Jtkuuiy Cidïtótf\t (ïourant Nieuwsblad voor Leiden ïn Omstreken Dagelijks verschijne nd BINNENLAND. Beperking van c!e melkproductie MEDDENS ZOON f48.- BRONCHITIS Abonnementsprijs: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 2.35 Franco per post 2.35 portokosten Per week0.18 Voor het Buitenland bij wekelijksche zending4.50 Bij dagelijksche zending5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 7 7» 'cL Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 5408 VRIJDAG 22 FEBRUARI 1935 15e Jaargang abbertrntieprijjen: Van I tot 5 regels 1.177» Elke regel meer 0.22 'h Ingezonden Mededeelingen van 1—5 regels2.30 Elke regel meer0.45 Handelsadverlentiên per regel 0.177» Bij contract belangrijke korting Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 w,< ie zich heden op ons blad abonneert, ontvangt de tot i Maart a.s. nog te verschijnen nummers gratis. Zoowel eigenlijk dagblad als Zondagsblad bevatten een keur van lectuur, en gaan in hoeveelheid elk voor vergelijking in aanmerking komend blad te boven, en in prijs er beneden. Abonné's op te geven aan de Administratie van DE NIEUWE LEIDSCHE COURANT OVER ONBEGRIJPELIJKHEDEN Op 22 Januari 1.1. schreven we een kort artikel, waarin wij een vijftal „onbegrijpe lijkheden" bespraken: een samenvatting van enkele gevallen, welke verbazing wek ten; n.l. het passeeren van de Nederland- sche industrie en.het doen van bestellingen in den vreemde. Nieuwe feitén brachten wij niet te berde, doch de combinatie trok de aandacht en leidde o. a. tot een aangename bespreking op 't Departement van Economische Zaken. We zullen het resultaat van dit onder houd kort weergeven en er een nog korter commentaar aan toevoegen. Er waren vijf gevaljen ter sprake gekomen. lo. De bouw van een tweede Statendam. De Regeering is ten deze zeer actief ge weest en overeenkomstig de verklaring van Minister Colijn in de Eerste Kamer mag verwacht worden, dat deze zaak in ordo komt. 2o. De bestelling van de 14 Douglas- machines in Amerika, nog verergerd door het feit, dat zelfs de Nederlandsche scheep vaart werd uitgeschakeld om vlugge over tocht te krijgen; Minister Colijn heeft als waarnemend Minister van Water-staat in de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer duidelijk gemaakt, dat groote spoed noodzakelijk was in verband met de ontwikkeling der luchtvaart en met de 'rentabiliteit der K.L.M. Wij verstaan, dat de Minister, toen de zaak toch eenmaal haar beslag gekregen had, de houding der K.L.M. zoo goed mo gelijk verdedigde. Maar of ons volk zoo licht denkt over de besteding van een paar millloen in 't buitenland, is de groote vraag. De K.L.M. zag ons graag met een natio naal speldje op de borst loopen, liet ons offeren en krijgt een dik rijkssubsidie; maar laat de Amerikanen in hun vuistje lachen en onze arbeiders naar het loon fluiten. Dat neemt ons volk niet goed op. Voorts is' achteraf niet gebleken, dat alles even voortreffelijk was; en het critische artikel in het Vaderland van 17 Febr. 1.1. is niet weerlegd met de bewering, dat er zóó'n haast met de totstandkoming was. Napleiten helpt nu overigens niet meer, waarschuwen voor de toekomst wel. 3o. De melkbussen voor de Ned. Zuivel- bond, welke om een prijsverschil van 5 in Duitschland werden besteld. We hadden deze zaak verder laten rus ten, omdat we na hoor en wederhoor niet tot een scherpe conclusie konden komen. De Regeering betreurt dat deze order naar* het buitenland ging, doch miste de bevoegdheid om dwingend op te treden. 