Wetenschap. De positie van het Derde Rijk BINNENLAND. Een nieuw type motor-renboot, bestemd voor de wedstrijden in Detroit (V. S.) Mercedes Gleüze, probeerde dezer In Goedoelloe (Hong.) houden de padvinders hun „Jamboree?*. Links: Lord Baden Powell. Rechts: dagen van Engeland naar Frankrijk installatie der Singaleezen te zwemmen maar moest haar toe vlucht tot de boot nemen. Nog een mooie overzichtsfoto van de beroemde Cowes Zeilweek (Eng.)j Een bijenzwerm hechtte zich vast aan het zonnescherm van een winkel %n de Haagsche Van Bassenstraat MAANDAG 7 AUGUSTUS 1933 TWEEDE BLAD PAG. 3 EOFFELRIJMEm Hallo, TL. 197! Vlaardingen één-negen-zeuven! Dank voor je berijmd bericht! Hoor je mei Hallo! Hier heb je Antivoord op je zeemansdichtl 'k Heb gezocht in 't telefoonboek Maar jouw nommer vond ik niet 'k Weet niet of je met de kuil vischt Of de reep bij vamen schiet; 'k Weet niet of je spiering, stokviscfit Walvisch vangt, of kabeljauw; Of je schrobbend met het schrobnet Werkt, voor weinig of voor lauw; 'k Weet niet of je seiner koksmaat Oudste, stuur is of matroos, Maar in élk geval: er is wat Bij dien zeepenridder loos! Prachtig! dat hij koffie, suiker Mee naar zee neemt, en.de krantJ Dat die krant z?n daaglijksch brood is Pleit voor zin gezond verstand; Dat hij op de groote vijver Ook mijn roffelrijmpjes leest, Dat hij andren mee laat snoepen Is me werkelijk een feest. Aardig vind ik het te weten Dat zoo'n simpel roffeldicht Soms in Singapore op tafel Onder zeemansneuzen ligt. Krijg ik noggeris vacantie, Graag ga ik een keertje mee Om het leven mee te maken Van de jongens van de zee. Hou een plekje voor me open En een vissie in de pan! Als we soms mekaar es praaien, Reken maar: ik ben je man! Vlaardingen één-negen-zeuven! Goede reis, en straks wel thuis Met een groote, dikke, vette Lading zilver in je buis! (Nadruk verboden.) LEO LENS DE TOLLEN TE LEIMUIDEN BELANGRIJKE TARIEFSVERLAGING De raad van de gemeente Leimuideit heeft besloten het tarief van de tol tus« schen Alphen a. d. R. en Haarlemmer* meer tot op de helft te verlagen, zulkd in verband met een adres van A. N* W. B. en K. N. A. C. en een schrijven vani den Minister van Binnenlandsche Zaken. BESTOND ER EEN „SUEZ-KANAAL* REEDS 3500 JAAR GELEDEN? De archeologische expeditie van professor Hippolyte Bouasas, die haar onderzoekings werk verricht in de streek van den Midden- Nijl, zou daarbij een zeer merkwaardige ont dekking hebben gedaan. Zij heeft n.l. de bed ding gevonden van een kanaal dat door da oude Egyptenarx gegraven was om den Nijl te verbinden met de Rpode Ze*s m a.w. een voorlooper van het Suez-kanaal. O' Egyp tenaren galeien konden van dit kanaal ge bruik maken om uit de Middellandsche Zea naar de Roode Zee te varen. Uit de opschrif ten en het beeldhouwwerk dat men op da wanden van het kanaal ontdekt heeft blijkt dat het kanaal gegraven werd op last van een machtige kor.ingin ongeveer 4000 jaar geleden. De nuchtere werkelijkheid niet half zoo erg als de sensationeele be weringen buiten Duitschland doen verwachten DE WERKLOOSHEID WORDT FERM BESTREDEN (Van onzen Duitschen correspondent) De nationale revolutie in Duitschland, welke op bevel van Hitier veertien dagen geleden door dr. Frick, den rijksminister van binnenlandsche zaken, werd afgeblazen, wil mij een aangelegenheid toeschijnen, welke de overige