AKKER.CACHET5 KAPITEIN KLAKKEBOS OP DE LEEUWENJACHT DINSDAG 24 OCTOBER 1933 Rondom Van der Lubbe Wat beoogt hij met zijn hardnekkig stilzwijgen Krampachtig verzet der aanhangers van Moskou tegen hun aartsvijand Men schrijft ons uit Berlijn: Het was een geraffineerde zet van de marxistische propagandisten, toen zij in den nacht van den rijksdagbrand 't gerucht lieten verspreiden, dat de nationaal socialis ten met medeweten van hun hoogste leiders dit misdrijf hadden begaan. De vijandige propaganda in het buitenland won h erdoor aan beteekenis en het logisch gevolg hier- was is de vermoeiend lange duur van het proces.Want senaatspresident Bünger schijnt het voor zijn plicht te houden, de onjuist heid van al deze beweringen en beschuldi gingen aan de hand van beëedigde getuigen aan te toonen. Zijn streven naar volledig heid gaat zoover, dat wij door de catacomben van den rijiksdag moeten kruipen, om vast te stellen hoe nu eigenlijk de verbinding tus schen liet paleis van Goering en het Wal- lothuis is. Wie zich de moeite heeft ge troost, door deze lage onderaardsche gang met ireboeen rug heen te worstelen, di» wordt ook hier gewaar, dat er veel kostbare tijd verloren gaat aan het weerleggen van zotte beweringen. Zelfs de getuigen, die uit Moskou naar Berlijn ontiboden werden, zul len aan de loqische gang van zaken weinig kunnen veranderen. Een Engelsche journalist, wien het gelukt is. te Londen aan de geheime besprekingen der veelgenoemde onderzoekingscommissie deel te nemen, vertelde een en ander van de li ierbij opgedane ervaringen: „Den 5en Sep tember bevond ik mij tegen half acht op de aangegeven plaats, op de tweede étage der Livingstone Hall, 42 Broadway, Westminster. Aanwezig waren veertien heeren en vijf da mes, waarvan er zich twaalf als communis ten voorstelden. Drie van de leden waren joden en drie anderen hadiden althans een joodsch uiterlijk. Dit comité bleek een on derdeel te zijn van een grootere organisatie, welke zich met den rijksdagbrand bezig hield. Op de vergadering werd onder meer besloten, een grootsch opgezette bijeenkomst te houden en hierbij als sprekers lord Robert Cecil, sir Hamilton, Bertrand Russcl, H. G. Wells en lady Astor uit te noodigen. Op mijn voorstel, vooral ook Bernhard Shaw uit te noodigen, werd geantwoord, dat deze reeds een invitatie van de hand had gewe zen en op mijn verzoek kreeg ik het vol gende antwoord van hem onder oogen: „Het os mij onmogelijk, aan de vergadering deel te nemen. Maar zelfs al zou ik het kunnen, dan zouw ik het niet doen, want mij is geen geval bekend, dat de inmenging in politieke pro cessen van het buitenland voor de beklaag den tot voordeel is gebleken. Wanneer een gevangene als knuppel benut moet worden, om op een regeering te ranselen, dan beze gelt men hiermede zijn eigen lot!" Mijn Engelsche collega vertelt verder: „Onder leiding van de communistische miss Hart wilde men een pensbureau oprichten, waar studenten alle krantenberichten uit de buitenlandsche pers moesten verzamelen, welke ten nadeele van Duitschland uitval len, om deze berichten dan weer in Enge land te verspreiden. Volgens Georg Bern hard, die ook 't woord voerde, is iedere Duit- scher overtuigd, dat generaal Goering zelf den rijksdag in brand heeft gestoken en achtte hij het proces tegenover de beklaagden un fair. Overigens moest hij toegeven, dat de Red-Aid niet gelukkig is geweest in haar streven, een groot aantal vooraanstaande Engelsche juristen voor haar actie te win nen. Wel is zij erin geslaagd, de openbare meening in Holland, Frankrijk, Zwitserland, de Vereenigde Staten en Engeland ten on gunste van Duitschland te beïnvloeden. Door de juridische afdeeling dezer com missie is voorts besloten, de vrouw van Torpler en diens zoon naar Engeland uit te noodigen en hun een plaats op de tribune aan te wijzen. Aan