NATIONALE
;€f©Ü
rCB
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor tOct
ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1934
TWEEDE BLAD PAG.
LEVENSVERZEKERING-BANK Rotterdam
De Stellendamsche Garnalenvisschers
Hulp in hun nood dringt
I
„De Stellendamsche garnalenvisschers zijn
in grooten nood; help ons!" Wie zoo'n nood
kreet ontvangt, luistert.
We hebben geluisterd naar wat Stellen
dam ons te vertellen had en achten thans
het oogenblik gekomen er iets van te publi
We doen dat met opzet n u, hoewel we
het reeds eerder hadden kunnen doen.
Want de zaak is niet nieuw. In de Tweede
Kamer is zij herhaaldelijk besproken o.a.
door het anti-rev. lid de heer Amelink. Zijn
aandrang en die van anderen om een steun
regeling, werd beantwoord met verwijzing
naar een onderzoek, dat gaande was.
Dat onderzoek duurt intusschen wel wat
erg lang, met als gevolg, dat de betrokken
visscherslui voortdurend dieper in den put
zijn gekomen
„Overweging"
ïs blijkbaar steeds het wachtwoord, waar
mede de zaak sleependc wordt gehouden-
We leiden dat ook af uit het antwoord van
minister Steenberghe op vragen van een lid
der Tweede Kamer betreffende den noodtoe
stand in de garnalenvisscherij.
Dien noodtoestand en de oorzaken er van
schetste de minister van Economische Za
ken zelf als volgt:
De uitvoer van garnalen naar België en
Frankrijk is zeer verminderd, doordat de
invoer in beide landen gecontingenteerd
is. terwijl ook de uitvoer naar Engeland
sterk is achteruitgeloopen door de waar
dedaling van het pond en de heffing vaD
een invoerrecht daar te lande.
De sterk verminderde afzet naar het
buitenland heeft in vele visschersplaat
sen en in het bijzonder in die, waar men
zich in hoofdzaak toelegt op de vangst
van consumptieg&rnalen voor export, ge
leid tot een zoodanige inkrimping van de
visscherij, dat een grooter of kleiner aan
tal van de visschersvaartuigen tot stil
liggen is gedwongen, terwijl de overige
het bedrijf nog slechts op beperkte schaal
kunnen uitoefenen.
Deze inkrimping van het bedrijf heeft
tot gevolg, dat de inkomsten van de
visschers in die plaatsen onvoldoende
zijn en hun toestand zeer moeilijk is ge
worden.
De verminderde afzet heeft voorts een
scherpe concurrentie in het leven geroe
pen tusschen de handelaren, die, om hun
afzet nog eengszins op peil te kunnen
houden, het product aan hun eigen af
nemers en aan die van hun concurren
ten, zoowel in het binnen- als in het bui
tenland, aanbieden tegen steeds lagere
prijzen, wat op zijn beurt tot gevolg
heeft, dat ook de prijzen, welke de han
del aan de visschers betaalt voor de door
hen aangevoerde garnalen, steeds sterker
worden gedrukt
En dan komt het geruststellend woord:
Het maakt een punt van ernstige over
weging uit op grond van de Landbouw
Crisiswet maatregelen te treffen, welke
er toe kunnen leiden, dat aan de moor
dende concurrentie een einde komt en do
visschers in de gelegenheid gesteld wor
den hun bedrijf voort te zetten, voor zoo
veel zulks in verband met den beperkten
afzet mogelijk zal blijken.
Overwegen. Maar er wordt al zoo lang
overwogen, zal men zeggen in Arneniuiden,
Breskens, Brouwershaven, Goedereede, Oud
dorp. Stellendam, Veere en Vlissingen,
altemaal plaatsen, die met de garnalenvis
scherij te maken hebben.
Wanneer gebeurt er nu eens iets posi
tiefs? De toestand is zoo bedroevend slecht,
dat de belanghebbenden aan het uitspreken
van een mogelijkheid van steun weinig
hebben. Ook zal men met bedrijfsbeperking
alleen er niet komen, zelfs al gaat daarmee
verruiming van afzet in het binnenland ge
paard.
De Regeering schijnt een aanvoer- en pel-
regeling te overwegen, waarbij uit de hef
fing van een zeker recht gelden zullen wor
den verkregen ten einde de visschers te kun
nen steunen.
