AvanG
|üftt»r frthsdjr (üouriutt
L1 eiden 3n Omstreken
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor
Gratis lezen tot 1 October
De politieke Conferentie te Lunteren
SCHOENEN
PALTHE - ALMELO
SbonnementsprijS:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 235
Franco per post 2.35 portokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zending4.50
Bij dagelijksche zending530
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 cl. met Zondagsblad 7'/> cL
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
DONDERDAG 13 SEPTEMBER 1934
No. 5273
15e Jaargang
Sbbertentieprijjen:
Van 1 tot 5 regels1.17'/»
Elke regel meer 032'/»
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5 regels2.30
Elke regel meer0.45
Handelsadvertentiên per regel 0.17'/»
t Bij contract belangrijke korting
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend 0.10
Wie zicli heden op ons blad abonneert, ontvangt de
tot I October aanstaande verschijnende nummers gratis.
Ook ontvangt elke nieuwe lezer de tot heden versche
nen reisbrieven van Prof. Dr. V. HEPP over zijn bezoek
aan Zuid-Afrika toegezonden, zoodat men deze geheele
beschrijving dan in zijn bezit heeft.
Over eenige weken begint Mr. P. BORST zijn serie
artikelen over het wonderlijke economische gebeuren in
Noord-A merika.
Ons blad kan met recht na de prijsverlaging het goed
koopst, maar ook meestgevend Christelijk Dagblad wor
den genoemd.
Vriendelijk verzoeken wij onzen lezers in familie- en
vriendenkring het getal onzer abonné's uit te breiden.
Lezers geve men op aan
De Administratie van ons blad
ONTSLAG HUWENDE ONDER
WIJZERES
Het frappeert, dat juist van soc.-dem. zijde
het hevigst verzet gevoerd wordt tegen het
.voornemen der Regeering om de huwende
onderwijzeres te ontslaan en tegen soort
gelijke maatregelen van gemeentebesturen
tegen huwende of reeds gehuwde ambte
naressen.
Want wij willen er direct aan toevoegen,
dat het een halve maatregel blijft, wanneer
slechts de huwende vrouw uit overheids
dienst ontslagen wordt en de gehuwde, ook
als zij geen kostwinster is, gehandhaafd
blijft
Dit is niet alleen onlogisch, als men het
Van het standpunt beziet, dat de gehuwde
Vrouw in haar gezin behoort te zijn; het is
ook onlogisch van hen, die met deze maat
regelen instemmen omdat de tijdsomstan
digheden er toe nopen.
De liberalen en vrijz.-democraten in 't al
geméén gaan accoord met het ontslag aan
de huwende ambtenares, opdat de openval
lende functies door werklooze kostwinners
ingenomen kunnen worden. Zij willen ech
ter de gehuwde onderwijzeres en ambtena
res bandhaven, ook als deze geen kostwin
ster is. Maar daarmee bestendigen zij de
onbillijkheid, dat het eene gezin een dubbel
inkomen geniet en het andere op steun is
aangewezen: juist het .voornaamste argu
ment van die zijde.
Echter, niet minder onlogisch is de massa
der sociaal-democraten. Ook daar wint de
gedachte veld, dat het toch wel schrijnt als
de werklooze huisvader ziet, dat een hem
passende betrekking vervuld word door de
[(vaak kinderlooze) vrouw van zijn vroege-
ren collega. En het aantal soc.-democraten,
dat hiertegen in .verzet komt, neemt dage
lijks toe.
Echter, de officieele woord- en penvoer
ders van deze partij laten nog steeds een
ander geluid hooren. We zijn het met u
eens, zeggen zij, dat de gehuwde vrouw in
haar gezin behoort en dat daar haar schoon
ste taak ligt. Maar als ze liever de kinderen
,van anderen in school opvoedt dan haar
eigen kinderen thuis, dan moet zij dat zelf
weten; noch anderen, noch de overheid
heeft daar iets mee te maken.
Aangenomen, dat deze stelling juist is,
'dan moeten toch twee bedenkingen gemaakt
worden.
In de eerste plaats deze, dat een verdedi
ging van het allerergste individualisme toch
niet van die zijde verwacht mocht worden.
