RONDOM DE WERELD
MET ESPERANTO
JAN VAN LEIDEN
DE STERRENHEMEL
„overweldigend" niet, alvorens ge Nikko hebt
gezien" zeggen de Japanners. Ik ging er. dus
ook heen, gelukkig niet als toerist, maar te
midden van een groep Japansche vrienden,
onder wie de vrouwen met hun interessante
en kleurrijke eostuums. En werkelijk boven
mate bezienswaardig bevond ik het kleine
stadje van 10.000 inwoners. Wondere schat
ten bevat het, geschapen door vele duizen
den artistcn in jarenlang nioeizaajn werk
Dc tempels en heiligdommen uit dc kostbaar
ste houtsoorten, somberhniin, maar aan all-
zijden blinkend van goudomrandingen, heb
ben millioencn-waarde. En onophoudelijk
moet ik mijn schoenen uittrekken, want
Joseph R- Scherer heeft een belangrijke
en interessante reis gemaakt rondom de
aardbol. Die reis op zichzelf is niet zoozeer
vermeldenswaard: dit hebben sinds de
dagen van Olivier van Noort reeds meer
deren gedaan. Ook niet vanwege de snel
heid, waarmee hij reisde: bijna twee jaren
deed hij erover, dus is er van eenige con
currentie met Wiley Pot geen sprake. Maar
«ly bijzondere belangrijkheid van zijn reis
«chuilde in het feit, dat hij reisde met de
groene ster van Esperanto.
in dat opzicht was hij een pionier, want
een „reis om de wereld met Esperantp" -was
nog door niemand gemaakt. En zooals het
een pionier betaamt, heeft ook hij zijn erva
ringen in een boek vastgelegd, dat keurig
uitgevoerd; verlucht met een honderdtal
foto's, door de uitgeverij van „Heroldo" te
Keulen.- \verd uitgegeven.
Wio Esperanto kent, reist anders dan een
ander. Het is niets teveel gezegd: een espe
rantist vindt in elk land vrienden. Hij reist
met het we re ld-adresboek van de Univer
sale Esperanto Asoeio in de hand en zoekt
vrienden op, die hij wellicht nooit heeft ge
zien, doch alleen door correspopdentie kent.
Hij is overal de gast. die met bijzondere
zo:« wordt behandeld. Hii bezoekt tot in de
verste uithoeken der wereld de vergaderin
gen der esperanlo-vereenigingen en knoopt
daar weer nieuwe vriendschapsbanden aan.
IJij wordt van alle kanten uitgeuoodigd,
méér dan hij kan aannemen, want hij is de
zeldzame rnan, niet wie iedereen wel eens
wil kennismaken. Hoe verder weg hij korpt,
Ifór. meer hij welkom is.Hij wordl voortge
holpen; zoóa is hij alleen door inwoners kan
worejen geholpen. In één woord: hij Is
„thuis" in het vreemdste en verste land, hij
dringt door tot de ziel van hot volk.
En daarvoor, had hij slechts noodig het
aanleeron van het relatief zoo gemakkelijke
Esperanto, terwijl anderen vele kostelijke
jaren besteedden aan het bestudeeron van
minstens drié veel moeilijker talon en dan
met oneindig veel pooverder resultaat
Joseph Scherer heeft de mogelijkheden
van het Esperanto in hoogste mate uitge
buit Van welk een onberekenbare waarde
dat was, is hem misschien nooit duidelijker
géwordén dan bij zijn aankomst in Japan,
Javaansch landschap bij opgaande zon.
aan het begin van zijn reis:'
„Japan! Een droom van mijn kinderjaren
werd werkelijkheid. Japan, vreemd en bizai
voor anderen misschien; maar ik kwam
neit in een koud en vreemd land. Ik wist,
dat op de kade cën groep vrienden mij
wachtte, met wie ik zonder moeite zou kun
non spreken.
