«riOD Economisch Nederland in 1934 Twee jaar in Rusland VRIJDAG '4 'JANUARI 1935 De binnenlandsche verhoudingen hebben zich verscherpt Toenemende betalings moeilijkheden met Duitschland Naar een oplossing van het vraagstuk der industrie- banken De economische verhoudingen in ons land heb ben zich in 1934 verscherpt. Dit is zoowel in de b-nneniandsche- als in de buitenlandsche verhou dingen te bemerken. De landen hebben hun han delsbelemmeringen verder opgevoerd, hetgeen vooi ons zeer onaangenaam is geworden vooral voor onze agrarische producten. Speciaal is dit te be treuren, omdat het juist onze voornaamste afne mers zijn, die het verst in deze richting zijn voort geschreden. Engeland heeft zich grootendeels ver schanst binnen het Britsche Empir.um en het be trekkelijk weinige, wat nog overgebleven is. moet voor een groot gedeelte gereserveerd worden voor de niet Britsche leden van het Sterling-blok. De verhouding tot Duitschland geeft oog een grootere reden tot ongerustheid. De financieele uitputting bij onze buren heeft geleid tot een verder uitstrekken van net moratorium: economische maat regelen om tot een zoo groot mogelijke binnenland sche werkverruiming te komen en wanneer geen onvoorziene groote veranderingen zich zullen voor doen. hebben wij eerder met een versterking daar van dan met een verzwakking te rekenen. De rente-betaling op de Duitsche buitenlandsche schuld, de aflossingen hierop zijn zeer sterk beknot en het is alieen te danken aan het systeem van zusatszlichen Export en de wil var» onze Regeering om in die richting faciliteiten te verleenen om de bezitters van Duitsche waarden te steuren, da*. Nederland tot nu toe nog de volle reute heeft mogen ontvangen. Door den loop der dingen heeft Duitschland ge leidelijk tal van speciale Marken gecreëerd doch door de intusschen ingestelde clearing schijnen de voordeden van die Marken (goedkoope "importen) gdeidelijk aan weg te vallen. Intusschen zijn gren zen gesteld aan de door Duitschland te betaien rente; het surplus wordt ter keure van den bezitter der Duitsche waarden of voor amortisatie van de schuld gebruikt of in Duitschland aangehouden, zonder dat oog duidelijk bepaald is. waarvoor deze aangehouden Marken mogen worden gebruikt Voor surplus-rente uit andere bronnen dan uit effecten en waardepapieren, niet dienende voor amortisatie van de hoofdsom, worden 3 pet. fun- deeringsbons uitgegeven. De clearing Zooals bekend is onze Regeering overgegaan tot de instelling van een gedwongen clearing voor goederenbetalmgen en voor diensten, op de goe derenhandel betrekking hebbende, zooals vrachten etc Deze gedwongen clearing werd eerst inge voerd. nadat de speciale regeling met Duitschland. belichaamd in de Sondcrkonto's en later aangevul met de Zwischenkcoto's gefaald had. Er werden destijds geen voldoende Sooderkonto s-markcr door de Nederlandsche importeurs gekocht, reden, waarom het saldo in Berlijn buiten verhouding De Regeering, veronderstellende, dat onzt han delsbalans met Duitschland nog steeds passief was. dus dat wij steeds méér aan Berlijo te betalen had den dan Duitschland van ons te ontvangen, meende in de clearing een juist middel te zien om onze exporteurs aan hun geld te helpen. Door omstan digheden. welke nog versch in het geheugen liggen en waarop wij in dit verband niet behoeven terug te komen, bleek onze uitvoer naar Duitschland grooter te zijn dan voor dien tijd. gevolg, dat de clearing-overeenkomst (de gedwongen clearing werd kort na de afkondiging omgezet in een clea ring-overeenkomst) evenmin gunstig zou kunnen werken, temeer, daar ook Indië in de clearing was opgenomen in zoover het Duits^ie betalingen voo. Indischen export betrof de betaling van den import in Duitschland werd buiten de clearing ge houden en 10 pet. van de in Nederland geïnde bedragen werd afgehouden voor de liquidatie van het Sondermark-konto. Bovendien verkreeg Duitschland een saldo van 7 pet der ingekomen betalingen als vrije deviezen, guldens dus. waar over Duitschland vrijelijk kon beschikken en waarvan het argument was dat Duitschland grondstoffen moest koopen en hier voor de beschikking moest hebben over buitenland sche saldi. Deze clearing-overeenkomst werd kort daarna