De weermacht in het Derde Rijk tóenin hct 6ta tTVtfSl dfg-XotTm, te wii^n'di° weMM de w d«weede klas JAPAN IN INDIE MAANDAG 25 'JUNI 1934 VAN ONZEN DUITSCHEN CORRESPONDENT Nieuwe formuleering van haar taak Be Duitsclw hoogsttii Sn nieuwe loumu- schalk \on Hl"Sï tMk in den vorm van leering van ^aar imn<,tjes ontvangen, nauwelijks acht d rampzaligen oor- Sedert Ovot emdt ^H UvUanaal zulke ver- log zijn in .h»d voor de rijks- ordcnuogen van oo«J documenten weer •welke 15 va™h« «en der weer de verandeAte van nm inYtoed van macht onder «•"•"„'JJoi* wilde aandui- ihet Versailler soldaat was het toen, den. De taak beschermen, zoo- vaderland en gro den oorlog. De kans wel in vred(SJ^Le verwikkelingen w erd ï»l op binnenlandsdhe verw p-etoten. Bo- dde gelegenheid van 1922 het (vendien omvatte d soldaat, aam unadTukikeUlk v nemien- Aan het het politieke S'dT ^- -dUere poaiUeopen "Tn het jaar W^^Se^k^^ den eoldaat arülkcl RiervM saamge vat. HeemtoestandDe typeerde den JSSSdel der wettelijke rriksweer is een macni crCnzien van het overheid. Zij ,betc„]^?mTOn on naar buiten soldaat. artikel 2, waar- Al even typee1^^ wordt op het feit, door de "adr^/n^t in dienst staat van dat de nj'ksweer ni Duitschland m bepaalde partijen maa jen niaar uil' dienst slaat van hopa w vaderiand. Ook sluitend m *enat hM deelnemen aan Stiêkttn are^st® ver^mn rc ^rr^S'.°r^ri5i¥ sdhe structuur vvn een i^ st<>den met ».- leiden- Toen de vorstón him verphch- ïfngm i*ll'iS™d*"™*'r" s'ss-n01 u,,rusü,,s Sen nauwkeurig dere militaire 1„ de 16de «d^SSlen tegen dron verordemugen stxa^^kid d6sertia kensclvap, ongehoo UYn noodig ge; Zware die niet direct iwecst t<«en wl2rL,n bepaalde natie irelatie stonden tot een de geiste Gustaaf iW'™5' •vorst, die ook. de so}datenleven aangaf. -«nkS^-rdïnlngen toe?'rhra»ate» Wilhelm I, lni' kidaten ihetzelMe als ven ^»en\™%r^nrrepFp- sisefhe leger. T^nh!J1"tawte)bevvind voerde, derik de G™teAfde .bepalingen van «]n hield deae rachaanaer^ordeningen te echter nieuws brach- noen bramMe de F«-*» £*£XZ alle tanden van E-raj-»" den pnli. T iloit werden jtT^ankelen gebracht sischen staat "^''totdat liet Pruisen bleef b leger om" schulden 'had 'he a friedrich slechts 42000 mam Pag Konin^bcrgen algemeen maakten. dat Artikel 1 «at te sM .liedere e™Jeir<taai„cioorte tot den krilgs ïaderscheid «®®rt lkoninK verwachtte dienst verpl'ioht was. „ls jonen des SS zm onder dan, dat zo vaderlands buoi^^ en te verdedigen, ivaderland te ovierai Biet voorbeeld 7,ouden verMuUlen^n ,reoWs0hapen en rrmiden geven van een ni'iddel- deugdaaimien 'evieI!^p loopen" werd nfge- tüwsohe ..^'Sr.bSmS.mg mocht mb worden toegepast. M ,het uitbreken Deze beginselen hl gehandhaafd. jvan den Sïï? P^r bepalingen jaar 1844 werd eneen v^™hdhUu«en der ovpir de opvoeding en dep uitgangs- Buperieumn toogovoegd^ Wffliclm 111. punten van J"?™""?. Lt 1908. De oer'0?5"^ bicven ^rIdtu£chendoor ï^*4, ipalingcn w^Oen knjcvoering. Het \er r*5£ r°Bu:~™ee. ÏStSvnC^Wungen van 1*. en 1930 legtt (hiervan duidelijk getuigenis aif. Volgens de grondhvet van Weiimar moest de weermacht in het staatkundig leven een ge heel andere plaats bekleedem Zij vertegen woordigde nog slechts de traditie der Prui sische vaandels, moest echter om (haar mili tair karakter een moeilijken strijd voeren. Al deze moeilijkheden komen in de vroegere formuleering tot uiting. Thans, na een jaar van nationaal-sooialis- tisch bewind, zijn de militaire verplichtingen door den rdjksweenmi nister met goedkeuring van den rijkspresident opnieuw geformu leerd. Van ihaar verwending voor binnen- landsclie aangelegenheden leest men geen woord meer. Of hiertoe speciaal de S. A. en de S. S. is aangewezen? Bij officieetle aange legenheden valt het in alle deeden vam het Duitsche rijk steeds meer op, dat deze orga- toepaalde plaats naast de rijks- weer innemen, In de nieuwe bepalingen der rijksweer léést mien geen woord meer over strafbare handelingen, ook de weg naar een hoogere carrière