Dat is goed bedoeld, maar zeide men
ons uit Stellendam de armoede, het ge
brek, de nood is al zoo groot, dat eigenlijk
iedere dag uitstel onverantwoord
is, te meer omdat er reeds zoo heel lang,
nadat de toestand onhoudbaar werd, op
hulp is aangedrongen. Wel is er naar bui
ten niet luid geklaagd, er is niet gepro
testeerd, maar hulp is desniettemin drin
gend noodig. De Stellendamsche visschers
vragen niet gauw. Tot het uiterste ,vweten
ze den nood te dragen. Thans gaat het niet
langer en is helpen plicht van menschQlijk-
heid en eisch des rechts.
Enkele jaren terug
was de garnalenvisscherij te Stellendam
loonend. Wel waren de inkomsten niet
hoog, maar de visschers die twee-derde
der bevolking uitmaken hadden een be
hoorlijk bestaan en bij zuinig le\en kon nog
wat overgespaard worden om schip en
netten het noodige onderhoud te geven.
De garnalenvisscherij is voor heel de
Stellendamsche bevolking van beteekenis.
De vloot telt ongeveer 50 scheepjes, op elk
waarvan drie man varen. Ambachtslieden
en neringdoenden hebben uit den aard der
zaak eveneens bij het visscherijbedrijf groot
belang. En ook met de landarbeiders is
zulks het geval, omdat deze weer meehel
pen de gevangen garnalen te pellen.
Heel het bedrijf en alles wat er mee in
verband staat, kwijnt thans. Daarbij is do
schipper-garnalenvisscher, eigenaar van
een scheepje, er het slechtst aan toe. Hij
heeft veelal zijn vaartuigje moeten kou
pen; soms geschiedde dat met eigen geld,
maar veelal met hooge hypotheek tegen
behoorlijk hooge rente en zeer bezwarende
voorwaarden van anderen aard. Een voor
beeld: een schipper koopt een scheepje,
moet 8 pet. rente betalen en bovendien een
levensverzekering sluiten op naam van den
geldschieter als waarborg voor de verstrek
te leening.
Een scheepje kost 4 a 5 duizend gulden.
Maar bovendien moet de schipper-„eige-
naar" zorgen voor netten en alles wat
noodig is om de visscherij te kunnen uit
oefenen. De schipper staat dus voor zware
lasten, welke uitsluitend uit de inkomsten
fan het bedrijf bestreden moeten worden.
Om een indruk te geven van
de exploitatiekosten van een
scheepje
verstrekte men ons een aantal cijfers. Deze
waren aan de practijk ontleend als gemid
delde van de exploitatie van vijf vaartui
gen. Ziehier de lasten:
Havengeld aan de gemeentef 10.
Netten 52.
Zeilen (vernieuwing en onderh.) 63.
Onderhoud vaartuig en motor312.—
Voeding tijdens het visschen23.50
Brandst. v. h. koken d. garnalen 84.90
Rente 200.
Afschrijving 100.—
Totaal I 845.40
De schipper-visscher moet dus meer dan
f 800 verdienen eer hij nog iets voor zijn
personeel en voor zichzelf heeft.
Sinds eenigen tijd is het echter zoo, dat
de inkomsten per jaar op niet meer dan
450 te stellen zijn, zoodat de schipper op
zijn exploitatie dus zoowat f 400 tekort zou
komen. Dat beteekent in de practijk: min
der varen, minder onderhoud der schepen,
onmacht om rente en aflossing te betalen.
M.a.vv.: gevaarlijke verwaarloozing van het
materiaal en armoede en ondergang voor
de menschen.
Dat de eene schipper zich gemakkelijker
dan de andere door de moeilijkheden heen
slaat, zal men begrijpen. Niet. ieders om
standigheden zijn gelijk. Er zijn schippers,
die hun vaartuig vrij hebben en dus geen
rente en aflossing meer hebben te betalen.
Dezulken staan er eenigszins gunstiger
voor dan de anderen en dat zijn de
meesten die wel zware kapitaalslastert
voor hun verantwoording hebben. Onder da
zwaarst belasten en getroffenen zijn er,
wier persoonlijke inkomsten dermate zijn
gedaald, dat zelfs de allernoodzakelijkste
levensbehoeften er niet meer van kunnen
worden betaald.
Cijfers, die aan de werkelijkheid zijn ont
leend, wijzen uit, dat over drie maanden
het vischloon van den schipper niet meer
bedroeg dan f 4.221/*> per week. Per jaar zou
dat dus f 219.70 zijn!