door ons land opgezegd, omdat Duitsch land verschillende toezeggingen niet zou zijn na gekomen. Daarna is opnieuw een onderlinge rege ling gemaakt. Instede van 10 pCt. ter delging van de oude schulden wordt hiervoor een percentage van 18 pet. getoucheerd. Van het meerdere ad 8 pet. gaat 3 pet. af van het vrije deviezenbedrag. aan Duitschland toegekend en 5 pet. van t saldo, dat aan de Nederlandsche exporteurs ten goede -->u komen. De nieuwe overeenkomst Voor den transitohandel is niets bereikt: er is een regeling gemaakt, waarbij de mogelijkheid wordt geopend om de oude goederenschulden (de schulden, welke Duitschland aan ons had op het Sooderkonto. dus bedragen, daarop vóór 24 bep- lember ).l. gestort) in guldens om te letten .alban- kelijk van een minimum-voorschot, dat de daarvoor bij de Nederlandsche Bank ingestelde commissie aan de belanghebbende schuldeischers kan ver leenen" een tirade, die ongetwijfeld nadere toelich ting behoeft vanwege zijn groote onduidelijkheid In de nieuwe overeenkomst zijn ook de impor ten uit Duitschland in Nedcrlandsch-Indiè opge- Hoe de nieuwe clearing-overeenkomst. die tot en met 31 December 1936 van kracht zal blijven in de practijk zal werken, is natuurlijk niet tc zeggen In dit verband mag niet vergeten worden dat de cleanngwet slechts de betaling van de in- en uitgevoerde Nederlandsche en Ned Indisch, goederen betreft (in Duitschland natuurlijk de in- en uitgevoerde Duitsche goederen) in het Neder- Jandsch-Duitsche goederenverkeer: de In- en uit voer zelf wordt geregeld door het uit. 1934 e.ndi- gende handelsverdrag en de bepalingen daarom trent door Duitschland gemaakt. Al deze economische maatregelen werden ge troffen. zoowel door den vorigen minis-er var. Economische Zaken. Min. Verschuur a's vao de tegenwoordige functionaris. Mr. S.cer.berghe. die sinds Augustus de leiding van het Ministerie op zich genomen heeft Door de stagneering van den export, door de verschillende clearingregel.ngen (ook met andere landen werden clearing-overeenkomsten gesloten, zooals met Turkije en Chili) door de talrijke maat regelen op handelspolitiek gebied, werd ons land met alleen met vreemde, maar ook met de eigen goederen overstroomd. Ten opzichte van di vreemde goederen werd de contingenteering uitge breid; ten opzichte der eigen goederen is geen re geringsmaatregel te nemen, daar het principe van de orden ng van het bedrijfsleven nog geen ingang bij de Regeering gevonden heeft. Trouwens de or deningsgedachte is nog zeer vaag; zij zal vanuit het bedrijfsleven zélf moeten opkomen en het zal de vraag blijven, of de Regeering aan een deugde lijke ordening in een bepaalde bedrijfstak wette lijke sanctie zal kunnen verleenen. In tal van be drijfstakken gaat men deze richting uit; de bakkers zijn bezig, met de meelhandelaren en de andere belanghebbenden op dit gebied, een onderlinge regeling op. te» stellen .terwij ook de leer. huiden en schoenenbranches aan een ordenings-overeen- komat werken. Door de felle concurrentie, welke de verschil lende mdustrieelen om het bezit van de Nederland sche markt elkander aandoen, zijn de prijzen ver der gedaald, terwijl de winstmarges in vele geva !«n tot verliesposten zijn omgezet De werkloosheid st'j9[steeds meer fabrieken gaan tot inkrim ping of stopzetting overterwijl de deflaCe- politiek der Regeering staag de koopkracht der Ne- derlaodsche bevolking doet tcrugloopen. Naar een opleving in Indië? De situatie in Indië is nog steeds zeer slecht. Toch ziet het er naar uit. alsof de grondstoffen landen voor een opleving staan. Want hoe autar kisch de wereld ook zich vervormt, grondstoffen kunnen niet worden gemist. Komt er opleving, zij het ook dat deze opleving zich in- en voor elk land apart openbaart, dao zal de vraag naar grondstoffen en speciaal naar koloniale artikelen toenemen. Dit zal des te eerder mogelijk zijn omdat verschillende koloniale stapelproducten door inter nationale overeenkomsten worden geregeld. Het is dringend noodzakelijk, dat ooze indus- trieele ontwikkeling, mede in Indië. wordt gestimu leerd. teneinde de talrijke werkloozen weer. zij het ook ten deele. aan het werk te kunnen helpen Het Linrburgsche initiatief tot het oprichten van een «conomisch-techr.o!ogisch