radiOjJ Het Werkkamp ,,De Schaapskooi" De Levensloop van Pieter Peuter VRIJDAG 2 AUGUSTUS 1935 DERDE BLAD PAG. 9 Het tweede van de Centrale voor Werkloozenzorg A rbeid voor jonge werkloozen Kampen voor vludh,telingen, voor geïnter neerden, voor jongens en meisjes met va- cantie, voor militairen op manoeuvre, wij kenneji ze alle. Maar het kamp, waarheen thans de reis ging behoort tot de droeve novums. welke de crisis land en volk te dragen geeft. Zeker, wij verheugen ons bij den aanblik van die keurige barakken en over de zoig, die aan de jonge bewoners zal besteed worden, maar het schrijnt toch, als we bedenken, waarom deze, met volle levensenergie voor de dichtgeslagen poort der maatschappij staande jongelui hier samengebracht zijn, Ihet huis verlaten en yeel idealen opgegeven hebben. Dan, welk een verheugend blijk van al weer echt vaderlandsche solidariteit, dat grooten (door hun initiatief en leiding) en kleinen (door hun meeleven-van-de-daad) hebben gezegd: maar wij willen een dam opwerpen tegen den omlaag zuigeruden stroom van teleurstellingen en ontmoedi ging, die onze jongens dreigt mee te sleuren naar de verbittering en erger. En zoo is het mooie werk geboren en ge bouwd, dat de Centrale voor Werkloozen zorg op aanstichting van den „Raad van Ned. Kerken voor practisdh Christendom" ter ihand heeft genomen, eerst te Ede, nu bij Oostvoorne en Rockanje_, straks bij Om men, in het Gooi, in Friesland, in Gronin gen. Gisteren was het de dag van „De Schaapskooi" [Aan den ingang van de „Kampstraat" wapperde de driekleur en zelfls hadden jonge rappe handen in P/> dag al een aar dig tuintje aangelegd bij de tent, waar de opening zou plaats hebben. Men toonde ons de barakken, plaats biedend voor 96 be woners, afgedeeld in groepen van 8, elke groep met eigen slaap- en zitlokaal; voorts een schrijfkamer (met zoowaar al een be scheiden bibliotheek); een ruime eet-tevens recreatiezaal; het domein van den kok, die als ex-scheepskok wel toonen zal, hoe men Ihonderd gretige eters kan boeien; het kan toor van den kampcommandant, den heer Bouma; het verblijf der twee dames, die hier het vrouweiijk element vertegenwoor digen en derhalve bereid zijn, de in het werk gesneuvelde knoopen te brengen ter plaatse waar zij behooren. Van dit wooncentrum uit gaan de jonge lui dagelijks naar de werkobjecten ën keeren 5 uur weer in de Schaapskooi terug. Het zijn er drie: het Kwakjeswater, het Breedewater en de Burcht Wie Oost- .voorue en omgeving kent begrijpt aan stonds, dat het Ihier geschapen werk. in zeer nauw verband staat met het behouden of terugwinnen van natuurschoon. Men heeft n.l. de beschikking gekregen over een 600 H.A. grond, door de Ver. tot behoud Van Natuurmonumenten aangekocht en be heerd door de Maatschappij Voorne's Duin. Van dezen grond maakt een uitgestrekt duinterrein deel uit en het is in dezen duin- grond, dat de jonge werkloozen de spade hebben gestoken. Op den verbaasden blik van den lezer kunnen wij antwoorden, dat hier geen sprake is van ontginning voor bodempro ductie. Neen, iets heel anders. Men treft n.l. in deze duinenmeej'tjes aan (even onbekend bij de schoonheid zoekende toe risten als do vennen van Oisterwijk bekejid zijn), die grooter.deels door een laag veen overwoekerd en tenslotte gedicht zijn. (Het Kwakjeswater bijv. was 15 H.A, en is nu nog 2 H.A. groot). Meertjes in de duinen Deze meertjes liggen in een terrein, waar ïnen een zeldzaam afwisselende vegetatie aantreft, die geheel gevormd is zonder eeni- ge planting, zichzelf als het ware gezaaid heeft. Voorzoover er nog meertjes zijn, ziet men er w i 1 d e zwanen voortglijden. Doel is nu, de veenlaag af te steken, ^zoodat straks weer het prachtig aspect, dat In vele decennien is overwoekerd, terugkeert. Voorts is op het program: wandelpaden maken. Men kan de bijna 100 werkloozen, die hier allen in overalls gestoken, aan 't werk zijn gegaan, wel