O Onze Zuivelpolitiek DIJKSTRAs KOEIENMEEL VLAMPIJPEN NS PRAATUURTJE lAND- EE TUINBOUW No. 262 BEWEZEN!! Ad verteeren in „LAND- EN TUINBOUW" heeft succes WOENSDAG 7 NOVEMBER 1934 ,Land- en Tuinbouw" bereikt duizenden boeren en tuinders Interview met oud-minister Posthuma Over de nieuwe regeling van het melk- vraagstuk heeft 't „Vaderland" de meening gevraagd van dr F. E. Posthuma, oud-voor zitter van de F.N.Z. Maar de oud-minister vond. dat het nog te vroeg was om een defi nitieve meening uit te spreken daar men over allerlei belang rijke punten nog voldoende ingelicht tvas. Op de vraag ech ter of naar het oor deel van Z. Excel lentie er afgeslacht moet worden of dat de melkvloed niet op andere wijze be perkt kan worden, daar het toch wel zijn meening zou zijn dat ctr te veel melk geproduceerd wordt, antwoordde hij: Ik hen daar volstrekt niet zeker van. Bij verminderen van prijs is liet zeer goed mogelijk, dat het binnenlandsche verbruik zich zoodanig zou ontwikkelen, dat er geen teveel meer zou zijn en aan den anderen kant zullen ai diegenen, die meenen, dat de tijd, waarin wij thans leven, slechts een overgangsperiode is en dat het wel weer tot normaler handelsverkeer zal komen, toegeven, dat wij ons in deze uitzonderlijke periode eenigo offers moeten getroosten om onze positie op de buitenlandsche markten te handhaven, Zelfs in. Engeland? Zelfs m EngelandI Bij een geregelder uitvoer naar Engeland zouden ae aldaar geleden verliezen overigens heel wat gerin ger geweest zijn. De Nederlandsche boter kan daar concurreeren met de Deensche en de prijs zou dan ook ongeveer even hoog moeten zijn. Daartoe zouden wij echter een min of meer gestabiltseerden export naar dit laud moeten hebben. In plaats daarvan i heeft men dit jaar betrekkelijk zeer groote hoeveelheden boter naar Londen gezonden in de zomermaanden, waar ze toen tot het. prijsniveau van de Russische en Letland-' sche boter is ingezakt; in den winter ech ter konden wij onze positie niet handhaven. Dit he^ft niet alleen ten gevolge gehad, dat er veel meer verloren werd op dien export dan noodig ware geweest, maar misschien is daardoor ook minder bereikt voor een geregel den afzet van onze boter in de komende jaren. Dr. Posthuma is van oordeel, dat ook als we aannemen dat er afgeslacht moet wor den en dat de melkproductie naar omlaag moet; - dan- nog -is- het niet juist, dit-over het geheele land gelijkmatig te doen. Ik weet nog niet, in hoeverre de Regeering rekening wil houden met de groote ver schillen van streek tot streek, maar zeker is het. dat het bekende domme potlood, dat overal dezelfde 10 procent vermindering zou eischen, in dit geval wel buitengewoon dom zou handelen. In de eerste plaats zijn cï nog heele streken in ons land, waar de boer eigenlijk alleen maar leven kan van het melkvee en er zijn ook nog heel wat boerderijen, waar in de laatste jaren vol strekt geen vermeerdering in den vee stapel is ingetreden, zoodat men daar in ieder geval onschuldig is aan de toenemen de melkproductie. Hier komen wij dan te staan voor de kwestie van de consumptiemelk. Het melk- verbruik in de groote steden is des winters even groot als in den zomer. De koe echter trekt zich daar niots van aan en levert onder normale omstandigheden in den zomer veel meer melk dan in den winter. Wat moet de boer nu doen, die het heele jaar door ongeveer dezelfde hoeveelheid melk wil leveren voor do steden? Tegen j het begin van den winter moet hij koeien j koopen die pas afgekalfd hebben en daar- I voor een vrij hoogen prijs betalen; tegen het voorjaar zal hij die dieren weer met verlies van de hand doen. Dit is nog niet genoeg: hij zal daarenboven in den winter schrikkelijk veel krachtvoeder aan