DE DOOLHOF DER GEHEIME DIPLOMATIE ACHTERGRONDEN DER INTERNATIONALE BETREKKINGEN SPIONNAGE, WAPENSMOKKEL EN KUIPERIJ Internationale politiek is, al naar men 't neemt, een fraai en een minder fraai be drijf. Maar in elk geval een bedrijf, waar van de draden, hoe verward ze naar buiten ook schijnen, meer in elkander loopen dan de buitenstaander dikwerf denkt. En waar van het eene onderdeel maar al tezeer rea geert op he» andere. Van den aanvang af is het duidelijk ge weest, dat Frankrijk en Engeland een ver schillende positie innamen ten opzichte van de wederopstanding van een tegen Grieken land gericht Turkije en de wijze, waarop 't eene land de wapenverstrekking aan Kemal Pascha bevorderde', het andere land die tegenhield, zal dit nog duidelijker doen uitkomen. Evenwijdig daarmede liep 't ver schil in meening ten aanzien van de nieuw opgekomen Grootmacht in 't Oosten: I^len, van den aanvang af een onverbrekelijk bondgenoot van Frankrijk, gelijk, van den aanvang af, daarom door Engeland met argusoogen beschouwd. Zelfs in vredestijd rusten de diploma tieke navorschingen, die men Geheimen Dienst noemt, maar die met spionnage zeer gelijk staan, niet. Het is Berndorff, die goed schijnt ingewijd te zijn in wat hij tee- kenend noemt de „diplomatieke onderwe reld", die ons vertelt hoe in het laatst van Juni 1921, terwijl in Opper-Silezië Duit- sohers en Polen gewapend tegenover elkan der stonden, Engeland zijn waakzaamsten agent naar Parijs zond. Kort tevoren had Lloyd George zijn bekend interview gehad, waarin hij te kennen gaf, dat Engeland [voor het geweld van den Poolschen agitator Korfanty niet zou wijken en zich zou hou den aan de resultaten der volksstemming. Blijkbaar gevoelde men in den Engelschen Intelligence Service, dat er wat broeide en zoo werd een zijner agenten afgevaardigd om in het LotiMhotel te Parijs een wakend oog te houcen. Hij vertoefde er enkele da gen, hield er zijn kamer, ontving geen be zoek, scheen op eenzelvigheid gesteld, waar door het geen verwondering kon wekken, dat de bezoeker, die zich in het begin van den nacht bij hem aanmeldde, een groote fooi noodig had, om zelfs tot telefoneeren met zijn kamer te worden toegelaten. Toen dit eenmaal gelukt was, kwam de zwijg zame Engelschman spoedig beneden, stapte met zijn bezoeker in een auto, die naar het bijkans verlaten Bois de Boulogne reed en hoorde daar de resultaten aan, die de an- der had verkregen. Hij had zich als dron ken gast in een veel bezocht cabaret op Montmartre aangesteld en zoo gelegenheid gehad het gesprek van een drietal mannen en een vrouw af te luisteren, die, zioh in het Poolsch uitdrukkend, meenden ,voor ialle afluisteren beveiligd te zijnl Zoodoende kiwam vast te staan, dat een vrouwelijke agente in Parijs verblijf hield Zn dat een samenkomst wend beraamd, Waaraan de Poolsdhe gezant te Konstanti- jiopel en een vertegenwoordiger van Kemal Pascha zouden deelnemen. Dat wees op on derhandelingen, die de Engelsche belangen in het nabije Oosten in gevaar brachten. Nog dienzelfden ochtend vertrok de En gelschman per vliegmachine naar Londen en nog dienzelfden middag nam de beken- ide agent Sidney Rcilly zijn plaast an. Zijn youtine bracht hem op het spoor van de Vrouw en haar relaties en connecties en ook Van het in zijn oogen veelzeggende feit, dat zij er een secretaris op nahield, die ze, ge zien zijn afgesleten schoenen, zijn schunnig pak, slecht betaalde. De te Parijs gebleven helper werd nu op de vrouw afgestuurd: hij deed zich voor als correspondent