Instituut met eventueel annex een industriebank zou in deze richting pro ductief en opbouwend werk kunnen verrichten Voor Indië zou een dergelijke instelling eveneens veel nut kunnen opleveren; het stemt tot verheu genis, dat ook in Tropisch Nederland de aandacht op dit vraagstuk meer en meer wordt gevestigd Men is het er over eens. dat de koopkracht van de inlandsdie bevolking moet worden opgevoerd, opdat ook de Westersche industrie haar goederen weer naar Indië zal kunnen verzenden. Momenteel kan de inlander slechts de uiterst goedkoope Ja- pansche artikelen bemachtigen; de Westersche zijn hiervoor veel te duur. Het vraagstuk der industriebanken Bij de hierboven vermelde economisch-technolo- gische instituten en industriebanken komen de vragen haar voren, of hiervoor centrale instellingen het meest aangewezen zijn dan wel regionale in stanties. Het probleem wordt meer en meer popu lair en in vele Provinciën groeit de overtuiging, dat deze weg leiden kan naar een lichtender ver schiet. De Japansch-Nederlandsche conferentie in Ba tavia teneinde de voorbereiding te doen om tot een handelsverdrag te komen, heeft tot dusver geen succes gehad. Zij is tijdelijk verdaagd in de ver onderstelling. dat binnen niet te langen tijd de behoefte aan een hervatting der besprekingen za.' worden gevoeld. De rechtmatige eischen van onze Regeering werden door Japan niet. aanvaard en de argumenten, welke daartoe werden gebruikt, moe ten eveneens logisch worden genoemd Men zal dus naar een nieuwe modus moeten zoeken en wii geven dit gaarne toehet zal uiterst moeilijk zijn om de sterk tegengestelde belangen te over bruggen. Ten slotte vermelden wij de oprichting van het export-bureau. Aanvankelijk hadden velen ge hoopt. dat hier de eerste stap zou worden gezet naar exploratie van de bestaande en nog moge lijke nieuwe afzetgebieden. Doch gelijk met het 60-millioenplan het geval was, de verwachtingen waren te hoog gespannen. Het 60-millioenplan werd geen machtig middel om de industrialisatie van ons land te bevorderen, terwijl volgens de officieele uitlatingen het export-bureau slechts zal UIT TROPISCH NEDERLAND Van onzen Indischen correspondent De Japansche conferentie op ster ven na dood. Het levende lijk. De Factorij neemt verlies. Een sociaal misbaksel. De dikke koningin. In de afgeloopen week is de Japansche conferentie zacht en kalm ter ziele gegaan. 8 Juni van dit jaar is ze in goede verwach tangen begonnen. De geest van goeden wil waarover de Gouverneur-Generaal het in zijn rede had aau de lunch, den leden bij de opening aangeboden, is niet vaardig ge worden over dc conferentie, althans niet over het Japansche deel daarvan. Men weet. dat te Kobe met de Japanners onderhandeld zou worden over scheepvaart aangelegenheden. De Nederlandsche delega tie had de voorwaarden opgesteld, waarop de vertegenwoordigers der Nederlandsch In dische scheepvaartmaatschappijen in Japan konden onderhandelen. Vijf voorwaarden waren aan de Japansche reeders voorgelegd, die ze echter hebben verworpen, hoewel zij wisten, dat alleen na inwilliging dezer voor waarden de Bataviascho conferentie voort gezet zou kunnen worden. Maar bovendien kwam men ook te Bata via, niet tot overeenstemming omtrent de andere punten. Met name willigde Japan niet den Nederlandsch-Indischen eisch in, dat onze exportproducten niet voor hor- export uit Japan zouden worden gebezigd. De lezer zal zich herinneren, dat het voor naamste doel der conferentie was, tegenover den e no mi en Japonschen invoer een uit voer van onze Indische producten te ver krijgen. Maar wat schiet Indië op met een mogelijkheid tot uitvoer naar Japan, wan neer dit land de geïmporteerde artikelen weer verder zendt, bv. naar landen die an dei's óók hun producten reeds uit Indië be trokken? De alleszins redelijke eisch van Indischen kant werd niet ingewilligd. In het algemeen mag dan ook wel gecon stateerd worden, dat de conferentie is afge sprongen np de weinige toeschietelijkheid van Japan. Velen uit de Indische handels wereld en ook het publiek daarbuiten, zijn van oordeel, dat Nederland toch al veel te veel geduld met Japan heeft gehad. Men is dan ook over het algemeen niet zoo rouwig over dezen afloop. Maar