Van hel VeSuwsche oorlogsfront
Duitsche oliebronnen bij Hannover
Een oceaan-reus in het dok
DONDERDAG 14 SEPTEMBER 1933
TWEEDE BLAD PAG. 5
De teger-oefeningen op de Veluwe zijn in vollen gang. Wij geven hierbij eenige foto's van manschajppen en moderne De „Carnavon Castle" van de Union Duitschland heeft een gebied nabij Hannover, waar men
oorlogs-uitrusting. Castte lijn wordt schoongemaakt. naar petroleum boort. Ziehier een luchtopname daarvan.
ridisch voelde hij de constructie van het
daartoe strekkend betoog wel niet als zeer
sterk, maar niettemin waagde hij de con
clusie: J'y suis, j'y reste en ik oefen het ge
zag uit
Als eisch van dezen donkeren tijd wees
hij op de noodzaak van het bewaren van
onze kalmte. Ook aan dezen disch kunnen
we gemoedelijk bijeenzitten en elkaar rus
tig goeden raad geven.
Tenslotte werd een dronk ingesteld op
H.M. de Koningin.
De president der Chr. Werkgeversvereni
ging, de heer F. L v. d. B om, was de twee
de spreker.
Hij huldigde allereerst de Haagsche af-
deeling voor de voortreffelijke ontvangst, in
welke hulde de tafelpresident deelde. In de
tweede plaats richtte hij een woord van ge-
lukwensch tctf den oud-voorzitter, den heer
H. Diemer, wien op 31 Augustus jl. een Ko
ninklijke onderscheiding ten deel was ge
vallen. Hij is een van die mannen, die niet
alleen letten op het materieele, maar ijverig
arbeiden tot verspreiding van onze beginse
len. Dat heeft hij ook getoond in den Rot-
terdamschen Kring.
De secretaris, Mr H. H. Steneker voelde
zich geroepen dank te brengen aan den heer
A. v. Haéringen, die het zoo fraaie program
ma geheel belangeloos had gedrukt Hem
zullen tevens de beste wenschen voor zijn
herstel worden overgebracht.
De heer H. Diemer sprak namens de
Rotterdamscihe vrienden den tafelpresident
tóe, die onlangs in Rotterdam ineens was
verdwenen, maar hier gelukkig is terugge
vonden in een functie, waarin hij volkomen
op zijn plaats is. Van zijn naar de Residen
tie overgepfent talent blijkt nog niets ver
loren te zijn gegaan. Gelukkige en vrucht
bare jaren werden hem toegevvenscht
Voor den ontvangen gelukwensch bracht
de heer Diemer vervolgens dank, om ten
slotte te wijzen op de beteekenis der christe
lijke beginselen, ook in dezen tijd van „Um-
wertung" van allerlei wat bestaat We moe
ten bij alles het schoone beginsel van
het solidarisme in 't oog houden. Dat moet
gelden. Dan zijn we werkzaam als een, „die
dient" ter voltooiing van <ie maatschappij
naar Christelijke beginselen en tot eer
van God.
De president van de Haagsche Kamer van
Koophandel, de heer A. G. Verbeek knoop
te aan bij de 's middags gehouden rede door
Dr. Beumer: dwang of vrijheid. Zijn zake
lijk advies was: houdt U, ook als nog nieu
we maatregelen komen, rustig en vraag U
af: zijn pe noodig? Critiek is gemakkelijk,
maar de verantwoordelijkheid der Regeering
is groot
Dr. Beumer wenschte nu in volle vrij
heid te spreken, na 's middags onder dwang
het woord te hebben gevoerd. Zijn critisch
oog bezag daarna op bedenkelijke wijze het
wankele gezag van den tafelpresident. Na er
zijn blijdschap over te hebben uitgesproken
nu eens niet als afgevaardigde der anti-rev.
Kamerfractie aanwezig te zijn, maar in
andere kwaliteit zich in dezen kring volko
men thuis te kunnen gevoelen, besloot Dr.
Beumer zijn rede met het uiten van de
beste wenschen voor den bloei der vereeni-
ging.
