A. N.W. B. Vijftig jaar Toeristenbond voor Nederland De heer Edo J. Bergsma, die bijna 49 jaar staat aan het hoofd der Vereeniging. Zooals reeds bekend, zal het op 1 Juli van JÖit jaar vijftig jaar geleden zijn, dat de !A.N.W.B.-Toeristenbond voor Nederland op gericht werd. Vijftig jaar! Een menschenleeftijd, waarin zoo dui delijk is aangetoond, dat arbeid jong en frisch houdt, krachtig en doelbewust. Want Ondanks de vijftig jaren, welke de ANWB tor-.!, is hij in zijn arbeid, in al zijn uitin gen naar buiten, een organisatie gebleven, [waarin het jeugdig vuur en de overtuigde geestdrift voor haar idealen onverminderd zijn gebleven. Wanneer wij terugzien op haar eervol ver leder., dan blijkt weer eens duidelijk, van y elk belang de vorming van het jonge, [wordende geslacht is. Dit jonge geslacht, eenmaal tot rijpheid gekomen, zal de moeilijke, verantwoorde lijke en eervolle taak in gezin en maat schappij van de ouderen en heengeganen moeien overnemen en voortzetten. Zal het hiertoe in staat zijn, dan is vroeg tijdig ontwakende belangstelling voor een ttf ander ideaal onontbeerlijk, want de strijd om dit te bereiken, schoolt den geest, lcweekl zelfrespect en vertrouwen, gevoel Bran saamhoorigheid en eensgezindheid. De pioniers. Do jongens, die den ANWB oprichtten, hidden een ideaal, hetwelk voor hen het kompas was, dat den te volgen weg wees. Zij ondervonden en aanvaardden ook de waarheid, dat de weg tot slagen door moei lijkheden gaat en men door onverpoosden, fiervolten strijd groot wordt. Deze jonge menschen, van wie velen niet ouder waren dan 16 h 17 jaar, slechts enke len boven de 20, waren doordrongen van de groote beteekenis van het zich eendrach tig geven aan een taak, welke, zoowel in dividueel als voor hen gezamenlijk, van practischen, maatsohappelijken en ideëelen amd was. Zij waren de pioniers, die rusteloos voort- arbeidden en na het bereiken van het eerste ideaal zich een volgend kozen, dat zij met toenemend élan nastreefden. Met hun werk, dat steeds grooter en om vangrijker werd, in beteekenis won en meer en meer aandacht trok en waardeering ge noot, groeiden zij op tot bruikbare staats burgers, door hun ervaringen beseffend, dat in eenheid en eensgezindheid de geheime kracht ligt besloten, welke bindt en niet scheidt Zoo groeide het werk van den ANWB, 'dank zij het onverpoosde werk der pioniera, waarvan velen thans vergrijsd zijn en ande ren door jongeren werden opgevolgd. Die ouden, van wie de voorzitter, de heer Edo J. Bergsma; bijna 49 jaar aan het hoofd der vereeniging staat, de heer G. A. Pos 40 jaar deel heeft uitgemaakt van het Da gelij ksch Bestuur, het pas afgetreden lid van dit college, thans eerelid, de heer J. C B edelé, 36 jaar om ons tot drit drietal te bepalen hebben nimmer den arbeid als een last, doch immer als een lust be schouwd. Zij hebben met zooveel anderen van den beginne af hun levensperiode in 'den Bond beschouwd als een praeludium tot grootere uitbreiding en volmaking door anderen van hetgeen door hen tot stand ge bracht was. Zonder de gezonde eigenschappen van 'deze gave jonge menschen zou de ANWB nooit geworden zijn de krachtige, stuwende vereeniging, welke een zegen is geworden voor ons land en ons volk, want men mag zeggen, dat de Bonds belangen in den waren zin Volksbelangen zijn geworden. Een terugblik De voorgeschiedenis dor oprichting van faen Bond gaan we voorbij. De oprichting zelf op 1 Juli 1883 had ten Öoel het vélocipède-rijden in Nederland, dat zich, door gemis aan centrale organisatie, niet in gelijke mate had ontwikkeld als in andere landen van Europa, op alle moge lijke wijzen te bevorderen en te gerieven door: a. ten minste eenmaal per