onderzoek
in
DUITSCHLAND
DONDERDAG 13 JULI 1933
TWEEDE BLAD PAG.
Overschie werd een
woonwagen door een auto
aangereden en omgewor
pen. Er vielen daarbij ge
lukkig geen slachtoffers!
gerezen vragen, heeft vervolgens, tegen het
ednd van den myldag, Ds Brémond geant
woord, waarbij hij ons nogmaals (bijna twee
en een half uur) vergastte op zijn meeslee-
pende welsprekendheid. O.a. vertelde hij
veeil over zijn arbeid ails student onder de
communisten en anarchisten van Parijs.
Voor de avondbeepreking was Dr J. van
IVelré de Bordes van Genève, aange
kondigd; daar deze echter door de conferen
tie te Londen verhinderd was, tijdig aan
wezig te zijn, naan Dr H. C. Rutgers de
taak van hein over, heit onderwerp
„Waakt en Bidt"
te belhandeflen. Deze waarschuwing van het
evangelie is steeds weer noodig. God alleen
is zeker en vast. Bij Hem ailleen is de zeker
heid te vinden. „Waakt en bidt, opdat gij
niet in verzoeking komt". Dit woord betee-
kent voor den Ohrdsten, dat hij steeds in
spanning leve, dart. hij noodt voor 100
enthousiast zij, steeds weitkzaam- met open
oog voor de gebrekkigheid van alle mcneche
lijke instellingen. Volledig enthousiast kan
Ie Christen slechts zijn voor het Koninkrijk
Gods. Groot is het gevaar, dat de ©panning
in het leren van den Christen verslapt, dat
men heet nodh koud is, maar lauw. De
Christenheid moet waken, zich bewust van
haar roeping, het geweten der wereld te
zijn. Waakt! Is heit waken noodzakelijk, het
moet gepaard gaan niet bididen, daar anders
het leven nóg inhoudloos is: men kan ook
wekend zijn zonder meer, Bidtl Maar bidt
niet dan, wanneer gij -digenlijk eigen zanden
achter uw gebed tracht te verbergen, bidt
met volkomen overgave van uw hart, tot uw
Vader- dlie u uit Zijn genade alles geven
zal, in het bewustzijn, dat Hij alleen het ons
geven kan. Waken en bidden, zij beboaren
onlosmakelijk bijieen.
MIN. DE WILDE NAAR FRIESLAND
De Minister van Bdnmenlendsche Zaken,
Mr J. A. die Wliilde, heeft gieter een bezoek
gebracht aan den grooten Frieeohen Land-
stormdag te Oranjewoud.
AANBESTEDING
Vanwege de Directie der Zuiderzeewerken
is gister aanbesteed de aanleg van klinker
wegen in secties C en D van de Wieninger-
meer, over ruim 9 M lengte Laagste inschrij
ver wa6 C. Klos te Amsterdam voor f 27.740.
DE NIEUWE BRUG OVER HET
MERWEDE-KANAAL
TRANSPORT UITGESTELD
Naar men meldt, is het transport van de
boog van de nieuwe brug over het Menvede
kanaal dat a.s. Zaterdag zou geschieden, een
week uitgesteld. Dit uitstel houdt verband
met het feit, dat er nog eenige werkzaamhe
den aan de landhoofden moeten worden
verricht
VEREEN. ..HET GRONDBEZIT"
Op Vrijdag 12 Juli a.s. vindt in het Jaar
beursrestaurant te Utrecht een openbare ver
gadering plaats van de vereeniging „Het
Grondbezit". Op deze vergadering zal hoofd
zakelijk worden gesproken over het urgente
vraagstuk van een billijke verdeeling der
waterschapslasten. Dr. Ir. E. J Bosch Ridder
van Rosenthal te Lochem zal een rede hou
den over „Het waterschap als traditioneel
autonoom lichaam en zijn moderne ver
plichtingen en taak". Voorts zal prof. ir. M.
F. Visser 1. i. te Wageningen een rede hou
den over het onderwerp: „Het waterschap in
het wegennet en de kosten die hieruit voort
vloeien".
Ten slote zal de adjunct-secretaris der ver
eeniging de heer C D. Grijns een referaat
houden over „Urgentie van lastenverlaging
in vele waterschappen en daarover gerezen
denkbeelden".
