Kerkelijke vraagstukken in Duitschiand 0.' AKKER.CACHETS DINSDAG 21 NOVEMBER 1933 het standpunt van de rijksbisschop De opzienbarende rede van Dr Krause en de reactie die erdoor gewekt is (Van onzen Duitschen correspondent) In Duitschland ook in het De>rde Rijk spelen kerkelijke vraagstukken in de samenleving niet de rol, welke zij in ons lapd vervullen. Het geloofsleven en alles, wat hiermee samenhangt, wordt nog steeds als een aangelegenheid van particulieren aard beschouwd, waarmee dus de buiten wereld eigenlijk niets te maken heeft. Hier neemt de politiek de plaats in, welke bij ons a,an de religie en het kerkelijk leven door onze voorvaderen werd toegekend. Zelden zal het voorkomen, dat men een religieus thema in het openbaar hoort bespreken. Met gretigheid wordt echter op een gesprek in gegaan, dat de politieke vragen van den dag aanraakt Thans, nu de Protestanten en de Katholiey ken in heel Duitschland geen eigen partij meer achter zich hebben, nu allen onder de druk der omstandigheden zich hebben saam gevonden onder de leuze der N.S.D.A.P., be gint er een kentering te komen, welke het kerkelijk leven ten goede komt De kerk, vooral de evangelische staatskerk, heeft haar tekort aan ondernemingsgeest sedert de rampzalige omwenteling van Novembei 1018 allang ingezien en wil thans, nu er een sterke regeering aan het bewind gekomen is, alles weer goed maken, wat vroeger ver zuimd werd. De rijksregeering rijkt bij dit lofwaardig streven de kerk de hand, maar wenscht niet meer een kerk. waar de dog matische strijdvragen invloed uitoefenen op de kerkelijke gemeenschap. Zij wil een harmonische samenleving van geloovi- gen, die God in het openbaar danken voor de herleving van het nationaal bewustzijn. Het ligt in den aard der zaak, dat de ka tholieken in Duitschland eerder aan dit ver langen der overheid tegemoet kunnen komen dan de protestanten. Zij zijn niet in verschillende richtingen verdeeld, staan on der de vaste leiding eener kerkelijke over heid en zijn tevreden, wanneer de staat hun absolute vrijheid laat in de verrichting hun ner kerkelijke plichten. In de evangelische kerk is de interne ver deeldheid, welke haar nimmer tot eer sterk- le, eerder grooter dan kleiner* geworden. Dat blijkt uit de gespannen verhouding tus- ichen de van overheidswege ondersteunde organisatie der Duitsche Christenen en hen, die zich hebben saamgevonden onder de euze „Evangelie en Kerk". Rijksbisschop Vlüllor, een persoonlijke vriend van Adolf Hitler, heeft het gevaar van deze wrijving agezien. Hij weet. dat velen hem het heen- jaan van Bodelschwing als een tekort aan Christelijke verdraagzaamheid aanrekenen >n doet nu alles, om beide groepen met el- caar te vereenigen. In een kerkelijk decreet leeft hij duidelijk te kennen gegeven, d-it er in de nieuwe rijkskerk plaats is voor alle ge'oovigen en dat door allen van den kan |e| af de nadruk gelegd moet worden op 't naantastbaar geloof aan Vader, Zoon en leiligen Geest. Hiermede is de wrijving tusschen deDuit- ché Christenen en hun kerkelijke tegen- tanders echter nog lang niet afgedaan. Vele mükar.ten, die voor samenwerking niets yoelen, worden door andersdenkenden ver vangen en de ontstemming blijft voortdu ren. De kerk wenscht nu eenmaal niet als pen politieke partij behandeld te worden rij wenscht niet opgeslokt te worden in een eenheidsstaat, waar nog slechts plaats is voor twee kerkelijke organisaties, de katho lieke en de evangelische rijkskerk. Het ver vangen van de Generaal-Superintendenten door bisschoppen heeft lang niet overal in stemming gevonden en het ontijdig heengaan van voor treffelijke kerkelijke waardig heidsbekleeders blijft op de gemeenten drukken. Kerk en Btaat zoo redeneert men rijn weliswaar niet van elkaar te scheiden, maar het kerke lijk leven mag niet afhanke lijk gemaakt worden van de Klitieke strooming van een paalden tijd. De rijksregee ring denkt hier vooral ten bpzichte van de evangelische ijkskerk anders over en iet zal dus de moeilijke taak Ier nieuwe kerkelijke over- jeid zijn, met deze opvatting in beider belang rekening te "louden. 