O
Onze Zuivelpolitiek
DIJKSTRAs KOEIENMEEL
VLAMPIJPEN
NS PRAATUURTJE
lAND- EE TUINBOUW No. 262
BEWEZEN!!
Ad verteeren in „LAND- EN
TUINBOUW" heeft succes
WOENSDAG 7 NOVEMBER 1934
,Land- en Tuinbouw"
bereikt duizenden
boeren en tuinders
Interview met oud-minister Posthuma
Over de nieuwe regeling van het melk-
vraagstuk heeft 't „Vaderland" de meening
gevraagd van dr F. E. Posthuma, oud-voor
zitter van de F.N.Z. Maar de oud-minister
vond. dat het nog te vroeg was om een defi
nitieve meening uit
te spreken daar men
over allerlei belang
rijke punten nog
voldoende ingelicht
tvas.
Op de vraag ech
ter of naar het oor
deel van Z. Excel
lentie er afgeslacht
moet worden of dat
de melkvloed niet
op andere wijze be
perkt kan worden,
daar het toch
wel zijn meening
zou zijn dat ctr te veel melk geproduceerd
wordt, antwoordde hij:
Ik hen daar volstrekt niet zeker van.
Bij verminderen van prijs is liet zeer goed
mogelijk, dat het binnenlandsche verbruik
zich zoodanig zou ontwikkelen, dat er geen
teveel meer zou zijn en aan den anderen
kant zullen ai diegenen, die meenen, dat
de tijd, waarin wij thans leven, slechts een
overgangsperiode is en dat het wel weer
tot normaler handelsverkeer zal komen,
toegeven, dat wij ons in deze uitzonderlijke
periode eenigo offers moeten getroosten om
onze positie op de buitenlandsche markten
te handhaven,
Zelfs in. Engeland?
Zelfs m EngelandI Bij een geregelder
uitvoer naar Engeland zouden ae aldaar
geleden verliezen overigens heel wat gerin
ger geweest zijn. De Nederlandsche boter
kan daar concurreeren met de Deensche en
de prijs zou dan ook ongeveer even hoog
moeten zijn. Daartoe zouden wij echter een
min of meer gestabiltseerden export naar
dit laud moeten hebben. In plaats daarvan
i heeft men dit jaar betrekkelijk zeer groote
hoeveelheden boter naar Londen gezonden
in de zomermaanden, waar ze toen tot het.
prijsniveau van de Russische en Letland-'
sche boter is ingezakt; in den winter ech
ter konden wij onze positie niet handhaven.
Dit he^ft niet alleen ten gevolge gehad,
dat er veel meer verloren werd op dien
export dan noodig ware geweest, maar
misschien is daardoor ook minder bereikt
voor een geregel den afzet van onze boter
in de komende jaren.
Dr. Posthuma is van oordeel, dat ook als
we aannemen dat er afgeslacht moet wor
den en dat de melkproductie naar omlaag
moet; - dan- nog -is- het niet juist, dit-over
het geheele land gelijkmatig te doen. Ik
weet nog niet, in hoeverre de Regeering
rekening wil houden met de groote ver
schillen van streek tot streek, maar zeker
is het. dat het bekende domme potlood, dat
overal dezelfde 10 procent vermindering
zou eischen, in dit geval wel buitengewoon
dom zou handelen. In de eerste plaats zijn
cï nog heele streken in ons land, waar de
boer eigenlijk alleen maar leven kan van
het melkvee en er zijn ook nog heel wat
boerderijen, waar in de laatste jaren vol
strekt geen vermeerdering in den vee
stapel is ingetreden, zoodat men daar in
ieder geval onschuldig is aan de toenemen
de melkproductie.
Hier komen wij dan te staan voor de
kwestie van de consumptiemelk. Het melk-
verbruik in de groote steden is des winters
even groot als in den zomer. De koe echter
trekt zich daar niots van aan en levert
onder normale omstandigheden in den
zomer veel meer melk dan in den winter.
Wat moet de boer nu doen, die het heele
jaar door ongeveer dezelfde hoeveelheid
melk wil leveren voor do steden? Tegen
j het begin van den winter moet hij koeien
j koopen die pas afgekalfd hebben en daar-
I voor een vrij hoogen prijs betalen; tegen
het voorjaar zal hij die dieren weer met
verlies van de hand doen. Dit is nog niet
genoeg: hij zal daarenboven in den winter
schrikkelijk veel krachtvoeder aan zijn
heesten voederen. Het is zeer de vraag, of
de boer daarop verdient Waarschijnlijk
zou hot voor de consumptiemelkboeren zelfs
een voordeel zijn, als zij tot een meer nor
maal bedrijfstype konden terugkeeren.