wereld, dus ook Nederland, niet onverschillig laat. Tijdens een vacantietoch- tje van tien dagen door Zeeland, Noord- en Zuid-Holland en Utrecht werd ik van allen kant met de vraag bestormd, Ihoe 't er nu i eigenlijk bij onze oostelijke buren uitziet en uit de bezorgdheid, waarmede deze vraag werd gesteld, viel af te leiden, dat de in drukken, welke men buiten Duitschland van den Hitler-staat opdoet, verre van gunstig zijn. Slechts voor een deel kan deze bezorgd heid worden toegeschreven aan de hetze, welke voornamelijk door de Duitsche tegen standers van den nationaal-socialistischen staat vanuit Parijs, Praag, Warschau en Amsterdam wordt ondernomen. Al wekte het mijn verbazing, dat in de hoofdstad van ons land op de drukkerij van „Het Volk" in de Duitsche taal onder den veelbelovenden Gitel „Freie Presse" een schendblaadje wordt uitgegeven, i welks weerzinwekkende inhoud de politieke verhouding tusschen Nederland en Duitsch land allerminst, kan bevorderen toch ge loof ik niet, dat men zioh ten onzent door zulke doorzichtige wraakmethoden in zijn oordeel laat beïnvloeden. Zelfs bekende schrijvers, die voor den nieuwen staat bit ter weinig over hebben ik noem Thomas Mann, Jakob Wassermann, Alfred Döblin maken bekend, dat geheel ten onrechte hun naam onder de medewerkers van dit „Week blad voor geestelijke en politieke vrijheid" wordt genoemd. Het is de Duitsche regeering zelve, speciaal (die van den Pruisischen staat, welke klaar- I blijkelijk te weinig rekening houdt met het oordeel van andere landen en volken. Men overziet, dat lang niet iedereen persoonlijk een inspectietocht kan of wil ondernemen, om vast te stellen, wat er nu eigenlijk waar of niet waar is van het vele, dat buiten Duitschland de ronde doet. De informatie der buitenlandsche pers laat in ieder opzicht alles te wenschen over en zelfs het onder dr. Goebbels' leiding staande propagandamini- sterie schijnt er principieel weinig waarde aan te hechten de vertegenwoordigers van buitenlandsche organen geregeld van de be langrijkste besluiten en feiten op de hoogte te houden. Uit persoonlijke ervaring is 't mij duidelijk geworden, dat uitsluitend particu liere relaties zoo nu en dan de mogelijkheid kunnen bieden, Dus slechts langs een door mij niet ge- wenschten omweg kon ik vaststellen, dat de nuchtere werkelijkheid niet half zoo erg is als de sensationeele beweringen en beschrij vingen buiten Duitschland doen verwachten. Er was heel wat taaie volharding toe noo- dig, voordat ik de door mij gezochte auto riteiten kon winnen voor een kalme gedach- tenwisseling over de positie van het Derde Rijk. Ondanks een telefonisch gemaakte af spraak moest ik tweemaal vergeefs anticham breeren en toen ik mijn begrijpelijke ont stemming over zooveel verspilden tijd wilde uiten, moest ik bovendien nog vaststellen, dat de geunifformde beambten geen kritiek duiden op het beleid van hun superieuren. Reeds wilde ik mijn plan laten varen, toen ik op den laten avond op het ministerie werd ontboden. Om mij duidelijk te maken, dat men te Berlijn volkomen op de hoogte is van alles wat er In andere landen i het Derde Rijk wordt beweerd en geschreven, maakte men een kast open en werden mij eenige rapporten ter inzage gegeven van wat er speciaal in de Nederlandsche pers over Duitschland is geschreven. „Wij zouden .geen oogenblik