men vergeet daar bij wel eens teveel, dat de Japansche methoden ons te onbekend zijn, dat wij veel te weinig afweten van dit land en zijn gewoonten en niet te vergeten ook zijn noo- don en behoeften, door den groei van dit volk veroorzaakt, om werkelijk geheel ob iectief en redelijk .ie zaken te beoordoelen. Doch nu de conferentie een half jaar heeft geduurd is het toch wel duidelijk geworden ook al zouden wij een weinig partijdig Zjen dat Japan onwillig is, veel toe te geven. Men is aan dien kant blijkbaar van oordeel, dat alleen de andere partij moet offeren. En waar hier voor Indië ook zulke geweldige belangen op het spel staan, is 't gladweg onmogelijk, Japan in alles den zfn te geven. Intusschen nu de onderhandelingen dan wel definitief zijn geëindigd zal Indië zekc* niet nalaten, verschillende regeeringsmaat regelen, welke al liggen tc wachten, tea- be scherming van de Nede.rlandsch-lndisc.he bedrijven en importeurs, toe te passen. Het zou dus weieens kunnen, dat Japan aan het kortste eind trok, al vergete men niet, dat dit land in het afgeloopen halfjaar terdege van de situatie heeft geprofiteerd en Indië met goederen heeft volgestopt en ook met enkele bedrijven gezegend. Voorshands zal het dus niet veel last van de Indische ver- wcermaatregelen hebben. Inmiddels is het lijk der conferentie offi cieel toch weer even herleefd. De beide re geeringen moeten nog op de hoogte worden gebracht van den huidigen stand van zaken en zelfs is er een bericht, dat de voorzitters der beide delegaties morgen nog bijeen zul len komen om te beslissen of de conferen tie zal worden voortgezet. Intusschen mag wel worden aangenomen, dat. de besprekin gen toch practisch uit zijn. Hoe de ontwik keling der zaken in het nieuwe jaar zal zijn ziet menigeen met spanning tegemoet. Heeft deze afloop der besprekingen niet opwekkend gestemd, ook het bericht van de „reorganisatie" der Factorij, zooals de zijn een instelling ora het clearinginstituut behulp zaam te zijn om den export te kunnen controleeren. Misschien dat de zich snel wijzigende economische verhoudingen ook dit bureau zullen dringen in de richting van een goedgefundeerde exploratie van afzetgebieden. Een dergelijk instituut is dringend Een „lauw volk" zóó worden we dikwijls genoemd; natuurlijk is die titel onjuist, maarals men de vele auto-ongelukken door on achtzaamheid en roekeloosheid na gaat en als men dan ziet, hoe weinig „ze" zich aantrekken van de ver keersregels, dan ja, dan is die naam toch nog niet zoo slecht gekozen [taiswiïaeasté) Nederlandsche Handelmaatschappij in den Oost heet, de afschrijving van 75 pet van het kapitaal, wekte in Indië zeer onaange name gevoelens. Wordt de moed van de directie geprezen, om het verlies, dat er toch al is, af te schrijven, anderzijds staat zij aan scherpe critiek bloot. in de Indische Courant werd zelfs be toogd. dat dr Van Aalst eigenlijk zou moe ten „zitten". Maar vooral in het buitenland ondervindt ons handelprestige een gevoeli- gen knak en dat is op het oogenblik toch zeker een droevig feit, waaraan wij in 1935 nop niet zullen zijn ontkomen. F.en derde treurige gebeurtenis is de ver schijning van een nota over de werkloozen- zorg in het nieuwe jaar, afkomstig van het dapebjksch bestuur van 't Centraal Comité, welke nota een bewijs is, dat het comité hier toch eigenlijk de zaak, aan zijn zorgen toevertrouwd, niet aankan. Of wat zegt U van een comité, dat niet in de eerste plaats nagaat, hoe groot de nood is en wat er noodïg is, om hem te lenigen, maar dat eerst berekent, hoeveei inkomsten het zal hebben en dan zegt: wij zullen onze hulp met zoo en zooveel procent verminderen Waarom dan geen voorstel aan de Regee ring voor een kleinen toeslag op de inkom stenbelasting, zoodat zij, die neg wel kun nen betalen, eedwong.ni worden te steunen een denkbeeld, o.a. in de kringen van 't Indo-Europeesch Verbond gepropageerd? Of anders de ondernemers verplicht voor iedere eenheid aan product, die zij verkoo- pen, een bedrag aan het comité te geven? een gedachte, door de Federatie van Europeesche werknemers in Nederlandsch- Indië verdedigd. Of waarom niet een kleine toeslag geheven op de prijzen voor verma kelijkheden, of anders, als niets van deze