wordt plotseling doodgezwegen, In plaats hiervan wordt de soldaat midden tus- schen het volk geplaatst, „De weermacht is de wapendrager van het gansohe volk. Zijn dienst is een eeredienst ten bate van het gansohe vol'k." In deze twee zinnen ligt. alles besloten, wat de soldaat in het derde rijk be- teekenL Op zijn schouders alleen rust de taak, rijk en vaderland te beschermen en oor een nationaal-socialistiisah volk weg te banen! et en rechtspraak. ZZulke „minderheids rechten'" genoten in de middeleeuwen uit sluitend Duitsche kooplieden in het buiten land. Wat hun daar werd toegekend, dat weid het joodsche deel der bevolking in Worms eveneens toegestaan. Al deze rechten en voorrechten werden in 1236 door keizer Friedrich II te Augs burg voor de joden over heel Duitscchland uitgebreid. Aan deze eerste joden-wet voeg de de keizer nog een >rAbsolutio" toe, waar door de joden van den ritueelen moord wer den vrijgesproken* Noch in het Oude, noch in het Niauwe eTstament zoo luidde het oordeel vindt men vermeld, dat de Joden menschenbloed gebruik maken. In Ge nesis en in den Talmud wordt hun zelfs verboden, zulks te doen. Derhalve verbood de keizer zulke valsche bechuldigingen en zijn verbod werd later door paus Innocentius IV bevestigd. Uit al deze bijzonderheden kan men aflei den, dat de joden in Worms tot ongeveer in het midden der lie eeuw, burgerrechten ge noten en burgerplichten erkenden. Ongetwij feld was dit de basis voor hun latere wel vaart. Ook in latere tijden bleef de roem van de joodsche gemeente aan den Rijn voort bestaan. Op het joodsche kerkhof werd mij de laatste rustplaats aangewezen van R. Meir von Rotlhenburg, R. Jaar Ohajjim Ba- oharach, wier naam nog in onzen tijd met •diepen eerbied wordt genoemd. Het gesprek kwam bij onze wandeling na- tuurlijk O]) de moeilijke omstandigheden voor het joodsohe deel der Duitsche bevolking: .Innerlijke tweespalt jaagt ons joden door le wereld en geeft ons nergens rust. In sommige gomenten streeft men er naar, de beleekenis van de Duitsche cultuur voor ons •vast te leggen. Alsof dat het werk eener ge meente is! Al is onze ppsitie heel anders ge worden wij leven immers in Duitschland temidden van het Duitsche volk en hebben zijn cultuur in ons opgenomen. Er kan dus niet aan gedacht worden, ons aan dezen in vloed te onttrekken. Het woord jood is in de ganschc wereld tot een nietszeggende frase geworden; slechts weinigen beseffen nog, wat deze naam in den loop der wereld geschiedenis heeft beteekend. Slechts in een tijd van geestelijke slapheid is dat mogelijk. Wij zijn allen mede verantwoordelijk voor het beeld, dat de wereld van ons volk ont vangt. De strijd, die thans om ons en tegen ons over de gansche wereld wordt uitge vochten is een strijd om het vortbestaan van het gansche jodenvolk!" VIT TROPISCH NEDERLAND De handelsbesprekingen tusschen Indië en Japan te Batavia begonnen DE SYNAGOGE TE WORMS EEN JOODSCHE TEMPEL UIT DE MIDDELEEUWEN DE INNERLIJKE TWEESPALT DER JODEN Voor de Joden in Duitschland is het on der de gegeven omstandigheden geen ti'd om feesten te vieren. Zij gaan allen op in de groote en kleine zorger. van het dagelajksch leven, voelen zich ten onrechte behandeld als gasten en vreemdelingen in een land, dat reeds door hun voorouders als een twee. de vaderland werd (beschouwd. De distantie tusschen joden en niet-joden is in den na- tionaal-socialistischen staat groot geworden en het komt er voor de hier nog achterge bleven joden op aan, dat zij deze distantie •weten te bewaren.. Een voortreffelijk middel hiertoe is zoo nu _.i dan een vergelijking met het grijze ver leden. Men komt dan vaak tot de verrassen- ontdekking, dat alles wat wij thans bele- l, reeds honderden jaren geleden den menschelijken geest in beslag heeft genomen. Deze gewaarwording kreeg ik kortelings bij een bezoek aan de oude Luther-stad Worms. Ik wandelde er door de Judengasse, •wandelde over het joodsche kerkhof met zijn rechtopstaande grafs/teenen