AvanG |üftt»r frthsdjr (üouriutt L1 eiden 3n Omstreken Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Gratis lezen tot 1 October De politieke Conferentie te Lunteren SCHOENEN PALTHE - ALMELO SbonnementsprijS: Per kwartaal in Leiden en in plaatsen waar een agentschap gevestigd is 235 Franco per post 2.35 portokosten Per week0.18 Voor het Buitenland bij wekelijksche zending4.50 Bij dagelijksche zending530 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cl. met Zondagsblad 7'/> cL Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1934 No. 5273 15e Jaargang Sbbertentieprijjen: Van 1 tot 5 regels1.17'/» Elke regel meer 032'/» Ingezonden Mededeelingen van 1—5 regels2.30 Elke regel meer0.45 Handelsadvertentiên per regel 0.17'/» t Bij contract belangrijke korting Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 Wie zicli heden op ons blad abonneert, ontvangt de tot I October aanstaande verschijnende nummers gratis. Ook ontvangt elke nieuwe lezer de tot heden versche nen reisbrieven van Prof. Dr. V. HEPP over zijn bezoek aan Zuid-Afrika toegezonden, zoodat men deze geheele beschrijving dan in zijn bezit heeft. Over eenige weken begint Mr. P. BORST zijn serie artikelen over het wonderlijke economische gebeuren in Noord-A merika. Ons blad kan met recht na de prijsverlaging het goed koopst, maar ook meestgevend Christelijk Dagblad wor den genoemd. Vriendelijk verzoeken wij onzen lezers in familie- en vriendenkring het getal onzer abonné's uit te breiden. Lezers geve men op aan De Administratie van ons blad ONTSLAG HUWENDE ONDER WIJZERES Het frappeert, dat juist van soc.-dem. zijde het hevigst verzet gevoerd wordt tegen het .voornemen der Regeering om de huwende onderwijzeres te ontslaan en tegen soort gelijke maatregelen van gemeentebesturen tegen huwende of reeds gehuwde ambte naressen. Want wij willen er direct aan toevoegen, dat het een halve maatregel blijft, wanneer slechts de huwende vrouw uit overheids dienst ontslagen wordt en de gehuwde, ook als zij geen kostwinster is, gehandhaafd blijft Dit is niet alleen onlogisch, als men het Van het standpunt beziet, dat de gehuwde Vrouw in haar gezin behoort te zijn; het is ook onlogisch van hen, die met deze maat regelen instemmen omdat de tijdsomstan digheden er toe nopen. De liberalen en vrijz.-democraten in 't al geméén gaan accoord met het ontslag aan de huwende ambtenares, opdat de openval lende functies door werklooze kostwinners ingenomen kunnen worden. Zij willen ech ter de gehuwde onderwijzeres en ambtena res bandhaven, ook als deze geen kostwin ster is. Maar daarmee bestendigen zij de onbillijkheid, dat het eene gezin een dubbel inkomen geniet en het andere op steun is aangewezen: juist het .voornaamste argu ment van die zijde. Echter, niet minder onlogisch is de massa der sociaal-democraten. Ook daar wint de gedachte veld, dat het toch wel schrijnt als de werklooze huisvader ziet, dat een hem passende betrekking vervuld word door de [(vaak kinderlooze) vrouw van zijn vroege- ren collega. En het aantal soc.