Kerkelijke vraagstukken
in Duitschiand
0.'
AKKER.CACHETS
DINSDAG 21 NOVEMBER 1933
het standpunt van de rijksbisschop
De opzienbarende rede van Dr Krause en de
reactie die erdoor gewekt is
(Van onzen Duitschen correspondent)
In Duitschland ook in het De>rde Rijk
spelen kerkelijke vraagstukken in de
samenleving niet de rol, welke zij in ons
lapd vervullen. Het geloofsleven en alles,
wat hiermee samenhangt, wordt nog steeds
als een aangelegenheid van particulieren
aard beschouwd, waarmee dus de buiten
wereld eigenlijk niets te maken heeft. Hier
neemt de politiek de plaats in, welke bij ons
a,an de religie en het kerkelijk leven door
onze voorvaderen werd toegekend. Zelden
zal het voorkomen, dat men een religieus
thema in het openbaar hoort bespreken. Met
gretigheid wordt echter op een gesprek in
gegaan, dat de politieke vragen van den
dag aanraakt
Thans, nu de Protestanten en de Katholiey
ken in heel Duitschland geen eigen partij
meer achter zich hebben, nu allen onder de
druk der omstandigheden zich hebben saam
gevonden onder de leuze der N.S.D.A.P., be
gint er een kentering te komen, welke het
kerkelijk leven ten goede komt De kerk,
vooral de evangelische staatskerk, heeft
haar tekort aan ondernemingsgeest sedert
de rampzalige omwenteling van Novembei
1018 allang ingezien en wil thans, nu er een
sterke regeering aan het bewind gekomen
is, alles weer goed maken, wat vroeger ver
zuimd werd. De rijksregeering rijkt bij dit
lofwaardig streven de kerk de hand, maar
wenscht niet meer een kerk. waar de dog
matische strijdvragen invloed uitoefenen op
de kerkelijke gemeenschap. Zij wil
een harmonische samenleving van geloovi-
gen, die God in het openbaar danken voor
de herleving van het nationaal bewustzijn.
Het ligt in den aard der zaak, dat de ka
tholieken in Duitschland eerder aan dit ver
langen der overheid tegemoet kunnen
komen dan de protestanten. Zij zijn niet in
verschillende richtingen verdeeld, staan on
der de vaste leiding eener kerkelijke over
heid en zijn tevreden, wanneer de staat hun
absolute vrijheid laat in de verrichting hun
ner kerkelijke plichten.
In de evangelische kerk is de interne ver
deeldheid, welke haar nimmer tot eer sterk-
le, eerder grooter dan kleiner* geworden.
Dat blijkt uit de gespannen verhouding tus-
ichen de van overheidswege ondersteunde
organisatie der Duitsche Christenen en hen,
die zich hebben saamgevonden onder de
euze „Evangelie en Kerk". Rijksbisschop
Vlüllor, een persoonlijke vriend van Adolf
Hitler, heeft het gevaar van deze wrijving
agezien. Hij weet. dat velen hem het heen-
jaan van Bodelschwing als een tekort aan
Christelijke verdraagzaamheid aanrekenen
>n doet nu alles, om beide groepen met el-
caar te vereenigen. In een kerkelijk decreet
leeft hij duidelijk te kennen gegeven, d-it
er in de nieuwe rijkskerk plaats is voor alle
ge'oovigen en dat door allen van den kan
|e| af de nadruk gelegd moet worden op 't
naantastbaar geloof aan Vader, Zoon en
leiligen Geest.
Hiermede is de wrijving tusschen deDuit-
ché Christenen en hun kerkelijke tegen-
tanders echter nog lang niet afgedaan. Vele
mükar.ten, die voor samenwerking niets
yoelen, worden door andersdenkenden ver
vangen en de ontstemming blijft voortdu
ren. De kerk wenscht nu eenmaal niet als
pen politieke partij behandeld te worden
rij wenscht niet opgeslokt te worden in een
eenheidsstaat, waar nog slechts plaats is
voor twee kerkelijke organisaties, de katho
lieke en de evangelische rijkskerk. Het ver
vangen van de Generaal-Superintendenten
door bisschoppen heeft lang niet overal in
stemming gevonden en het
ontijdig heengaan van voor
treffelijke kerkelijke waardig
heidsbekleeders blijft op de
gemeenten drukken. Kerk en
Btaat zoo redeneert men
rijn weliswaar niet van elkaar
te scheiden, maar het kerke
lijk leven mag niet afhanke
lijk gemaakt worden van de
Klitieke strooming van een
paalden tijd. De rijksregee
ring denkt hier vooral ten
bpzichte van de evangelische
ijkskerk anders over en
iet zal dus de moeilijke taak
Ier nieuwe kerkelijke over-
jeid zijn, met deze opvatting
in beider belang rekening te
"louden.
