Fanatisme of Dorst KUNST EN LETTEREN Ingezonden Stukken DINSDAG 26 MAART 1935 EERSTE BLAD PAG. 3 LAND. EN TUINBOUW ALGEM. VEREENIGING VOOR BLOEMBOLLENCULTUUR Algemeene vergadering te Haarlem Onder voorzitterschap van den heer Ernst ÏI. Kr el age is te Haarlem de 176ste Alg. Vergadering van de bloembollencultuur ge houden. In zijn openingswoord merkte spr. op dat de verschillende initiatiefvoorstellen die in gediend zijn door de afdeclingen, alle door het hoofdbestuur zijn afgewezen. Wanneer men zoover zou willen gaan, om geheele kwijtschelding van de verschuldig de heffingen te vragen, en dus feitelijk zou aandringen op Regeeringssteun tot het volle bedrag der heffingen, dan acht ik het mijn plicht daartegen namens het hoofdbestuur ernstig te waarschuwen. De kans op kwijt schelding der heffingen is gelijk nul te stel len, en daarom heeft het hoofdbestuur ern stig tegen dien gang van zaken gewaar schuwd en een andere oplossing aanbevolen die principieel de heffingen onaangetast laat, maar de betalingen vergemakkelijkt. Misschien gaat dit voorstel/niet ver genoeg en zijn er in die richting nog grootere fa ciliteiten to overwegen. Daarover valt te praten, maar men dringe niet aan op kwijt schelding der heffingen, zooals in een adres .van enkele vereenigingen is geschied. Het antwoord van den Minister was, zoo als te verwachten was, niet bemoedigend. De oorspronkelijke regeling van het eerste saneeringsjaar, die geheel af week van hetgeen door het georgani seerde bloembollenvak was gevraagd, bleek, hoewel in theorie verdedigbaar, in de practijk volkomen onbruikbaar en werd daardoor een uittarting tot ontduikingen. Ondanks hardnekkigen tegenstand van ambtenaarszijde heeft Minister Colijn in den korten tijd van zijn beheer van het Departement daar orde op gesteld en een nieuwe regeling vastgesteld, in hoofdzaak overeenkomende met de voorstellen van de vertegenwoordigers der vereenigingen in de door Minister Colijn benoemde commissie. Deze minister hechtte zijn volle instemming aan die voorstellen, die alleen van ambte- ngarszijde bestreden werden. - De regeering heeft zonder eenig overleg met het bedrijf geweldig hooge heffingen vastgesteld, waartegen onzerzijds reeds in Augustus 1931 ernstig bezwaar is gemaakt. De ambtenarij is nu eenmaal duur en om slachtig en zoolang wij daaronder zitten, zullen wij onder die ondragelijke lasten blij ven zuchten. Wij moeten van de Regeerings- inmenging in ons bedrijf zien af te komen. Natuurlijk langs geleidelijken weg en misschien niet in alle onder- deelen. Maar tracht U in allen ge valle financieel onafhankelijk te maken van de regeering, want hoe meer gij U aan handen en voeten ge bonden aan de regeering overgeeft, des te langer zal hot duren eer gij uw zelfstandigheid herwonnen hebt. Op den persoonlijken steun van Minister Steenberghe kunnen wij daarbij reke nen. Z.Exc. heeft mij onomwonden verzekerd, dat hij een vermindering of liquidatie der crisis-bemoeiingen voor ons bedrijf ten zeerste zou toejuichen. Een ander punt, waarop het hoofdbestuur een afwijzend praeadvies heeft uitgebracht, betreft de zoogenaamde vaste lasten.. Laat mij met een opgewekter geluid mo gen eindigen. Gij allen hebt U met liet hoofdbestuur verheugd in het geweldige succes der Flora en reeds nu wensch ik allen die daartoe medegewerkt hebben, in de eerste plaats de leiders, do heeren Van Waveren en Voors, wier verdiensten ik reeds uitvoerig in ons orgaan mocht uiteenzetten, en verder de inzenders, bouwmeesters en aannemers en alle overige medewerkers te danken voor hun geestdriftige en eensgezinde samenwerking, waaraan dit schoone resul taat te danken is. Gedurende de volgende besprekingen werd een motie van de afdeeling Hillegom aange nomen, waarin het bestuur wordt opgedra gen bij de regeering aan te dringen op devaluatie. Voorts