Fanatisme of Dorst
KUNST EN LETTEREN
Ingezonden Stukken
DINSDAG 26 MAART 1935
EERSTE BLAD PAG. 3
LAND. EN TUINBOUW
ALGEM. VEREENIGING VOOR
BLOEMBOLLENCULTUUR
Algemeene vergadering
te Haarlem
Onder voorzitterschap van den heer Ernst
ÏI. Kr el age is te Haarlem de 176ste Alg.
Vergadering van de bloembollencultuur ge
houden.
In zijn openingswoord merkte spr. op dat
de verschillende initiatiefvoorstellen die in
gediend zijn door de afdeclingen, alle door
het hoofdbestuur zijn afgewezen.
Wanneer men zoover zou willen gaan, om
geheele kwijtschelding van de verschuldig
de heffingen te vragen, en dus feitelijk zou
aandringen op Regeeringssteun tot het volle
bedrag der heffingen, dan acht ik het mijn
plicht daartegen namens het hoofdbestuur
ernstig te waarschuwen. De kans op kwijt
schelding der heffingen is gelijk nul te stel
len, en daarom heeft het hoofdbestuur ern
stig tegen dien gang van zaken gewaar
schuwd en een andere oplossing aanbevolen
die principieel de heffingen onaangetast
laat, maar de betalingen vergemakkelijkt.
Misschien gaat dit voorstel/niet ver genoeg
en zijn er in die richting nog grootere fa
ciliteiten to overwegen. Daarover valt te
praten, maar men dringe niet aan op kwijt
schelding der heffingen, zooals in een adres
.van enkele vereenigingen is geschied.
Het antwoord van den Minister was, zoo
als te verwachten was, niet bemoedigend.
De oorspronkelijke regeling van het
eerste saneeringsjaar, die geheel af
week van hetgeen door het georgani
seerde bloembollenvak was gevraagd,
bleek, hoewel in theorie verdedigbaar,
in de practijk volkomen onbruikbaar
en werd daardoor een uittarting tot
ontduikingen.
Ondanks hardnekkigen tegenstand van
ambtenaarszijde heeft Minister Colijn in
den korten tijd van zijn beheer van het
Departement daar orde op gesteld en een
nieuwe regeling vastgesteld, in hoofdzaak
overeenkomende met de voorstellen van de
vertegenwoordigers der vereenigingen in de
door Minister Colijn benoemde commissie.
Deze minister hechtte zijn volle instemming
aan die voorstellen, die alleen van ambte-
ngarszijde bestreden werden.
- De regeering heeft zonder eenig overleg
met het bedrijf geweldig hooge heffingen
vastgesteld, waartegen onzerzijds reeds in
Augustus 1931 ernstig bezwaar is gemaakt.
De ambtenarij is nu eenmaal duur en om
slachtig en zoolang wij daaronder zitten,
zullen wij onder die ondragelijke lasten blij
ven zuchten.
Wij moeten van de Regeerings-
inmenging in ons bedrijf zien af te
komen. Natuurlijk langs geleidelijken
weg en misschien niet in alle onder-
deelen. Maar tracht U in allen ge
valle financieel onafhankelijk te
maken van de regeering, want hoe
meer gij U aan handen en voeten ge
bonden aan de regeering overgeeft,
des te langer zal hot duren eer gij uw
zelfstandigheid herwonnen hebt. Op
den persoonlijken steun van Minister
Steenberghe kunnen wij daarbij reke
nen. Z.Exc. heeft mij onomwonden
verzekerd, dat hij een vermindering of
liquidatie der crisis-bemoeiingen voor
ons bedrijf ten zeerste zou toejuichen.
Een ander punt, waarop het hoofdbestuur
een afwijzend praeadvies heeft uitgebracht,
betreft de zoogenaamde vaste lasten..
Laat mij met een opgewekter geluid mo
gen eindigen. Gij allen hebt U met liet
hoofdbestuur verheugd in het geweldige
succes der Flora en reeds nu wensch ik
allen die daartoe medegewerkt hebben, in
de eerste plaats de leiders, do heeren Van
Waveren en Voors, wier verdiensten ik reeds
uitvoerig in ons orgaan mocht uiteenzetten,
en verder de inzenders, bouwmeesters en
aannemers en alle overige medewerkers te
danken voor hun geestdriftige en eensgezinde
samenwerking, waaraan dit schoone resul
taat te danken is.
Gedurende de volgende besprekingen werd
een motie van de afdeeling Hillegom aange
nomen, waarin het bestuur wordt opgedra
gen bij de regeering aan te dringen op
devaluatie.
Voorts werd aangenomen een motie, waar
in het hoofdbestuur wordt verzocht er bij
de regeering op aan te dringen, niet over
gaan "tot heffing van den omslag per roe.