een paar jaar bezighouden. De groepen leeftijd 1?21 jaar die ïiu.zijn begonnen, blijven 8 weken; zij kee ren elk weekend naar huis terug. Dan volgt een tweede honderdtal (er waren900 gegadigden) en zoo voort. De arbeid, onder leiding van den heer Boot, vergt van de aan hoofdwerk gewende en voor zwaar handwerk nog geheel ongetrainde jongelui, in 't begin veel volharding, maar de weten schap, dat zij nu hun aandeel weer heb ben in doelmatig werk, za' hen, stellig 'doen volharden. De kosten van deze werk- verschaffing zijn zoo berekend, dat per week en per persoon f8.10 noodig is. Het Rijk (dat ook de barakken ter beschikking stelde) subsidieert f5 per week eri per per soon, terwijl de Centrale voor Werkloozen zorg zelf f2.50 betaalt. De jonge werkloo zen ontvangen per week f 2 zakgeld en hebben natuurlijk „kost en inwoning". Men hoopt spoedig een tweede kamp voor Zuid-Holland te openen (in Noord-Brabant). Zij, die tot ,De Schaapskooi" behooren, zijn afkomstig uit Rotterdam, Dordrecht, Den Haag, Leiden, Gorinchem, enz. Met een (niet al te nauw genomen) straal van 40 K.M. rond Oostvoorne Is het gebied dei; toe- gelatenen hier aangegeven. „De Burcht" Een tweede vorm van werkverschaffing is gevonden in de ontgraving van een kasteel-ruïne uit de 12e eeuw, die in 't dorp Oostvoorne, vlak achter het Raadhuis ligt. Deze totaal „verzande" ruïne zal onder toe zicht van Rijksmonumentenzorg worden blootgelegd, zoodat ook de hier werkzame jongelui deel hebben in een cultureelen ar beid, die straks de aantrekkelijkheid van 't aan natuurschoon rijke Oostvoorne zal ver- hoogen. Zoo is dan zij het zeer beknopt een indruk gegeven van de werkobjecten, die Openingswoord Nadat gezongen was Ps. 100 1 en 4 las de voorzitter der Centrale voor Werkloozen- zoig de heer W. J. Hemmes, een gedeel te uit Joh. 21 voor en sprak hij woorden van dank tot de vele aanwezigen en van blijd schap over 'het bereiken van dit moment, de opening van het tweede kamp, zoo spoe dig reeds na die van 't eerste (te Ede op 13 Mei j.l.)Hij wees voorts op do in gang zijnde voorbereidingen van werkkampen in het Gooi, in Friesland, in Groningen, zoo dat straks duizenden jongelui tijdelijk zou den verlost ziin van 't neerdrukkend niets doen. Hij prees de medewerking van Prot. Christelijk Nederland, dat voor dit wei'k f 70.000 had bijeengebracht; dankte voor de medewerking van allerlei autoriteiten en instanties, inzonderheid den Minister van Sociaie Zaken, de gemeentebesturen van Rockanje en Oostvoorne (waarbinnen de vverk-objecten liggen), de pers, liet Prov. Comité voor Zuid-Holland met zijn voorzit ter Ds den Boeft en zijn secretaris, den heer Elzinga, en den secretaris der Centrale den heer Sc/hipper, zonder wiens inspan ning deze opening ondenkbaar ware ge weest Bij het uitbreiden van den arbeid, aldus spr., vergroot zich ook de verantwoordelijk heid, .vooral voor de geestelijke en zede- Jhr S. van Citters (in t midden) bekijkt een ider nieuwe woningen van de kampbewoners. Links de heer W. J. Hemmes (voorzitter), rechts: F. A. den Boeft van Rotterdam (voorzitter Prov. Comité Centrale Werkloozenzorg). door de officieel© opening van gisteren, een paar jaar honderden jongemenschen zullen bezig houden. Ons Christelijk Nederland iheeft met de daad getoond een f70.000 is bijeengebracht welk een ernstig vraag stuk door deze werkverschaffing is aange sneden. En er is geen twijfel aan of het zal in 1936 opnieuw toonen, dat het- zijn jonge leeddragers verstaat, wanneer zij, in arren moede gekomen tot een moedeloos „niemand is er, die ons noodig heeft", de leege handen uitstrekken en vragen: Geef g ij ons te werkenl Zij, die, zij het dan maar even, gezien' hebben, hoe in die naar werk uitziende, tel kens maar weer teleurgestelde oogen, de hoop herleeft, de werklust tintelt, de blijdschap glanst van weermeete doen, zullen Ihet ons toestemmen1 hier is elke hulp oprichting. Na