NATIONALE rüdlOJj ^25 GROOTE STUKKEN Vu DINSDAG 26 JUNI 1934 DERDE BLAD PAG. 9 LEVENSVERZEKERING-BANK Rotterdam EEN MARINE-BONDSGEBOUW? ..DE TROTSCHE BURCHT VAN JANMAAT"! TOCH EEN VERDACHT ZAAKJE Het volgende verhaal is alleen bestemd voor lezers, die een beetje hersengymnastiek aandurven. Voor anderen is het ongeniet baar. Maar wie het waagt, zal ten slotte zeggen: 't is toöh een leuke geschiedenis met dat roode Marinegebouw in den Helder; „de trotse he burcht van Janmaat", zooals roode leiders zoo gaarne schrijven. Toen het vorig jaar de commandant der marine het personeel verbpod om dit Bonds gebouw te bezoeken, rees de vraag: van wie is dit gebouw nu eigenlijk? En h£t antwoord luidde: Van een burgerlijk comité, genaamd de Stichting „HetMarinegebouw". Hoe is dat gegaan? Dat willen we nu eens vertellen, want in den Helder heeft men nog steeds veel interesse voor deze zaak. Óp 6 Juni 1933 verschenen voor notaris K. W. J K. van Beverwijk te Amsterdam in de eerste plaats de heer G W Groothof, administrateur in den Helder, volgens een onderhandsche volmacht handelend in op dracht van de heer en L C Geerling. S. J Vex'hoeven en L. Ludema, allen in dienst van de Kon. Marine en samen vormende 't hoofdbestuur vau de Bond voor Minder Marine Personeel te Den Helder; in de tweede plaats de heer N. Heeren, boekhouder te Heemstede, volgens zijn ver klaring handelende als mondeling ge machtigde van de Stichting „Het Marine- bondsgebouw", bestaande uit de heeren (doch dat staat niet in de alcte!) P. S. van der Vaart, G W Groothof (dezelfde, die als gemachtigde voor de Bond optrad!), W Helfenstein. W II Meyer en L C Geerling ,(ook lid van het hoofdbestuur van de Bond) Door partijen werd nu verklaard, dat de heer G. W. Groothof, mede namens den heer L. C. Georling, aan den heer N. I-Ieeren, die mede handelde in opdracht van de heeren Groothof en Geerling, voor noemd, verkocht had het marinebondsge- bouw in den Helder voor de som van f 30.000 en de inventaris voor een bedrag van f3000; voorts, dat in de jaren 1922 tot 1933 alle hypotheken, welke op het gebouw rustten, waren afgelost; en dat de verkooper (de Bond) het be drag a f 33.000 van de koopster (de Stich ting) had ontvangen en deswege volledige kwijting zonder voorbehoud had verleend Blijkbaar had dus do heer Heeren in een onder-onsje 33 biljetten van duizend gulden ter hand gesteld aan den heer Groothof, die het, aanvaard heeft ten behoeve van de Bond voor Minder Marine Personeel en zoo als vanzelf spreekt, behoorlijk heeft belegd. Het is mogelijk, dat het sommigen gaat duizelen. Enkele personen treden nl. feite lijk zoowel te eener als ter anderer zijde op; zijn zoowel kooper als verkooper en ook de verklaring, dat het bedrag ten volle is betaald, terwijl het niet bij den notaris ge beurde en de akte ook niet vermeldt, dat een gelegaliseerde kwitantie aanwezig was; is een ietwat zonderlinge verschijning; maar alles wat daarover gezegd zou kunnen worden 'heeft de heer P. S van der Vaart a.ls gezwam van kwaadwillige critikasters" gekenmerkt. Deze roode wethouder van den Helder verklaarde reeds 11 Jan. 1934 in de Hel ders che Crt,, dat slechts „vuige laste raars en volksbedriegers" (vergeef ons deze woorden!) spreken over de geheimzinnig heid met het roode opvoedingsgesticht". De wethouder „geeft de voorkeur aan een goede toepassing van de Nederlandsche wetgeving en wijst met nadruk op „de mededeeling van den Commandant der Marine van 21 Juli 1933, waarbij duidelijk tot uitdrukking werd gebracht, dat 't Marine Bondsgebouw over was gegaan in handen van de Stich ting „Het Marine Bondsgebouw", daaraan toevoegend, dat aan de juistheid van „deze