dO)i
rei
De Afscheiding herdacht
BINNENLAND.
Nuttie's Vader
WOENSDAG 10 OCTOBER 1934
DERDE BLAD PAG. 9
In de algemeene ledenvergadering
van het Ned. Herv. Verbond
tot Kerkherstel
'Referaat van Ds. N. van der Snoek
In de heden te Utrecht gehouden 5e alge-
meene vergadering van het Ned. Herv. Ver
bond tot Kerkherstel refereerde Ds N. v a n
der Snoek, van Veenendaal, over het on
derwerp;
De Afscheiding in haar recht
en onrecht.
Er kwam in het begin van de vorige
eeuw, aldus spr., een lcvenvervvckkende
stroom tegen de rationalistische leer, die
zich ook in het Reveil openbaarde. Wat de
beweging der Afscheiding betreft, werd deze
reactie niet gevoed door de leer van het
verbond der genade, maar door een eenzij
dige verkiezingsleer, zooals deze gekoesterd
werd in de conventikels en door vele oefo-
ninghouders. In de Afscheiding zien wij een
poging der Kerk om zich aan do knellende
band der Synodale organisaties te ontwor
stelen. Die poging werd echter niet gedragen
door een zuiver reformatorisch beginsel.
Het eerste dat tot het conflict leidde was
het doopen van kinderen uit andere gemeen
ten. waartoe Ds do Cock overging, niette
genstaande de waarschuwing van Ds Scholte
en Ds Molenaar.
Dat de Bediening des Woords te Ulrum
haar vleugelen ging uitbreiden over gedeel
ten van andere gemeenten, moest een „echt
kerkelijk man" niet in orde vinden, meent
spr. Ook het toelaten van catechisanten uit
andere gemeenten was niet juist, t Was
daar een vrije preekstoel, een vrije catechi-
seerkamer en een vrije avondmaalsdisch.
Een vrij doopvont wilde Ds Scholte nog niet.
Anders behoefde men zich niet te storen
aan het instituut van welke andere plaatse
lijke gemeente ook! Maar over het doopen
schreef de predikant van Doeveren, dat, zoo
lang het doopsformulier ongeschonden bleef
de kinderen in eigen gemeente behoorden
gedoopt te worden. Maar waarom zoo ook
niet gehandeld bij het H. Avondmaal? Een
gelukkige inkonsekwentie! Ds de Cock wilde
zich ook niet laten leiden door Calvijn, die,
zooals Dr A. Rutgers van de Breede hem
schreef, in zijn Institutie zegt, dat aan de
waardigheid van den heiligen Doop niets
wordt toegevoegd of ontnamen door dc hoe
danigheid des bedienaars. Opvallend is, dal
men zich verscholen heeft achter den regle
mentenbundel om af te wijken van de „Her
vormde leer" aangaande den doop. Toen
stond er nl. nog geen wetsartikel in over het
doopen van kinderen uit andere gemeenten,
't Is precies als wanneer iemand zegt: ,,'t Is
reglementair niet verboden dat ik doop in
„geloof, hoop en liefde". Dan doe ik het ook
maar". Dit doopen van kinderen is in ieder
geval geen reformatorisch handelen geweest,
zegt spr.
Het kerkelijk proces laat voorts een on
verkwikkelijke strijd zien. Van het „dienen
van elkander in de liefde" was weinig te
bespeuren. De Kerk heeft hierin veel schuld,
't Is onbillijk, dat Ds de Coclc geschorst is
mede om het schrijven van het boekje: „De
schaapskooi van Christus aangetast door
twee wolven". Hij was er toe geprikkeld. Hij
had minstens evenveel recht om de Gerefor
meerde leer te verdedigen als die twee libe
raal gezinde dominees het recht hadden Ds
de Coclc bedektelijlc te bestoken. Had de Ul-
rumsche leeraar zich onthouden van een
bijna .scheldende manier van schrijven, zijn
geschrift kon op één lijn gezet met wat Da
Costa en Groen over de geest van hun tijd
schreven. Het Classicaal Bestuur, dat zijn
vergadering onvoltallig was en blijkbaar
zeer veel haast had in zijn besluiten, had
zich aan de kwestie van den Doop moeten
houden, zich boven het andere verheffend.
Dat het Provinciaal Kerkbestuur het schor
singsbesluit verzwaarde, was ook niet in
orde. (Mr D. van Hogendorp in Dr Keizers
boek, bl. 357). De geschorste predikant deed
daarna iets, dat „geen gelukkige greep" ge
noemd wordt, nl. dat hij een boekje over de
Evangelische gezangen, dat in stijl en argu
mentatie laag stond, in bescherming nam en
het uitgaf. Waarvoor was dat nu noodig!.
„Door zich op zaken te werpen die aan den
omtrek liggen van het kerkelijk erf, bleef de
strijd ver verwijderd van het hart der ves
ting". (Ds Woelderink). Nu was De CockY
lot beslist.