Nadat nog de heer H. Smitskamp „na
mens het eenvoudige volk van den Haag"
zich in diepzinnige beschouwingen over „af
geleid gezag" begeven had «m de heer
Wol dring het beslui"- de waag ter be-
ROFFELRIJMEN
Bloedgeld
Asjeblief! de buidel bloedgeld
Wordt op tafel leeg geschud,
En een poover percentage
Voor het „goeie doel" benut!
Bijna dertigduizend guldon
!s de opbrengst der entree
Van één speelhol en het restje
Neemt „de onderneming" mee.
Ja, het restje! Hoeveel duizend,
Hoeveel ton zou dat wel zijn
Het entreegeld is een fractie.
En die fractie is maar klein:
Bij de gulden voor ie toegang
Zijn er honderden verdaan;
Hoeveel idioten zijn er
Uitgeschud naar huis gegaan?
Hoeveel hebben er hun kleine
Kapitaaltje door gejaagd?
Hoeveel hebben er de centen
Van een ander aam. gewaagd
Laat ik maar bescheiden zwijgen;
'k Heb misschien teveel gezegd;
Straks wordt 't eerste proefprocesje
Pijnlijk plechtiglijk berecht
En intusschen is de zomer
En het speelseizoen voorbij,
En we hebben rijk genoten
Van de grofste gokkerij!
Als je op een feest een fruitmand
En een raskonijn verloot,
Heb je kans op een bekeuring,
En die kans is wonder groot;
Dat is recht; een recht, gegrondvest
Op een zeer solide wet;
Waarom wordt zoo tergend langzaam
Deze actie ingezet??
(Nadruk verboden.) LEO LENS
studeering had voorgelegd: hoe krijgen we
onze dames op onze bijeenkomsten, sprak
de tafelpraeses een dankbaar slotwoord.
Op de Wannsee bij Berlijn werden dezer dagen de laatste zeilwedstrijden van het seize
gehouden.
Chr. Werkgeversvereeniging
REFERAAT MR. DR. E. J. BEUMER
OVER: „DWANO OP VRIJHEID"
In de middagvergadering der Chr. Werk
geversvereeniging, die, gelijk gemeld, ge
houden werd in hotel Wittebrug te Scheve-
•ningen, refereerde Mr. Dr. E. J. Beumer
over „Dwang of Vrijheid", onder zijn gehoor
bevonden zich o.a. de minister van binnen-
ïandsche zaken, Mr. J. A. de Wilde; voorts
Mr. S. de Vries Czn., wethouder van 's Gra-
venhage, die het gemeentebestuur vertegen
woordigde; Prof. Dr. H. Visscher en de heer
Chr. van den Heuvel, beiden namens de
Anti-Rev. Tweede Kamerfractie; alsmede de
heeren H. Amelink uit Utrecht, H. Biemond
uit Bleisiwijk, J. W. Bossenbroek uit Amster
dam, en A. Bos uit Rotterdam, die respect,
waren afgevaardigd door het Chr. Nat. Vak
verbond, den Chr. Boeren- en Tuindersbond,
het Nederlandsch Werkliedenverbond Patri-
monliim en de Chr. Middenstandsvereen.
Bovendien waren aanwezig de heeren A G.
Verbeek en J. E. Claringbould, voorz. en
secretaris van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Den Haag en Omstreken.
Nadat de Voorzitter der vergadering, de
heer F. L. v. d. Bom, op de gewone wijze
had geopend, heette hij allen hartelijk wel
kom, inzonderheid de genoodigden en afge
vaardigden, waarop hij mededeelde, dat be
richt van verhindering was gezonden door
de vertegenwoordigers van de Anti Rev.
Eerste Kamerfractie, zoowel als door die
der Chr. Hist. Eerste en Tweede Kamer
fractie. Vervolgens hield hij een korte
rede waarvoor wij mogen verwijzen naar
ons blad van gisteren om hierna de aan
dacht te vragen voor den referent.
„Dwang of Vrijheid"
Dr Beumer begon met enkele van de
voornaamste oorzaken te memoreeren,
waaraan de economische crisis moet wor
den toegeschreven. Speciaal den nadruk
legde hij daarbij op de intensieve mechani
satie en rationalisatie in de verschillende
landen gedurende de oorlogsjaren; dit als
gevolg van het feit dat de meeste landen
grootendeels op zichzeilf waren aangewezen.