van teen Engelsch blad, dat in felle oppositie met de Regeering van Lloyd George stond. Maar hij slaagde niet of weinig erin, om aan de vrouw eenige mededeeling te ont lokken; zij tyield zioh alsof ze van zijn be zoek niets begreep en alsof ze nauwelijks Wist, wat politiek was. Toen diende den man het geluk, want in het blad, waarvan hij zich als correspondent had uitgegeven, Versoheen den volgenden morgen een vlam mend artikel tegen de Engelsche politiek, .voorzoover zij tegen Polen gericht was. Het was geen erg deskundig artikel, maar dat deed minder terzake. Van een ruiker ver gezeld deed hij het aan de vrouw toekomen. Hij wachtte, en ontving al spoedig de uit- noodiging om haar opnieuw te komen be zoeken. Nu kwamen zij nader tot elkander en bleek zij inderdaad de Poolsche belan gen te dienen. Toen het gesprek geruimr)n tijd geduurd had, kwam de secretaris bin nen om brieven te laten teekenen en ont ving verlof zich daarna te verwijderen. De Engelschman moest nu plotseling ook op staan, ontmoette den secretaris in de gang, iioodigde hem uit ora mede te rijden in zijn auto en knoopte daar een gesprek met hem aan. De secretaris was niet gewend aan mooie auto's; hoorde met gretigheid, dat de eigenaar ervan een paar dagen de stad uit moest, de auto te zijner beschikking stelde, wat hem goed gelegen kwam, want hij had allerlei opdrachten voor zijn mees teres. Zoo reed hij er den voigenden dag mede en de chauffeur van de auto, natuur lijk ook een agent van den Intelligence Ser vice, had gelegenheid den man te fotogra feeren, dien hij van het station haalde en die inderdaad de Poolsche Gezant te Kon- stantinopel was en ook een man, die voor het huis van de vrouw op hem wachtte en die een vertegenwoordiger bleek van Kemal Pascha. Toen kon het sein gegeven worden aan den anderen agent, die zich, mede op last van Reilly, had ingekwartierd in het zelfde hotel, waar deze man van Kemal Pascha verblijf hield. I-Iij was in de kamer daarnaast, forceerde de verbindingsdeur, opende diens valies, haalde er papieren uit en fotografeerde ze. Hot waren ontwerpen voor een Fransch-Poolsch-Turksch verdrag, zoodanig voorzien van de kenmerken van 't Fransche ministerie van Buitenlandsche Zaken, dat er niet meer te twijfelen viel. De actie tegen Engeland en tegen zijn be langen in het Oosten was goed op touw gezet. Nu toog Reilly aan het werk. De gefoto- grafeerde stukken gingen per vliegmachine naar Londen en weiden dienzelfden avond nog door een zoogenaamd onbekende aan geboden aan den Franschen agent ter plaat se, die er uit kon opmaken, dat in de Fran sche kaarten gekeken was. Maar nog ter wijl hij verbinding had met Parijs, en in zijn gejaagdheid zich nauwelijks verwon derde, dat deze verbinding ditmaal maar drie minuten duurde, wordt de' aandacht aan de Parijsche zijde afgeleid door de uit roepen van de courantenverkoopers. Zij dee- len mede, dat de onverwachts te Parijs ge komen Poolsche gezant uit Konstantino- pel een ernstig auto-ongeluk heeft gehad en zwaar gekwetst naar een ziekenhuis is vervoerd. Een auto-ongeluk, zooals de In telligence Service ze meesterlijk weet uit te voeren! De gezant was niet uit het oog verloren, men wist waarheen hij zioh dien avond precies om 9 uur zou begeven. Hij zou dan zijn onderteekening zetten onder een verdrag, dat daardoor een voldongen feit zou zijn geworden en Engeland zou hebben genoopt om opheldering te vragen aan Frankrijk, dat nog altijd zijn bondge noot was. Om dat te voorkomen werd dc taxi, waarin