Om dat boekje werd hij afgezet. Eveneens
bnbillijk, om op genoemde grond iemand de
allerzwaarste straf op te leggen. Ds de Coclc
ging in appèl bij de Synode, die een mildere
uitspraak deed, door de onmiddellijke afzet
ting af te keuren. Ds de Cock kreeg een half
jaar om berouw te bewijzen. Zulk een be
sluit kunnen wij toch ook niet bewonderen.
Niets verheffends lag in deze handeling van
het hoogste kerkbestuur. De loop van 't pro
ces is niet afgewacht 't Zou Ds de Cock ook
niet veel goeds gebracht hebben. De Afschei
ding is verhaast door wat in Ulrums kerk
plaats vond.
Ds Scholte preekte, aldus ging spr. voort,
tegen den uitdrukkelijken wil van den con
sulent den lOden Oct. des Vrijdagsavonds te
Ulrum. Van opruiende taal heeft hij zich
niet kunnen onthouden. De consulent kon
niet anders dan het harhaalde verzoek van
Ds Scholte weigeren om des Zondags te mo
gen preelcen. Als men nu hieruit conclu
deert, dat de prediking van Gods Woord ver
boden werd, zet men de zaak toch wel erg
scheef. Nimmer is aan Ds Scholte of aan
Ds de Coclc verboden het Woord Gods te pre-
digen. Niemand viel er Ds de Cock moeilijk
over dat hij de gezangen niet liet zingen.
Maar wel werd verboden opruiende rede
voeringen te houden, waarin Gods verdoe
menis werd uitgesproken over het opvolgen
van verordeningen der Kerlc, die ook Ds
Scholte beloofd had te zullen gehoorzamen-
De Afscheiding heeft toen binnen twee dagen
haar beslag gekregen, 't Is wel te begrijpen,
dat eenvoudige gemeenteleden het zich niet
anders konden voorstellen, dan dat de Waar
heid van den kansel verbannen werd. In de
Acte van Afscheiding ligt iets uitgesproken,
dat ons moét aantrekken, 't Gaat daarin om
het Evangelie en om de begeerte, dat dc
Kerk des I-Ieeren den Naam des Heeren zal
belijden. Zij is honderdmaal mooier dan al
het geschrijf van het Classicaal, Provinciaal
Synodaal bestuur, 't Hart van Gods volk
klopt er in.
En toch, zegt spr., is deze zelfde Acte door
en door onwaar, omdat aan de Kerk verwe
ten is dat waarvan haar organisatie do
schuld heeft. Zoo kwam men er toe de Kerk
_,eene valsche" te noemen. Een valsche Kerk
is een totaal verleugende. „Onze vaderen"
zouden er niet aan gedacht hebben de Room-
sche Kerk een valsche te verklaren, als in
haar midden het Woord Gods vrij gepredikt
mocht worden en de Sacramenten bediend
naar de instelling van Christus, zooals het
toen in de Ned. Herv. Kerk was, met haar
nog talrijke getrouwe Evangeliedienaren, die
niet met de afscheiding wilden meegaan.
De Actie had moeten aantoonen dat de re-
gecring der Kerk het wezen der Kerk had
aangetast door haar belijdenis te schenden.
Heeft de kerkeraad van Ulrum door te spre
ken van de „valsche kerk" eigen plaatselijke
gemeente geheel uit het oog verloren? Daai
ging het toch alles best, totdat Ds de Cock
separatistische daden ging verrichten (doo
pen). Een „valsche kerk"! Dat is een ontzet
tend oordeel. Daarvan keert men zich af als
de BaiildiensL Zij is een en al smaad
Christus onzen Heere. Luther zal er niet
aan gedacht hebben een acte op te stellen
met een lijst van duizend handteekeningen,
die hij wel had kunnen krijgen, om die aan
den Paus te sturen! Onze vaderen keerden
de Roomsche Kerk den rug toe, en daarmee
uit. Toen de reformatie van de zestiende
eeuw had plaats gevonden, kon die Room
sche kerk 52 jaren daarna weer niet tot re
formatie komen. Dat was in 1517 afgeloopen!
Als God nog Zijn volk in de Roomsche kerk
had, moesten zij zich in den weg der bekee
ring tot de ware kerk voegen. Maar al waren
er dan ook nog duizenden uitgegaan, dan
was dat geen „reformatie" meei*. Doordat
men toch zulk een uitgang weer betitelen
zou met het woord „reformatie", zou men
zeggen, dat in de Roomsche kerk na d
formatie van 1517 nog een „ware kerk" was.