Dat er vooral in Zuid-Holland te veel
i gevoederd wordt lijkt waarschijnlijk. Dit
wordt nu echter in de hand gewerkt door
de instelling van het officieel erkende en
beschermende consumptiemelkgebied. Vroe
ger kwam er 's winters nog heel wat melk
uit de kaasstreken, waar men in den
zomer zeer veel wegwerkte in de kaas-
fabrieken en men 's winters dan van den
hoogeren prijs der consumptiemelk wilde
profiteeren. Thans i9 dit kaasgebied echter
ook van de melkvoorziening der groote
steden uitgesloten. Daardoor krijgt men
steeds oneconomischer bedrijven in het
beschermde gebied rond die steden.
Gevaar dat de boeren in andere streken
dan meer krachtvoer zouden gaan voederen
acht de oud-minister niet zoo groot, omdat
er nog een ander middel aangewend kan
worden om de seizoenschommelingen in de
productie met het verbruik te doen overeen
stemmen. Men zou namelijk eens systema
tisch werk moeten maken van een propa-
ganda onder de boeren voor rationeeler ge
bruik der meJk.
's Zomers een grooter percentage van de
melk naar de kaasfabriek; 's winters een
grooter percentage naar de boterfabriek.
Daarnaast een gelijk aandeel van de heele
veehouderij in de melkproductie van de
steden. Waar het zomersche gebied van de
stadsvoorziening in den winter niet meer
toereikend is, zou men uit verder afgelegen
streken moeten importeeren. Op die wijze
wordt het mogelijk, een gelijktijdige pro
ductie te verkrijgen over het heele jaar en
ook over het heele land.
Wat de export betreft is Dr. P. van mee
ning, dat er nog wel eens betere
tijden voor den internationalen
handel zullen terugkeeren. Nederland
moet, naar zijn oordeel, zich niet binnen
zijn grenzen terugtrekken.
Op de binnenlandsche markt is door goed
gevoerde propaganda nog wel wat te be
reiken. En het gedwongen huwelijk tusschen
margarine en boter zou nu zoo spoedig mo
gelijk moeten worden ontbonden.
Beide partijen zouden daar wel bij varen:
de margarine zou niet langer moeten bij
dragen in den steun voor de boter en de
boter zou haar natuurlijke markt terug
krijgen. Met een vaste prijsverhouding na
tuurlijk: f 1.50 voor een kilo boter en f 1
voor een kilo margarine b.v.
eiwit
waarde
100 kg.
Maismeel
6.6
82
5.75
Rijstvoedermeel
6.7
76
6.30
Havermeel
7 2
60
7.40
Gerstmeel
7.4
73
7.20
Roggemeel
8.7
71
5.00
Tarwezemelen
9.4
42
6.30
Palmpitmeel
13.7
76
6.60
Cocosmeel
16.0
79
7.60
Boonenmeel
19.3
68
6.90
Lijnzaadschilfers
30.0
73
8.40
Lijnkoek n
26.0
75
8.558.SC
Lijnmeel
30.0
73
8.00
Sojameel
39.0
79
7.30
Sojakoek
39.0
79
7.00
Sojaschroot
41.5
73
7.10
Grondnotenmeel
43.0
76
7.60
Grondnotenkoek
43.0
76
7.85
Bondsbureau C.B.T.B.
Met 1 Jan. te Den Haag gevestigd.
Reeds meerdere mal een is door de leden
en de afdeelingen van de Chr. Boeren- en
Tuindersbond aangedrongen op het stiohten
van een eigen bondsbureau in het centrum
van- bet land met aan bet-hoofd een bonds-
secretaris. die zich geheel aan het werk
van den bond kan geven.
Dit voorjaar kwam een commissie, die
deze aangelegenheid zou overwegen, met
een voorstel gereed. Thans zijn de plannen
zoover gevorderd, dat op 1 Januari a.s. te
Den Haatr een bondsbureau geopend wordt,
aan het hoofd waarvan komt te staan een
jong rechtsgeleerde, die ook in de land
bouw aangelegenheden goed thuis is.
Benoemd is n.l. Mr. W. Rip te Hoofddorp-
Haarlemmermeer, die als secretaris van
den Bond van Chr. Jonge Boeren- en Tuin
dersorganisaties bewezen heeft dat hij op
landbouworganisatorisch gebied niet de
eerste de beste is.