Het is duidelijk, dat bij dergelijke inkom
sten schip en tuigage niet langer kunnen
worden onderhouden naar behooren. Eerst
gaan de spaarduitjes er aan, als die er zijn;
dan ontstaan moeilijkheden met de beta
ling van rente en aflossing, leeningen wor
den opgezegd, borgen aangesproken, am
bachtslieden krijgen geen karwijtjes meer
en blijven met onbetaalde rekeningen zit
ten, winkeliers goven geen crediet meer
cn zoo is
Voor de deur staat het geval, dat men aan
alle kanten vastloopt en de visscher zijn be
drijf geheel moet staken.
De visscher is er wel het allerslechtst
aan toe. Dat wil echter niet zeggen, dat hel
met de knechts beter is. Zij staan wel niet
voor dezelfde lasten als hun schipper, maar
verdienen niet meer dan hij en beschikken
dus voor levensonderhoud ook slechts over
zeer schamele inkomsten. Zelfs al telt men
hierbij hetgeen met het pellen van garna
len wordt verdiend, dan nog blijven de in
komsten beneden hetgeen voor levensonder
houd onmisbaar is.
De vaak 16 uren per dag werkende vis
scher blijft met zijn inkomsten niet onbe
langrijk beneden hetgeen elders aan werk-
loozen en door het Burgerlijk Armbestuur
gesteunden wordt uitgekeerd.
Het stellen van de vraag of hier thans
niet onmiddellijk hulp behoort te worden
geboden, is tevens het geven van het ant
woord er op. Hier is nood. En die nood is
zoo hoog, dat „overwegen"' van het bieden
\an steun niet langer verantwoord mag
worden geacht. Hier past slechts een daad.
Land- en Tuinbouw.
SAMENSTELLING VAN DE CRISIS
CENTRALE
Bezwaren
bij de opgave der vertegenwoordigers
Door het hoofdbestuur van den Centra-
ien Besturenbond van de Zuivelhandel
organisaties is de aandacht van den Mi
nister gevestigd op de aan het licht gc-
-4 SLACHTOFFERS
van OVERTOLLIG HAAR. Dagelijks komen Dames in onze inrichting die door
onkundige behandeling en door lokmiddel van goedkoope prijzen hun OVERTOL
LIG HAAR niet alleen niet zijn kwijtgeraakt, maar door de slechte behandeling
de haargroei erger is geworden. Dames daarom oppassen aan wie U zich toever
trouwt, want goedkoop is in den regel duurkoop. Komt dus vol VERTROUWEN bij
Mevr. LOUISE C. GIMBER (gediplomeerd te Parijs)
Laan v. Meerdervoort 1 56, Den Haag, Tel. 331 841
Reeds 30 jaar gevestigd. Vele aanbev. van H.H. Doktoren en behandelde Dames.
Nieuwste vlugge methode. Catalogus No. 6 gratis en franco
Verwijdering van overtollig haar met gar. van nooit meer terugkomen!
Ook verwijdering van rimpels, wratten, lidteekens enz. Huidverzorging.
geeft een
hooge vaste rente
ROFFELRIJMER
DAT IS BRABANT
Mulle, rulle wagensporen,
Huifkar, rijk beslagen paard,
Eénp&rdsploegspan op de akker
Boerderij, een boer, een baard,
Een boerin met witte staartmuts,
Put met galg, een knecht, een meid
Dat is Brabant aan de arbeid,
Brabant in bedrijvigheid.
Groene wagen, gouden kragen,
Sterren, strepen, overal,
Auto's, fietsen en motoren,
Keukenwagen, hoorngeschal,
Knetterende karabijnen,
Krakend mitrailleurlaweit,
Dat is Brabant in de oorlog,
Brabant in manoeuvretijd
Ritselende populieren,
Eikenlanen zonder end,
Vakken sappig groene weide,
Boschje, een gestreepte tent,
Een kampeerder met een emmer,
Aan een touw een witte geit,
Dat is Brabant in de ruimte
Brabant in vacantietijd.
Donkerbronzen dunne dennen,
Varens, dennenaalden, zand,
Stille vennen, vliegen, mieren,
Blauwe juffers, aan de rand
Van het water op een bankje
Spannetje dat vreedzaam vrijt
Dat is Brabant in de bosschen
Brabant in de schemertijd.
(Nadmk verboden.) LEO LENS.
komen bezwaren bij de opgave van verte
genwoordigers in de Crisis-Centrale.