tijd meer vin den voor ons eigenlijk werk, wanneer wij al deze beschuldigingen en verdachtmakingen wilden weerleggen. Wij hechten weliswaar hooge waarde aan een vriendschappelijke verhouding met andere volken, maar uit harde ervaring is ons gebleken, dat wij de door ons gewenschte waardeering pas kun nen veroveren, wanneer uit het resultaat van ons werk is gebleken, dat wij het beste voor ons volk en daarmee ook voor anderen be oogen. Het heeft weinig zin vanavond over de positie van het Derde Rijk te disputeeren. Die is volgens onze overtuiging stabiel en op den duur zullen ook zij dat wel moeten er kennen, die er thans nog aan twijfelen. Toen Hitier een half jaar geleden de leiding voor zijn rekening nam, heeft hij vier jaar verlangd om zijn plannen uit te werken. De latere geschiedschrijver zal vermoedelijk de nationale revolutie van 1933 over twee mo menten verdeelen, welke niet precies vastge legd kunnen worden ,daar ze elkaar kruisen. Het keerpunt valt ongeveer samen met het ontslag van Hugenberg. Met zijn heengaan werden alle machtsposities bezet door de nationaal-socialisten, de vakvereenigingen UIT DE GEVANGE NISCEL NAAR DE ZONNIGE HEI. In Duitschland wor den politieke gevan genen aan het werk gezet bij de ontgin ning van het veen gebied tusschen Ol denburg en Neder land. Dat de arbeid hongerig maakt, toont de foto. waren ontbonden, de staalhelm had zich on der Seldte naar den wensoh van Hitier ge schikt, de partijen waren deels met geweld, deels op eigen initiatief verdwenen en het beruchte woord gelijkschakeling zult u nog zelden in de kranten lezen. Den 7en Juli ver klaarde Hitier, dat de nationale revolutie geen permanente toestand mag blijven en sedert dien is het tweede sta dium begonnen. Onze blik is geheel op de toekomst gevestigd. Hoe verder wij afkomen van den 30en Januari, des te zwaarder gaat de verantwoordelijkheid op onze schouders drukken. Verlang van ons nog geen balans, zelfs geen voorloopige, want onze meeningen zouden onnoodig uiteen loopen. Vruchtbaar der lijkt 't ons, vanavond met u te praten over een der vele plannen, waarmede wij het ontzettend moeilijk vraagstuk der werk loosheid tot een voorloopige oplossing willen brengen. Wanneer wij na verloop van een half jaar mogen vaststellen, dat ruim twee millioen menschen werk gevonden hebben, dan is dat een reden tot vreugde, ook al beseffen wij, dat dit nog maar een eerste stap is in juiste richting. Rijksminister Seldte staat voor groote moeilijkheden, want r zal hij productief werk vandaan halen de vijf millioen werkloozen, die nog geduldig moeten wachten? Wij hebben ons afgevraagd: wat moeten we, speciaal in Pruisen, met de duizenden politieke gevangenen beginnen, die door hun positief of lijdelijk verzet tegen het Derde Rijk achter slot en grendel zitten? Ons ant woord op deze netelige vraag luidt: corrigez 1'homme par la terre et la terre par l'homme. Waarom zullen wij hen, die vooralsnog voor den nieuwen staat weinig voelen, aan hun lot overlaten? Waarom zouden we niet be proeven hen voor onze gedachten te winnen en tevens hun gezondheid te bevorderen door geregelden arbeid? Op initiatief van de ministeries voor land bouw en binnenlandsche zaken zijn wij be sloten het veengebied ten noorden van Osna- brück te ontginnen. Ik bedoel het terrein tusschen Oldenburg en Nederland, waarvan