Ongetwijfeld zal het te openen bureau
met zijn nieuwe secretaris medewerken tot
versteviging van den Chr. Boeren- en Tuin
dersbond in Nederland.
^oedermiddelen
Voederprijzen
Voederverhouding
Door den Rijksveeteeltconsulent voor
Drenthe, ir. W. Bakker, wordt in het
„Prentsch Landbouwblad" in een tabel een
overzicht van de prijzen van de diverse voe
dermiddelen gegeven, zooals die op dil
oogenblik genoteerd zijn.
Deze noteeringen zijn voor alle plaatsen
niet steeds aan elkander gelijk, waarmee
door de veehouders wel eenigszins rekening
mag gehouden worden.
Als de prijzen echter niet te veel van de
door mij genoemde verschillen, zullen de
conclusies er echter niet door veranderd
worden.
Naast de prijzen zijn van ieder voeder-
Voedermiddel vert. werk.
Uit deze gegevens is te berekenen dat:
1. Onder de eiwitarme voedermiddelen
roggemeel het goedkoopste is en daarna
maismeel. Hierbij moet. rekening gehouden
'orden met het feit, dat op de rogg een
toeslag van 3,— ontvangen is.
2. Onder de eiwitrijke voedermiddelen
de sojaproi'ucten goedkooper zijn dan grond
notenmeel en -koek, terwijl de lijnzaadpro
ducten het duurst zijn.
3. Onder de voedermiddelen met een ge
middeld eiwitgehalte momenteel boonen
meel wat goedkdopcr is dan palmpitmeel,
terwijl cocosmeel het duurste is.
Bij deze conclusie is geen rekening ge
houden met eventueel gunstige (of ongun
stige) nevenwerking van sommige voeder
middelen: bovendien is er reeds meermalen
op gewezen, dat afwisseling in de rantsoe
nen gewenscht is, zoodat wij meerdere voe-
dermiddolcn in het mengsel dienen op te
Voor melkkoeien kan bijv. 't volgende
mengsel heel goed dienst doen: 20 pet rog
gemeel, 15 pet maismeel, 15 pet. cocos- of
palmpitmeel. 15 pcL boonenmccl. 15 pet. lijn
meel en 20 pet. soja- of grondnotenmeel.
Wie eigen verbouwde rogge wil vervoe
deren moet een iets eiwitri'ke. meelmeng-
sel ter aanvulling nemen, bijv. 10 pet. mais-
meelj 20 pet. cocos- of palmpitmeel, 20 pet.
booneiimeel, 20 pet lijnmeel en 30 pet. soja
of grondnotenmeel
Daarnaast kan in alle gevallen aan het
meelmengsel 1 pet. geslibd krijt en een half
pet. zout worden toegevoegd.
Y^intergranen
op zandgrond
Tarwe stelt te zware eischen.
Rogge het meest geschikt.
De Rijkslaridbouwconsulent voor het Oos-
n van Friesland, ir. H- J- Witteveen, wijst
in het Friesch Landbouwblad op, dat voor
zandgrotyJ feitelijk winterrogge het meest
geschikte graan is.
Tarwe stel* veel hoogere eischen. Winter
tarwe kan alleen met succes verbouwd wor
den op structuurhoudende, onkruid vrije,
goed ontwaterde en behoorlijk vruchtbare,
niet te zure, leemhoudende zandgronden. Op
de allerbeste gronden moge de cultuur van
wintertarwe met voordeel zijn te drijven,
voor alle goede zandgronden geve men de
voorkeur aan zomertarwe.
Gerst staat ongeveer tusschen rogge en
tarwe in. maar nadert in haar eischen meer
tarwe. Een bezwaar is, dat zij eggen in
het voorjaar minder goed verdraagt, waar
door van de structuurverbeterende en on
kruidvernietigende werking met behulp van
de eg moet worden afgezien. Gerst heeft op
tarwe voor, dat ze meer winterhard is.
Rogge dient zoo mogelijk op goed bezakte
voor te worden gezaaid.
Het is dit jaar gewenscht het roggeland
tijdig te ploegen en zoo ondiep als onder de
gegeven omstandigheden mogelijk is. Voor
het ploegen zaaie men den benoodigden
kunstmest, opdat deze met den geploegden
grond gemengd wordt. Alweer met het oog
op de droogte geve men dit jaar bij voor
keur geconcentreerde meststoffen. Is de
grond erg droog, dan moet de kalibrmesting
voorloopig achterwege blijven. Kali 40
strooie men dan in den winter of in Febr.—
Maart.