alle arbeidersorganisa ties moet anti-Duitsch pronaganda-mate- riaal worden verstrekt en aan het ministerie van buitenlandsche zaken moet meegedeeld worden, dat heel Engeland over de Duitsche onrechtvaardigheid in opstand is gekomen". Wie zich de getroostte, dag in, dag uit aan het Van der Lufobe-proces deel te neimen, wie het om slachtig getuigenverhoor uren achtereen met de hiertoe vereischte inspanning volgde, die ivindt voortdurend zijn aanvankelijken in druk bevestigd, dat langs juridischen weg de strijd wordt voortgezet, welke in politieken vorm Januari 1933 tusschen het nationaal- socialisme en het marxisme tot uitbarsting is gekomen. Krampachtig trachten de aan hangers van Moskou zich nog eenmaal tegen hun aartsvijand te weren, maar diens macht is te groot, dan dat er voor hen nog een kans van slagen bestaat In het buitenland vooral, maar ook nog in Duitschland, blijken er communisten te zijn, die met den nieuwen toestand allesbehalve tevreden zijn. In Alt-Moabit vindt op het oogenblik het Maikowski-proces plaats, staan de communisten van den staffel „Max Hölz" terecht, die den 30en Januari, toen tienduizenden S.A. en S.S.-mannen door de Wilhelmst rasse marcheerden, om Hinden burg en Hitier voor de overwinning der na tionale revolutie te huldigen, in de Wall- strasse op huiswaarts keerende nationaal- socialisten hebben geschoten. Het is typee rend voor de oogenblikkelijke verhoudingen, dat ée voorzitter thans, negen maanden la ter, nu het Derde Rijk aan stabiliteit heeft gewonnen, communisten op de tribune tot de orde moet roepen, terwijl de officier van justitie waarschuwend tot de beklaagden zegt: „Het wil mij voorkomen, dat enkele beklaagden zich in deze zaal erg op hun ge mak voelen. Ik geef hun den laad, afstand te doen van hun vroegere vloekwaardige politieke zienswijze. Wee hem, die deze zaal verlaat met de gedachte, dat er ook nu nog erstokte communisten zijn, want de vuist an het Derde Rijk rust op zijn schouders!" Zulk een ernstige waarschuwing zou wel licht ook voor Dimitroff en zijn beide land en partijgenooten wenschelijk zijn, want de brutaliteit van dezen intelligenten anarchist ondanks alle vermaningen van den -boven» menschelijk geduldigen senaatspresident Bünger dezelfde gebleven. Eenigszins anders schijnt het met Marinus van der Luhbe te staan. In een gesprek met do advocaten der verschillende beklaagden, dr. Seuffert, dr. Teiohert en dr. Sack (ons nog hekend uit het veemproces van Ober- leutnant Eckermann) vroeg ik om een verklaring optreden: i diens passief „Waarom houdt hij zijn hoofd zoo diep gebogen en waarom geeft hij op de hem ge stelde vragen zulke onbevredigende antwoor den?" Men antwoordde mij: .Hoogstwaar schijnlijk heeft beklaagde de jammerlijke mislukking van zijn daad ingezien. Hij wil de iets enorms ondernemen, de wereld op stelten zetten, een revolutie teweeg brengen en nu is alles heel anders geloopen dan li ij verwachtte. Hij is zich do ernst van deze nederlaag bewust, weet. dat elk door hom gegeven antwoord zijn situatie kan benadee- len en hult zich liever in een hardnekkig stilzwijgen. Voor hem zelf is dat misschien nog het beste." Ik dacht aan deze uiteenzetting van be oegde zijde toen graaf Helldorf als eerste erin slaagde, van der Lubbe tot hei heffen van zijn hoofd cn het openen vao xijn mond te bewegen. Zijn „Donnerwetter daverde door de geluidlooze rechtzaal en plotseling ontwaakte Marinus uit zijn apa thie, keek hij zijn partner in 't gelaat fin gaf een verstaanbaar antwoord. Dr. Alfons Sack is mij door zijn activiteit allang op gevallen. Hoewel hij van der Lubbe niet verdedigt, bekommert hij zich meer om den cliënt dan dr. Seuffert, die met het geval zijn maag schijnt to zitteu. Dr. Sack verzoekt van der Lubbe, zoo dicht mogelijk naar graaf Helldorf toe te gaan en de arme stumper schijnt schik