Langzaam nadert het schip. Een men-
schenmassa wacht op de kade. Ik wacht op
het dek: de groene vlag in dc hand. En dan
ontdek ik een groep geestverwanten met
groene vlaggen en „welkom, welkom" roept
men mij toe.
Ik kan mijn ontroering niet verbergen en
ik antwoord met hapeipnde stem Esperanto
leeft» Ook hier, in het verre Oosten, ontvan
gen geestverwanten als een vriend hem, die
de taal van den genialcn Dr Zamenhof
spreekt!
Japan, het land van chrysanten en ker
senbloesems, boeit. „Gebruik het woord
Tempelgroep op het eiland Bali.
slechts onheschoeide voeten mogen heilige
vloeren betreden.
Japan, doorkruisend, overal lezingen hou
dend, zakt hij tenslotte naar het Zuiden af:
China, Siam. Sumatra, Java. Nederland
hoeft niet de eer van zijn bezoek genoten,
doch des te meer Nederlandscli-Indië, waar
van hij veel, héél veel vertelt. Vooral Java
heeft hém geboeid door zijn schoonheid: hij
noemt het „De tuin der wereld Een apart
hooldstuk wijdt hij aan „Een Kerstfeest op
Java, bij vuur en lava", want hij maakte er
de uitbarsting van de Merapi mee, Decem
ber 19:10. En «at betreft Bali, het Paradijs
eiland, kent zijn bewondering geen grenzen
„Gelukkig is het volk van Bali reeds sinds
eeuwen en dubbel gelukkig is het heden.
Want het Nederlandsche Gouvernement is
verstandig, en helpt slechts daér, waar de
eigen krachten tekort schieten. Spoorwegen
bestaan er niet De eenige westersrhe zege
ningen, door de Europeanen daar gebracht,
zijn goed geplaveide straten, verbeterde brug
gen, bestrijding van de malaria en een ver-
deelingssysteem van zaairijst. Vandaar, dat
in" dit utopisch landje de rust vrijwel alleen
door een natuurramp kan worden gestoord".
Na Nederlandsch- en later Britsch-lndiè
volgen Perzië. Egypte, Turkije, Griekenland.
Kris en kras door Europa tot in Finland en
Lapland en de IJszee toe; dan terug naar
wanner oopJen: Zweden, Duitschland, Bel
gië en Frankrijk, en vandaar over de groote
plas naar zijn tehuis in Los Angeles.
En overal diezelfde ervaring, die als een
openharing was: in de 43 landen, die hij bi -
zocht, vond hij geestverwanten en was hij
„thuis". En wat ook de moedertaal van zijn
vrienden was, ongehinderd vlogen de ge
dachten, gedragen door de gemeenschappe-
lijke taal, de geniale schepping van Dokter
Zamenhof. In Japan leerde hij eten met de
„ohasi", de eetstokjes; leerde spinnen in
Indië, dronk „slatko" in Bulgarije en narn
in Finland deel aan de „sauna", het typisch
I'insche stoombad, waarmee slechts zelden
een vreemdeling kennis maakt
Want veje, anders gesloten deuren, ope
non zich voor wie reist en trekt met de
groene ster van Esperanto.
De Sleufelstad heeft in den loop der'
eeuwen vele ingezetenen gehad, die den
trots en hel geluk van het raenschelijk ge
slacht hebl«n uitgemaakt, maar ook zijn
er uit haar mannen voortgekomen, die tot
een schande en vloek voor het monschdom
goworeien zijn.
Tot de laatstgenoemden behoort voorze
ker de beruchte Jan van Leiden, de
Koning van Sion, zooals hij zich noemde
met een titulatuur, die ons weinig minder
dun godslasterlijk in het oor klirjkt Een
oud geschrift zegt van hem, dat hij be
hoorde tot de gevaarlijke gedrochten, welke
hun slinksehe oogmerken achter het
it)a?k.er van den godsdienst trachten te ver
bergen.
We ontleenen wat wij uit het leven van
Jan van Leiden hier vertellen willen voor
namelijk aan genoemde levensbeschrij
ving, die in haar soort zeker belangrijk en
leerrijk is.
