riëOii Begrooting van Waterstaat SE»». DONDERDAG 13 DECEMBER 1934 DERDE BLAD PAG. TWEEDE KAMER De heer Sneevliet zal interpel- leeren over het zenden van mariniers naar de Saar De loonsverlaging bij de Spoor en de misère met de Dieseltreinen Bijne een botsing Overzicht De Kamer heeft aan den minister van Wa terstaat, door aanneming der motie-Drop- Smeenk, te kennen gegeven, dat zij in het vervolg in de bestekken van den Rijkswater staat de verbindendverklaring van collectieve arbeidsovereenkomsten wenscht te zien op genomen. Er waren slechts weinige tegen stemmers. Aan den hger Sneevliet werd toegestaan te interpclleeren over de zending van een con tingent Nederlandsche troepen naar het Saargcbiqd. Deze interpellatie is. niet veel anders dhn een slag in de lucht. De Regee- ring was reeds voornemens aan de Kamer kennis te geven van de ter zake gevoerde be sprekingen en onderhandelingen. Meer be hoeft ze niet te doen. Wat er gebeuren zal, behoort iiaar de Grondwet, geheel ter com petentie van de Regeering. De interpellatie zal reeds vanmiddag worden gehouden. De rest van den middag is gisteren besteed aan het afwerken van de begrooting van Waterstaat. Daarbij had de afdeeling Spoor wegen de grootste belangstelling van wege het spoorwegtekort, de Diesel-treinen-misère en de jongste loonsverlaging voor het spoor wegpersoneel, die 1. Januari 1935 zal ingaan. Over de spoorwegtekorten kon de minister niet veel anders meedeelen, dan dat het niet mogelijk is een systematisch saneeringsplan te maken. Het bedrijf is ook teveel loon bedrijf. Overigens werd gehoopt in den loop van 1935 ongeveer 10 millioen te kunnen in- loopen op het tekort door opheffing van on rendabele lijnen, sluiting van onbelang rijke tusschenstations en de loonsverlaging, waarover al zooveel te doen is geweest. Over de Dieseltreinen was de minister vrij kort. We vernamen, dat de oorzaak der mi sère gelegen is in de constructie der motoren, die vooral bij grootere snelheden, de tril lingen niet verdragen konden. Het is een in genieur van Werkspoor geweest, die de fout in de constructie ontdekt heeft. Men is bezig met het herstellen der motoren en het beproeven der verbeterde exemplaren. De kosten van een en ander komen vrijwel ge heel ten laste van de fabrikante. De Spoor wegen, die nu het duurdere stoommaterieel moeten gebruiken, komen er schappelijk af. Er is geen sprake van, dat ze voor 7 millioen dc dupe zijn; waarschijnlijk zullen het nog geen tonnen zijn. .Met de loonregeling liep het wat wkarm. Men weet wat de kwestie is. De directie der spoorwegen wenschte per 1 Januari 1935 een loonsverlaging van 5 pCt. Het in 1922 vastgestelde loon zou dan in totaal met 29% percent zijn gekort. Lang en breed is daarover in het Georgani seerd Overleg beraadslaagd. Ten slotte raak ten directie en Personeelraad het hierover eens: de verlaging zou 3 pCt. bedragen, de laagste loonklasse zou worden beschermd, de verlaging zou 1 April 1935 ingaan en in 2 jaar zou. geen nieuwe verlaging kunnen intreden. Minister Kalff moest het overeengekomene goedkeuren dan wel niet-goedkeuren. Hij deed echter wat anders, niet als minister, maar als représentant van den grootsten aandeelhouder in het spoorwegbedrijf, n.l. de staat. Wel ging hij met de twee jaren rust en met de verschuivingstermijn accoord, maar hij bleef staan op 5 percent verlaging en die moest met algemeene stemmen wor den aanvaard. Dit laatste was niet nieuw. De conditie van eenstemmigheid gold steeds voor dit overleg in het belang van het instituut als zoodanig. Men bedoelde daardoor te voorkomen, dat de organisaties in concurrentiestrijd zouden vervallen en dien strijd in den Personeel raad voortzetten tot schade van het overleg en de belangen van bedrijf en personeel beide. Het is een plausibele reden en