Eer het tegendeel. Waarom schakelt men
bij deze aangelegenheid alle sociale fac
toren uit? En waarom keurt men het niet
scherp af, dat zoovelen alleen het eigen
belang laten beslissen?
Waarlijk, de felheid, waarmee de meeste
sociaal-democraten zich tegen het ontslag
der huwende of gehuwde vrouw keeren,
wekt verwondering.
Echter, er is een andere en belangrijker
kant aan de zaak. Men stelt niet alleen,
dat de gehuwde vrouw zelf zal beslissen, of
ze in- dan wel buitenshuis zal arbeiden;
men vergt ook van de overheid, dat
deze met de eventueele beslissing accoord
zal gaan.
Dit nu is een grove fout, öf een ongeken
de aanmatiging.
De overheid kan van meening zijn op
grond van de statistiek, dat de gehuwde
yrouw heel veel verzuimt en dus minder
geschikt is voor haar taak dan de man;
zij kan van oordeel zijn, dat het vooral nu
onbillijk is om in het eene gezin een dubbel
inkomen te brengen en 't andere van steun
'te doen leven; zij kan overtuigd zijn, dat
'de gehuwde vrouw in het gezin behoort en
dat zij, om die reden, geen gehuwde ambte-
jiares mag benoemen of handhaven;
dat alles heeft geen waarde: niet de over
heid beslist, maar de gehuwde vrouw, die
haar individueele wil mag opdringen aan
fcüdérèh.
Het is waarlijk wel heel zonderling.
i'. LEEUWARDEN
PRIJS VERLAAGD tot 70 ct. per flacon
BINNENLAND.
De werkloosheid
Nog stijgende.
Bij 1062 organen der openbare ar
beidsbemiddeling in ons land stonden
op 25 Augustus in totaal 324.574 werk-
zoekenden ingeschreven.
Op 11 Augustus 1934 bedroeg biet
aantal ingeschrevenen 317.673.
Het aantal ingeschreven werkzoe
kenden wijst, vergeleken met het over
eenkomstig tijdstip van het vorig jaar,
een stijging met rond 18.000 aan.
Uitvoering Tabakswet
Laat nog veel te wenschen over.
De Bond van Sigarenwinkeliersvereeni-
gingen, welke 27 vereenigingen over het ge
heele land omvat, heeft aan den Minister
van Financiën een schrijven gericht, waar
in de Bond zijn erkentelijkheid aan den
Minister betuigt met de uitvoering van de
banderolle-bescherming en afschaffing van
het cadeaustelsel, .vervat in de gewijzigde
Tabakswet.
De Bond heeft echter geconstateerd, dat
de naleving van de gewone Tabakswet veel
te wenschen overlaat en dat zijn leden zich
daardoor ernstig in hun bestaansmogelijk
heid zien bedreigd.
Zij hebben bij dit schrijven de medewer
king van den Minister verzocht om aan die
euvelen een einde te maken.
OPENING STATEN-GENERAAL
H. M. de Koningin zal a.s. Dinsdag de
gewone zitting der Staten-Generaal openen,
vergezeld door Prinses Juliana.
De bespreking van het referaat van Prof.
Dr. Ridderbos. Minister Colijn aan het woord
De referent beantwoordt de sprekers
Onze verslaggever te Lunteren zendt ons
het volgende verslag over de besprekingen
op de conferentie der Antirev. voormannen
te Lunter--
De discussie
Prof. Dooveweerd vraagt, waarom
de referent de preciseering van stelling I
gaf. Was beperking der wet geoorloofd? De
wet kan niet gedeeld worden, maar is één
geheel. Zij moet dus in volle realiteit aan
vaard, of voor het staatsleven geheel uitge
schakeld worden. Wat is het u i t e r 1 ij k e
van de zedewet, welke de ovealheid te hand
haven zou hebben? Bij het uiterlijke be
hoort toch het innerlijke? Alleen als men
in de zedewet dingen legt, welke er niet in
hooren, kan men gaan beperken. We moe
ten elk gebod zien in verband met het
rechtsleven; de wet veronderstelt de Godde
lijke ordening in het rechtsleven.