De bond stelt voorop het vex-zoek des
ministers om aanwijzing van vertegen
woordigers op hoogen prijs te stellen, maar
acht het allernoodzakelijkst bij het vol
doen aan dit verzoek er op te wijzen, dat
bij een dergelijke offirieele vertegenwoor
diging der uit het vrije bedrijfsleven naar
voren getreden organisaties, slechts die
dienen erkend, die behooren tot een cen
traal landelijk verband, dus organisaties
inet een zuiver locaal karakter niet en dat
wensohelijk ware van hen ook geen voor
dracht tot het aamvijzen van een vertegen
wooröigcr te verzoeken.
De bezwaren van het hoofdbestuur rich
ten zich ook tegen het ongelimiteerde aan
blijven van den eenmaal door eenige orga
nisatie voorgestelden en door den minister
benoemden vertegenwoordiger.
Het bondsbestuur adviseert in deze een
rouleeringssleisel in te voeren, waardoor
ook het bezwaar der verdeeling van den
beschikbaren zetel in het centrale c
college komt te vervallen, en iedere lande
lijke organisatie, dus de Roomsch Katho
lieke, de Christelijke en de Neutrale, bij
toerbeurt een vertegenwoordigende stem
krijgt, waarbij tevens door onderlinge, meer
interne regeling, de bonden zelf met den
in het college zitting hebbende vertrou
wensman voeling kunnen houden.
De bond verzoekt derhalve, dat de minis
ter zich bepale tot de benoeming van ver
tegenwoordigers van landelijke bonden en
de eventueeJe plaatselijke adspiranten uit
te sluiten, daar kennis van, en medeleven
met het nationale bedrijfsleven hoofdzake
lijke vereischten zijn.
RUBRIEK^
ZONDAG 26 AUGUSTUS
HUIZEN 301.5 M.
NED. CHR. RADIO VEREENIGING
8.00—9.30 Morgenwijding door Ds. C. F.
Westermann. Zang: mej. G. Koeman, so
praan. Begeleiding: M. F. Jurjaanz. 1 Zang:
Rust mijn ziel, Uw God is Koning. B. de
Vries. 2 Votum. 3 Zang: Gez. 3-18 4, 3
(Hcrst. Eiv. Luth. Bundel). Psalm 73 13,
12. 4 Gebed. 5 Toespraak. 6 Zang: Bede,
Ph. Zalsman. 7 Gebed. 8 Zang: Gez. 251 i
2 (Herst. Ev. Luth. Bundel). Gez. 43 2
(Herv. Bundel). 9 Zegen.
5.00 n.m. Kerkdienst uit de Geref. Kerk
(Piantagekerk)te Zwolle. Voorganger: Dr.
Thijs. Organist: G. Lindeboom. 1 Orgel
spel en stil gebed. 2 Votum en zegengroet.
3 Zingen: Ps. 111 1. 4 Belijdenis des ge-
loofs, waarna gezongen wordt: Ps. 89 3.
5 Schriftlezing. Joh. 14 1 11. 6 Gebed.
7 Tekst: Joh. 14 6. 8 Zingen: Ps. 36 2,3.
9 Prediking. 10. Zingen: Ps. 73 12. 14. 11
Voortzetting prediking. 12 Dankgebed. 13
Zingen: Ps. 40 5. 14 Zegen. 15 Orgelspel.
Na den dienst tot 7.45 nun.: Gewijde mu-
BLOEMENDAAL 245. 9 M.
10.00 v.m. en 5.00 n.m. Kerkdienst uit de
Geref. Kerk. Voorganger; Ds. J. C. Brus-
LONDON REG. 342.1 M.
8.20 Kerkdienst uit de Studio, o.l.v. Rev. A.
Allon Smith. 1 Inleiding. 2 Hymne: „Love
Divine all loves excelling". 3 Bijbellezing:
Matth. VIII 1627. 4 Psalm 24. 5 Gebed.
6. Hymne: „Sing we of the Golden City". 7.
Preek door Rev. A. Allon Smith. 8 Gefced.
9 Hymne: „The day thou gavest, Lord, is
ended". 10 Zegen.
MIDLAND REG. 391.1 M.
8 20 Kerkdienst uit de Kathedraal te Bir
mingham. 1 Hymne: To the Name that
brings Salvation. 2 Gebeden. 3 Responso
rium. 4 Psalm 4. 5 Text. 6 Magnificat. 7
Hymne: Dear Lord and Father of mankind.
8 Preek door den Rev. Canon S. D. Morris.
9 Hymne: Jesu good above all other. 10 Ze
gen. Organist en koorleider: Fred Dunnili.
