A. N.W. B.
Vijftig jaar
Toeristenbond voor Nederland
De heer Edo J. Bergsma, die bijna 49 jaar
staat aan het hoofd der Vereeniging.
Zooals reeds bekend, zal het op 1 Juli van
JÖit jaar vijftig jaar geleden zijn, dat de
!A.N.W.B.-Toeristenbond voor Nederland op
gericht werd.
Vijftig jaar!
Een menschenleeftijd, waarin zoo dui
delijk is aangetoond, dat arbeid jong en
frisch houdt, krachtig en doelbewust. Want
Ondanks de vijftig jaren, welke de ANWB
tor-.!, is hij in zijn arbeid, in al zijn uitin
gen naar buiten, een organisatie gebleven,
[waarin het jeugdig vuur en de overtuigde
geestdrift voor haar idealen onverminderd
zijn gebleven.
Wanneer wij terugzien op haar eervol ver
leder., dan blijkt weer eens duidelijk, van
y elk belang de vorming van het jonge,
[wordende geslacht is.
Dit jonge geslacht, eenmaal tot rijpheid
gekomen, zal de moeilijke, verantwoorde
lijke en eervolle taak in gezin en maat
schappij van de ouderen en heengeganen
moeien overnemen en voortzetten.
Zal het hiertoe in staat zijn, dan is vroeg
tijdig ontwakende belangstelling voor een
ttf ander ideaal onontbeerlijk, want de
strijd om dit te bereiken, schoolt den geest,
lcweekl zelfrespect en vertrouwen, gevoel
Bran saamhoorigheid en eensgezindheid.
De pioniers.
Do jongens, die den ANWB oprichtten,
hidden een ideaal, hetwelk voor hen het
kompas was, dat den te volgen weg wees.
Zij ondervonden en aanvaardden ook de
waarheid, dat de weg tot slagen door moei
lijkheden gaat en men door onverpoosden,
fiervolten strijd groot wordt.
Deze jonge menschen, van wie velen niet
ouder waren dan 16 h 17 jaar, slechts enke
len boven de 20, waren doordrongen van
de groote beteekenis van het zich eendrach
tig geven aan een taak, welke, zoowel in
dividueel als voor hen gezamenlijk, van
practischen, maatsohappelijken en ideëelen
amd was.
Zij waren de pioniers, die rusteloos voort-
arbeidden en na het bereiken van het eerste
ideaal zich een volgend kozen, dat zij met
toenemend élan nastreefden.
Met hun werk, dat steeds grooter en om
vangrijker werd, in beteekenis won en meer
en meer aandacht trok en waardeering ge
noot, groeiden zij op tot bruikbare staats
burgers, door hun ervaringen beseffend, dat
in eenheid en eensgezindheid de geheime
kracht ligt besloten, welke bindt en niet
scheidt
Zoo groeide het werk van den ANWB,
'dank zij het onverpoosde werk der pioniera,
waarvan velen thans vergrijsd zijn en ande
ren door jongeren werden opgevolgd. Die
ouden, van wie de voorzitter, de heer Edo
J. Bergsma; bijna 49 jaar aan het hoofd
der vereeniging staat, de heer G. A. Pos
40 jaar deel heeft uitgemaakt van het Da
gelij ksch Bestuur, het pas afgetreden lid
van dit college, thans eerelid, de heer J. C
B edelé, 36 jaar om ons tot drit drietal
te bepalen hebben nimmer den arbeid
als een last, doch immer als een lust be
schouwd. Zij hebben met zooveel anderen
van den beginne af hun levensperiode in
'den Bond beschouwd als een praeludium
tot grootere uitbreiding en volmaking door
anderen van hetgeen door hen tot stand ge
bracht was.
Zonder de gezonde eigenschappen van
'deze gave jonge menschen zou de ANWB
nooit geworden zijn de krachtige, stuwende
vereeniging, welke een zegen is geworden
voor ons land en ons volk, want men mag
zeggen, dat de Bonds belangen in den
waren zin Volksbelangen zijn geworden.
Een terugblik
De voorgeschiedenis dor oprichting van
faen Bond gaan we voorbij.