Bij rijenteelt is 1.5 H.L. (ruim 100 Kg.)
ontsmet zaad per hectare voldoende als in
de eerste helft van October wordt gezaaid.
Het zaaien zelf zal ook bijzondere zorg
eischen, omdat bij machinaal zaaien de ma
chine op drogen grond dieper zal sporen en
bij breedwerpig zaaien het onder-eggen wel
licht te wenschen zal overlaten.
DOELMATIG VOEDEREN
MET
HOOGERE MELKOPBRENGST
Verpleging behoeft de rogge weinig, maar
toch is het gewas zeer dankbaar voor eenige
bewerking. Als na den winter de grond is
dichtgeslagen (en daarop is bij droog oiu-
geploegden grond veel kans) dan moet, ter
bevordering van een goede ventilatie, een
oppervlakkige bewerking worden toegepast
Het goedkoopst-geschiedt dit met de eg. Ook
dit moet evenwel met oordeel geschieden.
De eg maakt niet alleen den grond los, maai
trekt ook onkruid-planten en soms zelf rog
gepianten uit den grond. Het eerste is ge
wenscht, het laatste alleen als de stand vau
het gewas te dicht is. De wijze en de tijd
van eggen houdt dus verband met den
stand. Staat het gewas niet te dicht, dan
moet het werk zoodanig geschieden, dat al
leen onkruiden worden uitgeëgd. Dit kan ge
schieden door te eggen op een tijdstip, dat
de onkruiden nog klein zijn en dus weinig
beworteld en verder door de eg te laten
loopen. Dit bereikt men hel best door voor
het eggen het land te rollen. Eind Februari,
begin Maart is voor deze bewerkingen de
beste tijd.
Kali als lichtvervangster
In „Die Ernëhrung der Pflanze" bd 30
Heft 18, van 15 Sept. 1.1 wordt o.iü. gehan
deld over de „Werking van kali oncter ver
schillende belichtingen op de oogst van zaad
van Westerwoldsch zaai gras. Hierin komt
de schrijver, dr. Richard Sehwarz, op grond
van proefnemingen tot de belangrijke con
clusie:
dat bij ongunstige belichting der planten,
dus iu jaren arm aan zonneschijn, met
sterke kaligiften nog een aanzienlijke
oogstvermeerdering te voorschijn geroe
pen kan worden, terwijl die zelfde hoe
veelheden kali bij gunstige belichting in
verhouding tot een lagere kaligift geen
oogstvermeerdering geven. Een rijkelijk
met kali bemeste bodem is derhalve in
staat de oogst in jaren met ongunstig
weer gunstig te beïnvloeden.
Dit is geheel in overeenstemming met
wat wij enkele jaren geleden reeds
schreven aan de hand van andere onderzoe
kingen. Nu de resultaten van dr. Sehwarz
gelijkluidend zijn, meenden wij deze con
clusie nog eens te moeten herhalen.
goerderijen
stijlNew-America
Tekorf; aan trekpaarden.
In een boek over de Vcreenigde Staten
van'Emiie Schreiber, waaruit het Fransche
tijdschrift „1' Illustration" uittreksels weer
geeft. komt ook een beschrijving voor van
een bezoek dezen zomer gebracht aan do
landbouwers in ht Midden-Wsten van Ame
rika, tijdens de groote hitte die daar heeft
geheerscht en die een deel van den oogst
deed mislukken.
,,Het Nederl. Trekpaard" deelt uit deze
Uittreksels het een en ander mede,
Het zijn daar in Midden Westen van
Amerika meest allen afstammelingen van
Zweedsche, Deensche en Poólschë emigran
ten, die op middel-groote bedrijven, wonen:
Hun woningen deden den bezoeker Euro-
peesch aan, ook wat de inrichting betreft,
maar zij hebben alle één of meer badka-
ln deze streken heeft de droogte bpiten-
gewone verwoestingen aangericht, maar
ongeacht dezen tegenslag, was het moreel
van deze landbouwers ongeschokt gebleven
Zij waren alien best te spreken over presi
dent Roosevelt, die hen goed geholpen heeft
naar zij zeiden.
Maar allen, evenals de handelaren en fa
brikanten. streven er naar hun algemeene
onkosten te verlagen en bijna allen hebben
het gebruik van tractoren opgegeven, om
terug te keeren tot het gebruik van paarden
die, naar zij zeiden, zich voeden met eigen
verbouwde producten, terwijl de tractor uit
gaven van olie en benzine meebrengt.