4o. Het passeeren van do Ned. machine industrie bij het bestellen van twee groote stoomturbines. .Het bleek ons thans, dat deze turbines bestemd waren voor de Prov. Geld. Electr. Mij. te Nijmegen en dienden tot moderni seering van het bedrijf. De machines wer den in Zwitserland besteld, omdat ook vroegere door de Zwitsersche fabriek ge leverd waren. Het prijsverschil bedroeg f 100.000.—; de werf Feijenoord was in de zaak gekend, krijgt een deel van de uitvoe ring en is tevreden. Later zijn twee groote turbines bij Werkspoor besteld. Deze verklaring stemt tevreden. Echter vraagt men hierbij met grooter nadruk nog dan in de andere gevallen: Waarom heeft do Regeeringspersdienst ons volk niet in gelicht? De Zwitsersche fabriek ging er prat op, dat ze hier zoo'n mooie bestelling haalde en liet het publiceeren; maar hier hoorde men niets. Dat kan o. i. anders. 5o. De Vereeniging van Ned. Gemeenten bestelt verkiezingspapier in Duitschland. Hieraan is thans een eind gemaakt door 'de conti ngenteering; waarbij men o. i. een vergissing maakte ten opzichte van hangselpapier. Wat de zaak zelf betreft, zijn wij het mei het bestuur van Ned. Fabrikaat eens, dat de houding van het bestuur der Ver. van Ned. Gemeenten zeer te betreuren valt. Juist van die zijde had niemand het ver wacht. En dat hef slechts een bestelling van f 3000— betreft, maakt de zaak niets minder erg. Dit feit, zegt Ned. Fabri kaat, „gaf de gelegenheid om over het „zeer geringe" prijsverschil heen te stap pen en gedachtig aan het spreekwoord „vele kleintjes maken een groote" do be stelling in het eigen land te houden." De zaak werd ook niet mooier, toen het bestuur zich in voornaam stilzwijgen hulde. Datdient nergens voor. Wij begrijpen, dat de Regeering met allerlei omstandigheden rekening moet houden; wat wij schreven en schrijven be doelt niets anders dan haar te steunen in het pogen om de werkgelegenheid in eigen land te bevorderen. Steunverleening en armenzorg Onder leiding van den heer L. A. van Doorn, direc'eur van Maatschappelijk Hulpbetoon te Dordrecht, heeft de Vereeni ging van directeuren van Maatschappelijk Hulpbetoon, afd. Zuid-Holland, te 's-Graven- hage een vergadering gehouden ter bespre- kign van vraagpunten omtrent steunverlee ning en armenzorg, o.a. over de circulaire van 16 Januari jl. van den minister van Sociale Zaken over den „ruimeren armslag" voor particuliere instellingen van weldadig heid. Tot bijwoning der vergadering waren uit- genoodigd allen, die op eenigerlei wijze in aanraking komen met vraagstukken van steunverleening en armenzorg. De heer G. W. F. van Hoeven, referen daris bij het Departement van Sociale Zaken, chef der afd. Steunverleening, hield een in leiding over doel en strekking van deze circulaire. DE JEUGD IN GEVAAR Geadresseerd aan jongens en meisjes van veerten jaar of daaromtrent, verspreidt het Soc. Jeugd Verbond te IJmuiden opruiende pamfletten. Het begin is niet kwaad, al doet het een beetje zonderling aan, dat schoolkinderen èen circulaire krijgen, waarboven staat „Ik doe niet aan politiek". Menschen met een nuchter verstand zouden zeggen: geef een kind wat des kinds is en dus geen politiek. Vooral róode en zeer roode opvoeders (een dikwijls voorkomend soort bij het openbaar onderwijs!) werkten vroeger veel met deze wijsheid, om zoo de Bijbel -van de school te Echter, afgedacht hiervan begint het pam flet met een goede waarschuwing. Zeg niet, heet het, ik doe niet aan politiek, want daar gaat het toch maar om