De mannen van '86, die het woord „reforma
tie" gaarne schrijven ook op hun beweging,
halen in hun feestvreugde toch wel een dik
lco streep door de Acte van Afscheiding van
'34. Zeer lichtvaardig heeft men het woord
„valsche kerk" gebruikt, om dan ook gemak
kelijk eigen beweging te sieren met de naam
„reformatie". Ongetwijfeld, zegt spr., is onze
strijd door de Afscheiding verzwaard, 't Kerk
bewustzijn is jammerlijk verslapt en
troeheld. Zij er bij allen die de Waarheid
liefhebben schuldgevoel, die tot vereeniging
leidt
De onlusten te Barcelona
Geen Nederlanders onder de slachtoffers
Van den Nederlandschen coosul-generaal te Bar
celona is aan het departemeat van buitenlandsche
zaken bericht ontvangen dat de onlusten aldaar
onder de Nederlanders in die stad woonachtig geen
slachtoffers hebben geëischt. De kunstzijdefabriek,
welke onder haar personeel vele Nederlanders telt.
werkt door; het verkeer is hersteld.
zijn er weer
VEERTIG JAAR STATISTIEK
Het Amsterdamsche Bureau
bestaat veertig jaar
Een belangrijke instelling in het
maatschappelijk leven
Vandaag is het veertig jaar geleden,
dat het Bureau van Statistiek der
Gemeente Amsterdam zijn werk aan
ving.
Het dankte zijn ontstaan eigen
aardige omstandigheid in deze tijden
van groote werkloosheid aan de
bijzondere werkloosheid, die in 1894
heerschte en waarvan men aard en
omvang niet voldoende kende. Op het
voorbeeld van buitenlandsche groote
steden werd toen op voorstel van een
raadscommissie, die had te onderzoe
ken, wat ter vermindering dier werk
loosheid was te doen, een statistisch
bureau opgericht om niet alleen statis
tische gegevens over dit maatschappe
lijk euvel, maar „al die locale feite
lijke gegevens te verzamelen, wier ken
nis voor een juiste beoordeeling van
economische toestanden noodwendig
Het werk var een dergelijk bureau is over
het algemeen van drieërlei aard: verzame
len en publiceeren van cijfermateriaal, dat
bij de administratie van overheid en parti
culiere instellingen als van zelf ontstaat
(voor een gemeente b.v. huwelijken, geboor
te, sterfte, gas- en electriciteitsverbri aan
gekomen schepen, leerlin -en der scholen
verzamelen, bewerken en publi
ceeren van nieuwe gegevens, die er zonder
een bureau niet zouden komen (b.v. ver
keersongevallen, arbeidersbudgets, telling
•crkloozcn, enz. en?.); geven van in
formaties aan ieder, die cijfers noodig heeft
Het Bureau pakte dit werk direct krachtig
aan en begon met cij'ors bijeen te brengen,
die er reeds waren en deze op te nemen in
het Statistisch Maandbericht.
Voorts werd een Sta tistisch Jaar
boek samengesteld, waai»an de eerste
jaargang liep over 1895 en voorafgaand'
jaren en dat thans wegens de bezuiniging
slechts om de twee jaar verschijnt.
Van 1897 tot 1921 werden de gegevens,
waarvan het noodig was ze wekelijks te ken
nen (geboorte, sterfte naar de doodsoorzaak
scheepvaart) in een Statistisch W ek-
berichl oneonomen, da' sedert dien
mede wegens bezuiniging beperkt is tot
een ki ntenhericht.
Eindelijk is een aantal jaren een Statis
tisch Zakboekje verschenen, dat all
beschikbare Hi fors ir. '-ort bestek bevatte,
doch mede onder de bezuiniging is bezwe
aast hpeft het Rnrpan op uitgebreide
schaal wetenschappelijk werk verricht door
voor nieuwe gegevens ten dienste van de
bevolkings-statistiek te zorgen.
Verder werd gezorgd voor een geregelde
uitvoerige statistiek van de inkomsfcnbelas
ting, waarvan de gegevens vppds sedert 18 j
in overzicht waren verschenen. Daardoor
ren 65-tnl jaren de ontwikkeling
de inkomens der Amsterdamsche bevolking
n hoogte bekend. Ook een uitvoerig*
armenzorgstatistiek verscheen reeds vroe
ger. terwül aan het onderwin en de restil
taten daarvan veel aandacht werd gewijd.
Later'kwam de econ'omischê statistiek op
den voorgrond..
Een onderwerp, dat in de laatste
jaren veel aandacht van het Bureau
heeft gevergd, is het verkeer. Toen
het aantal verkeersongevallen veront
rustend begon te worden, werd in
samenwerking met de verkeerspolitie
een statistiek daarvan ingericht, die
geleidelijk werd uitgebreid en in de
andere groote steden en daarna ook
bij het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek voor het geheele land navolging
vond. Zij is van groot belang geworden
bij de beoordeeling van regelingen van
het verkeer.
Na de oprichting van Statistische Bureau';
in Rotterdam, 's-Gravenhag* en Utrecht
heeft zich in de latere jaren een streven
ontwikkeld naar uniformiteit in de wijze,
waarop die Bureau's, naast het Ams' wdam-
sche, gegevens verzamelen en bewerken
Een belangrijke werkzaamheid van het
Bureau is het verstrpkken van in
ties. Geen dag gaat voorbij of het heeft
zoowel aan buitenlandsche bureau's, con
suls of particulieren als aan autoriteiten,
geleerden, handelslieden, studeerenden en
anderen in ons land cijfers te verstrekken
op alle mocre'iike gebie'on en dikwijl
ook onmogelijke, want helaas moet de
statistiek nog dikwijls het antwoord schul
dig blijven, en hun beteekenis in het licht
te stellen. Zoo verschaft het aan het Inter
nationaal Arbeidsbureau te Genève
geld m riaal over loonen, prijzen en kos
ten van het levensonderhoud.
