Elke
cent
j is voor
hen
KENNISGEVING
54 MAANDAG 15 OCTOBER 1934
TWEEDE BCAD PAG. 5
WIJ berichten hiermede, dat de bekende QUAKER DIEREN.
BOEKJES voor kinderen, die wij tegen Inzending ven 9 bona
beschikbaar stelden, TIJDELIJK, nl, tot 31 DECEMBER 1934, voor
5 BONS uit QUAKER Havermout.pakken verkrijgbaar zijn.
Jhe Quaker OalsQmpany Rotterdam
Familie van de op de oorlogsschepen in de haven van Barcelona gevangen gezette oproermakers op de kade,
waar ze de soldaten bewegen, voedsel voor de gevangenen aan te nemen
Leerlingen en onderwijzers van de Hagedoornschool te Amsterdam bouwen een tentoonstelling op van zwam
men, verzameld gedurende een excursie naar de Hollandsche Rading
vlak naast een vakvereenigingsleider, die
poogde zaad te strooien in een braakland.
Anders gezegd: hij sprak voor een ongeor
ganiseerde massa, waar met de eerste ont
ginning nog een aanvang gemaakt moest
worden. En, de grond was hard en taai.
Hoor maar.
Er stond een man op, die begon te ver
klaren, dat zijn loon eigenlijk schandelijk
laag was. En hij veronderstelde, dat een vak-
vereeniging niet geheel onverschillig tegen
over het loonvraagstuk zou staan. Misschien
wilde men wel eens probeeren om daarin
verandering en zoogenaamd verbetering to
brengen. Maar hij zou daaraan niet mee
doen. Zeker niet; voor hem moest men zich
niet druk maken.
Ik dacht, repliceerde de spreker heel be
scheiden en niet geheel zeker van zijn zaak,
dat uw loon minimaal laag was; ik be
doel, vertaalde hij zich zelf, dat gij feitelijk
minder verdient, dan gij noodig hebt om
heel bescheiden te leven. Zoudt gij dan niet
graag willen, dat de vakorganisatie uw
loon wat naar boven bracht?
Niet graag; gaf de man terug. Maar u
schijnt dat niet te begrijpen. Daarom zal ik
het u uitleggen. Als ik dit jaar loonsverhoo-
ging krijg, dan moet Ik het volgend jaar
zóóveel belasting betalen, dat de aardigheid
er voor mij heelemaal af is; en wanneer
het dan nog een beetje tegenloopt ook, dan
moet ik van een laag inkomen een hoog
bedrag aan belasting betalen; zoodat ik het
maar liever laat, gelijk het nu is. Dan weet
ik, waar ik aan toe ben.
Wat dunkt u van deze redeneering?
De vorige week kreeg ik mijn belasting
biljet Ik maakte het met bevende vingers
open en werd bleek van schrikMaar
even later lachte ik in mijn vuistje en dacht:
w-at zal de fiscus het volgend jaar op zijn
neus kijken, als hij mijn biljet moet invul
len! Want de jongste bediende en de onge
organiseerde debater krijgen immers
gelijk
KALENDER
De Martha-kalender voor 1935 is er ook
weer. De firma J. M. Bredée heeft ons een
exemplaar toegezonden. Het schild geeft de
voetwassching weer, met links van het blok
de tekst uit Joh. li :15 en rechts Gal. 6:2
De kalender wordt uitgegeven ten voordeele
van de Martha-Slichting te Alfen a. d. Rijn
Wat ben ik?
Gij hebt maar te kiezen, hoor ik van
alle kanten
Precies weet ik niet meer, wie het schreef,
maar in de Riikseenheid en/of Nat. Herstel
en/of Volk en Vaderland heeft gestaan, dat
het kabinet, speciaal Minister Marchant,
het hoofd gebogen heeft voor de roode
schoolmeesters, die al jarenlang onze dier
bare moedertaal verknoeid hebben met hun
leelijke Kollewijnsche spelling.
En nu moet ik eerlijkheidshalve, onder
ons gezegd en gezwegen verklaren, dat ik
het Kollewijnsc-h niet in elk opzicht ,jnooi"
vond, maar toch beter dan de wel of niet
verminkte en verslonste spelling de Vries en
te Winkel. Bovendien, dat ik zonder gewe
tenswroeging de Marchantsche spelling zal
schrijven, wanneer deze eenmaal volkomen
burgerreoht verkregen heeft.
Ben ik deswege nu een „roode socialist"
geworden?
Secundo.
