Jlirutur |Tciïtsrljr (lournut kïü E 0 Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden sn Omstreken abonnementsprijs: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 235 Franco per post 2.35 portokosten Per week0.18 Voor hel Buitenland bij wekelijksche zending4.50 Bij dagelijksche zending5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7'/i ct. Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar No. 5414 Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 VRIJDAG 1 MAART 1935 15e Jaargann abbertentiepriptn: Van 1 tot 5 regels1.17V> Elke regel meer 0.22'/» Ingezonden Mededeelingen van 1-5 regels2.30 Elke regel meer0.45 Handelsadvertentiën per regel 0.17'/i Bij contract belangrijke korting Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend0.10 ZEER OVERDREVEN, SOMS ONJUIST Er wordt in de laatste dagen veel gespro ken en geschreven over de overhaaste in terne reorganisatie van het Crisis-invoer- burcau, welke, volgens velen, een desorga nisatie teweeg bracht. Officieus heeft de Minister daarop laten antwoorden, dat deze berichten, afkomstig van belanghebbende zijde, over 't algemeen ten zeerste overdreven en in sommige ge tallen bepaald onjuist zijn. Wij vragen voor enkele woorden uit deze regeeringsmededeeling de aandacht Dc klachten zijn afkomstig van „belang hebbende zijde", zoo wordt gezegd. Natuur lijk ligt hierin de suggestie: ge moet er dus .conigszins voorzichtig mee zijn. De juistheid hiervan kan men moeilijk ontkennen. Doch anderzijds is men toch geneigd de vraag te stellen: van welke andere zijde zouden dan de klachten moeten komen? Niemand anders dan de belanghebbenden komen voor de moeilijk heden te staan. Nu moet men niet denken, dat alleen groote zakenlieden belanghebbend zijn. Wanneer iemand met een zeer gering in komen bij ons zijn nood komt klagen, om dat hij beslist geneesmiddelen uit het bu« tenland noodig heeft en nu aan hopeloos yeel formaliteiten moet voldoen, drie weken langer dan anders op zijn geneesmiddelen wacht en bovendien nog extra onkosten moet maken; dan is zoo iemand belang- langhebbende. En wanneer hij dan vraagt, waarom is het thans zoo ingewikkeld, om dat men alles gemechaniseerd heeft, zoodat men haast onleesbare formalistische ani woorden krijgt en geen ambtenaar met individueelo omstandigheden rekening kan houden; dan is zijn klacht begrijpelijk en zij doet een andere vraag rijzen: Was het verstandig, om de levende menschen ie ver vangen door doode machines, welke geen gevoel hebben en zoo heel licht een onregel matigheid kunnen begaan, welke niet ,achterhaald wordt? Bovendien mag geïnformeerd of het ethisch te verantwoorden is omtientallen crisis ambtenarendie een schamel loon verdienden, weer werkloos te maken; zuiks te meer wanneer de aanschaffing van dure, zeer dure machines (uit het buitenland meestal) en inwendige verbouwingen het getaxeerde voordeel voor vele jaren uiterst problematisch maken? Natuurlijk is het plicht der regeering om deze diensten zoo sober mogelijk op te zet ten; doch er rijst twijfel aan de juistheid van het beweren, dat elke mechaniseering voordeeliger en doelmatiger is, wanneer er zooveel geschikte arbeidskrachten dispo nibel zijn; terwijl er zooveel variatie is in de gevallen, welke aangebracht en afgedaan moeten worden. De Minister geeft dan ook een tamelijk ontwijkend antwoord en erkent de redelijk heid van vele klachten, door te zeggen: de berichten zijn in 't algemeen ten zeerste overdreven en in sommige gevallen bepaald onjuist Deze gedeeltelijke erkenning van de juist heid der klachten zegt