Het Bureau van Statis'iek heeft zich
steeds beijverd de gebeurtenissen en de wij
zigingen in het maatschapp lijk leven te
Amsterdam te volgen en het wetenswaardige
daaromtrent, voor zoover het in getallen kan
worden uitgedrukt, op te nemen en zoo-
danigen vorm te brengen, '>?t voor we
tenschap, administratie en belangstellenden
nut kan opleveren.
De spelling van de Staatscourant
Van regeeringswege is aan de hoofden van
rijksdiensten en -bedrijven meegedeeld, dat
aanbieding van een in de spclling-Mar-
chant geschreven stuk aan de Nederland-
sche Staatscourant de vraag heeft doen rij-
i. of kan worden toegestaan, dat dit or
gaan en in het algemeen in van de regee
ring uitgaande stukken verschillende spel
lingen worden gebruikt.
De ministerraad heeft thans beslist, dat
in alle ambtelijke stukken, rechtstreeks van
de regeering of van de rijksdiensten uit
gaande, de tot nu toe gebruikelijke spelling-
De Vries en Te Winkel zal worden gehand
haafd.
Wanneer het noodig is, in officieele or
ganen of brieven stukken op te nemen, die
niet tot de rijksdiensten behooren, kunnen
deze worden geplaatst in de spelling, waar
in zij geschreven zijn.
Wat betreft te houden dienstexamens zal
evenals voor andere examens is voorgeschre
de spelling-Marchant moeten worden
gebruikt, met dien verstande evenwel, dat
tot 1 Januari 1936 vrijheid wordt gelaten, ool<
dc spelling-De Vries en Te Winkel te ge
bruiken.
Dit is wel een eenigszins wonderlijk be
richt. Voor examens die iemand tot de Staats
dienst toelaten, hoeft hij de spelregels
De Vries en Te Winkel niet te kennen, maar
gauw als hij z'n benoeming heeft en
voor de Slaat z'n pen op papier zet, moet hij
ze wel kennen.
Men kan er echter ook een bewijs in
dat op de departementen ermee gerekend
wordt, dat er een tijd komt, dat men op de
gewijzigde spelling moet overgaan. Het zou
dan een klein bresje zijn in de muur, die
blijkbaar nu nog tegenover de vereenvoudi
ging staat.
Weer een dagblad
Bij de verschillende dagbladen, die op de
spelling-Marchant zijn overgegaan, heeft zich
iu ook nog de (r.k.) Volkskrant ge-
oegd. Deze voert de nieuwe regels met 1
Januari in. Langzaam maar zeker verliezen
De Vries en Te Winkel terrein.
RUBRIEK^,
Utrecht en de Spelling
Wat Minister Marchant ervan zegt
In het interview dal de Msb. met minister
Marchant had, kwam ook de houding van
het college van B. en W. van Utrecht ter
sprake. Toen hem gevraagd werd, wat hij
tegen het verzet van de gemeentebesturen
van Utrecht en Arnhem zal doen, antwoord
de de minister:
„Ik ben 't eens met Dr. Jos de Boer, rector
in het katholieke meisjes-lyceum te 's-Gra-
venhage. Deze schrijft in „Het Gezin", or
gaan van den katholieken bond van groote
gezinnen, dat ook de nieuwe schrijfwijze
volgt: „Een houding als van het Utrechtse
gemeentebestuur, dat invoering op de scho
len verbiedt, is meer schijnbaar flink dan in
het belang van de leerlingen te achten. Deze
houding lijkt bedenkelijk op een sabotage
'vap het taalonderwijs, waartegen de Minister
ook wel zal trachten zijn maatregelen te ne
men. Hoe eerder er nu eenheid kome, hoe
beter. Willen de ouderen vasthouden aan
wat hun geleerd is, men kan het hun niet
euvel duiden. Maar laten zij het de jongeren
door ontactisch verzet, niet nodeloos moei
lijk maken. Deze jonge generatiehaar
wachten nog andere moeilijkheden, waar
voor zij de ouderen reeds verantwoordelijk
„Ik heb aan deze woorden alleen toe te
voegen, dat het, waar maatregelen nood
zakelijk zijn, bij „trachten" niet zal blijven"
DONDERDAG 11 OCTOBER
HUIZEN 1875 M.
KJR.O.
8.00—10.00 Morgenconcert.
NED CHR. PAD*'V,"T~"P.ENIGING
10.00—12.00 Uitzending van de Morgenver-
gaderinp tot herdenking van de Afscheiding
van 1834. in de groote zaal van „Tivoii".
te Utrecht. 1 Opening door den voorzitter
van het Comité, Z-Ex. Dr. H. Colijn, die
verder ook de samenkomsten van deze dag
zal leiden. Gezongen wordt: Ps. 80 9 en 11
op de wijze van Ps. 105. 2 Rede door Prof.
