ECONOMISCHE OPBOUW VAN
NEDERLAND
DE RUDOLFSTICHTING
Kunst en Letteren»
DE LAATSTE D]
TRIBUNEN
DONDERDAG 8 JUNI 1933
ECONOMISCHE PROBLEMEN
HANDELSPOLITIEKE
MAATREGELEN
De hoop van de talrijke vrijhandelaren in
ons land en van de tegenstanders van een
gebonden economie is gevestigd op de op
12 Juni a.s. te openen economische wereld
conferentie. Wij zullen niet op die confe
rentie vooruitloopen, want ongetwijfeld be
staat de mogelijkheid, al slaan wij die zeer
gering aan, dat er iets ten goede wordt ge
wrocht- Wij hebben echter rekening te hou
den met de feiten, welke zich hebben voor
gedaan en die niet zeer bemoedigend zijn
voor het succes van die conferentie.
Want deze conferentie heeft twee hoofd
punten te behandelen, uit welke hoofdpun
ten tal van neven-factoren dienen te wor
den geregeld.
Opheffing van handelsbelemmeringen
Het eerste hoofdpunt is het tegengaan
van het drijven om steeds nieuwe handels
belemmeringen aan te brengen. Men hoopt
zelfs het zoover te kunnen brengen, dat de
bestaande belemmeringen zooveel mogelijk
zullen worden weggenomen en dat het prin
cipe van den vrijhandel weer algemeen zal
worden aangehangen. In ons artikel: „De
autarkie-idee zal en kan den eersten tijd
niet verdwijnen" hebben wij hopelijk dui
delijk gemaakt, dat vrijhandel in den
ouden vorm, dus de ongebonden vrijhandel
als nagenoeg onbestaanbaar moet worden
beschouwd. Maar wij zouden ons kunnen
vergissen en wij hebben onze theorieën te
toetsen aan do werkelijkheid-
De komende wereldconferentie zou een
negatief bewijs voor onze stellingen kun
nen zijn, terwijl, wanneer die conferentie
ten opzichte van de vrijhandels-denkbeel
den een succes zou worden, onze theprie als
oniuist terzijde zal dienen te worden ge
schoven. Maar wat hebben de voorname
mogendheden gedaan? Zij hebben van de
gelegenheid gebruik gemaakt om nog even
voor het begin van het douanebestand
naar men weet hebben de groote mogend
heden een bestand gesloten, waarbij be
paald is, dat gedurende den loop der we
reldconferentie geen tarieven zullen worden
verhoogd, welk bestand op 31 Juli a.s. kan
eindigen, mits een. maand te voren daarvan
opgezegd, terwijl na den 31sten Juli het ver
band elk moment kan worden verbroken,
echte/ eveneens met een opzeggingstermijn
van een maand de rechten flink te ver-
hoogen. Gaat er dus in den loop van de
conferentie iels van de tariefmuren af, dan
is men misschien nèt evenver als op het
moment toen de beslissing over het houden
der conferentie op 12 Juli was gevallen.
Con tingen teeringen echter vallen buiten
liet bestand, terwijl Engeland zich het reoht
heeft voorbehouden om de reeds aangevan
gen besprekingen over nieuwe handelsver
dragen (welke gaan in de richting van ver
hooging der rechten en natuurlijk gepaard
met contingenteering) voort te zetten-
In protectionistische richting
Bereikt men dus in Londen eenig resul
taat (hetgeen wij echter niet kunnen aan
nemen) dan hébben de grootmachten dit
resultaat al te voren geneutraliseerd door de
muren op de gewenschte hoogte te brengén
Er is echter nog meer. In Amerika gaat
'de president de reeds door de Volksverte
genwoordiging aangenomen Federal Allot
ment Bill in toepassing bregen. Deze Allot
ment Bill bepaalt, dat op speciale artikelen
een heffing zal worden geheven bij de pro
ducenten van die artikelen, (welke heffing
vermoedelijk voor het grootste gedeelte op
do consumenten zal worden overgeheveld),
terwijl het provenu van die heffingen ter be
schikking gesteld zal worden van de boe
ren, mits dege toestemmen in een vastge
steld percentage vermindering van den uit
zaai. De betrokken artikelen zullen dus in
prijs moeten stijgen en het zou, zonder ver-
hooging van invoerrechten, voor het buiten
land voordeelig zijn om die artikelen in te
voeren. Het gevolg van het in toepassing
brengen van de Allotment Bill zal dus on
vermijdelijk verdere verhooging yan het
tarief zijn.
