VRIJDAG 26 JANUARI 1934
TWEEDE BLAD PAG. 6 VF
ALl
DE BEGROOTING IN DEN LEIDSCHEN RAAD
NOG TWEE WETHOUDERS AAN
HET WOORD
KNAPPE ZAKELIJKE BETOOGEN
Een logge inzet voor de replieken
DE RAAD IN HET DUISTER
De Wethouder van Financiën
Bij de gistermiddag voortgezette behan
deling van de Leidsche Gemcentebegrooting
was het woord aan Wethouder G o s 1 i n g a
(a.r.), die de hoop uitspreekt, dat de de
batten, die zoo zakelijk zijn begonnen, ook
zakelijk zullen eindigen. In antwoord aan
den heer Coster zegt spr., dat de Lichtfa
brieken 25.000,per jaar aan rpclamc
uitgeven, waaronder begrepen het nadeelig
saldo der Toonwinkel. Dat klinkt erg hoog,
doch bedraagt slechts een half procent van
de ontvangsten. Is dat noodig? Men zie do
uitkomsten! Spr. bevestigt dat B. cn W.
binnenkort zullen komen met een voorstel
tot verplaatsing van de veemarkt aan de'
Steenstraat. Daar zal dan een parkeerter
rein voorgesteld worden, benevens aulobus
station. De heer Bergers heeft de slacht-
huistarieven opnieuw ter sprake gebracht.
Spr. verzet zich echter tegen elke verlaginb
van inkomsten.
De heer Bergers: Ik heb verlaging van
de slachttarieven voor varkens bepleit in
het belang der gemeente wegens de con
currentie der buitengemeenten.
Wethouder Go sl in ga: Die concurren
tie hebben wij altijd gehad. Zoodra de toe
standen iets beter worden, zal spr. direct
aandacht wijden aan verlaging der tarie
ven.
Aan het adres van den heer Schüller ver
klaart spr. dat binnenkort een voorstel
komt tot reorganisatie van den Radio
dienst. Waarom de indeeling van dat perso
neel in het G.O. moet komen, begrijpt spi.
niet De S.D.A.P. wil het G.O. overal m
hooren maar dat gaat niet. De heer De
Reede h-eeft gewaarschuwd tegen het aan
tasten van de reserves; doch in deze be
grooting wordt geen enkele reserve aange
tast; slechts worden enkele reserves min
der versterkt. Er wordt dus inderdaad iets
minder opzij gelegd, hetgeen in deze slechte
tijden wel verklaarbaar is. Spr. ziet den
toestand niet te optimistisch in; wij moeten
inderdaad naar een lager niveau van uit
gaven, maar geleidelijk. En uit de begroe
ting blijkt, dat B. en W. streven naar een
lager niveau. Zonder zoo optimistisch te
zijn als de heer Mandors, gelooft spr., dai
binnen een niet te langen tijd eenige op
luchting zal volgen. Mocht die opluchting
niet komen, dan zullen we rigoreus moeten
gaan bezuinigen.
De heer Kuipers wil de algemeene reser
ve aanspreken, doch daartegen moet spi.
zich verzetten, dat is geen goed financieel
beleid. Het verschil tusschen het sluiten
der begrooting en het sluitend maken daar
van, begrijpt spr. niet Spr. heeft nog nooit
een begrooting gezien, die vanzelf sloot.
Eenige heeren meenden, dat te weinig be
zuinigd is, anderen dat te veel bezuinigd is.
Bezuinigen is zeer moeilijk. De heer De
Reede heeft een paar hoofdstukken aange
haald waarop niet bezuinigd is, maar dat
waren juist hoofdstukken, waarin veel sa
larissen en pensioenen begrepen zijn, welke
een neiging hebben op te loopen, en dai
accres heeft spr. weten op te vangen. Hoe
moeilijk bezuinigen is, ziet men bij deze de
batten, waar zelfs de zachtste en kleinsto
versobering stuit op verzet. De S.D.A.P. ts
tegen elke salariskorting en als mevr. Bra*r
gaar spr. verwijt, dat een bezuinigingsvoor
stel op de subsidie aan Schoolkindervoe
ding hard en wreed is, maakt dat geen in
druk op spr., want mevr. Braggaar weigert
om zelfs de meest voor de hand liggende
bezuiniging te aanvaarden. De meesto be
zuinigingsmaatregelen zijn hard, maar ze
moeten genomen worden. De loonsverlaging
van de werksters verdedigt spr. o.a. met er-
od te wijzen, dat jaarlijks 35.000,wordt
uitgegeven voor het schoonhouden der ge
bouwen.
De heer v. Stralen heeft 6pr. verweten,
dat hij de uitvoering van verschillende wer
ken tegenhoudt, doch dat doet de wethou
der van financiën niet, doch de slechte tijds
omstandigheden. Men verwijt het college,
dat het geen objecten voor werkverschaf
fing zoekt, maar een paar weken geleden
was met groote moeite een object verkre
gen, n.l. het afgraven van het bolwerk en
dat werd afgestemd omwille van een klein
verkeersbelangetj e.
De lieer v. Weizen stelt een zakelijke be
lasting op het bedrijf voor; een uitermate
goed middel om de werkloosheid op te ja
gen. Reden waarom het voorstel moet wor
den afgewezen.
De heer v. Eek, die ditmaal een meer
reëele rede heeft gehouden 'dan anders,
ziet in dat de begrooting sluitend moet zijn.
maar hij en zijn partijgenooten doen voor
stellen, die de begrooting weer met tien
duizenden guldens uit het evenwicht bren
gen. Een sluitende begrooting is vooral een
belang voor de arbeiders. Met schelden op
de regeering komt men er niet; dan onder
schat men de bijna bovenmenschelijke taak
der regeering en overschat men den invloed
van het socialisme op onzen tijd. Die in
vloed is nihil.