De Allgemeine Zcitung te Chemnitz be
weert in een aanbeveling voor een reclame
campagne voor de hoedenindustrie, dat het
denkbeeld volgens hetwelk een hoed een
kleeding volmaakt in de rampzalige jaren
van het liberalistische tijdperk te loor is ge-
Dus daaraan schijnen die arme libera-
1 e n ook al schuld te hebben. Zij hebben de
mannen gelee I'd, dat men zonder hoed op het
hoofd, al of niet met een stok in de hand,
wel door het land komt. En dat het dus,
om te blijven bij hetgeen ik onder „primo"
schreef, een onbeduidend rijmpje is als men
zegt:
,.Een schoolmeester is iemand met een
hoed op het hoofd; een stok in de hand, ga
ten in kousen en een hoofd vol verstand."
Alweer, onder ons gezegd, hoewel niet ge
zwegen, ieder kan het constateeren; ik na
der diicht 't liberalisme, want als kou en
regen mij niet noodzaakten,, droeg ik
nooit een hoed op mijn hoofd.
Ben ik nu een „liberaal"?
Tertio.
In het zoo juist verschenen eerste num
mer, eerste iaatgang van liet ..Tijdschrift
voor de Politie", (uitgave Sijthoff te Lei
den), lees ik, dat de misdadigers in Oosten
rijk een aardig dieventaaltje bezigen. Een
loodlijn wil zeggen: stand houden, niets be
kennen; een horizontale lijn beteekent: om
vallen, bekennen, toegeven; schuine lijnen
met hoeken van 30 tot 70 graden duiden
„tusschen-situaties" aan. Een onnauwkeuri
ge streep met wormvormig, kronkelend ver
lengstuk wil zoggen, dat men op de beken
tenis terugkomt.
ROFFELRIJMEN
EEN RAADSEL
Een toerist ia te Moscou tot zUn niet
geringe verwondering .beboet, omdat
hü in den trein zfln vrouw had ge
kust. Volgens de Sowjet-Russlacne
voor hét publiek toegankelijke plaat-.
een, ook voor gehuwden.
In Moscou is een vreemdeling,
Vertelt de krant, beboet
Omdat hij in de trein zijn vrouw
Had met een kus begroet.
Dit lijkt wat vreemd, dat lijkt wat raart
Dat lijkt misschien wel zot,
Maar in de ultra-roode staat
Bestaat een kusverbod;
Het kussen in het openbaar
Is strafbaar bij de wet
Misschien om de traditie die
Er in wordt voortgezet.
Misschien omdat het spreken kan
Van overmaat van trouiv,
Of van een zeker zwak, dat zelfs
Het beest heeft voor zn vrouw,
Misschien omdat de liefde er
De oorzaak van kan zijn
Mijdunkt een zedelij k motief
Ligt niet in Moscou's lijn.
De liefde kent de echte Rus
Van onze dagen niet,
De teederheid, de goede trouw
Zijn van zijn grondgebied
Gebannen of om zeep gebracht
Met vaste wreede hand,
En de traditie is met kracht
En grondig uitgebrand.
Het kan de hang naar reinheid zijn,
Maaraan de buitenkant,
Vanbinnen steekt het niet zoo nauw
in dat vervloekte land.
(Nadruk verboden.) LEO LENS.
Alweer, ik bezig eze «eekens, vooral het
laatste, ook wel eens. Bij de correctie krijgt
een zin of een woord soms de schrap mat
het slangvormige einde om aan te geven,
dat ik de eerst geschreven bewering terug
neem.
Behoor ik nu tot het gilde der dieven?
Ik troost me maar met de stelling van
Prof. Ridderbos, dat de filosofen hun eigen
dieventaaltje hebben; want voor een filosoof
heeft men mij nog nooit aangezien.
Boottrein „Chr. Huygens"
De trein, in aansluiting op het m.s. „Chris-
tiaan Huygens" zal Dinsdagmorgen om
10.15 uur van Genua vertrekken. Aankomst
Woensdagmorgen 6.18 Zevenaar, 7.14 Arn-
W.P., 9.39 Amsterdam CF., 9.31 Rotterdam
hem, S.00 Utrecht C.F., 9.0Q Amsterdam
Maas,
'l Fransche ministerie in Barthou's
rouwstoet. Voorop de premier Dou-
mergue. Rechts: Tardieu in gesprek
met Sarraut. Links Chéron.
OPEN BRIEF
Aan overheid en volk
'Een verklaring van Predikanten
Vorige week werd ons plaatsing gevraagd
j Voor een Open Brief van 19 predikanten,
i t>p de dag zelf konden we slechts met moeite
jecn kort uittreksel geven; de volgende dagen
I was het nog erger gesteld met de plaats-
I ruimte; weshalve we pas heden de verkla-
ring ten voeten uit kunnen opnemen:
|r Ondergeteekenden, allen predikanten, wen-
Öon zich hierbij tot U, Overheid en Volk van
Nederland, met het volgende.