DE BACON-EXPORT
Spckprijzen in Nederland gunstig
Vergadering van de bacon-exporteurs
De groep „bacon" van de Vereen, van Ne-
derlandsche exporteurs van vleesch en
vleeschproducten, hield een jaarvergadering
welke gepresideerd werd door den lieer
J. H. W. Pasman.
- Deze drong in zijn openingswoord aan op
meer vrijheid en vereenvoudiging in de
werkwijze van de Nederlandsche Crisis-Var
konscentrale, vooral nu de werkzaamheden
welke met den export samenhangen, ver
minderen.
Door velen wordt beweerd, dat de bacon-
export zulke groote sommen gelds kost. De
heer Pasman bestrijdt dit. Het uit de
markt nemen vau zware varkens en de
overname van spek brengt de grootste kos-
ten mee. Wanneer men de prijzen, die de
boeren in Nederland maken, vergelijkt met
die in het buitenland, steekt dit zeer gunstig
af ten voordeclc van de Nederlandsche boo
1 Het Nederlandsche product heeft in het
buitenland een zeer goede naam, dank zij
de betaling naar kwaliteit, de scherpe con
trole en de ernstige wil, van onze vereeni-
ging dat de naam van de ITollandsche Ba
con een goede is.
Uit het jaarverslag bleek, dat door inkrim
ping van het contingent door de Engelschc
regeering uiteraard de export uit ons land
werd gereduceerd. De export was in 1932
49.661.000 kg; in 1933 44.951.000 kg en In
1934 30.913.000 kg.
Voorgesteld word om aan de N(ederland-
schc V(cehouderij) C(enLrale) ontheffing te
verzoeken van de in het z.g. .jbaconcontract"
opgenomen clausule, dat de contracteereudc
baconbedrijven verplicht zijn, alle varkens
welke óók in nevenbedrijven, als bijv.
vleescliwarcn fabrieken door hen ver
werkt worden, van de N.V.C. te betrekken.
Uit de toelichting tot dit voorstel en uit het
te dien aanzien gevoerde debat bleek, dat,
tengevolge van de huidige varkenspositie,
het verkrijgen van voor die nevenibedrijven
geschikte varkens zeer moeilijk is en die
bedrijven daardoor zeer gehandicapt en be
nadeeld worden. De voorsteller en zijn mode
standers wenschen, in verband daarmede,
in de gelegenheid gesteld te worden, om op
de vrije markt (dus buiten de N.V.C. om)
de varkens, welke zij voor die nevenbedrij-
•en noodig hebben, te kunnen aankoopen.
Waar een zuivere stemming in deze ver
gadering nog niet te verkrijgen was, werd
besloten, de zaak in een, op zeer korte ter
mijn te houden, nieuwe vergadering raader
aan de orde te stellen.
Met algemeene stemmen werd het voor
stel aangenomen en het Groepsbestuur uit-
genoodigd het weder vrij worden van de ba-
conexport in studie te nemen en Uz.t met
voorstellen en/of plannen in die richting te
willen komen. Bij monde van den voor-zit-
ter accepteerde het Groepsbestuur deze uit-
noodiging, zij het ook met de restrictie, dat,
met het oog op den zeer moeilijken aard der
materie, bot resultaat niet al te spoedig
tegemoet gezien zal mogen worden.
Monopolichcffing op veekoeken
Wisselende heffing voortaan
De vele benvaren tegen de nu geldende rege
lingen ten aanzien van den invoer van veekoe
ken hebix.n den minister van Econ. Zaken aan
leiding gegeven, hierin eenige wijzigingen aan
De vsstei monopolleheffing van ƒ1.50 per
100 Kg. voor aUe soorten veekoeken zal wor-
'en vervangen door een wisselende heffing,
ie voor verschillende soorten veekoeken ver-
chlllend kan zijn.
Het ligt in de bedoelLng. dat door den mi-
der heffinggj, znj
Zendeling A. Breet, van de Morgenland
Zending in Aleppo eohrijft ons:
Hoe kennen wij den Arabier? Is het niet
de schaars gebaarde, gemantelde, op vlugge
paardjes rijdende, vinnige strijder, de dood
verachtende fanatieke vechter voor den
.godsdienst van Mohammed? Of ook wel de
in tenten wonende, op kameelen reizende,
bij karavanen trekkende koopman in ooster-
sche kostbaarheden met z'n imposante tur
ban, innemelijke kalmte, sprookjesachtige
rijkdom? De gesluierde vrouwen, de talrijke
krioelende, gretige kinderen? Zien we den
Arabier niet voor ons in 'n woestijnsfeer, dat
wil dan zeggen in 'n omlijsting van goudgeel
gegolfd zand en een helblauwcn schoonen
wolkeuloQzen hemel niet een immer schit
terende stralend© zon? Ja, zoo was do Ara
bier de attractie van onzen jongensgeest en
zoowel de droomer als de vechter vonden in
het Arabierenbestaan wel iets ideaals.