in 't geval te krijgen, want hij grinnikt Natuurlijk wil men we ten, waarom hij glimlacht, maar dat ver telt hij aan niemand. Senaat Bünger tracht den knaap te kalmeercn en vraagt hem, of hij angst voor graaf Helldorf koestert. Maar dat helpt al evenmin. Totdat graaf Hell dorf hem tnehrult: „Mensch, nimm doch mal deinen Schadel hoch, los!!" Dit militair commando was voldoende, om ons allen van den wepkelijken toestand te overtuigen. Van der Lubbe hoort alles, wat er om hem heen gebeurt, hij verstaat uit stekend Duitsch en staat allerminst onder den invloed van narcotische middelen. Hij heeft echter beseft, dat hij in jeugdige licht zinnigheid op een valsche kaart speculeer de en alles hopeloos verloren heeft Hoog stens een hardnekkig doorgezet stilzwijgen (zoo redeneert hij) kan hem nog voor d«; dreigende galg bewaren! Berlijn, 21 October 1933. klasse H.B.S., Mulo en oudste jaar der Am bachtsschool bevolkten deze jeugdafrleeling. Het Hoofd heeft van dit deel der organisa tie veelplezior beleefd. Voor het overbrengen van berichten en bevelen, lichte werkzaam heden waren en zijn ze uitstekend te gebrui ken. Hebben we hiervoor eénage practJsche punten besproken, dan geschiedde dit uit lust om mee te bouwen aan het groo'sche werk: een Nederlandsche organisatie tegen de gevolgen van luchtaanvallen ten bate van ons vreedzame en vredelievende volk En een woord van hulde mag ook hierom niet achterwege blijven, wijl in W interswijk ook duidelijk is getoond, dat deze oefenin gen, evenals trouwens de geheele voorbe reiding, met bescheiden middelen kunnen •orden bewerkstelligd. Moge het goede Winterswijksche voorbeeld volk en vaderland tot heil strekken. Bescherming tegen luchtaanvallen OEFENINGEN TE WINTERSWIJK GOED GESLAAGD Waarmee men een volgende keer rekening moet houden Enkele practische opmerkingen Men schrijft ons: Wij hebben in ons artikel van 17 October l.L- gewezen op het groote belang voor de burgerij verbonden aan oefeningen in be scherming tegen de gevolgen van aanvallen uit de lucht. De eerste openbare oefening heeft dan nu 19 October plaats gehad te Winterswijk, onder terecht hooge en groote belangstelling. Minister Deckers was aanwezig en Minister De Wilde was ver tegenwoordigd. De aanwezigen nu hebben geen spijt ge had. Er is wat te zien geweest, waaraan degelijke voorbereiding niet vreemd was. In Winterswijk was de zaak goed aangepakt en grondig bestudeerd. Daarvoor een woord van hulde aan burgemeester Bosma en zijn di recteur van Gemeentewerken, het hoofd van de Luchtbeschermingsdienst, den heer Kos ter, hulde aan de in verschillende, hulp diensten meewerkende 250 personen tellende organisatie en ook hulde aan de burgerij, die volmaakt correct de oefeningen volgde. Wel hadden ongure elementen opruiende pamfletten verspreid, doch het was alsof de burgerij nadrukkelijk heeft willen toonen den ernst van de zaak waarom het gaat volkomen te beseffen. Benige weken vooraf had het Gemeente bestuur de bevolking ingelicht omtrent de plannen. Opgedane ervaringen Wij willen naar aanleiding van deze oefe ningen enkele punten bespreken, die èn voor Winterswijk èn voor alle andere Burgemees ters, die deze aangelegenheid ter hand ne men van belang zijn. Het bureel van het Hoofd" van den Luchtbeschermingsdienst worde, zoo moge lijk, ingericht in ruimten, waarop aanvallen geringen invloed kunnen oefenen. Het be veiligen van het centrale punt, waar alle be richten binnenkomen en vanwaar uit alle aanwijzingen uitgaan, is van veel belang. De vraag is of met een indeeling van het personeel op staten op den duur het alge meen belang gediend is, waardoor het moge lijk is om bij vertrek, overplaatsing naar andere gemeenten, goede krachten voor ver loren gaan te bewaren. De uitkijk- en luisterdienst is bij uitstek inlichtingsorgaan, mits aan de inwèndige verbindingen