Spr. vindt in de zedewet niet de grond
voor het overheidsgezag; het is ingesteld om
der zonde wil en beimst daarom op de
zwaardmacht. Dat is het specifieke daarin
en waarin bet overheidsgezag onderscheiden
is van alle andere gezag.
Moeten we de overheid in alles gehoor
zamen met uitzondering van wat recht
streeks ingaat tegen dc wet Gods? Ook dan,
als de overheid willekeurig optreedt? Dan
echter zou alle souvereiniteit in eigjn kring
vervallen.
De zedewet is niet, zooals Brunner zegt,
in de liefde vervuld; de gerechtigheid kan
niet met de tweede plaats tevreden zijn.
Het gevaar is acuut, dat men de ordinantiën
Gods gaat opvatten als abstracte geboden,
die toegepast moeten worden door logisch
denken; die geboden behooren gezien te
worden in verband met de wereldorde, wel
ke God in de historie vaststelt en tot ont
wikkeling laat komen.
Pro f. M r. V. IT R u t g r s bespreekt
ook de zesde stelling, waarmee spr. het ge
heel eens is. Omdat we om Gods wil de
overheid moeten gehoorzamen, kan het lei
den tot een conflict met de Overheid, die
iets eisdht, dat. met Gods wet in strijd is.
Echter, is de overheid alleen te gehoorza
men, als ze vordert wat God wil? Er zijn
slechte overheden, die slechte bevelen ge
ven; doch daarmee vervalt de plicht tot
gehoorzamen niet.
De Overheid moet de chaos in het men-
schelijk leven keeren; maar er is meer. De
instelling der Overheid komt ten goede aan
de geheele menschbeid; en in die menschen
ieeft sociale aandrift en de overtuiging, dat
de Overheid noodig is. Ook door deze te er
kennen kan het Overheidsgezag zelfs in
heidensche landen tot ontwikkeling komen.
De vrees voor straf is van groote beteeke
nis. Heeft de inleider, vraagt Prof. Rutgers,
daaraan wel voldoende gedacht?
Spr heeft er bezwaar tegen, dat de in
leider gelijk stelt liet verzorgen der maat
schappelijke en cultureele belangen met de
bevordering van de Chr religie en de eere
Gods, want in het laatste kan geen dwang
zijn. Alles moet ter eere Gods geschieden
en kan daarom niet de nadere taak der
overheid aanduiden Spr. vraagt een nadere
toelichting.
De heer A. dc Jong Ezn. vraagt of
wet Gods synoniem is met de ordinantiën
Gods? Voorts: is de les der geschiedenis
te verstaan bij het licht der Schrift? En
ten derde: in hoeverre mag de overheid
tolereeren en financieel steunen, dat leerin-
De
Toespraak Dr. H. Colijn
nister-president, Dr. H. Colijn,
spreekt dan een slotwoord. Hij stelt vooral
de voorlichting van het eerste referaat op
prijs, want het gaat hier over de belang
rijkste vraag voor het staatsleven- Deze
vraag was immer aan de orde. Rome,
Luther en Calvijn worstelden er mee. Voor
ons is het vraagstuk van de grootste betee-
kenis, juist, omdat we ons willen richten
naar het Woord Gods.
Prof. Ridderbos keurde de redactie van
art 3 na de laatste wijziging in 1916 af.
Dit is juist, al was de aainvulling nuttig
voor de uitvoering van de taak der Over-
Voorts oefende de inleider eenige critiek
op de subjectieve toelichting van de objec
tieve inhoud van art 3 van Ons Program.
Dr. Kuyper was in „De Gemeene Gratie"
ten deze duidelijker dan in Ons Program.
Spr. zelf heeft in zijn toelichting de objec
tieve eisch naar voren geschoven; die ensch
geldt ook voor de ongeloovige Overheid, al
zal er in de praktijk weinig van terecht
komen.
Wijziging van de redactie van art. 3 1:
gewenscht; de inleider heeft zelf naar een
betere gezocht Wellicht is eenig uitstel ten
deze gewenscht; met de vernieuwing van
een monument moet men zeer voorzichtig
zijn; eerst moeten we allen over de in
houd volkomen eensgezind zijn en dat is nu
nog niet het geval. Art 3 staat t/hans mid
den in de branding en ook dat maant tot
voorzichtigheid.