MAANDAG 27 AUGUSTUS
HUIZEN 301.5 M.
NED. CHR RADIO-VEREENIGING
8.00—8.15 Schriftlezing en meditatie.
8.159.30 Morgenconcert (gr.pl.).
10 3011.00 Morgendienst door Ds. Joh.
Gerritsen Jr.
1100—11.30 Lezen van Chr. lectuur: „Zee
en Heide" van G. F. Haspels.
11.30—12.00 Orkestmuziek (gr.pl.),
12.0012.15 n.m. Politieberichten.
12.1512 30 n.m. Gramofoonmuziek.
12.302.00 n.m. Orgelconcert uit de Luther-
sche Kerk, Kloveniersburgwal, te Amster
dam, door den orgelist Jan Zwart, m.m.v.
mej. J. Tromp.
2.00—2.45 n.m. Viool-recital door Albert
Jansen. A. d. vleugel: mevr. Annie Franke—
Hendriks.
2.45—3.15 n.m. Wenken voor de keuken
door mevr. M. AdriaoMerckens: „Wat
kan er in dezen tijd ingemaakt worden?",
3.15—3.45 n.m. Zangplaten.
3.45—4.00 n m. Verzorging zender.
4.00—5.00 n.m. Bijbellezing door Ds. G.
Chr. H. Plantage.
5.00—5.15 n.m. Gramofoonmuziek.
5.15—6.15 nm. Christelijk liederenuurtje
door Joh. de Heer, m.m.v. W. Verver, viool,
6.15—6.30 n.m. Gramofoonmuziek.
6.30—6 58 n.m. Vragenuurtje.
6.5S—7.00 njn. Zeoderoverschakeling.
7.00—±7.15 n.m. Politieberichten en pers
berichten.
±7.15—7 30 n.m. Gramofoonmuziek, ol
„Een greep uit het dagclijksch gebeuren"»
7.30—8 00 njn. Vragenuurtje.
8.00—9.00 n.m. „Onze Zang- en Muziek
verenigingen" Chr Meisjes- er
koor „Hosanna", te Boskoop, o.l.v. J.
Beek.
9.00—9.30 n.m. Iets over den handel in ta
bak", door J. van Noortwijk.
9.3010 45 n.m. Concert door het „Cello
kwartet van het Nederlandsch Kameror
kest", te Den Haag: Henk Berghout, Bram
Hemerik, Willy Kleyweg, Rosemarijn Roes,
Afgewisseld door een bespeling van het Stu
dio-orgel door Marc. E. Bouwmeester.
10-45—11.45 n.m. Gramofoonmuziek.
HILVERSUM 1875 M,
A.VJï.O.
8.01 10.00 Gramofoonmuziek.
10.00—10.15 Morgenwijding.
10.15—10.30 Gramofoonmuziek.
10.30— 11.30 Gramofoonmuziek.
11.30—12.30 n.m. Concert door het ensem
ble Rentmeester.
12.30—1.30 n.m. Gramofoonmuziek.
I.30—2.15 nm. Voortzetting van het con
cert door het ensemble Rentmeester.
2.15—2.30 n.m. Gramofoonmuziek.
2.30—3-30 n.m. Orgelconcert door Piet vad
Egmond Jr., m.m.v. Jan Felderhof, viool.
3.304 00 n.m. Gramofoonmuziek.
4.004.15 njn. Overschakeling naar „Radio
Kootwijk".
4.15—4.30 n.m. Gramofoonmuziek.
4.30—5.30 n.m. „Spectacle couoé", causerie
door Max Tak.
5.30—7.00 n m. Concert door Kovacs Lajos
en zijn orkest.
7.00—7.30 n.m. Causerie door G. de Josse-
lin—de Jongh: „Groot eet klein en klein
nog kleiner".
7.30—8.00 n.m. Pianorecital door mej. Ju
dith de Leeuw.
8.01-8.05 n.m. Vaz Dias.
8.05—9.00 n.m. Opera-concert door de le
den van de N.V. Italiaansche Opera. Het
Omroep-orkest. Het geheel o.l.v. Maestro
Cav. Mario Parenti.
9.00—9.20 n m. „De Rotterdamsche haven"!
een reportage van Leo Ott, door Herman
Felderhof.
9.2010.00 n.m. Voortzetting van het con
cert door leden van de N.V. Italiaansche
10.00—10.15 n.m. Gramofoonmuziek.
10.15—11.00 n.m Concert door Kovacs La
jos en zijn orkest.