de baantjes. .Wanneer wij ons niét met de politiek zou den bemoeien, zou dat slechts een bewijs 1 a f h e i d en d o m h e i d zijn. Immers, de politiek bemoeit zich wel met jou". Waarlijk, eeii nuttige wenk, welke we gaarne doorgeven aan alle onze lezers met vriendelijk verzoek er vooral in de komende weken een rollende sneeuwbal van te maken. Voöï dit laatste is altijd reden. Het klemt te meer, wanneer1 men nota neemt van hetgeen het pamflet verder on der de aandacht der jeugd brengt Brutaal weg wordt beweerd: „de politiek der regee ring heeft tallooze vaders werkloos gemaakt. Honger gebracht. Ondervoeding. Verslechte ring van het onderwijs. Oorlogsgevaar. Fa- e. En daarom is het noodig te strijden tegen het spook der werkloosheid, de drei gende honger, de naderende verschrikke lijke oorlog." En die strijd beteekent, dat wij ons „met groote felheid moeten keeren tegen allen, die in deze maatschappij de macht hebben; dat zijn de regeering, de kapitalis ten en de fascisten". Op die manier gaat het door. Kwaadspre ken, ophitsen, afgunst kweeken, onrust sto ken, revolutie preeken. Het is mogelijk, dat zulks alles ook onder de nieuwe wetsbepalingen nog geoorloofd is. In de Kamer zou men het tegenwoordig on der het nieuwe Reglement van Orde niet meer mogen zeggen. En misschien zou de rechter, werd de zaak voor hem gebracht, ook het strafbaar uitspreken. Naar onze meening heeft de politie hier dan ook een taak, voorzoover ze dergelijke propaganda achterhalen kan. Echter, met straf bereikt men ten deze in de regel niet zoo heel veel. Straffen kan noodig zijn, om aan 't recht te voldoen; z keert het booze niet. Daarvoor is omzetting der geesten noodig. En deze bereikt men^pas door telkens weer een beroep op het gewe ten te doen. Daarvoor dient heel onze Chris telijke actie. Wie eerlijk oordeelt, zal erkennen, dat tarbij nog veel te veel vakwerk is; wij lief hebberen te vaak in wat wij het prettigst vinden en bepalen ons dan tot één terrein. Wé zijn vëelzins geestelijke specialisten.'We rubriceeren te veel en organiseeren te weinig. Een pamflet als 't bovenaangehaalde kan ons opnieuw overtuigen van de waarheid, dat er 'te strijden valt naar alle zijden; niet het minst tot behoudenis van onze jongeren. Het Amsterdamsche Werkfonds Een kleine commissie uit de Amsterdam sche burgerij, waarin o.a. zitting hebben de voorzitter van de Kamer van Koophandel, de heer Gottfr. Crone en de president van de Nederlandsche Bank, mr. L. J. A. Trip, heeft gisteren ten stadhuize een conferentie gehou Het Koninklijk verblijf in Zwitserland De Prinses gaat skiën Nadat H. M. de Koningin en II. K. H. Prinses Juliana gistermorgen in Unterwas- ser waren aangekomen en intrek hadden genomen in hotel „Sterren", heeft H. K. II Prinses Juliana des middags met haar ad judant en haar hofdames deelgenomen aan de skilessen, waarvan zij om 5 uur weer voor de thee in het hotel terugkeerdei: II. M. de Koningin heeft den geheelen dag in haar vertrekken doorgebracht. In l'nterwasser houdt op het oogenblik ook verblijf de Russische grootvorstin Kira, dochter van den Russischen troonpreten dent, den inzake de eventueele oprichting van een eigen, specifiek Amsterdamsch Werkfonds. De bedoeling is, aldus de „Tel", dat het ge meentebestuur als zoodanig geen leidende positie in dit Werkfonds zal innemen, doch het particulier initiatief voorop zal staan. Stormschade te Veur Hoe de burgerij meeleefde Woensdag is in de gemeente Veur (en dëar alleen) gecollecteerd voor den tuinder wiens kassen vorige week Zaterdag door de storm (waarschijnlijk een windhoos) zijn vernield. Ingezameld werd de onverwacht groote som van 1100.