genoeg en doet gerechte twijfel rijzen aan het verstandig beleid eener directie, die op een crisis instelling administratieve proefnemingen toepaste, welke zelfs in een geconsolideerd bedrijf groote voorzichtigheid vereischen. Tot het vervangen van goede arbeids krachten door bizonder dure machines map niet dan na zeer ernstig onderzoek besloten worden. ONHEUSOHE POLEMIEK De redacteur van Onze Banier, het orgaan van de Ned. Chr. Bond van Perso neel in Publieke Dienst oefent zich de laatste maanden in een methode van pole- miseeren, welke ons niet kan bekoren en waarin we hem niet zullen volgen. Het simpele feit, dat wij destijds op prin- cipieele overwegingen onze instemming be tuigd hebben met het voornemen der regee ring om vrijgestelden van gemeenteperso- neel als raadslid te weren, heeft den redac teur met wrevel tegen ons vervuld, en telkens valt hij ons daarover op onbillijke wijze aan. Natuurlijk is niet te ontkennen, dat er 5ets wringt, wanneer de advocaat van het gemeentepersoneel tevens als raadslid de functie van rechter en patroon uitoefent; doch daarop gaat men niet in. Afleidende taktiek is profijtelijk en daarom wordt ge sproken over anderen, die ook wel partij of groepsbelangen dienen en zoo iets meer Zelfs ontzag deze redacteur zich niet de zuiverheid van ons bedoelen en de onaf hankelijkheid van ons oordeel in twijfel tc trekken en toen wy daarop reageerden, werd zelfs de heusche toon vergeten. Wij. die nooit anders gedaan hebben, dan het goed recht der Christelijke vakorganisatie te verdedigen en op te komen voor de eer der „vrijgestelden", werden nu ingedeeld bij de categorie, welke elke gelegenheid aangrijpt om kwaad van „bonzen" en „strijdvereenigingen" te spreken. Merkwaardig genoeg was b.v. de redactie van de Opbouw, het orgaan der Chr. Bouwvakarbeiders, het geheel met ons eens en kregen wij ook brieven uit de kring van den redacteur van O. B. zelf, die met d e Opbouw de politieke artikelen in vakblad laakten; doch de race werd voort gezet en niet zonder succes blijkbaar. Immers, thans zit de redactie van de roodo pers al op de uitkijk om wat O. B. schrijft tegen ons uit te spelen, en nauw Jijles is laatstgenoemd orgaan verschenen of de roode pers heeft het reeds, met d' noodige commentaar geciteerd. Wij willen den redacteur van O. B. in dit verband herinneren aan de staande uit drukking in de roode pers: „Wie door onze vijanden geprezen wordt, staat schuldig tegenover zijn vrienden". Thans wijdde O. B. een groot stuk van dc voorpagina aan het feit, dat de roode pers iets meer uit de memorie van ant woord over bedoeld wetsontwerp gepubli ceerd had, dan wij. En bedektelijk wordt te verstaan gegeven, dat zulks niet zonder opzet gebeurde. De roodo pers zet boven de citaten dan ook: „Arbeiderspers geprezen." ,3<?langen-tegenstellingen tusschen lijfblad en vakbeweging?" Wat is onze misdaad? Wij hebben ver zwegen, dat de minister een goed woord over had voor de vrijgestelden en voorts is niet meegedeeld, dat de „vrijgestelden" (1 de onbezoldigde bestuurders) „nog vier jaar lang hun politieke vrijheid onverkort mo gen genieten". Een verzuim? Ja. Maar moeten wij den redacteur van O. B. er attent op maken, dat bij gebrek aan tijd en ruimte een stuk wel eens minder gelukkig: wordt bekort? E11 hebben wij ooit de „werkkracht en on baatzuchtigheid" der vrijgestelden in twij fel getrokken, zoodat latere rectificatie dringend noodig was? De schrijver in O. B. schuift ons ook in de schoenen, dat wij aanvankelijk van on geduld trappelden en later heelemaal geen haast meer hadden. Deze