N.V. FABRIEKEN WADDINXVEEN
VH. A. KEMPKES Co.
TEL. 17 WADDINXVEEN
MEUBELEN
TOONKAMERS:
CRABETHSTRAAT 57 - GOUDA
TEGENOVER HET STATION
Domineeservaring
Envaseris een dominee
In een beschaafde stad
Die in 't geheim een matig zwak
Voor hengelen bezat;
Hij had een broeder-ouderling
Met 't zelfde zwak behept;
Daar werd, wat heel gelukkig ivas,
Heel zelden van gerept
Tot op een keer de predikant
Met onzen ouderling
Om zes iiur op een zomerdag
Goedsmoeds ter vischvangst ging.
Ik weet niet of er al dan niet
Gevangen is die dag,
In elk geval: een zuster deed
Vrijmoedig haar beklag
Bij wie er maar naar hooren wou:
Zij vond het ongepast
Dat dominee, zóó, in 't publiek,
Als visscher, werd verrast!
Een dominee, maar lieve mensch,
Dat spi'eekt toch als boek!,
Wat kan zoo'n man al anders doen
Dan naarstig huisbezoek
Het praatje ging, zooals dat gaat,
Gezapig door de stad
Totdat elk goed gemeentenaar
Z'n weetje ervan had
En weer is 't op een zomerdag
Zes uur, en heerlijk weer;
Kom, denkt de brave predikant,
Ik waag het es een keer
De morgen heeft én blonde kop
Goedgeefs met goud gekroond;
Zoo nadert hij de woning waar
Z'n zuster-praatster woont;
Daar belt hij; belt hij net zoo lang
Tot zuster open doet;
De slaaprigheid ligt duimdik op
Haar zusterlijke toet;
Ze 7vas verrast, dat snap je wél!
Ook dat spreekt als een boek:
Wie rekent er, m'n lieve mensch,
Zoo vroeg ophuisbezoek
(Nadruk verboden). LEO LENS
Zomerconferentie der N.C.S.V.
DE WETTEN
VAN HET KONINKRIJK GODS
Nrnn speet, 12 Juli
Nadat de tweede canferentiediag door Dr
S-lotemaker was geopend, kreeg Pasteur A.
Brémond, predikant te Dyvonne (Zuid-
Frankrijk) het woord, dlie tot ons sprak
Spr. begon met op te merken, dat in zijn
land- Frankrijk, de functie van den student,
wanneer zij van de technische zijde wordt
opgevat, van die ven den Hollamlschen stu
dent zeer voel verschilt Hij will zich du6 tot
de „fonotiiion spa rit u el 1 e die l'étudia-nt
dans le vie eooieile" beperken.
Allereerst valt iin dit verbanld., zoo ving
de Fran&cbe referent zijm eigenlijk onder
werp aan, iets te zeggen over het Ko
lt inkr ij k Go cls. Het is boodschap voor
de Kerk, due er naar moet uitzien en het ven
wachten, maar daarnaast, boodschap voor
de wetreild cloor de Kerk. Van dik laatste '6
zendingstaak het direct gevolg. Waar de
Kerk de wereld ziet ails verloren, moet zij
tevens trachten, het Koninkrijk Gods te
verwezenlijken.
Voor Jezus is het Koninkrijk Gods niet
buiten, maar boven tijd en ruimte. In
derdaad bestaat het gevaar, dat m«?n het
Koninkrijk Gods geheel in het. -,jenseitige"
projecteert, of het tot het einde der tijdeu
verban! Ook het humanisme ie zulk een
poging, aan Jezus' heerschappij te ontko
men Jezus daarentegen vergeestelijkt do
vo. rste"iiur van het konink. jk Go.Is, be
trekt het op het heden. Jezus maakt van het
Koninkrijk Gods een gemeenschap van zie
len met buiten tijd en ruimte, maar daar
boven. tijc' en ruimte inA uitend: een g-:-
meensoliap van verlosten.
Het Koninklijk Gods wordlt niet door
menschel-ijk e activiteit, maar -door Go-ils
tusschenkomst verwezenlijkt. God maakt al
onze menschel ij ke plannen teniet. Got moet
onze gewaande zelfstandigheid breken. Jezus
bidt, dat het oordeel komen moge, waardoor
Gods Naam zal worden verheer! jkt: dc
mensoheiliijke instellingen moeten instorten,
om plaats te maken voor God.