Bovendien heeft Roosevelt zich al enkele
malen uitgelaten over zijn wensch, ten op
zichte van handelsverdragen, den weg te
volgen van directe onderhandelingen van
Staat tot Staat; hij wil geven en nemen en
hij wil trachten door het verkrijgen van
speciale concessies ook tegenprestaties te
verleenen, mits de Senaat hem hiertoe de
noodige volmachten verstrekt- Preferen-
tieele tarieven en regionale handelsovereen
komsten laten zich niet rijmen met vrij
handel, want het zijn tegenovergestelde
principes. Wat kan men dan op de econo
mische wereldconferentie in de richting
van vrijhandel doen, nu de groote landen
meer en meer in de protectionistische rich
ting afdrijven?.
De stabilisatie der valuta's
Het tweede hoofdpunt, dat op d« wereld
conferentie zal worden besproken, is de sta
bilisatie der valuta's, liefst op basis van
den gouden standaard, zooals blijkt uit het
rapport der commissie van voorbereiding.
Engeland heeft al herhaalde malen te ken
nen gegeven, dat het niets voelt voor on-
tijdigen terugkeer tot het stelsel, dat niet
goed meer functionneert. Londen wil, alvv
rens te overwegen zich bij de goudlanden
aan te sluiten, opheffing van de geconsta
teerde fouten van dien standaard, zooals
bijv. de ophooping van het gele metaal in
enkele centra, waardoor aan die centra een
onevenredige macht gegeven wordt De ge
noemde goud-ophooping is echter weer een
gevolg van de foutieve vredes-verdragen,
van de ongeneigdheid buitenlandsche goe
deren in betaling te nemen voor bestaande
financieels verplichtingen, zoodat opheffine
van de euvelen van den gouden standaard
voorafgegaan moet worden door verbetering
in de onderlinge handelsbetrekkingen, wij
ziging der vredesbepalingen en beëindiging
van den economisohen oorlog Dit zijn juist
factoren, die de andere landen, met name
Frankrijk, niet wenschen. Vandaar, dat
men in Londen in den vicieuzen cirkel zal
blijven rondwentelen en vandaar, dat de
kans op eenig succes tot een gering percen
tage is gedaald. Deze toch al minimale
kans is nog verder verminderd door de be
slissing van Amerika om wettelijk den gou
den standaard te verlaten. Tot nu toe be
stond slechts een goud-embargo, wat in
feite gelijk staat met het verlaten van den
gouden standaard, alhoewel wettelijk daar
omtrent niets was bepaald- Nu wil Washing
ton een fe.itelijken toestand wettelijk ma
ken en daarmee toonen, dat het voor goed
het goud den rug gaat toedraaien. Wat
moet er dan op de wereldconferentie ter«
opzichte van
worden besproken? Want stabilisatie van
valuta's, wanneer het goud geen interna
tionale band meer vormt, is alleen mogelijk
wanneer de schommelingen in de waarde
van do munt ten opzichte van de binnen-
landsche verhoudingen tot geringe propor
ties zijn teruggebracht, m-a.w. tot er een
evenwichtstoestand is gekomen. Het duurt
gewoonlijk lang, voordat een dergelijk even
wicht is ontstaan. Engeland kent op dit
moment zelfs nog geen evenwicht, niette
genstaande het verlaten van het goud op
21 September 1931 reeds circa 2 jaar gele
den heeft plaats gevonden.
Het is natuurlijk onmogelijk te zeggen,
wat Londen zal brengen; men mag bij een
ernstige studie omtrent den economischen
opbouw van Nederland niet uitgaan van
een veronderstelling, al heeft die veronder
stelling een goede kans om werkelijkheid
te worden.
Men mag echter als zeker aannemen, dat
de weg naar vrijhandel zoodanig versperd
is, dat hij onbruikbaar is geworden. Men
zal moeten overgaan tot wederkeertgheid
tot afspraken van Staat tot Staat, van Sta-
tengroep tot Satengroep en daarbij troeven
in handen nemen, waarmede men een zoo
groot mogelijke contraprestatie tracht te
verkrijgen- Nederland zal dien wee dus ook
moeten inslaan. Daarop komen wij in ons
volgend artikel terug.