jaar een trijd in het rijden op vélocipèdes, uit- ;nd voor amateur-rijders, te houden; b. het toeren in Nederland te ondersteunen en uit te breiden door benoeming van ver tegenwoordigers van den Bond in groote steden, het drukken van kaarten voor het gebruik door vélocipèdisten, enz.; c. het ver keer tusschen verschillende clubs onderling ergemakkelijken; d. de rechten van vélocipèdisten te handhaven; e. vélocipède- cluibs in steden, waar ze niet bestonden, op richten. Voorzitter der Vereeniging („Het Neder landsch Vélocipèdisten Verbond") werd de heer C. H. Bingman, captain der Haagsöhc élocipèdeclub „De Ooie\aar". Het ledental bedroeg op 20 Januari 1884, toen te Rotter dam de eerste bestuursvergadering werd gehouden, 93 werkende leden en 103 niet- erkende leden. In deze vergadering werd besloten den heer E. J. Bergsma, te Leeuwarden, als hoofdafgevaardigde voor district VI (Groningen en Friesland) voor to stellen. Nadat voorts het ontworpen reglement grondig was nagezien, werd het den secre taris ter hand gesteld, om het door een taal kundige te doen redigeeren. Besloten werd nog, zoo spoedig mogelijk een handboek uit te geven. Afgevaardigden werden dringend uitgenoodigd in alle steden van hun district een consul te benoemen, „alsook in alle steden en grootere dorpen hotels, koffie huizen en reparateurs te noteeren". Ook werd hun verzocht de meest nauwkeurige inlichtingen over de wegen in hun district op te geven. In deze korte vermelding herkent men reeds enkele zaken, welke thans nog steeds de volle belangstelling van het bestuur hebben. Op 21 Sept. 1884 werd de heer Edo J. ergsma als voorzitter gekozen. Wanneer één tak van sport populair kan genoemd worden, is dit zeker het geval met de wielersport. In ons land is die popula riteit voor het grootste deel te danken aan den ANWB. De nadeelen, aan het wiel- rijden verbonden, heeft, hij zooveel moge lijk geweerd of genezen, de vooroordeelen heeft hij bestreden, onwilligen heeft hij be keerd. Met welk een breeden, vèr-vooruitzienden blik de geestdriftige, maar toch steeds be dachtzame, tactische voorzitter, de heer Edo J. Bergsma, de zaken bekeek en den Bond bestuurde, moge blijken uit hetgeen hij in Januari 1890 in 't Bondsorgaan om. schreef Be A.N.W.B.wegwijzer, de bekende vraag baak, in het Nederlandsche landschap. Een der vele rijwielpaden der Vereeniging, welke den rijvneltoerist vertrouwt maken met de mooie plekjes in eigen land. Op den voorgrond de bekende paddenstoel over de taak van den Bond in de naaste toekomst: a. een reiswijzer onderhouden en verbete ren en het werk aanvullen door het op nemen van de wegen in een tanftelijk uit gestrekt gebied over de Nederlandsche grenzen, opdat ook de Nederlandsche grens bewoner naar alle zijden toeren en reizen kan met den Bondsreiswijzer als alwetende vraagbaak in den zak; b. het plaatsen van waarschuwingsborden op gevaarlijke plaatsen; c. betere regeling van de verhouding tus schen den Bond en de Bondshotels; d. het aanbrengen van hotelschilden; e. bevordering van het plaatsen van weg wijzers; f. bestrijding van gemeentelijke politie verordeningen, die het wielrijden reglemen teeren, doch bevordering van een voor het geheele land geldende wetgeving op dit punt in den geest van de desbetreffende Engelsche wet; bevordering van de kennis der wijze, waarop wegen kunnen worden aangelegd, die beter zijn dan vele bestaande en tevens ïen duur goedkooper voor de onder houdsplichtigen; h. bevordering van het bestemmen van >paalde paden en wegen voor wielrijdei op de wijze van ruiterpaden (te Utrecht reeds sedert jaren ingevoerd); i. het bevorderen van een goede ver houding tusschen de wielrijders ter eene