1 Ho© uiterst moeilijk dat is, blijkt uit een geschil, dat bin nen de gemeenschap der Duit Sche Christenen aanleiding heeft gegeven tot een ernstig openbaar conflict. Op een sa menkomst in het Sportpalast (Voerde dezer dagen onder Rijksbisschop Müller meer ook Studienassessor dr Krause, de gouwleider voor Berlijn en Brandenburg, hef woord. Hij tastte het Oude en het Nieuwe Testament aan, onderwierp het werk der reformatie aan scherpe crltiek, bestreedt de rechtvaardigmaking doo.- het geloof en ver kleinde de waarde van het kruis als sym bool van het grootste offer van alle tijden. Geen wonder, dat in alle Duitsche landen protest wordt aangekondigd tegen zulk een agitatorisch optreden, nog wel van iemand, die de gouwleider der Duitsche Christenen wil zijn voor de rijkshoofdstad en de mark Brandenburg. Door het ontslag van dr Krause en de be noeming van ds Tausch tot diens opvolger heeft de rijksbisschop zijn standpunt ten opzichte van zulk soort Schriftkritiek dui delijk kenbaar gemaakt. Hij zegt in zijn protest onder meer: Ik zal nooit of nimmer toelaten, dat zulk soort dwaalleer in onze kerk wordt verspreid. Met voorbeeldige doortastendheid heeft hij een eind gemaakt aan het werk van een radicale groep, wolke binnen de organisatie der Duitsche Christe nen al maanden lang achter de coulissen aan den arbeid was. De actie dezer oppo sitie nam toe, nadat Müller een paar maan den op onderlinge verdraagzaamheid met andersdenkenden had aangedrongen. Hij wilde nu eindelijk de orde in het kerkelijk leven herstellen en de geestelijkheid tct broederlijke samenwerking overhalen. Hij zeide: „De kerkelijk-politiëke strijd is ten einde, de strijd om de ziel van het volk gaat beginnen". Helaas heeft hij aan de werkelijkheid voorbijgepraat. De oppositie beweerde, dat dan wel alles weer bij het oude zou blijven, dat het con tact tusschen volk en kerk niet toenam en verlangde van Müller ingrijpende maat regelen. Deze verklaarde in een nieuw decreet, dat in alle kringen, waar men niet met de nationale herleving rekening wilde houden, anderen aan het werk gezet zullen worden, die hun nieuwe taak beter begrij pen en liet merken, dat deze bedreiging ook voor weerspannige predikanten uit den kring der Duitsche Christenen bedoeld werd. Het ware nezlcht der oppositie Thans heeft deze oppositie in het Sportr palast haar ware gezicht getoond. De aan vallen op het nieuwe kerkelijk beleid waren hier niet hoofdzaak, zulk soort oppositie kan hij een ingrijpende wijziging in het kerkelijk leven overal voorkomen het gevaar ligt in de aantasting van de sub stantie der kerk, op een buitengewoon scher pe kritiek op het Evangelie en de Heilige Sacramenten. Men kan begrijpen, dat de ontstemming in alle positieve kerkelijike kringen enorm groot was en begroet de protesten, welke uit alle deelen van het rijk hoorbaar worden. Zelfs bisschop Hossenfelder de oorspron kelijke leider der „Duitsche Christenen" deelde dr. Krause mee, dat hij al zijn amb telijke waardigheden moet neerleggen, in na volging van een soortgelijk besluit van den Evangellschen Oberkirchenrat te Berlijn. Niet slechts van de jong-reformatorischc kringen, zelfs uit de wereld der