II.00-11.10 n.m. Vaz Dias.
11.00—12.00 n.m. Gramofoonmuziek.
12.00 Sluiting.
BUITENLAND
Daventry 1500 M.: 4.05 n.m. Concert door
het stedelijk orkest van Buxton. 8.50 n.m.
„The Land of Heart's Desire" van Yeats
en „Meadowsweet" van O'Kelly.
London Reg. 342.1 M.: 8.20 nun. Wagner-
concert in de Queens-Hall.
Brussel (Vlaamsch) 321.9 M.: .8.20 n.m,
Symphonie-concert.
Koningsbergen 291 M.: 8 30 n.m. „Das
Gleichnis", cantate voor soli, koor, orgel en
orkest van Max Donisch.
Monte CLneri 257.1 M.: 8.35 n.m. Concert
(Beethoven, Saënt-Saens)
Straatsburg 349.2 M.: 9.05 n.m. Wagner-
concert uit Vichy: Ged. uit „Parsifal" en
..Die Gotterdammerung".
Frankfort 251.1 M.: 9.05 n.m. „Die Jun^-
frau von Orleans", treurspel van vco
Schiller.
Milaan 368.8 M.: 10.20 n.m. Kamermuziek,
De oprichting der S.D.A.P, in 1894
ANARCHISME EN SOCIALISME
„De Twaalf Apostelen"
Op denzelfden dag dat Nederland opge
schrikt werd door de tijding van de overal
op Lombok, kwam te Zwolle, in de Atlas
zaal, een kleine groep personen bijeen met
het doel om een nieuwe partij te stichten,
welke bekend is geworden als de Soc. Dem.
Arb. Partij.
De reden dat deze personen een nieuwe
partij wilden stichten was, dat men aan de
verkiezingen wide deelnemen, omdat de So
ciaal-democratische bond, die onder leiding
stond van F. Domela Nieuwenhuis, waartoe
bijna allen behoorden, in 1893 besloten had,
door het aannemen van de motie Hoogezand-
Sappemeer, „onder geen voorwaarde hoege
naamd, ook niet als agitatiemiddel, mee te
doen aan de verkiezingen."
De Soc. Dem. Bond.
Het organiseeren van een zelfstandige
politieke arbeiderspartij, die zich ten doel
stelde de politieke macht te veroveren om
daarmee het maatschappelijk stelsel om te
zetten, werd in de organisatie van Domela
Nieuwenhuis weinig of niet gevonden, van
daar dat de gelijkgezinden zich tegen dit
anti-parlementarisme wenschten te verzet-
ten.
Gedurende den korten tijd van zijn be
staan had de Soc. Dem. Bond, die in 1S81,
was opgericht al verschillend'e standpunten
ingenomen en wanneer de omstandigheden
dit noodig maakten, weer laten varen. In de
ruimte maakte men propaganda voor de
revolutionaire beginselen, zoodat degenen,
die meer een omschreven program wensch
ten, op den duur niet met dien bond bleven
svmpathiseercn. Kiesrechtdemonstraties von
den er plaats in de jaren 1884 en 1885, die
geleid werden door den „Bond voor Alge
meen Kies- en Stemrecht," welks bestuur
ders bijna allen lid waren van den Soc.
Dem. Bond, zoodat de stoot tot demonstree-
ren in hoofdzaak uitging van de sociaal
democraten.
Aan deze beweging nam ook deel het
ijAlgemeen Nederlandsch .Werklieden ver-
F. DOMELA NIEUWENHUIS
bond", maar het had weinig of geen invloed.
Zoo werd in Den Haag, op 20 September
1SS5, een demonstratie gehouden, ten gun
ste van het algemeen stemrecht Na een op
tocht, waarbij roode vlaggen, Jacobijnen-
mutsen en bijlen werden rondgedragen, werd
een vergadering belegd, waarin heftige
woorden vielen en een motie voor algemeen
stemrecht werd aangenomen. Te Amsterdam
werd een vergadering onder presidium van
pastoor Brouwer verstoord, waarbij 500 so
cialisten allerlei gewelddadigheden pleeg
den. Het werkliedenverbond deed niet cén
poging om deze dingen te verhinderen;
een bewijs dat zijn invloed in deze niet
groot was.