en bracht een bezoek aan de synagoge, welke deze maand haar 600--jarig bestaan in stille bescheiden heid viert. Al kon ik niet met absolutue zekerheid vaststellen, dat we hier met de oudste syna goge in hee' Duitschland te doen hebben, toch werd mij van bevoegde zijde verzekerd, dat ik hier voor den oudsten joodschen tem pel uit de middeleeuwen stond Men vestigde mijn aandacht op een gevelsteen, welke aan het einde der 12e eeuw is aangebmoht Als stichtingsjaar wordt "94 aangegeven, vol gens onze tijdrekening dus 1034 waaruit valt af te leiden, dat we hier nog niet eera voor de oud6te synagoge staan. In het noordelijk portaal leggen de volgende woorden een getuigenis af van het plichtsbesef der vroe gere generaties: Geprezen in eeuwigheid, die het smeeken hoort, Die vervult met geloof het hart van zijn dienaar, Den Heere Jakob, den zoon van David. Opdat deze, zijn verheven naam gedachtig. Een huis opbouwde. En met sem zijn vrouwe Rachel, Hooggeschat onder de igeloovigen. Hun vermogen diende tot eere en vreugde Gods. Zij bouwden en sierden het heiligdom, Dat in Elul 794 zijn voltooiing bereikte- Gezegend hlijve hun aandenken En wie dit leest zegge Amen! Het ontstaan van dit gebedehuis om streeks 103-4 doet vermoeden, dat er toen reeds vele joodsche families in Worms heb ben gewoond. De oprichting van een eigen joodsche gemeente gaat dus terug in de 11de eeuw. Het privilegie dateert waarschijn lijk uit den tijd van keizer Heinrich IV, dus omstreeks 1090. Door dit privilegie verkregen de joden al lerlei garanties en bepaalde voorrechten zij konden rekenen op bescherming van over heidswege in geval Aan onlusten of oorlog, zij hadden recht on onbeperkt A'erkeer over het gansche land,.'bezaten een eligen grond- Batavia, 12 Juni. Op 3 Juni j.l. is de Japansche delegatie to Tandjong Priok aangekomen en reeds aan boord verwelkomd door den vice-pre sident van den Raad van Indic tevens voor zitter der Japansch-Indische handelsconfe- rentie, een hoffelijkheid die wel betere be jegening had verdiend dan het te voorschijn komen van Dr. Nogooka met oen verkla ring, waarvan de ontvangers in bet geheel niet op de hoogte waren. Weliswaar was die verklaring tevoren opgesteld, maar is onze wereld dan al zóó verpapierd, dat zelfs gezanten niet spontaan redevoeringen kun nen houden ter vervanging van reeds op- geschrevene, die beter achterwege blijken te kunnen blij vei) Er zat toch naai* veler gevoel een poli tieke inslag in dezo „aantreerede" van de Japanners, dio hier en daar wat ontstem ming wekte. Bovendien schoof de heer No- goaka d'e verhouding Japan-Indië op den voorgrond, daarbij vergetend de bijzondere positie van Indië als kolonie En vooral het feit. dat dr. Meijer Ranneft, de leider der Indische delegatie, eerst op he t laatste oogenblik hoorde van het voornemen tot het a van een verklaring, zoodat hij niet onmiddellijk op kon antwoorden, heeft niet een onverdeeld gunstige stemming gewekt. Intusschen heeft het Nederlandsche ant woord goed doen uitkomen, dat „Neder- landsch-Indië ook betrekkingen heeft met de andere landen, die exportproducten van Nederland3ch Indië afuemen en dat bij de huidige handelspolitiek met deze relaties ton volle rekening moet worden gehouden; het zou slechts onnatuurlijke verhoudingen doen ontstaan indien werd toegelaten deze terug te dringen." De onaangenaamheid van dit begin scheen een herinnering aan cfen minder prettigen toon dien de Japansche pers de laatste maanden aansloeg wanneer de ver houding met Indië en het verweer van In dië tegen de Japansche penetratie ter sprake kwamen Daarop zinspeelde de gouverneur- generaal in zijn welkomstrede aan de lunch, die hij de afgevaardigden den volgenden dag aanbood. Nadat hij op de gezonde en natuurlijke handelsverhouding tusschen beide landen, „waarvan het eene wil verkoopen en ander wel bereid is te koopen, zoolang het daartoe bij machte is", de aandacht had gevestigd en betoogd had, dat de moeilijk heden welke