medede.eling, gelet op de autoriteit van den berichtgever, zeker niet zal worden getwij feld". Verder vertelt hij, dat het gebouw geheel en uitsluitend ten bate van het Marine-per soneel wordt geëxploiteerd, zij het, na het verbod van den commandant, ook op andere wijze, dan oorspronkelijk het plan was. Zóó staan de feiten, zegt hij. De Bond van M. M. Personeel we willen het even reconstrueeren ontving dus f 33.000, schoon geld (alle hypotheken zijn afgelcst!) en bovendien mag hij rekenen op de winst, welke het gebouw maakt. Maar dan vragen wij ons tooh in gemoede drie dingen af: l(i waarom is naast de geheel belange- looze arbeid voor het gebouw er nog een groeiende groep donateurs noodig; 2e. waarom bedelt men om bijdragen voor het steunfonds ten behoeve van de gezinnen van ontslagen mariniers, terwijl de bond, hun bond, zoo goed bij kas is; 3e. wat mankeert er aan de vertiouding tusschen mariniersbond en korporaals? De ontevreden korporaals In hetzelfde genoemde nummer van de Helde rs che Crt protesteert nl. de heer Kesteloo. voorzitter van het Hoofdbestuur vau de Bond van Korporaals, tegen 't feit, dat in roode vakbladen herhaaldelijk ge adverteerd wordt om „het marinebondsge- bouw", of „het Bondsgebouw M. M..P" te bezoeken; hetgeen z.i. tot verwarring moet Immers, de zaak staat zóó, aldus schrijft hij: „Het Gebouw was tot 1 Juli 1933 bezit yan de Bond van Minder Marine Perso neel. De fusie van de Bond van Minder Marine Personeel en de Bond van Korpo raals K. M. was op 1 Jan. 1932 nog niet voldoende gevorderd om de bezittingen van beide organisaties te doen samen smelten tot werkelijk bezit van de Bond van Marineschepelingen. Hoewel dus van af 1 Jan. 1932 tot 1 Juli 1933 alles ge zamenlijk werd beheerd, waren de bezit tingen nog bezit van de B. v M.M.P. en de Bond van Korporaals. Dit kon ook niet anders, daar de Bond van Marine schepelingen nog steeds geen rechtsper soonlijkheid had verworven. Vervolgens is op 1 Juli 1933 door de 'Hoofdbesturen van Minder Marine Perso neel en Korporaals besloten, om, gezien nieuwe toestanden, de Bond van Marine- schepelingen op te heffen en dus te schei den. Het Hoofdbestuur van M.M.P. heeft op 1 Juli 1933 vervolgens liet gebouw o v er ged ra gen, dan welver- kocht aan een burgerlijk comité, het welk zich later bekend maakte als „Stichting Marine Bondsgebouw" Hiermede hield dit gebouw dus op te zijn een Marine Bondsgebouw. Ook al ware er geen verbodsorder van den Commandant van Marine gekomen, dan had dus vanaf 1 Juli 1933 'het Marine personeel in ieder geval niets meer te zeggen gehad over dit Bondsgebouw. Dat er dan ook na 1 Juli herhaaldelijk wordt geschreven over een „Bondsge bouw M.M.P.", of, zooals vorige week „Bondsgebouw v. Marinescliepelingen" is misleidend. Vervolgens vertelt deze voorzitter nog, dat zijn bond bij het uiteengaan „zoo net jes" is behandeld, dat hij niet in staat is een particulieren accountant te 'betalen, om de financiën behoorlijk uiteen te scheiden Het gelieel wordt er zoo niet duidelijk op. Maar, om met den heer v. d. "Vaart te spreken: de Bond vaiuminder marineperso neel verkocht een gebouw en inventaris voor 33.000.