VIJFDE JAARVERGADERING
TE AMERSFOORT
Krasse bezuinigingsmaatregelen
zijn genomen
In de Geref. Kerk aan den Zuidsingel te
Amersfoort, hield gister de Vereenigïng tot
verzorging van kinderen „De Rudolphstidh-
ting" haar vijfde jaarvergadering.
Vooraf ging een vergadering van het Dia
conaal Supplet-fonds, welke door den Voor
zitter, den heer W. Korvinius geopend werd
met 't lezen van 1 Joh. 4 en gebed. De kascom-
missie bracht een gunstig rapport uit
Het jaarverslag van den secretaris-pen
ningmeester luidde gunstig aangaande den
financieelen toestand van het fonds. De heer
J. Reinink werd met algemeene stemmen
als bestuurslid herkozen. Er werd eenigen
tijd gediscussieerd over de wijze van beleg
ging van een bedrag, maar het bestuurs
voorstel werd ten aanzien daarvan aange
nomen. Eenige Diaconiën stelden nog vra
gen. Daarna werd de vergadering met dank
zegging gesloten.
De vergadering der vereeniging ander
voorzitterschap van Z. Exc. J J C van Dijk.
ving aan met het zingen van Ps. 89 7,
waarna de Voorzitter een gedeelte uit Joh.
14 las, voorging in gebed en een openings
woord sprak, waarin hij herdacht het over
leden bestuurslid, den heer F. Eringa, te
Hilversum. Hij laat in ons bestuur een ledi
ge plaats. We zullen moeten missen zijn be
zonken oordeel, zijn toewijding, zijn liefde
tot dit werk en zijn opgewektheid. Maar we
mogen God danken, dat hij is ingegaan in
het Huis des Vaders met de vele woningen.
Zijn nagedachtenis zal bij ons in dankbare
herinnering blijven.
Deze woorden werden staande aange
hoord.
De Voorzitter herinnerde er verder aan,
dat de stichting ook zwaar getroffen werd
door de ziekte van den directeur. Moge God
hom spoedig de krachten hergeven en hem
aan onzen arbeid teruggeven. Er waren ver
der verschillende moeilijkheden, maar God
heeft het voorzien én we mochten verstaan
dat, als we bidden om de leiding des Gees-
tes, deze ons niet wordt onthouden. In des
Heeren hand zijn we veilig; welke zorgeh
ons ook zullen drukken.
Het jaarverslag van den secretaris werd
een overzicht, gegeven van 't eerste lustrum
der vereeniging. Met dankbaarheid mag
geconstateerd worden, dat vele Diaconieën
haar woord gestand hebben gedaan en de
vereeniging moreel en financieel krachtig
hebben gesteund. Doch, helaas, blijven som
mige der Diaconieën ondanks herhaalde
aanschrijvingen van verre staan. Een ander
verschijnsel verontrust, nl., dat sommige
Kerken verschillende collecten en bijdragen
van stichtingen van barmhartigheid terzijde
stellen om meerdere ontvangsten voor eigen
behoeften te verkrijgen. Dit kan niet genoeg
worden gelaakt Naast de zaak voor eigen
armen en kerk is er ook een roeping jegens
do landelijke stichtingen, die door samen
werking van allen zijn tot stand gekomen,
en in hun bestaan op de gezamenlijke ker
ken en diaconieën mede zijn aangewezen.
Het werk der Rudolphstichting is in deze
vijf jaar in omvang en beteekenis toege
nomen, Op 1 Jan. 1928 werden op de stich
ting 116 kinderen verpleegd. Aan het eind
van 1933 verbleven 142 kinderen op de
stichting. Het vertrouwen in de doelmatig
heid van het systeem der opvoeding, zoowel
als in degenen, die met de opvoedende taak
belast zijn, is volledig teruggekeerd; 't past
ons niet hierover te roemen, doch wel om
het dankbaar te constateeren. De directeur
de heer Geleynse, heeft den laatsten tijd
met ernstige ziekte te kampen. Dit is voor
den man. die zijn krachten volledig en met
volle toewijding gaf voor het werk, dat hem
lief is, een zware beproeving. Ook voor het
bestuur brengt deze ziekte verschillende
moeilijkheden.
Het bestuur werd voor beslissingen gesteld
in verband met den sterken teruggang van
inkomsten der stiohting, die slechts noode
werden genomen. Het algemeen subsidie
over 1931 werd belangrijk verlaagr. Boven
dien deelde het ministerie mee, dat een ge
wijzigde maatstaf zal gelden, die neerkomt
op een jaarlijks terugkeerende beduidende
vermindering. De uitkomst van land- en
tuinbouwbedrijven steldt eveneens teleur.