Na deze toespraak las Dr. Colijn een deel
van Rom. 8 en sloot de eerste bijeenkomst
met dankzegging.
Tweede dag
Morgenwijding
Na het ontbijt werd in de conferentiezaal
een morgenwijding gehouden, welke geleid
werd door Prof. Geels, die na psalmge
zang en het lezen van Psalm 111 voorging
in gebed.
Voortzetting disenssie.
In de open lucht werd de discussie voort
gezet. Eerste spreker was Prof. D r. de
H a r t o g h.
Deze wees er allereerst op, dat de toe
lichting van Dr. Kuyper al tot menig mis
verstand aanleiding gaf. Men moet ook re
kening houden met de tijd, waarin Dr.
Kuyper zijn toelichting schreef. Toen hadden
we een liberaal ministerie en daarmee hield
Dr. Kuyper rekening. Hij maakte verschil
tusschen een overheid die wel rekening
wilde houden met Gods Woord en een an
der, die het niet deed. Hij spitste zijn be
toog toe op het liberale ministerie van toen.
Hij ontkende niet de 1-oeping van die over
Op dB Antirevolutionaire leidersconferentie
toehoorders Dij eeit van de referaten; die da
te Lunteren heeft Z.Ex. Dr H. Colijn, als gewoon bezoeker, plaats genomen onder de
%r gehouden worden.
heid tot onderwerping aan Gods wet, doch
gaf toe, dat wij van haar niet kunnen ver
wachten, wat wij mogen verwachten van
in christelijke overheid.
Nadrukkelijk stelde Dr. K. later vast, dat
hij van elk overheidspersoon onderwerping
aan Gods wet vorderde; en daarom kunnen
wij zijn standpunt handhaven. Wel beriep
Dr. K. zich later gelukkig meer op de ge-
leene gratie. Dit maakt ons sterk tegen-
yer zekere groep, die verlangt, dat do
verheid thans optreedt, zooals in dc zes
tiende eeuw het geval was. Stahl zei te
recht, dat de overheid rekening moet hpu-
den bij de handhaving van Gods geboden,
met de mate van geloof, welke in het volk
gevonden wordt
Spr. neemt liet standpunt van Dr. Kuyper
in 1879 nog ten volle ar zijn rekening.
De heer Mr. Noteboora sloot zich voor
aan bij de opmerkingen van Prof. Dooye-
weerd. Over de beteekenis van de historie
voor de Staatkunde zei de inleider te wei
nig. K>.eft -c historie m ^«ïeAe arde?
Spr. noemt de westie var. het gezag. De
Heilige Tchrift 1r-»t op de overheid de plicht
tot gezagsoefening; doch wie moet de over
heid zijn? Is in Rusland de overheid van
Godswege met gezag hek leed?
Nergens sta in de Bijbel, dat het Huis
in "*ranje hier behoort te regeeren; de
historie gaf daarvoor aanwijzingen en deze
heeft dus normatieve beteekenis.
Een tweede kwestie is die van de eigen
dom. Bij de concrete, bestaande rechtsorde
sloot oo" dit. gebod zich aan.
In de bestaande rechtsorde ligt dus een
aanwijzing van Gods v,:l?
Ook bij de gemeentelijke en provinciale
autonomie komt de normatieve waarde der
historie naar voren. Spr. yraagt naar de be
teekenis van deze dingen.
Prof. Ridderbos poneerde de stelling: wij
mogen dit hosch kappen, als het nut
tig i s. eHt ons door God gegevene vraagt
eerbied van ons. Daarom is aantasting ver
boden, wanneer onze daad niet kan dienen
tot eere Gods. Spr. herinnert aan de afslach
ting van het vee. Er kwam, soms onbere
deneerd, een ritseling van wrevel, omdat
men, misschien te ver ging.
Spr. meent, dat Brunner dichter bij ons
staat, dan Prof. Rid lerbos meende. De anti-
kee. t zich niet al,:;d tegen een daad-
i kelijhe revolutie: Spanje, Napoleon. Wij
willen een politiek, die zich richt naar Gods
Woord en dat moet onze kracht zijn, geen
overdreven conservatisme.