Maar de Arabierenwereld is niet slechts
een onderwerp in een jongensboek, ze is ook
een werkolijkheid en wel een geweldige
werkelijkheid. Nederland telt ongeveer
35.000.000 Mohammedaansche onderdanen in
zijn kolonies maar het Nederlandsche pu
bliek staat over liet algemeen vrijwel on
wetend ten opzichte van het Godsdienstige
gevaar en evenzeer onwetend wat betreft
den geestelijken nood, den grootcn nood die
do Mohammedaansche wereld heeft.
fn het bijzonder denk ik aan de ellende
die ik hier in mijn eigen omgeving in het
Arabiercnland de bakermat van het Moham
medanisme aantref.
Wat het fanatisme betreft, dat heeft menig
een op den loop gedreven en in menigen
kring is men van meerling dat men beter
zich niet met de Arabieren kan inlaten. En
werkelijk is het fanatisme van den Muzel
man govaarliik, en in zekere mate een ge
vaar voor geheel de wereld.
Uit Dr Zwemer citeer ik de volgende ont
boezeming:
„Cheik Abdoul Hak schreef: De wereld be
staat uit geloovigen en ongeloovigen. Voor
flnd.sche Meelcentrale.
De importeurs zullen onder bepsalde voor
waarden In de gelegenheid worden geisteld
om tegen een door de commissie vast te steller
heffing, importen voor lateren termijn t<
fixeeren, ln den geest, zooala dit tlu voor Indi-
de eel's te n liefde, welgezindheid, broederlijk
heid; voor de anderen verachting, walging,
haat en oorlog. De meest hatelijke misdadige
der ongeloovigen zijn zij, die aan God geloo
ven en Hem relaties met het menschdom
en een Zoon toeschrijven. Bedenk dan.
Europeanen, dat een christen, door het feit
alleen dat hij eon christen is, ;ervallcn is
van alle menschelijke waardigheid. Gij zegt
dat wij uw beschaving tegenstaan. Ja, dat
doen we, dat doen we tot den dood toe.
Wij zijn niet blind voor den groolen
voorsprong, dien ge op ons hebt Maar w eet,
o veroverende christen, dat geen berekening,
geen schat, geen wonder ons ooit met uw
goddeloozc regels zal verzoenen. Weet dat
reeds 't zien van uw vlag 'n marteling is
voor onze zielen, uw weldaden besmeuren
ons geweten. Onze meest vurige hoop is, dat
wij den gelukkigen dag zien geboren worden
waarop wij de laatste rest van uw vervloekt
rijk zullen uitdoen."'
Dat is de Mohammedaan, die spreekt in
het \uur van z'n fanatisme. Maar toch is
in deze ontboezeming duidelijk te bemerken
dat de wereld van den Islam staat te zwich
ten voor de weldadigheid die van den chris
ten uitstraalde gedurende al den tijd van
den aanvang van het Mohammedaansche
af tot nu toe en dat zal blijven uitstralen
zoolang ook de zon aan z'n Oosterschcn
hemel brandt.
Het is maar al te duidelijk en daarbij
maar al te gevoelig voor het volk dat de
dorheid van hun Godsdienst op hun land
en op bun leven oversloeg en het bestaan
tot een schreiende weedom maakt Ja, het
is zeker dat de wereld van den Islam staat
te zwichten. De buitenkant moge nog hard
en fanatiek zijn, er is van binnen iets aan
't losraken gegaan, aan 't smelten. En wat
door het fanatisme van Cheik Abdoul Hak
slechts doorsijpert gelijk angstzweet van
die weet dat hij verhezen gaat, dat is als
een aangeboorde wel bij den Bcdoeien, die op
zijn beurt zegt:
„De religie van Mohammed kan niet voor
ons gemaakt zijn; ze eischt \va6schingen en
we hebben geen water; vasten en ons heele
lerven is niets anders dan een vasten; aal
moezen en we hebben geen geld; pelgrims
tochten, maar Allah is overal."
Dat is de kreet der ziel; dat is de wer
kelijkheid van het bodoeienenbestaan waar
in de misère groot is en uit z'n onwetend
dor woestijnleven ten hemel schreit.
Het 6choone in de woestijn is haar stra
lende heldere openheid en haar geweldige
dorst, en zooals dc dorheid van het Moham
medanisme op het geheele leven der Isla
mieten oversloeg zoo ook zie ik de schoon
heid der woestijn overslaan in -t Bcdoeienen
hart vurig stralend open en naakt, maar
ook geweldig dorstig.