tusschen beide landen ont stonden, niet van binnen uit, doch buiten af kwamen en voortvloeiden uit de wereldsituatie, vervolgde hij: „Ik ben niet zeker van, dat uw land zich dit doende bewust is. In ieder geval heeft uw pers in de laatste maanden niet vriendelijk ons geschreven. Daarom wil ik hier met den meesten nadruk verklaren, dat ge hier geen politiek zult vinden, die erop uit is, Japansche goederen en Japansche koop lieden van onze markt uit te sluiten." onvnjendelijke houding van verschil lende Japansche bladen werd veroorzaakt door de afweermaat regel en, die Indië nam tegen de Japansche indringing. Men scheen Japan van oord'eel te zijn, dat Indië zich maar zonder verzet alles moest laten wel gevallen, ook al Averden eigen handel, im port en zelfs industrie bedreigd! Dat die maatregelen noodzakelijk waren tot zelfbe houd heeft de G. G. nog eens nadrukkelijk verklaard: hij deed er onmiddellijk op vol gen: „Maar dat beteekent niet, dat ge hier niet zult vinden een geest van goeden en een ernstigen wensch tot samenwerking. Deze geest zal levend zijn in onze dele gatie." Nogoaka in zijn antwoord sprak van een atmosfeer van onzekerheid dje nog moest opklaren, maar ook hij achtte een bevredi gende oplossing van de moeilijke vraag stukken die zich hier voordoen, wel te ver wachten. en in zijn antwoordrede, Vrijdag j.l., op de plechtige openingsconferentie in het Kunstkringgebouw aan de Van Heutsz- boulevard te ^Veltevreden, stelde hij de taak der conferentie vpor als „het vinden van overeenstemming door middel van weder- zijdsche concessies, waarbij wij ons baseeren op de eeuwenoude vriendschapsbanden tus- deelt de Javabode hedenavond als uit be- sclien onze heide landen." Ook de heer Meijer Ranneft uitte woorden in dezen trant en zoo is de conferentie dus met w derzijdsche goede bedoelingen begonnen. Jammer, ci.at heden, Dinsdagavond, slechts enkele dagen later, de Japansche pers weer blijkt roet in het eten te gooien. Er zijn verschillende Japansche journalisten mee gekomen in het gevolg der de^gaQe en nu trouwbare bron afkomstig, mede, dat deze heeren contact zoeken met dp Indische na tionalisten, wier leider, de heer Thamrin, zelfs gezegd zou hebben, 'dat de Japanners zich niet moesten verplichten om suiker te koopeni, daar dit de in he epi sche bevolking toch niet ten goede koiiit. Wanneer men nu weet, dat de nationalisten den laatsten tijd groote belangstelling voor Japan aan den dag leggen en er zelfs reizen worden ondernomen van nationalistische leiders en journalisten naar Japan, dan komt deze werkzaamheid der Japansche journalisten, die natuurlijk in nauw con tact staat met de leden der Japansche dele gatie, wel in een eigenaardig licht en duikt hier alweer verrassend de poltiek op, die men bij het begin der conferentie nu toch wel buitengesloten scheen te hebben, al valt ze natuurlijk nooit geheel los te maken an de economische aangelegenheden die luier moeiten worden (besproken. 'Men ziet, de houding dezer Japanners is, licht gezegd, wel zeer eigenaardig! Wij heibben hier werkelijk geen politieke pene tratie noodig; d'e pacifistische economische al erg genoeg! Het is natuurlijk koren op den molen $er mannen die een „vrij Indonesië" voorstaan; hun sympathieën gaan eerder uit naar Ja pan dan naar het eigen land. Ook Japan is immers een Oostersoh land, dat vecht tegen het Westen, zij het met (behulp van alles wat het Westen het heeft geleerd; het levert verder hier de goedkoope artikelen die de Indonesiër anders veel duurder moet beta len of in het geheel niet kan koopen. Men denke aan de goedkoope textiel goederen die Japan Indië levert; in enkele jaren is Indie een der grootste afnemers daarvoor van Japan geworden. En den handel en in dustrie die Japan hier beconcurreert, zijn, in hoofdzaak, en in de oogen der nationalisten, vooral Westerseh, uibheemsoh zoodat men den ondergang daarvan juist graag zou zien. Men vergeet daarbij natuurlijk hoe daarmee ook verschillende