in den dienst geen snipper mankeert. Of nu door aanhoudend loeien van stoomvfluiten en gillen van sirenes vooral bij avond en in den nacht de luisterdienst niet sterk in haar vermogen beperkt wordt is een te stellen vraag. Bovendien lijkt een aan houdend lawaai ingeval van alarm niet te bevelen. Zeker niet bij sterke wind. De vraag naar een van electrische netten onaf hankelijk alarmapparaat blijft zich opdrin gen. De geneeskundige dienst, met inbegrip van de transportploegen zal wel doen, de transportploegen onmiddellijk spontaan te laten uitrukken om te helpen waar dat noo- dig is en te vervoeren, waar dat eisch is en mogelijk. Verpleging en transport geschei den, waarbij in den regel aan de transport ploegen geen artsen zullen kunnen worden toebedeeld. De opleiding van het transport- personeel zal goeddeels hierop moeten den ingesteld- De ontsmettingsdienst bedenke dat mos terdgas zeer gevaarlijk is en een bord met opschrift „Mosterdgas, streng verboden toe gang" stellig op 150 200 meter afstand van den rand van het besmette terrein geplaatst moet worden. In ieder geval kan met gewoon schoeisel het werk in met mosterdgas besmette terreinen niet plaats hebben. De opruimingsdienst was in Winterswijk wel zeer vlot. En toch blijft het beginsel: zoo veel mogelijk e-erst gaszieken en gewonden helpen, onverzwakt. Bovendien een deponee- ren van gaszieken en gewonden in een (ver ondersteld) vernield gebouw in afwachting van transport lijkt niet een juiste oplossing van het vraagstuk De brandweer zal ook in kleinere gemeen ten het groote materieel centraal beschik baar moeten houden, gelijk juist geschiedde in Winterswijk en voorts brandwachtposten met eenig hulpmateriaal (oen standpijp met 1 a 2 slangen b.v.) op verschillende punten opstellen, terwijl brandalarmposten, sterk 2 3 man, verspreid zijn opgesteld tot het melden en blusschen (met zand de gevrees de aluminium-bom) van begin van brand. De brandweer kan evenmin als de transport ploegen wachten tot het einde van de be dreiging. Integendeel, deze diensten rukken aanstonds, bij aanleiding daartoe, uit. De brandweer moet begin van brand onmiddel lijk stuiten, omdat een, in den nacht, vol gende aanvaller zich niet mag oriënteeren met behulp van branden. De transportploeg gaat menschenl evens in gevaar helpen. Deze diensten moeten van goed beschermende kleeding worden voorzien om zelfs ingeval van dichte concentraties van mosterdgas te kunnen helpen en beveiligen. Een voortreffelijk denkbeeld paste men in Winterswijk toe door èen jeugdafdeeling te organiseeren. De leerlingen der hoogste HOE BEIS IK GOEDKOOP NAAB DUITSCHLAND Wie naar Duitschland reist, koopt op het oogenblik zijn kaartje het goedkoopst bij een reisbureau. Aan het loket in de stations wordt hij veel duurder bediend. Amsterdam Berlijn in de derde klas kost bij de reisbu reaux b.v. f 15.20, maar aan de stations moet je f 17.35 betelen. Voor hooge re klassen is verschil naai- verhouding groot er. Hoe au mogelijk is?Zopk de Sperrmark! De Nederlandsche reisbureaux rekenen met de Deutsche lteichsbann in Sperrmark af. en laten hun clientèle van het voordeel me» profiteeren: de Nederlandsche Spoorwegeu betalen echter of met vrije Marken, of ze steken ter vermindering van hun tekort het valuLavoordeel in eigen zak. Gemengd Nieuws. IN EET BAD VERDRONKEN De 15-jarige D. Millenaar, wonende in de Rigestraut to Hilversum, is Zaterdagmid dag in de badkamer van zijn ouderlijk huis, verdronken. Vermoedelijk is hij bewusteloos geraakt door de zich ontwikkelende verbrau dingsgassen uit het doorbrand apparaat waarna hij is verdronken DOODELIJK AUTO-ONGELUK Zondagavond 6 uur stek te Haarlem de 80-jarige heer A. B. den Wagenweg over bij het Huis met de Witte Beelden, zonder op of om te kijken. Juist passeerde 'n auto, be stuurd door den 19-jarigen G., uit