zijn heesten voederen. Het is zeer de vraag, of de boer daarop verdient Waarschijnlijk zou hot voor de consumptiemelkboeren zelfs een voordeel zijn, als zij tot een meer nor maal bedrijfstype konden terugkeeren. Dat er vooral in Zuid-Holland te veel i gevoederd wordt lijkt waarschijnlijk. Dit wordt nu echter in de hand gewerkt door de instelling van het officieel erkende en beschermende consumptiemelkgebied. Vroe ger kwam er 's winters nog heel wat melk uit de kaasstreken, waar men in den zomer zeer veel wegwerkte in de kaas- fabrieken en men 's winters dan van den hoogeren prijs der consumptiemelk wilde profiteeren. Thans i9 dit kaasgebied echter ook van de melkvoorziening der groote steden uitgesloten. Daardoor krijgt men steeds oneconomischer bedrijven in het beschermde gebied rond die steden. Gevaar dat de boeren in andere streken dan meer krachtvoer zouden gaan voederen acht de oud-minister niet zoo groot, omdat er nog een ander middel aangewend kan worden om de seizoenschommelingen in de productie met het verbruik te doen overeen stemmen. Men zou namelijk eens systema tisch werk moeten maken van een propa- ganda onder de boeren voor rationeeler ge bruik der meJk. 's Zomers een grooter percentage van de melk naar de kaasfabriek; 's winters een grooter percentage naar de boterfabriek. Daarnaast een gelijk aandeel van de heele veehouderij in de melkproductie van de steden. Waar het zomersche gebied van de stadsvoorziening in den winter niet meer toereikend is, zou men uit verder afgelegen streken moeten importeeren. Op die wijze wordt het mogelijk, een gelijktijdige pro ductie te verkrijgen over het heele jaar en ook over het heele land. Wat de export betreft is Dr. P. van mee ning, dat er nog wel eens betere tijden voor den internationalen handel zullen terugkeeren. Nederland moet, naar zijn oordeel, zich niet binnen zijn grenzen terugtrekken. Op de binnenlandsche markt is door goed gevoerde propaganda nog wel wat te be reiken. En het gedwongen huwelijk tusschen margarine en boter zou nu zoo spoedig mo gelijk moeten worden ontbonden. Beide partijen zouden daar wel bij varen: de margarine zou niet langer moeten bij dragen in den steun voor de boter en de boter zou haar natuurlijke markt terug krijgen. Met een vaste prijsverhouding na tuurlijk: f 1.50 voor een kilo boter en f 1 voor een kilo margarine b.v. eiwit waarde 100 kg. Maismeel 6.6 82 5.75 Rijstvoedermeel 6.7 76 6.30 Havermeel 7 2 60 7.40 Gerstmeel 7.4 73 7.20 Roggemeel 8.7 71 5.00 Tarwezemelen 9.4 42 6.30 Palmpitmeel 13.7 76 6.60 Cocosmeel 16.0 79 7.60 Boonenmeel 19.3 68 6.90 Lijnzaadschilfers 30.0 73 8.40 Lijnkoek n 26.0 75 8.558.SC Lijnmeel 30.0 73 8.00 Sojameel 39.0 79 7.30 Sojakoek 39.0 79 7.00 Sojaschroot 41.5 73 7.10 Grondnotenmeel 43.0 76 7.60 Grondnotenkoek 43.0 76 7.85 Bondsbureau C.B.T.B. Met 1 Jan. te Den Haag gevestigd. Reeds meerdere mal een is door de leden en de afdeelingen van de Chr. Boeren- en Tuindersbond aangedrongen op het stiohten van een eigen bondsbureau in het centrum van- bet land met aan bet-hoofd een bonds- secretaris. die zich geheel aan het werk van den bond kan geven. Dit voorjaar kwam een commissie, die deze aangelegenheid zou overwegen, met een voorstel gereed. Thans zijn de plannen zoover gevorderd, dat op 1 Januari a.s. te Den Haatr een bondsbureau geopend wordt, aan het hoofd waarvan komt te staan een jong rechtsgeleerde, die ook in de land bouw aangelegenheden goed thuis is. Benoemd is n.l. Mr. W. Rip te Hoofddorp- Haarlemmermeer, die als secretaris van den Bond van Chr. Jonge Boeren- en Tuin dersorganisaties bewezen heeft dat hij op landbouworganisatorisch gebied niet de eerste de beste is. Ongetwijfeld zal het te openen bureau