De socialistische beweging dier dagen
droeg een zeer wild revolutionair karakter
en na 18S5, aangevuurd door het blad van
Domela Nieuwenhuis „Recht voor Allen",
dat in 1879 was opgericht, ging men al meer
den verkeerden kant uit. Door de felle ar
tikelen in „Recht voor Allen" tegen de regee
ring raakte men in tal van processen. Zoo
was er o.a. een tegen van Ommeren en een
tegen Domela Nieuwenhuis zelf wegens
majesteitsschennis, waarom hij tot een jaar
gèvangenisstraf werd veroordeeld. Toen
bleek, dat Nieuwenhuis de schrijver van het
bewuste stuk niet was geweest, werd hem
op den verjaardag van Prinses Wilhelmina.
op 31 Augustus 1887, door Koning Willem III
gratie verleend.
De groote massa der arbeiders bleek van
zulk een propaganda niet gediend; men be
reikte er hoegenaamd niets mee.
Toch werd Domela Nieuwenhuis in 1888
voor Schoterland in de Tweede Kamer ge
kozen en deed hiermee de eerste sociaal
democraat zijn intrede in het parlement.
Veel heeft hij daar niet gedaan, omdat hij
steeds van meening was, dat langs parle
mentairen weg voor de arbeiders weinig was
te verkrijgen. In verband met de propaganda
groeide het aantal socialisten wel, maar dit
vond meer zijn oorzaak in een landbouw
crisis in Friesland, groote werkloosheid in
tal van bedrijven in het land, in steden en
nijverheidsdistricten.
De critiek van de Soc. Dem. Bond op het
parlementarisme en het anarchisme, waar
in die Bond in opging, benevens do val
van Nieuwenhuis als kamérlid, zorgden er
voor dat de massa zich van den bond en zijn
leider afkeerde.
Mr P. J. Troelstra in de politiek.
Omstreeks 1S90 trad als lid tot de sociaal
democratische beweging toe, de Friesche
advocaat Mr P. J. Troelstra. Door het ver
dedigen van enkele aangeklaagde socialis
ten, die werden vrijgesproken, kwam hij
met de socialistische denkbeelden in aan
raking. Nu hij eenmaal zoover was laaide
in hem een onweerstaanbare drang op om
zich aan de socialistische propaganda tc
wijden.
Hij wendde zich tot Domela Nieuwenhuis
met het verzoek, of de7° hom in de redactie
van „Recht voor Allen" wilde opnemen.
Het antwoord was afwijzend en in de jaren
die volgden, beschuldigde Nieuwenhuis
Troelstra herhaaldelijk van „baantjesjagerij"
en schreef zijn oppositie, die gericht was
tegen Domela Nieuwenhuis' anarchisme, aan
het mislukken van de begeerigheid naar
dit „baantje" toe.
Troelstra werd hierdoor niet uit het veld
geslagen maar bleef ijverig het socialisme
propageeren. Hij kwam in aanraking met
H. J. Poutsma, uitgever en drukker vin
„De Sneeker Courant", die hem de redactie
van dat blad opdroeg. De Sneeker werd nu
een sociaal-democratisch orgaan, dat spoedig
in botsing kwam met het hoe langer hoe
anarchistischer en syndicalistischer wor
dende „Recht voor Allen".
Domela Nieuwenhuis en Troelstra waren
in vele opziohten met elkander te vergelijken.
Nieuwenhuis had in zijn uiterlijk enorm
veel voor. Doch Troelstra bezat grooter agi
tatorisch talent.
Domela Nieuwenhuis duldde niemand
naast zich en daar hij zeer afkeerig was van
de jonge krachten, die gerecruteerd waren
uit de bourgeoisie, sloten deze zich hechter
aaneen.
Een kleine groep sociaal-democraten, die
de anarchistische denkbeelden van Domela
Nieuwenhuis niet deelden, schaarden zich
om Troelstra, die een hardnekkigen strijd
voerde tegen de richting, in welke de So
ciaal-Democratische Bond zich bewoog.
De samenwerking in de Soc.-Dem. Bond
werd steeds slechter en toen de motie aan
genomen was in 1893 om niet aan de ver
kiezingen deel te nemen, wisten de parle
mentairen wat hun te doen stond. Mr
Troelstra deed kort nadat het congresbesluil
gevallen was, een poging om zonder persoon
lijken strijd en zonder den bond afbreuk te
doen, een nieuwe vereeniging tot stand te
brengen. Hij schreef een brochure „Het
Kiesrecht en d>e Sociaaldemokratie".
De S.D.A.P. opgericht.