De oprichting zelf op 1 Juli 1883 had ten
Öoel het vélocipède-rijden in Nederland, dat
zich, door gemis aan centrale organisatie,
niet in gelijke mate had ontwikkeld als in
andere landen van Europa, op alle moge
lijke wijzen te bevorderen en te gerieven
door: a. ten minste eenmaal per jaar een
trijd in het rijden op vélocipèdes, uit-
;nd voor amateur-rijders, te houden;
b. het toeren in Nederland te ondersteunen
en uit te breiden door benoeming van ver
tegenwoordigers van den Bond in groote
steden, het drukken van kaarten voor het
gebruik door vélocipèdisten, enz.; c. het ver
keer tusschen verschillende clubs onderling
ergemakkelijken; d. de rechten van
vélocipèdisten te handhaven; e. vélocipède-
cluibs in steden, waar ze niet bestonden, op
richten.
Voorzitter der Vereeniging („Het Neder
landsch Vélocipèdisten Verbond") werd de
heer C. H. Bingman, captain der Haagsöhc
élocipèdeclub „De Ooie\aar". Het ledental
bedroeg op 20 Januari 1884, toen te Rotter
dam de eerste bestuursvergadering werd
gehouden, 93 werkende leden en 103 niet-
erkende leden. In deze vergadering werd
besloten den heer E. J. Bergsma, te
Leeuwarden, als hoofdafgevaardigde voor
district VI (Groningen en Friesland) voor
to stellen.
Nadat voorts het ontworpen reglement
grondig was nagezien, werd het den secre
taris ter hand gesteld, om het door een taal
kundige te doen redigeeren. Besloten werd
nog, zoo spoedig mogelijk een handboek uit
te geven. Afgevaardigden werden dringend
uitgenoodigd in alle steden van hun district
een consul te benoemen, „alsook in alle
steden en grootere dorpen hotels, koffie
huizen en reparateurs te noteeren". Ook
werd hun verzocht de meest nauwkeurige
inlichtingen over de wegen in hun district
op te geven.
In deze korte vermelding herkent men
reeds enkele zaken, welke thans nog steeds
de volle belangstelling van het bestuur
hebben.
Op 21 Sept. 1884 werd de heer Edo J.
ergsma als voorzitter gekozen.
Wanneer één tak van sport populair kan
genoemd worden, is dit zeker het geval met
de wielersport. In ons land is die popula
riteit voor het grootste deel te danken aan
den ANWB. De nadeelen, aan het wiel-
rijden verbonden, heeft, hij zooveel moge
lijk geweerd of genezen, de vooroordeelen
heeft hij bestreden, onwilligen heeft hij be
keerd.
Met welk een breeden, vèr-vooruitzienden
blik de geestdriftige, maar toch steeds be
dachtzame, tactische voorzitter, de heer Edo
J. Bergsma, de zaken bekeek en den Bond
bestuurde, moge blijken uit hetgeen hij in
Januari 1890 in 't Bondsorgaan om. schreef
Be A.N.W.B.wegwijzer, de bekende vraag
baak, in het Nederlandsche landschap.
Een der vele rijwielpaden der Vereeniging,
welke den rijvneltoerist vertrouwt maken
met de mooie plekjes in eigen land. Op den
voorgrond de bekende paddenstoel
over de taak van den Bond in de naaste
toekomst:
a. een reiswijzer onderhouden en verbete
ren en het werk aanvullen door het op
nemen van de wegen in een tanftelijk uit
gestrekt gebied over de Nederlandsche
grenzen, opdat ook de Nederlandsche grens
bewoner naar alle zijden toeren en reizen
kan met den Bondsreiswijzer als alwetende
vraagbaak in den zak;
b. het plaatsen van waarschuwingsborden
op gevaarlijke plaatsen;
c. betere regeling van de verhouding tus
schen den Bond en de Bondshotels;
d. het aanbrengen van hotelschilden;
e. bevordering van het plaatsen van weg
wijzers;
f. bestrijding van gemeentelijke politie
verordeningen, die het wielrijden reglemen
teeren, doch bevordering van een voor het
geheele land geldende wetgeving op dit
punt in den geest van de desbetreffende
Engelsche wet;
bevordering van de kennis der wijze,
waarop wegen kunnen worden aangelegd,
die beter zijn dan vele bestaande en tevens
ïen duur goedkooper voor de onder
houdsplichtigen;
h. bevordering van het bestemmen van
>paalde paden en wegen voor wielrijdei
op de wijze van ruiterpaden (te Utrecht
reeds sedert jaren ingevoerd);
i. het bevorderen van een goede ver
houding tusschen de wielrijders ter eene
zijde en het publiek, de tolbeambten, be
stuurslichamen enz. ter andere zijde.