men vroeger zeide: daar begint de woestijn. Wij zijn van plan, de politieke gevangenen uit het Rijnland, Westfalen, Silezië, Pomme- ren en Brandenburg daarheen te transpor teeren en werk te verschaffen. Zij zullen zich op de Luneburger Heide allicht, meer op hun gemak gevoelen dan-in de sombere gevangen, niscel. Rechts en links van de Ems strekt zich een enorm staatsgebied uit, dat voor kolonisatie eventueel in aanmerking zou komen. Door het graven van kanalen wordt het water afgevoerd, waar turf is, wordt die uitgegraven, de bodem wordt bemest en later kunnen zich hier boeren gaan vestigen. Wanneer men zich in het buitenland bezorgd maakt over de financieele eischen, welke zulk een ontginning met zich meebrengt, dan kan ik u in vertrouwen vertellen, dat een belangrijk kapitaal bij de communistische en socialistische organisaties in beslag werd genomen. Misschien is daar ook wel wat geld bij van den millionair Münzenberg. den Het bouwen van de barakken voor politieke gevangenen op de wijde Lune burger Heide. communist, die nog steeds op de vlucht is en vanuit het buitenland de propaganda tegen ons ondersteunt. Juist dezer dagen werd ons verzekerd, dat hij zich in Nederland bevindt. Ik veronderstel, dat men daar op zijn verblijf weinig prijs zal stellen. Natuurlijk is dit een plan voor vele jaren en wij kunnen thans nog niet voorzien, of de uitwerking aan onze verwachtingen zal beantwoorden. Wij willen slechts beproeven de positie van den staat ook hierdoor te sterken. Overal worden reeds barakken ge bouwd en als 't zoo doorgaat, hopen wij tegen September vijfduizend gevangenen hier aan 't werk gezet te hebben: De leiding en het toezicht werd door ons opgedragen aan regeeringsraad Schubotz uit Berlijn en het bureau is gevestigd te Papenberg bij Meppen. Van daaruit gaat men per boot langs het kanaal of per lastauto naar het moerassige land aan den arbeid. De bewa king is opgedragen aan een paar duizend S.S. en S.A.-mannen en als 't zoo doorgaat, kunnen wij op den duur minstens 14000 ge vangenen in Pruisen werk verschaffen. Wij hebben thans opnieuw beproefd u een blik te geven op ons streven naar betere interne verhoudingen. Eerst waren het de concentratiekampen in Oraniënburg, Dachau en Sonnenburg, waar wij u heen brachten. Toen volgden de arbeidskampen in de om geving van Potsdam en Spandau, wellicht zal het binnen afzienbaren tijd mogelijk zijn, eens naar Osnabrück te reizen en van daar uit de veenontginning met eigen oogen te volgen." DE ONDERSTEUNING VAN WERKLOOZEN EEN OVERZICHT DER KOSTEN In de Juni-aflevering van het Maand schrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn opgenomen de resultaten van een onderzoek naar de ondersteuning van werkloozen in Nederland, vermeldende voor elk der gemeenten boven de 20.000 inwoners, de 9 groepen van gemeenten en het Rijk, het aantal andei steunde gevallen en de on- lersteuningsbedragen, eenerzijds naar inko mensklassen (de ondersteuning inbegrepen) en anderzijds naar gezinsgrootte-groepen, in de week van 16 tot en met 21 Januari en de week van 24 tot en met 29 April j.l. Het on derzoek omvat alle, over de geheele week on dersteunde georganiseerde en ongeorgani seerde, niet in werkverschaffing werkende valide werkloozen, onverschillig of zij als werkloozen krachtens een steunregeling, dan wel door of vanwege