kwetsende kwali ficatie is echter gegrond op onze overwe ging, dat aanhouding van het ontwerp wel licht gewenscht zou zijn, omdat het twee heterogene bestanddeelen bevat: uitsluiting van vrijgestelden e. d. en wering van kleine partijen. Dat geeft een onzuivere stemming. Het spijt ons dat de grievende wijze, waarop O. B. te dezer zake herhaaldelijk schreef, een zakelijke discussie onmogelijk heeft gemaakt. Nu echter in het laatste artikel iets z a k e 1 ij k s zat, meenden wij te moeten antwoorden. BINNENLAND. Afscheid burgemeester Stulemeijer Gistermiddag heeft burgemeester H. Stu- lemeyer afscheid genomen van de Schie dam sche gemeenteraad Spr. zeide de waar heid te gevoelen van do spreuk: „Partir c'est mourir un peu", thans, nu een jaren lange samenwerking in het belang van de gemeenschap moet worden verbroken. In de zes jaar, dat hij heeft mogen meewerken, aan de ontwikkeling van Schiedam, heeft de bevolking zich met 50 pet uitgebreid. Vijf van de zes jaren van zijn bewind onder vond de gemeente de druk der conjunctuur, maar spr. heeft zich verheugd in de werk zaamheid en de doortastendheid van de ge meenteraad. Ik heb mij aan uw deugden gespiegeld en van u geleerd, niettegen staande mijn leeftijd, die mij dwingt heen te gaan. Het afscheid valt zwaar, want het as mij een eer met u te strijden. Als goed vaderlander en goed katholiek, onderwerp ik mij aan de lioogere machten en ik dank u voor de genoten hulp steun. Nadat de scheidend^ burgemeester al zijn medewerkers voor hun toewijding -had ge dankt, eindigde hij zijn afscheidswoord met den wensch: God zegene de burgerij! Weth. i r Houtman heeft deze afscheids rede beantwoord en daarbij verklaard, dat de verwachtingen, die men zich in 1929, bij het optreden van burgemeester S t u 1 e - meyer heeft gesteld, door deze in daden zijn omgezet op een wijze, welke algemeen waardeering heeft afgedwongen. Nog verschillende sprekers hebben daar- 3. het woord gevoerd, o.a. de heer B. G. II oog-end am, die daarbij gewaagde van de erkentelijkheid der A.R.-fractie voor de aangename wijze, waarop de aftredende bur gemeester steeds met allen heeft samenge- erlct in de uitoefening van zijn ambt. Het overlijden van Staatsraad Idenburg Bewijzen van deelneming H.M. de Koningin heeft telegrafisch Haar deelneming betuigd met het overlijden van Staatsraad Idenburg. 1 van autoriteiten en personen, waar mede de thans ontslapene in den loop van zijn leven in aanraking is gekomen, hebben aan de nabestaanden hun rouwbeklag be- Ook Minister dr H. Co lijn en mevrouw Colijn hebben gister een bezoek van rouw beklag gebracht ten huize van de familie Idenburg. Op Hemelvaartsdag zal dc* afd. Zuid-Hol land van den Bond van Chr. Geref. Jonge- lingsvereenigingen zijn 25-jarig bestaan her denken. De jubileumrede zal worden uitge sproken door Ds C. v d Zaal, lid van de Tweede Katver, oud-voorzitter van deze af- deeling. Op deze jubileumvergadering hoopt Z. Exc. mr J. A. de Wilde, Minister van Binnenl. Zaken, ook aanwezig te zijn en een woord te spreken. De vergaderin zullen in Rotterdam gehouden worden.