middelen wordt aanvaard, de Rëgeering verzocht om een genoegzaam subsidie? Een bedrag van drie millioen maakt op het ge heele budget nu niet zooveel uit, ook al zijn de netto-ontvangsten niet meer dan 250 mil lioen en de netto uitgaven ruim 330 millioen De bezwaren tegen de tactiek van hét blijkbaar zeer verarnbtelijkt comité zijn voor al in Java's Oosthoek, waar de meeste cri- siswerkloozen uit de suiker wonen, sterk. In den provincialen raad van Oost-Java heeft de lieer Smit, voorzitter van den Sui- kerbond. deze nota een sociaal misbaksel genoemd en hij heeft gelijk. Vooral wil men zich verzetten tegen het voorstel, om vele crisiswerkloozen armenzorg te verwijzen; een maatregel, die het Leger des Heils misschien gaarne ziet maar die velen, die tot nu toe nog eenigs- zins tot ..de maatschappij" bleven behooren. zal neerstorten in hel pauperdom, dat het Leger voor enkele kwartjes per persoon subsidie per dag kan voeden en huisvesten. Een scheiding tusschen de eclhte nonva- leurs en de crisis-werkloozen is hard noodig De laatste jaren heeft Indië maar al te zeer het gemis van een armenzorg gevoeld. Maar wie door de crisis zijn baan verloor en sinds dien niet aan den slag kon komen, behoeft nog maar niet neergedrukt te worden tot de armlastigen! Er zal op de overmorgen te houden jaar lijksche vergadering van het voltallig cen traal comité wel een hartig woord van cri tiek vallen. Moge het comitébestuur erdoor wakker schrikken'. Dat Indië met een manke begrooting het nieuwe jaar ingaat, is zóó overbekend, dat ik dit treurige feit slechts aanstip als vier de in de rij der sombere dingen. Er zijn echter ook betere geluiden, die de komst van het nieuwe jaar begeleiden. De rubber maakt alweer betere prijzen, de thee, de kina en het tin gaan geregeld goed, er komt hier en daar wat meer vertier, per soneel wordt aangenomen, de moed keert terug en met dat al is het uitzicht thans toch minder bewolkt, dan verleden jaar. Slechts de staat heeft zijn ambtenaren weer wat minder aangenaam gesteüid door te spreken van noodigc verdere korting op hun salarissen. Alsof 30, 40 of 50 pet nog niet genoeg is! Laat men in Nederland eens beginnen, mompelt men hier. Maar daar durft men het niet aan! Aldus de ontevre denen. Een der bezuinigingsmaatregelen is ook de samenvoeging der gemeenten Batavia en Meester Cornelis. In de praktijk zijn beide .steden" reeds één, men rijdt zondey merk baren overgang van de eene in de andere en klemmende redenen om beide, zooals zij in den tijd toen men hier decentraliseerde en gemeenten instelde, te handhaven, zijn er niet. Zonder veel verzet is dan ook de papieren sch(siding tusschen beide verval len en met ingang van 1 Januari zal Mees ter Cornelis van den aardbodem zijn ver dwenen, opgeslokt door Batavia, dat van Weltevreden ook reeds den naam verzwolg. De koningin van het Oosten wordt wél gezet! Heemskerk Begeert geen vreugde Men zou zoo zeggen, dat men in Heems kerk toch wel tevreden moet wezen. De ge meente ligt in het historische Kenuemer- land, te midden vain geest- en duingronden, wtiar de o-ardbei u tegenlonkt en de bloem- bolienvelden u in verscheidenheid van kleuiren boeien. In de middeleeuwen bouwde men er trotscbe burchten, welke nog bezoe kers lokken en tegenwoordig heeft men zelfs me' te klagen. Ja, hoe zou men dat durven doen, nu er een burgemeester aan het hoofd der ge meente staat, die altijd weer de vreugde nieuw voedsel geeft en oelfs zelf Vreugde heet. Wie zou niet juichen, als men niet Vreugde elke raadsvergadering begint, jo, oils Vreugde daaj- vaak de boventoon heeft? En tochi... schijnen er mensohon in Heemskerk te zijn, due niet van Vreugde houden: zelfs hebben de twee wethouders 't vorig jaar aan hoogere autoriteiten ver zocht: neem deze Vreugde van ons weg: het is bitterheid geworden. Geef aan burge meester Vreugde een andere plaats, waar men meer op hem gesteld is dan wij zijn. Het 'i en blijft een raadsel. Men wil af stond van Vreugde doen. Hoe is het moge lijk? Hoe vreugdeloos zal Heemskerk straks zonder vreugde zijn. Of zullen dan misschien de (gemeentelijke) gerechtigheid en de vrede elkaar kussen? Nationaal Crisis-Comité Dc accountantscontrole Blijkens de accountantsverklaring heeft het N.C.C. tot en met 30 Nov j.J, ontvangen giften in geld voor A-steun een bedrag f 2.435.66635. Hiervan is uitgedeeld in geld betaald voor verstrekte giften in nat f 1.620.739.87; aan steun in den vorm van v< schotten stond per 28 Februari uit f 9.007.50; B steun werd uitgedeeld in geld en in giften natura f 2.022.173,73. ZATERDAG 5 JANUARI HUIZEN 301 M. KRO-uitzending. 