Tenslotte betoogt Air. Noteboom, dat een
gebod Gods voor ons geldt in alc kwalitei
ten: verschil mag niet gemaakt a -Jen, en
eindigt met de vraag of het geoorioofd is.
dat de overheid met geld eenige religie
steunt.
Prof. S e v e r ij n sluit zich ten aanzien
in Brunner bij Prof. Ridderbos .aan. Jonge
menschen mogen wel eens gewaarschuwd
worden tegen dezen theoloog.
Naar een religieus element zoekt
richting, ook de revolutionaire en daarom
loopt alles uit op religie, godsdienst. Dat is
nog een geluk; ook al geven we aan het
begrip „geestelijk leven" een grooter uitbrei
ding. Hoe staat de overheid legenover het
cultureele ieven? dat is de vraag.
Toen de oude traditie vóór de revolutie van
1795 werd weggevaagd, kwam het liberalis
me met de stelling: de overheid laat alle
geestelijk leven vrij. Maar thans laat de
overheid niets vrij; want het communisme
wil heel het feestelijk leven dienstbaar
ken aan zijn beginsel.
Dat zijn de feiten. Nu moeten we dus niet
meer knabbelen aan art. 36. Dit art. neemt
standpunt aan tegenover deze dingen.
Het stelde een ander principe tegenover het
communisme bv.
Onder de wet Gods verstaan wij, de wet
waarvan God de auteur is, die dus zijn wil
uitdrukt; de moderne maakt er de natuur
wet van, a naraan God zelf onderworpen is.
Naar onze kant handhaaft de wet Gods zich
alle ingen in ieder ding naar zijn aard.
Die Avet is voorwaarde voor ontplooiing
.an alle schepsel en elk ding. Het is levens
wet geworden. Maar de boom is geen mede
werker Gods, zooals de mensch. die akker
werk- èn mede-arbeider Gods is. Het gezag
oefenen en zich onderwerpen aan het ge
zag. Daarin heeft de overheid natuurlijk
een plaats.
Nu echter de volkomen mensch ontbreekt,
komt het conflict, dat altijd godsdienstig is
Alles moet opgeeisi.lit worden voor Se eere
Gods, maar dc erken ing blijft verre. En do
overheid heeft daarb j een roeping.
Prof. Vollenhoven meent, dat er een
zekere spanning was in de conferentie; het
is geen spanning tusschen oud en jong,
maar het verschil ligt in de terminologie, èn
gelukkig Prof. Ridderbos is daarbij de
trait d' union.
Dit komt in alle stellingen uit. Wat de
terminologie betreft ia er echter een tegen
stelling tusschen stelling 2 en 4; en dat
typeert de móeilijkheid van het oogenblik.
Wat verstaan we b.v. onder natuur: de volle
kosmos of alleen het lagere.
Het ambt, door God verleend, stelt den
ambtsdrager voor de taak om de norm te
concretiseeren. Dat is rechtsvorming. In de
praktische politiek is men daar steeds mee
De wet is niet absoluut; ze is van God
gegeven voor de kosmos en legt het verban l
tusschen Hem en Zijn schepping. Ook de
zedewet is niet absoluut en staat niet tegen
over het recht.
Normatieve feiten bestaan ér niet; het
feit kan geen norm zijn. Men bedoelt ech
ter „genormde" feiten. En het verband d'
feiten vormt de geschiedenis.
Iq deze zin is er normatieve historie. Dit
leidt niet tot relativisme; Avant noch de
natuur, noch de mensch kan de norm aan
geven. Er is een ontwikkeling ten goede,
maar ook ten kwade, en Avie de feiten ziet
in het licht der Schrift, ziet ook de achter
grond der dingen.
Prof. Waterink zegt, dat het eerste
gebod is de grondslag van alle gezag. In de
historie zien we het overheidsgezag orga
nisch groeien; we zien te vaak de overheid
als opgelegd. Moet de overheid niet trach
ten het zedelijk, peil van het volk omhoog
te brengen?
De norm is, dat Avij de overheid gehoor
zamen: maar we moeten het doen op goede
grond; Wij mcetën als redelijk-zedelijke Ave
Eens dragen
STEEDS vragen!!
Voornaamste Nieuws.