-democraten, dat hiertegen in .verzet komt, neemt dage lijks toe. Echter, de officieele woord- en penvoer ders van deze partij laten nog steeds een ander geluid hooren. We zijn het met u eens, zeggen zij, dat de gehuwde vrouw in haar gezin behoort en dat daar haar schoon ste taak ligt. Maar als ze liever de kinderen ,van anderen in school opvoedt dan haar eigen kinderen thuis, dan moet zij dat zelf weten; noch anderen, noch de overheid heeft daar iets mee te maken. Aangenomen, dat deze stelling juist is, 'dan moeten toch twee bedenkingen gemaakt worden. In de eerste plaats deze, dat een verdedi ging van het allerergste individualisme toch niet van die zijde verwacht mocht worden. Eer het tegendeel. Waarom schakelt men bij deze aangelegenheid alle sociale fac toren uit? En waarom keurt men het niet scherp af, dat zoovelen alleen het eigen belang laten beslissen? Waarlijk, de felheid, waarmee de meeste sociaal-democraten zich tegen het ontslag der huwende of gehuwde vrouw keeren, wekt verwondering. Echter, er is een andere en belangrijker kant aan de zaak. Men stelt niet alleen, dat de gehuwde vrouw zelf zal beslissen, of ze in- dan wel buitenshuis zal arbeiden; men vergt ook van de overheid, dat deze met de eventueele beslissing accoord zal gaan. Dit nu is een grove fout, öf een ongeken de aanmatiging. De overheid kan van meening zijn op grond van de statistiek, dat de gehuwde yrouw heel veel verzuimt en dus minder geschikt is voor haar taak dan de man; zij kan van oordeel zijn, dat het vooral nu onbillijk is om in het eene gezin een dubbel inkomen te brengen en 't andere van steun 'te doen leven; zij kan overtuigd zijn, dat 'de gehuwde vrouw in het gezin behoort en dat zij, om die reden, geen gehuwde ambte- jiares mag benoemen of handhaven; dat alles heeft geen waarde: niet de over heid beslist, maar de gehuwde vrouw, die haar individueele wil mag opdringen aan fcüdérèh. Het is waarlijk wel heel zonderling. i'. LEEUWARDEN PRIJS VERLAAGD tot 70 ct. per flacon BINNENLAND. De werkloosheid Nog stijgende. Bij 1062 organen der openbare ar beidsbemiddeling in ons land stonden op 25 Augustus in totaal 324.574 werk- zoekenden ingeschreven. Op 11 Augustus 1934 bedroeg biet aantal ingeschrevenen 317.673. Het aantal ingeschreven werkzoe kenden wijst, vergeleken met het over eenkomstig tijdstip van het vorig jaar, een stijging met rond 18.000 aan. Uitvoering Tabakswet Laat nog veel te wenschen over. De Bond van Sigarenwinkeliersvereeni- gingen, welke 27 vereenigingen over het ge heele land omvat, heeft aan den Minister van Financiën een schrijven gericht, waar in de Bond zijn erkentelijkheid aan den Minister betuigt met de uitvoering van de banderolle-bescherming en afschaffing van het cadeaustelsel, .vervat in de gewijzigde Tabakswet. De Bond heeft echter geconstateerd, dat de naleving van de gewone Tabakswet veel te wenschen overlaat en dat zijn leden zich daardoor ernstig in hun bestaansmogelijk heid zien bedreigd. Zij hebben bij dit schrijven de medewer king van den Minister verzocht om aan die euvelen een einde te maken. OPENING STATEN-GENERAAL H. M. de Koningin zal a.s. Dinsdag de gewone zitting der Staten-Generaal openen, vergezeld door Prinses Juliana. De bespreking van het referaat van Prof. Dr. Ridderbos. Minister Colijn aan het woord De referent beantwoordt de sprekers Onze verslaggever te Lunteren zendt ons het volgende verslag over de besprekingen op de conferentie der Antirev. voormannen te Lunter-- De discussie Prof. Dooveweerd vraagt, waarom de referent de preciseering van stelling I gaf. Was beperking der wet geoorloofd? De wet kan niet gedeeld worden, maar is één geheel. Zij moet dus in volle realiteit aan vaard, of voor het staatsleven geheel uitge schakeld worden. Wat is het u i t e r 1 ij k e van de zedewet, welke de ovealheid te hand haven zou hebben? Bij het uiterlijke be hoort toch het innerlijke? Alleen als men in de zedewet dingen legt, welke er niet in hooren, kan men gaan beperken. We moe ten elk gebod zien in verband met het rechtsleven; de wet veronderstelt de Godde