Duitsche Christenen komen protesten binnen. In Beie ren voerde bisschop D. Meiser in 't publiek het woord en betreurde het voorgevallene in de rijkshoofdstad. Uit Pommeren liep een door 500 geestelijken onderteekend protest bij de kerkelijke overheid binnen en zoo gaal het voort Voor de Duitsche Christenen is dit een tweede en buitengewone ernstige wenk. dat zij in hun streven naar de ker kelijke meerderheid niet te ver mogen gaan. B e r 1 ij n, 17 November 1933. LAND- EN TUINBOUW DEMONSTRATIE VOOR DECO RATIEVE BLOEMSIERKUNST DRIEDAAGSCHE TENTOONSTELLING TE AMSTERDAM Inzendingen van de Koningin en de Koningin-Moeder Gedurende drie dagen verwacht het Comité Practisch Werken „Amster dam" het bezoek van talloos velen aan het Amstel Hotel, ter bezichtiging van de aldaar hedenmiddag te half drie door Prof. Th. J. Stomps ge opende tentoonstelling en demonstra tie van decoratieve bloemsierkunst en ter bijwoning van de verschillende daaraan verbonden attracties. Genoemd Comité, dat, naar men weet reeds veel gedaan heeft ten bate van de Amsterdamsche werkloozen, die, zonder daarbij aan direct profijt te denken, er naar snakken, de handen uit de mouwen te kun nen steken, hoopt met de baten van deze zeer bijzondere tentoonstelling zijn zoo hij uitstek nuttig werk met kracht te kunnen voortzetten. Voorzitter van het Comité is Dr. M. de Hartogh. Van het speciale onder leiding van mevr. Jo van Ammers-Kueller gevormde dames-comité, om aan het wel slagen van de tentoonstelling meer kracht bij te zetten, is de echtgenoote van den bur gemeester, mevr. C de Vlugt-Flentrop eere- presidente. De expositie zelve kenmerkt zich zoo als wij vanmiddag bij een voorhezoek heb ben ervaren, door inzendingen, welke het hart van den waren planten- en bloemen liefhebber in verrukking zullen brengen. In de hall bevinden zich, ter weerszijden van de trap, de inzendingen van H. M. de Ko ningin en H. M. de Koningin-Moeder. De chef der tuinen van Het Loo, de heer Rad- stake, heeft o.m. een keuze gedaan uit losse bloemen, cyclamen, Kaapsche gewassen, oranjeboomen met oranje-appels en arons kelken. Tevens is er een door hem op bui tengewoon kunstige wijze opgemaakt bloem stuk. In de inzending van de Koningin- Moeder nemen chrysanten en coniferen een voorname plaats in. De trap opgaand wordt het oog aange naam getroffen door een collectie varens eri orchideeën van den heer C. Thim te Am sterdam; de galerij vraagt verder de aan dacht voor een prachtige inzending van het buiten „De Breul" bij Zeist van den heer Paul May, waarbij op de balustrade, een groote zeldzaamheid in bloei staande nepenthes, een insecten etende plant, die voor de verbetering van haar levend voed sel het menschelijk maagzuur ontwikkelt. „Die heb ik in den Hortus nog nooit ;n bloei kunnen kri'*en" verzuchtte Prof. Stomps en hij keek naar de nepenthes of hij haar zoo wilde meenemen Het andere gedeele van de galerij wordt ingenomen door de firma H. den Ouden en Zoon te Boskoop, die uit haar groote col lecties Dwerg-Coniferen een zestigtal uitge lezen en unieke soorten demonstreert, w o. planten, grillig van vorm en 70 jaar oud. Door de gangen ter linker- en rechterzijde van de hal wandelt men langs een haag van prachtige coniferen, eveneens inzendin gen van particulieren en kweekersfirma's. Zoo bereikt men ook de clubzaal van da K.N.A.C., die mede in een planten- en blna- menhof is herschapen en aan de overzijde de receptiezaal, welke door de Amsterdam sche Bloemisten Patroonsvereeniging /ij is het die de regie voert over de geheele onderneming in een bruidskamer is her schapen. Men vindt er behalve een bekoor- lijek bruid en twee bruidsmeisjes de bloem soorten die in zoo'n kamer thuisbehoorgn. In de K.N.A.C.