- „ONZE IDENBURG HEEN GEGAAN" Bij het sterfbed van een groot man Neen; vijanden had Idenburg'niet. Dat blijkt wel uit de waardeerende artikelen, welke heel de Nederlandsche pers gisteren aan dezen voortreffelijken man gewijd1 heeft. Warm is natuurlijk de toon, welke De Standaard aanslaat: Het bericht van het plotseling scheiden van den heer Idenburg heeft rouw gebracht in ons aller hart. Een der onzen „onze Idenburg", zooals 0 Christenvolk hem zoo gaarne noemde is heengegaan. En zooals men treurt om het verlies van iemand, dien men zeer heeft liefgehad, zoo treuren wij thaos over den dood van dezen trouwen Ev, geliebelijder. Idenburg was tot hooge waardigheden geroepen. Gewichtigen arbeid voor land en vólk mocht hij verrichten, zoowel in het moederland als in onze koloniën. En de wijze waarop die arbeid in Gods kracht werd volbracht, deed hem de epre van menschen in overvloedige mate toe komen en maakt dat zijn heengaan als een nationaal verlies wordt gevoeld. Voor ons beteekent Idenburgs verschei den nóg meer. Dit vindt zijn oorzaak de omstandigheid, dat hij zoo volkomen een der onzen was. Wie denkt niet aan dat woord van Groen van Prinsterer, zijn geestelijken voorzaat, als hij hoort van het ontslapen van Idenburg, den christen-staatsman, die Koningin, land en volk zulke trouw» diensten bewees? De dokterszoon uit Utrecht heeft zijn militaire carrière in Nederlandsch-Indië waar hij het wapen der genie diende, als subaltern officier afgesloten met de mooiste vertrouwenspost, die het Indi sche leger kent: adjudant van den leger commandant. Hij vervulde dat ambt in Batavia, terwijl hij tevens 's Zonda; als voorganger optrad in het kleine ge reformeerde kerkje van Kwitang, Men kan zich, vandaag, moeilijk meer voor stellen w&t dit betcekende in het Batavia van die dagen, de-stad, waar in der boekwinkels een Bijbel te koop bleek: de adjudant van den legercom mandant oefenaar. Zijn hèele staatkundige loopbaan door is Idenburg die houding trouw gebleven. Hij heeft zich het Evangelie van Chris tus niet geschaamd het was hem overal en steeds een kracht. In zijn ministerschap van Koloniën, drie maal. In zijn gouverneurschap van Suriname. In de landvoogdij van Ne derlandsch-Indië. Ongetwijfeld zal dit doodsbericht breede kring ontroering wekken. Vooral in kring van ons anti-revolutionaire volk, dat zoo gaarne sprak van onzen Iden burg; schrijft de N. Prov. Gr on. Crt., en vervolgt: Zeker de heer Idenburg was een kun dig en dapper officier in ons Indische leger: hij was een zeer gezien Minister van Koloniën, tot tweemaal toe; hij was gouverneur van Suriname; als gou verneur-generaal van Ned.-Indië, zich zijn beginsel niet schaamde, had hij onze onverflauwde liefde en aanhanke lijkheid maar tóch, boven dit alles was hij onze Idenburg. Onze Idenburg, omdat hij was de op recht geloovige, die, eenmaal gegrepen door het Calvinistisch beginsel, dat be ginsel heeft uitgedragen tot op de hoog ste plaatsen, die bereikt kunnen worden. Onze Idenburg, omdat hij zich als groot man, maar nederig van gestalt' hoogst bescheiden van aard, met volle overgave gaf aan de Anti-revolutionaire partij van de „niet vele edelen en niet vele machtigen". Een zwaar verlies is dit heengaan voor land en volk en anti-rev. partij, zegt De Zeeuw en herinnert er dan aan hoe Iden burg óók gesmaad is: Bij de verkiezingen van 1913 werd hij vanwege zijn trouw aan zijn beginsel van vrijzinnige zijde gehoond als den dweper van Buitenzorg, die zoo spoedig mogelijk uit Indiü diende te verdwijnen. Maar dezelfde man, die op zoo schan delijke wijze de kiezers tegen een hoog staand gouverneur opzweepte, kon later, minister geworden, niet anders doen dan de groote verdiensten van den heer Idenburg in het licht stellen en het was hetzelfde vrijzinnige Kabinet, hetwelk als vrucht van de hetze van 1913 optrad, dat later den heer Idenburg verzocht in 's lands belang, langer dan dit voor zijn gezondheidstoestand gewenscht was, als gou\erneur-generaal aan te blijven. „Daaa- is een „groote in Israël" gevallen; een dapper strijder, die voor