Het Koninkrijk Gods heeft zijn eigen wet
ten. Allereeist la loi d'o-p parte nance, de wet,
dat men ertoe behoort- er aan deei heei'L
Een Chris ten voelt de band van familie,
k'asse, vaderland en menechhaid niet als
primair, ja, hij is aan deze band ontrukt,
hij is uitsluitend gebonden aan Jezus, inge
lijfd in de gemeenschap der heiligen. Een
Christen is vrij van sociale of nationale
grenzen. Men kan niet spreken van een
llollandsch, een Fransch of een
b u rg e r 1 ij k Christen, ma-ar alleen van
Christen. Dat will inlet zeggeh, dat de
Kerk moet age-eren tegen vaderland of klas
sen: het Koninkrijk Gods zal alle grenzen
wel op zij zetten. Ten aanzien van het zoo
actu-eele vraagstuk der dienstweigering is
de normale houdlimig van den Ohristellij ken
pacifist gehoorzaamheid iln geloof. Als hij
dienst w-éliigèrt, is dlit ruiet vanwege dien oor
log, ma-ar uit trouw aan Jezus Christus (de
normale houdlimig van een ndet-Christelijk
pa oifist ds niet noodzakelijke dienstweige
ring. Zijn doeil is afschaffing van oorlog.
Als hij dienstw-edgierimg kiest- kiest hij deze
als mdldldle'l daartoe).
Een tweede wet vain het Koninkrijk God6
is die ran getuigenis, van Evangelisatie.
iü Zijn Koninkrijk te komen. In zulk een
verband is dienstweigering getuigenis.
- Het derde en laatste deel van de rede van
Pasteur Brémond behandelde die .Attitude
spdrituelle", de geestelijke houding van
Christen.
De vraag rijst: weilke ie de juiste houding
tegenover de activistisoh-sociaJie Christelijke
praktijk? Het actieve Christendom is recht
vaardig en goed, indlien het Gods wil in deze
wereld, hier en nu, verwerkelijkt, indliien
ihet ingaat tegen défaitisme ten aanzien dor
sociale vragen; maar het loopt bet gevaar,
de ordonnantie Gods in één bepaald geval
als algemeen geldende regel vast te leggen,
het gevaar, sociale resultaten te ven-afgo
den (daar het de Genade vergeet)- het ge-
meneohelijke activiteit als van God be
volen gedragslijn te zien, zooafls het h/uma^
nisime do-et
Nog een tweede vraag doet. zich voor,
van-neer men ov-eir de geestelijke houding
•a-n den Christen nadenkt, nl. deze: hoe
dient deze tegenover het idealisme te
staan? Het antwoord geeft Pa-ulus: „door
Jezus Christus 'venmag iik alle dingen". Het
leven vóór God, en het leven dóór God,
dat zijn de beide mogelijke geestelijke hou
dingen (va>n die van het indifferentisme af
gezien). De houding van het leven vóór G >d
is de idealistische, die van den
mensch uitgaat en zich tot God verheft; de
houding van het leven dóór God is r ea 1 i6
tisch, niet trotsdh, maar deemoedig. De
-laatste houding is het behoud door 1e ge
nade. Tussohen de idealistische houding en
de realistische staat het Kruis. Veile Christe
nen leven vóór God- niet doop Hean. De Kerk,
die dit doet, is Christus' lichaam n-i-et. Zu-lk
een Kerk heeft ook hiet zendingsgelouf niet.
Wanneer wij vóór God leven, ie menscheilij-
ke zon-die hoog als de Himalaya: leven wij
dóór Hem, dam kunnen wij in Zijn kracht
L'.-rger, verzet ter..
Christus heeft gezegd:
„Gij zljt het zout der aarde".
Ja, maar da n in een leven dóór Hean, gedra
gen door Zijn kracht. Wij leven in een ver
loren wereld, maar God, die wil, dat wij
dóór Hem leven, geeft aan iedier van ons im
die wereld een taak.
Het Christelijk réalisme heeft de profeti
sche houding tot noodzakelijke consequen
tie. De weréld houdt do oogen op de Kerk
gericht. Den Oh riste n-Stu-de nte i) pest deze
profetische houding door Gods Kracht, in
antwoord op den kreet van wanhoop en
vertwijfeling, dlie uit de wereld tot hen
opklinkt.