Hierdoor was het bestuur wel genoodzaakt
de exploitatiekosten der stichting aan een
grondige herziening te onderwerpen. Lei
draad dpirbij was, dat het voortbestaan
niet in gevaar mocht worden gebracht;
noch door het aanvaarden van belangrijke
tekorten, noch door verwaarloozing van de
eigendommen der stichting. Toch moest op
de kosten van onderhoud worden besnoeid,
wat met inachtneming van bovengenoemde
maatstaf geschiedde. De voorziening in het
onderhoud der kleeding werd gewijzigd, eri
evenals voorheen meer ten laste der pleeg
ouders gelegd. Op de salarissen en vergoe
dingen moest worden gekort Voor de pleeg
ouders, die als pachters op de boerderijen
wonen, is het een zware tijd. De opbrengst
der producten daalde belangrijk en liet nau
welijks een karige belooning voor den ar
beid over. Door een gedeeltelijke restitutie
van de gebruikte meststoffen kwam het be
stuur zooveel als in zijn vermogen ligt tege-
In het verslag werd herinnerd aan wijzi
gingen in de personeelsbezetting, aan het
afscheid van het hoofd der schooi, den heer
P. Krepel, die naar Hardenberg vertrok, en
de benoeming in zijn plaats van den heer
G. ,Hogeweg. De lagere land- en tuinbouw
school werd opgeheven. In het verslag wor
den voorts mededeelingen gedaan omtrent
de verzorging der kinderen, het aantal ver-
pleegdagen enz.
Het jaarverslag van den penningmeester
behandelt ook het eerste vijftal jaren. In die
periode steeg het aantal verpleegdagen met
twintig procent De contributies hebben zich
gehandhaafd. Collecten en giften vertoonen
evenwel een inzinking, welke beangstigt
Aan het verslag ontleenen we verder hel
voigende:
Thans rest ons nog een en ander te zeg
gen over de totale tekorten over de eerste
vier jaren, die thans op de balans voorkó
men voor een bedrag van f 8.170.01.
In ons vorige verslag hadden wij het to
tale tekort geraamd op f 11.200. Door ons
werd aan de hand van de toen bekende ge
gevens het Algemeen Subsidie begroot op
f 52.000. Wij maakten daarbij echter reeds
de opmerking, dat dit altijd een eenigszins
onberekenbare factor is. Dit is inderdaad
juist gebleken. Het Departement is onze
ingezonden rekening op verscheidene pos
ten gaan besnoeien, zoodat het tenslotte
Z.Exc. 7. J. C. VAN DIJK
kwam op een subsidiebedrag van f 24.536,
dus pl.m. f 13.000 lager dan wij geraamd
hadden. Hierdoor steeg ons saldotekort tot
f 24.170.
Nog steeds is onze Voorzitter met de Re-
geeringsambtenaren aan het onderhandelen
en discussieeren, teneinde hen van dit, naar
onze meening, onjuiste standpunt af te
brengen. Wij mogen echter voorloopig niet
met een twijfelachtig succes rekening hou
den en dienen daarom den toestand te aan
vaarden zooals hij thans is.
Wij hebben, na ernstige overweging, be
sloten, een belangrijk gedeelte van deze
oude tekorten namelijk f 16.000, af te boe
ken en daarmede de rekening „Gebouwen
en Terreinen" van de Vereeniging te be
lasten.
Wij meenen hiertoe te mogen overgaan,
omdat die tekorten voor een overwegend
gedeelte een gevolg zijn geweest van de
omstandigheid, dat belangrijke bedragen,
uitgegeven voor uitbreiding en vernieuwing
van onze onroerende goederen aanvankelijk
ten laste van de exploitatie-rekening zijn
gebracht en het ten volle gerechtvaardigd
is, deze uitgaven tot een bedrag van f 16.000
te beschouwen als waardevermeerdering
van de onroerende goederen.
Over deze zaak hebben wij ook het oor
deel ingewonnen van onzen accountant, die
blijkens zijn rapport over 1932 geen enkel
bezwaar maakt tegen deze definitieve rege
ling.