met zijn nieuwe secretaris medewerken tot versteviging van den Chr. Boeren- en Tuin dersbond in Nederland. ^oedermiddelen Voederprijzen Voederverhouding Door den Rijksveeteeltconsulent voor Drenthe, ir. W. Bakker, wordt in het „Prentsch Landbouwblad" in een tabel een overzicht van de prijzen van de diverse voe dermiddelen gegeven, zooals die op dil oogenblik genoteerd zijn. Deze noteeringen zijn voor alle plaatsen niet steeds aan elkander gelijk, waarmee door de veehouders wel eenigszins rekening mag gehouden worden. Als de prijzen echter niet te veel van de door mij genoemde verschillen, zullen de conclusies er echter niet door veranderd worden. Naast de prijzen zijn van ieder voeder- Voedermiddel vert. werk. Uit deze gegevens is te berekenen dat: 1. Onder de eiwitarme voedermiddelen roggemeel het goedkoopste is en daarna maismeel. Hierbij moet. rekening gehouden 'orden met het feit, dat op de rogg een toeslag van 3,— ontvangen is. 2. Onder de eiwitrijke voedermiddelen de sojaproi'ucten goedkooper zijn dan grond notenmeel en -koek, terwijl de lijnzaadpro ducten het duurst zijn. 3. Onder de voedermiddelen met een ge middeld eiwitgehalte momenteel boonen meel wat goedkdopcr is dan palmpitmeel, terwijl cocosmeel het duurste is. Bij deze conclusie is geen rekening ge houden met eventueel gunstige (of ongun stige) nevenwerking van sommige voeder middelen: bovendien is er reeds meermalen op gewezen, dat afwisseling in de rantsoe nen gewenscht is, zoodat wij meerdere voe- dermiddolcn in het mengsel dienen op te Voor melkkoeien kan bijv. 't volgende mengsel heel goed dienst doen: 20 pet rog gemeel, 15 pet maismeel, 15 pet. cocos- of palmpitmeel. 15 pcL boonenmccl. 15 pet. lijn meel en 20 pet. soja- of grondnotenmeel. Wie eigen verbouwde rogge wil vervoe deren moet een iets eiwitri'ke. meelmeng- sel ter aanvulling nemen, bijv. 10 pet. mais- meelj 20 pet. cocos- of palmpitmeel, 20 pet. booneiimeel, 20 pet lijnmeel en 30 pet. soja of grondnotenmeel Daarnaast kan in alle gevallen aan het meelmengsel 1 pet. geslibd krijt en een half pet. zout worden toegevoegd. Y^intergranen op zandgrond Tarwe stelt te zware eischen. Rogge het meest geschikt. De Rijkslaridbouwconsulent voor het Oos- n van Friesland, ir. H- J- Witteveen, wijst in het Friesch Landbouwblad op, dat voor zandgrotyJ feitelijk winterrogge het meest geschikte graan is. Tarwe stel* veel hoogere eischen. Winter tarwe kan alleen met succes verbouwd wor den op structuurhoudende, onkruid vrije, goed ontwaterde en behoorlijk vruchtbare, niet te zure, leemhoudende zandgronden. Op de allerbeste gronden moge de cultuur van wintertarwe met voordeel zijn te drijven, voor alle goede zandgronden geve men de voorkeur aan zomertarwe. Gerst staat ongeveer tusschen rogge en tarwe in. maar nadert in haar eischen meer tarwe. Een bezwaar is, dat zij eggen in het voorjaar minder goed verdraagt, waar door van de structuurverbeterende en on kruidvernietigende werking met behulp van de eg moet worden afgezien. Gerst heeft op tarwe voor, dat ze meer winterhard is. Rogge dient zoo mogelijk op goed bezakte voor te worden gezaaid. Het is dit jaar gewenscht het roggeland tijdig te ploegen en zoo ondiep als onder de gegeven omstandigheden mogelijk is. Voor het ploegen zaaie men den benoodigden kunstmest, opdat deze met den geploegden grond gemengd wordt. Alweer met het oog op de droogte geve men dit jaar bij voor keur geconcentreerde meststoffen. Is de grond erg droog, dan moet de kalibrmesting voorloopig achterwege blijven. Kali 40 strooie men dan in den winter of in Febr.