Nadat het wedstrijdwezen, waarin mis
bruiken waren geslopen, welke de ontwik
keling der vereeniging als Toeristenbond
belemmerden, in 189S was ^gevoerd van
de lijst der Bodswerkzaamheden, kon de
A. :N. W. B. zich uitsluitend wijden aan
de bevordering van het toerisme.
In snel tempo werden de Bondbemoeiïn-
gen uitgebreid. Het is niet doenlijk hier
van een volledig denkbeeld te geven in een
kort bestek Doch enkele grepen uit de zoo
rijke Bondsgeschiedenis mogen niet achten
wege blijven, om de lijn aan te geven,
waarlangs de A.N.W.B. zich in de eerste
jaien ontwikkelde.
18S9. Instelling der Wegen-commissie,
welke in 1898 een afzonderlijke tak van
dienst van den A. N. W. B. werd.
1S92. Proeven met een stoomwals op een
nieuw aangelegen grintweg te Maastricht.
18S. De Bond verleende een crediet van
f 1500.— om van Bondswege een proef van
verbetering te geven van de route Hille-
gersbergBergsch enhoe k.
1900. Een Bondssubsidie beschikbaar ge
steld als bijdrage in de kosten van verhar
ding van een zandweg tusschen Hoogezand
en Slochteren (Knijoslaan), mits op dien
weg nimmer tol van wielrijders zou wor
den geheven.
Aan de gemeente Schoterland kende de
Bond eep bijdrage toe in de kosten voor de
vervanging van vlonders door bruggen in
een wegje in de Boven-Knijpe.
1904. Eerste proeven met het stofvrij
maken van wegen, welke proeven steeds
werden uitgebreid, langer dan tien jaar
aaneen.
Wanneer wij in het archief de mededee-
ling vinden, dat in 1906 in de Tweede
Kamer bij den Minister er op aangedron
gen werd, om te doen onderzoeken, hoe de
wegen ingericht kunnen worden voor het
gebruik van automobielen, door deze wegen
aanmerkelijk te verbroeden, dan zou men,
27 jaar later, oppervlakking beschouwd,
aan een grapje denken!
Tegen wegenvernielingen en wegenver
ontreiniging trok de Bond herhaaldelijk te
velde.
De demonstratie van w^genverbetering en
wegenonderhoud en van trekproeven op
verschillende soorten van wegen bij ge
legenheid van de groote landbouwtentoon
stelling te Deventer, was niet alleen een
buitengewone propaganda voor den Bond,
maar ook een uitnemend middel om op
nieuw belanghebbenden een denkbeeld te
geven van het verband, dat bestaat tusschen
wegen en verkeersmiddelen.
De verbreeding van den rijksweg Den
HaagDen Deyl, waarvan het toenemende
verkeer de noodzakelijkheid duidelijk aan
toonde. vormde sedert 1908 een der punten
het rijkbeladen programma der Wegen-
Commissie.
In 1912 werd door het Bondsbestuur een
Hoefbeslag-Commissie ingesteld om tot een
paarden en wegen beter hoefbeslag "te
komen.
De urgentie der wegverbetering deed het
Bondsbestuur ertoe besluiten in 1914 een
aanvraag te richten tot den Rijkswaterstaat
om f 25.000 beschikbaar te stellen voor
het aanleggen van modelwegen in een zes
tal provinciën, ter lengte van 1 K.M. elk.
Jammer genoeg werd deze aanvraag afge
wezen, zoodat elke aanschouwelijkheid, elk
tastbaar voorbeeld voor de richting,
men op het gebied van wegenverbetering
moest inslaan, bleef ontbreken.
Echter vermocht deze teleurstelling met
den ijver der Wegen-Commissie te doen
luwen; in hetzelfde jaar werd in Wassenaar
door den Bond en de gemeente een teer-
steenslagweg aangelegd.
Ondanks den oorlog bleef de commissie
nuttig werk verrichten. In 1916 verscheen
haar rapport omtrent het maken van ver
harde wegen ten bate van de landen, ge
legen ten oosten van het B. L. Tijdens
kanaal in de provincie Groningen. Zij bleef
voortgaan met het uitgeven van brochures,
welke de vruchten waren van een degelijke
studie en veeljarige practische ervaring.
