEMBER.
Zonsopgang 6.31 uur, zonsondergang 7.21 uur
Maan op nam. 7.09 uur, onder v.m. 7.20 uur
Het bankgeheim bestaat liierin, dat de bc
lastiDgambtenaren, van hetgeen zij in de
boeken der bank ervaren; geen gebruik mo
gen maken om to controleeren of ook de
cliënten der banken aan hun verplichtingen
tegenover den fiscus hebben voldaan. Het
is dus een geheimhouding, opgelegd aan
belastingambtenaren. Hierop bestaat trou
wens een uitzondering: de belastingambte-
naren mogen bij het nazien van de boeken
der banken, voor zoover het gaat om de con
trole op de naleving van de Zegelwet, ook
controleeren of de cliënten der banken aan
de bepalingen der Zegelwet hebben voldaan,
maar zij mogen niet (als het ware in het
voorbijgaan) van die inzage gebruik maken,
om ook andere belastingopgaven van de
cliënten te controleeren.
Als men nu spreekt over opheffing van het
bankgeheim, dan kan men alleen op het oog
hebben een regeling, waarbij de belasting
ambtenaren de reeds nu toegestane inzage
van alle boeken der banken mogen gebrui
ken om alle belastingoj. gaven van cliënten
(en niet alleen die betreffende de Zegelwet)
te controleeren.
Van de gegevens over de financieele po
sitie van een cliënt is er nu al één die vol
ledig ter beschikking staat van den- fiscus.-'
Dat is het afschrift van de rckehing-couraiit,
want elke belastingplichtige kaai opgevór-'
derd worden deze over te leggen. Hij kan dit
wel weigeren, maar dan dreigt een ambts
halve hoogere aanslag.
Natuurlijk is het, moreel zoowel als zake
lijk, van groot belang, dat belastingontdui
king wordt achterhaald, maar het is zeer de
vraag of men dit doel bereikt door ophef
fing van dit fiscale bankgeheim. Te vreezen
staat, dat de belastingontduikers (die aan
de bank meestal onbekend zijn, want de
bank weet niet welke aangiften zijn cliënten
hebben gedaan) hun effecten dan ergens
anders zullen deponeeren of op andere wijze
zullen voorkomen, dat bij de bank verdacht
materiaal gevonden wordt. Positief nadee-
lig zou die opheffing worden, indien het pu
bliek hierin aanleiding zou zien om zijn ver
mogen naar het buitenland te brengen en
ook bestaat het gevaar dat dé buitenlanders
hun geld niet meer in ons land zullen dur
ven beleggen, want ook al zijn die buiten
landers hier niet belastrngplichtig, dan toch
zouden zij bevreesd kunnen zijn, dat de Ne
derlandsche fiscus de ont lekte geheimen aan
den buitenlandsohen fiscus uitlevert.
Conclusie van spr, was, dat van een
opheffing van het bankgehedm weinig
resu.taat is te ver.virhten. Een scher
pere controle bij den belastingplichtige
zeli zal vermoedelijk effectiever zijn.
Daarenboven moet men zich geen
overdreven voorstellingen maken van
hetgeen bij de banken omtrent de fi
nancieele positie van de cliënten te
vinden is. Men vergete ook niet dat e>r
een controle is, die vrijwel niet kan
falen, dat is de controle op de open
gevallen boedels.
Begrafenis van
Jhr. Mr. G. Sandberg
De gevallen vlieger in Angora
Onder groote deelneming werd vandaag
het stoffelijk overschot van Jhr. Mr. G.
Sandberg te Eindhoven ter aarde besteld.
Vrienden van Jhr. Sandberg droegen de
baar uit huize „De Laak", het woonhuis van
Dr. A. F. Philips, naai buiten In enkele
auto's werden tal van bloemstukken mee
gevoerd. Achter den lijkwagen volgden twin
tig auto's mot familieleden en medewerkers
van den overledene.
Als vertegenwoordiger van den minister
van defensie fungeerde res.-lt gen. Ray-
makers. De commandant van de luchtvaart-
afdeeling Soesterberg, kolonel Best en diens
adjudant kapt. van Voorthuijzen volgden in
den stoet. De Nederlandsche vliegtuigfa
briek was vertegenwoordigd door de heeren
C. G. Vattier Kraane, president-commissa
ris, dr. A. A. L. Ruigers, commissaris en ir.
B. Stephan, onderdirecteur. Kapitein van
Lent, die Jhr. G. Sandberg op zijn vlucht
naar Angora had vergezeld, vertegenwoor
digde de Ned. Indische luchtmacht. Voorts
waron in den stoet de inspecteur der caval-
lerie, generaal Fabius, de commandant van
het eerste regiment huzaren. Kolonel Die-
mont, de minister van landbouw en vissche-
rij. mr. dr. L. N. Deckers, de directeur van
hot luchtvaartbedrijf Soesterberg, kol. K. E.
Oudendijk, de commandant van de vlieg-
sohool, kapt. Versteegh.
De stoet bewoog zich door de buitenwij
ken van Eindhoven naar de algemeene be
graafplaats aan den Ouden Toren te Woen-
sel. waar zij omstreeks twaalf uur aan
kwam. Ook daar was de belangstelling on
gemeen groot.