„SONNEVANCK" WOENSDAG 5 JUNI 1935 TWEEDE BLAD PAG. 5 HET REGEERINGSONTWERP EN ONS CHR. ONDERWIJS ii Onze ergste klachten loopen ten eerste over de algemeege leerlingenschaal en de ,-,k\veeke-ling met akte", ten tweede over onze kweekscholen. De leerlingenschaal wordt verhoogd; in plaats van klasjes van 30 40 leerlingen krijgen wc ze nu van gemiddeld 45 a 50, dus ook met uitereten van 60. Daarmee ver liezen we wat: een klas van 30 leerlingen is iets anders dan een van 50. Dat zal moeten wennen: voor de onderwij zers, voor do leerlingen, ook voor de ouders, die dat aankijken. We zullen het, hoezeer we 't bejammeren, moeten aan vaarden, als een van de booze gevolgen van de booze crisis. En ten slotte: make the best of it: moed houden en er van maken, wat er van te maken is. Erger is de uitvinding van den wettelijk erkenden kweekeling met akte, dat wil zeggen: den onderwijzer met volle bevoegd heid en dienstjaren, desalm* ttemin: naast zijn gelijkwaardigen collega van den eer sten rang: een van den tweeden. Naast el kaar werken aan een school twee mannen, die hetzelfde werk doen, gelijke voorstudie hadden en gelijken diensttijd hebben: de een verdient ƒ1800, de ander ƒ600 (de Re geering stelt zich voor (zie Memorie, p. 29, al. 1) „een bedrag van 500 'sjaars voor hen, die bij hun ouders kunnen inwonen") Ik durf de Regeering met deze hare inventie miet gelukwenschen. Een tegenstelling in salaris, als ik daar noemde, zal in dezen tijd, na een halve eeuw van vaak bitteren strijd om billijke loonregeling in allerlei be drijven, moeilijk voldoen. Niet alleen den betrokkenen, maar ook het volk in zijn breederc kringen. Niet alleen nu, nu wij er op kijken als op een toekomstbeeld, maar ook in de praktijd van iiet leven, dat dreigt De Regeering schrikt terug (zie: Memorie p. 28, al. 4) voor „een drastische salarisver- mindering". Toch hoorden wij reeds uit het Noorden des lands van stemmen, die deze verre verkozen boven de nu bedachte barre schending van de gelijkheid en de broeder- 6chap. Wij kunnen ons dat gerucht begrij pen. Ook wij gelooven alsnog, dat de Regee ring haar 10 miljoen op andere wijze moet vinden. Wat daarbij een gunstige factor wordt, is het beter uitzicht dat bij kalmer regeling daagt voor onze werk- en loonloozen De beginnende salarissen zullen vooral kun nen eri moeten worden geknepen, tot een leeftijd b.v. van 27 jaar; daarna minder, ter wijl de toelagen voor gehuwden en kinder toeslagen zullen moeten blijven. Die voor verkregen aktes geheel te schrappen, lijkt mij, gelet op de gesteldheid en redcneeriii- gen van de gewone menschelijke harten, niet verstandig. Zij mogen iets worden vermin derd, te verdwijnen dienen zij o.i. niet. Wij komen nu aan het ergste. Dat wordt een droef verhaal. De wet-1920 groeide op dn de dagen van Olim; zij schiep o.m. een stevige opleiding van onze aanstaande onderwijzers, zorgde voor hun algemeene kermis, ook en dat was 't •Mooiste voor hun theoretische en practi- £che opleiding als vakman. Want het school meesteren is een vak, waarvoor een vak kundige opleiding van afkijken, nadoen, 'controle, theoretische fundeering en bewijs geven van geschiktheid eai bekwaamheid rioodig is. In dezen mag het onderwijswerk niet achterstaan gelijk het te veel deed en nog zonder voldoende garantie doet bij molens- en bruggenbouwers, bij dok ters, enz. Dr. De Visser had het alles schoon be raamd en (besteld. Toen kwamen de eerste waarschuwingsseinen, dat we de woestijn in zouden moeten; dat was in 1923. De nieuwe opleidingsplannen werden terugge nomen, Titel VI der wet (over de opleiding) werd ingetrokken. De Kamer vond dat goed, De opleiding, de kweekscholen hadden nu voortaan alleen niet de Regeering te maken; zij stonden huiten -de wet, de Kamer had haar hand teruggetrokken. Tien jaar heeft die toestand geduurd. Van nabij heb ik hem meegemaakt; 'k heb niets dan lof voor wat de Regeering en haar ambtenaren voor onze