Het heeft ons in onze ziel bezwaard en
I bedroefd en het vervult ons met groote be-
j iorgdheid te zien, hoezeer in de botsing der
meeningen op staatkundig en sociaal ge
bied het Recht en de Waarheid in het ge-
drang zijn gekomen, en wélk een plaats de
onwaarachtigheid en het onrecht zich hebben
i weten te veroveren; een verschijnsel dat wel
helaas niet. nieuw is, maar thans te beden
kelijker, nu ook ons geliefd Vaderland in
crisisnood verkeert.
Het zij ons vergund hier enkele concrete
punten (zij waren met vele andere te ver
meerderen!) naar voren te brengen, waarop
tot onze droefheid naar onze zienswijze aan
Irecht en waarachtigheid niet diè plaats is
en wordt gegeven als waarop die beide, naar
onveranderlijke eisch van het Woord van
God, toch volle aanspraak kunnen doen
gelden.
Daar is, vooreerst, de kwestie der verla
ging van de ondersteuningen onzer werk-
looze en andere behoeftige medeburgers tot
ieen peil, waarop niet alleen van eenige wel
stand hoe gering ook geen sprake meer is.
maar bittere en bijtende armoede moet ge
leden worden en daarnaast de nog altijd
gehandhaafde cumulatie van traktementen
en pensioenen uit de berooide kassen van
Gemeenten, Provinciën, Rijk en Overzeesche
Gewesten.
Wij weten, hoezeer dit door talloos velen
met ons als onrechtvaardig gevoeld wordt
en dies verbittering blijft wekken. Wij zeg
gen niet, dat radicale afschaffing dier cumu
latie belangrijke finantieele baten zou op
leveren, die onzen werkloozen noemens
waard ten goede komen konden; eerder ne
men wij het tegendeel gereedelijk aan. Maar
wel houden wij staande, dat onder de nood
maatregelen die de harde werkelijkheid
dwong te nemen, de afschaffing der cumu-
j latie in ieder geval had behooren vóór te
i gaan, opdat de door steunverlaging getrof
fenen gezien hadden dat, aleer aan hun toch
I reeds zoo schamele bestaansmogelijkheid ge-
raakt werd, eerst aan de opstapeling van in
komsten uit publieke kasasen een einde was
I gemaakt.
Ligt op diezelfde lijn, ten tweede, ook niet
bet feit der z.g. dubbele inkomens, der ge
huwde vrouwen die naast haar echtgenooten
in Overheidsdienst staan? Alweder niet om
het finantieel meer of min belangrijke, maar
om rechtvaardigheid gaat het ons hier, en
dat op dezelfde grond als in het hierboven
gezegde. Is het recht, dat in tallooze gezin
nen zoo bitter geleden wordt, terwijl in, naar
.Verhouding, weinige de weelde van het dub
bel inkomen uit de publieke kas genoten
üvordt, en dit nog altijd om motieven van
„ycrkrcgen rechten" en wat dies meer zij in
staatkundig streven der N. S. B. voor of te
gen uitspraak te doen, maar wel, om, wien
het dan ook geldt, waarheid waarheid te noe
men en onrecht onrecht, en dit nog te meer.
waar zoovele leden onzer eigen Kerken leden
dor N. S. B. zijn, dies mede lijden onder de
smaad van het ambtenaren verbod, en zich
geplaatst zagen voor een zeer pijnlijk con
flict in hun geweten. En wij zijn verzekerd,
dat het geschokte rechtsgevoel var. ons volk
eerst dan zal zijn bevredigd, wanneer de
Overheid haar vergissing in deze erkennen
de, haar verbod ten aanzien van de N. S. B.
zal opheffen niet alleen, maar den leden de
zer Beweging ook weder toegang verleenen
tot Bijzondere Vrijwillige Landstorm en Bur
gerwachten.
Om nog te zwijgen van het feit, dat ook
bij openbare demonstraties zoo herhaaldelijk
met twee maten blijkt te worden genieten:
verbod van ontplooide nationale driekleur
eenerzijds, vrijuit ontrolde roode vanen an
derzijds op onze vaderlandsche straten.
Wij zeiden reeds: het door ons hierboven
genoemde ware te vermeerderen. Genoeg
tegen deze dingen de stem niet luide te ver
heffen zou ons tot zonde zijn, opdat Over
heid, Pers, Radio en Volk weten, dat alleen
gerechtigheid en waarheid een volk verhoo-
gen kunnen, dat God onwaarachtigheid en
onrecht, door wie en waar en wanneer ook
gepleegd, haat, en van ieder Waarheid en
Recht vraagt. Van de Overheid, Zijn diena
resse, en van al haar onderdanen persoon
lijk.