Dr. K. Schilder: „Beginsel, recht en betee
kenis der Afscheiding".
12.00—12.15 n.m. Politieberichten.
12.15—1.30 n.m, N.C.R.V.-Harmonie-orkest,
o.l.v. Piet v. d. Hurk
1.30—5.00 n.m. Uitzending van de Middag
vergadering tot herdenking van de Afschei
ding van 1834 ,in de groote zaal van „Ti
voii", te Utrecht. 1 Rede van Z.Ex. Dr. H.
Colijn over het onderwerp: „De Afschei
ding en het nationale leven". 2 Toespraak
van Prof. Dr. J. Ridderbos namens de
Hoogleeraren van de Theologische School,
Kampen. 3 Toespraak van Prof. Dr. G. Ch.
Aalders, namens de Hoogleeraren van de
Theologische faculteit der V. U. 4 Toe
spraak Ds. I. van Dellen, afgevaardigde
van de Chr. Geref. Kerk in Noord-Amerika.
5. Voorlezing van een schrijven van de Ge
reformeerde Kerk in Zuid-Afrika. 6 Toe
spraak van Prof. Dr. A. Noordtzij namens
de familie van Ds. Hendrik de Cock. 7 Slot
woord door den Voorzitter. 8 Sluiting.
5.00—5.30 n.m. Cursus handenarbeid voor
onze jeugd door H. J. Steinvoort: „Een por
tretlijstje".
5.30—6.30 n.m. Russisch piano-recital door
Hugo van Dalen.
6.30—7.00 n.m. B. J. Amesz: „25 jaar Jeugd-
arbeid in het Leger des Heils".
7.00—7.15 n.m. Politieberichten.
7.15—7.30 n.m. Gramofoonmuziek, of „Een
greep uit het dagelijksch gebeuren".
7.30—8.00 n.m. Weekoverzicht: „Wat er op
de wereld gebeurt", door Corn. A. Crèyé.
8.00—9 00 n.m. Het N.C.R.V.-Klein-orkest
oJ.v. Piet v. d. Hurk.
9.00—9.30 n.m. Ouderuurtje. L. W. J. v.
Hasselt: „Zielezorg".
9.30-9.40 n.m. Vaz Dias.
9.40—10.40 n.m. De Chr. Zangvereeniging
„Jehaleël", te Amsterdam. M.m.v. het N C.
R.V. Klein-orkest o.l.v. Piet v. d. Hurk. Het
geheel o.l.v. W. v. Laar. Orgel- en piano
begeleiding: Willem L. Doortmont.
10.4011.45 n.m. Gramofoonmuziek.
HILVERSUM 301.5 M.
A.V.R.O.
8-01—10.00 Gramofoonmuziek.
10.01 10.15 Morgenwijding.
10.1510.30 Gramofoonmuziek.
10 30—11.00 Ochtendconcert door het eo-
semble Rentmeester.
11.00—11.15 Voordracht door Willem Hun-
sche. De angsten van de douarière, humo
reske, F. de Sinclair.
11.15—11.45 n.m. Eosemble Rentmeester.
11.45—12.00 Voordracht door Willem Hun-
sche. „Gelijke Monnikenhumoreske,
F. de Sinclair.
12.01—2.00 D.m. Lunchconcert door „De
Minstreels".
2.00—230 n.m. Gramofoonmuziek.
de Leeuw van Rees. Ie les
2.30—3.00 o.m. Vioolrecital door Boris
Lensky. A. d. vleugel: Egbert Veen.
3.00—3.45 n.m. Naaicursus door mevr. Ida
4.00—4.30 n.m. Mevr. Antoinette van Dijk
spreekt voor zieken en ouden van dagen.
4.30—4 45 n.m. Gramofoonmuziek.
4,45—5.30 n.m. Radiotooneel voor grootere
kinderen. I. Studio-opvoering van „De
Scheepsjongens van Bontekoe": hoorspel in
12 tafereelen naar het boek van Johan Fa-
bricius. door Cor Hermus. Spelleiding: Kom
mer Kleijn.
5.30—6.30 n.m. Vooravondconcert door het
Omroeporkest o.l.v. Nico Treep.
6.30—7.00 n.m. Sportpraatje door H. Hol
lander.
7.00—7.30 n.m. Het Omroeporkest.
7.30—8.00 n.m. Engelsche les voor gevorder
den door Fred Fry. Ie les. (Deze les wordt
herhaald op 18 en 25 October 1934).
8.01—8.05 n.m. Vaz Dias.
8.05—8.15 n.m. Gramofoonmuziek.
8.15—±10.30 n.m. Concertgebouw. Amster
dam. Abonnementsconcert door het Con
certgebouworkest o.l.v. Bruno Walter. So
list: Serge Prokofieff, piano.
10.30—11.00 n.m. Gramofoonmuziek.
11.00—11.10 nm. Vaz Dias.