1 Ho© uiterst moeilijk dat is,
blijkt uit een geschil, dat bin
nen de gemeenschap der Duit
Sche Christenen aanleiding
heeft gegeven tot een ernstig
openbaar conflict. Op een sa
menkomst in het Sportpalast
(Voerde dezer dagen onder
Rijksbisschop Müller
meer ook Studienassessor dr Krause, de
gouwleider voor Berlijn en Brandenburg, hef
woord. Hij tastte het Oude en het Nieuwe
Testament aan, onderwierp het werk der
reformatie aan scherpe crltiek, bestreedt de
rechtvaardigmaking doo.- het geloof en ver
kleinde de waarde van het kruis als sym
bool van het grootste offer van alle tijden.
Geen wonder, dat in alle Duitsche landen
protest wordt aangekondigd tegen zulk een
agitatorisch optreden, nog wel van iemand,
die de gouwleider der Duitsche Christenen
wil zijn voor de rijkshoofdstad en de mark
Brandenburg.
Door het ontslag van dr Krause en de be
noeming van ds Tausch tot diens opvolger
heeft de rijksbisschop zijn standpunt ten
opzichte van zulk soort Schriftkritiek dui
delijk kenbaar gemaakt. Hij zegt in zijn
protest onder meer: Ik zal nooit of nimmer
toelaten, dat zulk soort dwaalleer in onze
kerk wordt verspreid. Met voorbeeldige
doortastendheid heeft hij een eind gemaakt
aan het werk van een radicale groep, wolke
binnen de organisatie der Duitsche Christe
nen al maanden lang achter de coulissen
aan den arbeid was. De actie dezer oppo
sitie nam toe, nadat Müller een paar maan
den op onderlinge verdraagzaamheid met
andersdenkenden had aangedrongen. Hij
wilde nu eindelijk de orde in het kerkelijk
leven herstellen en de geestelijkheid tct
broederlijke samenwerking overhalen. Hij
zeide: „De kerkelijk-politiëke strijd is ten
einde, de strijd om de ziel van het volk
gaat beginnen". Helaas heeft hij aan de
werkelijkheid voorbijgepraat.
De oppositie beweerde, dat dan wel alles
weer bij het oude zou blijven, dat het con
tact tusschen volk en kerk niet toenam en
verlangde van Müller ingrijpende maat
regelen. Deze verklaarde in een nieuw
decreet, dat in alle kringen, waar men niet
met de nationale herleving rekening wilde
houden, anderen aan het werk gezet zullen
worden, die hun nieuwe taak beter begrij
pen en liet merken, dat deze bedreiging
ook voor weerspannige predikanten uit den
kring der Duitsche Christenen bedoeld werd.
Het ware nezlcht der oppositie
Thans heeft deze oppositie in het Sportr
palast haar ware gezicht getoond. De aan
vallen op het nieuwe kerkelijk beleid waren
hier niet hoofdzaak, zulk soort oppositie
kan hij een ingrijpende wijziging in het
kerkelijk leven overal voorkomen het
gevaar ligt in de aantasting van de sub
stantie der kerk, op een buitengewoon scher
pe kritiek op het Evangelie en de Heilige
Sacramenten.
Men kan begrijpen, dat de ontstemming
in alle positieve kerkelijike kringen enorm
groot was en begroet de protesten, welke uit
alle deelen van het rijk hoorbaar worden.
Zelfs bisschop Hossenfelder de oorspron
kelijke leider der „Duitsche Christenen"
deelde dr. Krause mee, dat hij al zijn amb
telijke waardigheden moet neerleggen, in na
volging van een soortgelijk besluit van den
Evangellschen Oberkirchenrat te Berlijn.
Niet slechts van de jong-reformatorischc
kringen, zelfs uit de wereld der Duitsche
Christenen komen protesten binnen. In Beie
ren voerde bisschop D. Meiser in 't publiek
het woord en betreurde het voorgevallene
in de rijkshoofdstad. Uit Pommeren liep een
door 500 geestelijken onderteekend protest
bij de kerkelijke overheid binnen en zoo gaal
het voort Voor de Duitsche Christenen is
dit een tweede en buitengewone ernstige
wenk. dat zij in hun streven naar de ker
kelijke meerderheid niet te ver mogen gaan.