De woestijn spreekt mij van maagdelij
ken grond, leeg maar ontvankelijk, on
aangeroerd maar wachtend op besproeiing
De bedoeïen spreekt mij van een ruwe
diamant die staat te wachten om opge
dolven, gespleten en geslepen te worden.
Hier Klinkt liet lied van den arbeid
aar we staan voor dc geweldige, maar
ook geweldig schoone taak om in de diep-
ie at te daten met de lamp der mijnwer
kers, diepduikers en verbolgen schatten
omhoog te brengen, opdat ze bereid worden
>ti ges loken in de kroon des Eeuwigen.
je doodelijk fana
tiek zelfs, maar hij heeft, ook dorst, en
dat strokke hem ten leven.
Toen vvii dezer datren de betreffende
autoriteit hier ter stede officieel om vergun
ning vroegen voor mijn vrouw om zich in de
gouv ernements polikliniek gratis verder te
bekwamen in de behandeling van oogziek
ten, vonden we niet de minste tegenstand,
maar integendeel een hartelijk welkom; en
toen met de directeur van hot ziekenhuis
werd kennis gemaakt werden alle deuren
voor haar opengezet en kreeg ze volkomen
vrije toegang op alle tijden, in alle zalen en
afdeclingen en werd haar spontaan aangebo
den te assisteeren bij de operaties en alle
chirurgisch-; en medische handelingen enz.
Dat heeft ons heel veel te zeggen, n.l. dat
een Europeesche zendelinge, die hier in het
land is om het Evangelie van Jezus Christus
te verkondigen, op zulke wijze door de Mo
hammedaansche overheid en doctoren ont
vangen wordt.
Ja, de Arabier is fanatiek, geweldig fa
natiek, maar de Arabier heeft ook dorst,
geweldige dorst.
En zoo wie een van deze kleinen te drin
ken geeftMath. 10 42.
En de steenrots ((in de woestijn) was
ChristusI Cor. 10 4.
Ik zal den dorstige geven uit de fontein
van het water des levens om niet. Openb.
216.
En de Geest en de Bruid zeggen: kom. En
file het hoort zegge: kom. En die wil neme
het water des levens om niet Openb. 2217.
Want een iegelijk, die den naam des
Heoren zal aanroepen, zal zalig worden.
Hoe zullen zij Hem aanroepenen hoe
zullen zij in Hem gelooven... en hoe zullen
zij hooren indien hen niet gepredikt wordt?
MAATSCHAPPIJ VAN NED. LETT.
Prof. dr. Ir. D. F. Slothouwer hield in de
OPWAARTSCHE WEGEN
13e Jaarg. No. 1
De redactie noemt de litéraire kritiefli
een „gevaarlijk werk". Jan H. Eekhout
draagt een roman-fragment bij: „Een patri
ciër". H. v. d. Leek schrijft over Hopmans
,De Proeftijd", II. A. Mulder over „De ver
gelijking als litterair hulpmiddel B. van
Noort toornt tegen Maurits Uydert, die de
Christ olijke poëzie, speciaal De Mérode ver
ongelijkt. Van Ham oordeelt over „De Tien
Geboden'1 terecht niet gunstig: „Er zijn in
de laatste jaren te veel werken van deze
aard verschenen. De kerstboeken van Ris-
seeuw hebben er de weg voor gebaand. Nu
de auteurs ook nog hun onderwerp in op
dracht krijgen, moéten deze uitgaven steeds
onbelangrijker worden".
ONZE TAALTUIN
1 Maart 1935.
L'. Kaiser: Spraak-taal-uitspraak. A. van
Gerwen: Oost-Brabantsche Boerderij-ter-
G. Stuiveling noemt het boek van Dr.
K. H. de Raaf over Kloos „een bijna tragi
sche naïviteit", want „de onbeperkte be
wondering van dr. De Raaf brengt zijn
lezers niet nader tot den vereerden dichter,
integendeel: zij staat als een ondoordring
bare ruit van felgekleurd glas tussen lezer
en dichter in".
VAN EEDEN GENOOTSCHAP
Dit genootschap deed voor de eerste maal
„Mededeel ingen" verschijnen. Ze bevatten
o.a. een fragment uit de briefwisseling tus-
schen Anne Busken Huet en Frederik van
Eeden. In 1885 was Van Eeden wel heel
enthousiast voor Kloos c.s.hij verdedigt
hen, en dan vooral Verwey, tegen mevr.