— Maart. Bij rijenteelt is 1.5 H.L. (ruim 100 Kg.) ontsmet zaad per hectare voldoende als in de eerste helft van October wordt gezaaid. Het zaaien zelf zal ook bijzondere zorg eischen, omdat bij machinaal zaaien de ma chine op drogen grond dieper zal sporen en bij breedwerpig zaaien het onder-eggen wel licht te wenschen zal overlaten. DOELMATIG VOEDEREN MET HOOGERE MELKOPBRENGST Verpleging behoeft de rogge weinig, maar toch is het gewas zeer dankbaar voor eenige bewerking. Als na den winter de grond is dichtgeslagen (en daarop is bij droog oiu- geploegden grond veel kans) dan moet, ter bevordering van een goede ventilatie, een oppervlakkige bewerking worden toegepast Het goedkoopst-geschiedt dit met de eg. Ook dit moet evenwel met oordeel geschieden. De eg maakt niet alleen den grond los, maai trekt ook onkruid-planten en soms zelf rog gepianten uit den grond. Het eerste is ge wenscht, het laatste alleen als de stand vau het gewas te dicht is. De wijze en de tijd van eggen houdt dus verband met den stand. Staat het gewas niet te dicht, dan moet het werk zoodanig geschieden, dat al leen onkruiden worden uitgeëgd. Dit kan ge schieden door te eggen op een tijdstip, dat de onkruiden nog klein zijn en dus weinig beworteld en verder door de eg te laten loopen. Dit bereikt men hel best door voor het eggen het land te rollen. Eind Februari, begin Maart is voor deze bewerkingen de beste tijd. Kali als lichtvervangster In „Die Ernëhrung der Pflanze" bd 30 Heft 18, van 15 Sept. 1.1 wordt o.iü. gehan deld over de „Werking van kali oncter ver schillende belichtingen op de oogst van zaad van Westerwoldsch zaai gras. Hierin komt de schrijver, dr. Richard Sehwarz, op grond van proefnemingen tot de belangrijke con clusie: dat bij ongunstige belichting der planten, dus iu jaren arm aan zonneschijn, met sterke kaligiften nog een aanzienlijke oogstvermeerdering te voorschijn geroe pen kan worden, terwijl die zelfde hoe veelheden kali bij gunstige belichting in verhouding tot een lagere kaligift geen oogstvermeerdering geven. Een rijkelijk met kali bemeste bodem is derhalve in staat de oogst in jaren met ongunstig weer gunstig te beïnvloeden. Dit is geheel in overeenstemming met wat wij enkele jaren geleden reeds schreven aan de hand van andere onderzoe kingen. Nu de resultaten van dr. Sehwarz gelijkluidend zijn, meenden wij deze con clusie nog eens te moeten herhalen. goerderijen stijlNew-America Tekorf; aan trekpaarden. In een boek over de Vcreenigde Staten van'Emiie Schreiber, waaruit het Fransche tijdschrift „1' Illustration" uittreksels weer geeft. komt ook een beschrijving voor van een bezoek dezen zomer gebracht aan do landbouwers in ht Midden-Wsten van Ame rika, tijdens de groote hitte die daar heeft geheerscht en die een deel van den oogst deed mislukken. ,,Het Nederl. Trekpaard" deelt uit deze Uittreksels het een en ander mede, Het zijn daar in Midden Westen van Amerika meest allen afstammelingen van Zweedsche, Deensche en Poólschë emigran ten, die op middel-groote bedrijven, wonen: Hun woningen deden den bezoeker Euro- peesch aan, ook wat de inrichting betreft, maar zij hebben alle één of meer badka- ln deze streken heeft de droogte bpiten- gewone verwoestingen aangericht, maar ongeacht dezen tegenslag, was het moreel van deze landbouwers ongeschokt gebleven Zij waren alien best te spreken over presi dent Roosevelt, die hen goed geholpen heeft naar zij zeiden. Maar allen, evenals de handelaren en fa brikanten. streven er naar hun algemeene onkosten te verlagen en bijna allen hebben het gebruik van tractoren opgegeven, om terug te keeren tot het gebruik van paarden die, naar zij zeiden, zich voeden met eigen verbouwde producten, terwijl de tractor uit gaven van olie en benzine meebrengt. Verrassend was het onderhoud met den eigenaar van een kleine boerderij, die, van hout