De geslachtsnaam van Jan van leiden
was Jan Bocholts of Beukelsz. Hij werd Jan
vau Leiden genaamd naar do stad van zijn
geboorte, alwaar hij in het jaar 1510 het
eerste levenslicht aanschouwde. In zijn
jonge jai-en werd hij er tot kleermsker on
geleid. Nog jong zijnde voegde hij zich eerst
onder een troep tooneclspêlers en vervol
gens sloot hij zich aan bij de Wederdoo-
pers, d.e uit Duitschland om oproer waren
verdreven, en zich in de Nederlanden geves
tigd hadden, in het bijzonder te Amsterdam.
Jan van Leiden nam den grootschcn ti
tel aan van Afgezant Gods en beuzelde hel
volk vror. dit hij met zekeren Jan Mat
llaiasz, Kmppèrtlojling en anderen cit<v
was ge roepen en een zoogenaamd geeste
lijk koninkrijk op te richten, hetwelk zij
het nieuwe Sion noemden. De autliorisatie
daartoe werd hun naar hun zeggen verleend
door droomen, gezichten en andere bijzon
dere verschijningen. Zoo verhaalde hij een
openbaring te hebben ontvangen, dat God
hem de steden Amsterdam, Deventer en
IVezel had geschonken. Hij aarzelde dan
ook niet, naar deze steden bisschoppen te
zenden, met de opdracht om er zijn leer te
verkondigen.
In 1533 begaf Jan van Leiden zich naai
de stad Munster, met het doel zich daar-
van meester te maken. Hoewel Munster
behoo -lijk was versterkt, gelukte het hem en
de zijnen inderdaad, er binnen te dringen
pn he t rand- en tuighuis in te nemen. De
VVederdoopers liepen daarna ais dollen met
ontbloote zwaarden door de straten, onder
liet woeste geschreeuw van; „Wijkt van
hier, gij goddeloozen!"
Door dit vreemd alarm verschrikt ver
lieten verscheiden overheden en burgers d°
stad en onder het profetisch gezag van
Jan Matthijssen, die zich voor den profeet
Enoch uitgaf, werd een nieuwe staat in
het leven geroepen. Wie het wagen durfde,
niet stipt te gehoorzamen, werd onmiddel
lijk ter dood gebracht.
Vooits werd de menigte aangemoedigd tot
het plunderen der kerken en het vernielen
der kerkelijke sieraden. De goederen der ge
vluchten werden verbeurd verklaard en ten
algemecnen nutte verkocht. Ieder werd
plicht zijn kostbaarheden aan de voeten
van Enoch neer te leggen, zoodat zij
gemeenschap van goederen leefden.
Intusschen kwam de Bisschop van Mun
ster met een leger voor de stad; maar het
gelukte Jan Matthljsen hem met aanzienlijki
verliezen te doen afdeinzen. Bedwelmd va:
hoogmoed nam de overwinnaar zich vooi
om als een andere G'deon met dertig uitge
lezen mannen den vijand op te zoeken
geheel te vernietigen; hij werd echter met
de zijnen tot groote verslagenheid der geloo-
vigen in de jmn gehakt
Jan van Lelden echter wist door voor
gewende voorspellingen, gezichten en droo
men den moed der neerslachtige bezetting
weer op te beuren. Ook kleedde hij zich uit,
liep geheel naakt door de stad, aldoor roe
pende: „Het Kon nkrijk Sion is nabij! Alles
wat op aarde verheven is, zal vernederd -n
alles, wat vernederd is, zal verhoogd
worden!"
Om deze voorzegging dadelijk in vervul
ling te doen gaan. beval hij, dat men de
kerken, als de hoogste geitouwen in de stad,
tot.den grond toe zou verwoesten. Kmp-
p e r d o 11 i n g werd van burgemeester ver
nederd tot stadsbeul. De raadsheeren werden
allen afgezet om twaalf rechte-s in hun
plaats te stellen, naar het getal der twaalf
stammen Is -nêls. Tan matigde z"ch het
gezag van Mpzes aan.