Santpoort De oude man werd door de auto gegrepen en bleef bewusteloos liggen. Met een schede1 fractuur is hij naar het Elisabethgasthuis vervoerd, waar hij is overleden. EEN RAT IN DE WIEG Doordat een kind van den heer O. te Poel dijk in de wieg vreeselijk lag te huilen, ging de moeder snel zien wat de reden ervan was Toen zij bij de wieg kwam sprong er plotseling een groote rat uit Het ondier bleek het kind, dat twee maanden oud is, in het hoofd te hebben gebeten. Doordat men spoedig naar het kind was gaan zien, is wel licht erger voorkomen. VERBODEN BLADEN AFGEVEN Wie de Duitsche grens passeert, moet er aan denken, dat talrijke Nederlandsche kranten in Duitschland verboden zijn, b.v. de Haagsche Post, de Groene Amsterdam mer, en verder alle socialistische en com- muniotische bladen. Wat nu te doen, wan neer meu die bladen op Duitsch grondgebied nog in zijn bezit heeft? Geeft ze gewoon aan de douane af Die stelt ze de plaatselijke propaganda-afdeeling der S.A. ter beschik king, die er blijkbaar steeds emplooy voor heeft. BRANDEN Te Apeldoorn is Zaterdagavond door onbekendo oorzaak bran3 uitgebroken in de garage van de auto-verhuur-inrichting van den heer D. Waltner op het Stationsplein. Door de aanwezige benzine greep het vuur snel om zich heen De geheele garage brand de uit a.'spïeae een gedeelte van de eerste verdieping van het bovengelegen woonhuis, waar drie kinderen, die in de badkamer ge baad werdén, door hun vader met moeite gcied werden. De vader moest eveneens door den verstikkenden rook, om zijn jong ste kind van drie maanden te redden, wat hem gelukte. Vier auto's, eenige motorrijwielen en een paar rijwielen gingen verloren. Een tweetal auto's werd op tijd uit de garage gereden. Do brandweer bestreed het vuur met negen stralen op de waterleiding en was na twee uren meester van het terrein. De schade wordt door verzekering gedekt. Te Egmond aan Zee brak brand uit in een winkelhuis aan de Voorstraat, be woond door den heer B., waarin een choco ladezaak werd gedreven. Binnen een uur tijds brandde het geheele perceel uit De oorzaak van den brand is het omvallen van een petroleumkachel. Verzekering dekt de schade. Te Rij perk erk (Fr.) brandde de autogarage van Koctstra geheel uit De vrachtauto, twee rijwielen, tal van onder deden, benevens 3000 K.G. hooi, gingen ver loren. Verzekering dekt gedeeltelijk de schade. Tc Zaandam is door onbekende oor zaak brand ontstaan in de woning van J van Dijk, naarst den houtzaagmolen de Veldmuis van de firma de Vries. De woning brandde gedeeltelijk af. Een aangrenzende schuur ging geheel verloren. Hoewel de huizen daar alle van hout zijn gebouwd, en dicht op elkaar staan, wist de brandweer uitbreiding te voorkomen. Geen wonder met al die zieke menschen om U heen! Weest Gij echter verstandig. Neem dadelijk 'n "AKKER TJE" en vanavond voor 't naar bed gaan nog een. Tien legen één dat Ge daarmede alle narigheid voorkomt en morgen gezond en fiksch opstaat. "AKKERTJES" wer ken buitengewoon bij Griep. Per 12 stuks slechts 50 cent. NIET OP HAAR MONDJE GEVALLEN In het „Vad." lazen we het volgende: Geachte Redactie, Wij zocli'en een dagmeisje voor ons g n, bestaande, uit man, vrouw en een baby van 15 maanden, in een betrekkelijk klein huis en boden aan een meisje van 19 jaar, dat zich kwam aanbieden, f 5 per week met verhooging na eenigen tijd. Werktijd: van 8.30 tot 4.30 uur. Mijn vrouw vertelde, wat zij in dien tijd te doen had (een hoeveel heid, die andere meisjes tot nu toe gemak kelijk af konden); vroeg o.m. naar haar ge zondheid en wie haar dokter was en deelde haar me-le, dat zij graag zou willen, dat me juffrouw katoenen japonnen droeg; dit, om dat men tegenwoordig vaak dienstboden in de meest fantastische kleeding, tot zelfs io zijden japonnen, ziet. Hierop kwam den volgenden dag een ant woord, dat ik u