een leerzame ochtendwandeling on der leiding der lieeren Jansen Maneschijn, Elzinga en van Iterson (de laatste in di recteur van de Mij Voorne's Duin, en geeft hier zijn zeer deskundige voorlichting) keer den wij in den middag terug naar het kamp, ter bijwoning van De officieele opening Ruim, drie uur vereenigden zich in de aan het einde der „Kampstraat" opgeslagen tent de genoodigden en de jeugdige werk loozen 82 van de 90 hadden hun bivak reeds betrokken om tezamen ihet werk kamp met lofzang en gebed te wijden aan zijn bestemming en te luisteren naar de goede woorden, daarna gesproken. De ruim? tent was geheel gevuld; ach terin een breede zoom van jeugdige werk loozen, beeld van den nood des tijds, maar ook van de naastenliefde, die aan Christus' liefde ontstoken wordt. Achter en bij de bestuurstafel hadden talrijke vooraanstaan de personen plaats genomen; behalve de sprekers zagen wij den heer C. Smeenk, lid der Tweede Kamer; de heeren Hanemaayer en Stemerding, wethouders van Rotterdam; N. Jansen, voorzitter der financieele com missie: mr A. C. v. d. Brand, penningm. en J. Schipper, secr. der Centrale voor Werkloozenzorg; Ds H. Janssen, veldpredi ker in alg. dienst; Anth. Folmer, ir West hof f, J. L. van Lonkh.uyzen, dir. der Ned. Heide Maatschappij; de heer Jansen Mane schijn, burgemeester van Zwijndrecht; De Graaf en Diepenhorst, inspecteurs van het Dep. van Sociale Zaken; J. G. van Iterson, Dir. der Maatschappij „Voorne's Duin", ver der vertegenwoordigers van betrokken ge- meentebestuen, van 30 plaatsel. comité's, uit de vakorganisatie enz. lijko vorming der jongelui, die van het al lerhoogste belang is. Maaj" de taak ziende als een van Godswege aangewezene, mag ook de leiding en de zegen uit Gods hand verwacht worden en wenscht spr. dien zegen toe aan den kampcommandant (den heer Bouma) en zijn helpers. In aanslui ting op het voorgelezen Schriftgedeelte wees spr. ten slotte op den naam van het werkkamp: „De Schaapskooi', welke im mers het beeld oproept van de grazige wei den, den goeden Herder en het hooren van Zijn stem. Nadat gezongen was Gez. 2201, ging Ds H. Janssen in gebed voor, waarna het woord was aan jhr S. van Citters, voort zitter van het Nat. Crisis-Comité voor het houden van de openingsrede In zijn rede richtte jlhr. van Citters zicli voornamelijk tot de jeugdige bewoners van het kamp. Gij hoort, aldus spr., u thans voor het eerst na maanden, soms jaren van moeilijk wachten, een welkom toeroepen. Wat hier geschiedt, is niet alleen voor u bestemd, maar moet ook met on door u als mede-arbeiders opgebouwd worden. Gij hebt reeds jong een kruis te dragen; bedenk, dat wij allen kruisdragers zijn, die ons kruis opnemen en achter Christus dragen moe ten. Blijmoedig dragen niet sleepen. En we',ést ervan overtuigd: velen helpen u dragen. Voorts gaf spr. een korte historische schets van de oorzaken der werkloosheid, om dan te besluiten met opwekkende woor den tot de jonge bewoners van het nieuwe werkkamp, die op elkander invloed zullen oefenen, elkander kunnen helpen, de blij- moedigen de zwaarmoedigen. zingende een lied voor zichzelf en voor anderen. Met de bede, dat des Heeren oog dag en nacht moge geopend zijn over dit kamp, eindigde spr. ziin indrukmakende rede en verklaar de hij het werkkamp „De Schaapskooi" ge opend. Meerdere toespraken De volgende spreker was de burgemees ter van Oostvoorne, de heer S. da Si 1 va, die mede namens den burgemeester van Rockantje, den heer K. Nieuwland, sprak. Hij schetste in scherpe trekken de ellende der werkloosheid voor jonge menschen, die de doelmatigheid van hun bestaan zien weg- zinken, doch aan wie hier gepoogd wordt weer een perspectief te openen. In 3 jaren tijds heeft de maatschappij ten onzent pl.m. 100.000 jonge werkloozen uitgestooten. Welk een zegen, dat men voor hen in Gods vrije natuur werk heeft gevonden in de bestrij ding der verwildering van