-zaal is bovendien een bruids tafel opgesteld met decoratieve bloemversie- ringen. Planten en bloemen in velerlei variëteiten zijn verder o.m. ingezonden door de Stads- kweekerij Frankendael en den Hortus te Amsterdam, Leiden een honderdjarige aloë en Utrecht, terwijl, zooals we giste ren reeds meldden, de stad Genua 'n bloeien de aloë uit den tuin van ville „Duraro Pa- lavicini" ten geschenke zond. Verder is er een prachtige inzending fruit van den Bond „Het Westland". Vele attracties worden den bezoekers ge boden. Vermelding dient nog het feit. dat elkeen, die daaraan op de een of andere wijze heeft medegewerkt of dit zal doen, geheel belan geloos handelen of gehandeld hebben. Ook het Amstel Hotel en de K.N.A.C. heb ben de ter beschikking* gestelde ruimten be langeloos AFNAME C.R.C. VFE In de week van 4—5 Dec. a.s. Door de Crisis-Rundveecentrale zal ge legenheid worden geboden aan haar te le veren: drachtig rundvee in alle soorten en kwaliteiten (uitgezonderd zullen worden dieren, van welke moet worden aangeno men, dat zij langer dan zeven maanden drachtig zijn) te: Alkmaar,' Breda, Coevorden, Gorinchcm, Najaars-sport. De heer Pander op „Figaro" tijdens de cross country der Z.H.J.V. op „Voorlinden" te Wassenaar Evangelisatie en film Een vraagstuk van groot gewicht met het oog op onze jeugd Onze tijd roept om samenwerking van allen, die iets positiefs willen en kunnen stellen tegenover het bioscoop-theater De oprichting van het Ned. Chr. Film- genootschap vestigt opnieuw de aandacht op de belangrijke en nog lang niet opge loste vraag, van welke verhouding tusschen Evangelie en film het beste, dat is het tot geestelijken zegen strekkende, gebruik te maken is. Er zijn lang geleden spaarzame- lijke pogingen gedaan, om door het exploi- teeren van een biosi\"*op op Chr. grondslag of althans onder toezicht van gezaghebben de personen uit den Chr. levenskring, op dien weg een eersten stap te zetten. Zij zijn echter mislukt; als voorbeeld wijzen we op de Familie-Bioscoop te Den Haag, die slechts korten tijd rendabel geweest is en het al spoedig moest opgeven. Deze terugtocht heeft, naar te vreezen is, voorgoed een einde gemaakt aan de kans, dat er althans in onze grootste steden, een bioscoop zou verrijzen van uitgesproken Christelijk stempel. Waarmee dan is toege stemd, dat aan onze jeugd op dit terrein geen andere weg openstaat dan die naar de bioscooj>theaters of thuis-blijven. De praktijk zal thans wel niet heel veel af wijken van die, welke tien jaren geleden door Ds Drost in „Woord en Daad" voor Arnhem, aldus werd omschreven: ,,'t Was Zondag. In den avonddienst Groote Kerk waren" 400 menschen; in de Evangelisatie- samenkomst pl.m. 150; bij de Chr. J.M.Ver een 150-tal jongelui. In Musis Sacrum was de groote zaal vol voor een extra bioscoop voorstelling en de vier bioscoopen in de stad waren ook goed bezet; van de film genoten toen misschien 3000 bezoekers". Deze verhouding is natuurlijk foutief op gezet, want dienzelfden Zondagavond warén in andere kerken ook nog duizenden aan wezig. De bedoeling is ecliter duidelijk: de bioscoop „verslaat haar tienduizenden" en de Kerk bezit voor de massa zulk een aan trekkingskracht niet Een uitweg uit deze teleurstellende wer kelijkheid is, zij het ook op zeer bescheiden schaal, gevonden door het vertoonen van films in zalen van Evangelisaties of Chr. instellingen. De remmende factor was en Is nóg dat men dan op geen stukken na een voldoende aantal films ter beschikking heeft om regelmatig voorstellingen te geven. Nu is er, vergeleken bij tien