Maar hij wilde nog hoo.ger. Hij
kering worden en daartoe rep hij een v
1 vergadering bijeen, waarin een splinternieuw
door Jan gevormd profeet, le voorschijn trad
met een hem ingegeven last van dezen in
houd: „Het is de wet van God, dat Jan
Beukelsz, koning van Sion zal wo -den en op
den troon van David zal zitten."
De jammerlijk misle de schare erkende
hem terstond als haar wettige koning van
God gerocjien Er waren genoeg kostbaarhe
den geroofd om den nieuwen koning een
gouden kroon en koninklijk gewaad te be
zorg en de vromen hadden immers ook al
hun kostbaarheden aan de voeten van huil
profeet gelegd. Kortom, onze ex-klee maker
kreeg een gouden kroon op zijn hoofd en
hij verkoos zich een lijfwacht, die hem over-
ergc/.elde. Ook liet hij geld slaan, da»
prijkte met zijn borstlxield; hij stelde ambto-
n aan, van welke Knipperdolling tot
bclooning voor zijn geweldige vernede
ring de eerste in rang werd.
Had hij ter voldoening van zijn heerech-
zuclit meesterlijk het onkundige volk mis
leid, nu zou hij dat doen om zijn booze
lusten hot te vieren. Te doen einde schreef
hij zijn gedienstigen profeten dezen van hon
ger hand ontvangen last voor, om d en aan
het volk getrouw over te brengen: „God
hee t den heiligen het voorrecht gegeven
in meer dan ééne vrouw te mogen hebben.
Jan van Leiden nam voorloopig drie vron
en tegelijk, onder welke de weduwe van
jn voo -ganger Jan Matthijsz was, die hij
om haar schoonheid met uitsluiting van de
anderen den titel van koningin gaf.
Het aantal vrouwen des konrogs vermeer
derde al spoedig tot veertien en dit voor
beeld werd door zijn onderdanen nagevolgd.
Ze moesten wel, want het werd hun tot een
misdaad aangerekend als zij van deze Chris
telijke vrijheid geen gebruik maakten. Ko
nfng Jan stelde een commissie aan, die er
voor moest zo'gen, dat alle huwbare meisies
gedwongen werden zich in den echt te be-
Zoo gemakkelijk men een vrouw kon he
komen, zoo gemakkelijk kon men er weer
af ,daar men ze eenvoudig zonder reden
kon wegzenden! Kortom, het hof van dezen
Munsterschen koning leverde een schouw
spel van zedeloosheid op, zooals men dit
lauwelijks bij de wilden zou kunnen ver
vachten, maar zeker niet van menschen, die
onder het licht van het Evangelie hadden
geleefd.
Men begrijpt, dat de Duitsehe Mogend
heden zich verontwaardigden over al deze
gruwelen en de onbeschaamde aanmat gin-
van den Munsterschen eigengemaakten
monarch.
Ook Luther klaagde bitter over de ver
guizing des Evangelies en het snood gedrag
van dien koning van Sion. De bisschop van
Munster werd door onderstand in geld In
staat gesteld om een leger aan te werven
Munster uit de klauwen van dit gespuis
te rukken.
Intusschen had Jan van Leiden reeds vijf
tien maanden den koninklijken scepter in
Munster gezwaaid, de stad door onvermoeide
vlijt in staat van verdediging gesteld en zijn
onderdanen ijverig in den wapenhandel ge
oefend. Toen het bisschoppelijk leger in de
lente van het jaar 1535 het beleg voor de
stad sloeg en haar zoo nauw insloot, dat het
onmogelijk was eenige levensmidddelen
daarin te brengen, werden de belegerden tot
de uiterste ellende gebracht, in weerwil van
al!e maatregelen van zuinigheid, die Jan
van Leiden, deed in acht nemen.