gebouwd, er zóó schilderachtig uitzag, dat ze herinnerde aan een Zwitsersche cha let. De he'er Schreiber ontmoette den eige naar in het veld langs den weg. Deze hoer, een man van het type van president Roo sevelt, begroette den bezoeker mot zijn strooien hoed in de hand en vroeg hem naar de reden van zijn komst. En toen hij deze vernomen had, luidde het antwoord: „Ge. treft het, want ge zult hier zien een boerderij in dén stijl van „New-America." Eerst werd een remise bezocht, waarin een rijtuig, waarvan de wielen gebaad wer den in olie, die met behulp van een benxine lamp verhit werd. Een oud middel, zeide de gastheer, dat velen in dit land vergeten hebben. Maar waar ik tractor noch auto's noch autobanden meer gebruik, moet ik zelf wel de wielen van mijn rijtuigen ondoor dringbaar maken, ten einde ze op natte terreinen te kunnen gebruiken. Iets verder bevond zich een hok voor 300 kippen. Hij haalde er een zitstok uit. Ge ziet, zeide hij, deze zijn zóó gemaakt, dat één man ze bewegen en schoonmaken kan. Dit is ook het geval met de hooizolders, waarop de eigenaar ieder oogenblik met be hulp van een poelie kan klimmen, zooals de Fransche boeren ook doen. Ziet ge deze pomp: het is een handpomp. Het heeft heel wat moeite gekost om er één in de Ver. staten te vinden, maar ik wil geen motor meer. „Maar dan keert ge terug tot de werk wijze van onze Fransche boeren?' Ze zijn slimmer geweest dan wij. Zo hebben het juiste gevoel gehad hun wijze van boeren niet te veranderen maar vast te houden aan de eenige bedrijfswijze, die geld opbrengt. Want het doel van een be drijf is niet om een tentoonstelling van ge- perfectionneerde machines te zijn, maar om opbrengsten te verkrijgen, die "de onkosten overtreffen. Verwonderd over de origineele ideeën van den gastheer, vroeg de bezoeker dezen of hij werkelijk een boer was. Ik ben een zoon van een landbouwer. Ik werd advocaat en zelfs lid van den Federal Reserve Board to Washington. Ik heb de politiek van kortbij gezien en ken die keu ken. Ik weet waarheen ze ons land en an dere landen geleld heeft. Daarom heb ik met mijn laatste dollars een terrein gekocht in mijn geboortedorp. Met mijn jeugdervaringen ben ik doende een landbouwbedrijf te stichten, maai één, dat onafhankelijk wil zijn van wat in do buitenwereld gebeurt en waar alles met de hand zal gebeuren. F.n terwijl hij me uitge leide deed, gaf hij mij zijn kaartje: Way- land Welis Maggi. Sommer Hill Farm, Ber- migton Nebraska. Tot zoover het bedoelde artikel, schrijft het blad. En zonder nu te willen beweren dat alle Amerikanen in hun afkeer zoover gaan als de hier genoemde, een feit is, dat men ginds in toenemende mate aandacht besteedt aan de paardentraclie en er sedert 1932 zoowel in de V. S. als in Canada een toenemende vraag is naar vooral zware trekpaarden. liet kan verkeeren, zei Brede- rodè. En dit woord is dus ook wel toepasse lijk gebleken, waar het betreft de gunst, die paard en motor in den landbouw in de we reld genoten. Nam vóór 1932 liet aantal paarden in de Ver. Staten als gevolg van het toenemend gebruik van den motor steeds af, sedert is de toename van vraag naar paarden opvallend. Zoo zelfs, dat ginds thans een groot tekort bestaat aan krachtige trekpaarden, terwijl nu ook een tekort aan hengsten, waarvan liet aantal in de Prairieprovinciën tusschen 1930 en 1932 met S000 terugliep, gevoeld wordt. Zij, die ondanks alles in de toekomst van het paard bleven gelooven. worden dus door de feiten thans in het gelijk gesteld. Ontvangen - geschri ien Reeds meerdere malen wezen we op dit inderdaad mooie maandblad voor liefheb bers van bloemen en planten en van da vrije natuur. Ook het November-nummer munt weer uit door vele buitengewoon