nim mer hebben de organisaties tegen de gestel de conditie bezwaar gemaakt. Ditmaal werd de overeenstemming echter niet bereikt. Twee kleine bonden weigerden 's ministers aanwijzing te volgen; 7G pCt. van bet georganiseerde personeel intusschen was bereid zich er bij neer te leggen. Toen was liet overleg mislukt en de minister greep in. Ilij vereenigde zich niet met het voorstel, waarover in October overeonstemming was verkregen, nam ook het nadere voorstel van do 5 percent niet over, maar besliste, dat per 1 Januari 1935 en verlaging van 5 pCt. zou ingaan. Zonder meer. De tweejarige rustpe riode werd niet langer vastgehouden. Tegen dit laatste nu rees het verzet der vakvereenigingen, ook van degene, die bereid waren geweest om met den minister mee te gaan; ze voelden zich de dupe van het ver zet van twee kleine organisaties en zagen daarin een onbillijkheid en schade voor het overleg. De minister zag het anders. Hij meende zijn beslissing als een les voor de organisa ties te mogen zien en in het belang van het overleg. Deze controvers heeft ook in de Kamer haar afspiegeling gevonden. Van R.-K, en S.-D. zijde werd vrijwel het standpunt der oiganisaties ingenomen en trachtte men den minister te bewegen de periode van twee jaar rust buitengewone omstandigheden voorbehouden alsnog te aanvaarden. De heer Kuiper drukte dien wensch uit in een motie. Daarin werd uitgesproken: 1. dat de conditie der eenstemmigheid niet had moeten zijn gesteld en 2. dat de 1 Jan. 1935 van kracht worden loonregeling voor 1935 en 1936 ongewijzigd moest worden gehandhaafd, buitengewone omstandigheden voorbehou den. De minister verklaarde deze motie niet te kunnen aanvaarden; de directie der spoor wegen moest vrij blijven in het stellen van den eenstemmigheidseisch. De heer Jookes, die het wel eens was met de gedachte der motie, vond echter den vorm niet juist en adviseerde den minister alleen te verzoeken de gestelde voorwaarde v-an eenstemmigheid niet te handhaven. De heer Kuiper bracht deze wijziging, die het karak ter der motie vrij sterk veranderde, aan. De minister was het ook daarmee nog niet heelemaal eens. Wat beteekent het ook, merkte hij op; voor 1935 is de zaak beslist en voor 1936 denken directie noch ik behou dens de ook in de motie vrijgelaten bijzon dere omstandigheden aan nieuwe loons verlaging. Hij wilde echter in het belang van het overleg den eenstemmigheidseisch niet loslaten. De voorzitter schorste in dit stadium van het debat de beraadslagingen: beide partijen konden zich toen nog eens bedenken, onder wijl de afdeeling „Mijnwezen" werd afge handeld. Het bleek daarna, dat men elkaar gevon den had. De minister zeide, dat als hij de motie zoo lezen mocht, dat hij voor zich niet aan den eisch der eenstemmigheid moest vasthouden, maar de vrijheid der directie van de Spoorwegen in dit opzicht onaange tast bleef, hij tegen de motie geen bezwaar had, nu met vrij groote zekerheid in 1935 en 1936 de loonkwestie niet opnieuw aan de orde zou komen. De heer Kuiper nam daarmede genoegen en trok zijn motie in. De vrede was weer ge- teekend. Voorloopig verandert er niets. Het overleg blijft wat het was en de directie der Spoorwegen blijft vrij. En of de organisaties elkaar niet in het haar zullen vliegen zal nader moeten blijken. Er is reeds gescher mutseld. Dit feit pleitte voor 's minsiters opvatting. Te hopen is echter, dat het daarbij blijven zal en de bitterheid niet duurzaam wortel zal schieten tot schade van de ver houdingen in den Personeelraad en met de directie en van de belangen van het perso neel. De stemming over de begrooting werd aangehouden; die voor het Mijnwezen en het Staatsvisschershavenbedrijf werden z. h. s. goedgekeurd. Aangehouden werd ook de stemming over een motie van den heer Wijnkoop, waarin loonsverlaging geheel werd afgewezen. Zij zal vandaag worden verworpen. Voor de dagvergadering is thans Onder wijs aan de orde; Sociale Zaken blijft avond en nachtwerk. De Verslag riiiï.hfin%' V~.nae °Pnemins van de ver- piicnting tot naleving; van collectieve arbeidsovereenkomsten in Rijks Waterstaatsbestekken. """eenomen met 62 te-gen 20 Viqsnhör* J n hi, Jï C5r en de heeren DoTb,ben d,ï Bruyn cn v. D(jk (a.r.). wXrmS 0,11V£?