kweekscholen hebben gedaan: de geest van De Visser bleef in de zalen en kamers aan 't Bezuidenhout wonen. Wij werden er als ikinderen ontvangen en verzorgd. Ik moet hier even gewag maken van de Commissie ran Drie: dat waren drie afge vaardigden van de drie kweekschoolorgani saties: de rijkskweekscholen (met enkele ge lijkgerichte inrichtingen), de Roomsch- kabholieke kring, onze Christelijke kweek scholen. Die drie waren het ten slotte altijd eens. Ten slotte zeg ik, want die eenheid eischte vaak lang beraad. Maar het einde -was toch eenstemmigheid tegenover de Overheid. Die eenheid was ook een groot gemak voor de Regeering; er was óf eenpa- I stond in ons nummer van gisteren. rige instemming óf eenparig verzet Men wist precies wat men aan elkaar had. Door die eendracht hebben onze kweekscholen veel goeds bereikt. Wij spreken hierover, om dat ik voor het heil der Nederlandsche scholen zoo'n vóór-parlement je, opkomende uit al de vrije ondenvijs-organisaties in den lande zoo gewenscht vind. Men kent elkaar, men vertrouwt elkaar, men weet precies wat de ander bedoelt, wat men aan elkan der heeft, men spreekt als eerlijke mannen, die vlak tegen de praktijk aan staan. Er is tijd voor geschil, er is ook tijd om elkaar te vinden in een eenheid, die voor de Regeering spreekt, of ook, om precies de lijnen uit te stippelen, waar men elkaar bekampen zal. Het onderwijs heeft vele punten van ge- meenschappelijken technischen aard, heeft ook, in ons land, tal van punten, waarin eerlijke mannen met een eenvoudige telsom elkaar en de wereld kunnen overtuigen. De schoolstrijd blijft, men kan hem voeren als burgers van een land op zuiver geestelij ke wijze in besloten kring, ook, minder die nend, door lange debatten. Na een ervaring van jaren meenen wij op die ervaring te mogen wijzen, 'k Moet alleen opmerken, dat zulke lichamen klein moeten blijven. Maar wij zouden vei-te 11 en van de op leiding. Voor 1 Januari 1936 moest de opleiding opnieuw in de wet worden opgenomen. Minister Terpstra kwam met een voorstel: de vierjarige kweeksohool: de vastlegging van de praktijk van ruim 10 jaren. De Kamer beraadslaagde, de Kamer besliste, de Kamer zette het ontwerp-Terpstra in een hoekje, waar nooit iemand langs komt (in deftiger woorden: zette het op nommcr zoo veel (erg achteraan) van haar agenda). De menschen van de kweekscholen 'n 1000 leerkrachten en 'n 13000 leerlingen wacht ten. Toen kwam Minister Marchant. Ook hij kwam met een ontwerp; de vijfjarige kweek school met intrekking der Subsidie van de helft of van een derde der bestaande kweek scholen. De Kamer beraadslaagde, de Kamer be noemde een commissie van voorbereiding, die het ontwerp met den Minister zou be spreken. Die bespreking had plaats, monde ling en sohriftelijk. De commissie verklaarde, dat „de openbare behandeling van het wets ontwerp voldoende was voorbereid". (Mis schien herinnert zich de lezer nog, dat wij rieden, in onderling overleg nauwkeuriger bepalingen te maken omtrent het al of niet subsidieeren van bepaalde kweekscholen en het redigeeren van een meer vakkundig programma voor de hoofdakte De Kamer beraadslaagde, de Kamer be sliste, de Kamer zette het ontwerp-Marchant in een hoekje, waar nooit iemand langs komt. De menschen van de kweekscholen bleven wachten. Toen kwam het Bezuinigingsontwerp. De Regeering merkt droogjes op, dat het ont werp-Marchant „niet zoo tijdig zal worden behandeld", dat. de opleiding in dit najaar, dus vóór den fat alen datum (1 Jan. 1936) geregeld zal zijn. (Memorie, p. 32, al. 2). Toch kan ze haar bezuiniging niet missen. En nu wil ze de heele kweekschool-opleiding maar liquideeren, of wilt ge laten wegster ven. Bij wijze van bezuiniging. Dat de op leid ing daardoor totaal ontredderd wordt, een geheel kader van mannen op zij wordt gezét, een stuk schooLhdstorie wordt uitgescheurd schijnt niet erg. Wie aan het eind van de vierjarige uitsterf-periode nog leeft., wie