De Wethouder van Fabricage
Wethouder Splinter antwoordt inzake
de reclameborden, dat zeven borden waar
schijnlijk zullen worden verplaatst. Iilj
geeft toe, dat de verplaatsing van een be
waarschool in verband met een verbouwing
aan het Elisabethshof langen tijd heeft ge
duurd, maar dat had zijn reden.
De heer Wilbrink heeft critiek geoefend
in verband met het uitbreidingsplan. Spr.
zet de situatie en de geschiedenis van het
plan nogmaals uiteen. De voorbereidings
tijd voor de Raad is niet te kort geweest,
doch de Raad heeft er te weinig aandacht
aan geschonken vooraleer het te laat was.
Spr. wijst op Oegstgeest, waar het Uitbrei
dingsplan eenzelfde geschiedenis heeft mee
gemaakt. Daar heeft de raad echter B. en
W dank gebracht voor hot vele werk in
verband met dit plan verricht. Het verwijt,
dat er hier in Leiden niet met spoed aan
het Uitbreidingsplan is gewerkt, moet spr.
met beslistheid afwijzen. De heer Groene-
veld heeft gevraagd wat er gebeuren zal
met de voorstellen, welke tegelijkertijd met
het plan zouden behandeld worden, hetgeen
echter niet geschied is. Deze voorstellen
zijn niet weggedoezeld, doch zij komen alle
in den raad; dc kwestie van het Levendaal
waarschijnlijk al spoedig. Omtrent de sa
mensmelting van Gemeentewerken en Bouw
en Woningtoezicht verklaart spr., dat dez»-
kwestie behandeld zal worden in de Com
missie van Fabricage. De raad kan zich er
op voorbereiden, «lat er eenige personen op
wachtgeld gesteld zullen moeten worden.
Inzake de volkshuisvesting, zet spr. uit
een, dat de vertraging in de aangenomen
bouw van 35S woningen, veroorzaakt wordt
deels door de regeering, deels door sommi
ge bouwvereenigingen zelf. Het overschot
van woningen in de stad bedraagt thans
9S5. Er is voorgesteld om maatregelen te
treffen tot huurverlaging. Van een commis
sie verwacht spr. geen resultaat, deze kan
niet anders dan een hoop nutteloos wera
verrichten. Het eenige middel om huurver
laging te verkrijgen is het aanbod grootei
maken en in dit opzicht wordt thans wei
het een en ander gedaan, want er komen
verschillende bouwplannen binnen. Reeds
is de bouw van 249 woningen van particu
liere zijde aangevraagd.
(Stemmen: Maar hoe duur?)
Aangedrongen is om van gemeentewege
te bouwen maar de gemeente kan ook niet
goedkooper bouwen dan de particuliere
aannemers. Huurverlaging bij de gemeente
woningen is niet mogelijk, om redenen wel
ke spr. verleden jaar reeds heeft uiteenge
zet. De huren zijn toch al reeds beneden de
geschatte huurwaarde. Evenals verleden
jaar bestrijdt spr. ook thans het voorstol-
Kooistra om de gemeentewoningen onder
gemeentebeheer te brengen. Spr. keurt de
gedachte van de motie-Wilbrink, inzake
vereenvoudiging van de procedure bij
grondaankoop geenszins af .en deelt mede,
dat B. en VV. zich voor dat voorstel zullen
verklaren.
Spr. ontkent dat B. en W. op de onder
houdswerken tot iederen prijs bezuinigen,
slechts wordt bezuinigd, zoover als toelaat
baar is. De be:Vating tusschen de rails op
de Hoogcwoerd is niet fraai, doch wij kun
nen de N.Z.H. niet dwingen in verband mot
de mogelijke omlegging van de trambaan
over het gedempte Levendaal. Er is ook
gevraagd om verbetering van de Hooi
gracht, doch dat zou f 29000 kosten en dat
durft spr. thans niet aan de orde te stellen.
Inzake het voorstel-SehüIler om het ver
voer van gemeentematerialen in eigen be
heer te nemen, zegt spr. dat B. en W. dit
voorstel niet in prae-advies kunnen nemen.
Pas eenige maanden geleden is uitvoerig
over deze zaak gesproken.
De heer Schüller heeft dit voorstel ge
daan omdat hij destijds niet geprepareerd
as, evenmin als de raad.
Wethouder Splinter: De raad i9 ook
na prae-advies niet in staat om de finesses
van deze technische zaak te doorgronden.
De heer Schüller heeft spr. verweten, dat
hij de kosten van het materiaal-vervoer te
laag heeft opgegeven, teneinde aannemelijk
te maken, dat aanbesteding goedkooper zou
zijn dan eigen beheer. De heer Schüller
maakt echter de fout, om zijn prijzen te ba
seeren op kubieke meters, "hetgeen bij stec-
nen een onmogelijke berekening is, zooals
spr. nader aantoont. Spr. handhaaft zijn cij
fers en spreekt zich nogmaals uit tegen het
eigen beheer-systeem, niet alleen voor wat
betreft het materialenvervoer maar voor
allo onderhoudswerken.
Er staan verscheidene openbare werken
op het programma, welke zoo spoedig ma
gelijk zullen worden uitgevoerd.
Wethouder Goslinga krijgt thans gele
genheid om antwoord te geven op de op
merkingen van enkele heeren die in den
aanvang der zitting niet aanwezig konden
zijn. Spr. verzet zich tegen het denkbeeld
van den heer v. Rosmalen om de gratifica
tiën bij jubilea af te schaffen, omdat de be
zuiniging niet opweegt - tegen het psycholo
gisch effect. Verzet is gerezen tegen het in
dienst hebben van gepensioneerden. Dat
heeft in deze gevallen zin, terwijl bovendien
deze menschen vanzelf afvloeien. Inzake het
wachten op de commissie-Schouten merkt
spr. op dat bij de instelling van deze com
missie de verwachting algemeen was, dat
zij normen zou vaststellen, waarbij de la
gere organen zich zouden hebben aan t9
passen. De commissie heeft zich echter tot
algemeene richtlijnen bepaald. Na afloop
van de begrooting zullen B. en W. de kwes
tie van de salarieering in den Raad bren
gen. Wij zullen moeten overwegen of ons
gemeentelijk apparaat niet te duur is. De
heer Donders heeft zich verzet tegen de aan
tasting van de reserves bij de L. Duinwater
maatschappij, doch spr. wijst er op dat de
L. D. M. op een royale wijze heeft afgeschre
ven. Toen er bezwaren werden gemaakt te
gen de te royale afschrijving werd dat ge
boekt op de reserve. Zoodoende was er wel
degelijk een extra in de reserve \erborgen.