Huets miskenning, dat de nieuwlichters vóór
hun tijd oude mannetjes zijn geworden"
„Kloos is stellig een sombere natuur
al meent bij natuurlijk niet wat hij zegt
en dat komt in de vier sonnetten die
gij van hem kent wel uit, doch Verwey,
wiens verzen gij voornamelijk op het oog
moet hebben, heeft een opgewekte, kinder
lijk vroolijke ziel, vol enthousiasme en
groote blijdschap. In welk vers vindt gij
eigenlijk dat hij zoo kermt en lamenteert?
Zelfs in het gedicht waarin hij zijn vaders
dood bezingt leeft nog een blijde verhef
fing aan het eind:
„Zij zijn licht in hun sarcophagen".
Is er ooit blijmoediger rouw om het
doode jaar gevierd dan door hem?"
SAVONAROLA
zat in Mei 1935 te Florence in een groot
muziekfeest worden herdacht.
VICTOR HUGO EN HET KIND
Over dit onderwerp deed C. de Boer een
uitgebreid werk verschijnen bij IT. J. Die-
ben te Wassenaar Het. thema: „Ilugo is de
dichter van het kind geweest", wordt door
heel 's dichters leven en werk gedemon
streerd.
SHAKESPARE's WOORDENSCHAT
Anderson M. Baten heeft nagegaan, da'
dc totale vocabulaire van Shakespeare 15000
woorden omvat.
MATTH3US PASSION TE AMSTERDAM
Te Arasterdam werd een comité gevormd,
dal zich ten doel stelt op a.s. Goeden Vrij
dag Bachs «.Matthaus Passion" in de Oude
Kerk uit te voeren, onder leiding van Theo
van der Bijl.
DE SPAANSCHE LITERATUURPRIJS
werd dit jaar niet behaald door een dich
ter of romancier, maar door Rafael Lainez
Alcala, die uitsluitend kunstkritikus is.
A. DEN DOOLAARD
Van „Oriënt Expres" en ,J) ruiven pluk
kers'' zal binnenkort een Deensche vertaling
liet licht zien.
J. N. W. C. A. RUYGROK
de bekende Utrechtsche toonkunstenaar
werd 10 Maart j.l. bij gelegenheid van zijn
80en jaardag gehuldigd.
GABRIELE D'ANNUNZIO
hoeft een nieuwe, omvangrijke roman vol
tooid, waaraan hij meerdere jaren heeft ge-
LIZZY ANSINGH
werd 13 Maart j.l. zestig jaar. Zij vierde
toen tevens haar gouden feest als schilderes.
DE AFZETTING VAN MEULEMANS
als dirigent van het N.I.R. heeft een ware
storm van verontwaardiging in het Vlaarn-
sche land ontketend. Het regent protesten.
Prof. Kan. Boon van de Leuvcnsche Uni
versiteit heeft als protest tegen Meulemans'
afzetting ontslag genomen als lid van liet
college van toezicht van het N.I.R. De
Vlaainsche Hoogstudenten hebben deswege
Prof. Boon gehuldigd.
GEDENKTEEKEN ALBERT VOGEL
Er werd een comité gevormd, dat ten doel
heeft in Den Haag voor Albert Vogel een
gedenkteekrn op te richten. Men kan daar
voor een bijdrage storten op nr. 215211 van
Rotterd. Bankvereeniging met vermelding:
„Bijdrage Vogel gedenkteeken".
DE DUITSCHE LITERATUUR
wordt door het Rijksbureau Lot bevordering
der Duitsche literatuur nauwkeurig geschift,
gekeurd, gecatologiseerd. Niet minder dan
540 le-toren zijn hiermee bezig. Gelijk be
kend heeft dit. bureau de bevoegdheid, een
boek te doen verbieden of ook het op te ne
men in de lijst van aanbevelenswaardige
boeken.
DE AANSLAG VAN JEAN JAUREQUI
Over deze aanslag op den Prins van
Oranje op IS Maart 15S2 deed Albert dc
Meijer O. P. een studie verschijnen: „Le
procés de l'attentat eornmis contre Guil
laume le Taciturne. prince d'Orange. 13
Mars 1582; étude critique de documents
inódits" (Hilversum, Paul Brand).
Een Spaansch koopman te Antwerpen.
Gaspar d'An astro, wilde in 1582 den Prins
dooden, om het op dezen gezette bloedgeld
„te verdienen". Omdat hij het zelf niet
durfde, traohtre hij zijn bediende Jean Jau-
requi over te halen, den moord le volvoeren.
Antonio Venero, een andere bediende van
d'Anastro, werd in het geheim genomen.
Korte tijd voor de aanslag vervoegde Jan
requi zich bij pater Temmerman, die hem
de biecht afnam en absolutie verleende.