dan zorgt. Dan „zal het oogenblik gekomen zijn, waarop over het al dan niet geheel tot stilstand brengen van de onder neming moet worden beslist". (Memorie, p. 32). Zoo legde de Regeering de Kamer den eersten regel van art 195 der grondwet uit: het onderwijs is een voorwerp van aanhou dende zorg der Regeering; zoo schreef men historie m de jaren 1932 tot 1935. Voor de betrokken collega's moet dat een waar drama gelijken; zij betalen het gebrek aan overleg van de heeren wel duur. Maar: wij zijnnog niet aan 't eind. Zul len nog hopen. Minister Marcliant ging heen. En de Kamer kan nog beraadslagen. Intusschen nadert 1 Januari 1936. Misschien is er nog veel dwaas kwaad te keeren. Misschien komt er nog waar over leg uit den baaierd der meeningen op het Bnnenhof. Tot heil van land en volk en.scholen. Onwillekeurig komt in ons op het slot van de Koninklijke Boodsohap, die het ont werp aanbood: En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming. Dat mogen wij ook doen. Dat moeten wij ook doen. H. J. VAN WIJLEN Opening van het Kinder sanatorium - In de jonge zomerweelde van het nog frisse he groen, in de weldoende rast van het ver-van de-menschen, ligt het Sanato rium „Sonnevanck", waar levensleed en -levenshoop een stille strijd strijden. Rustoord van geduld oefenen en moed- houden; waar licht en lucht, liefde en kennis tezamen den weg banen naar de zoozeer begeerde genezing die, als het God behaagt, ook menigwerf bereikt wordt. Sonnevanck heeft donkere jaren gekend, maar de wolken van den tegenspoed zijn weggedreven en in de zon van een nieuwe eiding heeft bet Sanatorium zich kunnen «opheffen tot vroegeren bloei. Mt-n kan weer spreken van geheel bezette paviljoens, zelfs was het mogelijk, de palen uit te zetten en een gebouw speciaal voor de verpleging van kinderen te bestemmen. De officie.ele ope ning van dit Kinder-sanatorium was ver traagd; hoewel reeds in Februari- j.l. in ge biluik genomen, moest het nog „ingewijd" worden. Daartoe hadden zich gistermiddag in de eetzaal van het. hoofdgebouw bestuursleden, genoodigden en een groep verpleegsters ver- ecnigd. On der hen waren ook de geestelijke verzorger van Sonnevgnck, Ds. I-Iartiw ïgsen, en de predikanten Dr. v. d. Bosch en Ds. Tamminga, resp. van de Gercf. en Chr. Geref. Kerk te Hardeiwijk, waaronder het Sana- toium ressorteert. DE OFFICIEELE OPENING De samenkomst, onder leiding van Ds. C. J. Sikkel van Amsterdam-Zuid, voorzitter van' het bestuur, werd geopend met het zingen Ps. 103:9 cn lezen van Jes. 40 vs. 21slot. Ds. Sikkel, wiens toe spraak in alle pa viljoen9 per huis telefoon kon ge volgd worden, heette allen wel kom en deelde mede, dat de bur g cm e reter van Harderwijk ver hinderd waa Hij memoreerde de voorgeschiedenis van het kinderpa- viljoen. Men herinnert zich de gevallen van schoolbesmetting door aan t. b.c. lijdende on derwijzers op Terschelling en in Friesland, gevolg waarvan niet minder dan 33 kinde ren op Sonnevanck werden gebracht. Toen deze, op zes na, hersteld vertrokken waren, bleek de bekendheid van Sonnevanck voor kinderverpleging dermate toegenomen dat weer nieuwe patiëntjes kwamen, zoodat. er nog ruim 30 zijn opgenomen. Dit, gevoegd bij de vermeerderde opname van jonge men schen en volwassenen deed gebrek aan ruimte ontstaan. Toen is de Gen.-Dir. Dr. D. Bergwma op 'het idee gekomen, de leegstaan- Ds C. J. Sikkel H.M. DE KONINGIN TE DEN HELDER Bij het Monument voor het Nederlandsche Reddingswezen Bij de onthulling van het. monument voor wijlen Z.K.H. Prins Hendrik en dat voor het Nederlandsche Reddingswezen te Den Hel der heeft H.M. de Koningin gisteren het volgende gesproken: Mijnheer de voorzitter van het Comité Monument Nederlandsch Reddingswezen, Alvorens aan uw verzoek te voldoen het borstbeeld van mijn geliefden Gemaal te ont hullen en daarna in de plaats Mijner Dochter die nog niet voldoende hersteld is om hier aanwezig te zijn, het monument voor