Niet alleen door particulieren, doch ook
door officieele lichamen, zooals gemeente-,
waterschaps-, en verschillende wegbesturen
wordt advies bij haar ingewonnen, terwijl
in van overheidswege ingestelde commis
sies haar adviezen op prijs worden gesteld.
De Bond gaf ten behoeve der wegen
verbetering uit 'n bedrag van rond f 400.000
Aan den aanleg van rijwielpaden heeft
de Bond sedert 1892 zijn bijzondere aan
dacht gewijd en schatten gelds besteed.
De oprichting van rijwiel padvereenigin-
gen, op initiatief van den A.N.WJ3. .heeft
tengevolge gehad, dat in verschillende ge
deelten van ons land netten van vrijliggen-
de rijwielpaden zijn aangelegd met subsidie
van den Bond, welke paden zicih slingeren
door bosschen en duinstreken en over heide
Op deze paden vindt de wielertoerist zich
zelf terug; vèr van het stadsgewoel en het
enerveerende moderne verkeer op de groote
wegen; hij vindt daar de rust en voelt zich
één met de natuur.
Sedert 1910 aanvankelijk op beschei
den voet, doch later meer en meer geor
ganiseerd en intensief heeft de A.N.W.B.
aanoacht geschenken aan de belangen der
ruiters, voor wie tengevolge van het toe
nemende snelverkeer op de groote wegen,
afzonderlijke paden steeds meer urgent
weiden.
Do A.N.W.B. is do eenige toeristen- en
verkeersbond, die de ontwikkelings-geschie-
denis van de auto heeft beleefd.
En al mogen er sedert andere vereenigin-
gen mei meer beperkte taak voor automo
bilisten en motorrijders zijn opgericht, het
meerendeel der Nederlandsche toeristen en
weggebruikers, die van auto of motorfiets
gebruik maken, is lid van den A.N.W.B.
die voor een luttele contributie het meest
geelt en op het gebied yan wegenverbete
ring, verkeer en toerisme van zijn oprich
ting af gangmaker is geweest
De Bond heeft den Nederlander, die ver
wend was geworden door fiets en auto, de
aantrekkelijkheid van het wandeltoerisme
duidelijk gemaakt en weer leeren wandelen,
delen.
Het rijwiel, dat de menschen naar buiten
bracht en hun de wonderen der natuur
leerde kennen; het rijwiel, dat hun
spieren staalde, him blik verruimde, deed
het verlangen ontstaan ook de intieme
schoonheid der natuur op te zoeken, op
plekjes, waar men met de fiets niet kon
komen.
De eerste Bondswandelweg (Amsterdam
Arnhem) kwam in 1914 tot stand en was
dadelijk een groot succes; het Bondsbe
stuur zag hierin een duidelijk-sprekende
aanwijzing, dat dit werk zich in veler
sympathie verheugde en ging voort met het
uitzotien van nog meer wandelwegen:
Friesland, Groningen, Drenthe. Overijssel
Gelde) land, Limburg. Brabant, Utrecht
Noord-Holland, weike tezamen ongeveer
2000 R.M. lang zijn.
Het neschavend en opvoedend element
van het wandeltoerisme zal wel niemand
ontkennen.
Steeds groeide het werk in beteekenis en
omvang Steeds kwam de aandrang uit den
boezem der leden zelf, zoodat het bestuur,
de stem der *eden beluisterend en rekening
houdend met kun wenschen, zich gedragen
wist door „den wil des volks". Terecht
schreef de „Ned. Sport" destijds: „Wij be
schouwen nog altijd den A.N.W.B. als het
aangewezen lichaam om het toerisme in
den uitgebreidsten zin des woords te be
hartigen.'
En zoo kwamen als vanzelf ook de be
moeiingen op watertoeristisch gebied tot
stand. De Bond heeft zijn taak ook op dal
Grafiek van de verstrekte reisinlichtingen
in de jaren 1926 t.m. 1932
'26 '27 '2d '29 '30 '31 '32
gen het publiek, vooral de jeugd, bekend
trachten te maken met de regels, waaraan
het verkeer zich dient te onderwerpen. „Vei
lig Verkeer", thans een algemeene leus, ia
oorspronkelijk denkbeeld van den A.N.W.B.,
die bij de bevordering daarvan nog steeds
vooraan staat en blijft strijden voor een
verkeerswet en uniformiteit op het gebied
der verkeerswetgeving.