—dat liij gezamenlijk met de Bond van Korporaals exploiteerde én beheerde bo>rg het kapitaal zorgvuldig weg en liet de organisatie op een houtje bijten. Toc'h wel een interessante vindt U ook niet? In het kamp van N. C. S. V. en C. N. V. voor jeugdige werkloozen te Woudschoten. Vis- schers van Noordurijk en Vlaardingen, die aan boord de huishoudingleerden doen, gassen de aardappels. DE NIEUWE STEUNREGELING VOOR TWENTE BEWERINGEN EN... BEWIJZEN De gezamenlijke plaatselijke vakcentrales te Almelo hebben dezer dagen een perscon ferentie georganiseerd, met het doel „aan te toonen, dat de nieuwe steunregeling voor Twente, welke ook voor hej heele land zal gelden, aan (je groote gezinnen niet ten goede komt, maar integendeel zeer schade lijk daarvoor is." Verschillende bladen hebben op 15 Juni het op deze persconferentie gehoorde ver werkt, méde door het weergeven van voor beelden, welke de voorzitter van dpn Alme- loschen bestuurdersbond, onder wiens lei ding de persconferentie plaats had, opsom de ter adstructie van het doel dier confe- Eenige der gepubliceerde gevallen zijn door de bevoegde Rijksinstantie nader onderzocht. Zij worden hieronder voorzien voor zoover dat mogelijk was, van eenige nadere toelichting gereconstrueerd, waraüit blijkt, dat de conclusie, waartoe de. genoemde vakcentrales kwamen, onge grond is Medegedeeld werd, dat een gezin, bestaan de uit man, vrouw en 9 kinderen van f 13.25 tot f9.05 was achteruitgegaan. Dit gezin heeft, zooals na onderzoek bleek, nog een inkomen van f22,05. M. a. w. vóór de ver laging genoot het aan steun* plus inkom sten f 35.30 per week, thans nog f 31.10. Een ander voorbeeld betrof een gezin van man, vrouw en- zes kinderen. Volgens de oud regeling kreeg dat gezin aan steun f 18.20, volgens de nieuwe f 17.90. Hiér treedt een vermindering in van f0.30 p. w. op een uitkeering van f 1820, d.w^z 'n vermindering met 2 pCL Deze minimale verlaging had plaats omdat hier sprake is van een mid delgroot gezin met een steun behoorende tot de hoogere uitkeeringen. Een derde geval raakte een gezin van man, vrouw en vijf kinderen, dat echter buiten Óen steun een inkopaen van f 15,05 heeft en nu een steunverlaging onderging van f2.50 Vóór de verlaging had dit gezin aan steun plus inkomsten f2425 en thans nog f21.75. In do Almelosche persconferentie zijn voorts ook gevallen vermeld, waarbij ver hooging der uitkeering 'werd geconstateerd, overeenkomstig liet streven van den mnis- ter van Sociale Zaken om den druk eens deels zoo geleidelijk mogelijk te doen op vangen, anderdeels de groote gezinnen en de kleine inkomsten meer hulp te bieden dan tot nog toe. Buitendien werd een voorbeeld van ver laging genoemd, dat, wijl daarbij niet vol doende gegevens werden vc-rmeld, niet op zijn juistheid kan worden beoordeeld Bij* de beoordeeling van elk practisch ge val is het steeds noodzakelijk te vragen, of het gezin buiten den steun nog andere, inkomsten heeft. VERBRUIK VAN SIGAREN. SIGARETTEN EN TABAK IN 1933 Ia 1933 zijn in ons land 1.409.333.000 siga ren, 3.9U.473.000 sigaretten en 12743.000 KG.. tabak gebanderolleerd in den handel ge bracht. Het sigarenverbruik is met onge veer 55 rnillioen toegenomen (in 1932 was er 15 mill, teruggang), het sigarettenverbruik met 260 rnillioen (in 1932 „maar 100 mïlirÓéri) terwijl de tabak met 170.000 K.G.- terugliep (in 1932 600.000 K.G vooruit) Het verbj-uik vertegenwoordigt een waar de van f74.071.000 (sigaren), f4i.616.000 (si garetten) en f24 765.000 tabak. Totaal f 143.452.000 In 1932 waren de cijfers resp. f79.974.000, f49.088,000 en f27,188,000. In 1931 was de totaal-verkoopwaarde f152 rnil lioen Het topjaar 1930 gaf een cijfer te zien van 1183 millioen. Deze sterke daling is veroorzaakt door het meerdere verbruik van goedkoope soorten sigaren, sigaretten en tabak, waartegen over een sterke teruggang van de duurdere soorten staat. Uit de specificatie der cijfers blijkt voorts: dat in 1933 van de totale gebanderoileerde sigaren 52 pCt een waarde had van f0.05 t/m f 0,10; sigaretten 62 pCt. een waarde had van f 0.01 t/m f 0.03 en tabak 60 pCt. èen waarde had van f 1.60 t/m f 3 p. K.G. DE Dl A. KUYPERSTICHTING IN 1933 EEN