inheemsohe belangen nauAv verbonden zijn; het is na de eeuwen lange samenwerking en samenleving tus- solnen Indië en Nederland nu eenmaal niet anders dan dat de meeste belangen gemeen schappelijk zijn geworden. Maar men is in een scheefgetrokken geestesgesteldheid als verschillende dezer nationalisten hebben, niet meer in. staat om zuiver te zien en loopt blind in de airmen van Japan; en telaat zou hun dan wel eens kunnen blijken, dat de pink der geestdriftig als vrienden binnen gehaalde Japanners dikker is dan de lende nen der (huidige regeerders! Hei is te hopen, dat de Japansche journa listen spoedig hun fout inzien en zich zul len beperken tot hetgeen de conferentie hun te doen of het tropische land hui) te zien geeft. Via hen is heusch geen overleg met de inlandsche ingezetenen noodig. Er Avordt voortdurend en in ruime mate overleg ge pleegd tusschen de Indische afgevaardigden DINSDAG 26 JUNI HUIZEN 1875 M. K.R.O. 8.—9.15 Morgenconcert. 10-00—il 0.30 Graraofoomnuziek. 10.30—11.00 Muziekuitzcnding v< fabrie- 11.0011.30 Gramofoonmuziek. 11.30—12.00 Godsdienstig halfuurtje door Pastoor L. H. Perquin. 12.01 12.15 n.m. Politieberichten. 12.15—2.00 n.m. Lunchconcert op gramo- foooplatcn. 2.00—3.00 n.m. Vrouwenuurtje, a. „Kran- tenlezen", door mevr. J. M. Sterck Proot. b. „Vegetarische hors d'oeuvre", door mevr. N. Schutte. 3.00—4.00 n.m. Modecursus door mevr. H. Cuppens—Geurs. (29e les). 3.003.30: Knippen, naaien en hoedenmaken voor be- ginnenden. 3.304.00: Opleiding voor cou- peuse-leerares en hoedenmaken voor gevor- 4.00—4.15 n.m. Verzorging zender. 4.15—4.30 n.m. Zangrecital door Vincent van Bers. tenor; a. d. vleugel; Fred. Boshart •4.30—4.45 n.m. Gramofoonmuziek. 4.45—5.00 n.m. Klavier-solo door Piet Dries sen. Rhapsodie hongroise No. 12, F. Liszt. 5.15—5.45 non. Gramofoonmuziek. 5.45—6.00 n.m. Klaviersolo door Piet Dries- sen. Sonate op. 90, L. v. Beethoven. 6.00— 6.20 n.m. Zwemcursus door S. P. J. Borsten. (3e les). 6.20—7.00 n.m. Orkest oJ.v. Marinus van 't Woud. 7.00—7.15 n.m. Politieberichten. 7.15—7.45 n.m. „HH Petrus en Paulus", door Pater G. Lohuis O.F.M. 7.45—8.30 n.m. Orkest oJ.v. Marinus van 't Woud. Vaz Dias. Gramofoonmuziek. Dc Kro-boys o.l.v. Piet Lus HILVERSUM 301.5 M. A.V.R.O. 8.01—10.00 Gramofoonmuziek. 10.01—10.15 Morgenwijding. 10.15—10.30 Gramofoonmuziek. 10.30—11.00 Kook- en bakpraatje door mevr. R. Lotgering—Hillebrand. „Koudn puddingen". 11.00—12.00 Orgelconcert door Piet vaa Egmond Jr. Solist: Theo Baylé, bariton. 12.01—2.15 n.m. Lunchconcert door het en semble Rentmeester. 2.15—2.45 n.m. Voordracht door Kfltmier Kleijn. Drie Chineescho Legenden, door Henri Borel. 2.453.00 n.m. Gramofoonmuziek. 3.00—4.00 n.m. Knipcursus door mevr. Ida de Leeuw van Rees. 32e les. 4.00—4.15 n.m. Verzorging zender. 4.15430 n.m. Gramofoonmuziek. 4.30—5.00 n.m. Radiokinderkoorzang o.l.v. Jacob Hamel. 5.00-5.30 n.m deren door me 5.30-6.45 8.30-S.35 n.rt 8.35-9.00 n.m 9.00-9.30 n.m tenhouwer. 9 30-9.40 9.40—9.55 i Gramofoonm uziek. Zangrecital door Bruno Ucko, tenor. A. d. vleugel: Fred. Boshart. 9 5510.00 n.m. Gramofoonmuziek. 10.00—10.10 n.m. Het Kilima-Hawaiian- Trio. 10.10-10.25 Lustenhouwer. 10.25-10.35 r recital door Bruno Ucko. 10.35-10.40 n.m. Vaz Dias. 10.40—'10.50 n. Trio. 10.50-11.15 n. Lustenhouwer. 11.15-12.00 nj De Kro-boys o.l.v. Piet Vervolg van het zang- Icko. Het Kilima-Hawailan- De Kro-boys o.l.v. Piet Gramofoonmuziek. Verhalen voor kleinere kin- •r. Ant. van Dijk. Concert door Tusschinkft Select Salon Orkest o.l.v. Max Tak. 6.457.00 n.m. Gramofoonmuziek. 7.007.30 n.m. Causerie door G. W. F. van der Hoeven, referendaris aan het Depar tement van Sociale Zaken. „De herziening van de steunverleening aan werkloozen". 7.35—7.40 n.m. Gramofoonmuziek. 7.40—'8.00 n.m. Causerie door Prof. Dr. N. J. Polak. „De Rotterdamsche week". 8.01-8.05 n.m. Vaz Dias. 8.05—9.00 n.m. „Salon de Variété". 9.00—9.20 n.m. Zang door de Kon. Utr. Mannenzangvereen. o.l.v. Hans Ponten. 