zijde en het publiek, de tolbeambten, be stuurslichamen enz. ter andere zijde. Nadat het wedstrijdwezen, waarin mis bruiken waren geslopen, welke de ontwik keling der vereeniging als Toeristenbond belemmerden, in 189S was ^gevoerd van de lijst der Bodswerkzaamheden, kon de A. :N. W. B. zich uitsluitend wijden aan de bevordering van het toerisme. In snel tempo werden de Bondbemoeiïn- gen uitgebreid. Het is niet doenlijk hier van een volledig denkbeeld te geven in een kort bestek Doch enkele grepen uit de zoo rijke Bondsgeschiedenis mogen niet achten wege blijven, om de lijn aan te geven, waarlangs de A.N.W.B. zich in de eerste jaien ontwikkelde. 18S9. Instelling der Wegen-commissie, welke in 1898 een afzonderlijke tak van dienst van den A. N. W. B. werd. 1S92. Proeven met een stoomwals op een nieuw aangelegen grintweg te Maastricht. 18S. De Bond verleende een crediet van f 1500.— om van Bondswege een proef van verbetering te geven van de route Hille- gersbergBergsch enhoe k. 1900. Een Bondssubsidie beschikbaar ge steld als bijdrage in de kosten van verhar ding van een zandweg tusschen Hoogezand en Slochteren (Knijoslaan), mits op dien weg nimmer tol van wielrijders zou wor den geheven. Aan de gemeente Schoterland kende de Bond eep bijdrage toe in de kosten voor de vervanging van vlonders door bruggen in een wegje in de Boven-Knijpe. 1904. Eerste proeven met het stofvrij maken van wegen, welke proeven steeds werden uitgebreid, langer dan tien jaar aaneen. Wanneer wij in het archief de mededee- ling vinden, dat in 1906 in de Tweede Kamer bij den Minister er op aangedron gen werd, om te doen onderzoeken, hoe de wegen ingericht kunnen worden voor het gebruik van automobielen, door deze wegen aanmerkelijk te verbroeden, dan zou men, 27 jaar later, oppervlakking beschouwd, aan een grapje denken! Tegen wegenvernielingen en wegenver ontreiniging trok de Bond herhaaldelijk te velde. De demonstratie van w^genverbetering en wegenonderhoud en van trekproeven op verschillende soorten van wegen bij ge legenheid van de groote landbouwtentoon stelling te Deventer, was niet alleen een buitengewone propaganda voor den Bond, maar ook een uitnemend middel om op nieuw belanghebbenden een denkbeeld te geven van het verband, dat bestaat tusschen wegen en verkeersmiddelen. De verbreeding van den rijksweg Den HaagDen Deyl, waarvan het toenemende verkeer de noodzakelijkheid duidelijk aan toonde. vormde sedert 1908 een der punten het rijkbeladen programma der Wegen- Commissie. In 1912 werd door het Bondsbestuur een Hoefbeslag-Commissie ingesteld om tot een paarden en wegen beter hoefbeslag "te komen. De urgentie der wegverbetering deed het Bondsbestuur ertoe besluiten in 1914 een aanvraag te richten tot den Rijkswaterstaat om f 25.000 beschikbaar te stellen voor het aanleggen van modelwegen in een zes tal provinciën, ter lengte van 1 K.M. elk. Jammer genoeg werd deze aanvraag afge wezen, zoodat elke aanschouwelijkheid, elk tastbaar voorbeeld voor de richting, men op het gebied van wegenverbetering moest inslaan, bleef ontbreken. Echter vermocht deze teleurstelling met den ijver der Wegen-Commissie te doen luwen; in hetzelfde jaar werd in Wassenaar door den Bond en de gemeente een teer- steenslagweg aangelegd. Ondanks den oorlog bleef de commissie nuttig werk verrichten. In 1916 verscheen haar rapport omtrent het maken van ver harde wegen ten bate van de landen, ge legen ten oosten van het B. L. Tijdens kanaal in de provincie Groningen. Zij bleef voortgaan met het uitgeven van brochures, welke de vruchten waren van een degelijke studie en veeljarige practische ervaring. Niet alleen door particulieren, doch ook door officieele