het plantenrijk. Spr. acht het een voorrecht dat de gemeen ten Rockanje en Oostvoorne daaraan hun medewerking hebben mogen verleenen en roept Gods zegen in over den arbeid dezer jongem inschen. Namens het Chr Nat. Vakverbond, dat zich verblijdt over den voortgang van dit werk, sprak de heer K. Kruithof, voor zitter van dat Verbond. Zelf in zijn jeugd 13 weken werkloos geweest zijnde, kon spr. zich den gemoedstoestand der jonge werk loozen zoo goed begrijpen. Hij wekte op, om niet de mannen, die dit werkkamp tot stand gebracht hebben, te huldigen, doch Gods goede hand te zien, die ook Christe lijk Nederland bewoog om hulp te bieden aan de werklooze jeugd. Slotwoord Het slotwoord was aan Ds. F. A. den Boeft, voorz. van het Prov. Comité, die in het lioht stelde, dat en hoe de Kerk het veel gesmade lastdier der klachten over haar negeeren van de toepassing der naas tenliefde, waartoe zij geroepen is het streven der werkloozenzorg heeft gesteund. Het was immers de Raad van Ned. Kerken voor practisch Christendom, op welks ini tiatief de Centrale gesticht werd. En het waren de kerken, die hun geloof, liefde en kracht, hebben getoond in het bijeenbrengen van f 70.000 voor dit doel. Wat meer is: alleen de Kerk kan het volhouden, tegen levensleed te wapenen en te versterken, om dat in haar is uitgestort de liefde van onzen Ileere Jezus Christus. Zeker, ook zij heeft haar groote tekorten, maar zij is aange raakt door de barmhartigheid van Christus, en daarom kan zij altijd weer bamihar tigheid bewijzen. Uit dit werkkamp spreekt den jongen werklooze het woord toe, dat spr. eens hoor de van een gevangene, die hem gevraagd had, een ansichtkaart te sturen nis hij met vacantie was: „Dan merk je. dat er iemand is, die aanjedenk t". Het is ook de Kerk, die aan hem denkt. Wat mo t zegt: het is God die aan hem denkt, die Zijn schaap in nood niet vergeet. En waar de Kerk de gewoonte heeft, bij het u'we'ijk een bijbel mee te geven voor het gezin daar wil spr. namens het Prov. Comité een kampbijbel aanbieden voor het groote ge zin, dat hier z'n samenleving begint. Geeft het electrisch licht, dat hier braindên zal, wel eens storingen, Gods getuigenis is een licht, dat nooit storingen geeft, dat altijd helder brandt en dat ook deze jongemen schen toeroept: „Komt allen tot Mij, die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven". Nadat Ds. den Boeft in dankzegging was voorgegaan, werd met het zingen van Gez. 96 de openingsplechtigheid besloten. De meeste aanwezigen maakten daarna nog een tocht naar het Breedewater een der drie werkobjecten van het pas geopende kamp. Gemengd Nieuws. Zangwedstrijd De uitslag van den Zangwedstrijd van den Bond van Chr. Zang- en Oratorium-ver een. in Nederland, gehouden te Zeist op Woensdag 31 Juli 1935, is als volgt: 4e Afd. Kinderkoren: Leersums Kinder koor Leersum 301 punten le prijs; 3e Afd. KinderkorenZang en Vriendschap Breuke- len, 281 p., 2e pr.: 2e Afd. Kinderkoren: Chr. Meisjesk. Juliana Rijnsburg 295 p., 2e pr,;- le Afd. Korenkoren: De Lischbloem, Lisse, 219 p., 3e pr.; 3e Afd. Vrouwenkoren: .Chr. Damesk. Mirjam, Rotterdam, 340 p., le jir.; Eede-Afd. VrouwenkorenChr. Damesk. Excelsior, Maarssen, 354 p., le pr.; 4e Afd. Mannenkoren: Door Eeendracht Verbonden, Zeist, 343 p., le pr.; le Afd. Mannenkoren: Rijswijks Chr. M.koor Rijswijk 352 p., le pr.; Afd. Uitmuntendheid M'koren: De Lofstem, Leerdam, 334 p., le pr.; 4e afd. Gem. Koren Soli Deo Gloria, Soesterberg 321 p., le pr. 3e Afd. Gemengde Koren: Hosanna, Lex- mond, 275 p., 2e pr.; Hallelujah, Bleiswijk, 276 p., 2e pr.; Asaf, Vreeswijk, 288 p., 2e pr.; I.angbr. Gem. K. Neder-Langbroek 294 p., 2e pr.; Sursum Corda, Honselersdijk, 305 p., le prijs. 