werd aangenomen een motie, waar in het hoofdbestuur wordt verzocht er bij de regeering op aan te dringen, niet over gaan "tot heffing van den omslag per roe. DE BACON-EXPORT Spckprijzen in Nederland gunstig Vergadering van de bacon-exporteurs De groep „bacon" van de Vereen, van Ne- derlandsche exporteurs van vleesch en vleeschproducten, hield een jaarvergadering welke gepresideerd werd door den lieer J. H. W. Pasman. - Deze drong in zijn openingswoord aan op meer vrijheid en vereenvoudiging in de werkwijze van de Nederlandsche Crisis-Var konscentrale, vooral nu de werkzaamheden welke met den export samenhangen, ver minderen. Door velen wordt beweerd, dat de bacon- export zulke groote sommen gelds kost. De heer Pasman bestrijdt dit. Het uit de markt nemen vau zware varkens en de overname van spek brengt de grootste kos- ten mee. Wanneer men de prijzen, die de boeren in Nederland maken, vergelijkt met die in het buitenland, steekt dit zeer gunstig af ten voordeclc van de Nederlandsche boo 1 Het Nederlandsche product heeft in het buitenland een zeer goede naam, dank zij de betaling naar kwaliteit, de scherpe con trole en de ernstige wil, van onze vereeni- ging dat de naam van de ITollandsche Ba con een goede is. Uit het jaarverslag bleek, dat door inkrim ping van het contingent door de Engelschc regeering uiteraard de export uit ons land werd gereduceerd. De export was in 1932 49.661.000 kg; in 1933 44.951.000 kg en In 1934 30.913.000 kg. Voorgesteld word om aan de N(ederland- schc V(cehouderij) C(enLrale) ontheffing te verzoeken van de in het z.g. .jbaconcontract" opgenomen clausule, dat de contracteereudc baconbedrijven verplicht zijn, alle varkens welke óók in nevenbedrijven, als bijv. vleescliwarcn fabrieken door hen ver werkt worden, van de N.V.C. te betrekken. Uit de toelichting tot dit voorstel en uit het te dien aanzien gevoerde debat bleek, dat, tengevolge van de huidige varkenspositie, het verkrijgen van voor die nevenibedrijven geschikte varkens zeer moeilijk is en die bedrijven daardoor zeer gehandicapt en be nadeeld worden. De voorsteller en zijn mode standers wenschen, in verband daarmede, in de gelegenheid gesteld te worden, om op de vrije markt (dus buiten de N.V.C. om) de varkens, welke zij voor die nevenbedrij- •en noodig hebben, te kunnen aankoopen. Waar een zuivere stemming in deze ver gadering nog niet te verkrijgen was, werd besloten, de zaak in een, op zeer korte ter mijn te houden, nieuwe vergadering raader aan de orde te stellen. Met algemeene stemmen werd het voor stel aangenomen en het Groepsbestuur uit- genoodigd het weder vrij worden van de ba- conexport in studie te nemen en Uz.t met voorstellen en/of plannen in die richting te willen komen. Bij monde van den voor-zit- ter accepteerde het Groepsbestuur deze uit- noodiging, zij het ook met de restrictie, dat, met het oog op den zeer moeilijken aard der materie, bot resultaat niet al te spoedig tegemoet gezien zal mogen worden. Monopolichcffing op veekoeken Wisselende heffing voortaan De vele benvaren tegen de nu geldende rege lingen ten aanzien van den invoer van veekoe ken hebix.n den minister van Econ. Zaken aan leiding gegeven, hierin eenige wijzigingen aan De vsstei monopolleheffing van ƒ1.50 per 100 Kg. voor aUe soorten veekoeken zal wor- 'en vervangen door een wisselende heffing, ie voor verschillende soorten veekoeken ver- chlllend kan zijn. Het ligt in de bedoelLng. dat door den mi- der heffinggj, znj Zendeling A. Breet, van de Morgenland Zending in Aleppo eohrijft ons: Hoe kennen wij den Arabier? Is het niet de schaars gebaarde, gemantelde, op vlugge paardjes rijdende, vinnige strijder, de dood verachtende fanatieke vechter voor den .godsdienst van Mohammed? Of ook wel de in tenten wonende, op kameelen reizende, bij karavanen trekkende koopman