Door bovengenoemden maatregel daalt
dus dit tekort van f24.170 tot f8.170, welk
bedrag over 1932 weer zal kunnen worden
verminderd met het te venvachten batige
saldo groot f 1.286, zoodat het saldo tekort
per uit. 1932 dan nog zal bedragen pl.m.
f 6900, welk tekort wij met uw hulp gelei
delijk hopen te delgen uit giften, collecten
en contributies.
Bij de behandeling van het jaarverslag
werd de vraag gesteld of het wel goed was
om meerdere lasten te leggen op de pleeg
ouders Wier inkomsten terugliepen.
De Voorzitter zette uiteen, dat f 13.000
minder werd ontvangen aan subsidie, zoo
dat maatregelen moesten genomen wor
den. Zeer krasse maatregelen waren nooddg,
de salarissen werden zeer sterk besnoeid
Spr. zette de beteekenis uiteen van den
maatregel inzake het onderhoud der klee
ding getroffen. Wij moeten een sluitende
exploitatierekening hebben. Er mag nimmer
iets, ook maar iets, komen van de situatie,
welke er ten tijde van de Glindhorst was
En we kunnen nu tot ieder in het land zeg
gen: de exploitatie is zoo ingericht, dat in
de toekomst menschelijkerwijze geen na
deelige saldi gevreesd behoeven te worden
Het verslag werd goedgekeurd.
De lieer Korvinus vreesde bij het verslag
van den penningmeester, dat het overboe
ken van de f 16.000 op de rekening „Ge
bouwen en terreinen" een verkeerd middel
is; we moeten naar een lager levenspeil
niet kunstmatig de boel trachten op te
houden.
Do Voorzitter zeide, dat naar een lager
levenspeil reeds gegaan werd door het be
stuur, bewijze de genomen maatregelen.
Maar deze overboeking kan gerust geschie
den; do waardevermeerdering door verbete
ring en vergrooting is nimmer op de reke
ning „Gebouwen en terreinen" gebracht.
Natuurlijk zou het bestuur graag gezien
hebben, dat het bedrag ad f 24.000 uit gif
ten verkregen was; nu dit niet kan is er
niets tegen om den maatregel te nemen,
welke het bestuur voorstelt.
De heer De Bruin vroeg of er niets aan
gedaan kon worden om de verliezen op de
bedrijven weg te werken.
Do Voorzitter zeide, dat de bedrijven leer-
apparaten zijn voor de vakopleiding. Er
wordt getracht zooveel mogelijk te halen,
wat er inzit Maar een belangrijk deel is
boerderij en tuinderij en het hangt er van
af of voor de producten weer betere prijzen
gemaakt zullen kunnen worden.
Namens de Diaconie van Groningen werd
gevraagd naar de verhouding tusschen ver
eeniging en stichting en de huur dea- ge
bouwen.
De Voorzitter zette uiteen, dat de vereeni
ging de rechtspersoon is en de stichting de
exploitatie betreft Dit is gedaan om een
goed oveizicht over de exploitatie te krij
gen. De stichting huurt de gebouwen van
de vereeniging.
De heer v. d. Veen deelde namens de dia
conie Amsterdam-West mede, dat ter aan
moediging van het bestuur deze diaconie
een extra-gift van f 20 had meegegeven.
(Applaus).
De balans en winst- en verliesrekening,
werden goedgekeurd. De penningmeester
werd gedéchargeerd voor zijn gehouden be
heer.
Bij de bestuursverkiezing werd in de va
cature van wijlen den heer Eringa gekozen
de heer mr A J Fock, inspecteur van het
L.O. te Utrecht De aftredende bestuursle
den, de heeren D W Reinders, te Zwolle en
T Sik ma te Amersfoort, werden herkozen.
De Voorzitter sprak een woord van har-
telijken dank aan het adres van het perso
neel der stichting, dat in deze moeilijke tij
den blijk heeft willen geven van medeleven.
Offers zijn gebracht, die niet gering waren
Het personeel heeft de offers aanvaard, om
dat het niet anders kon. Onder 't personeel
heerscht een buitengewoon goede Christe
lijke geest Het bestuur stelt het zeer op
prijs, dat dit nu gebleken is. Goud wordt in
het vuur beproeft en te zien, dat de stich
ting een personeel heeft, dat breed ziet naar
het geheel en bereid is offers te brengen,
is een voorrecht, waarvoor wij God mogen
danken. Spr. bracht inzonderheid dank aan
den administrateur, den heer Vermey en de
adjunct-directrice mej. Lion Cachet aan
den heer Storm, die de diaconieën opwekt
tot steun, aan het afgetreden hoofd van de
school, den heer Krepel, en wenschte het
nieuwe hoofd, den heer Hogeweg, Gods ze
gen toe.