—. Hierbij is inbegrepen wat bij de leden van het comité is bezorgd, zoo als b.v. een gift van 45.— eenvoudig in een envelop gestoken, alleen met aanwijzing van het doel en door een onbekende afge geven aan het huis van den heer Borst. Ook was er een gift van 50, doch overigens waren het guldens en rijksdaalders van menschen, die het ook- zwaar hebben. Voorts zijn ontvangen 163 ramen, eenige kisten met glas en 200 gebruikte, doch goede rietmatten: Tenslotte is er nog 250.— toegezegd; ter wijl er hoop is, dat op het giro-nummer van heer T. Borst, 250118, Veur, nog wel iets ge stort, zal worden. Het comité hoopt nu reeds de helft van de schade te kunnen vergoeden. Rekening wordt gehouden met den aard der bedrijven Ingrijpende voorstellen van de commissie De beperking loopt van 5 tot 40 procent Zooals men weet bestond het plan om behalve het direct werkende middel, n.l. door 'de afslachting van jong, drachtig vee ook nog op andere wijze de productie van melk tegen te gaan. Dit middel dacht men zich zóó, dat men aan een geringere hoe veelheid melk steun zóu verleenen. In to taal zou echter hetzelfde bedrag uitgekeerd worden, zoodat men op deze wijze meteen, een verhooging van de prijs, die de melk veehouders per Liter ontvangen zou be werkstelligên. Door het onthouden van steun aan een bepaald gedeelte van de melk wil men be vorderen, dat de melkveehouders minder melk gaan afleveren, wat ook weer prijs- verbeterend zal werken. Het gemakkelijkst zou het zijn, dat alle leveranciers van melk een gelijk contingent van de door hen voorheen geleverde hoe veelheid zou worden toegewezen als voor steun in aanmerking komende. Maar recht en billijk zou dit niet zijn, omdat er zoo veel verschil is in de geaardheid der be drijven en dus ook in de mogelijkheid om de melkproductie te beperken. Voor deze aangelegenheid is daarom een commissie benoemd om advies uit te bren gen over de grootte van het melkpercentage dat geen steun meer zou ontvangen in de verschillende gebieden. Toen de Minister 29 October zijn plannen publiceerde heeft hij den dag daarop een persgesprek gehad en daarin medege deeld, dat hij zich de beperking van 10 pCt. over het geheele land had gedacht. Toen werd medegedeeld door Z.Exc., dat „zeer binnenkort" definitief bekend zou worden gemaakt de grootte van het kor tingspercentage; Dat „zeer binnenkort" schijnt een nogal rekbaar begrip te zijn, want op de verga dering van de Melkfederatie Z.-H. 1.1. Dins dag te Rotterdam gehouden was het nog niet bekend en sprak de voorzitter van 12 pCt. wat dan 15 pCt. verhooging voor de gesteund melk zou beteekenen. Nu is het ons bekend, dat h e de n door de landbouwcrisisorganisaties de voorstel len van de betreffende Commissie behan deld worden. Deze voorstellen z ij n van zeer ingr ij penden aard en tamelijk ingewikkeld. Wij willen uit deze voorstellen, die we in extenso bezitten, het een en ander mede- deelen. Als uitgangspunt voor de vaststelling dér percentages waarmede de melkproduc tie in de verschillende gebieden zal dienen te werden beperkt, zoo begint het schema, waarvan men uitging om tot een voorstel te komen, is gekozen de aard der be drijven, zooals die tot uiting komt in de indeeling voor de groepen van landbouw gebieden.welke bij de samenstelling van landbouwgebieden wordt gebruikt. Bij deze indeeling vertegenwoordigt iedere