lichamen, zooals gemeente-, waterschaps-, en verschillende wegbesturen wordt advies bij haar ingewonnen, terwijl in van overheidswege ingestelde commis sies haar adviezen op prijs worden gesteld. De Bond gaf ten behoeve der wegen verbetering uit 'n bedrag van rond f 400.000 Aan den aanleg van rijwielpaden heeft de Bond sedert 1892 zijn bijzondere aan dacht gewijd en schatten gelds besteed. De oprichting van rijwiel padvereenigin- gen, op initiatief van den A.N.WJ3. .heeft tengevolge gehad, dat in verschillende ge deelten van ons land netten van vrijliggen- de rijwielpaden zijn aangelegd met subsidie van den Bond, welke paden zicih slingeren door bosschen en duinstreken en over heide Op deze paden vindt de wielertoerist zich zelf terug; vèr van het stadsgewoel en het enerveerende moderne verkeer op de groote wegen; hij vindt daar de rust en voelt zich één met de natuur. Sedert 1910 aanvankelijk op beschei den voet, doch later meer en meer geor ganiseerd en intensief heeft de A.N.W.B. aanoacht geschenken aan de belangen der ruiters, voor wie tengevolge van het toe nemende snelverkeer op de groote wegen, afzonderlijke paden steeds meer urgent weiden. Do A.N.W.B. is do eenige toeristen- en verkeersbond, die de ontwikkelings-geschie- denis van de auto heeft beleefd. En al mogen er sedert andere vereenigin- gen mei meer beperkte taak voor automo bilisten en motorrijders zijn opgericht, het meerendeel der Nederlandsche toeristen en weggebruikers, die van auto of motorfiets gebruik maken, is lid van den A.N.W.B. die voor een luttele contributie het meest geelt en op het gebied yan wegenverbete ring, verkeer en toerisme van zijn oprich ting af gangmaker is geweest De Bond heeft den Nederlander, die ver wend was geworden door fiets en auto, de aantrekkelijkheid van het wandeltoerisme duidelijk gemaakt en weer leeren wandelen, delen. Het rijwiel, dat de menschen naar buiten bracht en hun de wonderen der natuur leerde kennen; het rijwiel, dat hun spieren staalde, him blik verruimde, deed het verlangen ontstaan ook de intieme schoonheid der natuur op te zoeken, op plekjes, waar men met de fiets niet kon komen. De eerste Bondswandelweg (Amsterdam Arnhem) kwam in 1914 tot stand en was dadelijk een groot succes; het Bondsbe stuur zag hierin een duidelijk-sprekende aanwijzing, dat dit werk zich in veler sympathie verheugde en ging voort met het uitzotien van nog meer wandelwegen: Friesland, Groningen, Drenthe. Overijssel Gelde) land, Limburg. Brabant, Utrecht Noord-Holland, weike tezamen ongeveer 2000 R.M. lang zijn. Het neschavend en opvoedend element van het wandeltoerisme zal wel niemand ontkennen. Steeds groeide het werk in beteekenis en omvang Steeds kwam de aandrang uit den boezem der leden zelf, zoodat het bestuur, de stem der *eden beluisterend en rekening houdend met kun wenschen, zich gedragen wist door „den wil des volks". Terecht schreef de „Ned. Sport" destijds: „Wij be schouwen nog altijd den A.N.W.B. als het aangewezen lichaam om het toerisme in den uitgebreidsten zin des woords te be hartigen.' En zoo kwamen als vanzelf ook de be moeiingen op watertoeristisch gebied tot stand. De Bond heeft zijn taak ook op dal Grafiek van de verstrekte reisinlichtingen in de jaren 1926 t.m. 1932 '26 '27 '2d '29 '30 '31 '32 gen het publiek, vooral de jeugd, bekend trachten te maken met de regels, waaraan het verkeer zich dient te onderwerpen. „Vei lig Verkeer", thans een algemeene leus, ia oorspronkelijk denkbeeld van den A.N.W.B., die bij de bevordering daarvan nog steeds vooraan staat en blijft strijden voor een verkeerswet en uniformiteit op het gebied der verkeerswetgeving. Ook dank zij zijn actie voor veilig