11.10 n.m.—12.00 Carlton Hotel, Amster
dam. Het Orkest van Dinteren.
BUITENLAND
Brussel (Vlaamsch): 11.50 Carillonconcert
door Jef Denijn 8.20 n.m. Gala-concert.
O.m. Dennen-symphonie vao Meulemans.
Boekarest: 6.50 n.m. „Die Walküre" van
Wagner (gr.pl.).
Kalundborg: 7.30 n.m. Symphonie-ccocert
o.l.v. Prof. Nikolai Malko.
London Reg.: 7.50 n.m. Symphcxiie-concerL
Oslo: 7.50 n.m. Symphonie-concert. (Wag
ner. Beethoven).
Warschau: 7.55 n.m. „De Barbier van Se-
villa", opera van Rossini.
Rome: 8.05 n.m. Concert. (Bach, Weber,
Droitwich: 8.20 n.m. ..Autumn Manoeuvre"
(„Herbstmanöver") van Kalman.
Weenen: 8.35 n.m. Onbekende Bruckner-
Scottish Reg.: 8.50 n.m. „Rob Roy", luister
spel naar Walter Scott's roman.
Vrijgestelden en
Volksvertegenwoordiging
Adres der A.C.O.P.
Het moderne comité ter behartigiDg van de alge
meene belangen van overheidspersoneel (A.C.O.P.)
heeft een adres aan de Tweede Kamer gericht over
het wetsontwerp tot wijziging en aanvulling van de
kieswet, de provinciale wet en de gemeentewet.
Adressant wijst er op. dat de „vrijgestelden" in
raden en staten zitting hebben voor een bepaalde
De brandstoffenbijslag voor de
werkloozen
Is nog niet gereed!
Naar aanleiding van een persbericht, volgens
hetwelk aan het departement van sociale zaken een
regeling is voorbereid voor een verstrekking van
brandstoffenbijslag aan werkloozen in den komen
den winter, welke regeling hoogstwaarschijnlijk 1
November zou ingaan en een bijslag van ten hoog
ste een gulden per week zou bevatten, is ons te
bevoegder plaatse verklaard, dat deze regeling op
dit oogeoblik nog in voorbereiding is en dat het
onderzoek van eenige desbetreffende punten nog
niet is geëindigd zoodat de minister nog geen be
slissing heeft genomen en mededeelingen omtrent
den inhoud der regeling als voorbarig moeten wor
den beschouwd.
politieke partij en alleen aan die partij, binnen de
grenzen der democratie, verantwoording schuldig
zijn. Zij staan niet meer dan aDderco bloot aan de
verleiding om groepsbelangen te stellen boven het
algemeen belang.
Adressant vestigt er nog de aandacht op. dat bet
streven der organisaties van overheidspersoneel er
steeds op gericht is geweest, het zwaartepunt van
de behartiging der personeelszaken te verleggen
van raden en staten naar het georganiseerd overleg,
waardoor in deze vertegenwoordigende lichamen
daarover niet meer in onderdcelen behoeft te wor
den beraadslaagd.
Mijnheer Pimpelman s gaat paardje rijden
door G. Th. ROTMAN
77. Mijnheer Pimpelmans, wiens mollige
wangen looi* de heete purée half gekookt vva
ren, steeg even later zuchtend weer te paard.
„Er moet iets op gevonden worden!" m
pelde hij onder 't voortrijden, want zóó kan
ik niet aan 't diner ver. chijnen!" Wacht,
daar zag hij 'wee struische boerenmaagden.
die een kleed stond uit de kloppen. „Hola!"
riep hij, „kloppen jullie mijn jasje even uit,
78. „In orde meneer, kom er maar af!"
luidde het wil willende bescheid. Maar toen
hij zijn jas uittiok. kwam meneer Pimpel
mans tot de conclusie, dat zijn broek óók een
beurt moest hebben want die zat nog dik
onder de kalk. En die kon hij toch zoomaar
niet uittrekken: neen dat ging niet. „Dan zei
je op je ouwen dag nog eens over de knie
moeten meneer!", zei Sientje, de dikste van
de twee.
(Wordt Vrijdag vervolgd)
Gebruikt in Uw soepen HONIG's BOUILLONBLOKJES 6 voor 10cent
FEUILLETON
UIT HET ENGELSCH
VAN CHARLOTTE M. YONGE
(54
Het was niet te ontkennen dat hij zachter
gestemd was, en dart, hij wat in zijn voordeel
veranderd was gedurende het anderhalf
jaar dat zijn vrouw bij hem geweest was.
Zoo hij er al geen schrede door vooruit
was gegaan, was hij er toch door bewaard
ivoor achteruitgang. Hij was even zelfzuch
tig en vadsig als vroeger, maar hij maakte
wat minder pret en had zich teruggetrokken
yan zijn minst gewenschte vrienden, zoodat
er hoop bestond, dait zijn gezondheid *.ich
nu goed zou houden, vooral als Gregoric,
weggestuurd werd. De knecht had gemerkt
wat ei tegen hera gaande was en al rekende
hij op de traagheid van zijn meester en
eigen onmisbaarheid, toch wist hij dat do
eersi de beste beleediging zijn val wellic it
zou tewerken en zorgde dus dat er niets
op hem te zeggen viel.