lijke ordening in het rechtsleven. Spr. vindt in de zedewet niet de grond voor het overheidsgezag; het is ingesteld om der zonde wil en beimst daarom op de zwaardmacht. Dat is het specifieke daarin en waarin bet overheidsgezag onderscheiden is van alle andere gezag. Moeten we de overheid in alles gehoor zamen met uitzondering van wat recht streeks ingaat tegen dc wet Gods? Ook dan, als de overheid willekeurig optreedt? Dan echter zou alle souvereiniteit in eigjn kring vervallen. De zedewet is niet, zooals Brunner zegt, in de liefde vervuld; de gerechtigheid kan niet met de tweede plaats tevreden zijn. Het gevaar is acuut, dat men de ordinantiën Gods gaat opvatten als abstracte geboden, die toegepast moeten worden door logisch denken; die geboden behooren gezien te worden in verband met de wereldorde, wel ke God in de historie vaststelt en tot ont wikkeling laat komen. Pro f. M r. V. IT R u t g r s bespreekt ook de zesde stelling, waarmee spr. het ge heel eens is. Omdat we om Gods wil de overheid moeten gehoorzamen, kan het lei den tot een conflict met de Overheid, die iets eisdht, dat. met Gods wet in strijd is. Echter, is de overheid alleen te gehoorza men, als ze vordert wat God wil? Er zijn slechte overheden, die slechte bevelen ge ven; doch daarmee vervalt de plicht tot gehoorzamen niet. De Overheid moet de chaos in het men- schelijk leven keeren; maar er is meer. De instelling der Overheid komt ten goede aan de geheele menschbeid; en in die menschen ieeft sociale aandrift en de overtuiging, dat de Overheid noodig is. Ook door deze te er kennen kan het Overheidsgezag zelfs in heidensche landen tot ontwikkeling komen. De vrees voor straf is van groote beteeke nis. Heeft de inleider, vraagt Prof. Rutgers, daaraan wel voldoende gedacht? Spr heeft er bezwaar tegen, dat de in leider gelijk stelt liet verzorgen der maat schappelijke en cultureele belangen met de bevordering van de Chr religie en de eere Gods, want in het laatste kan geen dwang zijn. Alles moet ter eere Gods geschieden en kan daarom niet de nadere taak der overheid aanduiden Spr. vraagt een nadere toelichting. De heer A. dc Jong Ezn. vraagt of wet Gods synoniem is met de ordinantiën Gods? Voorts: is de les der geschiedenis te verstaan bij het licht der Schrift? En ten derde: in hoeverre mag de overheid tolereeren en financieel steunen, dat leerin- De Toespraak Dr. H. Colijn nister-president, Dr. H. Colijn, spreekt dan een slotwoord. Hij stelt vooral de voorlichting van het eerste referaat op prijs, want het gaat hier over de belang rijkste vraag voor het staatsleven- Deze vraag was immer aan de orde. Rome, Luther en Calvijn worstelden er mee. Voor ons is het vraagstuk van de grootste betee- kenis, juist, omdat we ons willen richten naar het Woord Gods. Prof. Ridderbos keurde de redactie van art 3 na de laatste wijziging in 1916 af. Dit is juist, al was de aainvulling nuttig voor de uitvoering van de taak der Over- Voorts oefende de inleider eenige critiek op de subjectieve toelichting van de objec tieve inhoud van art 3 van Ons Program. Dr. Kuyper was in „De Gemeene Gratie" ten deze duidelijker dan in Ons Program. Spr. zelf heeft in zijn toelichting de objec tieve eisch naar voren geschoven; die ensch geldt ook voor de ongeloovige Overheid, al zal er in de praktijk weinig van terecht komen. Wijziging van de redactie van art. 3 1: gewenscht; de inleider heeft zelf naar een betere gezocht Wellicht is eenig uitstel ten deze gewenscht; met de vernieuwing van een monument moet men zeer voorzichtig zijn; eerst moeten we