onze Partij jarenlang was als een leger van paarden ruiteren", aldus schrijft F r i es c h Dag blad. Maar: Idenburg is niet meer! We kunnen het ons nog bijna niet voorstellen. In hoevele deputatenvergaderingen heeft deze vrome man de Anti-revolutionaire legerscharen niet aangevuurd en bezield door zijn kinderlijke Godsvrucht en zijn sterk geloofsvertrouwen, dat immers óp zóó velerlei wijze was beproefd. Hij was de Johannes in onzg kring, wiens nobele ziel zich altoos op de keurigste wijze uitte, die niemand kwetste en zijn kinderkens tot onderlinge liefde en een dracht aanspoordde, zoo lang hij heeft gekund. De Heere zij gedankt, dat wij Idenburg hebben gehad! Deze man was een der allergrootsten onder ons. Zóó schrijven de bladen, die hem geest verwant waren, over Idenburg; maar zóó schrijven ook geestverwanten, die verder afstaan. Daartoe citeeren we deze regels uit de r.k. Maasbode GOOD-YEAR SCHOENEN De meest volmaakte VOETBEKLEEDING Fa. W.Lourysen Zn Schoenfabriek Dongen Het overlijdensbericht van oud-gou- vcrneur-generaal en oud-minister Iden burg zal ontroering wekken. Niet alleen in antirevolutionaire kring, maar lig ook onder alle geledingen van volk, speciaal onder de Katholieken. Met hem ging heen een christen staatsman in de volle zin des woords, een diep-geloovigc, die zich bij alles in zijn leven, van het allergeringste tot het meest gewichtige liet leiden door de be ginselen van dc religie, die hij met innige, weidoende. pretentielooze, diep gefundeerde overtuiging beleed. Wij erkennen het eerlijk:" wanneer deze oud-minister optrad voor de kring van zijn geestverwanten, in welke func tie of onder welke omstandigheden ook b.v. wanneer hij sprak over de Vrije Universiteit dan vingen wij de lezing van het door hem gesprokene steeds aan in de hoop en de stellige verwach ting, dat het ons tot stichting zou Deze militair beleed zijn christelijk ge loof zóó oprecht gemeend, met zulk een eenvoud, dat wij ons aan de weldadige invloed daarvan met graagte overgav Een beminnelijk man, maar tevens hoogst bekwaam man. Andere r.k. bladen schrijven in dezelfde geest, voorzoover ze daurtoe reeds gelegen heid hadden; doch ook in de vrijzinigc pers klinkt dezelfde toon door. Al meent do Nieuwe Rott Crt., dat Idenburg wel eens wat te ver ging, b.v. op het stuk der Zondagsrust; het blad besluit toch: Idenburg, als minister van Koloniën, heeft de benoeming van gouveneur-gene- raal Van Heutsz gecontrasigneerd en daarmede een tijdperk van ontwikkeling van Indië en consolidatie van ons kolo niale rijk, zooals er weinig in onze ge schiedenis zijn geweest, ingeluid. Hij Zfelf beeft bij de propaganda van een ónEaatzuchtige politiek, bij de in voering van de decentralisatie, bij de hervorming van do financiën en de in voering van het stelsel van gescheiden financiën een voorname rol gespeeld ten slotte leiding gegeven bij het ont waken van het politieke leven in Indii De invloed van zijn beleid werkt na op schier elk onderdeel van het Indische maatschappelijke leven. Hij heeft zijn voor- en tegenstanders gehad, maar allen hebben zijn onkreuk baarheid en groote menschelijke eigen schappen erkend. De balans van dit werkzame lev vertoont voor Indië en voor het gansche rijk een belangrijke creditsaldo. Mr. G. Vissering 70 jaar Een financier van internationale beteekenis De oud-president der Nederlandsche Banlk tnr G. Vissering, herdenkt heden op zijn buiten te Bloemendaal zijn 70sten verjaar dag. Na zijn promotie te Leiden op een dis sertatie over: „Personentarieven van Spoor wegen" vestigde hij zich in 1S91 als