Ook dank zij zijn actie voor veilig ver
keer, mogen wij dezen Bond een sociale in
stelling noemen, welke geprezen en ge
steund dient te worden door het ganacha
Nederlandsche volk.
Want zijn werk is sterk maatschappelijk,
nationaal en internationaal, beschavend en
ontwikkelend, practisch en ideëel. Zijn werk
inderdaad een volksbelang.
Door zijn bemoeiingen, speciaal het uitzet
ten vaii wandelpaden, heeft de A.N.W.B.
onschatbaar veel gedaan voor het propa-
geeren van de wandelsport.
terrein naar zijn beste weten en kunnen
gediend en met hard werken en groote
geldelijke opofferingen vervuld. Het eere-lid
en oud-lid van het Dagelijksch Bestuur, de
heer J. R. Redelé, leidt deze Bondsbemoeiin-
gen op energieke en sympathieke wijze.
De A.N.W.B. behartigt sedert de laatste
jaren de belangen van het watertoerisme
samen met de Kon. Verbonden Nederland-
scho Watersport-Vereenigingen, een samen
werking, welke goede vruchten afwerpt
En het luchttoerisme?
Ook daaraan wordt nu in samenwerking
met de Kon. Ned. Ver. v. Luchtvaart sinds
het voorjaar van 1933 gewerkt
Timmeren aan den weg tot nat
van 't algemeen.
Zijn de belangstelling, zorgen, adviezen
en financieele offers op het gebied van
aanleg en onderhoud van wegen en rijwiel
paden, het uitzetten der wandelwegen, de
kenteekens van de verschillende Bondsin-
stellingen: Bondshotels, Bondscafé's, -noen-
zalen, -donkere kamers, -garages, rijwiel
en motorherstellers, -rijwielbewaarplaatsen,
-stallen, enz, reeds onder het „Timmeren
aan den weg" te rangschikken, het meest
spreken tot de massa de wegwijzers, welke
ten getale van meer dan 3500 langs
wegen zijn geplaatst als betrouwbare en
gewaardeerde bakens voor den toerist, waar
voor in den loop der jaren reeds een
bedrag van meerdanachttongo
het ware in den grond werd gestoken
ten gerieve van alle toeristen en wegge
bruikers.
Men kan zeggen, dat ongeveer per 5 K.M.
kunstweg één zoo 'n Bondsvisitekaartje is
Dat er een wereldramp, de laatste oorlog
noodig geweest schijnt te zijn, om vele
menschen tot de overtuiging te brengen van
de onmisbaarheid der Bondswegwijzers, is
wel hoogst teleurstellend geweest, doch
zoover toch ook weer verheugend, omdat
juist in de oorlogsjaren, toen op last van
onze regeering de borden van de wegwij
zers verwijderd moesten worden, procents-
gewijs de grootste toeneming van het leden
van den A.N.W.B. viel te constateeren.
Toen gevoelde men aan den lijve wat men
miste, en drong bij velen het besef door, dat
de A.N.W.B. den steun van iedereen
waard is.
Soms, wanneer de afhankelijkheid
wegwijzers al te duidelijke taal spreekt,
gebeurt het ook nu nog wel, dat
deze overtuiging wordt gebracht. Dat is in
kritieke oogenblikken wanneer de weg
wijzers hun onmisbaarheid ten duidelijkste
demonstreeren en het zelfverwijt wordt
wekt, dat men den A.N.W.B. met al zijn
zorgen voor den weggebruiker niet
eerder reeds daadwerkelijk steunde.
In den beginne ondervond de plaatsing
der wegwijzers wel eens moeilijkheden
tegenwerking.
Een héél sprekend vooiheeld!
De Toeristenbond kon eens geen toestem
ming krijgen voor het plaatsen van een
wegwijzer in een kleine gemeente, niet
tegenstaande de bewegwijzering volgens
het vaste systeem het plaatsen van een
wegwijzer op het betreffende kruispunt
noodzakelijk maakte. De Bond kon alleen
toestemming verkrijgen, wanneer men om
de gemeente heen een zeer bekend café
zou passeeren. Na lang wrijven en schrijven
bleek toen, dat de wethouder der gemeente
de eigenaar van het café was! Later is het
den Bond toch gelukt, zijn zin te krijgen.