JAAR VAN VEEL BEDIJVIGHEID In het afgeloopen jaar, dat een verkie zingsjaar was, was de activiteit der Kuy- perstiuMing grooter dan gewoonlijk. eHt aantal lectuurzendingen bedroeg ge durende 1933 in totaal: 2086. De belangrijk ste onderwerpen, waarop deze zendingen betrekking hadden, waren de volgende: ac- tualdsme en .fascisme in Nederland (150); fascisme in Italië (110); nationaal-söcialLs^ me in Duitschland (80); a.r. .partij en a,r. politiek (120); calvinisme (26); crisis- en cri sis-wetgeving (84); gezag en gezagshand- having (70); ontwapening en vredesbewe ging enz. (60)Indië (22)kerkelijke aange- legenheenn (31); kiesrecht en verkiezingen (21); Koninklijk huis (35); Dr. Kuy.per (20); betaalt f 10.000 na 35 jaar of bij Uw eerder overlijden- indien gij van Uw 30*,# jaar af, gedurende hoogstens 35 jaar. jaarlijks ƒ.211,- stort gouden standaard, inflatie e. d. (21); jeugd verelenigingen (27); onderwijs (33); staat kundig gereformeerde partij (44); chr. dein. unie (71); sociale verzekering (24); socia lisme (49) en staatspensioen (33). Van het gebruik van lectuur uit de bibliotheek in de leszaal er Kuypeurtichting werd geen aan- teekening gehouden. De aanwinst van de bibliotheek bestond, behalve uit de regelmatig verschijnende pe riodieken, waarvan een lijst als bijlage aan het vorig jaarverslag is toegevoegd, uit de geschriften over de volgende onderwerpen: binnen- en buitenlandsdhe staatkunde en partijwezen (74); volkenrecht, staats- en aministratief recht (28); economie en sta tistiek (28); financiën (9); sociale aangele genheden (30); staats- en rechtsphilosophie (13); opvoeding en onderwi's (2); kerke lijke aangelegenheden (10); ethiek (10); jaarboeken en verzamelingen (38); volks gezondheid (2); geschiedenis en biographie (38); journalistiek (2); ontwapening, vredes beweging e.d. (8); volkenkunde (7); land bouw (8) koloniën ('2)burgerlijk recht (2) strafrecht en politie (9);; diversen (3). Door de benoeming van dr. Beeken kamp in het hoofdbestuur der A.R.J.A. en in de verbandscommissie der antirevolutio naire propagandacluibs, werd een personeel contact gelegd tusschen deze organisaties en de Kuyperstich.ting. Ook overigens laat de verhouding met beide organisaties niets te wenschen over. Verscheidene leden dier or ganisaties wendden zich .herhaaldelijk tot de Kuypersticbtdng voor inlichtingen en lec tuur, terwijl de jaarvergaderingen door den directeur dér Stichting werden bijgewoond. Ook met de christelijk staatkundige partij in Indië stond de Kuyperstichting herhaal delijk in contact. Van. het tijdschrift „Antirevolutionaire Staatkunde" werd in 1933 de negende jaar gang der maandelijks che en de vierde jaar gang der driemaand elijksohe uitgave ge publiceerd. Een enkele maal liet de toezen ding van copie te wenschen over. Zoowel van het maandelij'iksch a.ls het driemaandelijkscli nummer liep het aantal abonnementen terug. De Raad van Beheer der Kuyperstichting onderging geen wijziging. In de najaarsver gadering werd dr. J. W. Note boom tot directeur der Stichting benoemd. De exploitatie-rekening meldt een voor- deelig saldo van 14.355,59, ONGEPASTE TAAL IN „ONS BELANG" Nadat de minister van Defensie op 2:2 Nov. jj. het Hoofdbestuur der vereeniging „Ons' Belang" een zeer ernstige waarschu wing 'hééft gegeven, wegens ontoelaatbare uitingen van bestuurswerkzaamheid, heeft zich blijkbaar op de jongste algemeene ver gadering een nieuw incident van soortge lijken aard voorgedaan. De voorzitter dier vereeniging heeft in zijn rede de opvatting doen blijken, dat „Ons Belang" een „strijd organisatie" vormt voor de belangen der on derofficieren, welke tijdelijk moest bukken voor de