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
Blz. 1
De conferentie fe Lunteren, uitgaande van het
C.ntraal Comité van Antirev. Kiesvcreenigingcn.
Het werkloosheidscijfer op 25 Augustus.
Veertien lecLrfabrikanten zijn uit de Huiden-,
Leder- en Schoencentrale uitgetreden.
Blz. 2
Litwinof eischt wijziging van de uitnoodiging,
die hij te koel vindt.
De groote mogendheden hebben e>en non-inter
ventiepact voor Oostenrijk in de maak en zullen
Duitschland uitnoodigen daarbij toe te treden.
De Valera sprak vóór toelating van Rusland.
Groote dorpsbrand in Litauen.
Berichten over de Morro Castle.
Blz. 3
Te Utrecht is vandaag de 13e vergadering g(e-
houden van de Herv. (Geref.) Predikantenver-
tem ging.
De 68ste jaarvergadering van de Nederland-
schc Zondagsschool-Vereeniging te Eindhoven.
De staking in de blikfabrieken te Krommenie ts
opgeheven.
Blz. 5
Te Vlaardingen is vandaag de jaarvergadering
Blz. 9
Dc Japansch-Nederlandsche onderhandelingen
dreigen vast te loopen.
Bondsvergadering van dc Bond van Ncd. Chr.
Oranje ver eeni gingen te Utrecht.
Te Den Haag is een orgeldag gehouden.
Massale luchtbeschermingsoefeningen in Over-
CHEMISCH REINIGEN VERVEN
't beste op dit gebied
zens optreden en de historie geeft ons grond,
waarom we b.v. het Oranjehuis accepteereti.
In het woord ethisch ligt de gedachte, dat
er een uiterlijke en innerlijke kant aan het
gezag is. Daarom kan de overheid de wet
niet volkomen handhaven; zij kan het in
nerlijke niet beheerschen: God ziet het
hart aan. De overheid kan slechts wat
zichtbaar is, onder haar regiem krijgen.
De Avet blijft absoluut; maar vanwege da
hardigheid der harten liet Mozes de afwij
king toe. Gods Wet verandert daardoor ech
ter niet.
De Voorzitter, de heer Schouten, komt
terug op Je fout van Brunner. die de schei
ding tusschen natuur en genade onschrif
tuurlijk ziet.
Onder Christenen was steeds drieërlei op
vatting: de eerste wilde de wereld vrij ge
ven; de andere wilde haar aanvaarden; de
derde poogde de wereld te reformeeren.
Augustinus hing de reformatorische richting
aan; Brunner wil feitelijk de wereld ver
werpen en komt, wijl dit niet gaat, tot da
gewrongen gedachtengang.
Zoo gaat het met Prof. Heering over de
oorlog; die zou feitelijk ook de staat moeten
prijsgeven; hetzelfde zien Ave bij de
malcontente rechtsche groepen. Zij allen ge
ven de Schriftuurlijke verhouding tusschen
natuur en genade prijs en leggen zoo ,het
leven steeds meer in boeien.
Hoe denkt Prof. Ridderhos daar over?
Spr. eindigt met de vraag of de Overheid
werkelijk een positieve roeping tegenover
de handhaving van de Chr. godsdienst heeft
Op grond van deze gedachte wil men on
derscheid maken tusschen vrijheid van
overtuiging en propaganda. En de belijde
nis van het ongeloof wil men op grond
daarvan verbieden. Is dat juist? Wil God
de overwinning op Satan niet alleen bewer
ken door de worsteling tusschen den Heili
gen Geest en het ongeloof Moet de vrijheid
van propaganda blijven of veroordeeld wor
den? God kan alleen de harten omzetten en
daarom mag de Overheidsmacht het leven
niet beheerschen; wij mogen het niet an
ders willen dan God.
Antwoord van Prof. Ridderbos
Spr. kan niet op alles ingaan, wat naar'
aanleiding van zijn inleiding is gezegd.
Stelling I definieerde het onderwerp: de
overheid heeft alles te maken met de religi
eus-zedelijke wet en de bespreking kan ons
dus verder brengen Die begrenzing is noo
dig; want deze wet heeft een zeer specifiek
karakter. Zij zegt ons, wat God van ons
vraagt; en co-ordinatie met andere wetten