Dc afloop is bekend: Jaurequi werd op de
plaats gedood. Venero en Temmerman wer
den geworgd en daarna gevierendeeld.
d'Anastro was ontvlucht.
Nu heeft Pater de Meyer de processtuk
ken nagegaan en meent op grond daarvan,
dat het verloop der dingen niet is geweest,
gelijk men zich dit vroeger heeft voorge
steld. Zijn doel is vooral: Temmerman in
zijn eer te herstellen. Om dit echter te kun
nen doen, meent hij Marnix en de Villiers
le moeten beschuldigen van vcrvalsching
der processtukken.
Met groot genoegen stellen wij vast, dat
onze historici Pater de Meijer het antwoord
niet zijn schuldig gebleven en huldigen Dr
J. C. van der Does voor zijn degelijke be
strijding van de Meijeis hóek in „Stemmen
des Tijds", 23e Jrg. Xr. 12.
Dr. Van der Does besluit zijn kritiek, die
we zeer in de aandacht aanbevelen:
„De lezing van dit werk, dat zeer zeker
van de belezenheid, de scherpzinnigheid en
vindingrijkheid van den auteur getuigt,
biedt geen onverdeeld genot voor een Cal
vinist. „De auteur wekt de sfeer van de
zestiende eeuw met zijn kerkelijke harts
tochten en tegenstellingen. Door zijn harts
tocht en woede heeft hij zich laten leiden;
niet door wetenschappelijkcn zin om de
feiten tot klaarheid te brengen." Daarom mag
dit werk geen aanspraak maken op weten
schappelijke waarde, hoogstens biedt het
propagandistisch materiaal.
BILDERDIJK EN VONDEL
Een buitengewoon merkwaardige en be
langwekkende studie deed Prof. B. H. Mol-
kenboer verschijnen bij Ton Hagen's Dr.
Den Ilaoig over de verhouding van Willem
Bilderdijk tot Joost van den Vondel. Het is
onmogelijk in kort bestek de inhoud dezer
gedegvn studie hier weer te geven, belang
stellenden in deze materie moge het ge
schrift zéér ter lezing worden aanbevolen.
Prof. M. verdeelt zijn onderwerp in twee
deelen:
1. Hoe oordeelde Bilderdijk
over Vondel? Welke houding
r. am de latere tegenover den
vroegeren dichter in?
De uitslag van het onderzoek betreffende
deze vraag, valt niet in Bilderdijks voor
deel uit. Zeker komen er in zijn werk en
kele waardeerende uitingen voor, gelijk
deze in Buitenleven (1802): „Lees
Vondel duizendmaal, gij leest hem telkens
't eerst!" Het wonderlijke van het geval is
echter, dat Bilderdijk zelf beelemaal niet
heeft gedaan, want hij anderen aanried. De
afdeeling „Vondel" besloeg in zijn biblio
theek een al te bescheiden hoekje: onder
zijn 6000 hoeken bevonden er zich negen
van Vondel! Tot een der inteekenaren op
de complete Vondeluitgave van 1S20 be
hoorde onze dichterlijke advocaat niet..
Het kan dan ook niet verwonderen, dat,
naar het woord van Prof. Muller, Bilder
dijks oordeel over Vondel „onbestendig" is.
Het ontbrak den nazaat aan grondige ken
nis van den 17e eeuwschen voortrekker.
Er zijn twee zéér verklaarbare redenen
voor Bilderdijks, zelfs in zijn bewonderende
oogcnblikken, min of meer vijandige hou
ding tegenover Vondel.
De eerste lag bij hem zelf: Bilderdijk was
op Vondel een beetje jaloersch, hij gunde
hem eigenlijk niet de eerste plaats in Ne
derlands dicht ren rij. Zijn eerzucht deed die
plaats voor zichzelf begeeren. Vondel was
croot, natuurlijk, maar hij, bilderdijk ovpr-
treft hem: „Ziet eens. Amstelaren, welkeen
bloem cr uit bet zaadje, dat Vondel was.
in Bilderdijk is ontloken!"
De tweede lag bij Vondel: Bilderdijk was
fel anti alles, wat Vondel vereerde: de
Roomsche dogmatiek, Oldonbarnevolt, Fre
derik Hendrik, dc Groot, Jan de Witt en hij
vereerde hartstochtelijk, wat Vondel haatte:
de predestinatie, de Dordtsche Synode,
Maurits, de rechters van Oldenbarnevelt
enz. Hier is dus niet een literair, maar een
historisch en godsdienstig oordeel.