Deze heldere, met typisch Fransch élan
voorgedragen lezing werd door een geani
meerd débat in elk ven de discussiegroepen,
die in den loop van eiken morgen bijeen
komen, gevolgd.
Op de in deze onderling© besprekingen
Hst apparaat van den heer Beckers, waarmede men het zand wil wegzuigen, dat de Lutine bij Terschelling bedekt
xiv
De medewerkers.
((H.D.) Wanneer men een antwoord verlangt op de vraag, hoe
het komt, dat Hitier erin geslaagd is een beduidend aantal
mannen om zich te verzamelen, de een met meer, de ander met
minder kwaliteiten, maar met hun. allen in staat een volksom-
wenteling door te voeren, is het voldoende te wijzen op een
uitspraak in één der geschriften van Rudolf Hess, eerst secre
taris van Hitier, thans zijn plaatsvervanger in de leiding der
partij. Wij bedoelen het volgende gezegde: „De basis van alle
volkerengrootheid is het nationale bewustzijn, de wil van een
yolk tot een eigen taak in de wereld. Napoleon maakte gebruik
van het geweldige nationalisme der Fransche Revolutie. De
Duitsche dictator moet dit bewustzijn weer wekken, aanblazen."
Dat Hess, die bekroond is op het geschrift, waarin dit voor
komt, voor een zeer groot gedeelte hierin gelijk heeft, is dui
delijk. 1-Ioe zou Engeland zijn positie handhaven, wanneer het
nationale bewustzijn daar niet sterk ontwikkeld was? En is
het marxisme daarom niet in elk land, hetwelk een rol heeft te
spelen in het volkerenproces tot ondergang gedoemd van
Finland en Denemarken spreken wij niet wijl het alles ver
wacht van het internationalisme? Wat heeft het Troelstra in
1914 geen moeite gekost zijn partij hier vast te leggen op het
nationale? Sommigen zijner vrienden waren sterk voor Duitsch-
land, anderen stonden Frankrijk voor en wilden zich bijna
daadwerkelijk aan dien kant in den strijd werpen.
Dit nationale bewustzijn heeft Hitier zijn helpers toegevoerd.
Met hen samen is de groote beweging uit den grond gestampt,
waarvoor de geestdrift zoo groot was, dat het volk in zijn
onderste maatschappelijke lagen bereid was hooge contributies
op te brengen, aanmerkelijk uitgaand boven de waarlijk lang
niet altijd lage aanslagen der vakbeweging.
Wanneer men deze basis erkent, en het daaruit verklaarbaar
kan maken, dat mannen van naam, van stand, en van onder
scheiden kennis zich wilden aaneenscharen onder Hitier, waar
van men de superioriteit erkende, dan zou men daarna een ver
gelijking kunnen maken met de Fransche encyclopedisten uit
het eind der achttiende eeuw. Deze encyclopedisten immers
beïnvloedden de volksmeening in Frankrijk met hun denkbeel
den inzake religie, ethiek en staatsleer en bereidden zoo de
groote Revolutie voor. Het waren meest mannen v&n de
.theorie, slechts een enkele kwam zelf tot de daad. De groep
yan Hitier, theoretisch gevormd in h 'e t Bruine
Huis te München, paarde uitvoering aan theo
retische opstelling.
In stoute trekken had men de toekomststaat geteekend en
zoo Is het nu van achteren volkomen begrijpelijk, dat Hitler
van geen schipperen wilde weten en elk aanbod om bijvoor
beeld vice-kanselier te worden afsloeg. Of, wanneer niet Schlei
cher het veld had geruimd, op een bepaald oogenblik het
gevaar had bestaan voor een gewapende aanval op het regee-
ringsinstituut, zal wel een onbeantwoorde vraag blijven.