Verrassend was het onderhoud met den
eigenaar van een kleine boerderij, die, van
hout gebouwd, er zóó schilderachtig uitzag,
dat ze herinnerde aan een Zwitsersche cha
let. De he'er Schreiber ontmoette den eige
naar in het veld langs den weg. Deze hoer,
een man van het type van president Roo
sevelt, begroette den bezoeker mot zijn
strooien hoed in de hand en vroeg hem
naar de reden van zijn komst. En toen hij
deze vernomen had, luidde het antwoord:
„Ge. treft het, want ge zult hier zien een
boerderij in dén stijl van „New-America."
Eerst werd een remise bezocht, waarin
een rijtuig, waarvan de wielen gebaad wer
den in olie, die met behulp van een benxine
lamp verhit werd. Een oud middel, zeide
de gastheer, dat velen in dit land vergeten
hebben. Maar waar ik tractor noch auto's
noch autobanden meer gebruik, moet ik zelf
wel de wielen van mijn rijtuigen ondoor
dringbaar maken, ten einde ze op natte
terreinen te kunnen gebruiken.
Iets verder bevond zich een hok voor 300
kippen. Hij haalde er een zitstok uit. Ge
ziet, zeide hij, deze zijn zóó gemaakt, dat
één man ze bewegen en schoonmaken kan.
Dit is ook het geval met de hooizolders,
waarop de eigenaar ieder oogenblik met be
hulp van een poelie kan klimmen, zooals de
Fransche boeren ook doen. Ziet ge deze
pomp: het is een handpomp. Het heeft heel
wat moeite gekost om er één in de Ver.
staten te vinden, maar ik wil geen motor
meer.
„Maar dan keert ge terug tot de werk
wijze van onze Fransche boeren?'
Ze zijn slimmer geweest dan wij. Zo
hebben het juiste gevoel gehad hun wijze
van boeren niet te veranderen maar vast
te houden aan de eenige bedrijfswijze, die
geld opbrengt. Want het doel van een be
drijf is niet om een tentoonstelling van ge-
perfectionneerde machines te zijn, maar om
opbrengsten te verkrijgen, die "de onkosten
overtreffen.
Verwonderd over de origineele ideeën van
den gastheer, vroeg de bezoeker dezen of
hij werkelijk een boer was.
Ik ben een zoon van een landbouwer. Ik
werd advocaat en zelfs lid van den Federal
Reserve Board to Washington. Ik heb de
politiek van kortbij gezien en ken die keu
ken. Ik weet waarheen ze ons land en an
dere landen geleld heeft.
Daarom heb ik met mijn laatste dollars
een terrein gekocht in mijn geboortedorp.
Met mijn jeugdervaringen ben ik doende
een landbouwbedrijf te stichten, maai één,
dat onafhankelijk wil zijn van wat in do
buitenwereld gebeurt en waar alles met de
hand zal gebeuren. F.n terwijl hij me uitge
leide deed, gaf hij mij zijn kaartje: Way-
land Welis Maggi. Sommer Hill Farm, Ber-
migton Nebraska.
Tot zoover het bedoelde artikel, schrijft
het blad. En zonder nu te willen beweren
dat alle Amerikanen in hun afkeer zoover
gaan als de hier genoemde, een feit is, dat
men ginds in toenemende mate aandacht
besteedt aan de paardentraclie en er sedert
1932 zoowel in de V. S. als in Canada een
toenemende vraag is naar vooral zware
trekpaarden. liet kan verkeeren, zei Brede-
rodè. En dit woord is dus ook wel toepasse
lijk gebleken, waar het betreft de gunst, die
paard en motor in den landbouw in de we
reld genoten. Nam vóór 1932 liet aantal
paarden in de Ver. Staten als gevolg van
het toenemend gebruik van den motor
steeds af, sedert is de toename van vraag
naar paarden opvallend. Zoo zelfs, dat
ginds thans een groot tekort bestaat aan
krachtige trekpaarden, terwijl nu ook een
tekort aan hengsten, waarvan liet aantal in
de Prairieprovinciën tusschen 1930 en 1932
met S000 terugliep, gevoeld wordt.
Zij, die ondanks alles in de toekomst van
het paard bleven gelooven. worden dus door
de feiten thans in het gelijk gesteld.
Ontvangen - geschri ien
Reeds meerdere malen wezen we op dit
inderdaad mooie maandblad voor liefheb
bers van bloemen en planten en van da
vrije natuur.
Ook het November-nummer munt weer
uit door vele buitengewoon mooie foto's en
keurige, vlotgeschreven leerzame artikelen.