Ontstond er al eens vrees voor de welver
diende straf, ingeval de stad heroverd werd.
deze werd door de voorspel!ingen der profe
ten weggenomen, die de geloovigen diets
maakten, dat God eerlang door Zijn almacht
hen zou verlossen.
En die zulk een zwak geloof had, dat hij
deze voorzegging niet voetstoots kon aan
nemen, werd als een ongeloovige en godde-
looze ter dood geb-acht. Kortom: Men moest
alles gelooven, wat de profeten voorspelden.
Eén van 's konings vrouwen werd weldra
slachtof er van haar ongeloof. Zij had haar
twijfelachtigheid aan den dag durven leggen
aangaande de echtheid der goddelijke zen
d'ng van haar gemaal. Zoodra vernam hij
dit gruwelijk ongeloof niet, of hij liet al
zijn vrouwen bij zich komen, beval de twij
felmoedige te knielen en sloeg haar met
eigen- hand het hoofd af in aller tegenwoor
digheid.
Onder alle deze bedrijven werd de toe
stand der belegerden van oogenblik tot
nosenblik ellendiger, zoodat zij hun kinde
ren slachtten en opaten.
De bisschop bood hun nog redelijke voor
waarden aan, indien zij zich overgaven,
maar zij weigerden zijn edelmoedig aanbod
aan te nemen.
Het verraad schuilde echter in hun eigen
5TERREN:
Cr
O-V.KDIEK.
VENUS
MAR5
4 JUPITER
ijAUWNUS
De sterrenhemel vertoont zich als een
koepelvormig gowelf, waaraan de sterren
evenwel niet stilstaan, maar evenals de zon
en de maan aan den Oostclijken horizon
opkomen en in het Westen ondergaan. Een
uitzondering hierop maken, wat dit laatste
betreft, de circumpol ïii-sterren, de sterren
in de omgeving der Pool, die men op het
Noordkaartje binnen de gebogen lijn vindt
Zij gaan op onze breedte niet onder, maai
lieschrijven, boven de horizon, volledige cir
kels, die de Poolster tot middelpunt hebben.
De Sterrenkaartj es
De kaartjes stellen elk het halve hemel
gewelf voor, boven den Noordelijken en den
Zuidelijken horizon, in den stand van 1
Januarj 's avonds ie negen uur. Hetzelfde
aspect vindt men midden December te tien
uur en midden .Januari te aoht uur
Het Noorden vindt men gemakkelijk door
te letten op de Poolster, welke deel uit
maakt van het sterrenbeeld de Kleine Beer
en hot eenige hemellicht is, dat altijd op de
zelfde plaats staat.
De Sterrenbeelden
Het misschien meest bekende van alle
sterrenbeelden, de Groote Beer, staat nu ge
heel vrij boven den Noordelijken horizon. In
bet N W. eaan de Zwaan en de Lier onder,
welker heide helderste sterren echter cir-
cumpolair zijn.
Hoog aan den hemel ricn we de eigen
aardige W-vorm van Cassiopeia en in het
Oosten komt de Leeuw op.
Tn het Oosten stnan nu alle luisterrijke
sterrenbeelden der winternachten boven den
horizon, waarvan Orion, het schitterendste
\an alle, 't meest de aandacht trekt Boven
Orion staat de Stier, met dc roode ster Alde-
haran, terwijl we daar ook het Zevenge
sternte of de Plejaden aantreffen. Links
onder Orion schittert S i r i u s, de helderste
sier uit de Groote Hond, tevens de helderste
ster van den geheelen hemel. Alfa van Per
sens staat juist in het zenith, waaronder
bëta van hetzelfde sterrenbeeld, de bekende
veranderlijke ster Algol. Van Pegasus, het
C-voote Paard, is de „kop" juist naar het
Westen gericht. De Melkweg loopt van het
Z.O. door liet zenith naar het N.W.
De Zon en de Maan
De zon treedt 22 December in het teeken
.Steenbok, waarmede de winter begint.