mooie foto's en keurige, vlotgeschreven leerzame artikelen. Neem dat eerste artikel van Jan P. Strij- bos. De naam zegt al dat Imt over vogels gaat. Hoe interessant is de beschrijving van trekvogel-fotografie. Het artikel van d^i uitgever-redacteur A. J. Herwig over ,De tuin van den liefhebber" is niet alleen vlot geschreven, doch vol leerzame gegevens, vooral voor hen die een vijver in hun tuin willen hebben. Eu dan die uitvoerige vra- genbus! Daar valt lieel wat uit op te doen. Op mooi papier met duidelijke letter ge drukt is dit maandblad ook typografisch een knap stukje werk. Prima schoongemaakte voor kasverwarming, afraste ring, waterleiding, stalpalen enz. In alle diameters en in ieder kwantum voorhanden. Afrasteringsbuizen worden van geboorde gaten voorzien om draad door te trekken. „TUBUS" Hindil-lliiMliippi Hl Veerschedijk C 271a Hendrik-ldo-Ambacht TeL Dordrecht 6475. Na 6 u. 3193 Oordt j-Joe zullen wij ons vee in den winter voederen? De Rijksveeteeltconsulent voor Zuid-Hol land schrijft: De staltijd is nabij en het is in dezen tijd meer dan ooit noodzakelijk, dat iedere vee houder zoo voordeelig mogelijk door den winter tracht te komen. Het is noodig, dat hij zijn dieren zoo goed en voordeelig moge lijk voert. Wenscht men in Zuid-Holland inlichtin gen over de voeding van zijn dieren, dan kan men zich steeds wenden tot den Rijks-, veeteeltconsulent, ir. P. Verhoeven, Emma- straat 211, te 's-Gravenhage. Deze zal Ui- gaarne gratis advies verstrekken. Om echter de adviezen zoo goed mogelijk aan het gestelde doel te doen beantwoorden is het noodig, dat de veehouders het vol-, gende opgeven: 1. De melkgift van de dieren. 2. Het gewicht en de leeftijd van do die ren. 3. De voorraden veevoer, die in het eigen bedrijf aanwezig" zijn. 4. De prijzen van de belangrijkste voeder- middelen in hun omgeving. Van varkens geve men op of het fok- o{ mestvarkens zijn en de gewichten. (Medegedeeld door het Centraal Bureau)f Voerartikelen De maisóaarkt is in den loop van de vo rige week nog verder ingezakt tengevolge van de lagere buitenlandsche noteeringen, alsmede door de aandieningen in 'dé termijn markt. Toen echter aan het eind der week de noteeringen hooger afkwamen en de aan, dieningen od de termijnmarkt niet meer zoo groot .varen, gingen de prijzen hier eenige guldens omhoog. Ook de gerstprijzen hadden hetzelfde ver loop. Vooral in voorjaarslevering kwamen eenige zaken tot stand. De tarwe en rogge- prijzen waren in het begin der week hoogec dan aan het eind, hoewel voor deze artike len weinig vraag bestaat De buitengewoon lage lijnzaadnotëerin- gen deden de prijzen van inlandsche lijn koeken nog verder terugloopen, terwijl op dit lagere prijspeil weer meerdere kooplust kwam. Ook Amerikaansche lijnkoeken zijn een kleinieheid in prijs gedaald. Verdec zijn de producten van Zwijndrecht tw, grondnotenkock, cocoskoek, palmpitkoek, alsmede soyaschroot, allo 25 ct lager ge noteerd. Meststoffen! Stikstofmeststoffen. De toestand op de stikstofmarkt blijft onveranderd rus tig. Hier en daar in het Zuiden des land9 beginnen landbouwvereenigingen prijzen tö vragen, doch het is nog niet van beteeke- nis, wat er gekocht wordt. Thomasmeel. De markt is rustig; eü ging in de afgeloopen week weinig om. Op merkelijk is, dat de markt zoon langen tijd in evenwicht blijft, terwijl toch de alge meene toestand van de wereld er nog niet duidelijker op is geworden, zelfs nog on zekerder. Superfosfaat Er gaat zeer weinig om. Men verkeert in het algemeen in rus tige afwachting. Wij hebben een lange reeks van maanden reeds „gezeurd" over het uitblijven van het Verslag over den Landbouw 1932. Reet is meer dan een jaar, geloof ik. In de laatste maanden, zoo van April af, als ik me wel herinner, zijn we telkens weer op deze ergerlijke nalatigheid van het Depar tement van Economische Zaken, Directie van den Landbouw gaan wijzen maar tot dusver zonder een enkel resultaat Th de laatste paar weken zijn ook andere Ji laden'op dit traagheidseuvel van de Bezui- <111111 jutscheweg gaan wij zen. Nu las ik in een dier bladen oen ingezon den s uk van Dr. J. IT. van Zanten, het hoofd .