omstandigheden, maar zich gereed moest houden om, zoodra zulks mogelijk was, den strijd te hervatten. Dezelfde geest sprak mede uit de aan het slot dezer rede geeiteerde woorden uit het gedicht: „Op Kameraden op, nu ten strijd". Daar een en ander in lijnrechten strijd is met den aard der werkzaamheden, waartoe een militaire belangenvereeniging zich op grond van 't reglement moet bepalen, heeft de Minister de vereeniging doen weten, dat hij dien .redenaar, sergeant-majoor Brand wijk, ongeschikt acht voor de functie van voorzitter -«an genoemde vereeniging. Het hoofdbestuur werd daarom uitgenoodigd te bevorderen, dat genoemde onderofficier uiterlijk 20 .Juni uit het hoofdbestuur getre den zal zijn. Ook met zijn benoeming in het bestuur van een der afdeelingen zou de Minister zich niet kunnen vereenigen. Ingevolge deze aanschrijving heeft serg- majoor Brandwijk 16 Juni aan het hoofd bestuur meegedeeld, dat hij om de moeilijk heden, waarvoor hoofdbestuur en vereeni ging gesteld zijn, te ontgaan, en om te voor komen, dat de aanschrijving van den Mi nister op een algemeene vergadering in be spreking zou moeten komen, denzelfden dag zijn functie als president en hoofdbe stuurslid neerlegt Blijkens mededeeling in het orgaan der vereeniging zal zijn functie voorloopig wor den waargenomen door den vice-president, adjudant-onderofficier-instructeur T. M. Pie- RUBRrEK^o, WOENSDAG 27 JUNI HUIZEN 1875 M- NED. CHR. RADIO VEREENIGING 8.00—8.15 Schriftlezing en meditatie. 8.15—9.30 Gramofoonmuziek. 10.30—11.00 Morgendienst door Ds. J. A. Schep. 11.00—12.00 Populaire bespeling van het studio-orgel door Ronald Parker. 12.00—12.15 n.m. Politieberichten. 12.15—1.00 n.m. Gramofoonmuziek. Gewijd programma. 1.30—3.00 n.m. Het Ensemble van der Horst (2 violen, cello en piano). 3.00—3.30 n.m. Lezen van Chr. lectuur. „Jongens van de straat" van Anne de Vries. 3.30—3.45 n.m. Gramofoonmuziek. (Schlus- nus, Brailowsky. Vincent). 3.45—4.00 n.m. Verzorging zender. 4.00—5.00 n.m. Liederen-recital door Eilize de Haas, sopraan. A. d. vleugel: Hanna Laguna—Del Valle. 5.<X)6.00 n.m. Kinderuurtje door W. van Joolingen. 6.00—6.30 n.m. Gramofoonmuziek. 6.307.00 n.m. Onderwijsfonds voor de Scheepvaart. 7.00—7.15 n.m. Politieberichten en Ned. Chr. Persbureau. 7.15-7.30 nun. Ds. K. H. Wallien: „Is een opwekkend woord wel noodig?". 7.30—8.00 n.m. Landbouwhalfuurtje. „Cul- tuurarbeid in de Wieringermeer", door H. Heerink. 8.00—10.30 n.m. De Arnhemsche Orkestver eeniging, o.l.v. H. J. Manks. 9.00—930 n.m. Cyclus beroepskeuze. VTIT. „Vooruitzichten voor den jurist", door Mr. E. J. E. G. Vonkenberg. ±10.10 n.m. Vaz Dias. 10.30 nun.—12.00 Gramofoonmuziek, S.00 Gramofoonmuziek. 9.00 Klein VARA-ensemble oJ.v. Frits Ba- kels. 930 Onze keuken door P. J. Kers Jr. V.P.R.O. 10.00 Morgenwijding VJLR.A. 10.15 Uitzending voor de arbeiders in de conte^ibedrijven. 12.0u De Notenkrakers o.l.v. Daaf Wins. 12.30 n.m. Gramofoonmuziek. 12.45 n.m. De Notenkrakers o.l.v. Daaf Wins. 1.15 n.m. Gramofoonmuziek. 1.30 n.m. De Notenkrakers o.l.v. Daaf Wins. 2.00 rum. Verzorging zender. 2.15 n.m. VARA-knipcursus door mevr. A. van Blanken—van Kuyk. 3.00 n.m. Voor de kinderen, m.m.v. VARA» tooceel. 5.30 n.m. VARA-orkest o.l.v. Hugo de Groot 5.58 n.m. Overgang naar den versterkten 6.00 n.m. VARA-orkest o.l.v. Hugo de Groot speelt een Ketelbey-programma. R.V.U. 630 n.m. „Groote verkeersproblemen van V.A.R.A. 7.00 run. Sportultzending. 7.15 nun. Fientje de la Mar. liedjes enHao Beuker, piano. 7.45 n.m. Reportage uit het werkloozen- kamp der A.J.C. te Vierhouten. 