de gezant stapte, bij den eer sten den besten hoek door een zware vier cylinder aangereden en bijkans vermorzeld, zoodat de gezant zich gelukkig mocht reke nen, dat hij er met zware verwondingen af- Of men te Parijs den samenhang heeft begrepen, is natuurlijk niet te zeggen. Dat men vermoedelijk de plannen zou hebben opgegeven, nadat de Fransche agent uit Londen zijn onrustbarende mededeelingen deed, laat nauwelijks twijfel. Want er was van Londensche zijde voor gezorgd, dat-hij door zoogenaamde onbescheidenheid, in handen kreeg de telegrammen, die aan de Engelsche troepen in Opper-Silezië waren gezonden, om hen te waarschuwen en de bevelen van de Admiraliteit, die ervoor zorgden, dat geheel de Middellandsche zee- vloot op haar hoede was tegen bewegingen die den toestand in Klein-Azië wilden for- ceeren. En deze onbescheidenheid sprak taal, die duidelijk genoeg was! Om het lot van Scutari Weenen is en was vooral vóór den oorlog een groote, mooie en vroolijke stad. De Ringen, aangelegd ter plaatse van de oude vestingwallen, bevatten de groote en groot- steedsche café's en restaurants. In de zij straten waren en zijn de kleinere, de gezel lige cabarets, de nachtcafés, die wat meer in de intimiteit wensohen te leven. Het was niets ongewoons, dat op een Januariavond van 1913 een jong Engelschman daar bin nentrad en het was evenmin ongewoon, dat hij met een van de bedienende meisjes een praatje aanknoopte, hetgeen tengevolge had dat zij al spoedig aan zijn tafeltje plaats nam. Maar het was wel ongewoon, dat deze beiden niet over Weenen, niet over allerlei futiliteiten, niet over dansen, maar over de politiek spraken. Over de hooge politiek, waarin de toenmalige Oostenrijk-Hongaar- sche monarchie een belangrijke rol speelde. Een rol, die in de crisis, door de Balkan oorlogen ontstaan, de Engelschen niet altijd beviel, zoodat ze erop uit waren hun eigen inlichtingen te hebben teneinde hun eigen spel op tijd te kunnen spelen. De jonge Engelschman was al evenzeer een vooruit geschoven pion als het zoogenaamde Bar madel en de afspraak voor het rendez-vous was tevoren gemaakt! Het waren dagen van politieke hoogspan ning. De geweldige successen der Baïkan- staten hadden vrijwel alle Europeesohe kan selarijen verrast; de Engelsche wellicht het minst. Met snelle marschen waren de Bul- gaarsche, de Servische, de Grieksche en de Montenegrijnsche legers de Europeesche deelen van het Tuiksoh grondgebied bin nengerukt en zij hadden aan de wereld ge toond hoe geweldig ziek de Turksche heer schappij in Europa was, .hoe weinig weer stand zij kon bieden. Vandaar, dat zelfs Constantinopel bedreigd werd, een gevaar eenerzijds voor Rusland, anderzijds voor Engeland. Een gevaar indirect voorDuitsch land, dat zijn plannen voor een Bagdad- spoonvey reeds in rook zag opgaan, een ge vaar het allermeest voor Oostenrijk, dat Slavische successen op den Balkan met leede oogen zag. Vandaar de te Londen samengeroepen conferentie der groote Mo gendheden, waarvoor eenerzijds de Turken, anderzijds de oorlogvoerende Balkanlanden verschenen, om te trachten vrede te sluiten. Maar de Turken rekenden te zeer op den steun der groote Mogendheden, de Balkan- landen wist te goed, wat zij militair waard waren en zoo liep het tegen einde Januari dusdanig scheef, dat men zonder resultaat uit elkander ging. De gesloten wapenstil stand was ten einde; de vijandelijkheden zouden worden voortgezet en ai spoedig zou Turkije geheel uit Europa verdreven zijn, en daarmede niet alleen Constantinopel