Daarnaast hebben de
verwarde toestanden in
China, Britsch-Indië en
Rusland deze landen
eigenlijk geheel buiten het
internationale ruilverkeer
geplaatst (tezamen onge
veer de halve bevolking
der aardel), terwijl het
vastleggen van het kapi
taal en de diverse contin-
genteeringsmaatregelen
er mede toe hebben bijge-
i ragen de wereldhuishou
ding in de war te sturen.
Als een bijzonder belang-
Afr. Dr. Beumer rjjfactor noemde spr. in
dit verband nog het Vre
desverdrag van Versailles, dat eenerzijds
veel ergernis met zich bracht, anderzijds de
lachlust opwekte, doch bovenal een ver
woesting heeft aangericht, welke die van
den wereldoorlog nog overtreft. Het bekrom
pen najagen van het eigenbelang der meeste
staten, doet den troosteloozen toestand be
stendigen; troosteloos vooral is hij ook, we
gens de miskenning van de zedelijke facto
ren, die noodig zijn om tot een beteren toe
stand te geraken.
Hoewel Nederland rechtstreeks, noch In
direct aan den oorlog eenig aandeel had,
heeft dit land eveneens op geduchte wijze
van de crisis te lijden. Welhaast alle stan
den klagen, en terecht; doch er dient opge
komen te worden tegen de bewering, dat de
Staat alles kan en mag doen om de crisis
ongedaan te maken omdat dergelijke dema
gogie de onrust slechts in de hand werkt
Aan verachtelijke aantijgingen hebben we,
zeker in dezen tijd, geen behoefte.
Krachtens ons beginsel zijn we verplicht
de Regeering in haar moeilijke taak zoo veel
mogelijk te steunen, gelijk dit geschiedde
in de periode van 1914—1918. Ook toen was
de Regeering genoodzaakt, zich met zaken
bezig te houden, die in normale omstandig
heden buiten haar arbeidsveld zouden heb
ben gelegen. En al is de situatie op het
oogenblik wel is waar niet gelijk aan die
in de oorlogsjaren, thans heeft de Regeering
door verschillende wetten opnieuw een
groote macht gekregen buiten de Volksver
tegenwoordiging om, nl. een zelfstandige
uitoefening van verstrekkende bevoegdheden
op vreemd terrein (het zich bemoeien met
land- en tuinbouw, veeteelt, visscherij, indu
strie enz.).
Hoewel èn uit principieele, èn uit practi-
sche overwegingen zulk een staatsinmenging
stellig niet te verkiezen is boven een vrije
huishouding, het waren de omstandig
heden, die tot dezen ongewenschten toe
stand deden komen. Zoodra dan ook die
omstandigheden zich in gunstigen zin wij
zigen, dient de Regeering terug te treden.
De groote vraag is evenwel, wanneer dit
tijdstip zal zijn aangebroken. Is er een spoe
dige afbraak van het „dwanggebouw" te
wachten?
Spr. zou niet gaarne willen profeteeren,
maar er toch de aandacht op willen vesti
gen, dat een en ander ten nauwste verband
houdt met den internationalen economischen
toestand. Wordt hierop nu gelet, dan moet
het antwoord wel luiden dat het vermoede
lijk nog heel lang zal duren, alvorens het
tijdperk van vrijheid in het economische le
ven hier te lande kan worden tegemoet ge-
Van de Londensche conferentie is het
eenig achtergebleven lichtnunt enkele dagen
geleden uitgedoofd, doordat Nederland het
Tariefbestand opzegde. Andere conferenties
brachten tot dusver ook nog bitter weinig
positiefs. Daaraan toegevoegd de gestage
ontwikkeling van fascisme en communisme,
die beide de Staatsmacht, ieder op hun
eigen manier, verheerlijken, ziet het er in de
naaste toekomst nog weinig bemoedigend
uit.