B e r 1 ij n, 17 November 1933.
LAND- EN TUINBOUW
DEMONSTRATIE VOOR DECO
RATIEVE BLOEMSIERKUNST
DRIEDAAGSCHE TENTOONSTELLING
TE AMSTERDAM
Inzendingen van de Koningin
en de Koningin-Moeder
Gedurende drie dagen verwacht het
Comité Practisch Werken „Amster
dam" het bezoek van talloos velen
aan het Amstel Hotel, ter bezichtiging
van de aldaar hedenmiddag te half
drie door Prof. Th. J. Stomps ge
opende tentoonstelling en demonstra
tie van decoratieve bloemsierkunst en
ter bijwoning van de verschillende
daaraan verbonden attracties.
Genoemd Comité, dat, naar men weet
reeds veel gedaan heeft ten bate van de
Amsterdamsche werkloozen, die, zonder
daarbij aan direct profijt te denken, er naar
snakken, de handen uit de mouwen te kun
nen steken, hoopt met de baten van deze
zeer bijzondere tentoonstelling zijn zoo hij
uitstek nuttig werk met kracht te kunnen
voortzetten. Voorzitter van het Comité is
Dr. M. de Hartogh. Van het speciale onder
leiding van mevr. Jo van Ammers-Kueller
gevormde dames-comité, om aan het wel
slagen van de tentoonstelling meer kracht
bij te zetten, is de echtgenoote van den bur
gemeester, mevr. C de Vlugt-Flentrop eere-
presidente.
De expositie zelve kenmerkt zich zoo
als wij vanmiddag bij een voorhezoek heb
ben ervaren, door inzendingen, welke het
hart van den waren planten- en bloemen
liefhebber in verrukking zullen brengen. In
de hall bevinden zich, ter weerszijden van
de trap, de inzendingen van H. M. de Ko
ningin en H. M. de Koningin-Moeder. De
chef der tuinen van Het Loo, de heer Rad-
stake, heeft o.m. een keuze gedaan uit losse
bloemen, cyclamen, Kaapsche gewassen,
oranjeboomen met oranje-appels en arons
kelken. Tevens is er een door hem op bui
tengewoon kunstige wijze opgemaakt bloem
stuk. In de inzending van de Koningin-
Moeder nemen chrysanten en coniferen een
voorname plaats in.
De trap opgaand wordt het oog aange
naam getroffen door een collectie varens eri
orchideeën van den heer C. Thim te Am
sterdam; de galerij vraagt verder de aan
dacht voor een prachtige inzending van het
buiten „De Breul" bij Zeist van den heer
Paul May, waarbij op de balustrade, een
groote zeldzaamheid in bloei staande
nepenthes, een insecten etende plant, die
voor de verbetering van haar levend voed
sel het menschelijk maagzuur ontwikkelt.
„Die heb ik in den Hortus nog nooit ;n
bloei kunnen kri'*en" verzuchtte Prof.
Stomps en hij keek naar de nepenthes of
hij haar zoo wilde meenemen
Het andere gedeele van de galerij wordt
ingenomen door de firma H. den Ouden en
Zoon te Boskoop, die uit haar groote col
lecties Dwerg-Coniferen een zestigtal uitge
lezen en unieke soorten demonstreert, w o.
planten, grillig van vorm en 70 jaar oud.
Door de gangen ter linker- en rechterzijde
van de hal wandelt men langs een haag
van prachtige coniferen, eveneens inzendin
gen van particulieren en kweekersfirma's.
Zoo bereikt men ook de clubzaal van da
K.N.A.C., die mede in een planten- en blna-
menhof is herschapen en aan de overzijde
de receptiezaal, welke door de Amsterdam
sche Bloemisten Patroonsvereeniging /ij
is het die de regie voert over de geheele
onderneming in een bruidskamer is her
schapen. Men vindt er behalve een bekoor-
lijek bruid en twee bruidsmeisjes de bloem
soorten die in zoo'n kamer thuisbehoorgn.
In de K.N.A.C.-zaal is bovendien een bruids
tafel opgesteld met decoratieve bloemversie-
ringen.
Planten en bloemen in velerlei variëteiten
zijn verder o.m. ingezonden door de Stads-
kweekerij Frankendael en den Hortus te
Amsterdam, Leiden een honderdjarige
aloë en Utrecht, terwijl, zooals we giste
ren reeds meldden, de stad Genua 'n bloeien
de aloë uit den tuin van ville „Duraro Pa-
lavicini" ten geschenke zond.