Neem dat eerste artikel van Jan P. Strij-
bos. De naam zegt al dat Imt over vogels
gaat. Hoe interessant is de beschrijving van
trekvogel-fotografie. Het artikel van d^i
uitgever-redacteur A. J. Herwig over ,De
tuin van den liefhebber" is niet alleen vlot
geschreven, doch vol leerzame gegevens,
vooral voor hen die een vijver in hun tuin
willen hebben. Eu dan die uitvoerige vra-
genbus! Daar valt lieel wat uit op te doen.
Op mooi papier met duidelijke letter ge
drukt is dit maandblad ook typografisch
een knap stukje werk.
Prima schoongemaakte
voor kasverwarming, afraste
ring, waterleiding, stalpalen enz.
In alle diameters en in ieder
kwantum voorhanden.
Afrasteringsbuizen worden van
geboorde gaten voorzien om
draad door te trekken.
„TUBUS" Hindil-lliiMliippi Hl
Veerschedijk C 271a
Hendrik-ldo-Ambacht
TeL Dordrecht 6475. Na 6 u. 3193 Oordt
j-Joe zullen wij ons vee
in den winter voederen?
De Rijksveeteeltconsulent voor Zuid-Hol
land schrijft:
De staltijd is nabij en het is in dezen tijd
meer dan ooit noodzakelijk, dat iedere vee
houder zoo voordeelig mogelijk door den
winter tracht te komen. Het is noodig, dat
hij zijn dieren zoo goed en voordeelig moge
lijk voert.
Wenscht men in Zuid-Holland inlichtin
gen over de voeding van zijn dieren, dan
kan men zich steeds wenden tot den Rijks-,
veeteeltconsulent, ir. P. Verhoeven, Emma-
straat 211, te 's-Gravenhage. Deze zal Ui-
gaarne gratis advies verstrekken.
Om echter de adviezen zoo goed mogelijk
aan het gestelde doel te doen beantwoorden
is het noodig, dat de veehouders het vol-,
gende opgeven:
1. De melkgift van de dieren.
2. Het gewicht en de leeftijd van do die
ren.
3. De voorraden veevoer, die in het eigen
bedrijf aanwezig" zijn.
4. De prijzen van de belangrijkste voeder-
middelen in hun omgeving.
Van varkens geve men op of het fok- o{
mestvarkens zijn en de gewichten.
(Medegedeeld door het Centraal Bureau)f
Voerartikelen
De maisóaarkt is in den loop van de vo
rige week nog verder ingezakt tengevolge
van de lagere buitenlandsche noteeringen,
alsmede door de aandieningen in 'dé termijn
markt. Toen echter aan het eind der week
de noteeringen hooger afkwamen en de aan,
dieningen od de termijnmarkt niet meer zoo
groot .varen, gingen de prijzen hier eenige
guldens omhoog.
Ook de gerstprijzen hadden hetzelfde ver
loop. Vooral in voorjaarslevering kwamen
eenige zaken tot stand. De tarwe en rogge-
prijzen waren in het begin der week hoogec
dan aan het eind, hoewel voor deze artike
len weinig vraag bestaat
De buitengewoon lage lijnzaadnotëerin-
gen deden de prijzen van inlandsche lijn
koeken nog verder terugloopen, terwijl op
dit lagere prijspeil weer meerdere kooplust
kwam. Ook Amerikaansche lijnkoeken zijn
een kleinieheid in prijs gedaald. Verdec
zijn de producten van Zwijndrecht tw,
grondnotenkock, cocoskoek, palmpitkoek,
alsmede soyaschroot, allo 25 ct lager ge
noteerd.
Meststoffen!
Stikstofmeststoffen. De toestand
op de stikstofmarkt blijft onveranderd rus
tig. Hier en daar in het Zuiden des land9
beginnen landbouwvereenigingen prijzen tö
vragen, doch het is nog niet van beteeke-
nis, wat er gekocht wordt.
Thomasmeel. De markt is rustig; eü
ging in de afgeloopen week weinig om. Op
merkelijk is, dat de markt zoon langen tijd
in evenwicht blijft, terwijl toch de alge
meene toestand van de wereld er nog niet
duidelijker op is geworden, zelfs nog on
zekerder.
Superfosfaat Er gaat zeer weinig
om. Men verkeert in het algemeen in rus
tige afwachting.
Wij hebben een lange reeks van maanden
reeds „gezeurd" over het uitblijven van het
Verslag over den Landbouw 1932.
Reet is meer dan een jaar, geloof ik.