in ooster- sche kostbaarheden met z'n imposante tur ban, innemelijke kalmte, sprookjesachtige rijkdom? De gesluierde vrouwen, de talrijke krioelende, gretige kinderen? Zien we den Arabier niet voor ons in 'n woestijnsfeer, dat wil dan zeggen in 'n omlijsting van goudgeel gegolfd zand en een helblauwcn schoonen wolkeuloQzen hemel niet een immer schit terende stralend© zon? Ja, zoo was do Ara bier de attractie van onzen jongensgeest en zoowel de droomer als de vechter vonden in het Arabierenbestaan wel iets ideaals. Maar de Arabierenwereld is niet slechts een onderwerp in een jongensboek, ze is ook een werkolijkheid en wel een geweldige werkelijkheid. Nederland telt ongeveer 35.000.000 Mohammedaansche onderdanen in zijn kolonies maar het Nederlandsche pu bliek staat over liet algemeen vrijwel on wetend ten opzichte van het Godsdienstige gevaar en evenzeer onwetend wat betreft den geestelijken nood, den grootcn nood die do Mohammedaansche wereld heeft. fn het bijzonder denk ik aan de ellende die ik hier in mijn eigen omgeving in het Arabiercnland de bakermat van het Moham medanisme aantref. Wat het fanatisme betreft, dat heeft menig een op den loop gedreven en in menigen kring is men van meerling dat men beter zich niet met de Arabieren kan inlaten. En werkelijk is het fanatisme van den Muzel man govaarliik, en in zekere mate een ge vaar voor geheel de wereld. Uit Dr Zwemer citeer ik de volgende ont boezeming: „Cheik Abdoul Hak schreef: De wereld be staat uit geloovigen en ongeloovigen. Voor flnd.sche Meelcentrale. De importeurs zullen onder bepsalde voor waarden In de gelegenheid worden geisteld om tegen een door de commissie vast te steller heffing, importen voor lateren termijn t< fixeeren, ln den geest, zooala dit tlu voor Indi- de eel's te n liefde, welgezindheid, broederlijk heid; voor de anderen verachting, walging, haat en oorlog. De meest hatelijke misdadige der ongeloovigen zijn zij, die aan God geloo ven en Hem relaties met het menschdom en een Zoon toeschrijven. Bedenk dan. Europeanen, dat een christen, door het feit alleen dat hij eon christen is, ;ervallcn is van alle menschelijke waardigheid. Gij zegt dat wij uw beschaving tegenstaan. Ja, dat doen we, dat doen we tot den dood toe. Wij zijn niet blind voor den groolen voorsprong, dien ge op ons hebt Maar w eet, o veroverende christen, dat geen berekening, geen schat, geen wonder ons ooit met uw goddeloozc regels zal verzoenen. Weet dat reeds 't zien van uw vlag 'n marteling is voor onze zielen, uw weldaden besmeuren ons geweten. Onze meest vurige hoop is, dat wij den gelukkigen dag zien geboren worden waarop wij de laatste rest van uw vervloekt rijk zullen uitdoen."' Dat is de Mohammedaan, die spreekt in het \uur van z'n fanatisme. Maar toch is in deze ontboezeming duidelijk te bemerken dat de wereld van den Islam staat te zwich ten voor de weldadigheid die van den chris ten uitstraalde gedurende al den tijd van den aanvang van het Mohammedaansche af tot nu toe en dat zal blijven uitstralen zoolang ook de zon aan z'n Oosterschcn hemel brandt. Het is maar al te duidelijk en daarbij maar al te gevoelig voor het volk dat de dorheid van hun Godsdienst op hun land en op bun leven oversloeg en het bestaan tot een schreiende weedom maakt Ja, het is zeker dat de wereld van den Islam staat te zwichten. De buitenkant moge nog hard en fanatiek zijn, er is van binnen iets aan 't losraken gegaan, aan 't smelten. En wat door het fanatisme van Cheik Abdoul Hak slechts doorsijpert gelijk angstzweet van die weet dat hij verhezen gaat, dat is als een aangeboorde wel bij den Bcdoeien, die op zijn beurt zegt: „De religie van Mohammed kan niet voor ons gemaakt zijn; ze eischt \va6schingen en we hebben geen water; vasten en ons heele lerven is niets anders dan een vasten; aal moezen en we hebben