Verder is er een prachtige inzending fruit
van den Bond „Het Westland".
Vele attracties worden den bezoekers ge
boden.
Vermelding dient nog het feit. dat elkeen,
die daaraan op de een of andere wijze heeft
medegewerkt of dit zal doen, geheel belan
geloos handelen of gehandeld hebben.
Ook het Amstel Hotel en de K.N.A.C. heb
ben de ter beschikking* gestelde ruimten be
langeloos
AFNAME C.R.C. VFE
In de week van 4—5 Dec. a.s.
Door de Crisis-Rundveecentrale zal ge
legenheid worden geboden aan haar te le
veren: drachtig rundvee in alle soorten en
kwaliteiten (uitgezonderd zullen worden
dieren, van welke moet worden aangeno
men, dat zij langer dan zeven maanden
drachtig zijn) te:
Alkmaar,' Breda, Coevorden, Gorinchcm,
Najaars-sport. De heer Pander op „Figaro" tijdens de cross country der Z.H.J.V. op „Voorlinden" te Wassenaar
Evangelisatie en film
Een vraagstuk van groot gewicht met
het oog op onze jeugd
Onze tijd roept om samenwerking van
allen, die iets positiefs willen en
kunnen stellen tegenover het
bioscoop-theater
De oprichting van het Ned. Chr. Film-
genootschap vestigt opnieuw de aandacht
op de belangrijke en nog lang niet opge
loste vraag, van welke verhouding tusschen
Evangelie en film het beste, dat is het tot
geestelijken zegen strekkende, gebruik te
maken is. Er zijn lang geleden spaarzame-
lijke pogingen gedaan, om door het exploi-
teeren van een biosi\"*op op Chr. grondslag
of althans onder toezicht van gezaghebben
de personen uit den Chr. levenskring, op
dien weg een eersten stap te zetten. Zij zijn
echter mislukt; als voorbeeld wijzen we op
de Familie-Bioscoop te Den Haag, die slechts
korten tijd rendabel geweest is en het al
spoedig moest opgeven.
Deze terugtocht heeft, naar te vreezen is,
voorgoed een einde gemaakt aan de kans,
dat er althans in onze grootste steden, een
bioscoop zou verrijzen van uitgesproken
Christelijk stempel. Waarmee dan is toege
stemd, dat aan onze jeugd op dit terrein
geen andere weg openstaat dan die naar de
bioscooj>theaters of thuis-blijven.
De praktijk zal thans wel niet heel veel af
wijken van die, welke tien jaren geleden
door Ds Drost in „Woord en Daad" voor
Arnhem, aldus werd omschreven: ,,'t Was
Zondag. In den avonddienst Groote Kerk
waren" 400 menschen; in de Evangelisatie-
samenkomst pl.m. 150; bij de Chr. J.M.Ver
een 150-tal jongelui. In Musis Sacrum was
de groote zaal vol voor een extra bioscoop
voorstelling en de vier bioscoopen in de stad
waren ook goed bezet; van de film genoten
toen misschien 3000 bezoekers".
Deze verhouding is natuurlijk foutief op
gezet, want dienzelfden Zondagavond warén
in andere kerken ook nog duizenden aan
wezig. De bedoeling is ecliter duidelijk: de
bioscoop „verslaat haar tienduizenden" en
de Kerk bezit voor de massa zulk een aan
trekkingskracht niet
Een uitweg uit deze teleurstellende wer
kelijkheid is, zij het ook op zeer bescheiden
schaal, gevonden door het vertoonen van
films in zalen van Evangelisaties of Chr.
instellingen. De remmende factor was en
Is nóg dat men dan op geen stukken na
een voldoende aantal films ter beschikking
heeft om regelmatig voorstellingen te geven.
Nu is er, vergeleken bij tien jaren terug,
ten deze wel eenige vooruitgang te noteeren.
Wij denken aan de film „Contrasten" van
de A.M.V.J., aan „De arme Friesche heide"
aan de Zendingsfilms, aan „De klokken lui
den" van de N.C.R.V., aan „Zonde en zegen"
Nijkerk, Nijmegen, Rijssen, Sittard, Steen-
wijk op 4 December
Te Deventer, Doetinchem, Oosthurg, Ptir
merend, Rotterdam, Sneek, Weert op 5 De
cember.