advo caat en procureur te Amsterdam, waar bij in 1S95 benoemd werd tot secretaris van dc Vereen, voor den Effectenhandel en in 1S9T tot directeur der Kas-verecniging. In 1900 volgde zijn benoeming tot mede-directeur van de Nederl. Bank, op IS Febr. 190G werd hij president directeur van de Javasclie Bank en weer ruim zes jaar later trad hij, als opvolger van mr N. P. van den Berg, op als president van de Nederl. Bank, een functie,, welke hij tot 1931 zou vervullen. De wereldoorlog heeft reeds kort na zijn optreden zware eisohen aan deze instelling gesteld. Aan verschillende internationale conferenties nam nxr Vissering een werk zaam aandeel, vaak vervulde hij er de lei dende rol. In 1924 maakte lui op verzoek mot» fje Zuid-Af rik aansche regeering, een naar Zuid-Afrika, om haar van advies te dienen inzake liet herstel van den gou den standaard aldaar, aan welke reis mr Vissering een bezoek aan Nederl.-Indic vast knoopte. Mr. Vissering was voorts o.a. voorzitter wan de Staatscommissie voor het Muntwezen en diende ook op andere wijze, door be langrijke adviezen, de Nederlandsche of Nederl.-!ridische regeering. DE NIEUWE STATENDAM Gehoopt wordt op een gunstige beslissing van de Regeering De „Maasbode" heeft aan de Directie van de Eolland-Amerikalijn een aantal vragen voorgelegd omtrent de positie van de maat schappij en den eventueelen bouw van een tweede Statendam. Hierop heeft de Directie geantwoord, dat de I-I.A.L. steeds ingesteld is geweest op passagiers- èn vrachtvervoer. Dc«>r ophef fing van het passagiersvervoer zou een ge heel ander bedrijf worden verkregen. Mocht eventueel de bouw van een tweede Staten dam niet doorgaan, dan zal natuurlijk moe ten worden overwogen, wat te doen. Zouden wij dan. aldus de Directie, beslui ten ons te beperken tot de vrachtvaart, dan zal dat niet zich brengen, dat wij onze pas sagiersschepen voor sloop zullen moeten verkoopen, want ombouw van passagiers schepen tot vrachtschepen is technisch on mogelijk en ook oneconomisch. Een derge lijke maatregel zou dus een belangrijke ver andering van ons bedrijf met zich brengen en daarom is het voor de algeheele positie van de H. A. L. noodzakelijk, dat er eer. „tweede Statendam" komt. Een tweede Statendam zal ongetwijfeld rendabel zijn te maken, te meer daar het een nog iets sneller schip zal zijn, dan de bestaande Statendam, terwijl ook de af metingen iets grooter zullen zijn en het interieur moderner. Zoo zullen er meer hut ten met badkamers ingebouwd worden etc. Wij hopen en vertrouwen alsnog op een gunstige beslissing van onze Regeering, op dat spoedig met den bouw begonnen kan worden en het schip in Maart 1937 vaart zal kunnen komen. Men moet niet vergeten, dat dan het seizoen begint de passagiers van Amerika, en dit duurt tof ongeveer October. In de wintermaanden heeft het passagiersvervoer niet zooveel te beteekenen en daarom worden de grootere schepen als de „Statendam" in den winter steeds gébruikt voor de zoogen. cruises naar West-Indië en de Middellandscbe Zee. Evenals vorige jaren is dit met de „Staten dam" en de „Rotterdam" ook thans het ge val. Heel vroeger werden de grootste sche pen in de wintermaanden dikwijls opgelegd. Om deze reilen is het dus voor ons van het grootste belang, dat ons «nieuwe schip begin.1937 in.de vaart kan komen. De on derhandelingen met de Regeering zijn nog steeds gaande en daarover kunnen wij na tuurlijk geen inlichtingen verschaffen. Wel zal het schip waarschijnlijk in' gedeelten, door verschillende werven gebouw worden ojn. met het. oog op werkverschaffing. Wat het aanbod van