ver keer, mogen wij dezen Bond een sociale in stelling noemen, welke geprezen en ge steund dient te worden door het ganacha Nederlandsche volk. Want zijn werk is sterk maatschappelijk, nationaal en internationaal, beschavend en ontwikkelend, practisch en ideëel. Zijn werk inderdaad een volksbelang. Door zijn bemoeiingen, speciaal het uitzet ten vaii wandelpaden, heeft de A.N.W.B. onschatbaar veel gedaan voor het propa- geeren van de wandelsport. terrein naar zijn beste weten en kunnen gediend en met hard werken en groote geldelijke opofferingen vervuld. Het eere-lid en oud-lid van het Dagelijksch Bestuur, de heer J. R. Redelé, leidt deze Bondsbemoeiin- gen op energieke en sympathieke wijze. De A.N.W.B. behartigt sedert de laatste jaren de belangen van het watertoerisme samen met de Kon. Verbonden Nederland- scho Watersport-Vereenigingen, een samen werking, welke goede vruchten afwerpt En het luchttoerisme? Ook daaraan wordt nu in samenwerking met de Kon. Ned. Ver. v. Luchtvaart sinds het voorjaar van 1933 gewerkt Timmeren aan den weg tot nat van 't algemeen. Zijn de belangstelling, zorgen, adviezen en financieele offers op het gebied van aanleg en onderhoud van wegen en rijwiel paden, het uitzetten der wandelwegen, de kenteekens van de verschillende Bondsin- stellingen: Bondshotels, Bondscafé's, -noen- zalen, -donkere kamers, -garages, rijwiel en motorherstellers, -rijwielbewaarplaatsen, -stallen, enz, reeds onder het „Timmeren aan den weg" te rangschikken, het meest spreken tot de massa de wegwijzers, welke ten getale van meer dan 3500 langs wegen zijn geplaatst als betrouwbare en gewaardeerde bakens voor den toerist, waar voor in den loop der jaren reeds een bedrag van meerdanachttongo het ware in den grond werd gestoken ten gerieve van alle toeristen en wegge bruikers. Men kan zeggen, dat ongeveer per 5 K.M. kunstweg één zoo 'n Bondsvisitekaartje is Dat er een wereldramp, de laatste oorlog noodig geweest schijnt te zijn, om vele menschen tot de overtuiging te brengen van de onmisbaarheid der Bondswegwijzers, is wel hoogst teleurstellend geweest, doch zoover toch ook weer verheugend, omdat juist in de oorlogsjaren, toen op last van onze regeering de borden van de wegwij zers verwijderd moesten worden, procents- gewijs de grootste toeneming van het leden van den A.N.W.B. viel te constateeren. Toen gevoelde men aan den lijve wat men miste, en drong bij velen het besef door, dat de A.N.W.B. den steun van iedereen waard is. Soms, wanneer de afhankelijkheid wegwijzers al te duidelijke taal spreekt, gebeurt het ook nu nog wel, dat deze overtuiging wordt gebracht. Dat is in kritieke oogenblikken wanneer de weg wijzers hun onmisbaarheid ten duidelijkste demonstreeren en het zelfverwijt wordt wekt, dat men den A.N.W.B. met al zijn zorgen voor den weggebruiker niet eerder reeds daadwerkelijk steunde. In den beginne ondervond de plaatsing der wegwijzers wel eens moeilijkheden tegenwerking. Een héél sprekend vooiheeld! De Toeristenbond kon eens geen toestem ming krijgen voor het plaatsen van een wegwijzer in een kleine gemeente, niet tegenstaande de bewegwijzering volgens het vaste systeem het plaatsen van een wegwijzer op het betreffende kruispunt noodzakelijk maakte. De Bond kon alleen toestemming verkrijgen, wanneer men om de gemeente heen een zeer bekend café zou passeeren. Na lang wrijven en schrijven bleek toen, dat de wethouder der gemeente de eigenaar van het café was! Later is het den Bond toch gelukt, zijn zin te krijgen. Ook wel werd op een aanvraag door den veldwachter geantwoord: „Ik en de burge meester vinden het niet noodig" Voor dergelijke toestanden komt men, wanneer aan het plaatselijk