8.00—9.15 en 10.00 Gramofoonpl. 11.30—12.00 Godsd. halfuur, 12.15 Gram.pl. 2.00 Voor de jeugd. 2.30 Gram.pl. 3.00 Kinderuur. 4 00 Afgestaan» 5.00 Orkestconcert en gram.pl. 6.20 Causerie. 6.45 Orkestconcert. 7.15 Lering. 7.35 Kwartet» concert 8.00 Vaz Dias. 8.05 Orkestconcert en voordracht. 9.30 Causerie. 9.50 Orkestconcert. 10.15 Gramofoonpl. 10.30 Vaz Dias. 10.35 Or- kestconcert. 11.00—12.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM 1875 M. VARA-uitzending. 8 00 Gram.pl. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.15 Voor arb. i. d. contioubedr.: De Fliere fluiters olv. E. Walis, H. Wiggelaar (viool) en J Jong (piano) en VARA-tooneel olv. W« v. Cappellen 12.00 Orvitropia olv. J. v. d. Horst. 12.30 Gram.pl. 12.45 Vervolg Orvitro pia. 1.15 De Zonnekloppers olv, C Steijn. 2.00 Declamatie A. Bouwmeester. 2.20 Gram.pl. ^.00 Gram.pl. 3 00 Filmpraatje M Sluyser. 3.30 Rotte Philh. Orkest olv. E. Fiipse mmv. vrou wenkoor en solisten. 4.30 Dr. A. Abas: Astro logie. 4.50 Vervolg concert. 5.3Ö Causerie A. M. de Jong. 5 50 Gram.pl. 6.15 Declamatie J. v. Oogeo. 6.30 Orgelspel J. Jong. 7.00 VRO« 8.00 SOS-berichten. 8.05 Uit Haarlem: Bonte avond mmv. VARA-orkest olv. H. de Groot, E Walis en zijn orkest, de Flierefluiters, XX- ensemble olv. C. Steyn, M Vos en A. de Booy (zang) en J. Lemaire (voordracht). 8.40 Gra mofoonpl. 9.00 Vervolg bonte avond. 9.30 Vaz Dias VARA-varia. 9.40 Gram.pl. 9.50 Vervolg bonte avond. 11.15—12.00 Gram.muziek. DROITWICH 1500 M. - 10.35-10.50 Mor genwijding. 11 20 Gramofoonpl. 12.05 BBC- Northern-orkest olv. Morrison 1.20 Commo dore Grand-orkest olv. Davidsou. 2 20 BcJfastep Omroeporkest olv. Brown. 3.20 Orgelcoocert D. Thorne. 3.20 Western Studio-orkest olv. Thomas. 4 50 Gram.pl. 5.35 Ambrose en zija Band. 6.20 Berichten. 6.50 Sportpraatjc. 7.05 Welsch Intermezzo. 7.20 Voordracht. 7.50 J. Newton (alt) en H Brookhurst (piano). 8.30 Lezing S.50 Gevarieerd programma. 9.50 Cau serie door J. Ramsay MacDonald. Eerste Mi nister. 10.10 Berichten. 10.35 BBC-orkest olv, Lewis, Mmv. W. Fisher (sopraan). 11.20-- 12.20 BBC-dansorkest olv. Henry Hall. KALUNDBORG 1261 M. 11.20-1.20 Concert uit rest. „Wavex". 2.00 Zang en piano. 2.20—4.20 Concert uit rest ..Ritz". 7.30 Piano-recital. 7-50 Vaudeville. 9.05 Marimbasoli. 9.35 Omroepor kest olv. Grondahl. 10.20—11.35 Dansmuziek. KEULEN 456 M. - 5.20 Gramofoonpl. 635 Con cert. IJ .20 EmDé-orkest. 12 35 Schrammelmu- ziek. 1.35 Gram.pl. 2.20 Muzikale cans trie (met gram.pl.) 3.20 Vroolijk programma mmv. so listen en orkest. 535 Gram.pl. 6.2U Viooi- ea pianosoli. 6.50 Volksliederen 7.30 ..Furk-Zir- kus", gevar programma. 9.50 Dansmuziek olv» Hauck. 11.20— 1.20 Nachtcoov.e~t. BRUSSEL 322 cn 484 M. - 322 M.: 12.20 Gra mofoonpl. 12 50 L. Langlois' orkest. 1.30—2.20 dito. 6.35 en 735 Gram.pl. 8.20 Operettemu ziek 10.3012.20 Daosmuziek. 484 M.t 12.20 Gram.pl. 12 50 Symphonieconcert. 1.50—» 2.20 Gram.pl. 5.20 Dansmuziek. 6.20 Zang voordracht 6.50 Kamermuziek. 8.20 Gram.pL en vocaal concert. 9.20 Hoorspel. 9.55 Sympho nieconcert 10.30—12.20 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. - 7.20 Kernspreuk. 7.30 .Lachen im Lautsprecher", gevar. programma. 9.20 en 10.05 Berichten, 10 20 Dansmuziek uit Münchcn. 11.20—1.20 Nachtconcert. HET VERHAAL VAN MIENTJE EN SAARTJE PEPERNEUT. door G. Th. ROTMAN. 3. Eerst zullen we jullie een kiek van ons huis laten zien. Als je goed kijkt, zie je ons aan de deur staan, en een geit hebben we ook. We gaan in Zandwo 1de op school, dat is een uur loopen bij ons vandaan. En nu be gint het verhaal. We waren namelijk van plan, om voor Moeders verjaardag een prachtige bloempot te koopen. 