buitenlandsche zijde betrett, kunnen wij vertellen, dat deze wer ven uit eigen beweging, toen zij de berich ten in de Hollandsche bladen gelezen had den over onze onderhandelingen niet de Regeering, tot ons zijn gekomen. Wij zelf hebben geen offertes in het buitenland aan gevraagd. Wij hopen dan ook, dat de bouw in ons land kan geschieden, hetgeen met behulp der Regeering zeker mogelijk zal zijn. Wij behoeven slechts een bouwcrediet hóewei met het oog op ons aandeelenkapi taal een financiering van den nieuwbouw door uitgifte van nieuwe aandeelen te pre- fereeren zou zijn bóven een leening. Het is echter, gezien de huidige omstandigheden niet waarschijnlijk, dat wij bij derden aan deelen geplaatst zouden kunnen krijgen. De reorganisatie van 1933 Omtrent de reorganisatie van het bedrijf in 1933 deelde de Directie mede, dat deze drastisch genoeg is geweest. Wanneer een tweede Statendam in de vaart wordt ge- brqcht, is het zelfs niet uitgesloten, dat hot humige aandeelenkapitaal ook rendabel zal blijken te zijn. Over 1933 werd wel verlies geleden, doch hieruit mag niet worden ge concludeerd, dat dit ook vóór 1934 het geval zal zijn. Men moet niet vergeten, dat in 1933 de kapitaalsreorganisatie tot stand kwam en niet de interne reorganisatie. Dezi thans voltooid en de gunstige resultaten zullen hiervan ook nog in de komende jaren uit de bedrijfsresultaten blijken. Er zijn op dit moment geen onderdeden, welke zulk verlies. brengen, dat het noodzakelijk zou zijn deze af te stooten. Voornaamste Nieuws. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen' 812. 1 Mr. G. Vissering, oud-president der Nederland- sche Bank is heden zeventig jaar geworden- De Directie van de Holland Amerikalijn hoopt thans op een gunstige beslissing van de Regeering voor <Ln bouw van een nieuwe Statendam. Ver- moedelijk zal het schip in gedeelten bij verschil' lende werven worden gebouwd. Een 15-jarige knaap heeft tc 's-Gravcnhagt een vrachtauto in beweging gebracht, w<lke het trot toir opreed en een 6-jarig meisje tegen een woningpui dood drukte. Vergadering van de gemeenteraad van Am sterdam. Blz. 9 De Eerste Kamer heeft de begrooting van Sociale Zaken aangenomen. De algemeene beschouwingen over de onder - nemer so vcreenkomsten in dc Tweede Kamer zijn geëindigd. Vervolgens werd overgegaan tot het behandelen van de amendementen. Blz. 10 Naar en in Zuid-Afrika XLVT. Reisbrievei Prof. Dr. V. Hcpp. De voorjaarsbeurs te Utrecht Een Zuiderzee-groep Aan de voorjaarsbeurs zal een aantal in dustrieën deelnemen, welke in verband met de drooglegging van dc Zuiderzee, zich in die streken hebben gevestigd. In deze Zui- derzeegroep zullen geëxposeerd worden pro ducten van den scheepsbouw, textiel, knoo- pen-industrie, voedings- en genotmiddelen, leubelen (Hindelooper) en schoenen. De afdeeüng zal voorts worden opgelui: terd door een inzending van de afd. Zoct- watervisscherij van de Ned. Heide Mij. Regeering en Zinkwitindustrie Een specifiek invoerrecht De Staatscourant van gisteravond bevat een Kou. besluit, waarbij bepaald wordt, dat met ingang van 1 Maart a.s. bij den invoer van zinkwit en li«hopoon een speci fiek invoerrecht zal worden geheven. Bij dit Kon. besluit wordt de noodzake lijkheid van het heffen van een invoerrecht van zinkwit, lithopoon en andere met zink bereide witte verfstoffen vastgesteld ten einde het te gronde gaan van de Nederland sche zinkwit- en lithopoon-industrie tc voor komen. TORPEDOJAGERS TERUG UIT INDIë De torpedojagers Kortenaer en Van Ghent zijn gisteren van Soerabaja op de reede van Vlissingcn aangekomen