in handen van de Balkanstaten zijn gekomen, maar ook aan de Adriatische zee eén vast steunpunt aan Servië zijn gegeven. Het was een axioma der Oostenrijksche politiek om dit laatste te voorkomen. Vandaar, dat de stichting van een onafhankelijk Koninkrijk Albanië, was voorgenomen; dat de Souve- rein voor dit gebied reeds was uitgezocht, en dat men alle aanstalten maakte voor 't Albaneesche drama, waarin ook een ver dienstelijk Hollander zijn leven zou laten In deze omstandigheden ontmoetten de jonge Engelschman en het Wiener Müdel elkander. Het nachtcafé was een door rei zigers uit de Slavische landen zeer gezochte gelegenheid. Een der stamgasten was een Kroaat, van wien vaststond, dat hij regel matige betrekkingen met het Ministerie op de Ballplalz moest hebben. Hij ging er wel niet openlijk door de voordeur binnen en gaf zijn naam ook niet op aan de bedienen de deurwaarders, maar de agenten van de grootmachten in Weenen wisten, dat hij veelal door de achterdeur kwam en ook veelal 's avonds de leiders der politieke af- deeling van het Ministerie in hun woon huizen bezocht. Soms kwam hij alleen, sonrs kwam hij in gezelschap en dan meestal van heele of halve landslieden, Serviërs of Kroa- ten. Menigmaal zag men hen onder elkan der druk spreken in een taal, die geen der andere aanwezigen kon verstaan; menig maal ook gingen papieren, die een hunner bij zich had, van hand tot hand; menig maal bleven die papieren achter in de zak van een ander dan die ze had meegebracht. De taak van het Barmadel, dat eerst kor ten tijd, op aanbeveling van hooger hand door den eigenaar in dienst was genomen, was niet al te moeilijk. Ze moest de atten ties van deze stamgasten en vrienden weten tê verkrijgen. Knap, vroolijk, elegant als ze was, kostte dat niet al te veel moeite;'het gevaar zat meer in het maathouden tfan haar zijde, dan in de mogelijkheid, dat ze niet de aandacht tot zich zou trekken. De stamgast zelf hield zich wat afzijdig; veel aan zijn tafeltje verkeerend bemerkte zij, dat de lieden, met wie hij was, hem niet geheel als hun gelijke, maar als hun meer dere, als een die bevelen heeft te geven, be schouwden. Nadat de Londensche conferen tie was mislukt, werd ze tot grooter waak zaamheid dan tevoren aangespoord, 't Was haar onmogelijk Kroatisch of Servisch te leeren. zulke talen zijn voor een in Enge land geboren Oostenrijksch meisje niet wel in korten tijd te leeren. Maar, aangezien ze haar ooren altijd goed open had, verstond ze menigmaal namen en klanken, die ze in de couranten in verband met den Balkan oorlog veelvuldig genoeg las. Op een avond, dat haar Engelsche vriend zich in lange niet had laten zien, bemerkte 't Barmadel zekere onrust tussohen den stamgast en zijn vrienden. En ze bemerkte ook zooveel, dat hij zelf, op een vroeg uur gekomen, spoedig zou vertrekken en een ge wichtige reis ondernemen. Dat moest haar Engelsche vriend zoo spoedig mogelijk we ten. Maar hoe? Ze slaagde erin 'n telefoni sche boodschap te bedenken; ze wist, dank zij deze telefonische boodschap voor 'n half uur weg te komen en waagde het erop, op gevaar af, dat ze zou worden nagegaan, den Engelschman op te zoeken. Gelukkig was hij thuis en kon hij dus onmiddellijk medegaan om post te vatten tegenover de ingang van het nachtcafé en vandaar den Kroaat dan volgen. H'j volgde hem naar 't station, reisde met hem naar Triest, scheep te zich op dezelfde boot van de Oostenrijk sche Lloyd in en ging met hem in den laten avond erop uit om in het schitterend maan