Toen het Duinwaterbedrijf werd overgeno
men wist men wel, dat er iets gedaan moest
worden aan de watervang, maar dat het
winstaandeel van de gemeente gelardeerd
zou worden. Pas dezer dagen is het rapport
verschenen van den Rijksdienst voor Duin
watervoorziening, welke dienst een geolo-
gisch-hydraulisch onderzoek in het duin
heeft ingesteld en de heer Donders heeft du
gegevens daarvan zonder nauwkeurige stu
die weergegeven en ze „ontstellend" ge
noemd. Dat is echter zeer overdreven. Wel
erkent spr., dat er aan de watervang het
een en ander verbeterd zal moeten worden
en dat er na 10 jaar water van elders aan
gevoerd zal moeten worden. De L. D. M. is
echter kapitaalkrachtig genoeg om de
eerste tien jaar door verbetering van den
watervang in het vrij hooge waterverbruik
te voorzien. Moeten wij ons nu reeds ang
stig maken voor wat over tien jaar gebeu
ren kan? Waren de tijdep normaal, dan zou
men nu reeds beginnen met sparen, maar
in deze zware tijden mag men ook wel eons
wat aan het nageslacht overlaten. Zoolang
er hier duinwater wordt gedronken is er al
tijd geprofeteerd, dat het duinwater verzou
ten zal. Wel wil spr. toezeggen, dat deze
kwestie bij de begrooting 1935 opnieuw on
der oogen zal worden gezien en dan zal be
keken worden in het licht der meerdere er
varing en van de tijdsomstandigheden.
De heer Donders: Kent u nu de inkom
sten der L. D. NL reeds?
Wethouder Goslinga: Alle Leidenaars
blijven wafer drinken en geen inkomsten
zijn zoo vast als die van de L.D.M.
Daarna schorsing tot 's avonds acht uur.
AVONDZITTING
De replieken
De lieer Van Eek (s.d.) reageert op 't
incident-Groeneveld en meent, dat de ont
stemming berusten moet op een misver
stand. Spr. weet, dat het de bedoeling van
den heer Grocneveld niet is, om iemands
godsdienstige gevoelens te kwetsen. Aan
gaande de algemeene financieele politiek i-
spr. het met den heer Goslinga eens, dat
men voorzichtig moet zijn met de reserves,
maar in dezen tijd is het onrechtvaardig
een spaarpot te bezitten en hem niet
te spreken om den nood der ingezetenen te
lenigen. Overigens ligt de schuld van den
geldnood der gemeenten bij de Rogeering.
Er heerscht een fundamenteel verschil van
inzicht tusschen de burgerlijke partijen en
de SD.A.P., reden waarom spr's fractie geen
zitting wil nemen in het college van B. en
W. Spr. schermutselt verder met den com
munist en verdedigt nogmaals zijn voor
stellen, waarbij hij ingaat op de daartegen
aangevoerde bezwaren. Naar aanleiding van
het antwoord van den voorzitter op spr's
voorstel inzake annexatie, trekt spr. zijn
voorstel in. doch veuzoekt B. en W. op do
een of andere wijze liet gevoelen van den
Raad te dezer zake te raadplegen.
Het wordt duister
Vervolgens repliceeren de heeren v. E s
(a.r.) en de Reede, welke laatste juist
een begin wilde maken met den wethouder
van onderwijs te bewijzen, dat zijn betoog
steekhoudend was, toen het licht uitging eu
de geheele zaal in het duister werd gezet.
De Voorzitter schorste onmiddellijk
de zitting en hier en daar ontvlamde een
lucifertje en een sigarenaansteker. Iemand
kwam aandragen met een staande petro
leumlamp, welke werd neergezet op de les
senaar van den voorzitter, waarop de zitting
werd heropend. Na eenige minuten was de
storing opgeheven.
De de Reede becritiseert intusschen de
werkmethode van den wethouder van On
derwijs.
Wethouder Tepe: Wat u beweert is m.i.
ongemotiveerd.
De heer de Reede (c.h.) wil ten opzich
te van het financieel beleid niet in details
treden. In de groote lijnen is hij 't met den
wethouder geheel eens, speciaal nu hij van
hem geboord heeft, dat de wethouder zich
principieel verzet tegen elke aantasting der
reserves. De opmerking van den heer Van
Eek inzake de reserves is buitengewoon oiv
pervlakkig. Reeds drie jaar lang is Leiden
bezig om zijn begrootingen sluitend te ma
ken op een abnormale manier, welke feite
lijk gelijk staal met een aantasting der re
serves. Het gevaar, waarop de heer Donders
gewezen heeft acht spr. niet zoo groot, maar
diens betoog was toch waard om er reke
ning mede te houden. Do eenige manier om
de begrooting te doen sluiten is bezuiniging
op alles wat maar eenigszins gemist kan
worden. Ofschoon de heer Donders volkomen
gelijk had met te wijzen op het risico van
de verminderde watertoevoer, wil spr. den
Wethouder dit jaar de f 80.000 niet onthou
den. welke deze noodig heeft
De heer Vos (v.d.) bespreekt o.a. de sub
sidie-verlaging aan schoolkindervoeding en
meent, dat het de verkeerde weg is om eerst
een bepaalde som af te trekken en daarna
te gaan overleggen, waarop bezuinigd moot
worden. Als bezuinigingsobject geeft spr.
nog aan, maatregelen te nemen, dat de
openbare scholen meer bevolkt worden en
dus goedkooper zijn per leerling.