De voorspelling van den zoon van Teis-
terbaut, dat zijn naam als onverdelgbaai
der lijden loop doorleven zal en dat zij
„waar men Neerduitsch spreekt, op alle
tongen zweven" zal, is niet in vervulling
gegaan:
„Rij de volle erkenning van Bilderdijks
buitengewone gaven, van zijn onverzadig-
l?are.. ftrbeldslust, van zijn taalmacht en
ideeën-rijkdom heeft het oordeel der cul
tuurgeschiedenis zich zóó gezet, dat wij in
de verbinding van de namen Vondel en
Bilderdijk, die de laatste heeft willen
foreeeren, geen verwantschap meer voelen
maar een tegenstelling."
2. Is er (en zoo ja, waar?)
vloed aan te w ij z e n van Vondels
poëzie op die van Bilderdijk?
Het spreekt vanzelf, dat Vondels invloed
op Bilderdijks poëzie onvergelijkelijk groo-
ter had kunnen zijn, ware deze meer
Vondelvast geweest. Bilderdijk had een
fenomenaal geheugen, had hij Vondels
werk gekend, zonder twijfel zouden in dat
geval de ï-eminiscenties talloos zijn ge
weest. Bij Bilderdijks beperkte kennis van
de kunst des 17e eeuwers kon dit niet ver
wacht worden.
Prof. Molkenboer trekt parallellen bij
Josephs Leven, Jephtah, Elius, Tooneehtuk
van het menschelijk Leven, Oude Rijnwijn.
Lentefeest, De ziekte der Geleerden. Floris
de Vijfde, De Ondergang der Eerste Wereld,
Vervulling, Tafereel van Hollants herstel
ling, Nederland hersteld, Koekeloer. God,
Uitvaart en geeft een lijstje woorden van
eeht-Vondeliaansche snit, saamgelezen uit
Bilderdijks omvangrijk oeuvre.
HET PALEIS VAN VERSAILLES,
eigendom der Fransche regeering, zal waar
schijnlijk verbouwd worden tot een schouw
burg voor klassieke Fransche kunst. Een
comité, onder leiding van den bekenden
Paul Valéry bracht daarvoor 6 millioen
francs bijeen.
NEDERL. KLOOSTERZEGELS
Jhr. dr. W. A. Beelaerts van Blokland,
Jhr. Mr. D. P. M. Graswinkel, Mr. E. C M.
Prins en Pater Dalmatius van Heel zullen
bij voldoende belangstelling doen verschij
nen een uitgave, van Nederlandsche klooster
zegels vóór 1600.
De eerste aflevering zal gewijd rijn aan de
Abdij van Egmond. Het Kon. Ned. Genoot
schap voor Geslacht- en Wapenkunde,
Bleyenhurg 5 Den Haag, geeft alle
wensehte inlichtingen óver deze uitgavi
TIJDPOëZIE
De laatste aflevering van „De Gids" bevat
een tijdvers van Werumeus Buning: „Noord
zee 1934" waarbij de dichter klaagt over liet
verval der vaderlandsche scheepvaart.
„Toen Admiraal Tromp voor Duins lag
En de kans goed zeker leek,
En toen Holland en Zeeland zijn winst
zag,
Toen bouwde men bij de week!
Wat zou een land zonder ploeg rijn?
Droog en dor als het strand.
Maar een land.aan zee heeft de zee tot
land
En de zee wil met schepen geploegd zijn."
Wij zijn er echter niet zoo heel zeker van,
dat de zee dat tegenwoordig óók nog wil!
Schaakrubriek.
A. Nimzowitsch overleden
Te Kopenhagen is op 48-jarige leeftijd
de bekende Russische schaakmeester A.
Nimzowitsch overleden.
Nimzowitsch werd 7 Nov. 1SS6 te Riga
geboren. Op 20-jarige leeftijd nam hij voor
't eerst aan groote tournooien deel, waarin
hij dadelijk aardige successen boekte. Zijn
fraaiste succes had hij in 1926 te Dresden,
waar hij als no. 1 boven Aljcchin eindigde.
cBulten verantwoordelijkheid der ïedactle)
SAMENSMELTING A.R. EN C.H.
Geachte Redactie,
Beleefd verzoek ik U liet navolgende in
uw blad op te nemen.
De ingezonden stukken óver de samen
smelting A.R. en C.H. trekken mijn en veler
aandacht. at „Abonné" waagt te beweren:
„Uit eigen omgeving weet ik dat de samen
smelting van A.R. en C.H. gewild wordt", is
geen stoutmoedigheid, maar naar het ge
voelen van zeer velen bet uitspreken van
een reeds lang levende wcnsch en dus ge
lukkige waarheid.
Als jongere geloof ik dat het ook dien
weg uit moet. De jongeren gebruiken ook
hun oogen en ooren en voor hen is het juist
zoo moeilijk te blijven gelooven in een
soheiding, din niet noodig meer is. Ook zij
weten, dat doorgaande versplintering tot
aller schade moet uitloopen.