het Nederlandsche reddihgswezèn in te wijden, wensch ik van deze plaats een woord van bijzondere waardeering te "richten tot uw comité voor hét initiatief in deze genomen. Moge dit gedenkteeken tot in lengte van dagen den dank van ons volk vertolken, voor de daden van moed cn zelfopoffering en menschenlicfde, door de kloeke redders op oze kusten veirioht. Te meer voel ik mij gedrongen uiting te geven aan mijn waardeer!ng voor hetgeen U tot. stand gebracht heeft, waar ik overtuigd ben daarmede weer te geven de gevoelens van hem, die beschermheer was van uw comité, en van de beide reddingmaatschap pijen, die met warme belangstelling uw ar beid volgde, en voor wien het heden een groote dag geweest zou zijn. Met ontroering en dankbaarheid hebben mijn dochter en ik kennis genomen van uw voornemen, te genover het monument voor het reddingwe zen het 'borstbeeld te plaatsen van onzen echtgenoot en vader, wiens naastenliefde en medeleven hem zoo nauw verbond met de ziel van ons volk en het opofferend werk van de helden der zee. En thans wensch ik de Nederlandsche reddingsmaatschappij en met name de be de woning van den vroegeren directeur in te richten als kinderpaviljoen. Met geringe kosten is dit gelukt en zoo mocht het be stuur thans met blijdschap en dank aan God dezen dag zien aanbreken, Ds. Sikkel wees ook op het voorrecht dat de Christelijke barmhartigheid in de zén tijd nog in staat gesteid werd, haar terrein uit te breiden. Zeker, er is deernis met de kleinen, die. aan het ouderlijk huis onttrok ken, hier zijn gekomen, maar naast bewo gen harten -voeten er ook kloeke daden zijn. En waar het sterftecijfer van t.b.c.-lijders nog steeds dalende is, was deze uitbreidin-g een geboden zaak. Kinderen tellen voor vol mee bij Gods volk en daarom behooren zij bij deze stichting. Niet alleen de verheugende bewijzen van medeleven in de financieele zorgen, en niet alleen da medische verzorging der pl.m. ISO patiënten, ook de geestelijke belangen, ja deze het meest, behooren tot. de steunpun ten van Sonnevanck. De ouders vertrouwen hun kinderen aan het Sanatorium toe, en deswege is de verantwoordelijkheid zwaar èn voor hun lichamelijk èn voor hun geeste lijk heil. Directeur cn artsen bestuur en zusters samen willen in trouwe Christe lijke verpleging iets afspiegelen van de lief de om Christus' wil welke hier de brou van aller streven is. Met vrijmoedigheid doet Spr. een beroep op ons Christenvolk om juist n u te toonen, dat het zijn steun uit üefde gal';, niet alleen in tijden van overvloed ook in den crisis tijd moet openbaar worden dat men het meende met zijn ofler. De jongens en meisjes rechtstreeks toe- Hef gister geopende Kinder-paviljoen van het sanatorium „Sonnevanck", n God an ons leven èn van dat on- Toespraak Dr. Bergsma Hiermede het kinderpaviljoen officieel ge opend verklaard hebbende, gaf Ds. Sikkel het woord aan den Gen.-Dir. Dr. D. Berg sma, die ook even aan de aanleiding tot de kinderverpleging herinnerde en voorts sprekende zei Ds. Sikkel uit aller naam: er j er op wees. hoezóer de kansen op genezing wordt voor jullie niet alleen gezorgd, maargestegen zijn sedert 1928, toen de Rönt- ook gebeden; wij geven jullie niet alleen genologie ook op dit terrein haar zegennjk- rnedicijnen, maar ook raad en troost, 't Is 'n ken invloed begon te oefenen. In. verband 'moeilijke tijd voor jullie, maar Jezus hiermee zenden de corisultatiebureaüx de •Christus waakt, ook over het ziekbed der patiënten steeds meer jong naar een sana- kleinen. Onze verwachting is van God al-|tonum, zoodat er alle aanleiding was, een Interieur van het Kinderpaviljoen afzonderlijk paviljoen voor de kleinen' te openen. Spr. bracht dank aan den heer Tavcnier, die de uitvoering leidde. Hij sprak vervolgens de jonge bewoners toe door de huistelefoon, die vandaag voor 't eerst alle gebouwen tezamen verbond. Ds. Sikkel zegde Dr. Bergsma dank voor zijn leiding van Sonnevanck, dat sedert de komst van dezen gen.