licht de resten van het beroemde paleis van Diocletianus (te Spalato) te bewonderen. Zijn gevoel, dat in deze nachtelijke wan deling iets bijzonders was gelegen, be droog hem niet. Spalato was reeds ter ruste, door de nauwe straten vein dit stadsgedeel te, die eens de gangen van het Keizerlijk paleis waren, viel weinig licht. Zich tegen de huizen aandrukkende volgde de En gelschman. blijkbaar aan dit werk gewoon, den Kroaat en hij zag hem op een gegeven ©ogenblik in een klein en onaanzienlijk huis verdwijnen Hij bleef er wachten, een uur, ongeduldig op zijn horloge kijkend, wetende, dat de boot spoedig verder zou varen. Op het laatste oogenblik kwam de Kroaat naar buiten, in de hand een tasoh, blijkbaar met stukken van waarde gevuld, want ze was met riemen omsnoerd en met een sleuteltje gesloten. De Engelschman, getraind als hij was, wist door een zijstraat DE WATERVAL IN T PARK SONS- BEEK. Dezer dagen zag de waterval in het park Sonsbeek te Arnhem er fan tastisch uit. Schijnwerpers hadden hem geheel in lichtgloed gezet. eerder het schip te bereiken dan de Kroaat, die maar nauwelijks de loopplank op tijd nog kon over komen. Het kwam er nu op aan hem te blijven volgen. In Cattaro stapte hij aan land en vandaar ging zijn weg naar Cettinje, aile serpentines, die dien weg maakt, langs. Maar korten tijd, voordat hij de Montenegrijnsche grenzen bereikt had, hield hij halt bij een ietwat afzonderlijk staande hut, reeds naar 't Montenegrijnsoh model gebouwd, als gebruikelijk zonder schoorsteen, zoodat hem, binnentredend een walm van rook tegemoet kwam. De Engelschman kon niet anders doen dan verder gaan. Maar een 500 M. verder in den weg was een bocht, en daar ver liet hij de auto, liet deze doorgaan naar het grensplaatsje Njegus, en stelde zich zelf verdekt op. De Kroaat kwam de wo ning weer uit, maar hij ging niet naar Cettinje, hij ging naar Cattaxo terug, en slechts korten tijd daarna kwam een berg bewoner, die men voor het uiterlijk slechts voor een Montenegrin kon houden, den weg naar Cettinje langs. Op zijn muildier gezeten, op de Montenegrijnsche wijze met een regenscherm tegen de zon beschut, maakte hij flink voort. De Engelschman deed alsof hij het eigenaardige zwarte ge steente van Montenegro onderzocht, zijn auto daarop had laten wachten en ver volgde eerst een half uur later zijn weg. Toen liij in Njegus kwam, was daar op schudding. Want de voor hem uitgegane Montenegrin had zich verzet tegen het in die dagen dikwerf gebruikelijk onderzoek aan den lijve. Dat had het wantrouwen eerst recht, gaande gemaakt, en men had hem toen tot in alle bijzonderheden onder zocht en papieren bij hem gevonden. Mocht men de papieren gelooven, dan bracht hij geheime tijdingen van een Oostenrijker, te Weenen gevestigd, Montenegro welgezind, die op Scutari betrekking hadden. Scutari ligt aan de grens van Albanië en Monte negro, het Meer van dien naam strekt zich tusschen beide landen uit. De Montenegrij- nen hielden Scutari ingesloten, en zouden het ongetwijfeld op den langen duur ver overen, daar de Turken wel krachtig weer stand boden, maar noch voldoende levens middelen, noch voldoende munitie hadden. Maar de grootmachten wilden niet dat Montenegro Scutari zou krijgen; het zou Albanië te veel verzwakken, en dit land DE WERELD VAN DEN SCHIJN. Deze „tunnel onder den oceaandie in Engeland geconstrueerd wordt, bestaat slechts hout en carton. Hij heeft dan ook geen ander doel dan als film-décor te dienen. reeds bij voorbaat afhankelijk van het klei ne