allen over de in houd volkomen eensgezind zijn en dat is nu nog niet het geval. Art 3 staat t/hans mid den in de branding en ook dat maant tot voorzichtigheid. Na deze toespraak las Dr. Colijn een deel van Rom. 8 en sloot de eerste bijeenkomst met dankzegging. Tweede dag Morgenwijding Na het ontbijt werd in de conferentiezaal een morgenwijding gehouden, welke geleid werd door Prof. Geels, die na psalmge zang en het lezen van Psalm 111 voorging in gebed. Voortzetting disenssie. In de open lucht werd de discussie voort gezet. Eerste spreker was Prof. D r. de H a r t o g h. Deze wees er allereerst op, dat de toe lichting van Dr. Kuyper al tot menig mis verstand aanleiding gaf. Men moet ook re kening houden met de tijd, waarin Dr. Kuyper zijn toelichting schreef. Toen hadden we een liberaal ministerie en daarmee hield Dr. Kuyper rekening. Hij maakte verschil tusschen een overheid die wel rekening wilde houden met Gods Woord en een an der, die het niet deed. Hij spitste zijn be toog toe op het liberale ministerie van toen. Hij ontkende niet de 1-oeping van die over Op dB Antirevolutionaire leidersconferentie toehoorders Dij eeit van de referaten; die da te Lunteren heeft Z.Ex. Dr H. Colijn, als gewoon bezoeker, plaats genomen onder de %r gehouden worden. heid tot onderwerping aan Gods wet, doch gaf toe, dat wij van haar niet kunnen ver wachten, wat wij mogen verwachten van in christelijke overheid. Nadrukkelijk stelde Dr. K. later vast, dat hij van elk overheidspersoon onderwerping aan Gods wet vorderde; en daarom kunnen wij zijn standpunt handhaven. Wel beriep Dr. K. zich later gelukkig meer op de ge- leene gratie. Dit maakt ons sterk tegen- yer zekere groep, die verlangt, dat do verheid thans optreedt, zooals in dc zes tiende eeuw het geval was. Stahl zei te recht, dat de overheid rekening moet hpu- den bij de handhaving van Gods geboden, met de mate van geloof, welke in het volk gevonden wordt Spr. neemt liet standpunt van Dr. Kuyper in 1879 nog ten volle ar zijn rekening. De heer Mr. Noteboora sloot zich voor aan bij de opmerkingen van Prof. Dooye- weerd. Over de beteekenis van de historie voor de Staatkunde zei de inleider te wei nig. K>.eft -c historie m ^«ïeAe arde? Spr. noemt de westie var. het gezag. De Heilige Tchrift 1r-»t op de overheid de plicht tot gezagsoefening; doch wie moet de over heid zijn? Is in Rusland de overheid van Godswege met gezag hek leed? Nergens sta in de Bijbel, dat het Huis in "*ranje hier behoort te regeeren; de historie gaf daarvoor aanwijzingen en deze heeft dus normatieve beteekenis. Een tweede kwestie is die van de eigen dom. Bij de concrete, bestaande rechtsorde sloot oo" dit. gebod zich aan. In de bestaande rechtsorde ligt dus een aanwijzing van Gods v,:l? Ook bij de gemeentelijke en provinciale autonomie komt de normatieve waarde der historie naar voren. Spr. yraagt naar de be teekenis van deze dingen. Prof. Ridderbos poneerde de stelling: wij mogen dit hosch kappen, als het nut tig i s. eHt ons door God gegevene vraagt eerbied van ons. Daarom is aantasting ver boden, wanneer onze daad niet kan dienen tot eere Gods. Spr. herinnert aan de afslach ting van het vee. Er kwam, soms onbere deneerd, een ritseling van wrevel, omdat men, misschien te ver ging. Spr. meent, dat Brunner dichter bij ons staat, dan Prof. Rid lerbos meende. De anti- kee. t zich niet al,:;d tegen een daad- i kelijhe revolutie: Spanje, Napoleon. Wij willen een politiek, die zich richt naar Gods Woord en dat moet onze kracht zijn, geen overdreven conservatisme. Tenslotte betoogt