Doel dezer verklaring tot U, Overheid en
Volk, is alzoo niét (het zij tegen mogelijk
misverstand met nadruk opgemerkt) ons te
mengen in zaken van Staatsbeleid of poli
tieke strijd in deze zware en verwarde tijd,
(wij zwijgen derhalve over de vragen van
opheffing der Communistische Partij Hol
land, over de Zondagsontheiliging door op
tochten met vaandels en muziek, over af-
afslachting van vee en vernietiging van
levensmiddelen, en zooveel meer), maar uit
sluitend U, Overheid te bezweren Uw vau
God gegeven gezag nooit te gronden op of te
gebruiken tot iets dat de toets van Waarheid
en Gerechtigheid niet ten volle zou kunnen
doorstaan. En U, volk van Nederland,
Christenen en niet-Christenen, te bezweren
U in uw politieke en sociale strijd niet te
bedienen dan van de wapenen dier Waar
heid en Gerechtigheid, die gij onder het oog
van den Almachtige slechts voeren moogt.
(De namen der onderteekenaars gaven we
reeds in ons nummer van Donderdag).
Bemoediging
Antwoord aan een klagend belasting
plichtige
Vader, zei de jongste zoon, die jongste be
diende op een groot kantoor was, de patroon
moet wel erg met mij ingenomen zijn.
Dat zal wel, schertste de vader, je bent
vast onmisbaar. Maar, wat is er? Heb je
loonsverhooging gekregen, omdat je dreigde
weg te gaan?
Neen, dat niet, het loon is verlaagd
Dat is minder mooi!
Jawel, doch ik heb maar één gulden loons
verlaging gehad en de procuratie-houder
zeker f 10.— per week. Is dat niet opval
lend?
Zeker, zei de vader en zweeg.
Het deed mij echter denken aan een his
torisch gebeuren. Ik stond op een podium
De rouwstoet van Barthou beweegt zich langs de Quai d' Orssy. Achter het stoffelijk overschot van den ver-
I moorden minister worden diens eere-teekenen op kussens bevestigd, meegedragen.
stand blijft, en daardoor ook de mogelijk
heid eener broodwinning aan werklooze
mannen blijft versperd?
Daar is ,ten derde, de kwestie van het
ambtenarenverbod waarmede onze Regeering
de Nationaal-Socialistische Beweging heeft
getroffen. Geen onzer is van die Beweging
lid, maar dit mag ons niet beletten om der
waarheid en om des rechts wille uit te spre
ken, dat ook de felheid van de politieke
strijd die om deze Beweging is ontbrand,
nimmer had mogen leiden tot een maatregel
die in het licht der bloote feiten moet ge-
noemu worden in 6trijd met de gerechtigheid
en de waarheid genomen te zijn.
Met de gerechtigheid in strijd, omdat de
N. S. B., vaderlandslievend getrouw aan
Oranje, en die de politieke strijd langs de
wettige weg wil strijden, door een zoo harde
maatregel werd getroffen, en daarnaast de
S.D.A.P. aan welke blijkens zoo talrijke uit
latingen van haar voormannen en haar pers
deze eigenschappen niét zijo toe te kennen,
buiten schot kon blijven.
En met de waarheid in strijd, omdat dit
ambtenarenverbod op de N. S. B. werd toe
gepast op een grond, die duidelijk gebleken
is géén grond te zijn. Was eerst een hoog
staand Eerste Kamerlid als Prof. Jhr. Mr.
Dr. de Savornin Lohman overtuigd van het
recht der Regeering, op grond van haar rae-
dedeelingen in het Parlement, later heeft
deze zelfde Senator openlijk verklaard, dat
die mededeelingen in strijd met de feiten
waren geweest en hij deswege zijn instem
ming terug moest nemen. Terwijl ook man
nen als Generaal Snijders en Prof. Jhr. Mr.
Dr. Rengers Hora Siccama dit ambtenaren
verbod voor de N. S. B. en het betreffende
Regeeringsperscommuniqué als in strijd met
reaht en waarheid hebben gediskwalificeerd.
En hoevelen, vooraanstaand of niet-vooraan-
staand onder ons volk, denken er even zoo
over? Het is thans niet aan ons omtrent het
Londen heeft weer een nieuwen lord-mayor, Sir Stephen Killik, de nieuwe,
Lord Mayor verlaat na zijn beëedig ing het Hoogerhuis.