De stukken op het schaakbord waren goed verdeeld. De
school te MQ-nchen had ijverig gestudeerd, en het valt niet te
ontkennen, voor talrijke afdeelingen van de ingewikkelde
staatsmachine waren bekwame mannen aangewezen, die zich
hun taak goed ingedacht hadden. Organisatorisch is er mis
schien nog nooit een omwenteling tot stand gebracht, welke zoo
tot in de puntjes was geregeld. De gewone oorlogsmethode van
de Duitschers, herinnerend aan 1870 en voor een deel in toe
passing gebracht in 1914, werd ook nu gevolgd. Geen enkel
oogenblik werd den staatkundigen rij and gelegenheid gegeven
op adem te komen. Zóó is alleen te verstaan, dat in vijf maan
den het geheele leven is omgezet geworden en van de vroegere
machthebbers op het gebied van staat, bedrijfsleven, vakbewe
ging, politiek, volksvoorlichting, cultuurverzorging niets is over
gebleven.
Natuurlijk ls hierbij vaak met ruwe hand ingegrepen. Men
heeft niet erg vriendelijk gezegd: „het is het beste, dat u over
een maand wat anders ziet te krijgen", neen, op staanden voet
was het eruit Het echt Duitsche woord „raus!" is in veler
lei toonaard uitgesproken en wien het gold, baatte geen tegen-
spreken, ook geen tegenpruttelen. Het levensrad was
gewenteld. Een plaatselijke omwenteling zou te keeren zijn,
deze 1 a n d e 1 ij k e omzetting kon slechts aanvaard worden.
De toekomst van het regime Hitler staat of valt' nu met de
vraag, of er voldoende beschikking is over bekwame medewer
kers in alle lagen. Dat het gevaar voor Hitier hierin zou schui
len, dat in vier, vijf maanden de maatschappelijke verbetering
niet aan de verwachting van haastigen heeft voldaan, gelooven
wij niet. De doorsneeburger weet waarlijk wel, dat reorganisa
tie zelfs van de kleinste openbare dienst weken of maanden
Minister Goebbels, de redevaar van groote virtuositeit.
kan duren. Wat dit betreft, komt het opalgemeene ken-
teekenen aan. En de kenteekenen voor het bedrijfsleven
in Duitschland wijzen ontegenzeggelijk op eenige verbetering.
Er is méér rust gekomen; staking en uitsluiting zijn verboden,
en de werkverschaffing zet door.
Van het allergrootste belang schijnt het voor ons te zijn, of de
nieuwe leiders spoedig den naam zullen hebben van bekwaam
te zijn. Gelukt dat niet, maar ziet het volk op den duur in hen
een groep dilettanten, liefhebbers, dan is het vertrouwen weg.
En Hitier is politiek genoeg, om in te zien, dat hij dan niet
zal slagen. Vandaar de herhaalde vermaning, om thans niet
revolutie op revolutie te doen volgen.
Te ontkennen valt niet, dat tot de onmiddellijke omgeving
van Hitier een getal bekwame mannen behoort
Uit alle kringen zijn ze getrokken. Tot de merkwaardigste
voorbeelden hiervan behooren de groot-industrieelen Fritz
Thyssen en Krupp von Bohlen.
Maar de hechtste steun voor het nieuwe stelsel zit naar onze
opvatting in het vast aaneengesmeed zijn der voormannen.
Alles staat of valt met elkaar. In de uitoefening der nieuwe
taak vecht men ook voor eigen lijfsbehoud. In een zoogenaamd
democratischen staat hangt alles van de regelmatig plaats heb
bende verkiezingen, en van de combinatie der partijen. Wat
vandaag boven drijft, kan morgen onder liggen en omgekeerd.
De kansen kunnen dus keeren. In wezen erkennen de partijen
eikaars bestaansrecht en is er in 't algemeen geen uitsluiting
bij openbare betrekkingen van de leden der verschillende scha
keeringen. Althans wanneer het geen staatsgevaarlijke stroo
mingen betreft. De vakdeskundigen kunnen onder elke regee-
ring hun plaatsen behouden.
De regeeringsopvatting van Hitler en de zijnen laat dit niet
toe. Ook hier is het: alles of niets. Maar men gevoelt, dat juist
hierdoor de geheele leidersgroep vast aan elkaar gesmeed zit
Van een andere regeering is voor deze mannen
nooit meer iets te verwachten. Terecht wordt dan
ook gezegd, dat een verdrijving van Hitier beteekenen zou een
burgeroorlog, erger dan de laatste dagen der Fransche Revo
lutie te zien gaven. Wij gelooven, dat zij, die oordeelen, dat er
spoedig andere regeerders te Berlijn zullen zetelen, en dit mis
schien ook wel gaarne zouden zien, dit uit het oog verliezen.