en daarna naar Den Helder vertrokken-. Doodelijke aanrijdingen te Den Haag Gistermiddag is. een bijzonder tragisch on geluk gebeurd in de Gabriel Metsustraat. Een vrachtauto is het trottoir opgereden en heeft daar een 6-jarig meisje aangereden, met het droevig gevolg, dat het kind op slag dood was. Omtrent de toedracht van dit ongeluk ver nemen vrij het volgende: Omstreeks half twee was de 6-jarige Jo-- hanna de V. aan het spelen op het trottoir in de onmiddellijke nabijheid van de woning harer ouders in de Gabriel Metsustraat. In- diezelfde straat stond een vrachtauto, waar van de chauffeur, de 26-jarige W. van W\, wonende in de Staverdenstraat zich eenigo oogenblikken had verwijderd en de auto on beheerd had achter gelaten. Of de motor af gezet was of dat deze nog doordraaide was op dit oogenblik nog niet met zekerheid te zeggen. In elk geval heeft een jongen de on voorzichtigheid begaan in de auto te gaan zitten en heeft kans gezien deze aan het rij den te krijgen. Of de jongen het chauffeuren machtig was of niet, kan ook thans nog niet gemeld worden, aangezien de jongen nog niet door de politie opgespoord is. De auto reed 't trottoir op, juist ter plaatse, waar het meisje aan het spelen was. De arme kleine werd tus schen een pui van een der huizen en de vrachtauto bekneld. Zij werd eenige oogen blikken later door toegesnelde voorbijgangers bevrijd, doch het mocht niet meer baten. Met een verbrijzeld schedeltje werd het kindje op genomen. De ontsteltenis van de ouders laat zich den ken, toen hun dochtertje zóó thuis gebracht werd. De jongen, door wiens schuld dit droe-' vig ongeval heeft plaats gehad, is zoo hard mogelijk weggeloopen, doch later aangehou den. Het was de 15-jarige J. v. d. B., wonen de in de Van Bjjlandtstraat. Naar hij ver- verklaarde was hy met den bestuurder van den vrachtauto meegereden en zou even op den auto passen, terwijl deze ging schaften. De man had den motor afgezet, doch de jongen heeft in zijn afwezigheid met jeugdi gen overmoed en onbedachtzaamheid den mo tor op gang weten te krijgen en den auto aan het ryden gebracht, met het vermelde droevige gevolg. De jongen is voor een verder verhoor naar het hoofdbureau van politie ge bracht. Het lijkje van het slachtoffer is in beslag genomen. Gisternamiddag even na half vyf heeft op den Verlengden Raamweg, ter hoogte van de Witte Brag, een ernstige botsing plaats gehad tusschen een vracht auto en een motor rijwiel, waarvan de bestuurder van laatstge noemd voertuig, de IS-jarige J. G. B.. wonen de aan de Konijnenlaan te Wassenaar, liet slachtoffer is geworden. Deze zou namelijk den bestuurder van de vrachtauto, zekeren M., geen voorrang hebben verleend, tenge volge waarvan hij met groote vaart tegen deze auto opbotste. De gevolgen werden den jongeman noodlottig. Hij bekwam een groote wonde aan het rechter oog, terwijl het rech terbeen op drie plaatsen gebroken was. In zorgwekkenden toestand werd de jongeman door den G. D. naar het Gemeente-Zieken huis aan den Zuidwal vervoerd waar hü eenige uren later aan de bekomen verwon dingen is bezweken. De politie stelt een on derzoek naar de schuldvraag in. Kerknieuws Chr. Geref. Gem. Den Haag-West Tn de kring van de Chr. Geref. Gemeente van s-Gravenhage-West heeft zich een damescomité gevormd teneinde een ver koopdag te organiseeren ten bate van den bouw van een eigen bedehuis voor deze gemeente, 'ie tot op heden haar godsdienst oefeningen houdt in het gymnastieklokjwil van de openbare school in de SneeuwkJok- j ess traat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1