£i>: L""fbeek Het verzoek van den heer SNEEVLIET om te mogen interpelleercn over de zending van een contingent Nederlandsche troepen naar het Saargebied, werd hom toegestaan. De interpellatie zal wor- van Waters ton tna afbandel'n& der beffrooting Daarna werd de behandeling der BECROOTING VAN WATERSTAAT vervolgd, Do afdeeling „Spoorwegen" was aan et veile iet het ;rgeten is. i het wegpersoneel ia •ai ondernomen. Ook reeds menige korting toegepast- Ide na overleg en in overeenstem- personeelsorganisaties, die steeds open oog te hebben voor den toe- Irjjf. Er is ai 24% P' stoel der directie irlaging, hoe- slechts loonregelingen kan goed- of &f- Du minister vorderde een verlaging pet. Duur zijn de vakorganisaties nl>*t alsnog dio ga ran ti» geven De heer v. KEMPEN (lib.) verdedigde 's ml nistera daad. HU deed wat economisch nood zakelijk was, nu de leiders van dit bedrijf voor durend achter de economische feiten aanloopon Het beleid met de Diesel-treinen is onvoor zich tig geweest. Wfl deden zonder voldoende n? Wie is of zijn De heer J. TER LAAN (s.d.) 1 ker-Maasoever moet een behoorlijk station komen. KUTPER (r.k.) besprak lelioudens omstandigheden, dan twee jaar ie kleine bondjes wezen de loons- garantie wilde aanvaarden. Had de minister daaraan niet mee moeten werken? Waarom deed lijj dat niet? Als de minister van zijn hou ding geen redelijke verklaring kan geven, zal de heer Kuiper met een motie komen. De heer AMELINK (a.r.) achtte de Kamer niet de meest geschikte plaats om over de loonregeling van het spoorwegpersoneel te spreken; z|j is ondeskundig en beschikt nle't irlee gesproken. Toen het r voldaan, beschouwde ht) zegging en legde de 5 pet i afwijkend" e2e wijze oj sinister w(j slge alsnog zijn standpunt. Hü maakte door zijn eenstemmigheidsvoorwaarde het mogelijk, dat een kleine minderheid de regeling kon sa- boteeren. Beter is het alsnog aan de uitkomst van het overleg, welke de overgroote meerder heid van het personeel bereid was te aanvaar den. vast te houden. Voorts werd door den heer Amellnk aange drongen op concentratie van Intercommunale tramwegen. Ook verzocht hti de loonen bij tramwegen niet beneden werkverschafflngsloo- nen te brengen. De heer KRIJGER (c.h.) stelde de vraag hoe bij de spoorwegen een sluitende bedrljfsreke- ning te krijgen. Positieve maatregelen zijn te dezer zake nog niet bekend en in wat gebeurt zit geen systeem. Gevraagd werd met welke middelen de minister zich voorstelt een slui tende rekening te Verkrijgen en voorts hoe het zit met de verantwoordelijkheid voor het mis lukken der Dloseltractle. De heer WIJNKOOP (comm.) diende een mo tie ln om uit te spreken, dat de bezuiniging bij de spoorwegen in geen geval door loons- d. WAERDEN (s.d.) bestreed de 50.000 De hi meonrng alsof di economische feiten zou voor aanpassing: het personeel i9 tot 35.000 teruggebracht en de looni 25 pet en meer verlaagd. Dat de heer v. Kempen het vrachtautover- voer met zijn beestachtige arbeidstijden aan 't spoorwegbedrijf ten voorbeeld stelde, is wel verschrikkelijk. De heer SNEEVLIET (r.a.p.) zag In kapt- taalrc-ductie een der middelen om het spoorweg bedrijf gezond te maken. Zijn we met onze tarieven in staat te con- lurreeren? Wie draagt de schade van de Diesel vragen werd "s ministers daarvot loozen slo't. •achtors. De Zoni DE MINISTER AAN HET WOORD De MINISTER VAN WATERSTAAT