Wanneer dan ook een actie tot de samen
smelting mocht worden ingeluid, dan durf
ik beweren, dat de jorgeren er gunstig voor
gestemd zullen zijn en zij zeker hun steun,
daaraan niet zullen onthouden. Maar wie
zal den stoot daartoe geven?
Geve God, dat er onder de leidende man
nen naar voren komen, die de broodnoodige
eenheid pogen te bereiken door hun woord
en daad. Ouderen gaat voor, de jongeren
wachten reeds.
Met dank voor de plaatsruimte,
Hoogachtend,
J. DE BEER.
Botterdam, 25-3-'35.
DE HYPOTHEEKBOEREN
Geachte Hoofdredacteur,
Als getrouw lezer van uw blad, nam ik
keimis van de driestar in het nummer van.
Donde.xlag 21 Maori 1.1. onder den titel
„Nood breekt wet", waarin, zij het zonder
enthousiasme, ten slotte de maatregel van
den minister van Economische Zaken om
de hypotheekboeren te helpen als crisis
maatregel wordt gebillijkt.
Het zij mij vergund over dit onderwerp
dat ongetwijfeld van zeer ingrijpende be-
teekenis is, ecnige opmerkingen te maken.
Het wil mij voorkomen, dat de minister
van Economische Zaken door zijn voor
melden maatregel een verkeerden weg is
ingeslagen. Het a.r. Tweede-Kamerlid Van
Dijken, hij de behandeling der begrooting
van het landbouwcrLsisfonds in de Tweede
Kamer op 12 Maart 1.1. sprekende over de
door den minister overwogen gedachte om
aan de steunverleening aan boerenbedrij
ven de voorwaarde te verbinden, dat de
daarop rustende hypothecaire lasten wor
den verlicht, had alle reden om uit te roe
pen, zooals hij aan het slot van zijn betoog
deed: .Daarom, mijnheer de President, be-
zinne de Regeering goed voor zij begint,
inzorrderheid ten aanzien van den omvang
van haar inmenging".
De waarschuwing van den heer Van
Dijken heeft weinig gebaat, want kort
daarna is de liypotheekmaatregel afgekon
digd.
De heer Van Dijken vestigde terecht in
zijn rede de aandacht, er op, dat de ge
dachte waarvan de regeer, ngsmaatregel
uitgaat: de steun redt de hypotheken en kan
beperkende voorwaarden aan de hypotheek
houders opleggen, slechts kan gelden voor
de oude hypotheken, die bestonden vóór
de steunverleening aanving, en niet vcor
dc tientallen millioencn, welke onder vi-
gueur van de steunverleening zijn verleend.
Voorts zcide de heer Van Dijken te vree
zen, dat nieuwe hypotheken voor landbouw
bedrijven niet meer zonden worden verleend
Deze vrees is m.i. juist gebleken. Ik geloof,
dat thans reeds geen notaris zijn cliënten
meer aanraadt hypotheek op landelijke
eigendommen te geven, en ook hypot.heek-
bankon, levensverzekeringsmaatschappijen
cn andere lichamen, die liet bodemcrediet
verschaffen, zullen zich van het verstrekken
van hypothecair crediet op landelijke eigen
dommen onthouden. Waar moet dit heen?
Wie weet trouwens, wat straks met do
stedelijke eigendommen gaat gebeuren? Ook
daar beluistert men bij de hypothecaire
schuldenaren den roep om overheidshulp
tot verlichting der hypothecaire lasten. Zoo
bestaat de kans. dat over de geheele linie
de van ouds zoo veilig gedachte belegging
tn hypotheken, door de wet voor gelden
van minderjarigen wegens haar veiligheid
uitdrukkelijk aangewezen, van haar vast
heid wordt beroofd.
Men bedenke zich toch wel vóórdat men
de kracht der in gewettigd vertrouwen ge
sloten overeenkomsten, door overheids
ingrijpen verzwakt.
En is het, nuchter beschouwd, toch niet
waar, dat de hypothecaire debiteur, in
Ujden van voorspoed van weinig eigeiï geld
groote revenuen geniet, donk zij den hypo
Iheeairen credietgover, die aan een vaste,
matige rente de, voorkeur geeft ter wille
van een veilige belegging? En is het dan
mot billijk, dat de debiteur, die het voor
deel in voorspoed ruimschoots oogsite, bij
tegenspoed het nadeel van zijn risico heeft
te dragen?
Mr H. VAN HAERIXGEN
's-Gravenhage. 23 Maart 1935.
Hier is een goed vriend met goed
nieuws! Haagsch Modehuis, Groote
Marktstraat h /Spui Den Haag, voor-
jaars-seizoen geopend.