geen geld; pelgrims tochten, maar Allah is overal." Dat is de kreet der ziel; dat is de wer kelijkheid van het bodoeienenbestaan waar in de misère groot is en uit z'n onwetend dor woestijnleven ten hemel schreit. Het 6choone in de woestijn is haar stra lende heldere openheid en haar geweldige dorst, en zooals dc dorheid van het Moham medanisme op het geheele leven der Isla mieten oversloeg zoo ook zie ik de schoon heid der woestijn overslaan in -t Bcdoeienen hart vurig stralend open en naakt, maar ook geweldig dorstig. De woestijn spreekt mij van maagdelij ken grond, leeg maar ontvankelijk, on aangeroerd maar wachtend op besproeiing De bedoeïen spreekt mij van een ruwe diamant die staat te wachten om opge dolven, gespleten en geslepen te worden. Hier Klinkt liet lied van den arbeid aar we staan voor dc geweldige, maar ook geweldig schoone taak om in de diep- ie at te daten met de lamp der mijnwer kers, diepduikers en verbolgen schatten omhoog te brengen, opdat ze bereid worden >ti ges loken in de kroon des Eeuwigen. je doodelijk fana tiek zelfs, maar hij heeft, ook dorst, en dat strokke hem ten leven. Toen vvii dezer datren de betreffende autoriteit hier ter stede officieel om vergun ning vroegen voor mijn vrouw om zich in de gouv ernements polikliniek gratis verder te bekwamen in de behandeling van oogziek ten, vonden we niet de minste tegenstand, maar integendeel een hartelijk welkom; en toen met de directeur van hot ziekenhuis werd kennis gemaakt werden alle deuren voor haar opengezet en kreeg ze volkomen vrije toegang op alle tijden, in alle zalen en afdeclingen en werd haar spontaan aangebo den te assisteeren bij de operaties en alle chirurgisch-; en medische handelingen enz. Dat heeft ons heel veel te zeggen, n.l. dat een Europeesche zendelinge, die hier in het land is om het Evangelie van Jezus Christus te verkondigen, op zulke wijze door de Mo hammedaansche overheid en doctoren ont vangen wordt. Ja, de Arabier is fanatiek, geweldig fa natiek, maar de Arabier heeft ook dorst, geweldige dorst. En zoo wie een van deze kleinen te drin ken geeftMath. 10 42. En de steenrots ((in de woestijn) was ChristusI Cor. 10 4. Ik zal den dorstige geven uit de fontein van het water des levens om niet. Openb. 216. En de Geest en de Bruid zeggen: kom. En file het hoort zegge: kom. En die wil neme het water des levens om niet Openb. 2217. Want een iegelijk, die den naam des Heoren zal aanroepen, zal zalig worden. Hoe zullen zij Hem aanroepenen hoe zullen zij in Hem gelooven... en hoe zullen zij hooren indien hen niet gepredikt wordt? MAATSCHAPPIJ VAN NED. LETT. Prof. dr. Ir. D. F. Slothouwer hield in de OPWAARTSCHE WEGEN 13e Jaarg. No. 1 De redactie noemt de litéraire kritiefli een „gevaarlijk werk". Jan H. Eekhout draagt een roman-fragment bij: „Een patri ciër". H. v. d. Leek schrijft over Hopmans ,De Proeftijd", II. A. Mulder over „De ver gelijking als litterair hulpmiddel B. van Noort toornt tegen Maurits Uydert, die de Christ olijke poëzie, speciaal De Mérode ver ongelijkt. Van Ham oordeelt over „De Tien Geboden'1 terecht niet gunstig: „Er zijn in de laatste jaren te veel werken van deze aard verschenen. De kerstboeken van Ris- seeuw hebben er de weg voor gebaand. Nu de auteurs ook nog hun onderwerp in op dracht krijgen, moéten deze uitgaven steeds onbelangrijker worden". ONZE TAALTUIN 1 Maart 1935. L'. Kaiser: Spraak-taal-uitspraak. A. van Gerwen: Oost-Brabantsche Boerderij-ter- G. Stuiveling noemt het boek van Dr. K. H. de Raaf over Kloos „een bijna tragi sche naïviteit", want „de onbeperkte be wondering van dr. De Raaf brengt zijn lezers niet nader tot den vereerden dichter, integendeel: zij staat als een ondoordring bare ruit van felgekleurd glas tussen lezer en dichter in". VAN EEDEN GENOOTSCHAP Dit genootschap deed voor de eerste maal „Mededeel ingen" verschijnen. Ze bevatten o.a. een fragment uit de briefwisseling tus- schen Anne Busken Huet en Frederik van Eeden. In 1885 was Van Eeden wel heel enthousiast voor Kloos c.s.hij verdedigt hen, en dan vooral Verwey, tegen mevr. Huets miskenning, dat de nieuwlichters vóór hun tijd oude mannetjes zijn geworden" „Kloos is stellig een sombere natuur al meent bij natuurlijk niet wat hij zegt en dat komt in de vier sonnetten die gij van hem kent wel uit, doch Verwey, wiens verzen gij voornamelijk op het oog moet hebben, heeft een opgewekte, kinder lijk vroolijke ziel, vol enthousiasme en groote blijdschap. In welk vers vindt gij eigenlijk dat hij zoo kermt en lamenteert? Zelfs in het gedicht waarin hij zijn vaders dood bezingt leeft nog een blijde verhef fing aan het eind: „Zij zijn licht in hun sarcophagen". Is er ooit blijmoediger rouw om het doode jaar gevierd dan door hem?" SAVONAROLA zat in Mei 1935 te Florence in een groot muziekfeest worden herdacht. VICTOR HUGO EN HET KIND Over dit onderwerp deed C. de Boer een uitgebreid werk verschijnen bij IT. J. Die- ben te Wassenaar Het. thema: „Ilugo is de dichter van het kind geweest", wordt door heel 's dichters leven en werk gedemon streerd. SHAKESPARE's WOORDENSCHAT Anderson M. Baten heeft nagegaan, da' dc totale vocabulaire van Shakespeare 15000 woorden omvat. MATTH3US PASSION TE AMSTERDAM Te Arasterdam werd een comité gevormd, dal zich ten doel stelt op a.s. Goeden Vrij dag Bachs «.Matthaus Passion" in de Oude Kerk uit te voeren, onder leiding van Theo van der Bijl. DE SPAANSCHE LITERATUURPRIJS werd dit jaar niet behaald door een dich ter of romancier, maar door Rafael Lainez Alcala, die uitsluitend kunstkritikus is. A. DEN DOOLAARD Van „Oriënt Expres" en ,J) ruiven pluk kers'' zal binnenkort een Deensche vertaling liet licht zien. J. N. W. C. A. RUYGROK de bekende Utrechtsche toonkunstenaar werd 10 Maart j.l. bij gelegenheid van zijn 80en jaardag gehuldigd. GABRIELE D'ANNUNZIO hoeft een nieuwe, omvangrijke roman vol tooid, waaraan hij meerdere jaren heeft ge- LIZZY ANSINGH werd 13 Maart j.l. zestig jaar. Zij vierde toen tevens haar gouden feest als schilderes. DE AFZETTING VAN MEULEMANS als dirigent van het N.I.R. heeft een ware storm van verontwaardiging in het Vlaarn- sche land ontketend. Het regent protesten. Prof. Kan. Boon van de Leuvcnsche Uni versiteit heeft als protest tegen Meulemans' afzetting ontslag genomen als lid van liet college van toezicht van het N.I.R. De Vlaainsche Hoogstudenten hebben deswege Prof. Boon gehuldigd. GEDENKTEEKEN ALBERT VOGEL Er werd een comité gevormd, dat ten doel heeft in Den Haag voor Albert Vogel een gedenkteekrn op te richten. Men kan daar voor een bijdrage storten op nr. 215211 van Rotterd. Bankvereeniging met vermelding: „Bijdrage Vogel gedenkteeken". DE DUITSCHE LITERATUUR wordt door het Rijksbureau Lot bevordering der Duitsche literatuur nauwkeurig geschift, gekeurd, gecatologiseerd. Niet minder dan 540 le-toren zijn hiermee bezig. Gelijk be kend heeft dit. bureau de bevoegdheid, een boek te doen verbieden of ook het op te ne men in de lijst van aanbevelenswaardige boeken. DE AANSLAG VAN JEAN JAUREQUI Over deze aanslag op den Prins van Oranje op IS Maart 15S2 deed Albert dc Meijer O. P. een studie verschijnen: „Le procés de l'attentat eornmis contre Guil laume le Taciturne. prince d'Orange. 