was ook 'brdec houden roet nieuw middelen en daarom op ander peil zal moeten worden gebracht. Niemand kan echter daarbli alB profeet optreden en zeggen binnen een be paalden tijd het spoorwegtekort te zullen weg werken. ln z'n beste jaren was het bedrüf nau welijks rendabel. Blijven de ontvangsten dalen als tot nu toe, dan Is geen sluitende exploita tie mogelijk. Op de exploitatie Is reeds 30 pet bezuinigd. Als in 1935 door opheffing van rendabele lijnen en verlaging van personeel ten IQ mill, zal kunnen worden bezuinigd, de" minister tevreden ztJn- De gratis-besteldienst levert niet zoo grooto op; hü is beschouwd als onderdeel .O. of v. Gend en Loos, die weer als derdeelen van het spoorwegbedrijf worden Hel roederen tarief hield rekening i leldlei i de bediiifstekorten Iets kun- zullen enkele inconvenlenten en uTL;\gp°" ARNOLD SPOEL f Hij heeft het gedragen, het Hollandsche lied, Hij zong het langs velden en wegen, Het heeft door zijn vuur in het hart van ons volk Een plaats weer der eere gekregen Hij zong hel ons vóór en wij zongen het mee, Hij zong het in huizen en zalen; Hij wist het vernieuwde verouderde lied Uit stoffige boeken te halen. Hij heeft door zijn geestdrift ons Holland bezield, -Begeesterd en weer leeren zingen Het lied dat zijn lust en zijn levensvreugd was, Het lied van de simpele dingen: Dat landje zoo klein, maar het loflied zoo waard, Dat landje zoo groot in het kleine; Hij legde 't opnieuw in de ziel van ons volk En 't zal er niet weer uit verdwijnen Hoe eeren wij hem, nu zijn stem is verstomd, Den voorzanger bij zijn verscheiden Wanneer wij als hij voor het HoUandsche lied De strijd voor óns lied blijven strijden. (Nadruk verboden.) LEO LENS. De onbewaakte overwegen weer doen be ken ware tmiih.or /-»„ j komen veel den gewone.. de oorzaak der ongevallen. De minister zal ernstig d. van den heer Amellnk om b® trammaatschapplJen. kostbaar. Op dn igelukken voor dan op Is onbesuisd rijden •angen. (Dedemvaartsche staat volkomen buiten de Diesel-tractie-proef. eeds besloten eer hU minister Daartoe was. Die proef ^zou er toch gok. •mstandlgheden De c do i n ze zijn. •ectie heeft alles gedaan om zich op de ictie die be tegen de trillingen bij groote probeerd". De kos komen voorns Hce hoog die zijn ook nog herstel dei voornameiuK ten jaBte der fabrika log die zullen zijn is niet te zeggei i AVerksj irdt islaagd is de geven. lortges Do kosten voor horstel -*oor de Spoor niet in d ivaarsehiinlijk zelts niet i nlllloenen loopen. de personeelskwestie merkte de minister op. dat hl) do loonsverla ging van 5 pet per 1 Jan. 1935 onvermijdelijk achtte en die meening ook te kennen gegeven Men bedenke, al heeft de minister niets op Xe leggen, dat het Rijk de grootste aandeel- - - tekorten^ ifat te zeggen en daarna, staat, kan hij loonrege De 5 pet za) men van den toestand van dreven mag worden Rlik betaalt toch all. ndeelhouder let zien In het licht, het bedrijf, dat nooit ge- met de wetenschap: het a tekorten uit de belas- irlaging toch nog minstens Iröf ls voor 75 pel jodat er weinig a ■m De minister was bereid twee jaar rust te aa vaarden onvoorziene omstandigheden vooi behouden mits de Personeelraad unaniem d 5 pet verlaging goedkeurde. Het overleg heeft dat niet geaccepteen Maar dat is niet de schuld van den ministe Hij heeft het overleg niet „kapot gemaakt". E minister is niet bereid op zön beslissing teru te komen. Het Overleg was tevoren met groot ernst gewezen op den stand van zaken; d loonsverlaging was onvermijdelijk. Er volgden replieken. De heer KRTJGER (c.h.) handhaafde als zjji groote bezwaar, dat do minister voor de ge zondmaking van het spoorwegbedrijf geen en kel perspectief opent. Motie Do heer KUIPER (r.k.) diende een motie in om uit te spreken, dat dc conditie van ee stemmige aanvaarding