8.15 n.m. „Fidelio". Opera in twee bedrij ven van Ludwig van Beethoven. Uitzending vanuit „Tivoli' te Utrecht, m.m.v. Het Utrechtsch Stedelijk Orkest; Koor der afd. Utrecht van de Maatschappij tot Bevorde ring der Toonkunst. SolisteD: Ellen Schwarz sopraan; Jo Vincent, sopraan; Michel Go- bets, tenor; Johan Lammen, bas; Willem Ravelli, bas; Louis van Tulder, tenor; Leo Weith, bas. Het geheel oJ.v. Henri van Goudoever. 9.15 nun. Democratie en Dictatuur. „Demo cratie in het Staatsleven". Lezing door W. H. Vliegen. 9.35 n.m. Tweede bedrijf van „Fidelio". 10.35 n.m .Vaz Dias en Varia. 10.45 n.m. De Flierefluiters oJ.v. Jan v. d. Horst, m.m.v. Cor Steyn, orgel en Mia Do- rel, zang. 11.15 nun. Gramofoonmuziek. 12.00 Sluiting. BUITENLAND 7.50 n.m. Praag en Bratislava 470.2 Mu „Don Juan", opera van Mozart. 8.20 n.m. Boedapest 5493 M.: Symphonie-' concert. (Mozart, Beethoven). 8.20 n.m. Parijs (Radio) 1648.4 M.: Florent Schmitt-concert. 830 run. Parijs (Poste Parisien) 328.2 M.: Messager-concerL 8.35 nun. Monte Ceneri 257.1 M-: Sympho- nie-concert o.l.v. Leopoldo Casella, m.m.v. Massimo Anfiteatroff. cello. 9.05 n.m. Scottish Reg. 373.1 M.: George G. Graham: „Football in Europe" 9.05 n.m. Straatsburg 349.2 M.: Symphonie- concert. Beethoven-programma. 9.05 run. Rome 420.8 M.: „Norma", opera van Bellini. 930 n.m. Miincheo 405.4 M.: Richard Strauss-concert. 9.20 nun. Keulen 455.9 M.: „Tableaux d'une exposition" van Moessorgski. 9.30 n.m. Beromiinster 539 M.: Moderne Oostenrijksche muziek (O.m. Alban Berg's „Friihe Lieder"). 9.55^ nun. Davcntry 1500 M.: „Lost hori zon", luisterspel naar den gelijknamigeo ro man van James Hilton. LUCHTPOST AMSTERDAM OSTENDE Met ingang van 30 Juini a.s. wordt een luchtdienst Amsterdam-Rotterdam-Haamste- de-V lissingen-Knocke/Zoute-Ostende inge steld, welke zal wordien, gebezigd voor de overbrenging van lirohtpost-coiTespondientie. I-Iet vliegtuig van dezen dienst vertrekt te 17.05 van Schiphol. DE OPVOLGER VAN ZWERTBROEK De vereenigingsraad van de VARA heeft, blijkens bericht in bet „Volk", tot omroep- secrétaris benoemd den beer A Pleyner, thans redacteur van „Voorwaarts". Dr. HIRSCHFELD NAAR BERLIJN De directeur-generaal van Handel en Nij verheid, Dr. H. M. Hirscbfeldi, is giste ren weder naar Berlijn vertrokken. cent EN.DE GESCHENKENBONS BLIJVEN GEHANDHAAFD! FEUILLETON AG N ES Een verhaal uit 't begin van deze eeuw (6 Men had 'Agnes gaarne gevraagd den Kerstavond op Zonneheuvèl door te brengen, maar met het oog op haar1 moeder, die zich de laatste dagen minder wel voelde, had mevrouw van Rhenen haar voorgesteld, lie ver den volgenden middag te komen on dan mevrouw Maartens mede te brengen. „Het is zulk een aardig tooneeltje, al die Verheugde gezichten te zien," zei zij, „mij dunkt, uw moeder zal daarin veel genoegen hebben; daarenboven moet gij den boom. waarvoor gij u zooveel moeite gaaft, toch ook zien branden, al is het dan niet in zijn eersten luister, en het zal voor mij heerlijk zijn, zulk een goede hulp te hebben by het bedienen van onze gasten. Spreek er thuis eens over en wanneer uw- moeder het durit wagen zullen wij tegen drie uur het rijtuig zenden". Agnes was met deze schikking zeer in genomen, het zou voor haar moeder, die niet meer naar de kerk kon gaan, een aangena me afwisseling op de feestdagen zijn, en zvj- zelve wilde den Zaterdag ook graag geheel vrij hebben, omdat zij dan afscheid van haar leerlingen moest nemen, daar zij na de va- cautie niet meer op school terugkwam. Zij zou zich vroeger moeilijk hebben kunnen voorstellen, riet dit lv>ar eenige moeite zou kosten, maar nu de tijd naderde, gevoelde zij hoezeer zij zich aan de kinderen had ge hecht, die de moeite welke zij zich voor hen gaf, thans met hartelijkheid en vlijt beant woordden. Mevrouw