13 Mars 1582; étude critique de documents inódits" (Hilversum, Paul Brand). Een Spaansch koopman te Antwerpen. Gaspar d'An astro, wilde in 1582 den Prins dooden, om het op dezen gezette bloedgeld „te verdienen". Omdat hij het zelf niet durfde, traohtre hij zijn bediende Jean Jau- requi over te halen, den moord le volvoeren. Antonio Venero, een andere bediende van d'Anastro, werd in het geheim genomen. Korte tijd voor de aanslag vervoegde Jan requi zich bij pater Temmerman, die hem de biecht afnam en absolutie verleende. Dc afloop is bekend: Jaurequi werd op de plaats gedood. Venero en Temmerman wer den geworgd en daarna gevierendeeld. d'Anastro was ontvlucht. Nu heeft Pater de Meyer de processtuk ken nagegaan en meent op grond daarvan, dat het verloop der dingen niet is geweest, gelijk men zich dit vroeger heeft voorge steld. Zijn doel is vooral: Temmerman in zijn eer te herstellen. Om dit echter te kun nen doen, meent hij Marnix en de Villiers le moeten beschuldigen van vcrvalsching der processtukken. Met groot genoegen stellen wij vast, dat onze historici Pater de Meijer het antwoord niet zijn schuldig gebleven en huldigen Dr J. C. van der Does voor zijn degelijke be strijding van de Meijeis hóek in „Stemmen des Tijds", 23e Jrg. Xr. 12. Dr. Van der Does besluit zijn kritiek, die we zeer in de aandacht aanbevelen: „De lezing van dit werk, dat zeer zeker van de belezenheid, de scherpzinnigheid en vindingrijkheid van den auteur getuigt, biedt geen onverdeeld genot voor een Cal vinist. „De auteur wekt de sfeer van de zestiende eeuw met zijn kerkelijke harts tochten en tegenstellingen. Door zijn harts tocht en woede heeft hij zich laten leiden; niet door wetenschappelijkcn zin om de feiten tot klaarheid te brengen." Daarom mag dit werk geen aanspraak maken op weten schappelijke waarde, hoogstens biedt het propagandistisch materiaal. BILDERDIJK EN VONDEL Een buitengewoon merkwaardige en be langwekkende studie deed Prof. B. H. Mol- kenboer verschijnen bij Ton Hagen's Dr. Den Ilaoig over de verhouding van Willem Bilderdijk tot Joost van den Vondel. Het is onmogelijk in kort bestek de inhoud dezer gedegvn studie hier weer te geven, belang stellenden in deze materie moge het ge schrift zéér ter lezing worden aanbevolen. Prof. M. verdeelt zijn onderwerp in twee deelen: 1. Hoe oordeelde Bilderdijk over Vondel? Welke houding r. am de latere tegenover den vroegeren dichter in? De uitslag van het onderzoek betreffende deze vraag, valt niet in Bilderdijks voor deel uit. Zeker komen er in zijn werk en kele waardeerende uitingen voor, gelijk deze in Buitenleven (1802): „Lees Vondel duizendmaal, gij leest hem telkens 't eerst!" Het wonderlijke van het geval is echter, dat Bilderdijk zelf beelemaal niet heeft gedaan, want hij anderen aanried. De afdeeling „Vondel" besloeg in zijn biblio theek een al te bescheiden hoekje: onder zijn 6000 hoeken bevonden er zich negen van Vondel! Tot een der inteekenaren op de complete Vondeluitgave van 1S20 be hoorde onze dichterlijke advocaat niet.. Het kan dan ook niet verwonderen, dat, naar het woord van Prof. Muller, Bilder dijks oordeel over Vondel „onbestendig" is. Het ontbrak den nazaat aan grondige ken nis van den 17e eeuwschen voortrekker. Er zijn twee zéér verklaarbare redenen voor Bilderdijks, zelfs in zijn bewonderende oogcnblikken, min of meer vijandige hou ding tegenover Vondel. De eerste lag bij hem zelf: Bilderdijk was op Vondel een beetje jaloersch, hij gunde hem eigenlijk niet de eerste plaats in Ne derlands dicht ren rij. Zijn eerzucht deed die plaats voor zichzelf begeeren. Vondel was croot, natuurlijk, maar hij, bilderdijk ovpr- treft hem: „Ziet eens. Amstelaren, welkeen bloem cr uit bet zaadje, dat Vondel was. in Bilderdijk is ontloken!" De tweede lag bij Vondel: Bilderdijk was fel anti alles, wat Vondel vereerde: de Roomsche dogmatiek, Oldonbarnevolt, Fre derik Hendrik, dc Groot, Jan de Witt en hij vereerde hartstochtelijk, wat Vondel haatte: de predestinatie, de Dordtsche Synode, Maurits, de rechters van Oldenbarnevelt enz. Hier is dus niet een literair, maar een historisch en godsdienstig oordeel. De voorspelling van den zoon van Teis- terbaut, dat zijn naam als onverdelgbaai der lijden loop doorleven zal en dat zij „waar men Neerduitsch spreekt, op alle tongen zweven" zal, is niet in vervulling gegaan: „Rij de volle erkenning van Bilderdijks buitengewone gaven, van zijn onverzadig- l?are.. ftrbeldslust, van zijn taalmacht en ideeën-rijkdom heeft het oordeel der cul tuurgeschiedenis zich zóó gezet, dat wij in de verbinding van de namen Vondel en Bilderdijk, die de laatste heeft willen foreeeren, geen verwantschap meer voelen maar een tegenstelling." 