Te Apeldoorn, Assen, Borculo, Groningen,
's-Hertogenbosch, Hulst, Venraij, Wolvega
op 6 December.
Te Eist, Gouda, Hoogeveen, Leeuwarden,
Schagen, Zutphen, Zwolle op 7 December
Te Eindhoven, Hengelo (O.), Leiden, Roo
sendaal. Tholen, Utrecht op 8 December.
Te Hoorn op 9 Dec.
Overal op de bekende uren en plaatsen
Prijzen en voorwaarden als in de vooraf
gaande week. De kaarten voor aangifte tot
levering moeten uiterlijk Maandagmiddag
27 November a.s. ten kantore van de Crisis-
o-s. ten kantore van de Crisis-Rundveecen
trale te 's-Gravenhage zijn ontvangen.
de verzuchting
menige vrouw, als
gezette tijden weer
doffe hoofdpijn
heeft en zich heeli
onprettig voelt. Neem tegen
dien tijd eens één of twee
"AKKERTJES". Ge zult ver
baasd staan over de goede
werking en in 't vervolg
i klachten meer hebben.
12 stuks slechts 50 cent
Gebruikt dut voortaan uitsluitend'
Volgens recept von Apotheker Dum.
M
Ingezonden Mededeelinq
van Valkenheide, aan de film van het
Hoogeland e.d. Maar het ligt voor de hand,
dat deze films (bovendien van eenzijdigen
aard) bij lange na niet kunnen voorzien in
de behoeftpn van een instelling, die door
regelmatige voorstellingen de menschen wil
trekken uit de atmosfeer der theaters naar
die van de Christelijke samenleving.
Een andere vraag is, of, nu een Ned. Chr
Filmgenootschap is opgericht, de keuze bin
nen afzienbaren tijd groot genoeg zal zijn
om, met afwisseling van films, die in een
Christelijke omgeving geen contrabande
kunnen zijn (natuur-, techniek-, historische
films e.d.) programma's samen te stellen,
die boeiend genoeg zijn om velen te trek
ken, maar tevens van zoodanigen inhoud,
dat eenerzijds de Christelijke jeugd erheen
getrokken wordt en anderzijds zulke voor
stellingen als Evangelisatie-middel kunnen
aangemerkt worden.
Een inderdaad niet gemakkelijk vraag
stuk, doch der overweging ten volle waard,
omdat de beteekenis van de film in dienst
van het Evangelie nog nauwelijks getoetst
is aan de mogelijkheden, op dit, ól te snel
losgelaten gebied voor Kerk en Christen
dom te openen. En inzonderheid moet dit
vraagstuk van groot gewicht geacht worden
met het oog op onze jeugd Voor haar geldt
nog onverzwakt, wat destijds in het des
betreffend Rapport van den Onderwijsraad
is uitgesproken: „Krachtens haar wezen zal
de bioscoop die met haar bewegende beel
den voorstellingen met een sterken gevoels
toon doet ontstaan, in den strijd tegen de
prikkelfilms, alleen dan tot haar volle recht
komen, als zij dienstbaar wordt gemaakt
aan het vormen van gevoeliger, zuiverder
en energieker ethisch besef. Eerst als dat
ontstaan is, zal een tegenwicht zijn gevon
den tegen wat naar omlaag trekt, en de
behoefte geboren zijn aan hetere sensatie
dan de grof-zinnelijke van do ontspanninga
bioscoop in haar huidigen vorm".
Die vorm wordt er niet onschuldiger op,
nu in de filmwereld een streven kenbaar
is, om het gehalte der films op hooger peil
te brengen. Want daarmee is de k e r n van
het gevaar niet geweken. Zoo eenig tijdperk,
dan roept d i t om samenwerking van allen
dio iets positiefs willen en kunnen stellen
tegenover het bioscoop-theater van dezen
tijd. Een enorme macht van buiten- of anti-
geestelijke invloeden is hier samengetrok
ken. Alleen het Evangelie is machtiger; de
tijd dringt, om dat meerdere in het strijd
perk te brengen. Want ook op dit terrein
staat het belang der ziel op het spel, en:
„Wanneer gij zegt: zie, wij weten dat niet.
zal Hij die de harten weegt, dat niet mer
ken?"
Radio Nieuws.