groep een hoofdbedrijfstype. Voor de verschillende groepen zijn door taxatie de volgende voorloopige be perkingspercentages vast gesteld: Zeeklei (met akkerbouw en ge mengd bedrijf) 20 pCt., rivierklei met gemengd bedrijf 15 pCt., weidestre ken 10 pCt., zandgrond I2V2 pCt., veenkoloniën 20 pCt. en tuinbouwge bieden 10 pCt. De overwegingen welke tot het vaststel len dezer cijfers leidden worden in het rap port der commissie nader medegedeeld. Aangevoerd wordt b.v. dat op de zeeklei en in de veenkoloniën de akkerbouw hoofd bedrijf is en de mogelijkheid het grootst om veehouderij in akkerbouw om te zet ten, terwijl het percentage gesteunde ge wassen dan ook liet grootst is. Op de rivierk'ii is het grasland niet overwegend, doch er worden meer akker bouwgewassen vooi de verkoop geteeld dan op zandgrond en in weidestreken. Ook is het ontwijken naar akkerbouw hier beter mogelijk. Op zandgrond is de mogelijkheid tot omzetten weer beter mogelijk dan in weidstreken. Vandaar dat daarvoor het percentage nog op I2V2 is gesteld en voor de uitsluitend weidebedrijven op 10 pCt In de jaren na den oorlog en in de eerste crisisjaren is de intensiteit van de melk veehouderij sterk vergroot. Deze intensiteit moet teruggedrongen worden. Dit kan op de eenvoudigste wijze geschieden volgens bedoeld schema, door bij de vaststelling der beperkingspercentages rekening ie houden met het aantal stuks melk- en kalf- koeien per 100 H.A. grasland en wel zoo, dat bij hooger aantal koeien per H.A. ook hooger beperkingspercentage wordt aange legd. In de derde plaats moet rekening gehou den worden met de uitbreiding van de vee stapel in de laatste jaren. Met deze factoren rekening houdend is men volgens een bepaalde formule tot een tamelijk ingewikkelde berekening gekomen en heeft deze i.i het schema voor de ver schillende gebieden uitgewerkt. Het percentage waarmede de productie volgens de ontworpen methode beperkt zal worden is ongeveer 12.4. Hiervan gaat of een reserve ter distributie aan bedrijven welke in bijzondere omstandigheden ver- keeren, zooals kleine bedrijven en ontgin- ningsbedrijven. Berekend wordt, dat de melkproductie van 4.648.750 ton in Juni 1934 zal dalen tot 4.070.310 ton d.w.z. melk, die gesteund wordt. Naar aanleiding van dit schema is de commissie met een voorstel gekomen, waar aan we het volgende ontleenen: Beperkingspercentages zul len volgens het voorstel van de Commissie als volgt worden: Nationaal tusschen 11 en 11.7 provinciaal van 10.8 tot 17.5 per landbouwgebied 7.5 tot 25 per ge meente van 6 tot 30 en per bedrijf van 5 (resp. 2/2) tot 40 Dé eerste drie worden door de Commissie vastgesteld, de beide laatste door de próv. Landbouworganisaties. Zooals men ziet is het voorstel volgens het schema van 12.4 pCt verlaagd tot 11.7 pCt Van deze voorgestelde 117 pCt wordt 0.7 in reserve gehouden door de Commissie o.m. voor toewijzing van nieuwe, (on tg innings-) bedrijven. Wat de bevoegdheid der Landbouwcrisis- organisatie betreft heeft de Commissie be sloten, dat deze Landbouwcrisisorganisatie de provin ciale toewijzing krijgt te distribueeren en zoo noodig in de groep landbouw gebieden verandering kan aanbrengen b.v. een gebied in twee verschillende deelen splitsen. Maar de commissie moet dit sanctioneeren Dit is ook noo dig voor een andere bevoegdheid, nl. een bepaald beperkingspercentage over te hevelen naar een ander gebied of de grenzen 7% pCt en 25 pCt. te over schrijden. Ook mag de landbouwcrisis- organisatie voorstellen