2e Afd. Gemengde Koren: Sursum Corda Wijk b Duurstede 216 p., 3e pr.; Vlijt en Vol harding, Rergschenhoek 260 p., 2e pr.; Hal lelujah, Pijnacker, 283 p., 2e pr.; Hallelujah Vinkeveen 297 p., 2e pr.; Het Laakkoor Den Haag, 303 p., le pr.; Crescendo Dirkshorn, 360 p., le pr. le Afd. Gemengde Koren; Zang en Vriend schap, Aalsmeer, 279 p., 2e pr.; De Lofstem, Rozenburg, 300 p., le pr.: De Volharding, Bunnink, 301 p., le pr.; De Lofstem, Utreclu 305 p.; le pr. Afd. Uitmuntendheid Gemengde Koren: Zingt den Heer, Heerde. 270 p., 2e pr.; Rid- derk. ZangkRidderkerk, 295 p., 2e pr. F.erc Afd. Gem. Koren1 Soli Deo Gloria, Hoofddorp 267 p., 2e pr.; Excelsior, Maars sen, 315 p., le pr.; Hallelujah, Aalsmeer, 326 p., le pr. Superieure Afd. Gem. Koren: De Lofstem, Wildervank, 311 p., le pr. Prima Vista Wedstrijd: Laus Deo, Zeist, le prijs. Eere Wedstrijd1 le pr.: Damesek. Excel sior, 2e pr.. Crescendo Dirkshorn, 3e pr.; Mk. De Lofstem, 4e pr., Hallelujah, Aalsmeer, 5e pr. Mk. Door Een/dracht Verbonden. NEW FOUNDLANDERS De verleden jaar Februari Koninklijk goedgekeurde Vereeniging van Fokkers en Liefhebbers van New Foundlanders, is be- ZATERDAG 3 AUGUSTUS HUIZEN 301 M. - KRO'uitzendiag. 4.00-5.00 HIRO. 8.00-9.15 eo 10.00 Gram.pl. 11.30- 12.00 Godsd. halfuur. 12.15 Gram.rauziek.. Kwintetconcert. 2.00 Voor de jeugd. 2-30 Sport. 3.00 Kinderuur. 4.00 HIRO. 5-30 Or kestconcert. 5.30 SahJagermuziek en lezing. 7.15 Causerie. 7.35 Gram.pl. 8.00 Berichten. Gramjpl. 8.30 Sdhlagermuziek, radiotooneel en gram.pl. 10.30 Berichten. 10^35 en 11.00— 12.00 Gram.pl. HILVERSUM 1875 M. - VARA-uitzending. 10.00 VPRO. 7.00 VRO. 8 00 Gram.pl. 10.00 Morgei*wt)diag, 10.15 Voor arb. in de oonönu- bedr.: Gram.pl. Radiotooneel olv. W. v. Cap- pellen en Fr. Nienhuys (voordracht). 12.00 Harry Lews Radio Three en gram-muziek. 2.00 Hoe de toonkunst groeide (gr.pl.). 2.20 Gram.pl. 2.45 Filmkwartiertje M. Sluyser, 3.00 Carmen", opera van Bizet (gr.pl.) Toe lichting: A. v. Nierop. 5.40 F. V Toussaint van Boelaers: Stijn Streuvels. 6.00 A. de Booy (zang) en L. Contran (piano). 6.30 Es peranto (gram.pl. en causerie C. Hettema) 6.50 Gram.pl. 7.00 VRO 8.00 Herh. SOS- ber. 8.03 Berichten en Vara-varia. 8.12 Wi) vragen uw aandacht voor. 8.15 Gram.pl. 8 30 '.Strandfiknpjes" door Jacob Cats Jr., olv. W. v. Cappellen. 9.00 Dubbelmannenkwartet „Pre cosia" olv. D. Kok en gram.pl. 9.25 Reportage Ncd. Athletiek kampioenschappen door J. Broeksz. 9.50 Tine Labree (liedjes a. d. vleu gel). 10.00 Tien minuten Hollywood (gr.pl.). 10.10 De Bohemians olv. J. v. d. Horst. 10.50 Fantasia olv E. Walis. 11.30—12.00 Gram.pl. DROITWICH 1500 M. - 10 35-10.50 Morgen wijding 11.20 Gram.pl. 11.50 Imperial Hotel orkest olv. E. Smydie. 12.50 Gram.pl. 1.20 Commodore Grand orkest olv. Davidson. 2.20 BBC-Northern Ireland Orkest olv E G Brown. 3,20 Orgelspel H. Ramsay. 3.50 Reg. King en zijn orkest. 4.50 Maurice Igor en zijn Zigeu nerorkest. 5.35 Ambrose en zijn band. 6.20 gonnen met de uitgave van een eigen maandblad, in gedrukten omslag en met Pe- cvrlosti leerden tekst. Het weekblad ,Dö Hond", zoo lezen we o.a. in het inleidend artikel, geeft over „ons Ras" te weinig en het doel is nu den leden door 't eigen blad gegevens te verschaffen over voeding, lig ging, hygiëne verzorging enz. De vaste me dische medewerking van den dierenarts den heer J. Voogt, te Rotterdam, zal in dezen wel van groote waarde blijken te zijn. De secretaris der vereeniging, de heer G. A Evers, te Hillegersherg, begint, in dit. num mer aan een interessante vertaling van het boek von prof. dr Alb. Heim, uit Zürich, over den New Foundlander. Hierin wordt o.a. beredeneerd, dat het totaal onmogelijk is, dat de New Foundiander totaal onafhan kelijk en alleen op het eiland New Found- land ontstaan is en dat de Landseer New Foundlander en de Zwarte New Foundlan der twee geheel verschillende rassen zijn met geheel verschillende herkomst, die op het eiland New Foundland te zamen ge komen zijn en later dan weer van dit eiland naar Europa gebracht zijn. In een in dit eerste nummer afgedrukt schrijven van den 86-jarigen prof. Heim lezen wij, dat deze sedert het jaar 1887 voor het eerst een New Foundlander had, dit ras trouw gebleven is en dat hij overtuigd is van Max Hartensteins spreuk; „Van alle honden is toch de New Foundlander de in telligentste, de edelste en de trouwste". Berichten. 