WOENSDAG 22 NOVEMBER
Concert 2.00 Gramofoon 3.00 Concert
6.00 Kinderuurtje 7.15 Ned. Chr. Persbur.
7.30 Gramofoon 8.00 Sprekers r.amens het
Ned. Jonjrelingsverboad 10.00 Vaz Dias
10.10 Gramofoon
Hilversum (296 M.) V.A.RA 8 01 Gramo-
Toon 8.30 Voor de keuken 10.15 Voor de
arbeiders in de continubedrijven 11.30 Zang
12.01 Orkest 2.15 Knipcursus 3.00 Voor
de kinderen 5.45 Gramofoon 6 0S Orgel
7.00 Orkest 7.35 Orkest 8.00 Vnz Plas
8.15 Orkest 9 20 Gramofoon 9.30 Gramo-
10.15 Orkest 11.00 Orgel 11.30
Gramofoon
V.P.R O. 10.00 MorgenwHding.
•hl (509 3 M.) 12 20 Orkest 1.20 «'on
5.20 Orkest 6 35 Gramofoon 6.50
7.30 en 8.20 Gramofoon 9.50
>n ven try (1554 4 M) 12.20 Orgelconcert
1.05 Orkest 1 50 Gramofoon 3.30 Piano
8.35 Orkest 5.05 Concert 6.50 Concert
8.35 Concert 9.45 Concert
leutechland sender (163-1.9 M.) 8.00
Concert 8.15 Morgenwijding 11.20 Gramo
foon 12.16 Gramofoon 2.30 Orgel 5.00
Concert 8.10 Plano
iofoon 5.20 L
Nat. (261.3 M.) 12.20 Orgelconcert
6.35 Orkest
-o n d o n
1.05 Grt
7.10 Orkest
n r (1 s (Radio PnrtJs) (1724.1 M.) 8.05 Gramo-
foon 12.35, 7.05 en 7.40 Gramofoon 9.05
Uit Oost-lndie
HIJ VOELDE ZICH IN HET LEGER
NIET THUIS....
SOERABAJA, 20 Nov. (Aneta). Luitenant
van H., die blijkens een telegram d.d 17 de
zer verdwenen was, heeft zich bij 't hoofd
bureau van politie aangemeld. Hij beweerde
de geheele week te Soerabaja onder eigen
naam In een Chineesch hotel te hebben ver
toefd en verklaarde te zijn weggeloopen om
dat hij zich in het leger niet thuis voelt,
daar hij zich in zijn hart geen militair voelt.
Hij wordt heden naar de gevangenis te
Tjimahi overgebracht
NIEUWE SALARISKORTING
N.-I. SPOORWEG-MIJ.
SEMARANG, 20 Nov. De N.I.S. verhoogde
met ingang van I Januari het percentage
der salariskorting van 10 tot 20.
LUCHTPOST VOOR MIDDEN- EN
OOST-JAVA.
BANDOENG. 20 Nov. (Aneta). Het A.ID.
meldt dat het vliegveld van Bangkok weer
gebruikt kan worden. Hierdoor bestaat »1c
de mogelijkheid, dat de toestellen \an den
Holland-Indië-dienst Calcutta—Bangkok vlie
gen en daags daarop Singapore vroegtijdig
wordt gehaald, zoodat des Zaterdags meer
zekerheid bestaat van doorzending van de
mail naar Semarang en Soerabaja.
FEUILLETON
DE SPAANSCHE CAVALIER
Door B. WARSTADT
HOOFDSTUK X.
De slag.
Lucius was van plan zijn wandeling zoo-
ir uit te strekken, dat bij zijn terugkeer in
ivilla het stierengevecht zou zijn afge-
open. Hij nam zich voor op weg naar zijn
woning een bezoek te brengen in de Calle
de San José, en hoopte, al zou hij misschien
Alcala zelf niet aantreffen, toch te ver
nemen, of hij al of niet gered was.
De zon stond nog :%oog boven den Wes
telijken horizon, toen Lucius de ledige straat
inliep. Het verblindende schijnsel, dat van
tien hoogen muur terugkaatste, was verba
tiend hinderlijk.
„ilk zal wel te vroeg komen en heb te veel
haast gemaakt", dacht de jonge Engelsch
(ian, toen hij de hand naar de bel uitstak
)aar bemerkte hij, dat de deur naar de
Innenplaats half openstond. Inez had ver
loten deze te sluiten, nadat zij van den
fzeldrijver het briefje van Alcala had ont
vangen, waardoor haar laatste Je op ver-
•ietigd werd. Dat het huis niet gesloten was
'as overigens niet erg: want er was geen
[evaar voor dieven in een huis, waar niets
halen was.