per bedrijf de grenzen 5 pCt. en 40 pCt. te overschrij den. De beperkingspercentage per ge meente en per bedrijf wordt eveneens door deze organisatie vastgesteld. De Commissie denkt zich dat voor de werkwijze der Landbouwcrisis-organisaties een aantal theoretische standaardbedrijfs typen opgesteld worden aan de hand van de veedichtheid per H.A. grasland en de verhouding van bouw- en grasland. De veehouder verneemt niet het beperkings-percentage, alleen het bedrag zijner toewijzing wordt hem medegedeeld. Kleine bedrijven met hoogstens drie melk en kalfkoeien in hoogstens 5 H.A. gron I, terwijl de exploitant zijn hoofdberoep in de landdbouw moet hebben zullen de helft van het beprekingsnercenlage toegewezen krij gen, dus minstens 2y2 pCt. Of de landbouworganisaties over deze be- landbouw moet hebben zullen de helft van worden is niét bekend. Wel meenen we te weten, dat ze nog niet gehoord zijn. OORLOG EN VREDE Rede van Jhr. Mr. D. J. de Geer te Rotterdam Het Christendom moet ijveren voor vrede door recht Gisteravond heeft Z. Exc. Jhr. Mr. D. J. de Geer, Minister van Staat, voor de Vereeniging „Gemeenteleven" in de Wester kerk te Rotterdam een rede gehouden over het onderwerp: „Oorlog en V r ed e". De vergadering werd geopend door den voorzitter, Ds. W. S. van Leeuwen. Deze las een gedeelte van Rom. 13, ging voor in gebed en sprak een kort openings woord. Nadat gezongen was Ps. 25 2 was het woord aan Jhr. de Geer. Spr. ving aan met het stellen van de vraag of oorlogvoeren zonde is. Het ant woord op deze vraag na 1914'18 is niet twijfelachtig. Maar dan komen de moeilijkheden. Wan neer 's nachts een onverlaat uw woning binnendringt en ge maakt gebruik van een vuurwapen, kan dat uw eenige reddins» zijn. Ge handelt uit noodweer. Of als er een oproer uitbreekt, dan wordt de gewapende macht opgeroepen en er val len, soms ook onschuldige, slachtoffers. Ook dat kan niet iets zijn waarop Gods oog met welgevallen rust Maar de Overheid draagt het zwaard niet tevergeefs. Toch dient men hier wel te onderschei den. Tusschen oorlogvoeren en politioneel optreden is een wezenlijk onderscheid. Als de politie optreedt is zij de partij, die zulks doet ter handhaving van de rechts orde, tegenover degenen, die die orde be lagen. Bij het oorlogvoeren zijn er twee partijen, die optreden ter handhaving der rechtsorde, of althans meenen dat zij zulks doen, doch zeker bij een en misschien bij beide partijen is zulks niet het geval. Dat is de kern van het vraagstuk, welke het oorlogvoeren tot een moreele puzzle, tot een zedelijke spanning maakt. Nu zijn er die zeggen dat een rechtvaar dige oorlog met politioneel optreden gelijk staat, doch deze oplossing is buitengewoon onbevredigend, omdat men zich dan laat leiden door subjectief inzicht. MeestaJ meenen beide partijen het recht aan haai zijde te hebben. Weer anderen maken onderscheid tus schen een verdedigings en een aanvals oorlog. Ook deze oplossingis onbevredi gend, want alle landen, 'zie maar naai 1914, trekken op tot verdedigjng van eigea land. Voldoende vaststaande objectieve ken- teekenen van een aanvalsoorlog zijn niev te geven. Uit de internationale omstandig heden zal dat moeten worden opgemaakt, 'doch dan blijft er steeds plaats voor twij fel. Slechts hij neutraliteitsschending is er geen twijfel, maar deze is secundair, want zij heeft plaats als er uit anderen hoofde reeds oorlog is Is er een weg ter ontkoming? Ongetwij feld! Op internationaal gebied moet de anarchie vervangen worden