2. Is er (en zoo ja, waar?) vloed aan te w ij z e n van Vondels poëzie op die van Bilderdijk? Het spreekt vanzelf, dat Vondels invloed op Bilderdijks poëzie onvergelijkelijk groo- ter had kunnen zijn, ware deze meer Vondelvast geweest. Bilderdijk had een fenomenaal geheugen, had hij Vondels werk gekend, zonder twijfel zouden in dat geval de ï-eminiscenties talloos zijn ge weest. Bij Bilderdijks beperkte kennis van de kunst des 17e eeuwers kon dit niet ver wacht worden. Prof. Molkenboer trekt parallellen bij Josephs Leven, Jephtah, Elius, Tooneehtuk van het menschelijk Leven, Oude Rijnwijn. Lentefeest, De ziekte der Geleerden. Floris de Vijfde, De Ondergang der Eerste Wereld, Vervulling, Tafereel van Hollants herstel ling, Nederland hersteld, Koekeloer. God, Uitvaart en geeft een lijstje woorden van eeht-Vondeliaansche snit, saamgelezen uit Bilderdijks omvangrijk oeuvre. HET PALEIS VAN VERSAILLES, eigendom der Fransche regeering, zal waar schijnlijk verbouwd worden tot een schouw burg voor klassieke Fransche kunst. Een comité, onder leiding van den bekenden Paul Valéry bracht daarvoor 6 millioen francs bijeen. NEDERL. KLOOSTERZEGELS Jhr. dr. W. A. Beelaerts van Blokland, Jhr. Mr. D. P. M. Graswinkel, Mr. E. C M. Prins en Pater Dalmatius van Heel zullen bij voldoende belangstelling doen verschij nen een uitgave, van Nederlandsche klooster zegels vóór 1600. De eerste aflevering zal gewijd rijn aan de Abdij van Egmond. Het Kon. Ned. Genoot schap voor Geslacht- en Wapenkunde, Bleyenhurg 5 Den Haag, geeft alle wensehte inlichtingen óver deze uitgavi TIJDPOëZIE De laatste aflevering van „De Gids" bevat een tijdvers van Werumeus Buning: „Noord zee 1934" waarbij de dichter klaagt over liet verval der vaderlandsche scheepvaart. „Toen Admiraal Tromp voor Duins lag En de kans goed zeker leek, En toen Holland en Zeeland zijn winst zag, Toen bouwde men bij de week! Wat zou een land zonder ploeg rijn? Droog en dor als het strand. Maar een land.aan zee heeft de zee tot land En de zee wil met schepen geploegd zijn." Wij zijn er echter niet zoo heel zeker van, dat de zee dat tegenwoordig óók nog wil! Schaakrubriek. A. Nimzowitsch overleden Te Kopenhagen is op 48-jarige leeftijd de bekende Russische schaakmeester A. Nimzowitsch overleden. Nimzowitsch werd 7 Nov. 1SS6 te Riga geboren. Op 20-jarige leeftijd nam hij voor 't eerst aan groote tournooien deel, waarin hij dadelijk aardige successen boekte. Zijn fraaiste succes had hij in 1926 te Dresden, waar hij als no. 1 boven Aljcchin eindigde. cBulten verantwoordelijkheid der ïedactle) SAMENSMELTING A.R. EN C.H. Geachte Redactie, Beleefd verzoek ik U liet navolgende in uw blad op te nemen. De ingezonden stukken óver de samen smelting A.R. en C.H. trekken mijn en veler aandacht. at „Abonné" waagt te beweren: „Uit eigen omgeving weet ik dat de samen smelting van A.R. en C.H. gewild wordt", is geen stoutmoedigheid, maar naar het ge voelen van zeer velen bet uitspreken van een reeds lang levende wcnsch en dus ge lukkige waarheid. Als jongere geloof ik dat het ook dien weg uit moet. De jongeren gebruiken ook hun oogen en ooren en voor hen is het juist zoo moeilijk te blijven gelooven in een soheiding, din niet noodig meer is. Ook zij weten, dat doorgaande versplintering tot aller schade moet uitloopen. Wanneer dan ook een actie tot de samen smelting mocht worden ingeluid, dan durf ik beweren, dat