De heer Bergers (r.k.) toont nader aan
dat het in het belang van de gemeente zelf
is, wanneer de slachttarieven, speciaal voor
varkens, verlaagd worden. Spr. bestrijdt ver
volgens het eigen-beheer-systeem van den
heer Schüller. Inzake Sch«xilkindervoeding
zegt spr., dat het hem bekend is, hoe het
bestuur meent te kunnen bezuinigen, o. a.
door de voeding gedurende een paar maan
den stop te zetten. Daartoe zal het moeten
komen en dat acht spr. een resultaat, dat
niet in overeenstemming is met de bedoe
ling van de voeding. Overigens brengt spr.
hulde aan de dames en heeren van de
Schoolkindervoeding, die hun tijd en kracht
zoo belangeloos ter beschikking stellen.
De heer W i 1 m e r (r.k.) geeft nader aan,
op welke wijze nog verder bezuinigd zou
kunnen worden, zooals door reorganisatie
van gemeentelijke diensten door saanensmel
ting waarbij ook personeelsbelangen kun
nen worden ontzien. Waarom pakt men
hier niet sneller aan?
Van de rechterzijde is betrekkelijk weinig
critiek uitgeoefend op de voorgestelde be
zuinigingen.
Aangaande de subsidie-verlaging aan
Schoolkindervoeding_ geeft spr. aldus de
raeening van de Katholieke fractie weer:
de fractie zal hans meegaan met B. en W.
doch behoudt zich het recht voor om daar
op terug te komen, als blijk dat er al te
riigoreuze maatregelen genomen moeten
worden.
Spr. is met den wethouder van financiën
er in 't algemeen geen voorstander van, om
in dezen tijd te reserveeren of te sparen.
Maar dit standpunt had men eerder moeten
innemen. Aan onderhoudswerken verbe
tering van straten enz. wordt te weinig
Het verwondert spr., dat thans zoo scher
pe critiek wordt uitgebracht op den wet
houder van onderwijs, terwijl daarvan uit
het voorloopig verslag niets gebleken is.
Bovendien was die critiek ten deze van den
heer de Reede niet in groote lijn. Dat acht
spr. geen gewenschte methode van behan
deling der begrooting.
Een felicitatie.
De voorzitter deelt thans mede, dat
wethouder Rom in, die zoo juist de zaal bin
nenkomt. de gelukkige vader is geworden
van een zoon, waarmede fcjij hem van harte
feliciteert Alle leden stemmen door applaus
daarmede in.
Weth. Romijn dankt (Stemmen: Waar
blijft de beschuit met muisjes?).
De heer v. Wel zen (comm.) trekt zijn
voorstel inzake maatregelen om te komen
tot huurverlaging in, ten gunste van hel
voorstel-Kouistra, dat eenzelfde strekking
heeft Zijn andere voorstellen verdedigt hij
nogmaals, terwijl hij ten slotte in het krijt
treedt tegen den heer v. Eek en diens vol
gelingen.
De heer Groeneveld (s.d.) wil niet na
der op de bestraffing van den voorzitter aan
zijn adres, ingaan. Spr. heeft wel begrepen
dat het gebruik maken van een Bijbelcitaat
door de rechterzijde als grof moest worden
aangevoeld, doch z.i. moest hij dat sterk
sprekende argument gebruiken. Spr. heefi
slechts bedoeld,, aan te toonen, dat men
voorzichtig moet zijn met censuur. Hij heeft
niemand in zijn godsdienstige gevoelens wil
len grieven. Spr. staat uitvoerig stil bij do
kwestie van het Uitbreidingsplan en de on
geoorloofdheid van het niet-uitvoeren of op
de lange baan schuiven van raadsbesluiten
die een tijdsbepaling inhoudt
De Filmcensuur
De heer Beekenkamp (a.r.) heeft met
voldoening gehoord, dat de voorzitter heeft
toegegeven, dat er hier herhaaldelijk ver
keerde films worden vertoond. De bezwaren
van don voorzitter tegen de nakeuring acht
spr. niet zoo zwaar, behalve het bezwaar
ontleend aan de bioscoopwet, dat deze na
keuring niet van toepassing zou zijn op de
reeds bestaande bioscopen. In verband met
de toezegging van den voorzitter ziet spr.
van verderen aandrang in deze af.
De S.D.A.P. staat op een geheel ander
standpunt en de bestrijding van die zijde
was voor spr. geen verrassing. In socialisti
sche kringen heerscht niet eens eenstemmig
heid omtrent het al of niet moreel toelaat
bare. Er zijn ook socialisten, die niet elke
vuiligheid op dit gebied willen tcelaten.ook
niet \oor volwassenen. Censuur heeft niets
te maken met individueele onvattingen.
doch met algemeene nonnen. Het gesproke
ne door den heer Groeneveld eiat spr. stil
zwijgend voorbij. Deze heeft de H. Schrift
op profanee rende wijze misbruikt en daar
aan wil spr. geen woord meer verspillen, nu
de heer Groeneveld zelfs na de bestraffing
door den voorzitter geen aanleiding heeft
gevonden om daarover zijn spijt uit te spre
ken. Inzake de optochten op Zondag driugl
spr. nogmaals aan op spaarzaamheid in 't
geven van vergunning.
Nadat do heer Venvev (s.d.) nog het
woord had gevoerd, waarbij hij zich scherp
richtte tegen den heer Beekenkamp, wkn
hij o.a. anti-semietisme verweet, werd de
vergadering verdaagd tot Vrijdagmiddag
twee uur.
STADSNIEUWS
WINTERLEZINGEN OVER
CHR. KUNST
Het aardige, intieme zaaltje van het ge
bouw Gerecht 10, was Woensdagavond zoo
goed als geheel gevuld met een belangstel
lend publiek. De voorzitter van het Comité.