9.20—10.05 njn. Gecomb. concert door de beide Avro-orkesten. 10.0510.20 n.m. Gramofoonmuziek. 10.20—11.00 n.m. Kovacs Lajos en zijn op* kest. 11.00-11.10 n m. Vaz Dias. 11.10—12.00 Gramomofoonmuziek. BUITENLAND 4.20 North. Reg. 449.1 M.: Vesper. 11.20 Stuttgart 522.6 M.: Bachconcert Om roeporkest, m m.v. tenor. 7.20 n.m. Midland Rcg. 391.1 KL: Negro. spirituals. 7.45 n.m. Daveiitry 1500 M.: B'lly MayerJ speelt eigen piaLO-composities. 8.20 nm. W«enen 506.8 M.: Brahms* cd Bruckners' derde symphonie. 8.20 n.m. Parijs (Radio) 1648.4 M.t Pierre Asso leest uit „Le Grand Meaulnes" vaal Alain Fournier. 8.30 n.m. Dcutschlandsender 1571 M.t De tenor Julius Patzak zingt. 8.30 n.m. Koningsbergen 291 M.: Kwartet* ten van Schumann en Brahms. 8.50 n.m. Straatsburg 349.2 M.: Symphonic* concert o.l.v. Dr. Inghelbrecht. 9.05 n.m. Rome 420.8 M.: Kamermuziek. 9.20 n.m. Praag 470.2 M.j Jan KubeliK, viool, speelt eigen werken. 9.30 n.m. Beromünstcr 539.6 M.t „Nottuw no", op. 47 van Othmar Schoeck, door Fe» lix Loeffel, bas, met kwartet. met personen A-tan allerlei ras of groep en natuurlijk in de eerste plaats met diegenen, i deze zaken aangaan, de inlandsche en Ghineesohe groepen. Er komen ook geregeld rekesten en hricA-en binnen van belangheb benden, zoowel Japansche als Nederlandsch- Indischg, onit allerlei kring, hetgeen wel be wijst welke gewichtige en Alomvattende vraagstukken de conferentie te bespreken heeft. De verwaóhtiinig is, dat zij wel enkele maanden in beslag zal nemien. Moge Japan bereid zijn tot concessies en toezeggingen als tegenwicht tegenover het geen het reeds aan Indië verschuldigd is doordat dit zijn grenzen steeds zoo gemak kelijk voor Japan opende. Het is te hopen, dat het overieg tot beter begrip van elkan- ders nooden en belangen zal leiden en zoo tot oplossing van een der vele problemen* die ba den Pacific liggen. ZUIVERING AFVALWATER Buitengewoon interessant is hei jaarver» slag 1933 \an het Rijksinstituut voor zuive ring van afvalwater, dat dezer dagen bij cis AL'g. Landsdrukkeri j verscheen en voor f 1 per exemplaar verkrijgbaar is. Wij heibben voornamelijk liet oog op hoofdstuk I, dat handelt over de kosten van afvoer en verdere behandeling van afval* water door de gemeenten en hoe deze kosten, •geheel of gedeeltelijk op dc oontnibuabeleri verhaald kummien worden. Mlen kan uit deze beschouwingen leenen dat dit vraagstuk ia verschillende landlen, Engeland, Dnitschlliaaicl en Amerika, in het centrum dier belangstel ling staat en hoe deze aangelegenheid meestal im ons land geregeld is. Voor gemetente-seoretan ën en raacMedea ia dit jaarverslag van veel belang. Mijnheer Pimpelmans gaat paardje rijden door G. Th. ROTMAN 3 „Ik zou imaar voorzichtig wezen, op jouw leeftijd!" zei mevrouw, maar meneer Pimpelmans reed den anderen dag per fiets naar Knuppelhoek en zocht een prachtstuk van een schimmel uit. „U zei er beslist ple zier van beleven, meneer", zei de paarden koopman, „hij is van een groot paardenspel afkomstig, dus U begrijpt, dat (het een prima Vol verwachting, met den grooten schimmel hisse-klis achter zich aan, peddeldg meneer Pimpelmans terug naar Epscheuten* Daar hij 't lastig vond, het touw den heelen tijd vast te houden, stapte hij af en bond het paard van achteren aan zijn fiets. Zooveel capriolen zal hij wel niet uithalen!" dacht hij. (Wordt Woensdag vervólgd\ FEUILLETON AGN ES Een verhaal uit 't begin van deze eeuw (5 Agnes nam het blad uit haar taschje en begon te lezen: „TRANSVAAL.