de jorgeren er gunstig voor gestemd zullen zijn en zij zeker hun steun, daaraan niet zullen onthouden. Maar wie zal den stoot daartoe geven? Geve God, dat er onder de leidende man nen naar voren komen, die de broodnoodige eenheid pogen te bereiken door hun woord en daad. Ouderen gaat voor, de jongeren wachten reeds. Met dank voor de plaatsruimte, Hoogachtend, J. DE BEER. Botterdam, 25-3-'35. DE HYPOTHEEKBOEREN Geachte Hoofdredacteur, Als getrouw lezer van uw blad, nam ik keimis van de driestar in het nummer van. Donde.xlag 21 Maori 1.1. onder den titel „Nood breekt wet", waarin, zij het zonder enthousiasme, ten slotte de maatregel van den minister van Economische Zaken om de hypotheekboeren te helpen als crisis maatregel wordt gebillijkt. Het zij mij vergund over dit onderwerp dat ongetwijfeld van zeer ingrijpende be- teekenis is, ecnige opmerkingen te maken. Het wil mij voorkomen, dat de minister van Economische Zaken door zijn voor melden maatregel een verkeerden weg is ingeslagen. Het a.r. Tweede-Kamerlid Van Dijken, hij de behandeling der begrooting van het landbouwcrLsisfonds in de Tweede Kamer op 12 Maart 1.1. sprekende over de door den minister overwogen gedachte om aan de steunverleening aan boerenbedrij ven de voorwaarde te verbinden, dat de daarop rustende hypothecaire lasten wor den verlicht, had alle reden om uit te roe pen, zooals hij aan het slot van zijn betoog deed: .Daarom, mijnheer de President, be- zinne de Regeering goed voor zij begint, inzorrderheid ten aanzien van den omvang van haar inmenging". De waarschuwing van den heer Van Dijken heeft weinig gebaat, want kort daarna is de liypotheekmaatregel afgekon digd. De heer Van Dijken vestigde terecht in zijn rede de aandacht, er op, dat de ge dachte waarvan de regeer, ngsmaatregel uitgaat: de steun redt de hypotheken en kan beperkende voorwaarden aan de hypotheek houders opleggen, slechts kan gelden voor de oude hypotheken, die bestonden vóór de steunverleening aanving, en niet vcor dc tientallen millioencn, welke onder vi- gueur van de steunverleening zijn verleend. Voorts zcide de heer Van Dijken te vree zen, dat nieuwe hypotheken voor landbouw bedrijven niet meer zonden worden verleend Deze vrees is m.i. juist gebleken. Ik geloof, dat thans reeds geen notaris zijn cliënten meer aanraadt hypotheek op landelijke eigendommen te geven, en ook hypot.heek- bankon, levensverzekeringsmaatschappijen cn andere lichamen, die liet bodemcrediet verschaffen, zullen zich van het verstrekken van hypothecair crediet op landelijke eigen dommen onthouden. Waar moet dit heen? Wie weet trouwens, wat straks met do stedelijke eigendommen gaat gebeuren? Ook daar beluistert men bij de hypothecaire schuldenaren den roep om overheidshulp tot verlichting der hypothecaire lasten. Zoo bestaat de kans. dat over de geheele linie de van ouds zoo veilig gedachte belegging tn hypotheken, door de wet voor gelden van minderjarigen wegens haar veiligheid uitdrukkelijk aangewezen, van haar vast heid wordt beroofd. Men bedenke zich toch wel vóórdat men de kracht der in gewettigd vertrouwen ge sloten overeenkomsten, door overheids ingrijpen verzwakt. En is het, nuchter beschouwd, toch niet waar, dat de hypothecaire debiteur, in Ujden van voorspoed van weinig eigeiï geld groote revenuen geniet, donk zij den hypo Iheeairen credietgover, die aan een vaste, matige rente de, voorkeur geeft ter wille van een veilige belegging? En is het dan mot billijk, dat de debiteur, die het voor deel in voorspoed ruimschoots oogsite, bij tegenspoed het nadeel van zijn risico heeft te dragen? Mr H. VAN HAERIXGEN 's-Gravenhage. 23 Maart 1935. Hier is een goed vriend met goed nieuws! Haagsch Modehuis, Groote Marktstraat h /Spui Den Haag, voor- jaars-seizoen geopend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 3