Ds Bavinck ging in dankgebed voor.
TOSCANINI EN BAYREUTH
Uit Rome wordt gemeld:
Toscanini en twaalf andere dirigenten
hebben een telegram aan Hitler gezonden,
waarin geprotesteerd wordt tegen de Joden-
Radio Nieuws.
vrijdag e juki
door Ds. P. P. van Noort. van Oud Loosdrccht
11.00 Liederen-recital. 12.15 Middagconcert
lur 3.00 Huishou-
dhr. liinke Tolman, te Soest. 5.30 Gri
foon 6.45 Openluchtconcert in het Vondel
park te Amsterdam. 6.(JU Gramofoon G.30
Lezing dhr. A. J. Herwis. te Bussum. 7,15
Ned Chr Persbur. 7.30 Literair halfuurtje
8.00 Gramofoor
Dr. J Sanders, te Rotterdar
10.10 Vaz Dias 10.20 Gril
(296 M.) V.A.R.A 8,01 Orgelspel
Hilver
8.30 Grt
Viool 11.00 Onze keukei
foon 4.0- Klein orkest 5.00 Na schooltijd
icht 10.30
.1.30 Gramo-
Na schooltijd
i Voordracht
V.P.R.O. 10,00 Morgenwijding 8.00 Weekuit
zending. 8.30 Concert 9 30 Concert
1005 Vaz Dias 10,45 Gramofoon.
Ir usee] (Vl.) (337 8 M.) 12 20 Concert
1.20 Gramofoon 5.20 Concert 6.20 Gra
foon 6.50 Gramofoon 8.20 Gramofoon
(Franscbi (509 3 M.) 12.20 Gramofoon 1.S0
Concert 5.20 Concert 6.35 Gramofoon -
6.60 Orkest 9.20 Concert 10.20 Gramof
)a ven try (1664.4 M.) 12 20 Orgelconcert
1.05 Orkest 2,05 Gramofoon 3.20 BBC
orkest 3,50 Concert 6,50 De grondslagen
der muziek 9.55 Concert 10,35 Plane
.angenberg (472 4 M.) 7.05 Gramofoon
10.35 Mensch und Welt 12.20 Concert
1.20 Concert 2.50 Gramofoön 4.50 Vespej
.ondon Nat (261.3 m.) 12.20 Orgel 1.05
Orkest 2-05 Gramofoon 3.20 BBC orkest
5.35 Orkest 10.35 Piano
.ondon Reg. (355.9 m.) 12.20 Concert.
3.20 Orkest 6.50 Concert 7.50 Kwintet
8,20 Concert 9,60 Zang 10.50 Gramofoon
mofoon 9.50 Ko<
a r tt 8 (Radio) (1724 M.) 8 05 Gran-W
12.50 Gramofoon 1,25 Piano 1,55 Gr®
foon 6,50 Gramofoon 7.40 Gramofoon
9.05 Gramofoon
ONZE LANGE GOLF IN GEVAAR
Naar het „Hbld." vermeldt, is de toestand
op de Internationale Radio-confereptie to
Luzern thans zeer kritiek met Pinkste-
ren wilde men reeds onverrichterzake uit
eengaan. Er wordt nu echter opnieuw naar
een oplossing der moeilijkheden in verband
met de verdeeling der golflengten gezocht,
maar de kansen op het behoud van de Ne-
derlandsche lange golf staan zeer slecht
Alle andere landen verzetten zich tegen:
het behoud van de 1875 m-golf voor Neder
land; daartegenover is men bereid ons
land een goede korte golf erbij te geven,
d.w.z. de lange voor een korte golf te ruilen.
vervolgingen in Duitschland en verzocht
wordt, hieraan een einde te maken. Aan
gezien op dit telegram geen antwoord is
ontvangen, heeft Toscanini zijn contract
voor het leiden der opvoeringen te Bay-*
reuth verbroken.
Duitsche schooljeugd druk in actie in een van haar werktuinen, in ie omgeving van Berlijn.
Cola di Rienzi, de groote Senator van
Rome in de 14e eenw
Door Edw. BULWER LYTTON
(62
De Romeinen bleven op het plein staan en
na eenige oogenblikken nam de volksmen
ner Baroncelli het woord Ofschoon hij niét
welsprekend of rijkbegaafd was, wist 'hij
een handig gebruik te maken van gemeen
plaatsen. En hij kende de zwakke zijde van
zijn gehoor; hij kende hun ijdelheid, hun
traagheid, hun aanmatigenden trots.