gaarne, zonder commentaar ter publicatie afsta. Geachte Mevrouw, Gisteravond ben ik bij u op die betrekking af geweest, maar ik zie er maar van af De eischen, die u stelt, mag u aan een meisje wel f 10 geven en dienstboden ja pon nen dragen zijn uit den tijd. Bij den dokter heeft u geen informaties te nemen, aangc ik zoo gezond ben als iets. Misschien go zonder dan u ben. Mej. T U dannend voor de plaatsruimte, Hoogachtend, Z. ROFFELRIJMEN. Dat niet! Wou jij soms een standbeeld hébben Vraagt een bitse lezer mij, En ik mag hier eerlijk zeggen Beste vrind, geloof me vrij, Op mijn reeds gedunde schedel Is me niet één haar bekend Die er denkt aan zoo'n pompeuse Afgegoten bronzen prent! Eerstens krijgt na zijn verscheiden Pas een schrijver of een held Zulk een sprekend konterfeitsel; Tweedens kost het hoopen geld; En ten derde vraagt de kijker Die voor zulk een beeld blijft staan: Wat is dat nou voor een monster Wat heit-ie voor mijn gedaan? Voorts kan ik er niet voor voelen Dat mij 't vooglenheir-be-zit En voortdurend ongenoodigd Mij de bol en schouders wit. Verder: 'k zou de stad niet weten Die er centen aan besteedt Om te zorgen dat de schimmël Zich niet in mijn kleeding vreet, En bijtijds de dorre takken Van mijn groene halskraag haalt, Waar een stelletje vereerders Heel veel geld voor heeft betaald. Neen, mijn vriend, ik haak naar zulk IJzeren ver-beelding niet [een Die je in je booze droomen Uit mijn asch verrijzen ziet. Laat mij rustig mogen werken Aan het beeld van onze tijd Dat ook door veel schimmelzwammen En verdorring wordt ontwijd. (Nadruk verboden.) LEO LENS. »p veractitint van Leo I.cna Roffclrünien, pcachlkt om :n, l>ü IVcerho«eh, Roekhan- Inriclitlnx er een keurig bo« >rdt de prU« tn nrtlntiek omsli gesteld, namelUk 80 ccnta. B Uw boekhnndelni DE SCHEIDSRECHTER „AFGEDROOGD* Tijdens een voetbalwedstrijd tusschen de V.V. LugdunumNaaldwijk te Leiden maak te sen van de spelers zich kwaad over he£ feit dat een tegenspeler hem het leder wist te ontfutselen, waarna hij den Naaldwijk speler een trap tegen het scheenbeen gaf. De scheidsrechter zag dit en stuurde den speler uit het veld. Dit was echter niet naar den zin van een aantal toeschouwers, die dan ook het veld bestormden en den scheidsrechter een flink pak slaag gaven. Laatstgenoemde vluchtte het kleedlokaal binnen, waarmee aan het weinig sportieve gebeuren een einde kwam. De wedstrijd werd afgebroken, terwijl van het gebeurde proces verbaal zal worden opgemaakt. Voor de Winteravonden moet U de jeugd verblijden met ons premieboekje door G. TH. ROTMAN Deze spannende geschiedenis die destijds als Kinderverhaal In ons blad verscheen, en de jongens en meisjes zoo zeer boeide, is thans in boekvorm verkrijgbaar. Om het onder ieders bereik te brengen hebben we de prys zoo laag mogelijk gesteld. Het kan afgehaald worden aan ons Bureau, zoo mede worden toegezonden na ontvangst van 40 cent per exemplaar in postzegels of storting op ons gironummer. Men gelieve op de enveloppe ta vermelden: „KLAKKEBOS". Ook de Agenten en Bezorgers nemen bestellingen aan. Ondergeteekende verzoekt toezending van exemplaar (en)] Premieboekje „KAPITEIN KLAKKEBOS", waarvan bedrag bjjgaat: in postzegels per giro is verzonden WOONPLAATS: FEUILLETON WAT EEN KIND VERMAG Naar het Engelsch van FLORENCE MONTGOMERY (28 Juffrouw Pryor kon niet meer en weende bitter. Ook John Ramsay's oogen waren be neveld. „Het zal hean nog vanavond mopten ge zegd worden, mijnheer, hot is wezenlijk nocdig". ,Heel goed, juffrouw Pryor zeide de heei Ramsay m2t een stem, waa**aan hij tevergeefs vastheid trachtte te gevm „dan motst u maar naar boven gaan en er hem op voorbereiden. Hij zal nog wel niet in plaap zijn". Maar juffrouw Pryor schrikte hiervoor terug. Dat kon ze niet! dat kon ze niet! riep zij handenwringend uit. Hoe zou ze het kunnen doen? Zij, die