-directeur inderdaad weer tot bloei is gekomen. Nadat Ds. F* r- w e r d avan Amsterdam, in dankgebed was voorgegaan, ging men naar het nieuwe paviljoen om daar te zien, welk een keurig onderdak de jonge patiëntjes gekregen hebben. Licht en lucht, hebben er vrij spel en de aanklee ding der zalen en kamers getuigt van een bewust streven, om de zon in huis te hc!>- ben, ook al is zij buiten tijdelijk absent. De kleinen, allen op hun frissche, witte ledikan ten, hadden voor dezen middag zelfs een woordvoerder, die met leuke vrijmoedigheid de gasten verleide, hoe de jongens en meis jes liet naar den zin hadden. En terwijl men zich door de zalen verspreidde, kwam do kolonel te paard voorbij het paviljoen ligt vlak bij. den grooten weg de kolonel, dat is hun dagelijkschc vriend, die als gar nizoenscommandant zijn wandelrit maakt en dan altijd even aanlegt in den voortuin van Sonnevanck- de jongens hebben dan de grootste pret met hem: „Kolonel, rij es hard!" en hij doet 't. „Kom es bier maré chaussee!" (toen ze hem nog niet kenden) en hij deed het. Zoo, met deze herinnering aan 't slot, ne men we afscheid van Sonnevanck, want jonge t.b.c.-patiènien zijn de sombereten niet. In bun fraai, frisch „home" op Son nevanck weten wij hen best verzorgd, voor werp van veel liefde en gebed, en als de groote Geneesmeester Zijn zegen geeft, op w>eg naar een herstel, dat. wijl nog zoo jong bereikt, alle hoop op volkomen genezing geeft. manning der reddingbooten en redding sloepen oprecht geluk met dezen voor hen allen zoo heuglijken daig. Met groote voldoe ning kunnen zij terugzien op een meer dan -100 jaren zegenrijken arbeid, op de golveh verricht, dank zij de persoonlijke plichtsbe trachting van hen, die hun leven voor an deren waagden. En nu verzoek ik de aan wezigen met mij op te staan, teneinde op deze wijze met, eenige oogenblikken van stilte plechtig te herdenken de velen, die in hun moedige pogingen om schipbreukelin gen te redden, hun leven gaven. Moge God het schoone voorbeeld van stille zelfopoffe ring en naastenliefde door de kloeke zonen van ons vaderland bij het. reddingswerk feu allen tijde gegeven, in heden en toekomsi, doen strekken tot bezieling en gezag van ons volk. Nadat H. M. de Koningin gisteren het monument voor wijlen Prins Hendrik te Den Helder had onthuldwerd aan den voet daarvan een krans neergelegd Oud-minister Cohen Stuart Een oude herinnering Toen ik als, dat 1.1. Zondag oud-minister Cohen St-uart overleden was, kwam een aardige herinnering bij mij op. Wij hadden, tijdens zijn ministerschap, wederzijdsfche kennissen, die zijn buren waren. Deze achtenswaardige familie was door het vroe ge overlijden van den vader in de misère gekomen, welke nog verergerd was uoor het slechte gedrag van den oudsten i wiens portret ik onlangs in enkele bladen zag: de politie zocht hem wegens oplichting engreep hem. Welnu, op een zekere dag was de ellende in bedoelde familie zoo erg geworden] dat men den Minister om hulp en raad hap vraagd. Minister Cohen Stuart was echter «geen man van geld, maar hij hield zich niqt als doof. De volgende morgen het was Zon dag belde hij om half acht bij mii aan en verraste hij de huisgenoote, die open deed, met de vraag of hij mij even kon spreken. Eerlijk gezegd, dat kon niet op stel en sprong, maar do Minister had geduld. Wij hebben toen samen een plan opge maakt enuitgevoerd en we smaakten de voldoening, dat wij een gezin van de on dergang konden redden. Minister Cohen Stuart heeft het ambt slechts twee jaar bekleed; hij is verder stil door het leven gegaan; in de 'krant heb ik niet steeds met groote waardeering over zijn ministerschap en over het „krakende minis terie-de Meester", waarvan mr. Kolkman zei: „Wij zitten met de menschen", geschre ven; maar aan zijn vriendelijkheid als mensch behield ik steeds de aangenaamste herinnering. En ik kon niet nalaten dit kleine „In memoriam" te