Men kan zich er vrij stellig op voorbereiden, dat
van verandering in den eersten tijd niets komt
Bij het feit. dat' de hoofdleiders dus van het wezen der zaak
van elkaar afhankelijk zijn, moet er toch op gelet worden, dat
een groote vereering voor den persoon von Hi tl er aanwezig is.
Het stelsel werkt zeker persoonsvereering in de hand. De vrije
persoonlijkheid kan zich niet ontwikkelen, wordt aangevoerd.
Dit is voor een deel zoo, doch met de volmaakte onafhankelijk
heid staat het nergens gunstig. In geen enkele partij brengen
de zeer zelfstandigen het ver, al zijn ze nog zoo knap. Bij de
nationaal-socialisten weet men bij de toetreding, dat strikte
onderwerping nan den Leider noodzakelijk is, en daarnaast
heeft men als particulier weer groote vrijheden. Zoo noemt men
de positie best te verdragen.
Het valt niet te ontkennen, dat het Byzantisme, het onmatig
in de hoogte steken van den Leider zich weerzinwekkend kan
ontwikkelen. Zoo ontstaat een soort Hitler-cultuur. Hiertegen
over merkte men ons in Duitschland op, dat dit slechts bij
kleine geesten voorkomt, en dat Hitler dit zeker niet in de
hand werkt
Dit laatste nemen wij on
voorwaardelijk aan, maar
kan zelfs de meest hoog
staande persoon niet ten
offer vallen aan voortge
zette verheerlijking? In
allen gevalle komen er
dingen voor, welke tegen
de borst stuiten. Zoo
woonden wij een vergade
ring van zoogenaamde
„Deutsche Christenen" bij.
De predikanten-sprekers
uitten zich ten opzichte
van de geloofswaarheden
zeer positief. Het laatste
woord der redevoeringen
was telkens „Heil Hitlerl"
De menschheid zelf
bederft zoo vaak zijn voor
mannen. Dat is niet alleen
in Duitschland het geval;
dat komt overal voor.
Natuurlijk bestaat niet
de behoefte al de nu voor
den dag gekomen voor
aanstaande medewerkers
van den Leider hier de re\
Minister Goerinq,
vooral als oud-vlieger uit den
oorlog zeer populair.
te doen passeeren. De kranten
hebben van de meesten persoonsbeschrijvingen gegeven. Er zul
len er straks van den staatswagen afvallen en er zullen nieuwen
een plaats verkrijgen.
Als de meest op den voorgrond tredenden, en wien wij ook
nog een belangrijke taak zien toebedeeld, moet genoemd wor
den: de redenaar en de organisator Goebbels; de zijn wereld
kennende, robuste en onverschrokken Goering; de man voor d©
interne staatsaangelegenheden, Frick; de theoreticus en de
schrijver Rosenberg.
Over het min of minder sympathieke der personen komt het
nu niet aan. Ook stellen wij nu niet het aanvechtbare hunner
geschriften aan de orde, waarbij alsdan Rosenberg ons in vele
opzichten tegenover hem zou vinden.
Zij z ij n er en nemen in het groote Duitschland de hoogste
plaatsen in en zij zullen hun denkbeelden in toepassing bren
gen. Daér komt het voor ons op aan. Voor die toepassing zullen
zij niet terug schrikken. Goebbels heeft het getoond bij de om
zetting der pers en van het cultureele leven. Goering bij den
strijd tegen de marxisten. Frick bij het teruggeven van een
nationaal karakter aan de school en bij de regeling van het
ambtenaarswezen. Rosenberg bij het treffen van anti-semitisehe
maatregelen. En ook hier weer, als wij al zoo vaak zagen: een
mengeling van aantrekkelijke zaken en van in onze oogen af
keurenswaardige bedoelingen.
En wil men dan nog een verdeeling in verband met de bui
tenzijde der dingen? Goebbels en Goering de mannpn der popu
lariteit; ae publiektrekkers voor de vergaderingen, de lievelin
gen van het volk. Frick en Rosenberg, de werkers in studeer
vertrek en bureau, de makers van het bestek, de minder voor
toejuiching van het volk in aanmerking komenden, maar even
onmisbaar voor de vervulling van de taak, welke men op zicb
nam.