-.ii l ot Statistisch Bureau der gemeente Am t en'am, die de vraag stelt of het niet hoe 1;' c hoe meer blijkt dat het samenstellen HET VERSLAG OVER DEN LAND BOUW NIET BIJ DE DIRECTIE VAN DEN LANDBOUW THUIS HOORT maar beter kan overgebracht worden naar licl Cent aal Bureau voor de Statistiek Daar lica. aijtt in de laatste kwarteeuw alle rijks statistieken overgebracht. En daar loopt het vlot Die verschijnen geregeld. Daar wordt gewerkt door personeel, dat gewoon is zulk werk te verrichten. En waarom zou het met de statistieken over land- en tuinbouw ook niet kunnen? Wij herhalen, wat we reeds eerder schreven: tot 192S liep het heel goed. Maar toen de per soon, die toen de leiding had bij het samen stellen van het Verslag, vertrok en minister Ruys in een bezuinigingsbui geen opvolger wilde benoemen, is de misère begonnen en komen do verslagen hoe langer trager. In deze tijd zou vlugger werken zelfs vlug ger dan voor 1928 zeer gewenscht zijn. Zooals het misschien ook meer geweascht zou zijn, dat er wat meer rekening gehouden werd met het feit, dat HET VEE, DAT NU AFGESLACHT ZAL WORDEN DE MINSTE MELK GEEFT. Wij blijven beslist tegenstander van de af- slachtmethode, zooals die nu toegepast zal worden en die de volgende week reeds weer begint. Voorloopig zal wel met ander dan jong drachtig vee genoegen genomen worden, rloch alleen nog maar in deze maand en dan nog vee, dat nog niet afgewisseld heeft, dus heel jong vee. Eerlijk gezegd, wij begrijpen niet, waarem men om de melkstroom te stui ten het jongvee neemt, dat voor de eerste maal in de productie zal komen of het nog maar kort is; wat zin of het heeft tot deze onnatuurlijke afslachting over te gaan. Waarom neemt men niet de koeien, die de grootste melkgiften produceeren de vijf- en zesjarige. Er moeten deugdelijke rede nen opgegeven worden waarom men deze jonge dieren gaat afslachten. Anders wordt deze afslachting, die toch al niet populair is, een reden te meer om (en nu oJ. met recht) het optreden van lezen minister ernstig te becritiseeren. En HET NORMALE VLEESCHVER BRUIK ZAL DOOR DE ACCIJNS VERLAGING NIET BEDUIDEND GESTIMULEERD WORDEN wordt door de slagers beweerd. Het vleesch- verbruik is bij ons al laag. Lager dan in De nemarken, Engeland en Frankrijk, waar het resp. 26, 28,7 en 27 K.G. per hoofd en per jaar bedroeg in 1930, terwijl het bij ons in dat jaar slechts 17.9 K.G. bedroeg. Dat daalde in 1931 tot 15.8 K.G. en is in '33 wel weer geste gen tot 19.3 K.G. doch zal volgens berekenin gen in 1934 niet meer dan 14.9 K.G. bedragen. even groot aantal zou bewerkstelligen. Maar de verlaging van do 10 pet. heffing die 1 November intrad zal op het vleesch maar 5 cent per K.G. beteekenen. Door een prijsverlaging van 2% cent per pond zal het vleeschverbruik niet of niet merkbaar toene men. Zelfs is het heel goed mogelijk, dat dnnr de afname, die 12 Nov. begint, de prijzen op de slachtveemarkt gaan stijgen en daar mede vervalt dan ook het kleine voordeeltje, dat de 10 pet. accijnsverlaging zou brengen. Men loopt zelfs de kans, dat door de gtijeing der veeprijzen de vleeschprijzen zullen op- loopen. Dat zou niet het gewenschte resul taat zijn. Dat is het ook niet in Engeland, waar ze om mond- en klauwzeer te weren sedert 1926 peeii versch vleesch meer uit Neder land en andere Europeesche landen wilden laten invoeren. Dat was maar een doekje voor het bloo den, een zeer gozochte reden dus. 