schrijven. Geref. Jeugdbeweging De Tweede Geref. Jeugddag in Oostelijk- Groningen zal Dinsdag 25 Juni a s. te Win schoten worden gehouden. Als sprekers zullen optreden de heeren Ds H. A. Wier- singa, Geref. predikant te Leiden; Ds J. Koppe, idem te Wagenborgen en het le Kamerlid, Prof. Mr. P. A. Diepenhorst van Amsterdam. De jeugddag zal staan onder leiding van Ds Jac. Jonker, Geref. pred. te Zuidbroek. Een religieuze overtuiging Biedt steun aan het gezag In een artikel in de Groene Amster, dammer schrijft dr. A. C. Josephus Jitt: Marchants vroegere partijgenoot o.m.: „Belangrijker dan het zoeken naar antwoord op de vragen, waarom de heir Merchant nu juist Roomsch Katholiek is worden, of hij moest bedanken voor Vrijz. Denr. Bond en of terecht zijn v om ontslag werd ingewilligd, is het, ons kenschap te geven van het motief, dat tot zijn de wereld schokkende gei heeft bewogen. Groote bescheidenheid past ons tegenover de beschouwingen, dié mr. Merchant in, zijn enkele dagen geloden gepubliceerd gesdhrift „Tot verweer" wijdt aan de motiev zijn gedrag". Wie de oprechtheid motieven van den heer Marchant durft te betwijfelen, moet wel stevig in zijn schoenen staan. Vraagt men naar het diepste motief van mr. Marchants bekeering, dan moet dat ge loof ik luiden, dat in deze tijd van verwor ding op zoo velerlei gebied, vóór alles be hoefte bestaat aan gezag; dat gezag slechts valt te grondvesten op geloof en dat. mr. Marchant dat gezag en dat geloof beeft ge vonden in de Roomsch Katholieke Kerk. De beide eerstgenoemde stellingen, dat deze tijd, meer dan aan iets andere, behoef te heeft aan gezag en dat de stevigste bodem om gezag te grondvesten, is een religieuse overtuiging, ben ik bereid ten volle te on derschrijven. Dat besef wordt in den steeds ruimer wordende kring van degenen, die er zich rekensohap van geven, van wat in de wereld om ons heen gebeurt, hoe langer hoe levendiger". Industrie-financiering Renteloos kapitaal rendabel maken In ons eerste Limbur-gnummer. versche nen 31 Jan. 1933, schreef Prof. Dr. Ir. li, Gelissen, de komende minister van. Econo mische Zaken, een artikel, onder liet. op schrift: „Industrie-financiering in Limburg'' Dit artikel handelde hoofdzakelijk over de medewerking, .welke gemeenten en provin cie kunnen verleenen; maar eerst werd de algemeene kant van bet vraagstuk belicht: „Er zijn industrieel e mogelijkheden, en ondernemers om deze te verwezenlijken; in bijna alle gevallen is het echter steeds zoo goed als onmogelijk, hetzij het kapi taal voor deze nieuwe industrieën, of vol doende bedrijfskapitaal voor de vergroo ting der productie van bestaande indus trieën te verkrijgen. Dit treft temeer, waar er belangrijke kapitalen op het oogenblik practisch gesproken renteloos bij verschil lende groote lichamen opgehoopt liggen. Een bewijs hiervoor moge men zien in het feit, dat het sommige industrieels over heidslichamen mogelijk is leeningen op korte termijn tegen een zeer lage rente voet, van b.v. 2 pet., te sluiten en lang geld tegen b.v. 4 a i1/* pet. te verkrijgen, mits provincie, gemeenten f bet. rijk garant blij ven voor terugbetaling der leening. Er is eenerzijds voldoende kapitaal in Nederland aanwezig om industrieën op te richten of haar uitbreiding te financieren. Anderzijds zijn er verschillende industrieën blijkens onderzoek van bet E.T.I., in Lim burg mogelijk, die opgericht zouden kun nen worden indien de geld bezittende klas se voldoende vertrouwen in deze nieuwe industrieën of in een vergrooting der be staande industrieën zou hebben. Er dient daarom gezocht te worden naar een scha kel, die zorgt voor de overbrugging ten einde het te geringe vertrouwen der geld- bezittende klasse in de industrie te ver- grooten, terwijl tevens gemotiveerd moet zijn, dat deze instantie het hiervoor noodi- ge risico aanvaardt" De marine defileert voor H. M. de Koningin.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 5