Lucius schelde heel zacht, als iemand die
in een huis der droefheid niet door te veei
gerucht wil storen; maar zijn geschel vond
onmiddellijk gehoor. De gangdeur werd
haastig opengedaan en de bevende Inez
liep zelf op de poort toe. Haar oogen stonden
wijd open van angst, de bleeke lippen tril
den. Ze wist niet met.wien ze sprak, maai
Iheel haar ziel scheen te liggen in haar
vraag: „Hebt u bericht uit het circus?"
„Ik kom daarnaar juist bij u informeeren
mejuffrouw", begon Lucius. Maar de oogen
van Inez waren nu niet meer op hem gericht,
7e zagen in een andere richting. Haar noren
gescherpt door de angst, hadden een geluid
opgevangen, dat Lucius was ontgaan, en als
wezenloos staarde zij op de straat Het vol
gend oogenblik zag men een hoop volk om
den hoek komen. Maar men hoorde geen
hoera- of vreugdegeschreeuw, als bij den
terugkeer van een overwinnaar, maar het
ging zoo.langzaam en stil alsof het een
lijkstoet was. Behalve het getrappel van
enkele paarden en de klaagtonen v: n een
vrouw, hoorde men niets. Lucius keek Inez
aan en las de vertwijfeling op haar j Maat;
zij bezat niet meer de kracht om het lijk
van haar geliefden broeder tegemoet te
paan. Spoedig stond de menigte voor De
Aguilera's woning, eenige mannen droegen
een baar. Daarop lap een Ievenlooze gestalte
uitgestrekt; zijn kleeren waren met bloed
bevlekt; zoo droeg men De Aguilera in het
huis zijns vaders binnen.
Lucius nam onmiddellijk de plaats van
een broeder in. „Uit den weg.... uit den
weg!" riep hij op bevelenden toon tegen het
volk, dat achter de baar voortdrong „he-
halve de drapers map niemand binnen
komen. Wil niet iemand zoo goed zijn den
dokter te halen?"
„Ik ik!" riepen verscheidene stemmen
en langzamerhand verspreidde zich de
menigte, terwijl de baar binnengedragen
werd.
„Wijs ons den weg naar zijn kamer", zei
Lucius tegen Theresia, die hij thans ook
herkende. Zij was weenend en handen
wringend dicht achter de baar gevolgd.
Alcala's wond was reeds in de arena ver
bonden en het bloeden was gestuit. Nu werd
hij met behulp van Lucius evi f ez van de
baar in bed gelegd, en men wachtte nu op
de komst van den dokter.
„Water, breng water!" riep Lucius. The
resia snelde weg om het bevel uit te voer>:i
maar Inez was haar reeds voor geweest In
den nood had zij haar moed teruggekregen
doch zij had geen woord gesproken en peen
traan vergoten. De angst had haar lippen
gesnoerd en de vrees haar de bron harei
tranen oppedrcfogd. Zij wierp zich op de
knieën naast het eenvoudige bed en bette
zijn lijkwit gelaat met water. Lucius hief het
hoofd een weinig omhoog en hield hem den
beker aan de lippen.
„O, den hemel zij dank! Hij drinkt!
Hij leeft nog!" riep Theresia uit
Lucius gaf den dragers wat geld, dat hij
toevallig bij zich had, veel was het niet en
zond ze weg Nauwelijks waren dezen ver
trokken of de met spanning verwachte
dokter trad binnen.
Deze maakte het verband van den be-
bewusteloozen Alcala los en onderzocht de
vrceselijke wond. Deze bestond in een die
pen stoot in den linkerschouder, waardoor
zwaar bloedverlies was peleden. De wonde,
die de cavalier onvangen had, kon, dat zag
men dadelijk, niet in korten tijd genezen.
„Ik zag voor mijn oogen, dat hij tegen do
omheining werd geslingerd; o, uat ik dat
nog moet beleven!" schreeuwde Theresia in
haar wilde smart. „De stier stortte zich met
zooveel geweld op hem, dat ruiter cn paard
in een handomdraaien op den grond lagen.
Campeador bewoog zich heelemaal niet
meer, de horens van den stier
„Hou je stil, vrouw", beval Lucius, „je
meestor lijdt toch al genoeg". Theresia
staarde Lucius verbaasd aan. zij begreep
niet hoe deze vreemdeling er bij kwam het
bevel in het huis van zijn vriend op zich
te nemen en haar verwijten te doen. Ine'
echter zag in Lucius een door ccn hemol
haar toegezonden helper en trooster in den
nood. De oude dienstbode waagde het n>ct
iets te antwoorden, doch mompelde slechts
zoo iets van „onbeschaamde keiter" en
maakte het verband klaar, dat voor de
wond noodig was.