** Een dezer dagen las ik in een nieuwsblad onder den titel: „Sympathie voor Trans vaal", het volgende, dat mij diep trof. „Nooit kregen Avij zulk een lal van in gezonden stukken. Maar de plaatsing er ,van dient tot niets. Want de toorn, waarvan ze doen blijken, is iauttelooze toorn. Wij zijn niet in staat hulp te verleenen/aan het yolk, dat vermoord wordt-" Dat woord liet mij niet los. Wat, vij zou den niets kunnen doen: wij moeten stilzit- te'.i en wachten, en het aanzien, lijdelijk, ai branden onze hartien in ons, het lijden, den stijd, den dood onzer broederen, daar ver Aveg in het land, waarmede we o.is zoo nauw verbonde'.i gevoelen? En ik peinsde, bedroefd, ontrust. Toen was het mij, als ging voor mijn oog Voorbij het beeld eener arme, 'kranke vrouw die ik niet lang geleden bezocht laad. Een van haar verwanten., dien zij zeer had liefgehad en vertrouwd, had bij het deelen eener erfenis niet recht en goed met haar gehandeld, en had haar daardoor fiiepe spaart pa gcooto achada berokkend. Langen tijd was haar hart bitter geweest en in toorn had zij zich afgekeerd Maar zij was een Christin en het woord des Meesters: „Een nieuw gebod geef '.k u dat gij elkander liefhebt", had tenslotte op haar de overwinning behaald. Dien dag, toen ik mij vol medelijden over haar leger heenboog, zeide zij mij: „Nu kan ik geheel en volkomen vergeven, en het schijnt mij toe, dat ik niets anders meer kan doen, dan mijn hart en mijn armen wijd te openen en te smeeken: „keer terug, mijn broeder, keer terug, opdat ik u kan toonen, dat ik ver geven heb-" Ik trachtte hem dit te doen welen, j of de boodschap hem bereikte, ik weet het niet. het is zoo ver, zoo erg ver. Maar één ding wil ik doen, ik zal mijn oogen opheffen naar Boven, vanwaar nulpe komt, en de handen uitstrekken en Avachten, en ach. als hij eens niet mocht komen dan nog zal mijn laatste zucht een woord van vergeving zijn." Toen bukte rk mij neder, en kuste haar lang en innig; zou zij niet overwinnen? zou haar bede onverhoord blijven? Stil gleed het ibeeld der zwakke vrouw voor mijn oog voorbij, en mijn hoop en moed kwamen weder. Ja BW<ak zijn Avij ,en machteloos, maar toch, wij kunnen helpen! Wij kunnen onze harten wijd openen en diiep, diep meclevoelen het lijden, den strijd onzer broederen. Wij kunnen onze handen ontsluiten en van het onze mededeelen tot hulp der ge wonden. Maai' wij kunnen meer. jyjj kunnen eme ©ogen epheffen naar Boven, vanwaar de bulpe komen moet. Wij kunen bidden, wij, volk van Nederland, wij, bovenal Christenen, in Nederland. Eenmaal streed het volk van Israël tegen Amalek en op den heuvel, daar, vanwaar men den strijd kon overzien, stond Mozes, de man Gods, én hij hief zijn handen op en bad. Ten laatste echter, toen hij ze vermoeid neder liet zinken, keerde zich de strijd ten gunste van Amalek. Toen ondersteunde hem Aaron en Hur, op dat hij zou staande blijven, dien ganschen dag in zijn biddende houding zou staande blijven, en Israël keerde als overwinnaar terug. Dat no is onze roeping, onze taak, in deze moeilijke dagen. Wij kunnen niet mede uittrekken ten strijde, maar Avij kunnen staan met. opgeheven handen, één groot leger van bidders. Dan zullen onze broeders, daar, ver- weg in den bloc gen strijd voor vrijheid en recht, het ervaren, dat daar achter hen is één groote, onoverwinlijke macht, en hun handen zullen gesterkt e. nhunharten zullen bemoedigd worden, want zouden onze vurige gebeden onverhoord blijven? Het Avas stil in de kamer, maar even nadat Agnes geëindigd had. zei JJly met een hovend stemmetje:: „Dat zal ik doen, ja •zeker, ik zal het niet vergeten en o! moeder, mag ik mijn nieuw kwartje aan de Boeren geven, voor de arme gewonden?" „Papa zendt vandaag of morgen onze bij dragen aan het comité, je naoogt er je kwar tje bij doen, lievelincr.'' „En als de les uit is. leest u mij dan de geschiedenis van Amelejc nog eens voor, juf, ik weet het niet heel goed meer* maar ik zou zoo graag precies weten, hoe Mozes deed." De geheele week was Lily stil en in zioh- zelve gekeerd, zoadat haar moeder begon te vreezen, dat het zwakke kind zich de dingen te veel aantrok, en de jongens reeds had ge zegd, dat zij in tegenwoordigheid van hun zusje maar niet te veel over den oorlog moesten spreken. Maar toen Agnes den volgenden Zaterdag kwam, glansde het gezichtje der kleine meid van vreugde; voorzichtig trok zij een cou rant onder (haar hoofdkussen te voorschijn en vrool'ijik klonk haar stemmetje: „O, juf frouw Agnes, nu weet ik zeker, dat de Boeren zullen overwinnen, luister eens, papa gaf het mij gnstercn em ik ben zoo blij, o, zoo blij Avant het is precies als met Sadrach, Mesaoh en Albed-Nego in den brandenden oven, Aveet u wel, die plaat in mijn prenten boek Luister toóh eens, juf, is het niet heerlijk", en verrukt las zij: ,JDE WITTE ENGELEN.