Montenegro maken. Vandaar, dat de po sitie der Montenegrijnen moeilijk werd, te moeilijker, omdat zij zich gesteund voelden door de Ruisen, al deden deze openlijk met de andere grootmachten mee. De raad, die de blijkbaar welingelichte Oostenrijker nu gaf, een raad, niet bedoeld voor de grens wacht in Njegus, maar voor de autoritei ten te Cettinje, was deze, dat men zoo spoe dig mogelijk een algemeenen aanval op Scutari zou ondernemen; zou men daar mede te lang aarzelen, dan zouden in Al banië krachtige internationale detachemen ten verschijnen en was het voorgoed ge gaan met de mogelijkheid om Scutari in bezit te nemen. Dat verwekte uitbundigen jubel in dc kleine Montenegrijnsche grens plaats; een escorte vertrok met den bode, die zeide volgens zijn instructies te heb ben gehandeld, toen hij zich niet wilde laten onderzoeken, naar Cettinje om het blijde nieuws te verteilen. En het was in de straten van het stadje al bekend, voor dat de Koning daarover met zijn Kabinet kon beraadslagen. De Engelschman reisde bedachtzaam ver der. De zonderlinge wijze waarop deze be richten naar Montenegro waren gebracht; de onnoodige geheimzinnigheid, die op Oostenrijksch grondgebied was betracht, maakte hem wantrouwend. Den Kroati- schen man, dien hij had gevolgd, verdacht hij niet van vriendschappelijke gevoelens jegens Montenegro, want de man stond eerder als spion en Slavisch afvallige te boek. Er moest hier gehandeld worden ten einde wellicht een onheil te voorkomen. En zoo deed de Engelschman, wat aan alle agenten van de Intelligence Service ten strengste is verboden: hij meldde zich in Cettinje bij den Engelschen gezant, overi gens niets bijzonders voor een Engelsch reiziger, die gelijk hij, goed in de kleeren en in het geld zat. Hij lichtte den gezant volkomen in, en deze erkende met hem dat bijzondere omstandigheden aanwezig wa ren. Vandaar telegrafische gedachteniwisse- ling. Vandaar terugkeer van dep Engelsch man naar Weenen, waar hij de afgebroken draden weer opvatte. Vandaar stappen bij de Montenegrijnsche regeering om haar te waarschuwen tegen overijling. En zoo ge beurde er niets, en bleef men voor Scutari liggen. Wekenlang heeft Scutari den Europee- schen vrede bedreigd. Blijkbaar zag men er van Oostenrijksche zijde niet tegen op, om een gewaagd spel te spelen. Het kwam wel vast ie staan, dat, hadden de Montenegrij nen hun algemeenen aanval op Scutari ge daan, zij zouden zijn gestuft op een verzet, dat_men in Weenen zeer krachtig wist. Zij zouden dan alle troepen, die in Montenegro waren achtergebleven, te hulp hebben ge roepen en het was voor Oostenrijk gemak kelijk geweest om een paar der, in verband met de gebeurtenissen, gemobiliseerde divi sies, het kleine bergland te doen veroveren. Dat zou öf den Europeeschen oorlog hebben ontketend, öf het zou Europa zich bij het voldongen feit hebben doen neerleggen en Oostenrijks positie, door onmiddellijke aan sluiting bij Albanië, sterk maken, tegen welke winsten ook voor Servië uit de Turk sche oorlogen zouden voertvloeien. Dank zij eens te meer de waakzaamheid van den Intelligence Service is, mag men Fransche schrijvers op dit gebied gelooven, de slag misluktl Hoe de Gepoe in Rusiand haar slachtoffers tot zich trok Tot de bekwaamste dienaren van de Intel ligence Service in Engeland heeft ongetwij feld Reilly behoord. De Intelligence Service is een roman op zichzelf; haar onafhanke lijkheid, eigenlijk reeds tot den tijd van Koningin Elisabeth teruggaande, maakt haar tot een machtige, op