6.50 Sportpraatje. 7.05 Welsh pro gramma. 7.20 BBC-orkest olv. J AnseH. 8.20 Optreden van de ..Continentals" 8.50 Va riété-programma 9.50 Berichten. 10.10 Repor tage van de Tidworth Taptoe. 10.35 G. Par- kingtcos kwintet. 11.20 BBC-dansorkest olv. H. Hall. 11.45 Vervolg reportage. 12.05—12.20 Vervolg dansmuziek RADIO PARIS 1648 M. 7.20 en 8.20 Gram.pl. 12.35 Concert onder leid ng v Doyen. 7.25 Gr pl. 8.20 Pianorecital. 9.05 „Fcrtunio", met mu ziek van Messager 11.101235 Dansmuziek. KALUNDBORG 1261 M. - 12.40-2.20 Strijk orkest olv. A. Thyregod. 350—5.50 Omroep orkest olv. Gröndabl. 8.20 Zang en voor dracht. 9.20 Trombcoe- en pianosoK. 9.35 Om roeporkest olv. Mahler. 11.00 Zang en piano. 11.20—'12.35 Dansmuziek. KEULEN 456 M. 6.50 Ccccer uit Breslau. 12 20 Coocert uit Essen. 1.35 Fragm. uit Sup- pé's operette „Boccaccio". 2.35 Gevar. con cert. 4.20 Gevar. programma. 7.50 Concert. 8.35 „Das Spitzentuch der Königin", operette van Joh Strausz. Leiding: H. Rosbaud. 10.35 Wir feiern die neue Zeit. 1135—42.20 Repor tage. ROME 421 M. 9.00 „La Granceola", opera van A. Lualdi, Hierna „Der Schauspieldirek- tor", opera van Mozart. Leiding: A. Lualdi. BRUSSEL 322 en 484 M. - 322 M.t 12 20 Gram.pl. 12.50 Salcnorkest olv. Walpot. 1.50 —2.20, 4.20, 4.50 Gram.pl. 5.20 Omroepor kest olv. Douliez. 6.35 en 7.35 Gram.pl. 8 30 Dito en radiotooneel. 9.20 Stafmuziek en 1ste Reg. Gidsen olv. A. PrévosL 10.30 Gratn.pl. 11.20-12.20 Dansmuziek - 484 M.: 12 20 Gram.pl. 12.50 Omroeporkest olv. Douliez. I.502.20 en 4.35 Gram.pl. 5.20 Salcnorkest olv. Walpot 6 20 Zang. 6.50 Salonorkest olv. Waloot. 8.20 Symphonieconcert olv. Coroeil de TTicran. 9.00 Gram.pl. 9.10 Vervolg con cert. 9.30 Hoorspel. 10.05 Vervolg concert, 10.5012.20 Populair concert. DEUTSCHLANDSENDER 1571 Meter. 8.30 „Tanrzende Sternscbnuppen", gevar. pro gramma. 10.20 Berichten 10.50 Guitaar en piano. 11.05 Weerbericht. 11.20—1.15 Han* Bund en zijn orkest. Kunst en Letteren. SCHRIFTELIJKE ZANGCURSUS Bij de muziek-copiëerinrichting „Musico", te Den Haag, wordt een schriftelijke zang cursus van Ary Schipper uitgegeven, die van groot nut kan zijn voor zangliefheb bers, die niet in staat zijn, hetzij door financieele oorzaken of door .tijdsgebrek, of doordat er in hun omgeving geen geschikte zangpaedagoog is. een behoorlijke monde linge cursus te volgen. Men kan de lessen wekelijks en ook tezamen gebonden ineens, thuis krijgen. De lessen, zooals die ons ter inzage werden gezonden, geven den indruk van deskundigheid en betrouwbaarheid, terwijl de tekst in heldere, zeer begrijpe lijke stijl geschreven is en de laatste der twaalf lessen laat den cursist er niet over, in twijfel, dat hij nog slechts aan het be gin staat als bij of zij zanger of zangeres wil worden. HET SCHRIJVERSCONGRES TE PARUS heeft een Internationaal schrijversgenoot schap gevormd „voor de verdediging van de beschaving en ter bestrijding van de oorlog en het fascisme". In het bestuur werden gekozen: Gide, Barbusse, Rolland, Heinrich on Thomas Mann, Gorki, Shaw, Lewis, Sel- ma Lagerlöff enz. 83 Maar nqen, het lot is niet zóó wreed! Bospaar& wordt hem dit gruw'lijk leed! Een zonnescherm vangt in zijn schoot Hem op, en redt hem van den dood! „Aha", denkt hij, ,,'t Ergste is voorbij! Ik kom er goed af, Van die valpartij!" 