jaren terug, ten deze wel eenige vooruitgang te noteeren. Wij denken aan de film „Contrasten" van de A.M.V.J., aan „De arme Friesche heide" aan de Zendingsfilms, aan „De klokken lui den" van de N.C.R.V., aan „Zonde en zegen" Nijkerk, Nijmegen, Rijssen, Sittard, Steen- wijk op 4 December Te Deventer, Doetinchem, Oosthurg, Ptir merend, Rotterdam, Sneek, Weert op 5 De cember. Te Apeldoorn, Assen, Borculo, Groningen, 's-Hertogenbosch, Hulst, Venraij, Wolvega op 6 December. Te Eist, Gouda, Hoogeveen, Leeuwarden, Schagen, Zutphen, Zwolle op 7 December Te Eindhoven, Hengelo (O.), Leiden, Roo sendaal. Tholen, Utrecht op 8 December. Te Hoorn op 9 Dec. Overal op de bekende uren en plaatsen Prijzen en voorwaarden als in de vooraf gaande week. De kaarten voor aangifte tot levering moeten uiterlijk Maandagmiddag 27 November a.s. ten kantore van de Crisis- o-s. ten kantore van de Crisis-Rundveecen trale te 's-Gravenhage zijn ontvangen. de verzuchting menige vrouw, als gezette tijden weer doffe hoofdpijn heeft en zich heeli onprettig voelt. Neem tegen dien tijd eens één of twee "AKKERTJES". Ge zult ver baasd staan over de goede werking en in 't vervolg i klachten meer hebben. 12 stuks slechts 50 cent Gebruikt dut voortaan uitsluitend' Volgens recept von Apotheker Dum. M Ingezonden Mededeelinq van Valkenheide, aan de film van het Hoogeland e.d. Maar het ligt voor de hand, dat deze films (bovendien van eenzijdigen aard) bij lange na niet kunnen voorzien in de behoeftpn van een instelling, die door regelmatige voorstellingen de menschen wil trekken uit de atmosfeer der theaters naar die van de Christelijke samenleving. Een andere vraag is, of, nu een Ned. Chr Filmgenootschap is opgericht, de keuze bin nen afzienbaren tijd groot genoeg zal zijn om, met afwisseling van films, die in een Christelijke omgeving geen contrabande kunnen zijn (natuur-, techniek-, historische films e.d.) programma's samen te stellen, die boeiend genoeg zijn om velen te trek ken, maar tevens van zoodanigen inhoud, dat eenerzijds de Christelijke jeugd erheen getrokken wordt en anderzijds zulke voor stellingen als Evangelisatie-middel kunnen aangemerkt worden. Een inderdaad niet gemakkelijk vraag stuk, doch der overweging ten volle waard, omdat de beteekenis van de film in dienst van het Evangelie nog nauwelijks getoetst is aan de mogelijkheden, op dit, ól te snel losgelaten gebied voor Kerk en Christen dom te openen. En inzonderheid moet dit vraagstuk van groot gewicht geacht worden met het oog op onze jeugd Voor haar geldt nog onverzwakt, wat destijds in het des betreffend Rapport van den Onderwijsraad is uitgesproken: „Krachtens haar wezen zal de bioscoop die met haar bewegende beel den voorstellingen met een sterken gevoels toon doet ontstaan, in den strijd tegen de prikkelfilms, alleen dan tot haar volle recht komen, als zij dienstbaar wordt gemaakt aan het vormen van gevoeliger, zuiverder en energieker ethisch besef. Eerst als dat ontstaan is, zal een tegenwicht zijn gevon den tegen wat naar omlaag trekt, en de behoefte geboren zijn aan hetere sensatie dan de grof-zinnelijke van do ontspanninga bioscoop in haar huidigen vorm". Die vorm wordt er niet onschuldiger op, nu in de filmwereld een streven kenbaar is, om het gehalte der films op hooger peil te brengen. Want daarmee is de k e r n van het gevaar niet geweken. Zoo eenig tijdperk, dan roept d i t om samenwerking van allen dio iets positiefs willen en kunnen stellen tegenover het bioscoop-theater van dezen tijd. Een enorme macht van buiten- of anti- geestelijke invloeden is hier samengetrok ken. Alleen het Evangelie is machtiger; de tijd dringt, om dat meerdere in het strijd perk te brengen. Want ook op dit terrein staat het belang der ziel op het spel, en: „Wanneer gij zegt: zie, wij weten dat niet. zal Hij die de harten weegt, dat niet mer ken?" Radio Nieuws. WOENSDAG 22 NOVEMBER Concert 2.00 Gramofoon 3.00 Concert 6.00 Kinderuurtje 7.15 Ned. Chr. Persbur. 