zichzelf staande macht in het Vereemigd Koninkrijk. Zij heeft haar oogen en ooren overal; aangezien de wereld belangen van Engeland oneindig zijn, is haar belangstelling daaraan evenredig. Zij schuwt het offensief niet, indien dit noodig is om de Engelsche belangen te verdedigen; integendeel zij zoekt het meermalen op. Zij heeft zich niet te bekommeren om parlemen taire en partij-overwegingen; zij kan snel en zonder opzien handelen. Vooral de Fran schen hebben het ondervonden, in meer dan één geval, en Sidney Reilly heeft, gelijk later blijken zal, meer dan één tooneel van Europeesche politiek betreden. Toch is hij als slachtoffer gevallen in den strijd tegen het nieuwe Rusland. Geen land, dat er zoozeer op uit was om het werkelijk aangezicht van het nieuwe Rusland te lee ren kennen als Engeland. Geen dienst, die er meer voor over had om in Rusland en de Russische geheimen door te dringen dan de Intelligence Service. Het was den heeren in Londen niet onbe kend, dat de Gepoe de voortzetting was, de vele malen wreeder en afschuwelijker voort zetting, van wat onaer het Keizerrijk de Ochrana heette, en die geen menschelijk ge voel, leven noch dood ontzag. Het was Sid ney Reilly ook hekend, dat men in het bij zonder van hem stoutmoedige pogingen ver wachtte, sedert hij erin geslaagd was, zich voordoend als een der oppermachtige volks commissarissen, een gevangenis te openen en talrijke politieke gevangenen de vrijheid te hergeven. Maar in een avontuurlijke loopbaan als de zijne, lokt het gevaar steeds opnieuw, zelfs aan de zijde van een beeld- schoone en aantrekkelijke vrouw als hij had in een vermaarde danseres, die hij in een der Londensche theaters had leeren kennen. En zoo toog Sidney Reilly er nog eena Oostwaarts op uit, naar het heette om in Berlijn een erfenis-aangelegenheid te rege len; in werkelijkheid om datgene wat hem bij vorige bezoeken verborgen was gebleven uit te vinden. Het was in den tijd, dat meer dan één wit offensief tegen het roode Rus land werd ondernomen en een groote kana van slagen zou hebben gehad, waren de Ge allieerde tegenstanders van Rusland niet in nog meerdere mate verdeeld geweest dan de Russen zelf. Het ontbrak niet aan Rus sisch initiatief, ook in Engeland; de invloed van jJe'Bolsjewieken werd merkbaar bij elke staking, die uitbrak, en toch kon men hun geheime agenten niet ontdekken. Als hij in Berlijn is, verneemt hij, kenner toch van Rusland, van een trustt, die daar zou bestaan. Trust, waaraan deelnemen zij, die eens behoord hebben tot het keizerlijk leger, die aan het keizerlijk regime hun trouw hebben beloofd. Reilly ontmoette ze in de nachtlokalen in Berlijn, en zij ver tellen hem van de betcekenis, die deze trust in Rusland zelf heeft Met een dergenen, met wie hij aldus relaties heeft aangeknoopt reist hij over Finland naar Rusland, en deze Kroschko, die in het proces tegen de spion nen Orloff een rol had gespeeld, bracht hem op wondere wijze over de grenzen. Een auto wachtte Reilly hier, bracht hem rechtstreeks naar Leningrad, waar op vooraf afgesproken wijze werd aangeklopt en binnengetreden in een huis, schitterend gemeubileerd, vol met menschen, bijeen als gold het een ge zellig feest. Reilly, die rich de samenzweer- ders der trust gedacht had te wonen, ten minste in dakkamers, kon zijn verbazing niet meester worden. En in dat gezelschap besprak men openhartig den toestand in Rusland; gaf Reilly gelegenheid zijn denk beelden uiteen te zetten, zijn rol te bepalen. Toen hij daarna zijn weg vervolgde, zag