Daardoor was Nuttie's taak dus misschien
wel iets gemakkelijker geworden; maar he!
arm-1 meisje voelde zich onuitsprekelijk
ye'laten, toen zij geheel alleen aan 'iet
ontbijt zat en de post zelfs geen brief bracht
om haar eenige afleiding te geven, cn dat
werd nog erger toen zij. na afloop van haar
schikkingen met de huishoudster, die, ge
lukkig yoor liaarj een goede, bekwame
vrouw was en diep medelijden met haar
had, moest bedenken wat zij in die sombere,
zaal zou doen gedurende het uur, dat zij
altijd het zekerste was geweest van het
dienbaar gezelschap harer zusterlijke moe
der. Wat had zij dikwijls gebromd als zij
aangezet werd om duetten te studeeren om
haar vader 's avonds in slaap te zingen! /ij
vond dat zij iets bij de hand moest nemen en
begon de muziek na te kijken en te schik
ken met een soort van tegenzin tegen alles
wat haar herinnerde aan die dagen van
ontevredenheid, die zij nu zoo gaarne terug
zou geroepen hebben. Alles was in de war
zooals Blanche en May het den laatsten keer
dat zij er speelden, gelaten hadden; het
nakijken en op zij leggen van de stukken
die zij nooit alleen zou kunnen gebruiken,
hield haar bezig tot Gregorio onderdanig
en beleefd met de boodschap kwam, dat
mijnheer Egremont wilde dat zij in zijn
kamer kwam. Met vrees en tegenzin, maar
toch met medelijden en een vast besluit
legde zij dien weg af.
Daar zat hij in zijn chambercloak, met
een calotie op het hoofd en zijn blauwe
bril op, terwijl de heerlijke Februari-zon-
neschijn zorgvuldig buiten werd gesloten.
Hij zag er slechter en bleeker uit dan toen
zij hem 's avonds aan het diner in deftig
toilet gezien had. en haar medelijden ver.1
nog grooter, vooral toen hij haar niet all jeu
de hand toestak maar scheen e verwachten
dat zij hem zou kussen, iets dat zij sedert
hun eerste kennismaking niet gedaan bad.
Het was op zichzelf niet aangenaam, maar
het beteekende volle vergiffenis; ook had hii
sedert haar droevig thuis-komen in 't geheel
niet op zijn minachtenden, ergerlijken toon
tot haar gesproken.
„Hebt gij dea kleinen jongen gezien?"
vroeg hij.
„Ja, zij wandelen met hem op en neer
aan den zuidkant van het huis" zei Nuttie
dankbaar dat zij onder al de doeken gekeken
had, waaronder hij door de gang werd
dragen.
„1-Ioor ecnsl Ik zou wel willen dat gij mij
dezen brief voorlaast. Voor zulk schrift ver
dient iemand de gevangenis!"
Het was wezenlijk duidelijk, hoewel fijn
geschreven schrift; maar, zooals Nuitio
opmerkte, wilde haar vader liever niet
erkennen hoe slecht zijn oogen waren. Hij
kon beter schrijven dan lezen, maar toch
hield hij haar de rest van den morgen aan
den gang met zijn correspondentie; hij Kot
haar eenige brieven van rouwbeklag uit
haar eigen naam beantwoorden, brieven
over zaken schrijven en die welke hij zelf
met moeite op 't papier bracht, opvouwen
en adresseeren. Haar aangeboren vlugheid
kwam haar goed te pas, en hoewel zij wel
wat zenuwachtig was, deed zij haar uiterste
best en daardoor zelden iets verkeerds;
slechts eenmaal moest zij een uitroep van
ongeduld over haar domheid en traagheid
hooren.
Zij vermoedde met recht dat deze toe
gevendheid een gevolg was van den ver
zachtenden invloed harer moeder, en zij
vermoedde niet dat er bij de andere beweeg
redenen een zekere vrees voor haar :e!f
kwam. Haar vader was gewoon geworden
aan vrouwelijke hulp en had ze noodig voor
zijn dierbaren kleinen erfgenaam* hij kei.d°
zijn dochter bovendien als eer. gestreng
beoordcelaar en wilde haar lievv niet tegen
zich innemen en haar diensten missen. De
harmonie was dus vrij goed; zij bleef het
luncheon met hem gebruiken «n onderwijl
kwam men vragen of het rijtuig ook vo.»r
moest komen; daar er een en ander oor de
kinderkamer noodig was en de rouw-enve-
loppes ook bijna op waren, was dit een ge
schikte aanleiding om naar het stadje te
rijden.
Daarna las Nuttie haar vader in slaap
met de courant; liep in sehemer-avond
even in den tuin om haar jonge been en eens
goed te bewegen; trachtte een beetje te
lezen, kleedde zich en dineerde met haar
papa, las hem verder de courant voor, bood
hem toen aan muziek te maken en kreeg
tot antwoord: „als 't u belieft" en overpeins
de onder het spelen of dit 'nu voortaan hnnr
leven zou zijn. Het scheen haar zeer een
tonig en droevig, en welk nut had het?