7.30 Gramofoon 8.00 Sprekers r.amens het Ned. Jonjrelingsverboad 10.00 Vaz Dias 10.10 Gramofoon Hilversum (296 M.) V.A.RA 8 01 Gramo- Toon 8.30 Voor de keuken 10.15 Voor de arbeiders in de continubedrijven 11.30 Zang 12.01 Orkest 2.15 Knipcursus 3.00 Voor de kinderen 5.45 Gramofoon 6 0S Orgel 7.00 Orkest 7.35 Orkest 8.00 Vnz Plas 8.15 Orkest 9 20 Gramofoon 9.30 Gramo- 10.15 Orkest 11.00 Orgel 11.30 Gramofoon V.P.R O. 10.00 MorgenwHding. •hl (509 3 M.) 12 20 Orkest 1.20 «'on 5.20 Orkest 6 35 Gramofoon 6.50 7.30 en 8.20 Gramofoon 9.50 >n ven try (1554 4 M) 12.20 Orgelconcert 1.05 Orkest 1 50 Gramofoon 3.30 Piano 8.35 Orkest 5.05 Concert 6.50 Concert 8.35 Concert 9.45 Concert leutechland sender (163-1.9 M.) 8.00 Concert 8.15 Morgenwijding 11.20 Gramo foon 12.16 Gramofoon 2.30 Orgel 5.00 Concert 8.10 Plano iofoon 5.20 L Nat. (261.3 M.) 12.20 Orgelconcert 6.35 Orkest -o n d o n 1.05 Grt 7.10 Orkest n r (1 s (Radio PnrtJs) (1724.1 M.) 8.05 Gramo- foon 12.35, 7.05 en 7.40 Gramofoon 9.05 Uit Oost-lndie HIJ VOELDE ZICH IN HET LEGER NIET THUIS.... SOERABAJA, 20 Nov. (Aneta). Luitenant van H., die blijkens een telegram d.d 17 de zer verdwenen was, heeft zich bij 't hoofd bureau van politie aangemeld. Hij beweerde de geheele week te Soerabaja onder eigen naam In een Chineesch hotel te hebben ver toefd en verklaarde te zijn weggeloopen om dat hij zich in het leger niet thuis voelt, daar hij zich in zijn hart geen militair voelt. Hij wordt heden naar de gevangenis te Tjimahi overgebracht NIEUWE SALARISKORTING N.-I. SPOORWEG-MIJ. SEMARANG, 20 Nov. De N.I.S. verhoogde met ingang van I Januari het percentage der salariskorting van 10 tot 20. LUCHTPOST VOOR MIDDEN- EN OOST-JAVA. BANDOENG. 20 Nov. (Aneta). Het A.ID. meldt dat het vliegveld van Bangkok weer gebruikt kan worden. Hierdoor bestaat »1c de mogelijkheid, dat de toestellen \an den Holland-Indië-dienst Calcutta—Bangkok vlie gen en daags daarop Singapore vroegtijdig wordt gehaald, zoodat des Zaterdags meer zekerheid bestaat van doorzending van de mail naar Semarang en Soerabaja. FEUILLETON DE SPAANSCHE CAVALIER Door B. WARSTADT HOOFDSTUK X. De slag. Lucius was van plan zijn wandeling zoo- ir uit te strekken, dat bij zijn terugkeer in ivilla het stierengevecht zou zijn afge- open. Hij nam zich voor op weg naar zijn woning een bezoek te brengen in de Calle de San José, en hoopte, al zou hij misschien Alcala zelf niet aantreffen, toch te ver nemen, of hij al of niet gered was. De zon stond nog :%oog boven den Wes telijken horizon, toen Lucius de ledige straat inliep. Het verblindende schijnsel, dat van tien hoogen muur terugkaatste, was verba tiend hinderlijk. „ilk zal wel te vroeg komen en heb te veel haast gemaakt", dacht de jonge Engelsch (ian, toen hij de hand naar de bel uitstak )aar bemerkte hij, dat de deur naar de Innenplaats half openstond. Inez had ver loten deze te sluiten, nadat zij van den fzeldrijver het briefje van Alcala had ont vangen, waardoor haar laatste Je op ver- •ietigd werd. Dat het huis niet gesloten was 'as overigens niet erg: want er was geen [evaar voor dieven in een huis, waar niets halen was. Lucius schelde heel zacht, als iemand die in een huis der droefheid niet door te veei gerucht wil storen; maar zijn geschel vond onmiddellijk gehoor. De gangdeur werd haastig opengedaan en