Ook wel werd op een aanvraag door den
veldwachter geantwoord: „Ik en de burge
meester vinden het niet noodig"
Voor dergelijke toestanden komt men,
wanneer aan het plaatselijk inzicht de be
wegwijzering zou worden overgelaten!
Op het gebied van het toerisme is de
A. N. W. B. universeel.
Beseffende, dat de wielrijder van
de watertoerist van morgen kan zijn,
automobilist van vandaag de wandelaar
morgen, de motortoerist van vandaag
de luchttoerist van morgen, de ruitertoe-
rist van vandaag de wielrijder van morgen
men ga zoo maar voort heeft hij zijn
bakens naar alle richtingen geplaatst. Hij
denkt en werkt voor alle toeristen en
gebruikers en stelt voor hen uitgaven in
den vorm van kaarten, gidsen en voorwer
pen, inlichtingen op toeristisch en toeris-
tisch-technisch gebied, reisplannen en grens
documenten beschikbaar.
De Bond interesseert zich voor het behoud
van natuurschoon en steunt op velerlei wij
zen, ook financieel, de pogingen om vernie
tiging van natuurschoon tegen te gaan.
Nog op een ander gebied was de A.N.W.B.
pionier: dat van „veilig verkeer".
Begonnen met het populariseeren van de
wettelijke verkeersvoorschriften in een voor
een gewoon mensch begrijpelijken vorm,
heeft de Bond jaar op jaar op tal van ma
nieren en met groote geldelijke opofferin-
We leven in een moeilijken tijd, waarvan
ook de A. N. W. B. de gevolgen ondervindt,
evenals zoovele andere vereenigingen.
Ten deele zijn deze gevolgen toe te schrij
ven aan de veranderde mentaliteit der
menschheid, aan het verminderde maat
schappelijk besef en aan de toeneming van
egoïsme en onverschilligheid, van zin naar
genot
Talloos velen zijn er nog, die wel in staat
zijn in deze benarde tijden te helpen nut
tige instellingen in stand te houden, maar
niet schijnen te beseffen, dat negatief blij
ven een factor is tot verdere verwording
van land en volk. Wie de maatschappij niet
verder wil doen zinken en begrip heeft van
de eischen, waaraan de samenleving be
hoort te voldoen, zal ten volle bereid moe
ten zijn offers te brengen om in deze tijden
te helpen, nuttige instellingen in stand te
houden.
Tot deze instellingen behoort ongetwijfeld
3 A. N. W. B.
Nooit bij de pakken neer! is het deviea
van den Bond. Moge het ieders devies wor
den, want stilstaan en zich onttrekken aan
den gemeenschapsplicht is voor ieder, dia
Grafische voorstelling van het aantal
afgegeven Grensdocumenten.
zich hieraan uit egoïsme of laksohheid
schuldig maakt, een aanklacht.
De A. N. W. B. moet de trots blijven van
het Nederlandsche volk. Zijn werk is een
landsbelang, een belang voor iederen Neder-
landei.
En daarom steune men het Bondsweric
en doe men dit zoowel op moreele eö
ideëele als op practische motieven.
Men doe het met geestdrift en met den
aandrang der overtuiging, dat iedere Neder
lander op den 50sten verjaardag van den;
Bond hem op daadwerkelijke wijze een blijk
dient te geven van waardeering en genegen
heid.
Huldeprachtig!
Maar steun daarbij.
Als de tienduizenden Nederlanders,
zich tot dusver afzijdig hielden, ertoe zou
den kunnen besluiten, spontaan en mef
overtuiging, zich te scharen onder de vaan
van den A.N.W.B., dan zal deze Bond, dia
in éénheid en eensgezindheid, in onver
zwakten arbeid en onbaatzuchtigheid groot
is geworden, dank zij zijn vrienden, zich in
Juli a.s. aan Nederland kunnen vertoonen,'
krachtiger, actiever en veelzijdiger dafl
ooit
Dan zullen honderdduizend en wellicht
meer Nederlanders het jubileum van hun
Bond kunnen meevieren, daadwerkelijk of
in gedachten met de gerechtvaardigde vol
doening, dat dit zooveel geprezen Bond»*
werk voor een deel óók hun werk isl
Deze week estond de Maatschappij „Zeebad" te Scheveningen 50 jaar. Bijgaande oude gravure toont ons het Scheveningsche strand,
zooals het omstreeks 1815 was. Wat is er sindsdien veel veranderd!