door do organisaties v, het spoorwegpersoneel van do loonaverlagl: voor dit personeel niet had behooren te wc den gesteld en voorts verzoekende, behoudens buitengewone omstandigheden, de 1 Jan. 1935 van kracht wordende loon regeling voor 1935 on 1936 ongewijzigd te handhaven. De heer v. BRAAMBEEK betoogde, dat dt minister met xijn standpunt het overleg stul maakt. H|j zal zoo noodlg voor de motie vai den heer Kuiper stemmen. De heer JOEKES (v.d.) merkte op. dat juis ln de zeer moeilijke bedrijfsomstandigheden een reder, ligt om het overleg in eere tehoude^ De Kamer kan niet treden in een beoorde ling van de loonregeling en van de houding d< daarbij betrokken bonden. Het is echter niet juist, dat de minister zt voorwaarde van eenstemmigheid heeft gesteld n van de 5 pet loonsverla- illlng. dat er be-houdei -ndigheden twee Jai bultengowc rust voor de loonen Met de gedachte van den heer Kuiper k, -enigen, tenzij de rr held) niet te handhaven. Niets nieuws ^MINISTER KALFP' herhaalde, dat de nu ge ls. U werd al allerlei onaan- Jaienlang gesteld, omdat uitspraak gedaan dt De verhoudingen :lie heeft er ook op i 'gheid niet lo: mdat anders de P» 1936 wil de minister z« ning houden mot wat De heer KUIPER zelde, dat de eenstemr heidseisch niet te handhaven Is. nu een kl minderheid een. regeling deed mislukken De redactieverandering in de motie werd jsschen dlrec- iie en organisaties niet3 verstoord. Het nh stellen der voorwaarde is voor den ministe niet te aanvaarden. Dan wordt het overleg tui schen directie en organisaties bemoeilijkt. De minister wil voor 1936 niets doen, dat niet door den nood opgelegd zou zUn. Als h(J dus de motie mag beschouwen als een -uitnoodiglng aan hem. zonder bU voorbaat de dlrtctle te binden, dan zou tegen de mo tie geen bezwaar meer bestaan. De beraadslagingen over de afdeeling Spoor wegen, worden geschorst, BU de afdeeling Mijnwezen verdedigde de heer HERMANS (r.k.) weer cent verhoogde invoerrechten voor steenkolen er internationale regeling der productie. Eer kleine minderheid in het bedrüf houdt eer goede regeling, die tevens opruiming van .mis bruiken zou bettekenen, tegen. Verzocht were goede regeling van liet bedrüf te rapporteeren De heer DROP (s.d.) verklaarde zich teger subsidie voor de kerkgenootschappen op daar voor vroeger aangevoerde gronden. HU oefen de er ook critlek op dat „bedienaren van der godsdienst" hun werlc verrichten in wonlnger die aan de m(jnon behooren. Internationaal overleg is noodlg; maar mer in dan omgekeerd. B(i a.s. onder- met Duttschland moet daaraar den geschonken, de jongste loonsverlaging zUn de loo- 1 te lang geworden. Het ts geschied ter wille het bedrüf, maar er is geen grens, waa i blijven In dit bcdrtif. Over een bedrüfsnood kan de minister zich eerst uitlaten als de Contactcommissie en de Mündlrectles zich hebben uitgesproken over di bevoegdheden van een bedrüfsraad. Overleg met de belanghebbenden over eer regeling voor het bedrijf ontmoet bU den mi VRIJDAG 14 DECEMBER HILVERSUM 301 M. 8.00 VARA. 12.00 VPRO. 11.0012.0 VARA. 8 00 Gramofoonpl. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.15 Declamatie F. Nienhuys. 10.35 Gramofoonpl. 11.00 Vervolg declamatie. 11.20 Gramofooopl. 12.00 Barnabas von Geczy en zijn orkest en gramofoonpl. 2-15 Gramofooopl. 2.30 Piano-recital A. Schuur man en gramofoonpl. 4.00 Koiples. 4.45 Gra mofoonpl. 5.00 Kinderuur. 5.30 Gramofooopl. 5.45 Schalmei olv. P. Renes. 6.00 Gramofoonpl. 6.15 Strijkorkest olv. E. Walis. 6.45 Gram.pl. 7.00 XX-Ensemble olv. Cor Steyn. 7.30 Dr. H. Brugmans: Marx. 7.50 Gram.pl. 757 Herh. SOS-berichten. 8.00 Dr. J. Ellerbroek: De waar de van het geloof. 8.30 HoiJ Kamermuziek- Vereen. 9.00 Dr. H. de Vos: Godsdienst en cul tuur. 9 30 Vervolg concert. 10.00 Vaz Dias. Vrijz. Godsd. Persbureau. 