Air. Noteboom, dat een gebod Gods voor ons geldt in alc kwalitei ten: verschil mag niet gemaakt a -Jen, en eindigt met de vraag of het geoorioofd is. dat de overheid met geld eenige religie steunt. Prof. S e v e r ij n sluit zich ten aanzien in Brunner bij Prof. Ridderbos .aan. Jonge menschen mogen wel eens gewaarschuwd worden tegen dezen theoloog. Naar een religieus element zoekt richting, ook de revolutionaire en daarom loopt alles uit op religie, godsdienst. Dat is nog een geluk; ook al geven we aan het begrip „geestelijk leven" een grooter uitbrei ding. Hoe staat de overheid legenover het cultureele ieven? dat is de vraag. Toen de oude traditie vóór de revolutie van 1795 werd weggevaagd, kwam het liberalis me met de stelling: de overheid laat alle geestelijk leven vrij. Maar thans laat de overheid niets vrij; want het communisme wil heel het feestelijk leven dienstbaar ken aan zijn beginsel. Dat zijn de feiten. Nu moeten we dus niet meer knabbelen aan art. 36. Dit art. neemt standpunt aan tegenover deze dingen. Het stelde een ander principe tegenover het communisme bv. Onder de wet Gods verstaan wij, de wet waarvan God de auteur is, die dus zijn wil uitdrukt; de moderne maakt er de natuur wet van, a naraan God zelf onderworpen is. Naar onze kant handhaaft de wet Gods zich alle ingen in ieder ding naar zijn aard. Die Avet is voorwaarde voor ontplooiing .an alle schepsel en elk ding. Het is levens wet geworden. Maar de boom is geen mede werker Gods, zooals de mensch. die akker werk- èn mede-arbeider Gods is. Het gezag oefenen en zich onderwerpen aan het ge zag. Daarin heeft de overheid natuurlijk een plaats. Nu echter de volkomen mensch ontbreekt, komt het conflict, dat altijd godsdienstig is Alles moet opgeeisi.lit worden voor Se eere Gods, maar dc erken ing blijft verre. En do overheid heeft daarb j een roeping. Prof. Vollenhoven meent, dat er een zekere spanning was in de conferentie; het is geen spanning tusschen oud en jong, maar het verschil ligt in de terminologie, èn gelukkig Prof. Ridderbos is daarbij de trait d' union. Dit komt in alle stellingen uit. Wat de terminologie betreft ia er echter een tegen stelling tusschen stelling 2 en 4; en dat typeert de móeilijkheid van het oogenblik. Wat verstaan we b.v. onder natuur: de volle kosmos of alleen het lagere. Het ambt, door God verleend, stelt den ambtsdrager voor de taak om de norm te concretiseeren. Dat is rechtsvorming. In de praktische politiek is men daar steeds mee De wet is niet absoluut; ze is van God gegeven voor de kosmos en legt het verban l tusschen Hem en Zijn schepping. Ook de zedewet is niet absoluut en staat niet tegen over het recht. Normatieve feiten bestaan ér niet; het feit kan geen norm zijn. Men bedoelt ech ter „genormde" feiten. En het verband d' feiten vormt de geschiedenis. Iq deze zin is er normatieve historie. Dit leidt niet tot relativisme; Avant noch de natuur, noch de mensch kan de norm aan geven. Er is een ontwikkeling ten goede, maar ook ten kwade, en Avie de feiten ziet in het licht der Schrift, ziet ook de achter grond der dingen. Prof. Waterink zegt, dat het eerste gebod is de grondslag van alle gezag. In de historie zien we het overheidsgezag orga nisch groeien; we zien te vaak de overheid als opgelegd. Moet de overheid niet trach ten het zedelijk, peil van het volk omhoog te brengen? De norm is, dat Avij de overheid gehoor zamen: maar we moeten het doen op goede grond; Wij mcetën als redelijk-zedelijke Ave Eens dragen STEEDS vragen!! Voornaamste Nieuws. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen Blz. 1 De conferentie fe Lunteren, uitgaande van het C.ntraal Comité van Antirev. Kiesvcreenigingcn. Het werkloosheidscijfer op 25 Augustus. Veertien lecLrfabrikanten zijn uit de Huiden-, Leder- en Schoencentrale uitgetreden. Blz. 2 Litwinof eischt wijziging van de uitnoodiging, die hij te koel vindt. De groote mogendheden hebben e>en non-inter ventiepact voor Oostenrijk in de maak en zullen Duitschland uitnoodigen daarbij toe te treden. De Valera sprak vóór toelating van Rusland. Groote dorpsbrand in Litauen. Berichten over de Morro Castle. Blz. 3 Te Utrecht is vandaag de 13e vergadering g(e- houden van de Herv. (Geref.) Predikantenver- tem ging. De 68ste jaarvergadering van de Nederland- schc Zondagsschool-Vereeniging te Eindhoven. De staking in de blikfabrieken te Krommenie ts opgeheven. Blz. 5 Te Vlaardingen is vandaag de jaarvergadering Blz. 9 Dc Japansch-Nederlandsche onderhandelingen dreigen vast te loopen. Bondsvergadering van dc Bond van Ncd. Chr. Oranje ver eeni gingen te Utrecht. Te Den Haag is een orgeldag gehouden. Massale luchtbeschermingsoefeningen in Over- CHEMISCH REINIGEN VERVEN 't beste op dit gebied zens optreden en de historie geeft ons grond, waarom we b.v. het Oranjehuis accepteereti. In het woord ethisch ligt de gedachte, dat er een uiterlijke en innerlijke kant aan het gezag is. Daarom kan de overheid de wet niet volkomen handhaven; zij kan het in nerlijke niet beheerschen: God ziet het hart aan. De overheid kan slechts wat zichtbaar is, onder haar regiem krijgen. De Avet blijft absoluut; maar vanwege da hardigheid der harten liet Mozes de afwij king toe. Gods Wet verandert daardoor ech ter niet. De Voorzitter, de heer Schouten, komt terug op Je fout van Brunner. die de schei ding tusschen natuur en genade onschrif tuurlijk ziet. Onder Christenen was steeds drieërlei op vatting: de eerste wilde de wereld vrij ge ven; de andere wilde haar aanvaarden; de derde poogde de wereld te reformeeren. Augustinus hing de reformatorische richting aan; Brunner wil feitelijk de wereld ver werpen en komt, wijl dit niet gaat, tot da gewrongen gedachtengang. Zoo gaat het met Prof. Heering over de oorlog; die zou feitelijk ook de staat moeten prijsgeven; hetzelfde zien Ave bij de malcontente rechtsche groepen. Zij allen ge ven de Schriftuurlijke verhouding tusschen natuur en genade prijs en leggen zoo ,het leven steeds meer in boeien. Hoe denkt Prof. Ridderhos daar over? Spr. eindigt met de vraag of de Overheid werkelijk een positieve roeping tegenover de handhaving van de Chr. godsdienst heeft Op grond van deze gedachte wil men on derscheid maken tusschen vrijheid van overtuiging en propaganda. En de belijde nis van het ongeloof wil men op grond daarvan verbieden. Is dat juist? Wil God de overwinning op Satan niet alleen bewer ken door de worsteling tusschen den Heili gen Geest en het ongeloof Moet de vrijheid van propaganda blijven of veroordeeld wor den? God kan alleen de harten omzetten en daarom mag de Overheidsmacht het leven niet beheerschen; wij mogen het niet an ders willen dan God. Antwoord van Prof. Ridderbos Spr. kan niet op alles ingaan, wat naar' aanleiding van zijn inleiding is gezegd. Stelling I definieerde het onderwerp: de overheid heeft alles te maken met de religi eus-zedelijke wet en de bespreking kan ons dus verder brengen Die begrenzing is noo dig; want deze wet heeft een zeer specifiek karakter. Zij zegt ons, wat God van ons vraagt; en co-ordinatie met andere wetten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1