„Hoort eens, vrienden" zeide hij, met een
sprong op de plaats van Rienzi staande; „de
Tribuun spreekt heerlijk dat deed hij
altijd maar de aap gebruikt de kat, om
de kastanjes voor hem uit het vuur te
halen. Nu wil hij u de pooten in het vuur
tuten steken, maar gij zult wel wijzer zijn.
De Tribuun, die goede man, krijgt een
pailois en houdt feestmalen, en baadt zich in
een porfieron vaas wat hem niet tot eer
strekt! waarin Sint Sylvester keizer Oon-
stantijn doopte: dit alles is wel de moei*e
waard ervoor te strijden. Maar gij, vrien
den, wat krijgt gij anders dan harde slagen
en het verlof om een prachtigen optocht te
zien? Wel, als gij die kerels wegjaagt, dan
krijgt gij een nieuwe belasting op den wijn-
dat zail uw belooning wezen!"
„Luistert! riep Cecco, „daar Jdinkt de
trompet, toch jammer, dat hij ons be
lasting wilde laten betalen!"
„Zeker", riep Baroncelli, „daar klinkt de
trompet, een zilveren trampet nog wel! A's
gij hem nu uit de ongelegenheid helpt, heeft
hij er de volgende week een van goud! Maar
gaat dan toch waarom blijft gij staan,
vrienden? het zijn maar honderdvijfiig
huurlingen. Weliswaar zijn het duivels als
zij aan het vechten zijn, zij steken van top
tot teen in het harnas. Maar wat zou dat?
AL snijden zij er een vier of vijfhonderd den
hals ai, gij zult hen eindelijk wel de baas
worden en dan kan de Tiibuun des te vroo-
lijker aan tafel gaan."
„Daar klinkt het tweede geschaJT, zeide de
slager. „Als mijn oude moeder niet reeds
twee zonen verloren had, zou ik waarachtig
nog in staat zijn, den Tribuun te gaan
helpen."
„Dan moogt gij wel wat vlugger zijn",
ging Baroncelli voort, .anders komt gij te
laat. En wat zou dat jammer wezen! Als
men den Tribuun wifl1 gelooven, dan is hij de
eenige, die Rome kan redden. Wat? zoudt
gij, het edelste volk ter wereld, niet in staat
zijn, uzelf te redden? Zijt gij afhankelijk
van één man? Zoudt gij niet in staat zijn de
Colonna's en de Orsini's de wet voor te
schrijven? Wel, wie heeft bij San Lorenzo
de baronnen verslagen? Gij immers! Gij
kreegt de klappen en de Tribuun de moneten
Komt vrienden, laat dien man loopen; ik
sta .u borg, dat er genoeg zijn, even goed
alls hij, en goedkooper te krijgen. Luister!
Daar blaast hij voor de derde maal; nu is
het te laat!"
De lang aangehouden, droefgeestige tonen
der trompet klonken als de laatste afscheids
groet van den goeden geest der stad. Toen
zij zwegen, werd de geheele vergadering
door een somber voorgevoel overmeesterd.
Nu berouw en spijt niet meer hielpen, kregen
zij berouw. De laffe praatjes van Baroncelli
begonnen hen eensklaps tegen te staan; en
de redenaar moest het aanzien, hoe zijn toe
hoorders zich naar alle kanten verspreidden,
juist toen hij hun eens wilde gaan vertellen,
welke groote dingen hijzelf voor hen zou
kunnen doen.
Intusschen trok de Tribuun ongedeerd de
gevaarlijke wijk van zijn vijanden door
Ontsteld door zijn komst, verschansten zij
zich in hun vesting, terwijl Rienzi zich naar
St. Angelo begaf, waar Nina hem reens
wachtte. De trotsche vrouw ontving hem
met een glimlach van dankbaarheid om zijn
redding doch zonder tranen, omdat 'le
maat van de tegenspoed gevuld was.
HOOFDSTUK XXXIV.