de gemeente op andere wijze gesteund worden. In de ge noemde weken verleenden resp. 593 en 604 van de 1076 gemeenten werkloozenondersteu- ning tot een totaal bedrag van resp. 1.354.884 en 1.668.138. Deze bedragen heb ben betrekking op 108.617 en 139.753 onder- steuningsgevallen Bovendien werd aan 177.297 en 28.983 trek- gerechtigde, tegen werkloosheid verzekerde personen aan reglementaire uitkeeringen, vermeerderd met den daarop verleenden toe slag, verstrekt resp. 1.877.619 en 242.189. Het zooveel lagere bedrag der reglementaire uitkeering in de laatste week van April is toe te schrijven aan de omstandigheid, dat een zeer groot aantal tegen werkloosheid verzekerde personen in die week niet meer „trekgerechtigd" was, d.w.z. geen recht meer kon doen gelden op reglementaire uitkeering Het bedrag der ondersteuning in de zes grootste gemeenten en de negen gemeente- groepen was in pet van het totaal voor het geheele Rijk in genoemde weken als volgt: Amsterdam 22.6 en 20.2; Rotterdam 25.5 en 22.5; Den Haag 6.9 en 7,1; Utrecht 2,9 en 3,5; Haarlem 2 2 en 2.3; Groningen 0.7 en 0.9; Ge meenten met meer dan 100.000 inwoners 60,7 en 56,6; 50.001—100.000 inwoners 11,— en 12,8; 20.001—50.000 inwoners 9,7 en 10,8; 10.001— 20.000 inwoners 7.3 en 7.3; 5.001—10.000 inwo ners 5,7 en 6,2; 2001—5000 inwoners 4,5 en 4,3; 10012000 inwoners 0,9 en 0,7; 5011000 in woners 0.2 en 0.15; 500 en minder inwoners 0.03 en 0.02. De gemiddelde ondeioteuning per onder steund geval beliep voor het geheele Rijk 12.5 in de derde week van Januari en 11.9 in de laatste week van April, de gemiddelde uitkeering per verzekerde werklooze resp. 10.6 en 8.4. Het gemiddelde bedrag der ondersteuning per geval, dat over de afzonderlijke levende personen in de beide perioden ƒ7.4 beliep, stijgt naarmate het gezing grooter wordt tot 11.6 en 10.8 voor gezinnen van 2 personen, 12.7 en 12 voor gezinnen van 3 personen, 13.5 en 12.9 voor gezinnen van 4 personen, ƒ14 en ƒ13.6 voor gezinnen van 5—6 pers., ƒ14.6 en ƒ14 voor gezinnen van 79 pers., en 14.6 en 13.18 voor gezinnen van 10 en meer personen. Het grootste aantal ondersteunde gevallen valt in de inkomensklassen van ƒ1221 per week (de ondersteuning inbegrepen), n.l. resp. 59.5 en 58.7 pCt.; aan deze gevallen werd resp. 67.9 en 67.3 pCt van het totale steun bedrag uitgekeerd. Het gemiddelde steunbe drag per geval beliep in de week van 16 21 Jan. resp. ƒ12.4, ƒ14.8 en ƒ15.8 in de in komensklassen ƒ1215, ƒ1518 en ƒ1821 en resp. 12.4, 14.3 en 14.9 in de overeen komstige klassen van de tweede week van onderzoek. De lagere inkomensklaassen om vatten tezamen 29.7 en 31.3 pCL der gevallen met 19.7 en 21.5 pCt. van het totale steunbe drag. In de hoogere inkomensklassen met te zamen 10.8 en 9.9 pCt. der gevallen en 12.4 en 11 pCt van het steunbedrag, nemen de percentages der ondersteunde gevallen en der ondersteuningsbedragen snel af; het ge middelde steunbedrag per geval beweegt zich in die klassen tusschen ƒ15.1 en ƒ12.1 in de eerste en tusschen 14 en 10.3 in de tweede week van onderzoek. Het zijn in het bijzon der de grootere gezinnen met eigen verdien sten van meerdere gezinsleden, die in de hoogere inkomensklassen vallen. OFFICIEELE BERICHTEN ONDERSCHEIDING moemd tot ridder ln de orde i Ir F. Fnedhoff te Amsterdam

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 5