84 Vlak onder den rand van de zonnetent Staat de putjesschepper Koos van der End; Piet komt met een plons in zijn kruiwagen neer, Die geheel is gevuld met bagger en siueerl O wat 'n geklodder! En een geflodder! Wat lag hij daar lekker In de modder! (Wordt Maandag vervolgd FEUILLETON TOEN MOEDER WAS HEENGEGAAN Een klein nichtje bij zeven neven (16 „Neen, papa, heelemaal niet, ik herinner het mij nuduidelijk. Ursula smeekte mij Van de leuning af te komen en met haar mee te gaan, maar ik wilde niet Rosalie gaf toen een luiden gil, waardoor ik schik te en viel, dat is alles." Rosalie trad met een woedend gelaar naar voren. „Jongeheer Piet", zei zij, met kwalijk .verborgen toorn, „je mag niet jokken." Naar mij wijzende, vervolgde zij: „Dat heeft zij hem natuurlijk voorgezegd." „O!" zei Piet, ,on drukte de hand van zijn Vader nog vaster in de 'Zijne en sprak ver der tot Rösalie: „U weet wel, dat ik nu niet jok. U hebt het mij dikwijls laten doen maar nu wil ik niet langer. U weet best, dat Ursula die beschuit niet heeft opge goten toen ik ziek was, en dal u mama verteldct dat ïk mijn drankje, innam, tei- wijl u het wegsmeet. U hebt mij leeren jokken." „Wat beteekent toch dit alles? Ik geloof dat hij ijlt...". „Het is gemakkelijk te begrijpen dat zij hem heeft opgestookt", herhaalde Rosalie. „Rot arme kind weet niet wat hij zegt; ik neem het hem niets kwalijk. Maar mevrouw kent mij te goed en weet dat ik haar ver trouwen waard ben..." Tante zat met gebogen hoofd en lette niet op haar. „Die kleine slang', vervolgde Rosalie, op mij wijzende, „zij wil mij doen wegjagen." „Verlaat de kamer", zei oom op strengen toon, „ik wil hier geen drukte, later zal ik met je spreken." Rosalie beproefde nu op een andere wijze haar doel te bereiken: „Ik behoef den jon geheer toch niet te verlaten, nu hij ziek is... Niet waar, mijn lieveling, je wilt niet dat ik heenga? Je weet hoeveel ik van je Piet zei niets maar beefde over zijn ge- heele lichaam en hield zijn vaders hand nog steeds in dc zijne geklemd. „Toon je genegenheid dan, door dit kind niet langer te plagen" zei oom. „Ik gebied jè om oogenblikkelijk de kamer te verlaten." Rosalie durfde niet langer tegenspreken en toen zij weg was, viel Piet uilpoput in zijn kussens terug. „Nu ga'ik slapen", zei hij. De lamp was uitgedaan en het nacht lichtje verspreidde slechts een flauw schijn sel in de kamer. Piet sliep gerust en ik lag half wakende, half droomende in écn leuningstoel. Tante trad naar mij toe en zei zacht: „Je moet naar bed gaan, Ursula." Ik sprong overeind en zei: „Tante, wilt u mij.een kus geven?" Zij keek mij verwonderd aan, weifelde een oogenblik en' boog zich toen, om mij een kus te geven. HOOFSTUK XIX De waarheid zegeviert Het was de tweede Zondag na het onge luk met Piet; Frans was 's moxgens al vroeg met een vroolijk gezicht gekomen. Tante was juist in den gang, waarop de jongeheer voor haar bleef staan, haar vlak in het gezicht keek en met zijn heldere stem vroeg, „Waarom mocht ik die andere Zondagen niet bij moeder komen?... Dat was niet aardig. Ik hoop dat u nu wat vriendelijker zult zijn." „Frans!... ben je dwaas?" riep zijn moe der verschrikt, die slechts zijn laatste woor den verstaan had. Tante werd evenwel niet boos; zij tikte het moedige ventje vriendelijk op de wan gen on zei: „Ga maar met je moeder mee, mijn jongen." Thérèse nam hem spoedig mee. Paul, die hierbij stond, barstte in lachen uit en toen hij eindelijk in staat was te spreken, riep hij. uit: „Bravo! dat is eerst ccn rechte jon gen, niet grooter dan een schoen, maar die aan. groote menschen de waarheid durft zeggen." Aan tafel was oom bijzonder vriendelijk tégen mij. noemde mij zijn leeuwerikje, zorgde dat ik goed bediend werd, en schonk mij een glas wijn in, zeggende, dat ik er nqg van groeien moest. Aan het einde van den maaltijd wierp hij een veelbeteekenen- den blik op Jacob en zei: „Ik dacht dat jij ons iets te zeggen had?" Jacob kreeg een kleur, opende den mond om te spreken, maar er kwam geen geluid -ovpr zijn -lippen: „Die een fout herstelt, gedraagt zich ver dienstelijker dan hij die ze nooit begaat", hernam oom. Jacob spande al zijn krachten in en zei: „Ik wilde alleen maar zeggen, dat Ursula die taartjes niet