In de laatste maanden, zoo van April af,
als ik me wel herinner, zijn we telkens weer
op deze ergerlijke nalatigheid van het Depar
tement van Economische Zaken, Directie van
den Landbouw gaan wijzen maar tot dusver
zonder een enkel resultaat
Th de laatste paar weken zijn ook andere
Ji laden'op dit traagheidseuvel van de Bezui-
<111111 jutscheweg gaan wij zen.
Nu las ik in een dier bladen oen ingezon
den s uk van Dr. J. IT. van Zanten, het hoofd
.-.ii l ot Statistisch Bureau der gemeente Am
t en'am, die de vraag stelt of het niet hoe
1;' c hoe meer blijkt dat het samenstellen
HET VERSLAG OVER DEN LAND
BOUW NIET BIJ DE DIRECTIE
VAN DEN LANDBOUW THUIS
HOORT
maar beter kan overgebracht worden naar
licl Cent aal Bureau voor de Statistiek Daar
lica. aijtt in de laatste kwarteeuw alle rijks
statistieken overgebracht. En daar loopt het
vlot Die verschijnen geregeld. Daar wordt
gewerkt door personeel, dat gewoon is zulk
werk te verrichten.
En waarom zou het met de statistieken
over land- en tuinbouw ook niet kunnen?
Wij herhalen, wat we reeds eerder schreven:
tot 192S liep het heel goed. Maar toen de per
soon, die toen de leiding had bij het samen
stellen van het Verslag, vertrok en minister
Ruys in een bezuinigingsbui geen opvolger
wilde benoemen, is de misère begonnen en
komen do verslagen hoe langer trager.
In deze tijd zou vlugger werken zelfs vlug
ger dan voor 1928 zeer gewenscht zijn.
Zooals het misschien ook meer geweascht
zou zijn, dat er wat meer rekening gehouden
werd met het feit, dat
HET VEE, DAT NU AFGESLACHT
ZAL WORDEN DE MINSTE MELK
GEEFT.
Wij blijven beslist tegenstander van de af-
slachtmethode, zooals die nu toegepast zal
worden en die de volgende week reeds weer
begint.
Voorloopig zal wel met ander dan jong
drachtig vee genoegen genomen worden,
rloch alleen nog maar in deze maand en dan
nog vee, dat nog niet afgewisseld heeft, dus
heel jong vee. Eerlijk gezegd, wij begrijpen
niet, waarem men om de melkstroom te stui
ten het jongvee neemt, dat voor de eerste
maal in de productie zal komen of het nog
maar kort is; wat zin of het heeft tot deze
onnatuurlijke afslachting over te gaan.
Waarom neemt men niet de koeien, die de
grootste melkgiften produceeren de vijf- en
zesjarige. Er moeten deugdelijke rede
nen opgegeven worden waarom men deze
jonge dieren gaat afslachten. Anders wordt
deze afslachting, die toch al niet populair is,
een reden te meer om (en nu oJ. met recht)
het optreden van lezen minister ernstig te
becritiseeren.
En
HET NORMALE VLEESCHVER
BRUIK ZAL DOOR DE ACCIJNS
VERLAGING NIET BEDUIDEND
GESTIMULEERD WORDEN
wordt door de slagers beweerd. Het vleesch-
verbruik is bij ons al laag. Lager dan in De
nemarken, Engeland en Frankrijk, waar het
resp. 26, 28,7 en 27 K.G. per hoofd en per jaar
bedroeg in 1930, terwijl het bij ons in dat
jaar slechts 17.9 K.G. bedroeg. Dat daalde in
1931 tot 15.8 K.G. en is in '33 wel weer geste
gen tot 19.3 K.G. doch zal volgens berekenin
gen in 1934 niet meer dan 14.9 K.G. bedragen.
even groot aantal zou bewerkstelligen.
Maar de verlaging van do 10 pet. heffing
die 1 November intrad zal op het vleesch
maar 5 cent per K.G. beteekenen. Door een
prijsverlaging van 2% cent per pond zal het
vleeschverbruik niet of niet merkbaar toene
men.
Zelfs is het heel goed mogelijk, dat dnnr
de afname, die 12 Nov. begint, de prijzen
op de slachtveemarkt gaan stijgen en daar
mede vervalt dan ook het kleine voordeeltje,
dat de 10 pet. accijnsverlaging zou brengen.
Men loopt zelfs de kans, dat door de gtijeing
der veeprijzen de vleeschprijzen zullen op-
loopen. Dat zou niet het gewenschte resul
taat zijn.
Dat is het ook niet in Engeland, waar ze
om mond- en klauwzeer te weren sedert
1926 peeii versch vleesch meer uit Neder
land en andere Europeesche landen wilden
laten invoeren.