Prof. Dr. De Zwaan opende met gebed en
sprak vervolgens een inleidend woord. Spr.
betoogde dat kunst eeu der wegen is, die
ons tot God voeren. Kunst is niet een zaait
van 't intellect, kunst beroert niet in de eer
ste plaats 't intellect; kunst treft en ontroert
liet gemoedsleven. En voor den mensch die
de schoonheid der dingen beleeft en de gave
heeft die schoonheid te vertolken, is kunst
een roeping. En de kunstenaar vervult een
roeping in de wereld om te getuigen van wat
van God komt Spreker herinnert aan de roe
ping der Profeten. Zoo spreken ook de kun
stenaars van 't ondoorgrondelijke, van wat
God in de schepping heeft gelegd. Er zijn
van die dingen in de wereld en hot leven,
die we herhaaldelijk oubedachtzaam voorbij
gaan, eenvoudige dingen, die ons soms plot
seling aanspreken, ons verschijnen in onge-
wonen glans en dan is 't of plotseling eer;
venster in ons opengaat en wij schouwen in
verborgenheden van hooger orde. Er gaat ons
een hooger licht op en wij denken aan Ja
cob te Bethel, die getuigen moest „God is
aanwezig en ik wist het niet".
Spreker begroet nu den kunstschilder H
A. Gerretsen, die over de beteekenis dei-
kunst voor het publiek zsl spreken. Welis
waar bereikt de heer Gerretsen met zijn
voordracht slechts een betrekkelijk klein
publiek, doch de zegen behoeft daarom niet
minder groot te zijn. Gedachtig aan het be-
kpndc kinderversje: Kleine waterdroppels,
kleine korrels zand, vormen saam de groote
zee en het wijde land, herinnert spr. er aan
dat kernen noodig zijn om algemeene ge
dachten en gevoelens te verbreiden.
De heer Gerretsen neemt nu het woord
om te spreken over ,,'t W'ezen der Kunst en
het Publiek".
In zijn uitvoerig betoog gaf de heer Ger
retsen blijk evenzeer kunsthistoricus te zijn
als beeldend kunstenaar. En zijn kunsthis
torische beschouwingen kregen door zijn
eigen kunstenaarschap, zijn eigen aanvoelen
van de kunstuitingen uit verschillende tijd
perken der cultuurhistorie, een bijzondere
charme. Zoo werden we voorgelicht door 'n
man wiens betoog was doortinteld van geest
drift Wij zullen zijn uiteenzettingen niet oo
den voet volgen, daar de plaatsruimte dit
niet toelaat doch ons bepalen tot eenige
opmerkingen.
Spreker begon met op te merken, dat de
in vroeger tijden een betere verhouding
bestond tusschen schilder en publiek. Dezo
verhouding werd bepaald door de structuur
der maatschappij, door de geslotenheid van
de samenleving, het wederzijdsch geestelijk
contact, dat door de eenstemmig beleden
cultuuridealen noodzakelijk was-
Lezingen over schilder en publiek werden
toen nog niet gehouden, omdat ze overbodig
waren. Kunstcritiek werd niet beoefend- Mid
deleeuwsche schilders hielden geen verhan
delingen, Jan Steen of andere 17e eeuwers
deden dit even min. En zoo zou het eigenlijk
belachelijk kunnen schijnen, dat spreker
hier staat om over zijn kunst te spreken.
Evenals het feit, dat schrijvers over hun
eigen hoeken gaan schrijven in het open
baar. acht hij het een verschijnsel van
zwakheid.
Dit gebeurt slechts in een tijd, waarin de
eenheid van het leven verbroken is, waarin
het individu zich heeft losgemaakt van de
gemeenschap. Of een stelselmatig herstel
van deze eenheid, waarbij de vrijheid van
het individu weer aan banden wordt gelegd
zooals het Nationaal-Socialisme bedoelt,
werkelijk een organische eenheid zal bren
gen, iaat spr. in het midden. Het is ontegen
zeggelijk een verzwakking van algemeen cul
tuurbesef wanneer de kunst zich terugtrekt
en wanneer cursussen moeten worden ge
houden, om schilderijen te kunnen zien. Het
is een teeken van onderlinge vervreemding
wanneer er veel moet worden gepraat. De
kunstenaar moet doen.
In den grond zijn kunstenaars altijd een
zamen geweert- De enkeling vond steeds bui
ten het gedruisch van het leven de stilte en
de bezinning om zijn ontroeringen te uiten-
Zoo de praehistorische buffeljager, die op
de wanden van een rotshol zijn tcekeningen
grifte, terwijl zijn makkers zich overgaven
aan het rumoer van de jacht In gesloten
perioden van het cultuurleven heklommen
de kunstenaars evenwel geen eigen voetstuk
Zij stonden evenzeer onder de algemeen
heerschende begrippen en idealen als de rest
der wereld. De hoer en de kun=tenaar ston
den precies in dezelfde verhouding tot de al
gemeen erkende hoogere macht, die het ge
heele leven in zijn green hield. Mooi vindon
deed men niet; critisch was men niet. Tn
den voor-Grieksrhcn en Bpbvlonischen tijd
zien wij hij heelden en reliefs steeds weer
dezelfde lijnen van heclding, die tot in het
oneindige worden herhaald volgens een
te canon, waaraan niet mocht worden ge
tornd. Wat ook wisselde pn veranderde, d'
eenheid, die alle voorstellingen bindt, bleef
onveranderlijk. Spreker herinnert hiervoor
aan de Egyptische heelden, alle volgens een
vaste ennon gehmnven. Dat handhaaft zich
[eeuwen lang. tot Ignaton den troon der Pha-
rao's bestoet, die een fanatieke green doet
naar don Onbekenden God. Er komt een kor
te beroering, een verandering ook over het
aangezicht der kunst, totdat de priesters
weer de macht krijgen en den ouden ca
non herstellen.