't Heeft trouwens ook geen resultaat gehad, want IN ENGELAND HEERSCHT THANS IN HEVIGE MATE MOND- EN- KLAUWZEER, nl. in Lincolnshire, een der belangrijkste landbouwgebieden van Engeland. De kwaal is er thans zóo erg. als men nog nooit heeft meegemaakt, wordt bericht. En nu gaat men daar het oud systeem van Nederland het afniaaksysteem, toepassen. Zoo is reeds r»i,o a kt a** Töoö -o—- op last van den Minister van Landbouw een 2?ïïlf airVWanneer hoeveelheid vee ter waarde van 10.000 af de consumptie met 4 K.G. toenam zon Hu gesiachl. Vele boeren worden met den on een meerdere opruiming van het slachtvee dergang bedreigd. met 128.000 beteekenen, wat natuui lijk de af-Ondanks alle voorzorgsmaatregelen is de name van het melkvee met ongeveer eea( ziekte buitengewoon snel toegenomen. Een versterkte politiemacht is opgeroepen om de inspecteurs vau het Ministerie van Landbouw te assisteeren. Zoo krijgt men dus ingrijpen in de hoe veelheid vee, zonder dat de mensch dit doet. 't Zijn tegenwoordig allerlei problemen en moeilijkheden en ik vraag wel eens, waar we over zouden moeten schrijven als de crisis er niet was. Zoo geeft de ook al weer problemen. Alleen in Hollands Bloembollenhuis te Lisse. de grootste vei ling in de bollenstreek, liggen pl.m. 8.000.000 tulpebollen van zift 11 en 12 (omtrek in centimeters) opgeslagen. Er liggen pl.m. 750 000 hyacinthen-van zift 19, pl.m. 300.000 van zift 18, pl.ni 200.000. van zift 17, pl.m. 200.000, van zift 16 en pl.m. 250.000 van 2ift 15.' Verder zijn er ruim 3.000.000 narcis sen in diverse variëteiten te vinden. Alles tezamen dus plm. 13 millioen bollen! Maar er zijn er meer, want deze cijfers zijn alleen maar van die variëteiten, die een groot surplus hebben. En zoo gaat het in andere veilingen ook. Men kan dus wel zeggen, dat er 28 30 millioen onverkoop bare bloembollen liggen. Wat er mee te doen? In de stadsparken planten voor het publiek on voor reclame zult ge zeggen. Dat doen ze in het buiten land ook. Onze kweekers geven jaarlijks een bepaald bedrag ten bate van een fonds voor het voeren van „onpersoonlijke" re clame en daaruit worden in het buitenland in 'e stadsparken groote hoeveelheden Hol- landsche bloembollen geplant Maar in ons land is het anders. Zoo hoo- ren we, dat in Haarlem, de stad der bloem* bollen zou men zeggen, 20.000 Darwintulpen geplant zouden worden, doch de Sierteelt centrale heeft een spaak in het wiel gesto ken door de waarlelooze tulpebollen, dia met het oog op de a.s. bloemententoonstel ling te Heemstede volgend voorjaar toch zoo'n schitterende propaganda voor het ge bruis van bloembollen zouden hebben ge maakt. te weigeren. De eene crisisinstelling maakt het de an dere last if. Er is geen eenheid. Zooals er helaas ook geen eenheid is bij onze laiKibouwboek hou d bu reaux. Dat ia wel jammer, want wat het betreft, dit is percentsgewijze beduidend hooger dar. in andere landen van Europa, bijna eens zoo hoog als in hot op ons vol gend land, Schotland, en vier-, vijfmaal zoo hoog als in Denemarken en Duitschland. Maar met al die boekhoudburoaux staan we toch bii de andere landen ten achter, omdat we missen een centrale behandeling der gegevens. Als men de gegevens, die de boekhoud bureaux elk jaar publiceeren, be ziet, dan merkt men het. Het eene bureau doet het zus, het andere zoo. Dat is niet bevorderlijk voor een goed en vlot over zicht. Dat moet anders worden. Er is niet zooveel kunst aan om er een heid in te krijgen. taten ze maar eens over leg met elkaar plegen. Tot de volgende week PRAATJESMAKER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9