de bevende Inez liep zelf op de poort toe. Haar oogen stonden wijd open van angst, de bleeke lippen tril den. Ze wist niet met.wien ze sprak, maai Iheel haar ziel scheen te liggen in haar vraag: „Hebt u bericht uit het circus?" „Ik kom daarnaar juist bij u informeeren mejuffrouw", begon Lucius. Maar de oogen van Inez waren nu niet meer op hem gericht, 7e zagen in een andere richting. Haar noren gescherpt door de angst, hadden een geluid opgevangen, dat Lucius was ontgaan, en als wezenloos staarde zij op de straat Het vol gend oogenblik zag men een hoop volk om den hoek komen. Maar men hoorde geen hoera- of vreugdegeschreeuw, als bij den terugkeer van een overwinnaar, maar het ging zoo.langzaam en stil alsof het een lijkstoet was. Behalve het getrappel van enkele paarden en de klaagtonen v: n een vrouw, hoorde men niets. Lucius keek Inez aan en las de vertwijfeling op haar j Maat; zij bezat niet meer de kracht om het lijk van haar geliefden broeder tegemoet te paan. Spoedig stond de menigte voor De Aguilera's woning, eenige mannen droegen een baar. Daarop lap een Ievenlooze gestalte uitgestrekt; zijn kleeren waren met bloed bevlekt; zoo droeg men De Aguilera in het huis zijns vaders binnen. Lucius nam onmiddellijk de plaats van een broeder in. „Uit den weg.... uit den weg!" riep hij op bevelenden toon tegen het volk, dat achter de baar voortdrong „he- halve de drapers map niemand binnen komen. Wil niet iemand zoo goed zijn den dokter te halen?" „Ik ik!" riepen verscheidene stemmen en langzamerhand verspreidde zich de menigte, terwijl de baar binnengedragen werd. „Wijs ons den weg naar zijn kamer", zei Lucius tegen Theresia, die hij thans ook herkende. Zij was weenend en handen wringend dicht achter de baar gevolgd. Alcala's wond was reeds in de arena ver bonden en het bloeden was gestuit. Nu werd hij met behulp van Lucius evi f ez van de baar in bed gelegd, en men wachtte nu op de komst van den dokter. „Water, breng water!" riep Lucius. The resia snelde weg om het bevel uit te voer>:i maar Inez was haar reeds voor geweest In den nood had zij haar moed teruggekregen doch zij had geen woord gesproken en peen traan vergoten. De angst had haar lippen gesnoerd en de vrees haar de bron harei tranen oppedrcfogd. Zij wierp zich op de knieën naast het eenvoudige bed en bette zijn lijkwit gelaat met water. Lucius hief het hoofd een weinig omhoog en hield hem den beker aan de lippen. „O, den hemel zij dank! Hij drinkt! Hij leeft nog!" riep Theresia uit Lucius gaf den dragers wat geld, dat hij toevallig bij zich had, veel was het niet en zond ze weg Nauwelijks waren dezen ver trokken of de met spanning verwachte dokter trad binnen. Deze maakte het verband van den be- bewusteloozen Alcala los en onderzocht de vrceselijke wond. Deze bestond in een die pen stoot in den linkerschouder, waardoor zwaar bloedverlies was peleden. De wonde, die de cavalier onvangen had, kon, dat zag men dadelijk, niet in korten tijd genezen. „Ik zag voor mijn oogen, dat hij tegen do omheining werd geslingerd; o, uat ik dat nog moet beleven!" schreeuwde Theresia in haar wilde smart. „De stier stortte zich met zooveel geweld op hem, dat ruiter cn paard in een handomdraaien op den grond lagen. Campeador bewoog zich heelemaal niet meer, de horens van den stier „Hou je stil, vrouw", beval Lucius, „je meestor lijdt toch al genoeg". Theresia staarde Lucius verbaasd aan. zij begreep niet hoe deze vreemdeling er bij kwam het bevel in het huis van zijn vriend op zich te nemen en haar verwijten te doen. Ine' echter zag in Lucius een door ccn hemol haar toegezonden helper en trooster in den nood. De oude