Vele eeuwen scheiden ons van dien t.iid
doch kort achter o"; liet do imposante tiid
van het Katholiek geloof Rnr- herinnert
aan de aanvnnkelük zon strenge B-vzantün-
cphe kunst, waarin God nngonaakhas.r is:
Oh rictus troont in bovenmencrhe'iike heer
liikheid en de hpilieon sis zuilen rond Hem
rtnnn Feuwenlang h'iift dr^e visie gehand
hnafd. Dan komen dp Middeleeuwen. De
Chriotusfiuur wordt bewpptrlijkpr Pn men-
scholiiker. milder en zachter. De heiligen
komen d'ohter hij. Dan komt ook de t"d
van de Kathedralen-houw. waarvan die van
Ohartvos te mooiste is Pnuwmepefors heeld-
honvprs. schilders. f>lamn!P"=. pdolsmeden
crhriinwprkers pnz allen hehhpn >n één
i>e-,-oo-iniT meegewerkt om d° 7/>ld7->mftTi
ri'kdom te =chennen A'les waf 7ii wro-htt-vn
werd simpnrrpvri don»- het ëëne geloof dat
allen geliik bezielde Fr een volk dat f»V
sorhpert en niet een nuhl'ek dat er altijd
min of meer critisch of onverschillig tegen
over pt"st De kunstenaar was niet pon oit
zonderliik mensch. doch een deel van h°t
volk- Cursussen hield men niet; men aan
aardde wat men noodig had. De kunstenaar
gaf dat en behoefde niets te verklaren- De
tijd was, in onzen tegenwoordigen zin, niet
kunstzinnig. Ivlen knielde voor het beeld
van den H. Antonius, niet omdat het moo;
of leelijk was, doch omdat het Antonius
oorslelde.
De kunst was nuttig en noodig, omdat het
olk moest zien, wat in de kerk werd ge
leerd. Kunst was een onontbeerlijke nood
zakelijkheid.
Sindsdien heeft de geschiedenis zich be-
•ogen in de richting der verbrokkeling.
Naast één gezichtpunt kwamen andere van
gelijke kracht en waarde. De mensch werd
ontdekt De kunstenaar ging zijn eigen weg
niet met maar naast het volk. Soms liepen
die wegen evenwijdig, soms kruisten zij, veel
al liepen ze geheel uiteen-
Tijdens de Renaissance strekte de kunste
naar zijn handen uit naar het lichaam. De
Middeleeuwen waren zeker niet minder
zinnelijk dan latere tijden, doch de zinne
lijk heid werd door den geest beheerscht.
God stond er boven- De kerk riep haar halt
toe aan ieder die anatomie wilde beoefe
nen. Na de Middeleeuwen gaat de kunste
naar verder, er worden secties verricht op
de lijken van veroordeelden, waartoe men
vroeger hoogstens een varken mocht ge
bruiken. En men weet, hoe Michel Angelo de
anatomie van het mensehelijk lichaam ken
de. De laatste groote eenheid was met de
Renaissance verbroken.
De 17e eeuw schuimt nog van werkkracht
en de kunstenaar, ofschoon reeds vereen
zaamd, vindt nog aansluiting bij het prac-
tisch leven, doordat al die regenten, schut
ters. enz. hun volbloedige koppen willen
hebben geschilderd. Spr. herinnert aan Rem
brandt, die aanvankelijk meedoet aan het
feest van het leven. Doch later moet hij al
les in zichzelf zoeken en ontwikkelt hij
juist in de eenzaamheid zijn ontzettende
kracht en komen de rijkdommen van het
leven.
Kunst heeft een bodem, een zakeliiken
grond van noode. Opdrachten hielden Rem
brandt eeri tijdlang in het gareel- Toen de
opdrachten uitbleven versomberde en ver
eenzaamde hij evenals Hercules Seghers.
Vermeer, Steen, Hals stonden meer mid
den in het leven- Na de 17e eeuw kwam een
tijd van fletsheid zonder stuwkracht Het
eenige land dat inzake beeldende kunst al
tijd onder alles springlevend bleef, was
Frankrijk. In de 19e eeuw is de vervreem-
ling van kunstenaar en volk tot het uitertse
gekomen. Er is gekomen absolute stijlloos
heid, waarin niet de kunstenaar, doch het
publiek de baas is. De vraag is immers
steeds wat het publiek wil. Ook is de photo
een gevaar voor de kunst geworden. En wel
beschouwd is de beeldende kunst, uitgezon
derd daar waar zij als onderdeel der archi
tectuur nog een functie heeft te vervullen
volkomen nutteloos geworden.
Belangstelling ontwaakt alleen als er wal
te verdienen valt, reproducties Toorop en
Van Gogh. De eigenlijke waarde van het
kunstwerk schuilt niet in het onderwerp,
hetgeen spr. nader uiteenzet. De kunste
naar staot in de wereld als iemand die fluit
speelt in de avond, al luistert niemand, hij
fluit toch- De Middeleeuwsche kunstenaar
bracht zijn fijne schilderingen aan tegen de
hooge gewelven der kerk. geen mensch kon
ze zien, maar God zag ze- Zoo was zijn werk
begrepen in hooger bedoeling. Toch is er ook
in de vrije kunstbeoefening iets schoons. Zij
is een openbaring van geestelijke onafhan
kelijkheid. Er is evenwel een publiek noo
dig, dat dit begrijpt. Geleerdheid is hiervoor
niet noodig. Dikwijls wordt men juist ge
troffen door de rake opmerkingen van hen,
die zeggen, geen verstand van kunst te heb
ben. Zien is niet gebonden aan geleerdheid,
doch aan intuïtie. De mensch moet weer
naar. de diepte toe gaan leven om de open
haringen der kunst te verstaan, om dc
schoonheid der kunst in zich op te kunnen
nemen.
Na deze rede werd alles nog eens verdui
delijkt door een serie lichtheeiden.
Prof. De Zwaan was de tolk der aanwezi
gen toen hij den heer Gerretsen hartelijk
dank zegde voor zijn boeiende voordracht
zijn; het aantal uitgeleende werken bedroeg
410. Met belangrijke schenkingen vóór 1 Sept.
1933 o.a. van den heer Mr. W. de Loos, Mej.