De nieuwe maan van 17 December staat
in de Schutter, 't eerste kwartier van
23 December in de Visschen, de volle
maan van 31 December in de Tweelingen,
het laatste kwartier van 8 Januari in do
Weegschaal en de nieuwe maan van 15
Januari in de Steenbok.
De Planeten
De planeten, die voor waarneming in aan
merking komen, zijn: Mercurius, Venus,
Mars Jupiter en Saturnus.
De planeten stralen geen licht uit, maar
worden door ons gezien, door het licht, dat
zij van de zon ontvangen. Daar de planeten
zich tusschen de viife sterren bewegen eu
clus ook nabij de zon kunnen staan zijn ze
niet altijd alle aan den nachtelijke!) hemel
zichtbaar.
Mercurius, in de eerste helft yan De
cember morgenster, is na het midden der
maand niet zichtbaar.
Venus is de avondster en schit
tert in grooten glans aan den avondhemel
en overtreft nu in ticlitkracht verre do
helderste der vaste sterren, Sirius. De plar
i.cet loopt door den Steenbok en komt daar
op 21 Dcc., op 20 gr. afstand, in samen-
siand mot Saturnus. Venus gaat 1 Januari
I-* half acht onder.
Mars gar.t 1 Jan. nog wel ongeveer 2
uren na dc zon onder, maar zal toch moei
lijk te zien zijn.
Jupiter staat in de Maagd en komt
begin Jan. te één uur 's nachts op en is
dus in den nanacht boven den Oostelijkeji
horizon zichtbaar.
Saturnus staat in de Steenbok en zal,
met behulp van den reeds vermelden sa-
menstand met Venus op 21 Dec. gemakko-
lijk te vinden zijn.
boezem. Er bevond zich een overlooper on
der hen, d e zij in dienst hadden genomen.
Hetzij deze sekte hem mishaagde, hetzij hij
het treurig lot dezer lieden voorzag, hetwelk
ook hem wachtte, hij vond een middel om
heimelijk de vlucht te nemen en gaf de be
legeraars niet slechts een nauwkeurig ver
slag van den jammerlijken toestand der be
legerden, maar wees hun ook een zwakke
plaats aan, die maar door enkele, bovendien
door den honger verzwakte mannen bezet
Hij bood zich aan als gids en beloofde het
krijgsvolk bij nacht den weg derwaarts
te wijzen. Volgaarne werd dit aanbod aan
genomen. De nacht van 24 Juni 1535 werd
voor de uitvoering van dit plan bestemd.
Onopgemerkt wist men de stadsmuren te
beklimmen en zich van een der poorten
meester te maken, waardoor de krijgsmak
kere werden binnen ge'aten.
Niettegenstaande deze overrompeling ver
dedigden zich de Wede~doopers met koning
Jan aan het hoofd, op de markt zeer dap
per, doch zij konden n et op tegen de over
macht, door welke zij weldra omsingeld wer
den. Velen werden gedood, anderen werden
gevangen genomen, onder welke ook Sions
koning en Knipperdolling.
Men scheurde hun het vleesch met gloeien
de tangen uit het lijf. Vervolgens deed men
hun deerlijk mishandelde lijkon elk In eon
ijzeien kooi en hing die op aan de spits van
den St. Lambertusto -en.
Deze a'grijselijke straf ondergingen zij
met onbegrijpelijke koelbloedigheid. Tot den
joneutcn snik hielden zij staande, dat zij af
gezanten van God waren, Wiens bevelen zij
gehoorzaamd hadden.
Een geschiedschrijver zegt terecht: „Wan
neer men de geschiedenis van de Munster-
srlie beroerten der Wederdoopers leest, be
schouwt men doo gaans deze als voor den
Staat en voor de Kerk n pI zoo gewichtig
als zij indednnd geweest zijn. Het heil of
onheil van heide hing van de uitkomst
daarvan af en er was. staande de belegering,
meer viees \oor het laatute dan hoop op
het eerste."