Toen de arts zijn onderzoek had beëindigd
volgde Lucius hem in de gang, opdat zijr
vraag: „Gelooft u, dat er op zijn leven ge
hoopt mag worden?" niet door Inez zou ge
hoord worden.
„Het is mij voorhands niet mogelijk hier
een stellig oordeel te geven, mijnheer"
antwoordde de arts „Maar de koorts zal
ongetwijfeld spoedig intreden en daarom <s
het goed, znr. iemand vannacht bij den
zieke op blijft"
Toen de dokter weg was, trad een priester
binnen. In de eerwaardige gestuite. in der
langen, zwarten rok, waarop een rozenkrans
en een crucifix neerhingen, herkende Lhcius
denzelfden priester die hem den voripon
avond op den schouder had geklopt
Geen woord werd er tusschen de beide
mannen gewisseld. Den biechtvader der fa
milie behoefde de weg naar de l-amer van
Alcala niet gewezen te worden; maar de
oogen van den Spanjaard en die van den
Engelschmaii ontmoetten elkaar en elk vjn
hen las in de blikken "an den ander, dat
hij zijn tegenstander was.
Het was fijne tact, dat Lucius den priestei
niet naar Alcala's kamer volgde, maar op
zijn terugkeer wachtte in de ruime hal. Hij
wilde het bezoek van den geestelijken ad
viseur niet door zijn aanwezigheid storen.
De deur tusschen hen was gesloten, zooda;
wie buiten stond, indien hij niet met opze'
luisterde, van het gesprek daar binnen
geen woord kon verstaan. Maar toen sprak
de priester, waarschijnlijk met opzet, in de
ziekenkamer zoo luide, dat Lucius wel iets
verstaan moest.
„Het heele vorige jaar niet gebiecht...
slechte invloeden... ketter... protestant", zoo
luidden de woorden, die door de verheffing
van stem, waarmede zij werden uitgespro
ken. voor Lucius hoorbaar werden al het
overige, dat door de gesloten deur heen
drong, was slechts onverstaanbaar gemoni
pel.
„Och, had ik het misnoegen van dezen
priester maar meer verdiend", dacht Lucius
in bitter zelfverwijt.
Toen de priester Alcala's kamer verliet,
volgden Inez cn Theresia hem; de eer-tc
slechts een paar schreden, niet gevouwen
lvnden en een smeckendo uitdi. kking op
haar gelaat. „U zult toch mijn broeder he:
laatste sacrament niet ontzeggen?" vroeg
zij bevend
„Morgen om ik terug om hem de biecht
of te nemen, indien Don Alcala dan sterk
gun eg i.s en bereid het te doenwas kei
eins..go antwoord. „Ik hoop hem als een
genoouaam zoon der kerk terug te vinden".
Deze ,iy p werj echter uitgesproken op een
tion, waarin mter twijfel lag dan vertrou
wen. Ine» boog hoffelijk en keerde naar do
ziekenkamer terug.
i'cen poter H nifatio want dit was de
naam van rleu priester Lucius voorbij
£ing lieven zijn ooge>, even met ein uit
druk. mg van tegenzin op heni gevestigd,
ue lor.ge I.ngdschman doorstond uezen blik
met de uie.ste kalmte.
rheresia clgde den priester tot aan de
poort, ter wij' Lucius weer naar lijn vriénd
torugkfrrde.
„Ik wist wel, dat er iets achter stak"
mompelde Theresia, toen Bonifa'.n weer on
straat stond. „Don Alcala heeft veel te vol
omgang gehad met dezen verachter der hei
lige Maagd en van alle heiligen. Al zouden
al de stieren uit het circus tegelijk c ncni
osgestormd zijn. dan had de Aguilera's arm
toch de zege moeten bevechten, als zijn lans
maar met wijwater besprenkeld was ge
weest Als hij vanmorgen maar naar ie mts
was gegaan en gehieoht had. dan had hij
fi.on«L«nm'?. nLet in het stof ^hoeven to
entelon. Als ik het voor het zoggen had
dan mocht deze Engelsche ketter mijn lieer
niet meer bezoeken en ook geen on -an'
meer met hem hebben."
(Wordt vervolgd).