M. van Geer, Mej. F. Simons, Mej. Longe-
pée en de Bibliothecaresse werd de biblio
theek verrijkt
Ook niet-leden van de Maatschappij voor
Toonkunst kiuanen van deze muziek-bibho-
theek gebruik maken.
Het jaarverslag werd door de Vergadering
goedgekeurd en definitief vastgesteld.
Den Penningmeester, den heer L. A. Dries
sen, thans afgetreden en niet ter vergade
ring werd dêoharge verleend voor het tot
1 SepL 1933 gevoerde beheer; door den voor
zitter werd hem nogmaals grooten dank ge
bracht voor alles, wat hij gedurende zóó tal
van jaren in hot belang van de Maatschappij
en de Muziekschool heeft gedaan.
De Voorzitter spreekt een woord van dattk
uit aan do Commissie tot nazien van de re
kening en verantwoording, aan den Secre
taris, de bibliothecaresse en den boekhouder
voor den arbeid, in deze S maanden verricht.
Na nog eenige mededeelingen van inter
nen aard sloot de Voorzitter de Vergadering
met een woord van dank tot de aanwezigen
voor him tegenwoordigheid.
MAATSCHAPPIJ VOOR
TOONKUNST
DE JAARVERGADERING
Onder piresidium van den Voorzitter, den
heer A. D. V ij g h, hieild gisteravond in het
Nutsgeibouw de „Maatschappij voor Toon
kunst" haar jaarlijksche algemeene leden
vergadering.
Op grond van het feit, dat volgens de op
25 Maart 1933 gewijzigde wet van de Maat
schappij het maatschappelijk jaar thans
loopt van 1 September31 Aug. (jaarver
gadering in Januari), vroeger van 1 Jan.—
31 Dec. (jaarvergadering in Mei), loopt dit
verslag over het 99ste Maatschappelijk jaar
slechts over 8 maanden (het 100ste jaar is
ingegaan), waaraan wij het volgende ont-
leenen:
In de vorige jaarvergadering werd in de
vacature van den heer Dr. H. W. Borgerhoff
Mulder, aan de beurt van aftreding, door bij
zondere omstandigheden nog niet voorzien.
In het seizoen 1933/34 zal wederom een
concert gegeven worden Ln combinatie met
de Afdeeling Leiden van de „Maatschappij
ter bevordering der Toonkunst".
Een bezuingings-commissie werd ingesteld
De Wet der Maatschappij, het reglement
van de Muziekschool, zoomede de tarieven
hebben belangrijke wijzigingen ondergaan
o.a. loopt het maatschappelijk- en schooljaar
als boven reeds medegedeeld, thans van
1 Sept.—31 Aug.
Op 31 Aug 1933 was het bestuur samenge
steld als volgt: A. D. Vijgih, Voorzitter; Mr.
G. H. E. Nord Thomson, Vice-Voorzitter; G.
W. Groen, Secretaris; L. A. Drieeeen, Pen
ningmeester; Mej. H. W. van de Sande
Balchuyzen, bibliothecaresse; Dr. H. W. Bor
gerhoff MiuJder; Jhr. Ir. A. C. von Weiier;
M. H. A. Juta; G. R D Crommelin.
Het bestuur vergaderde 11 maal, het
leeraars-personeel onderging geen wijzigin
gen.
De Orkest-klasse,, onder leiding van den
directeur, de Samenspel-klasse in het Kwar
tet-spel, onder directive van den heer Jac.
van dein Burg, de wekelijkeohe piano-mu
ziekavonden tot oefening in het prima vista-
spel, onder leiding van den heer Hans
Franco Mendes hebben gedurende de 8
maanden, waarover dit verslag loopt, we
derom succes gehad, evenals de voordrechts
oefeningen van de 1eerlingen; zéér gunstige
resultaten bleken wederom te zijn bereikt.
Het ledental der Maatschappij, zoomede
het aantal leerlingen bleef ongeveer statio-
na r.
Aan de leden konden in deze 8 maanden
twee concerten worden aangeboden, waarop
veel succes werd geoogst.
Een vergelijking van de verschillende sal
di over slechts 8 maanden met die van de
hoofden van rekening in liet vorige verslag
over 12 maanden is niet wel mogelijk.
Het bestuur brengt gaarne een woord van
grooten dank aan den Directeur en Dames-
en I-Ieeren Leeraren voor de uitnemende
wijze, waarop zij zich wederom in de afge-
loojyn 8 maanden van hun taak hebben ge
kweten.
Het nut van de muziek-bibliotheek bleek
over deze 8 maanden opnieuw zeer groot te
VEREEN. TOT BEVORDERING
DER BOUWKUNST
JAARVERGADERING
In het Nutsgebouw is gisteravond de jaar-E
vergadering gehoudien van de Vereen.ging P[
tot bevordering der bouwkunst, onder Voor-huk,
zittcrschap van den heer C. Kiljan, die def
vergadering opende met een korte geluk-
wensch tot de leden voor het pas aangevau-l
gen jaar. De secretaris de heer Fred. Wempe Do
Sr. Ia6 de notulen, diie onveranderd werdenterkk
vastgesteld en daarna trad, der traditie ge-U/ie
trouw, de heer Jan de Quack, eere-voorzi tt er {orde
dor vereeniging, als spreker op. De heerLN.
de Quack had echter geen rede. Elike jaar-Fx 1
vergadering wijkt zijn bijdrage weer meer|e Al
af van het karakter, dat men aan een rede-|
voering toeschrijft Gisteravond heeft de
heer de Quack in de eerste plaats een bur
leske gegeven op het N'belungenlied, waarin
hij de uitvoerige stof van dit lied kort enP^S1
zakelijk samenvatte met een goedmoediger53''
spotternij, terwijl hij daarna een aardig op-W-
stel voorlas over „een wandeling door oud-*tter
Amsterdam" met als hoofdmoment een be-P3'1
zoek aan „Izaak", de gids,, d e wij kennenf? k
uit de beschrijving van Justus van MaurikJ
Midden in deze voordracht ging het lichtf®*
uit, maar bijgestaan door een soortement!