Meertens was met de vriende lijke uitnoodiging zeer ingenomen. „Het is jaren geleden, dat ik een kerstboom heb ge zien, kind", zei zij tot Agnes, „en het rijtuig is zoo gemakkelijk, dat het mij volstrekt niet vermoeien zal". Zoo bralk de Kerstmorgen aan; het had in den nacht zwaar geijzeld en de takken der hoornen waren met een dun ijskorsije be dekt., dat als zilver glnsterde. Een dunne laag sneeuw lag over den grond uitgespreid, die echter, zelfs in de stille voorstad, reeds spoedig plat getreden en vuil was- „Het zal buiten heerlijk mooi zijn, m ieder, ik verheug mij al op ons ritje', zei Agnes, die in haar ervoudig, doch smaakvol wintel- toilet voor het venster stond, gereed om naar de kerk te gaan, „als nu het vriendelijke winterzonnetje de mooie witte hoornen maar niet bederft. Heeft u.nu niets meer noodig? dan ga ik maar weg, u moet vooral Anna dadelijk roepen, als u iets wilt hebben," en met een vriendelijken glimlach en een vlug gen tred spoedde zij zich naar het bedehuis Liefeijk drongen de zonnestralen door de wijd geopende deuren en de in lood gevatte ruitjes van liet oude, in gothischen stijl gw bouwde kerkgebuw; ze teekenden licht plekken op de blauwe, door ouderdom uit gebeten zerken en deden het groote, kope ren hek als goud glinsteren. Welluidend en opwekkend ruischten de orgeltonen door de hooge gewelven, en lief lijk klonk het feestlied der gemeente, topn Agnes binnentrad en zich met een vnendo lijk hoofdknikje nog een goed plaatsje zag aangewezen door de dikke, schommelende plaatsbewaarster, de moeder .van een harer leerlingen. „Wel, wel, en dat de juffrouw nou zoo is weggegaan van school", zei zij, zich bukkend om het kooltje vuur in de stoof, die zij Ag nes onder de voeten schoof, wat op te rake len met haar blank geschuurd, koperen tan getje. „Mijn Liesje was gisteren in tranen, ze vond het ook zoo naar, en ik zei: „kind, zei ik, zoQ'n goei schooljuffrouw krijg je niet gauw terug." „Dank u, juffrouw," het dubbeltje plaat- sehgeld in het wit katoenen zakje bergenri, „nou de juffrouw zal ons toch niet lieelemaM vergaten, zei ik, al gaat ze nou ook alleen bij den rijkdom les geven". Gelukkig voor Agnes kwam een nieuw aan gekomene op dit oogemblik de spraakzame vrouw storen, die zich beijverde op haar met meer drukte en beweging dan noodig en voor de aandacht der gemeente aangenaam was, een kruk in den doorgang te geven, met een: „Ik iheb niets anders meer, me vrouw, waarom komt u ook altijd zoo laat?" De predikant, een oud, eenvaardig man, beklom weldra het spreekgestoelte, en met jeugdig vuur sprak hij in welsprekende taal, vol gloed en bezieling, over de groote hei', de Gods, ons betoond in de zending van zijn Zoon- Naast Agnes zat een aardige, kleine jon gen met. zijn moeder, die met 'n open mond je en verstandige, blauwe kijkers, de woor den van den predikant had aangehoord, en slechts nu en. dan eens eventjes met do linten van bet sdhotsche mutsje, dat op zijn knietjes lag, had gespeeld. Zijn moeder drukte hem het geld voor het naderende zakje in de kleine band, ter wijl zij er fluisterend aan toevoegde: „Het stuivertje voor 'het eerste zakje, Johnnie, en de cent voor het tweede." Maar Johnnie keek haar met groote oogen waarin eenige verwondering te lezen was, aan, haalde een klein, lederen, beursje met veel moeite uit het nauwe broekzakje te voorschijn, deed er het pas ontvangen stui vertje in, haalde uit het middelzakje een nieuw dubbeltje, dat den geheelen inhoud uitmaakte, te voorschijn en wierp dat met een tevreden knikje voor den collectant iü tret juist voorbijglijdende zakje. Toen hield hij den cent tusschen duim en wijsvinger geklemd voor zijn