inzicht de be wegwijzering zou worden overgelaten! Op het gebied van het toerisme is de A. N. W. B. universeel. Beseffende, dat de wielrijder van de watertoerist van morgen kan zijn, automobilist van vandaag de wandelaar morgen, de motortoerist van vandaag de luchttoerist van morgen, de ruitertoe- rist van vandaag de wielrijder van morgen men ga zoo maar voort heeft hij zijn bakens naar alle richtingen geplaatst. Hij denkt en werkt voor alle toeristen en gebruikers en stelt voor hen uitgaven in den vorm van kaarten, gidsen en voorwer pen, inlichtingen op toeristisch en toeris- tisch-technisch gebied, reisplannen en grens documenten beschikbaar. De Bond interesseert zich voor het behoud van natuurschoon en steunt op velerlei wij zen, ook financieel, de pogingen om vernie tiging van natuurschoon tegen te gaan. Nog op een ander gebied was de A.N.W.B. pionier: dat van „veilig verkeer". Begonnen met het populariseeren van de wettelijke verkeersvoorschriften in een voor een gewoon mensch begrijpelijken vorm, heeft de Bond jaar op jaar op tal van ma nieren en met groote geldelijke opofferin- We leven in een moeilijken tijd, waarvan ook de A. N. W. B. de gevolgen ondervindt, evenals zoovele andere vereenigingen. Ten deele zijn deze gevolgen toe te schrij ven aan de veranderde mentaliteit der menschheid, aan het verminderde maat schappelijk besef en aan de toeneming van egoïsme en onverschilligheid, van zin naar genot Talloos velen zijn er nog, die wel in staat zijn in deze benarde tijden te helpen nut tige instellingen in stand te houden, maar niet schijnen te beseffen, dat negatief blij ven een factor is tot verdere verwording van land en volk. Wie de maatschappij niet verder wil doen zinken en begrip heeft van de eischen, waaraan de samenleving be hoort te voldoen, zal ten volle bereid moe ten zijn offers te brengen om in deze tijden te helpen, nuttige instellingen in stand te houden. Tot deze instellingen behoort ongetwijfeld 3 A. N. W. B. Nooit bij de pakken neer! is het deviea van den Bond. Moge het ieders devies wor den, want stilstaan en zich onttrekken aan den gemeenschapsplicht is voor ieder, dia Grafische voorstelling van het aantal afgegeven Grensdocumenten. zich hieraan uit egoïsme of laksohheid schuldig maakt, een aanklacht. De A. N. W. B. moet de trots blijven van het Nederlandsche volk. Zijn werk is een landsbelang, een belang voor iederen Neder- landei. En daarom steune men het Bondsweric en doe men dit zoowel op moreele eö ideëele als op practische motieven. Men doe het met geestdrift en met den aandrang der overtuiging, dat iedere Neder lander op den 50sten verjaardag van den; Bond hem op daadwerkelijke wijze een blijk dient te geven van waardeering en genegen heid. Huldeprachtig! Maar steun daarbij. Als de tienduizenden Nederlanders, zich tot dusver afzijdig hielden, ertoe zou den kunnen besluiten, spontaan en mef overtuiging, zich te scharen onder de vaan van den A.N.W.B., dan zal deze Bond, dia in éénheid en eensgezindheid, in onver zwakten arbeid en onbaatzuchtigheid groot is geworden, dank zij zijn vrienden, zich in Juli a.s. aan Nederland kunnen vertoonen,' krachtiger, actiever en veelzijdiger dafl ooit Dan zullen honderdduizend en wellicht meer Nederlanders het jubileum van hun Bond kunnen meevieren, daadwerkelijk of in gedachten met de gerechtvaardigde vol doening, dat dit zooveel geprezen Bond»* werk voor een deel óók hun werk isl Deze week estond de Maatschappij „Zeebad" te Scheveningen 50 jaar. Bijgaande oude gravure toont ons het Scheveningsche strand, zooals het omstreeks 1815 was. Wat is er sindsdien veel veranderd!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 10