** In den slag van Dundee, op den 20sten October 1890, zag een der Transvaailsche bur gers een huzaar van het 18de regiment, zwaar gewond op het veld iiggen. Toen cle burger den gewonde voorbijreed, schreeuwde de huzaar om waiter, waarop de burger, Aviems naam Botha is, stilhield, en hem zijn veldflesch toereikte. De (main was echter te zwak om die aan te nemen, Botha steeg daarop af, richtte het hoofd van den huzaar op, en liet hem drinken. De man keek 'hem dankbaar aan en zeide: „Dank u, en vroeg hem in t. Engelsoh spre kend, ivie toch die twee dappere veldiheereri waren, die daar aan ieder© jsijde .van, het Transvaalsche leger, reahits en links aan de beide flanken op en neer reden, de menschen aanmoedigende en bevelen gevende. „Zij waren in wdit tenue op witte paarden, met een vlag in d'e hand, maar dio vlag kende ik in iet, zeide de huzaar. 1 „Ach! wat 'hebben wij op hen geschoten," vervolgde Ihij droomende, wmaar het was al les voor aiiet, de beste scherp schut ter kom hen niet raken." De Transvaalsche burger zeide dat hij niets Avist van zulke vechtgeneraals, hij had hen ook niet in het. veld gezien „Inder daad Avij hebben niet één generaal, die zich in het Avit kleedt." ,<Dan moeten het engelen geAvest zijn," sprak de huzaar, mompelde iets van „Davis old •fellow", keek Botha verbaasd aan, viel achterover, en Avas dood. ,/God zal zijn engelen hevelen, dat zij u op .wen weg 'bewaren', dacht onze burger, ter- Avdj.1 hij zijn paard besteeg en peinzend voortreed. „Niet waar, juf, als de engelen meestrij den, dan moeten de Boeren toch Aveil over winnen?" „Ik hoop het, kind, ik hoop het) (harte lijk", zei Agnes, ,gnaar het zou Avel kunnen zijn, dat het heel lang diuurde, en zij veel tegenspoed kregen." 1 „O, ja natuurlijk, Avij hébben ook wel tach- ,.:ig jaar moeten vechten, voor Avij do Span jaarden overwonnen hadden, ik zal mijni hest [cloen om niet ongeduldig te worden maar ik zal nu nooit meer bang zijn." 1 En zoo Avas het ook- Toen de tegenspoed oor het dappere volk begon te komen, toen de Engelsclnen ail verder en verder doordron gen en hun geliefd vaderiand door de vijan- |dea overstrooimd jverdi, en het vertrouwen van velen begon te wankelen, verloor heï kleine meisje haar geloof niet; bij elk© nieuwe nederlaag zeide zij, soms mot trarvrt •in de oogen: ,yHet spijt mij zoo voor dia arme Boeren, maar eindelijk zullen da engelen ze todh wei helpen overwinnen!' HOOFDSTUK I*VJ De Vallei der schaduwen des doods Het Kerstfeest naderde en op Zonneheuvel werdén groote toebereidselen gemaakt om dozen dag op waardig© wijze te vieren Wekan te voren hadden de kinderen er reeds over gesproken, en de gezangen en teksten geleerd, die zij zouden opzeggen bij den boom, dien butn vader op kerstavond, al* tijd gereed maakte. 'Het was een ernstig, huiselijk feest, als voorbereiding voor den geboortedag des Hei- lands. Al de huisgenooten waren daarbij te* igenvvoordig en een dankbare, opgewekte stem ming bezielde allen, onder het luisteren, 'naar de eenvoudige toespraak van den hee* van Rhenen, het zingen der schoon© liede ren en gezangen, zoowel als bij het uit deel ei\ der geschenken, die de moeder zoo zorgvul dig voor allen ihacl uitgekozen en gereed gé- maakt. Op den eersten Kerstdag brandde de boom nog eens; dan werden eenige arm© gezinnen udtgenioodigd, die, na een aangenamen mid* I dag, Avaarop de hoer van Rhenen trachtte hen op boeiende, bevattelijke wijze het evan* géliie te verkondigen, rijkelijk met doekuati* •ge geschenken begiftigd, maar (huis tesug» 'keerden, ïWordt Yeraolgdj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 8