Er is nog slechts een hoop, dat het toch
wellicht nog wel meevalt met de voortschrij
dende Staatsinmenging, tw. het feit, dat de
bemoeiingen van den Staat in allerlei zaken
reeds velen geweldig uit de keel gaan han
gen (applaus). Niettemin dient men bij
iedere nieuwe Regeeringsmaatregel waak
zaam te zijn, en streng te overweger of ze
De Christelijke School voor Lager en Uitgebreid Lager Onderwijs te Terneuzen bestond
dezer dagen 75 jaar. We geven hierbij een foto van het hoofd der School met het
Bestuur. Zittend van links naar rechts de heeren: P. J. van Strien, C. D. van Wijck
J. J. de Jager, D. Scheele Az., Af. van der Gouwe. Staande de heeren- F. Dekker Az P
Simons, H. Heersema (Hoofd U.L.O.-School), D. E. Wolfert, P. Lankamp (Hoofd Lagere
School), D. H. Littooij Azn., J. L. Mulder, J Loof.
principieel juist is, zoodat geen winst
kan worden gemaakt door de voorstanders
van de Planwirtschaft
Gelukkig, zoo besloot spr., schijnt achter
alle donkere wolken toch nog altijd de zon,
omdat we weten dat het God is Die regeert
Na deze rede, die juist in haar finesses
weer zoo echt Beumersch was Beumersch
en brillant zijn synoniem! nam de voor
zitter eerst de gelegenheid waar, den in-
midels binnengetreden heer Kruithof, voor
zitter van het C.N.V., te begroeten, waarop
besloten werd H. M. de Koningin alsnog te
legrafisch geluk te wenschen met Haar 35-
jarig regeeringsjubileum. Voorts betuigde hij
namens de aanwezigen den referent zijn er
kentelijkheid voor diens voordracht
Toespraken.
Het volgende punt van de agenda betrof
toespraken van genoodigden en afgevaardig
den. Wethouder de Vries opende de rij.
Door hem werd nog eens onderschreven
de bijzondere beteekenis, welke aan het
christelijk beginsel moet worden toegekend,
ook inzake het op elkaar aangewezen zijn
van werkgever en werknemer. Het begin
sel is evenzeer uw groote kracht werkge
vers, zoo merkte spr. op. Het doet u inder-
daad leed, wanneer ge genoodzaakt wordt
de loonen van uw arbeiders opnieuw te ver
lagen en ge zult daartoe niet overgaan, wan
neer het niet dringend geëischt wordt. Spr.
had hen toe, te allen tijde de kracht uit dat
beginsel te putten.
j Nog voerden namens hun organisaties het
woord de heeren Chr. v. d. Heuvel, Bos,
Biemond, Bossenbroek, Verbeek en Kruithof.
Laatstgenoemde verheugde er zich over,
dat de tot voor kort bestaande belemmerin
gen, om van de elk jaar gezonden uit-
noodiging tot bijwoning dezer vergadering
gebruik te maken, waren verdwenen en
hoopte, dat ondanks een bestaand verschil
van inzichten op bepaalde punten de goede
verhouding tusschen C.N.V. en Werkgevers
vereeniging zou mogen blijven bestaan.
Bij de rondvraag drong de heer K. D ij k
uit Den Haag er bij den voorzitter op aan,
in een volgende vergadering het probleem
der werkloosheid van naderbij te beschou
wen. Dit werd toegezegd.
Nadat de heer K1 e i n m a n nog zijn ern
stige bezwaren tegen de bedrijfsbelasting
naar voren had gebracht, gelijk deze zich
in sommi plaatsen blijkbaar nog doet
voelen, sprak de voorzitter een slotwoord en
eindigde de heer Jurrien Veldkamp
uit Groningen de vergadering met dank
gebed.
Met een excursie door Den Haag en Om
streken werd de middag besloten.
Gemeenschappelijke maaltijd.
's Avonds vereenigden velen der congres
sisten zich aan een gemeenschappelijken
maaltijd in een der zalen van het Kurhaus.
Het presidium van den disch was opgedra
gen aan Mr. H-van Haeringen, man
van 't vak.
In -ijn openingswoord gaf hij een verkla
ring van de autoriteit, welke hem sierde. Ju