door organi satie, Vrucht-van 1914 is, dat de denk beelden in deze richting sterk zijn bevor derd. Een duurzame overwinning van den oorlog ligt in het vestigen van een inter nationale rechtsoi'de en het brengen varn deze orde tot een zoodanige organisatie als waartoe ieder volk in den loop der historie is gekomen De weg, die de Volkenbond gaat, Is lang en moeizaam, doch dat is de gang van alle groote hervormingen geweest. De Volkenbond zal nu hebben te letten op drie elementen en wel een internationa le rechtsregeling; een internationale recht sprekende organisatie en' een internatio nale sterke arm, welke de naleving van rechterlijke uitspraken zoo noodig kan af dwingen. T.a.v. het tweede element heeft de Vol kenbond het meest bereikt, Spr. denkt aan het Hof van Arbitrage, maar vooral ook aan het in 1922 geïnstalleerde Hof van Internationale Justitie te 's-Gravennage. Toch is dit nog niet voldoende, want voor een goede rechtspraak zijn goede rechtsregelen noodig. Voor de nationale samenleving geeft de -vet de regelen aan, in de internationale samenleving zijn daar voor de tractaten aangewezen. Ten aanzien van de internationale poli tiemacht ontbreekt vrijwel nog alles. Van dit instituut kan echter geen sprake zijn, indien niet tevoren zeer vérgaande nationale ontwapening heeft plaats gehad. In een volkengemeenschap zal ongebrei delde bewapening der staten uitgesloten moeten zijn. Bezwaren van zedelijken aard kunnen tegen een internationale politiemacht niet worden aangevoerd, evenmin als nationaal zulks het geval is. Zooals in het binnen land zoowel preventief als repressief op treden noodig is, is zulks ook internatio naai het geval. Dat optreden moet zeker ultima ratio zijn, doch kan niet worden uitgesloten. Maar dan is ook niet onzeker aan welke zijde het recht is. Want dan is oorlog geen rechtschappen de, doch een rechts ha nd havende factor. Er moet in het werk van Genève nog veel groeien. Als een vluchtheuvel in een wereld van eigen richting staat in Den Haag het Internationaal I-Iof van Justitie, Het begin is gemaakt, de handwijzer is ge plaatst. Hoe moet nu onze houding als Christen tegenover dit alles zijn? Dc zeer uiteenloopende houdingen, die men daarentegenover kan innemen, zou men kunnen terugbrengen tot een viertai hoofdgroepen. Allereerst zijn er menschen, die zich abstraheeren van het wereldgebeuren. Zij zien in het afleggen der wapenen het meest radicale protest tegen den oorlog. Zij vinden zich zeer beginselvast, maar staan in wezen gelijk met den man, aie zijn kind voor zijn oogen laat dooden, om dat hij niemand kwaad wil doen. Practis'h komt deze houding niet voor. Zie maar naar 1914. Toen gaven hun stem aan mobilisatie credieten menschen, die de jaren tevoren een politiek hadden gevoerd, welke, als zij was doorgevoerd, tot gevolg had gehad, dat er in 1914 niet te mobiliseeren viel. Natio nale ontwapening biedt dus geen perspec- ROTTERDAM DEN HAAG Gedurende Februari en Maart olireeren wij een goed COLBERT COSTUME NAAR MAAT voor Voornaamste Nieuws. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen Biz. 1 Jhr. Mr. D. J. de Geer heeft te Rotterdam een red; gehouden over „Oorlog en Vrede". De beperking van de melkproductie. Dc gemeenteraad van Utrecht heeft zich z. h. 5, vereenigd met het voorstel van B. en W. tot ver betering van de spoorwegtoestanden in die gc- BIz. 2 Er is thans sprake van dat Sir John Simon behalve naar Berlijn ook naar Moskou zal gaan. Schuschnigg en Berger-Waldcnegg zijn te Parijs aangekomen. De roode manifestanten zijn aangaan de hun punt van aankomst misleid. Blz. 3 BIz. 5 Naar en in Zuid-Afrika XLII. Reisbrieven van Prof. Dr. V. Hepp. Blz. 9 De Eerste Kamer heeft de wetsontwerpen, ver band houdende met de instelling van het werkloos- heidssubsidiefonds, met dc s.