beter dan iemand anders wist, hoeveel het kind van zijn vader hield, welk een vader dat was, er» welk een teeder hart het kind bezat Neen- neen! zij kon het hem niet vertellen. De heer Ramsay moest het haar niet vragen. dacht John Ramsay bij zich zielf terwijl mj naar haar bevend gelaat keek en naar haar hartstochtelijke beschrijving luis terde van het huis en het gezin zooate zij dio zoovele jaren gekend had; „zeker, als de vreeselijke tijding aan het kind op deze wijze moet worden medegedeeld, dan moet iemand anders het doem" V Hij wilde daarover niet verder denken en ook niet nagaan wat dan alleen nog over bleef, want anders zou hij zich niet hebben kunnen beheerschen, zooals hij nu deed, noch op dien bedaarden toon, die van onna tuurlijke kalmte getuigde, hebben gesproken. „Heel goed, juffrouw Piryor", zeide Ihdj, „ik aal het niet vragen." En toen gebeurde er iets zeer merk waardigs. De heer Ramsay stond van zijn stoel op en nam de rol van trooster op zich, alsof dit de natuurlijkste zaak ter wereld was- Hij vatte juffrouw Pryors hand, sprak haar vriendelijk en minzaam toe en raadde haar aan naar bed te gaan en te beproeven, wat te slapen. „Gij moet mij komen zeggen" zeide hij, „wanneer het bericht komt" hij hield op, want de gedachte kneep hem de keel toe „morgen," Hij opende de deur voor haar met onge wone beleefdheid, hetgeen niet zoozeer een beleefdheid was, maar een waarachtige uiting van welwillendheid en deelneming en ging toen naar zijn plaats terug, terwijl hij het gelaat met de handen bedekie. „Bin nen een paar minuten zal ik tot een of ander besluit komen", zeide hij half luid, „maar eerst moet ik mijn gedachten ver zamelen". Maar verre van ze te verzamelen, be merkte hij, dat ze hoe langer hoe verder afdwaalden. Hij begon te denken aan dat leven, dat verloren ging, aan dien onbekenden broeder zijn eenigen bloedverwant. Hij had zich, onbewust, een voorstelling van hem gevormd, door wat hij opmaakte ,uit gezegden van het 'and en uit het kind, aelf, als de vrucht van zijn broeders leiding en opvoeding. Diens trouw jegens hem, die hem eens te voren zoo getroffen had, kwam hem nu weer in herinnering- Die trouw, die er voor gehuiverd had, de gedachten der kinderen tegen hun oom te verbitteren, en die hen nooit had doen gissen, hoezeer hij in hem was teleurgesteld, die voor hen had verborgen gehouden, dal de thuiskomst, waarnaar zoolang verlan gend was uitgezien, slechts een ontgooche ling en teleurstelling geweest was, ook voor het visioen van een liefhebbend en teedei bloedverwant, die hun jong leven door liefde en vriendschap zou verhelderen. Hoe anders hadden de laatste curie weken kunnen zijn, zoo er ooit 'n woord tot Gillie gezegd was, dat diens ideaal zou hebben vernietigd! Maar de vader had het kind nooit iets verteld, wat het aanleiding zou hebben kun nen geven, hem, John Ramsay te beschou- weü als minder hartelijk dan hij zelf was. Deze man, terecht zoozeer bemind, die zoo noodig was, ging nu heen, als hij niet reeds was heengegaan, terwijl hij, aan wierf nie mand behoefte had, bleef leven! Hij begon zich het gezin, dat de huis houdster met zooveel warmte had beschre ven, af te schilderen, ledig en vertaten door de afwezigheid van den persoon,, die er fre: middelpunt van uitmaakte. En als een koude wind kwam over John Ramsay de overtuiging, die hij zoolang be dwongen had, dat hij de oorzaak en de schuld was van alles. Het geluk van dat ge zin was door zijn hand vernietigd. Hij voelde het reeds, toen de huishoud-, ster sprak, maar hij wilde niet bij die ge dachte verwijlen. Hij had haar op dat oogenblik kunnen smeeken op te houden, hem te sparen, ni-j* voort te gaan met hem op zoo levendige wijze het gezin te schilderen, dat hij ver woest had, den kring, dien hij vaneen had gerukt, de harten, die hij zoo bedroefd had. Ja, hij