hij nieuwe wonderen voor zich geschieden. De auto zou hem verder in het land brengen, den kant van Moskou uit. Maar een panne kwam de aangename rit verstoren. Het ge schiedde niet ver van een baanwachters huisje en zonder aarzelen gingen zijn beide begeleiders, vertrouwenslieden van de trust naar binnen. Een ervan greep het telefoon, toestel, vroeg verbinding met het naastbij- zijnde groote station. Even daarna, terwijl reeds de electrische kloksignalen de komst van den trein aankondigden, werd de baan wachter aan het apparaat geroepen, die zich onmiddellijk daarna op de rails begaf, den trein tegemoet, een roode vlag zwaaiend. Daardoor stopte de trein, en Reilly en zijn begeleiders hadden gelegenheid in te stappen Mocht hij zich verhazen over de wijze, waarop men zijn aankomst in Rusland als het ware publiek maakte, alle geheimzinnig heid opgaf, zijn begeleiders vertelden hem, dat de macht der trust zoo groot was, dat het toch niets kon hinderen. En weer werd hij in een naastbij zijnde groote plaats, in een kring van belangstel lenden ontvangen. Weer ontstond een dis cussie, en weer waren er vragen van de aanwezigen en antwoorden van Reilly ol omgekeerd. Iets van vrees ging door Reilly, anders in zijn avontuurlijk leven aan elke spanning en aan eiken toestand gewoon. En plotseling werd een deur opengeworpen, een waarschuwing in het Russisch naar bin nen geschreeuwd, die het heele gezelschap in een enkel oogenblik uit de kamer deed verdwijnen. Zijn begeleiders pakten hem mee, kwamen door nauwe gangen met hem op straat, wierpen zich in een auto, die in razende vaart vooruitschoot. Reilly werd in gelicht, dat een afdeeling van de Gepoe in aantocht was om het. huis te doorzoeken; da trust wist dat altijd tevoren, maar het was toch gewenscht om spoed te maken. Zoo ging men voort totdat men 'n eenzaam en verlaten huis bereikt had. Hier moest Reilly uitstappen. Toen het hem plotseling was als viel het gordijn, dat men voor zijn oogen had opgetrokken, en hij naar zijn revolver zocht om zich tegen elke mogelijkheid te verweren, zag hij, dat èn in het huis en achter de hoornen aan den overkant, solda ten stonden, met hun lange pistolen op hem gericht. Hij begreèp, dat hij verloren was, gevallen in handen van verraders, en al kon hij een zijner begeleiders nog een welverdiende kastijding geven, hij werd gegrepen, gekneveld en zijn einde was zeker. Wat er met Reilly gebeurd is, in bijzon derheden is het niet bekend. Men heeft zich de moeite gegeven zijn stoffelijk overschot naar de grenzen te brengen, en het heeft altijd geheeten, dat hij bij ongeluk is dood geschoten, terwijl de grenswacht jacht maakte op smokkel aais. De Engelsche be richtgever te Berlijn, bij wien Reilly het laatst was geweest, kreeg langs zekere ka nalen inlichtingen, nog voordat Reilly's lol scheen beslist te zijn. Zoo snel de auto hem vervoeren kon, ging hij naar de Engelsche ambassade. Maar de Legaue-secreiaris. die hem ontving, nam het meest fl.gmat.: het meest onverschillige uiterlijk aan. Hij kende den naam van Reilly niet, ui inj kende geen Intelligence Service. Wal li m niet verhinderde om, nadat zijn bezoeker nauwelijks de deur ach Lea- zich had gesloteoi op te springen, en via telefoon en telegraaf alles in het werk te stellen om de tusschen- komst van de Engelsche regeering in Mos kou te verkrijgen. Of zij beproefd is of niet, doet niets terzake; zij is in elk geval te iaat gel.omen cn te zwak gebleken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 8