-d. stemmen tegen aangenomen en verder o-m. de begrooting van financiën afgehandeld. Dc Tweede Kamer beeft gister de behandeling van de Indische begrooting ten einde gebracht. Wrijf keel en borst het slapen gaai flink in met tief. De strijd voor den vrede moet inter nationaal gestreden en gewonnen worden, Daartoe hebben we als Christenen ons ge loof en onze geestkracht in te zetten. Voorts zijn er de oudere pacifisten, die hun doel zoeken te bereiken door alge* ineene vredespropaganda. (o.m. Bertha van Suttner). Maar een andere meer in tensieve weg moet bewandeld worden. Dc vrede moet niet verkondigd maar georga niseerd worden. Vervolgens noemt spr. de defaitisten, die de oorlog verafschuwen, doch hem cien als een noodzakelijk kwaad, dat toch niet uit te bannen is. Deze houding acht spr. verwerpelijk. Het beroep op de oorlogen van David is niet juist, omdat men dan miskent dc leiding van den Heiligen Geest in de geschiedenis. De vierde houding is die van hen, die uit de geschiedenis geleerd hebben, dat. eigen richting alleen kan worden overwonnen door er iets anders, iets beters voor in de plaats te stellen. Misschien zullen nog har de lessen geleerd moeten worden, voordat alle volken het begrijpen. Maar met volhar ding zal het doel worden bereikt. Wat in het Saargebied gezien is, is hef prototype van wat we in de toekomst noodig hebben. Spr. acht het onbegrijpelijk dat er nog Christenen zijn, die vragen, wat we als Nederlanders daar te maken hadden. De dag der kleine dingen mag niet worden veracht. Het oordeel over de vier houdingen, door spr. geteekend, is niet twijfelachtig. Wie in den oorlog zonde ziet, heeft den weg naar internationale rechtsorde te vol gen, opdat eindelijk ook op internationaal gebied het recht van den sterkste wordt vervangen door de sterkte van het recht. Maar men zal hebben te bedenken, dat we ook op politiek terrein Gods zegen noodig hebben, ook bij het ijveren voor vrede door recht. Gaan we dien weg, dan zal het nage slacht, sprekend over den oorlog van 1914—1918 zeggen: Uit verlies wipst. Nadat ten slotte nog gezongen is Gezang 2737 en Jhr. de Geer is voorgegaan in dankgebed, wordt de vergadering gesloten. Verbetering spoorwegtoestanden te Utrecht De gemeenteraad van Utrecht heeft ziclï. gisteren na geheime bespreking z.h.s. ver eenigd met het voorstel van B. en W. inzake verbetering van de spoorwegtoestanden in deze gemeente. Deze plannen beoogen, als reeds eerder door ons werd meegedeeld, ophooging van de spoorbanen in het westen der slad, met onderdoorgangen op verschillende pun ten der stad, waardoor de bezwaren, welke het verkeer over den weg van de spoorbanen in het Westen der stad ondervindt, zullen worden opgeheven en het scheepvaartver keer bovendien zal worden bevrijd van twee groote hindernissen, 11I. de lage spoorbrug gen over de Vecht en den Vaartscheu Rijn, in de plaats waarvan nieuwe verhoogde bruggen komen. De kosten worden geraamd np 7V£ mil- lioen gulden, waarvan f 5.250.000 voor de spoorwegwerken en f 2.250.000 voor dc ove rige werken. Van laatstgenoemde kosten komt een bedrag van iy2 millocn gulden, voor rekening van de gemeente.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1