4. Daar hadden we al een heel jaar voor gespaard, maar toen het jaar om was, had den we niet genoeg. Hte is overal een slechte tijd, en zoodoeende hadden we in 't afgeloo pen jaar niet zooveeel spaarcenten gekregen, als andera. „Weet je wat", zei Vader, toen we 't hem stilletjes vertelden, „ik leg de rest er bij!" '(Wordt Maandag vervolgd.) Ervaringen van een Hollander in dienst der Sovjets Zij moest nï. terug, omdat haar man Rusland niet uit mocht en haar ook geen ondersteuning kon toezenden. „Rusland", zoo zeide zij is een afgesloten gebied. Geld of goederen mogen er niet uit 'worden weggezonden of meegenomen. Als U allen na het beëindigen van uw contract teruggaat, is u armer dan nti... Ik heb aan die waarschuwing nog wel eens moeten denken, vooral toen ik na ongeveer twee ja ai- van Moskou naar Berlijn reisde en de Poolsche grens weer passeerde. Onze communistische medereizigers lieten zich echter door de sombere profetieën niet uit het veld slaan. Toen we, na een treinreis van 21 uur eindelijk de Russische grens passeerden werd hun enthousiasme al aanstonds aangewakkerd door een een groote eerepoort vol roode vlaggen met sikkel en hamer, in het midden versierd met een zeer groote krans van groen. Ik zag die eerepoort ook wel, maar lette nog meer op de colonne Russische soldaten, die ter weerszijden van de lijn op den grond lag met het geweer m den aanslag. Ook op het dak yan een loods lag zulk een soldatengroep op de loer. Het gaf mij een onveilig gevoel. Bij mijn terugkomst heb ik pas de bedoeling van die soldaterij vernomen: de verstekeling, die het zou wagen onder op de buf fers of bovenop het dak weg te kruipen om zoo Rusland te kun nen ontsnappen wordt er onverbiddellijk af geschoten. Rusland is een afgesloten gebied, ik zeg het nu zonder politieke bedoelingen, maar omdat het de waarheid is: Rusland is een groote gevangenis, waar geen enkele Rus uit kan ontvluchte.n dan met gevaar voor zijn leven. Onze trein reed nog langzaam door tot het station Nichorclla. .Kijk", zei een van onze enthousiaste communisten „het gras is "hier veel groener dan in Polen" Zoo hoopvol ging hij Rusland binnen, poor boy! In Nichorella moest alles uitstappen, niet alleen omdat Iner bet West-Europeésche bjeede spoor eindigde en we straks zou den moeten overstappen in een trein, die op smalspoor ging rijden, maar ook omdat onze bagage gevisiteerd moest worden. De visitatie geschiedde in een ruime zaal, waarin bovenin ge heel in het rond in drie talen stond geschreven: „Proletariërs al ler landen, vereenigt U!" Langs de wanden hingen verschillende kaarten van Rusland, waarop was aangegeven wat in de verschillende landen werd voortgebracht. Het zag er lang niet kwaad uit. Verder was er een postkantoor, wisselbureau en reisbureau van „Intourist" De visitatieambtenaren bleken oppermachtige heeren te zijn: hoewel wij bewijzen van „Intourist" hadden, dat onze bagage vrij moest worden toegelaten werd. alles tot het kleinste boekje of briefje toe nagesnuffeld. Buitenlandsch geld mocht niet worden meegenomen: men kreeg een bewijs van iifvoer, dat weer inwisselbaar zou zijn, als men het land verliet. Gelukkig verschafte „Intourist" ons, dat wil zeggen de contrac tanten, 60 Roebel voor de uitgaven, die wp in den trein zouden hebben te doen en voorts een reisbiljet naar Moskou. De visitatie had nogal lang opgehouden en we waren blij toen we na twee a drie uur toestemming kregen onze plaatsen in de Russische trein op te zoeken. Die eerste kennismaking met het werkelijke Rusland bezorgde ons een koude douche. We kregen een coupe met vier plaatsen, geflankeerd door twee slaapplaatsen. De slaapplaatsen hadden „witte" overtrekken, die echter zoo vuil waren als een gebruikte kolenzak. De coupe zelf was vuil en haveloos; de verwarming bleek niet te branden. De dame uit ons reisgezelschap, die Rusland al kende, vertelde ons, dat er niet gestookt werd als het geen 3 graden vroor. Door middel van een tolk maakten we daar aanstonds bezwaar tegen en op onze klacht werd toch de stoomverwarmings-ketel aange maakt, zoodat we geen gevaar liepen onderweg te verkleumen. Al gauw kregen we bezoek van onze mede-contract anten. Die waren ondergebracht in een compartiment, waarbij het onze nog een paleis was. Overtrekkenvuil! vuil! en ruiten, waar men niet door kon zien door de modder aan den buitenkant. Het was daar koud als in een koelcel. Ze moesten er met hun zessen