was de donkere schaduw, hij de oorzaak van dit alles- „Neen", zeide een oproerige stem in zijn binnenste, „het is onrechtvaardig dit te zeggen. Ik deed niets met mijn weten ik stelde mij niet voor ik dacht niet Ben ik mijn broeders hoeder?" Tevergeefs. De zonde lag hier wellicht niet in het bedrijven van een daaa, maar in het verzuim daarvan, in nalatigheid, waai het gold zijn eigen „ik" ter zijde te zetten en zich in de plaats van anderen te stellen; in de noodlottige gewoonte, om het leven uitsluitend uit zijn oogpunt te bekijken; in de wreede zonde der zelfzucht En nu was de Nemesis nabij. De gedachte, die hij eerst van zich had gezet, moest hij nu onder de oogen zien. Hij moest naar boven gaan en het kind voorbereiden. Dat was de straf, die hij nu zou onder gaan. Wie anders zou het doen? Over het wezen, dat hij voor de geringste, smart zou hebben beschut, had hij zelf het naderende ve>rdriet gebracht en hij moest hem vertellen, dat het daér was. Hij moest de onschuld zien lijden- en al dien tijd weten, dat het zijn eigen schuld was. Onstuimig kwaim fcfij tegen it onveumj-, dclijke op, en zeide tot zich zelf, dat de ver gelding niet geëvenredigd was aan hel misdrijf, waarvan hij buiten zijn weten slechts de middellijke oorzaak was. Maar „de vreeselijke wet van oorzaak en gevolg is onverbiddelijk, en een misdaai brengt altijd haar eigen straf met zich en straft ook niet alleen dengeen, die haar be ging. Zelfzucht en kwaad hebben de nei ging ellende te brengen over allen, dte onder hun invloed komen en onze daden moeten noodwendig haar vreeselijke gevol gen met zich voeren, gevolgen, die zich bijna nooit tot ons zelf bepalen". Het is waar, zij springen niet altijd zoo duidelijk in het oog als dit bij Jolm Ramsay het geval was. „Want", dus gaat George Eliot voort, „veel leed wordt zwijgend ge dragen, en trillingen, die den mensch tot vertwijfeling brengen, schijnen dikwijls slechts een zwak gefluister, te midden van den stormwind des levens". Er zijn oogenblikken in het leven, waarop wij wenschen geen gevoel te hebben, waaro, wij ons gaarne zoo zouden harden, dat wij niet meer konden voelen; wanneer de heme len boven ons als koper zijn en de aarde rondom ons in duisternis is gehuld; wan neer ons gebed, „onstuimig in zijr innigheid als dat der Syro-Phoenicische vrouw, het zelfde gevolg schijnt te hebben: „Hij ant woordde haar geen woord". Zulk een oogenblik doorleefde John Ram say nu. „O God!" riep hij uit „Ik kan het niet doen! Ik kan niet, ik kan niet!" Hij snakte naar adem. Hij ging naar het venster, oponde het en leunde er uit Maar alma schoonheid van den Juni-, avond deed niets voor hem; het tooneel vóór hem maakte hem eer nog ellendiger. Alles, waar hij naar keek, sprak hem van den kindergeest, die in de afgeloopen drie weken het leven voor hem had verheerlijkt en alles, wat hem zoo treurig en moedeloos was voorgekomen, had veranderd. De tuin vó<Jr hem sprak overal van zijn tegenwoordigheid. Het nu zoo stille terras scheen nog het geluid van dansende voet' stappen en van zijn vroolijke lach te weer kaatsen. Dansende voetstappen en een vroonjka lach, die, zeide hij tot zich zelf, niet weer gehoord zouden worden! De avond was warm en drukkend; ei? woei geen windje. Geestelijk noch lichamelijk kon hij eeniga vei lichting vinden. Hij sloot hei venster. „Ek moet naar hem toe gaan", zeide hij eens of tweemaal tot zichzelf, maar hij be woog zich niet. De gedachte ontzenuwd© hem geheel en al. Maar ten laatste, met een strak gezicht dat van een genomen besluit sprak, ging hij de gang in, stak een kaars aan en ging langzaam naar boven. De groote eikenhouten trap deed de wei- felende voetstappen dof weerklinken. Zij zag er geheimzinnig en droevig uit bij het geflikker van de kaars. (Wordt vervolgd.)!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 8