moeder, die hem met eenige verwondering had ga degeslagen, op, fluisterde: „Nog een cent, als 't u blieft?" „Zoo is het goed, Johnnie", was het even zachte antiwoord. „Neen, moeder," iets luider, „de dom mé heeft immers gezegd, dat we het dubbele moesten geven". Een tweede cent in het plompe handje gedrukt, kwam nog juist bijtijds om in het kerkezakje te worden geworpen, terwijl de moeder, trotsch op haar jongen, glimlachend Agnes aanzag. Heerlijke eenvoud, dacht deze, gave God, dat wij allen het gehoorde zoo spoedig en goed i-n daden leerden omzetten. Na bet eindigen der godsdiei-teoefening, wandelde zij rustig met een jonge vrouw, die dicht bij hen woonde, naar huis, terwijl zij samen opgewekt spraken over dc preek en haar huiselijke omstandigheden. Bij haar deur nam Agnes afscheid en wel- elra zat zij over haar moeder aan de koffie tafel, waarop in het midden, ter eere van den feestdag, een vroolijke bouquet van mistletoe en hulst prijkte, wier vuurroode besjes aardig tegen het donkere groen af staken. Agnes vertelde wat zij dien morgen ge hoord had, en haar moeder luisterde toe en maakte nu en dan een opmerking. Eensklaps echter zag het meisje ver schrikt op. Een diepe, stootende zucht had haar aan dacht getrokken. De oude mevrouw Meertens leunde achter oyer in haar stoel, zij drukte de hand op het hart, haar ademhaling kwam zwaar en moeilijk uit de blauwe, half geopende lip pen en de zweetdroppels parelden op het doodsbieeke gelaat. „Wat scheelt er aan, moeder," zei zij, haastig opspringend om haar te helpen. „Benauwd, o, zoo benauwd," steun de deze. Haastig trok Agnes aan de schel: met, be hulp der dienstbode, legde zij de zieke op de sofa, hoog opzittend met kussens onder steund. maakte haar goed los, wiesoh haar met eau de clogne en zond vervolgens om den dokter, terwijl zij zelf bevend van angst, naast, haar moeder stond, en alles deed wat zij bedenken kon, om haar eenige verlich ting to schenken. De dokter kwairu gelukkig spoedig; met een ernstig gelaat bekeek bij de zieke, voel de de pols en beluisterde den hartslag. Agnes durfde hem nauwelijks aanzien. „Hoe is het, dokter?" fluisterde zij. Op dit oogenblik opende de zieke de oogen eronf pr» rond, ha«>r te'k bleef on A rusten, lang, met een uitdrukking van groote teederheid. Toen zicht haar oog den dokter en afge broken en hijgend klonk haar stem: „Dok ter, ik ga sterven, mijn kind „Ik zal bij haar Inlijven", zei de oude man op hartelijken toon, „en haar helpen zoo veel ik kan;" toen zich over de zieke bui gende, vervolgde hij met duidelijke stem, langzaam doordringend in het oor der ster vende: „Al ging ik ook in een dal der schaduwen des doods, ik zal geen kwaad vreezen, want Gij zijt met mij, uw stok en uw staf, die vertroosten mij. Vreest niet, zegt uw Hei land, Ik heb u verlost, Ik heb u hij uw naam geroepen, gij zijt de Mijne". Een glimlach gleed over het bleeke gelaat. „Ik ga naar huis", klonk het nauw hoor baar van de veege lippen. Toen sloten zich de moede oogen, de be nauwdheid scheen iets minder te worden, hoewel de ademhaling stootend en lang zaam bleef. De dokter ontdeed zjeh van zijn jas en zeide: „We zulen trachten haar in bed te leggen, het zal haar misschien nog iets ver lichten, ik denk echter, dat het ergste nu voonbij is en zij zachtjes zal inslapen. Ik zal bij u blijven, mijn kind, tot 't einde daar is". Als in een benauwenden droom hielp Ag nes den dokter haar moeder verder ontklee- den, en te zamen droegen zij baar naar haar slaapkamer, die slechts door een midden deur van het huisvertrek gescheiden was, en legden haar te bed, I'Wordt vervolgd 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9