Dat was maar een doekje voor het bloo
den, een zeer gozochte reden dus. 't Heeft
trouwens ook geen resultaat gehad, want
IN ENGELAND HEERSCHT THANS
IN HEVIGE MATE MOND- EN-
KLAUWZEER,
nl. in Lincolnshire, een der belangrijkste
landbouwgebieden van Engeland. De kwaal
is er thans zóo erg. als men nog nooit heeft
meegemaakt, wordt bericht. En nu gaat
men daar het oud systeem van Nederland
het afniaaksysteem, toepassen. Zoo is reeds
r»i,o a kt a** Töoö -o—- op last van den Minister van Landbouw een
2?ïïlf airVWanneer hoeveelheid vee ter waarde van 10.000 af
de consumptie met 4 K.G. toenam zon Hu gesiachl. Vele boeren worden met den on
een meerdere opruiming van het slachtvee dergang bedreigd.
met 128.000 beteekenen, wat natuui lijk de af-Ondanks alle voorzorgsmaatregelen is de
name van het melkvee met ongeveer eea( ziekte buitengewoon snel toegenomen.
Een versterkte politiemacht is opgeroepen
om de inspecteurs vau het Ministerie van
Landbouw te assisteeren.
Zoo krijgt men dus ingrijpen in de hoe
veelheid vee, zonder dat de mensch dit doet.
't Zijn tegenwoordig allerlei problemen
en moeilijkheden en ik vraag wel eens,
waar we over zouden moeten schrijven als
de crisis er niet was.
Zoo geeft de
ook al weer problemen. Alleen in Hollands
Bloembollenhuis te Lisse. de grootste vei
ling in de bollenstreek, liggen pl.m. 8.000.000
tulpebollen van zift 11 en 12 (omtrek in
centimeters) opgeslagen. Er liggen pl.m.
750 000 hyacinthen-van zift 19, pl.m. 300.000
van zift 18, pl.ni 200.000. van zift 17, pl.m.
200.000, van zift 16 en pl.m. 250.000 van
2ift 15.' Verder zijn er ruim 3.000.000 narcis
sen in diverse variëteiten te vinden. Alles
tezamen dus plm. 13 millioen bollen!
Maar er zijn er meer, want deze cijfers
zijn alleen maar van die variëteiten, die een
groot surplus hebben. En zoo gaat het in
andere veilingen ook. Men kan dus wel
zeggen, dat er 28 30 millioen onverkoop
bare bloembollen liggen.
Wat er mee te doen? In de stadsparken
planten voor het publiek on voor reclame
zult ge zeggen. Dat doen ze in het buiten
land ook. Onze kweekers geven jaarlijks
een bepaald bedrag ten bate van een fonds
voor het voeren van „onpersoonlijke" re
clame en daaruit worden in het buitenland
in 'e stadsparken groote hoeveelheden Hol-
landsche bloembollen geplant
Maar in ons land is het anders. Zoo hoo-
ren we, dat in Haarlem, de stad der bloem*
bollen zou men zeggen, 20.000 Darwintulpen
geplant zouden worden, doch de Sierteelt
centrale heeft een spaak in het wiel gesto
ken door de waarlelooze tulpebollen, dia
met het oog op de a.s. bloemententoonstel
ling te Heemstede volgend voorjaar toch
zoo'n schitterende propaganda voor het ge
bruis van bloembollen zouden hebben ge
maakt. te weigeren.
De eene crisisinstelling maakt het de an
dere last if.
Er is geen eenheid.
Zooals er helaas ook geen eenheid is bij
onze laiKibouwboek hou d bu reaux.
Dat ia wel jammer, want wat het
betreft, dit is percentsgewijze beduidend
hooger dar. in andere landen van Europa,
bijna eens zoo hoog als in hot op ons vol
gend land, Schotland, en vier-, vijfmaal zoo
hoog als in Denemarken en Duitschland.
Maar met al die boekhoudburoaux staan
we toch bii de andere landen ten achter,
omdat we missen een centrale behandeling
der gegevens. Als men de gegevens, die de
boekhoud bureaux elk jaar publiceeren, be
ziet, dan merkt men het. Het eene bureau
doet het zus, het andere zoo. Dat is niet
bevorderlijk voor een goed en vlot over
zicht.
Dat moet anders worden.
Er is niet zooveel kunst aan om er een
heid in te krijgen. taten ze maar eens over
leg met elkaar plegen.
Tot de volgende week
PRAATJESMAKER