stallantaarn ging de heer Quack welgemoed^0
verder. Het sl°t van de wandeling door Am-fu"er
sterdam maakten we weer bij normaal liohLlf? 1
De aanwezigen dankten den spreker metfe°
een hartelijk applaus. De vergadering kreegP351
daarna een meer huishoudelijk karakter.. DoF9 v
jaarverslagen werden uitgebracht en goed-F??*
gekeurd. Bij de bestuursverkiezing werd de;
secretaris de heer Free. Wempe Sr. herko-P"w
zen. In de vacature, ontstaan door het be-r?°°
danken van den heer J. A. Verhoog werd ge-K™
kozen de heer Li bot. De Voorzatter de heer]
C. Kiljan werd herbenoemd.
GEEN SPREEKUUR
De Wethouder van Fabricage, de heer L./oorr
Splinter Gzn., is verhinderd morgen spreek*)
uur te houden. i
riIL
GEM. RADIO DISTRIBUTIEBEDRIJF. A-R
Naar wij vernemen zal hedenavond pj
vonwege het Gemeentelijk Radio Distributie-»eb0
bedrijf over het IVe Programma een Solis-fcer
tenconcert worden uitgezonden, waaraan&iiie
medewerken: Mevr. A. Driessen-Hofmanje w
(alt), mej. Greta Versteeg (sopraan), mej.jat
Mien Bik (piano), de heer Ir. L. van Gel-;e]ijk
deren viool) en de heer Henry Welboorenjsmi
(piano). [Hij
Voorts zal morgenavond (27 dezer)Jelen
tusschen 811 uur, door den Amateur Dannie i
ce Band „The Blue Lyres" amusementsmu-jeeri
ziek ten gehoore worden gebracht, welkte
concert over het Ie of IVe programma zaljeler
worden uitgezonden. t-enj
ARBEIDSBEURS. E, j
Op den 25sten Januari 1934 waren 36-4S»tas
v. j. 3923) werkzoekenden ingeschreven. tond
lerl a
ienii
DE GAANDE EN KOMENDE MAN bcia
V Banrunc! jona
iBters. Rot-fek
Groningen, Poel«
terdam. v. Weel:
sterd&m. Aalsmeerweg 28 III N Busecner,»,^.
NoordwiJk. Schiei.tr. 13 L J Bosman—Crama,7?J„
Leiderdorp, Hoofdi.tr. 184 A J M Esser, Prin®00
cenhage, Voorstr. 4 4 C Goddijn. Oegstgeest,Chei
Duinzicht J E M G de Haas. Oegstgcost,pcia
Leidschestr.weg 11 I» J Hageman en Farn,..».
Oegstgeest. H. Morschweg 67 A F van HaUÏ„
Haarlem. Sprt no
H. RUndUk F 18chei
le v d Boschstr..
252 W Jont, Waalwijk, Grc
A J Lambers, Utrecht. Nieuweg
ipen. IJseldtlk 33
Wed. S. Flandrün-Pöa-fTa
akker, Zoeterwoude, H. RUndÜK F 7 A W vfie d
Raai te. Middelburg, Noordsingel R 60 J C Vil, r
d Blij-Remond, Zullen. Daalscheweg 16bis JL7
Th Reniers, Oegstgeest, Gest. Duinzicht J Eoe8£
OostzcedUk 76
Rooyen. Den Haag. Zui
Schlppei
mnen8ingel 224 ja
■phatlstr. 102 Ra-KA]
Den Haag. Daendelsatr. 77 B J
Spruit. Bloemendaal, Voordulnstr. 2 J M C
Scouten, Amsterdam. Joh. Vermeerstr. 77ha. j
E Straub, Den Haag. Vorhulatatr. 28 C H r
Trompetter. Alkmaar. Mient 17 B Verkauikl1
en Fam„ Groningen, Poelestr. 12a J VenniaF
Utrecht. Bolksbeekstr. 46bia H C de Vogeliu
Den Haag, Brugschestr. 72.
Mo
Gevestigd: J
i fam., tlmmermai,,k
hulp b Jeugdhulp,!* it
Mariönpoel-ferla<
lende, SchelBjiiu.
l bedrUfaloi-rr'-
re. de Ridderstr. 23Ï3—
koopman. Vlsch-^gen
rinkelbel
,e Ruyterstr. 1'
ter, 3 Octobers
Linden en fan
dienstbede.it
G C Hoogendoora. wlnkelierl|i
- P Koning, houthandelaar, Co«K
A w 1 Korswagen en fam.,N
hooi. Plantsoen 7 H Krult,te
A E J de Lange, huishoud-l»
tr 26b Wed CMC Huijg- i
65 A v d Mee. fabr.arb.. Heercn-W k
steeg 4 C J W Mol. Koolpark 11 S Mole-Urni!
naar, bewaarschoolonderw. Hooigracht 86a L...
M E de MooU. dienstbode. RHnsb.weg 60 H'raK
J Mouwer. zadelmaker. Zuidsingel 34 G Rfr
berg. ass. i d hulsh.. Zoeterw.singel ?4itirin
J
I Poel
>rbedlende. La:
E v d Nat-Rettig. W Roz
Ute^HriÉntbodé, Giwfl
straat 40a E Roj
geesterln. 1 J Rliikhu
Hetlnslusstr. 8 MAD Böhl-Strasburger.
penburg 53 M M J C v Ulden, onderwijzeres,j,]..,
H. RijndUk 128 J de Vlaming, koetsier,
Bioemstr. 32 J Wesselman, loswerkman. I00
Waardgr. 62 M T Wijnbeek, verkoopster, peril
Aloëlaan 12 A v Zijl. Mezenstr. 2 |)!c i
fct l
lJ
BURGERLIJKE STAND S