heeft genomen." „O!" zei Paul, „maar wie heeft het dan gedaan?" „Wat kan jou <vit schelen?" hernam Jacob, een woedenden blik op zijn broeder werpende. „Wel iemand moet ze toch genomen en opgegeten hebben". „Dat is niet edelmoedig, Paul", zei oom. Paul sloeg de oogen neer en Jacob sprak half uitdagend, half beschaamd: „11: was het..." „Poëzie en patisserie, dat rijmt", mompel dc Ernst, „maar mooi is het toch niet." „Jacobs grootste fout was, dat hij een ander in zijn plaats heeft laten beschuldi gen", zei oom, „maar hij heeft het zelf bekend en wij zullen er verder niet meer over spreken. Wij weten nu, dat Ursula meer dan eens verkeerd beschuldigd is ge worden en ik hoop dat zij het ons vergeven wil." Nu was het mijn beurt om te kleuren en ik wist van verlegenheid niet, naar wel ken kant ik zien moest. „Wij vragen haar vergiffenis", herhaalde oom, dien ik nog nooit zoolang achter el kander had hooren spreken, „en hopen dat zij zich hier voortaan gelukkiger zal gevoe len. Ik verzoek jullie allen, haar als je zusier te hehandelen." „Wij weten niet hoe wij een zuster be handelen moeten", merkte Ernst op, die altijd het laa'ste woord hnd. „Met beleefdheid", zei Albert. „Men plaagt haar", zei Paul. „Maar men houdt ook veel van haar", voegde Maurits er bij. „De meisjes zijn veel beter dan de jongens, die altijd een ander uitlachen." „Zij zijn zoo vervelend en schreien altijd" fluisterde Karei. Paul legde hem het zwijgen op, waarop Karei verlegen uitriep: „Maar Paul, jij zegt het immers zelf." „Jij begrijpt ook ulles verkeerd..." „Dus nu schaar je je aan de zijde van de meisjes?" „Ik schaar mij hij wie ik wil..." „Men weet nooit waar men zich bij io- aan te houden heeft. Jij plaagde haar het meest en nu...H. „En nu wil ik me niet langer zoo dwaas aanstellen en haar geen verdriet meer aan doen, omdat zij het niet verdient." „Zing je jo liedje dan niet meer?" „Neen... en daar is niet veel bij verloren. En wat meer ls, ik verbied je hot nog tc zingen." Dit alles werd op fluisterenden toon ge sproken, maar ik stond zoo dicht bij, dat geen woord mij ontging. Oom las onderwijl een brief, die hem juist pehracht was, en tante diende de thee rond. „Tk wil Ursula een pleizier doen", zei oom, „en ik denk dat geen van jullie daar iefs op tegen heeft. Tk zal haar geven wat zij maar wil, als het tenminste niet de maan is of Pen stel diamanfpn. Kom, mijn vogeltie. wat wil je hebben?" Ik bedacht mii een oogenblik en ant woordde toen: ,.Em mooi prentenboek, waar veel bloemen en beesten in staan." „Waarlijk?... zei oom, „maar er liggen allerlei plaatwerken op tafel in de zaal. zou je dat waarlijk het liefsC hebben?" „Dat is 6en vreemde smaak op dertien- jarigen leeftijd", zei tante. „Het is ook niet voor mij..." „Voor wie dan?" „Yoor Anna... Het zal haar zooveel ge noegen geven." „Wie is Anna?... Een prinses?" „Het is een ziek meisje, dat aan de over, zijde aan de plaats woont" „Een ziek meisje!... ik ken haar niet. YY'aarom heeft men het mij nooit verteld? Misschien kan ik haar nog helpen; ik zal haar vandaag nog bezoeken." Oom vroeg mij het een en ander over Anna's toestand en maakte uit mijn ant woord op, dat in het voorjaar met Gods hulp wellicht de buitenlucht haar zou her stellen. „Maar zij zou nooit van haar moeder af kunnen, oom." „Niet?... Dat is lastiger. Dan moeten wij een oord bedenken, waar de moeder haar brood kan verdienen." Ik wist er wel iets op te vinden, maar durfde mijn gedachte niet uitspreken uit vrees, dat men mij zou uitlachen, rnaar tot mijn groote vreugde vroeg oom mij: „Zou den die goede oudies hen niet bij zich willen nemen?... Haar moeder kon dan op het land, in den tuin of in huis werken." ,0! ja", riep ik uit. „zij Zullen haar goed oppassen, zii zijn zoo goed en dan zullen zij het ook niet zoo stil hebben.' „Welnu", zei oom, „ik zal hun eens schrijven." (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9