Nadat door Troelstra en zijn aanhangers
enkele vergaderingen gehouden waren in
den loop van 1894, waarin beraadslaagd was
over een eventueel in te nemen standpunt
kwam men op 12 Augustus van dat jaar
opnieuw bijeen. Op die vergadering waren
aanwezig L. Cohen te Zwolle J. A. Fortuyn,
A. H. Gerhard en F. v. d. Goes te Amsterdam.
W. P. G. Ilelsdingen te Röterdar- H. II
van Kol te Aywalle, H. Polak te Amsterdam,
.T. H. Schaper te Groningen. H Sniekman te
Sappemeer, P. J. Troelstra te Utrecht, H. J.
v. d. Vegt te Zwolle en W. H. Vliegen te
Mr P. J. TROELSTRA
Maastricht. Deze twaalf personen ondertee
kenden den oproep voor de oprichtingsver
gadering van de partij en het manifest dat
aan die oproep vooraf ging. In dit manifest
werd gewezen op de zwenking van den
ouden Bond naar het anarchisme en werden
de geestverwanten opgeroepen om de po
ging van de onderteekenaars van het mani
fest te steunen tot stichting eener nieuwe
organisatie.
De oprichtingsvergadering werd op 26
Augustus tc Zwole belegd en Mr Troelstra
stelde voor de nieuwe organisatie Sociaal
democratische Arbeiderspartij te noemen.
De S.D.A.P. deed hiermede haar intrede in
de Nederlandsche politiek en de plaats als
leider van die partij is aan Mr Troelstra
nooit betwist.
Al spoedig werden de 12 onderteekenaren
van bet. manifest„de twaalf apostelen" ge
noemd een naam die ze tot heden ten dage
hebben behouden.
Op de s'iclitings /ergadering te w—jfie
waren slechts 54 personen aanwezig, wat
niet wijst op grooten aanhang in den be
ginne.
De eerste tijd kwam de nieuwe partij in bot
sing met Domela Nieuwenhuis en zijn ge
volg, wat te begrijpen is, want Nieuwenhuis
was ,een hardhandige vijand. Als de nieuwe
partij vergaderingen had belegd kwam het
tot hevige herrie. Dit veranderde evenwej
spoedig toen de Soc. Dem. Bond werd om
gedoopt in „Socialistenbond." Enkele jaren
daarna liep het ook in de Socialjstembond
mis. Domela Nieuwenhuis trok er tusschen,
uit en het grootste deel sloot zich aan bij
de S.D.A.P. In 1897 zond de S.D.A.P. twee
afgevaardigden naar de Tweede Kamer Van
Kol en Troelstra en een jaar later volgde
Schaper.
De invoed van Domela Nieuwenhuis ver
minderde zienderoog. Nog eenmaal, bij de
algemeene staking, gevolgd op de cpoorweg
staking in 1903, trad hij even voor 't voet
licht. Toen werd de socialistische massa
aangetrokken door zijn direct-revolutionaire
daad. Toen was niet Mr Troelstra haas maar
„do oude Man". Dit duurdo slechts kort;
want zijn macht was gebroken.
De S.D.A.P. groeide en heeft "*~h" opge
werkt tot wat ze nu is. Voor enkele jaren
vertoonde haar linkervleugel sterke Nieuwen
huisiaansche neigingen, met het gevolg, dat
verschillende leden uittraden en de O.S.P.
stichtten, waartoe ook Frank van der Goes,
één van „de twaalf apostelen", behoorde.
Nog zij vermeld, dat H. J. v. d. Vegt, een
van de twaalf, geroyeerd werd als lid van
de S.D.A.P. wegens eigenmachtig optreden
bij een Gemeenteraadsverkiezing; dezer da
gen is hij echter weer als lid "toegetreden.
Vijf oprichters van de S.D.A.P. rijn over
leden, waaronder hij die lange laren de
stuwkracht van deze partij geweest, is, Mr
P. J. Troelstra.
Veertig jaren lang heeft de S.D.A.P. het
beginsel van ongeloof en revolutie ten groml
slag gelegd van baar actie en propaganda.
Dit moet de Christelijke nartijen immer
weer prikkelen tot sterken weerstand. Laat
ons Dr Kuyper nazeggen, waarmee hij in
18,89 zijn deputatenredc sloot: Klimme het
uit het diepst onzer volksconsciëntie met
geestdrift als ons aller betuiging op: „Ons
en onze kinderen aangaande, wij zullen
voor geen afgod der Fransche Revolutie
meer knielen, en onzer Vader en God zal
weer onze God zijn!"