Maar toen kwamen haar de woerden harer
moeder te binnen: „Heb hem lief!" Hoe I on
zij die vervullen? Zij kon nu medelij'?n
met hem hebben, maar o! hoe zou zij
iemand kunnen liefhebben, voor wien zij
terugdeinsde als zij dacht aan het ver
woeste leven harer moeder? Mijnheer Dut
ton had haar nieuwe plichten voorgesteld
als een edele taak. Edel! Hardop een courant
voor te lezen over jachtvermaken enz.. w;.or
van zij niets begreep, eiken dag dat ver
velende ritje te doen. zich te wi:den aan de
zelfzuchtige eischen van oen afgeleefd los
handig man. Was dit edel? Haar moeder
had alles gedaan en het zelfs nooit e n
kruis gevonden, omdat zij hem zoo inn.g
lief had. Nuttie moest het dragen als hour
kruis, als het haar plicht was: maar ynn
het mogelijk zijn hem ooit lief te hebben
en te eeren. al trachtte zij ook in waarheid
er om te bidden?
HOOFDSTUK V
De Schotsche lachebek
Nuttie vergiste zich niet toen zij veron
derstelde dat zij aan dezen eersten dag /as
hoe voortaan haar.leven zou zijn. ofschoon
er na de eerste weken van rouw natuurüji.
wel eenige variatie in kwam.
De terugkomst van het gezin in de Pnsto
rie gaf vee! vrooiijkheid en bevrijdde haar
van de noodzakelijk om meer uan de helft
van den middag en den avond bij haar
vader te zitten als zij een woord wilde spi*«
ken en eenige gezelligheid wilde hebben.
Bijna iederen voormiddag had hij even
wel haar hulp noodig: hij werd hoe langer
hoe meer afhankelijker van haar, zoodat al
haar schikkingen met het oog jp hem moos
ten gemaakt worden. Het was een slaafs-'h
leven, maar in werkelijkheid met zoo zwaar
als zij venvacht zou hebben zoo men het
haar eenige maanden geleden voorspeld
had. In de eerste plaats eisrhte mijrher»
Egremont nooit iets van haar dat bepaald
tegen haar geweten streed, behalve een
enkelen keer den Zondagavond-zang er aan
te geven ten einde hem de courant voor te
lezen, en dat alleen als hij zich minder wel
gevoelde dan gewoonlijk. Als Fugelschn.&n
van geboorte eisrhfe hij van rijn jeu? H-».»
dochter niet om hem de boeker voor t»
lezen, waarvan haar moeder ren af! ee
had gehad. Paarenhoven gedoeg Gnvi t m
zich goed, hij wist maar al te wel. dat ,1e
familie tegen hem samenspande; zijn mees
ter had hem zelfs in zekeren zin den diensl
opgezegd, maar hij had volstrekt geen plan
om er zich aan te storen, en daarom ont
hield hij zich van elk ooort van overtreding,1
waardoor men weer vat op hem zou krijgen;
aldus werd voor het oogenblik de leefrcgei
va» Dr. Hammond goed nagekomen en er-
toonde Mijnheer Egremont zien bijgevolg
van de beste zijde; want onder het toez.cht
zijner vrouw was de gevaarlijke gewoonte
wel zooveel verzwakt dat zijn humeur on
gemoedsstemming niet in 't oog loopend
leden onder zijn onthouding.
De eerste keer dat Nuttie zich genoodzaakt
zag een bepaalde opoffering te doen aan
den wil haars vader was met Paschen bij
gelegenheid van Mark's huwelijk. Te
Micklethwayte waren de zaken zeer naar
zijn genoegen voor hem geschikt, ofschoon
het Nuttie voorkwam dat zij slechts in de
verte de zaken even hoorde aanroeren, ter
wijl er toch gebeurtenissen voorvielen uie
haar eenmaal de grootst mogelijke omwen
telingen zouden toegeschenen hebben.
Tante Ursula kwam goed cn wel thuis,
maar haar verwachting van ziek te zuhen
worden werd verwezenlijkt. Bij haar aan
komst moest zij onmiddellijk nnar bed, of
schoon zij weer opstond, had men red>*n te
denken dat zij een lichten aanval van be
roerte gehad had, want zoowel naar lichaam
als naar geest wns zij zoo achteruit geg-.nn
dat Mary Nugent h"ar in alles moest hel
pen. Zich de gevolgen van de vorige o-.it-
steMenis herinnerende. d««d M-> haar best
om de fopet-od 7do eim-rig mogelijk voor te
Stellen: en V-itic die rich nr.- primo- .;e
over haar nnndeino»e peis van het vorige
jaar hegreen op Pet e„h«e niet van en na1
ook niet near Mifkletiiwayte kunnen of
willen gaan.
(Wordt vervolgd)'