10.15 Declamatie A. Geyl. 11.00 Jazzmuziek (gr.pl.). 11.3012.00 Gramofoonmuziek. HUIZEN 1875 M. Algemeen programma, verzorgd door den KRO. 8.00—9.15 en 10.00 Gramo foonpl. 11.30 Voor zieken en ouden van dagen. 12.15 Schlagermuziek en gramofoonpl. 2.00 Or gelconcert en gr.pl. 4.15 Opera-concert. 5.00 Lezing 5 30 Orkestconcert en gr.pl. 7.15 Cau serie. 7.35 Gramofoonpl. 7.45 PTT-kwartiertje. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gramofoonpl. 8.15 Koor- concert. 8.35 Voo-aracht. 8.50 Orkestconcert. 9.20 Voordra:hf. 9 35 Gramofoonpl. 9.45 Sym- phonieconcert. 10.30 Vaz Dias. Gr.pl. 10.40 Vervolg concert. 11.2012.20 Populair con- DROITW1CH 1500 M. 10.35—10.50 Morgenwij ding.. 11.20 Orgelspel R. New. 11.50 Voor de scholen. 12.10 Het New Victoria Cinema Or kest olv. S. Phasey 12.50 BBC-dansorkest olv. Hall. 1.35 Orkestconcert olv. Hoek mmv. solis ten. 2.20 Voor de scholen. 3-35 Lezing. 4.00 BBC-Northem-orkest olv. Morrison. 4.50 E. Colombo en zijn orkest. 535 Troise en zijn Mandoline-orkest. 6.20 Berichten. 6.50 en 7.10 Lezingen. 730 Oude muziek voor strijkkwartet. 7.50 „The Great Adventurecomedie van A. Bennett. 9.20 Pianoduetten. 9.50 Berichten. 10.20 Sir Austin Chamberlain; Causes of War. 1035 Het G. Parkington kwintet. 1130 Voor dracht. 11.3512.20 Harry Roy en zijn Band. RADIO PARIS 1648 M. 7.20 en 8.20 Gram.pl. 12.50 Het Goldy-orkest. 8.20 „L'Abbesse de Jouarre", spel van Renan. 10.50 Dansmuziek. KALUNDBORG 11.20—1.20 Concert olv. H. An dersen. 2.00 Piano-recital. 2.204.50 Concert uit Rest „Wivex". 7.30 Kerkconcert mmv. so listen, koor en orgel. S.20 Hoorspel. 9.45 Man dolineconcert olv. Hammerich. 10.20—11.20 Kerstgroeten naar Groenland. KEULEN 456 M. 5.20 en 6.35 Gramofoonpl. 11.20 Blaasconcert olv. Niemann. 12.35 Wcrag-Ka- merorkest. 3.20 Concert uit Leipzig olv. Blu- mer. 5.05 Zang, viocl en piano. 6.20 Vroolijk programma. 7.35 „Das Lied von der Glocke" mmv. orkest, koor en solisten. 8.30 Volksliede- renconcert olv. G. Kneip. 10.2011.20 Dans muziek. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gramo foonpl. 1.30—2.20 Salon-orkest olv. Walpot. 5.20 Dansmuziek. 6.35,7.20 en 7.35 Gramofoon- platen. 8.20 Symphoniecoocert. 9.05 Reportage. 10.45—11.20 Dansmuziek. - 4.84 M.: 12.20 Salon-orkest olv. Walpot. 1.302.20 Gramo foonpl. 5.20 Symphonieconcert. 6.35 Gramo foonpl. 6.50 Berlioz-concert. 7.35, 8.20 en 8.50 Gramofoonpl. 9,05 Reportage. 10.4511.20 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.35 Zie Keulen. 8.30 Dansmuziek van 17S0 tot 1934. 9.20 Berichten. Causerie. 10.05 Weerbericht. 10.2011.20 „Weihnachtsoratorium" van Kurt von Wohlfurt. wordt de begrooting Staatsmijnen ivenals die - Siaatsvisschershavenbedriff Heropend worden de beraadslagingen over de afdeeling Spoorwegen De heer KUIPER (r.k.) had nog eens nage» rrklaring van den minister in- feen bezwaar om n eenstemmigheid trok de heer Kul- hield. Deze had blljkba: Chr. Dem. Unie Dezer dagen werd te 's-Gravenliage een vergadering gehouden van afgevaardigden uit de besturen der Zuid-Hollandsche afdec- lingen van de Chr. Dem. Unie. Een provin ciaal Verband werd gevoimd en een be stuur gekozen, dat belast werd met het ont werpen van een reglement Met algemeene stemmen werd besloten, deel te nemen aan de in 1935 te houden verkiezing voor de Provinciale Staten. FEUILLETON Een werkende Vrouw Naar het Engels ch 13) „Max, dat is niet onooi van je!" riep ze opgewonden. „Je moest het aan mij over-, laten, hoe ik er over denk. Je weet, waar ik dar. op het laatst toe besluiten moet, ais jc blijft volhouden." „Om weg te gaan van de fabriek?" „Ja, ik zou geen andere keuze hebben en dal zou heel hard voor mij zijn!" „Ik zou je vinden, waér je ook heenging! „En zou dat mooi zijn gehandeld, Max?" Hij lachte: „Weet je, waarom ik zoo