dienstbode waagde het n>ct iets te antwoorden, doch mompelde slechts zoo iets van „onbeschaamde keiter" en maakte het verband klaar, dat voor de wond noodig was. Toen de arts zijn onderzoek had beëindigd volgde Lucius hem in de gang, opdat zijr vraag: „Gelooft u, dat er op zijn leven ge hoopt mag worden?" niet door Inez zou ge hoord worden. „Het is mij voorhands niet mogelijk hier een stellig oordeel te geven, mijnheer" antwoordde de arts „Maar de koorts zal ongetwijfeld spoedig intreden en daarom <s het goed, znr. iemand vannacht bij den zieke op blijft" Toen de dokter weg was, trad een priester binnen. In de eerwaardige gestuite. in der langen, zwarten rok, waarop een rozenkrans en een crucifix neerhingen, herkende Lhcius denzelfden priester die hem den voripon avond op den schouder had geklopt Geen woord werd er tusschen de beide mannen gewisseld. Den biechtvader der fa milie behoefde de weg naar de l-amer van Alcala niet gewezen te worden; maar de oogen van den Spanjaard en die van den Engelschmaii ontmoetten elkaar en elk vjn hen las in de blikken "an den ander, dat hij zijn tegenstander was. Het was fijne tact, dat Lucius den priestei niet naar Alcala's kamer volgde, maar op zijn terugkeer wachtte in de ruime hal. Hij wilde het bezoek van den geestelijken ad viseur niet door zijn aanwezigheid storen. De deur tusschen hen was gesloten, zooda; wie buiten stond, indien hij niet met opze' luisterde, van het gesprek daar binnen geen woord kon verstaan. Maar toen sprak de priester, waarschijnlijk met opzet, in de ziekenkamer zoo luide, dat Lucius wel iets verstaan moest. „Het heele vorige jaar niet gebiecht... slechte invloeden... ketter... protestant", zoo luidden de woorden, die door de verheffing van stem, waarmede zij werden uitgespro ken. voor Lucius hoorbaar werden al het overige, dat door de gesloten deur heen drong, was slechts onverstaanbaar gemoni pel. „Och, had ik het misnoegen van dezen priester maar meer verdiend", dacht Lucius in bitter zelfverwijt. Toen de priester Alcala's kamer verliet, volgden Inez cn Theresia hem; de eer-tc slechts een paar schreden, niet gevouwen lvnden en een smeckendo uitdi. kking op haar gelaat. „U zult toch mijn broeder he: laatste sacrament niet ontzeggen?" vroeg zij bevend „Morgen om ik terug om hem de biecht of te nemen, indien Don Alcala dan sterk gun eg i.s en bereid het te doenwas kei eins..go antwoord. „Ik hoop hem als een genoouaam zoon der kerk terug te vinden". Deze ,iy p werj echter uitgesproken op een tion, waarin mter twijfel lag dan vertrou wen. Ine» boog hoffelijk en keerde naar do ziekenkamer terug. i'cen poter H nifatio want dit was de naam van rleu priester Lucius voorbij £ing lieven zijn ooge>, even met ein uit druk. mg van tegenzin op heni gevestigd, ue lor.ge I.ngdschman doorstond uezen blik met de uie.ste kalmte. rheresia clgde den priester tot aan de poort, ter wij' Lucius weer naar lijn vriénd torugkfrrde. „Ik wist wel, dat er iets achter stak" mompelde Theresia, toen Bonifa'.n weer on straat stond. „Don Alcala heeft veel te vol omgang gehad met dezen verachter der hei lige Maagd en van alle heiligen. Al zouden al de stieren uit het circus tegelijk c ncni osgestormd zijn. dan had de Aguilera's arm toch de zege moeten bevechten, als zijn lans maar met wijwater besprenkeld was ge weest Als hij vanmorgen maar naar ie mts was gegaan en gehieoht had. dan had hij fi.on«L«nm'?. nLet in het stof ^hoeven to entelon. Als ik het voor het zoggen had dan mocht deze Engelsche ketter mijn lieer niet meer bezoeken en ook geen on -an' meer met hem hebben." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 3