terecht en hebben er een kwaden nacht doorgebracht De com munistische enthousiast, die het Russische gras zooveel groener vond dan het Poolsche was al merkbaar afgekoeld, letterlijk maar ook figuurlijk, want hij zei: „als ik weer terug kan ga ik niet verder dan tot Moskou, want als het hier zóó is, hoe zal het dan niet in Siberië zijn?" Al was onze stoomverwarming aangemaakt, het bleef kwak kelen en we gingen, om wat warmer te worden, naar den res tauratiewagen. Hier konden we voor het eerst kennis maken met de Russische prijzen voor levensmiddelen. Ook die kennismaking viel al weer niet mee. Een glas bier, bijna ondrinkbaar, kostte 1.85 R., een glas. thee zonder suiker, een broodje van slechte kwaliteit, twee gebakken eieren 7i/2 R., een glas wodka 2.85 R. We hebben maar weinig gekocht, omdat we eerst eens wilden afwachten, wat de volgende dag zou opleveren en men van 60 R. voor heel dc reis •geen bokkesprongen kon doen. Gedurende ruim een half uur reden wij door een rij van soldaten, die aan weerszijden van de spoorbaan lag. Ik vroeg, wat dit te beteekenen had en men zeide mij, dat het was om te voorkomen, dat iemand uit den trein zou sprin gen. Ik heb ook op de terugreis niet kunnen begrijpen wat men daarmee wilde, want het zou volgens mij al een volstrekte on mogelijkheid zijn om zonder visum door de grenswacht heen te komen. Toen het donker werd kwam een treinbeambte vragen of we van een deken en kussen gebruik wilden maken. Prijs 10 Roebel! Wij hadden geen ambitie en hebben den nacht meest heen en weer loopend doorgebracht om het bloed stroomende te houden. Te S.20 in, den morgen kwamen wij te Moskou aan. III IN MOSKOU 1932 Intourist had een tolk aan den trein gezonden, die ons aan stonds naar de wachtkamer bracht. Hier werden wij over gedragen aan de vertegenwoordigers der verschillende „trusten", waarmee we verder te maken zouden hebben. De eerste indrukken, die wij in 1932 van Moskou kregen waren dezelfde als die in den trein: vuil en morsig. Treiubedienden liepen rond met een voorschoot, dat zeker i,n geen maand water had gezien; op de tafeltjes in de 2e klas wachtkamer lagen natte, bemorste kleedjes Dat was dan de elite-afdeeling, naar we later merkten. De groote massa komt niet in de wachtkamers, maar zit uren op hot perron te wachten tot men in de overvolle treinen kan worden gepropt. Ik moet aanstonds hieraan toevoegen, dat het station en da binnenstad van Moskou in 1934 een heel anderen indruk maken. Men heeft er blijkbaar alles op gezet den vreemdeling een beteren indruk te geven van de Russische hoofdstad en de wel stand van Rusland en in die sohijnvertooning is men goed ge slaagd. Bij het station is nu een prachtig plein gekomen met in het midden een plantsoen; het station zelf is geheel gerestau reerd, wachtkamers en perrons zijn zindelijk; kortom: er man keert niet zóóveel aan. Alleen moet ik er volledigheidshalve aan toevoegen, dat de onnoemelijke massa menschen, die vroeger o p het station de trein afwachtte er nu naast ligt te wachten tot er voor hen een gelegenheid komt, dat zij hun reis kunnen vervolgen. Want dc treinen zijn nog steeds overvol. Men zal mij misschien wagen: hoe maakt men een schifting tusschen hen, die in de wachtkamer mogen en hen, die niet eens op het station worden toegelaten. Dat is heel eenvoudig: in de wachtkamer wordt men alleen zonder bagage toegelaten en de doodgewone Rus heeft altijd bagage bij zich, die hij ook niet in den steek kan laten, omdat ze anders subiet gestolen zou worden. Vandaar dat.het er zoo rustig is. Ik zal nu echter den draad van mijn reisverhaal weer op nemen: Wij namen afscheid van onze medereizigers en gingen por auto naar het kantoor van de Glavriba, de visscherijtrust, waar we bij de afdeeling personeel werden overgedragen aan een Duitsch sprekende dame. We waren zoo langzamerhand al aardig in aanraking geko men met de Russische bureaucratie. Hoewel ik in Holland al m'n volledige „staat van dienst" had moeten opgeven werd me op het station direct een «riouwe „biografie" afgenomen en dit heeft zich eindeloos herhaald bij elke nieuwe staatsinstantie waarmee ik in Rusland te doen kreeg. .(Wordt vervolgd.),'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 8