aanhoud? Omdat je mij zoo 'n allerdwaaste reden gaf voor je weigering." Esther antwoordde niet en na eenigen tijd ging hij voort: „Nu, ik wil je niet kwellen, liefste! ïk .Voelde mij verplicht, jc tegen dien regen te beschutten, maar ik beloof je, dat ik je nooit meer zal lastig vallon, als jc mij ééD ding naar waarheid beantwoordt." „Wat dan?" „Nu, ik beloof je, dat ik je onmiddellijk zal opgeven, als je mij naar w a a r h c kunt getuigen, dat je mij niet liefhebt." Er volgde weer een stilte. Ze wist, dat hij den blik op haar gericht hield, maar zij durfde dc oogen niet opslaan. „Esther^-liefste, zie jo nu niet in, dwaas het van je is?" Zij barstte in tranen uit: „Ik... o, ik mag..., niet naar je luisteren, Max! Ik weet, wat een ellende er van komen zou. De wereld is zoo hard! En ik ben zoo trotsch. Ze zouden nooit kunnen vergeten, dat ik een van de arbeidsters was geweest Ik zou je ongelukkig maken en ik zou gaarne vvenschen, dat ik nooit ge boren was!" Max glimlachte om die onmiskenbare, wijze, waarop zij blijk gaf van haar liefde; maar toch wilde hij haar niet te zeer over rompelen en eerst toen zij vlak bij haar woning waren, zei hij: „Goeden-avond, Esther! Züllen wij het beiden nog eenigen tijd in beraad houden? Maar tracht mij niet te ontloopen. Ik ben nu niet dikwijls meer op de fabriek en ik beloof je, dat ik je mijn gezelschap niet zal opdringen." „Goeden-avond", antwoordde zij. „Dank je wel, dat je mij zoo tegen den regen hebt beschut" Esther schreide zich dien avond in slaap: en tóch voelde zij zich zoo gelukkig in het bewustzijn, dat zijn liefde voor haar zoo overweldigend groot bleef. HOOFDSTUK VIII De donkere dagen van November waren gekomen en in plaats dat Esther regelrecht naar huis ging, haalde zij dikwijls Charlie van school. Daarbij moest zij door een smal, donker laantje, dat een heel eind van den weg afsneed. Aangenaam vond ze dit niet cn in den regel zorgde zij, dat. ze zoo'dicht mogelijk achter een fatsoenlijk- uitziend persoon bleef loopen. Op een avond, toen ze juist bij den in gang van het laantje stond, liepen daar ook twee mannen in. Toen ze onder de lantaarn doorgingen, zag ze aan de uit drukking op hun gelaat, dat het twee werklieden van de pottenbakkerij waron. Ze waren in zoo 'n druk gesprek, dat Esther, die er geen woord van verstond, haast bang was, dat ze twistten. Ineens sprak een van hen met luiden nadruk: „Het kantoor, dót is de juiste plaats; daar zullen ze alle drie zijn en ze zullen dan alle drie hun portie van de bom krijgen!" „Wel zeker", lachte de ander. „Maar ik zie nog niet in, dat wij er zooveel door zullen vooruitgaan." „Jou stommerik! In ieder geval zou het al wat waard zijn, om wraak te nemen op dien Hans van een Hamilton! En dan zal het een goede les zijn voor die slaven drijvers! Dan zullen zo eens ondervinden, dat het niet aangaat, om ons, arme kerels, op ons loon te beknibbelen, opdat zij maar in hun prachtige rijtuigen kunnen rond toeren." Esthers hart begon hoe langer hoe on stuimiger te kloppen, maar toch zorgde zc dat ze nog wat dichter achter de mannen aankw.vu, zoodat geen woord van hetgeen ze-zeiden, voor haar verloren ging. „Maar als je het hart hebt...!" ging de nijdigaard voort. Maar toen haddff.i ze de straat alweer bereikt en kon zij hen niet zóó op den voet volgen, dat ze alles verstaan kon. Max werd bedreigd; dus. hij moest gewaar schuwd worden. Waarin precies het gevaar bestond, wist zii niet Nu woonde hij wel een twee mijlen ver; dus zou zij zich dan maar eens de woelde veroorloven, van een taxi aan te roepen. Op deze wijze was de afstand gauw ge noeg afgelegd en toen ze voor het huis stil-, hield, zei ze tegen den chaffeur: „Vraag maar, of Mr. Hamilton thuis is". Mr. Hamilton was echter niet thuis en dus vroeg zij aan het meisje, dat opendeed: „Weet je niet, waar Mr Hamilton dan wèl is?" „Ik zal het Mevrouw eens vragen." „Ja, want ik. moet hem vindenl" zei Esther opgewonden. Ze herinnerde zich nu echter, dat de man niet van een bepaalden tijd gesproken had, dat hij zijn plan ten uitvoer zou bren gen en er was geen reden, om te vermon den. dat dit zoo onmiddellijk zou wezen „Mr. Hamilton is naar de fabriek ge gaan, heeft hij tegen Mevrouw gezegd", kwam het meisje met de boodschap terug. „Er zou vanavond een vergadering van de firma zijn." „Dank u", zei Esther met gedwongen kalmte. En zich toen tot den chauffeur wendend, sprak ze: „Breng mij, als 't u blieft, naar de pottenbakkerij van Casley Vau e." Intusschen was er een heel ander toonee] afgespeeld op de Towers. Mr. Vane stond in den hall te wachten op het rijtuig, dat hem naar de fabriek zou brengen. lady Adelaide was hem gevolgd, om nog enkele woorden tc zeggeh. Feitelijk was hij juist wat oarder naar den hall gegaan, om dat afscheid te ontkomen, maar dit was hem niet gelukt, „Je hebt het mij nog niet beloofd, Henry" begon ze streng. „Ik zal er zeker met Casley over spre ken; ik zal hem gaan halen", zei Mr. Vane en sloeg den kraag van zijn bontjas vast op, of hij ieder oogeablik van plan was, weg te rijden; waarna hij er nog bijvoegde „Je irtoest hier niet langer blijven staan, lieve, want als de deur opengaat, zal het erg tochten!" „Ik heb een sjaafcje meegebracht. Neen, nu moet je er niet omheen praten, Henry. Je zult toch je invloed aanwenden dat het. meisje ontslagen wordt?." Aarzelend zei Mr. Vane; „Je moet niet vergeten, lieve, dat ik er maar één van de drie ben! Hoe kan ik or nu' op blijven aandringen, als de anderen het niet met mij eens zijn? Dan zou ik mij enkel belachelijk maken." „Als wij totaal geruineerd waren, d;-n zouden wij eerst belachelijk lijken! Van nacht heb ik weer dien droom gehad, Henry, en ik weet, dat ons een gevaar dreigt. Ik droomde niet precies hetzelfde, maar jij en ik liepen op ec.i verlaten plaats en d" steenen deden onze voeten pij Juist toen ik wakker werd, zag ik het gezicht van dat meisje. Ik hen er van overtuigd, dat het ongeluk komt door hdiir!" Ladv Adelaide was den laatsten tijd ma gerder geworden; haar gelaat rlroog 'n zorg volle uitdrukking. Haar echtgenoot heg reep zeer goed, dat, als deze kwelling niet van haar afgenomen werd, zij nog ernstig ii»k zou worden. „Ik begrijp niet, waarom er zoovel drukte over gemaakt zou worden", zei ze gemelijk. „Je hoeft haar immers in bot geheel niet te benadeele-.i, maar je kunt haar ergens anders wel een betrekking bezorgen." „Kwel er je maar niet langer mee, lief-j ste!" zei Mr. Vane teeder. „Ik beloof jc, dat het meisje znl overgeplaatst worden". Hij was er toch wel van overtuigd, dat, als hij zijn ouden vriend Casley en Max vertelde, hoe deze gedachte de gezondheid van zijn vrouw dreigde te ondermijnen, zo beiden dan wel zouden toegeven. »Hank je wel, Henry", fluisterde zij. „Kijk, daar komt liet rijtuig al. Blijf nu vooral niet op den tocht staan Toen Esther achterover leunde in rle taxi, herinnerde zij zich dat pen van de mannen had gezegd: „Ze zullen alle duo hun portie van de bom hebben!" Dus zou dat plannetje dien avond vol voerd worden. „Laat eens denken", zei ze en bracht do hand naar het brandend voorhoofd. „Wat zal er gebeuren, als ik nu voor de deur stilhoud en bel?... Als ze al bezig zijn met hun boos ondernemen en Max betrapt zj. dan zal hij er zeker niet goed afkomen' Neen, dan zou liet beter zijn, eerst den omtrek eenigszins te verkennen" Dus toen ze op een vijftien meter van de fabriek waren, liet ze de taxi stilhouden. „We zijn er nog vliet geheel, Miss" zei do chauffeur. .'Neen, dat weet ik wel, maar toch wilde ik er hier liever uit." (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 7