De opvolgers van een mislukte omwenteling
Vroolijk bescheen de winterzon de straten
van Rome, toen het leger der baronnen Al
door trok. De Kardinaal-Legaat aan het
hoofd; de oude Colonna aan zijn rechter
hand; nu niet meer trotsch opgericht, maar
gebogen, want het verlies van zijn kinderen
had zijn hart gebroken. Vlak achter hen
reden Luca di Savelli, met zijn valschen
glimlach, en Rinaldo Orsini, smadelijk om
zich starend. Dan kwam een lange, maar
barbaarsche stoet, voornamelijk bestaande
uit vreemde huurlingen. Het geleek meer
de intocht van vijandelijke troepen, dan de
terugkeer van verbannen burgers.
„Heer Colonna", sprak de Kardinaal-
Legaat, een klein verschrompeld mannetje,
Fransehman van geboorte en vol van de
bitterste vooroordeelen tegen de Romeinen,
die hem bij een vroegere zending zeer
slecht ontvangen hadden, zooals wel meer
gebeurde met vreemde geestelijken; „deze
Pepino, dien Montreal op uw bevel hier
heen zond, heeft ons inderdaad goede dien
sten bewezen."
De oude edelman boog, doch gaf geen
antwoord. Zijn scherp verstand was veel
verminderd en zijn strakke blik getuigde
hoeveel hij had geleden.
„Hij hoort mij niet", mompelde de kardi
naal. „Het verdriet heeft hem kindsch ge
maakt!"
Hij keek om en wenkte Luca di Save/Mi
„Luca", sprak de Legaat, „het was maar
gelukkig, dat de zwarte banier van den
Hongaar den Provenraai dwong, te Aversa
te blijven, Als hij Rome was binnengetrok
ken, dan hadden wij misschien met Rienzi's
opvolger meer last gehad, dan met den
Tribuun zelf. Montreal" voegde hij er met
eenigen nadruk bij, „is een edelman en een
Franschman. Dezen Pepino, dien hij gezon
den heeft, zullen wij moeten omkoopen, ol
hem door bedreigingen dwingen, te doen
wat wij willen."
„Dat zal zeker geen moeilijke taak zijn",
antwoordde Savelli. „Montreal rekende op
stijfhoofdiger verzet, waardoor hij zelf in de
gelegenheid zou geweest zijn, er een eind
aan te maken
„Als Podesta, of vorst van Rome! Die be
scheiden man! Wii Franschen hebben een
gepast gevoel van eigenwaarde; maar deze
plotselinge overwinning verrast hem even
zeer als ons. Luca; en wij zullen Pepino
zijn buit ontrukken, eer Montreal hem t:-
hulp kan komen! Doch Rienzi moet sterven.
Naar ik hoor, is hij nog altijd in het St.
Angelo opgesloten. Orsini zal nog heden het
kasteel hestonnen. Vandaag nemen wij het
Kap! tooi in bezit, vernietigen rile wetten
van den oproerling, ontbinden zijn bespot
telijk parlement/ en brengen hst geheele
bestuur der stad onder drie senatoren
Rinaldo Orsini, Colonna en ik zelf; voor u,
heer, hopen wij behoorlijk te zorgen."
..O, voor mij is het belooning genoeg, naar
mijn paleis te mogen terugkeeren; en met
oen rooftocht in de wijk der juweliers heb
ik spoedig zooveel bij elkander, dat ik de
versterkingen /eer in orde kan laten brengen
I.uca di Saveili is geen eerzuchtig man. Hij
verlangt slechts in vrede te mogen leven."
De kardinaal glimlachte zuur en sloeg den
weg naar het Kapitool in.
Op bet plein waren als gewoonlijk ean
troep ledigloopers verzameld.
„Uit den weg! uit den weg! schelmen!"
riepen de wachten, aan belde zijden de
menigte wegtrappend, die, gewoon aan het
rustige en beleefde optreden van Rienzi's
lijfwacht, te langzaam plaats maakte, zoo
dat menigeen ernstig gekwetst werd door
de pieken der sofldaten en de hoeven der
paarden. Daaronder was ook onze vriend
Luigi, de slager, en zijn Romeinsch bloer'
begon te koken, toen hij het stompe eind
van een Duitsche lans .tegen zijn dikken
buik kreeg.
„Daar, Romein" zei de ruwe huurling iü
zijn barbaarsch Italaansch, „ga uit den weg
voor uw meerderen; gij hebt den laatsten
tijd praal genoeg kunnen zien."
„Meerderen!" barstte de arme slager uit,
„een Romein heeft geen meerderen; en als
ik niet twee broeders bij San Lorenzo ver
loren had, zou ik
„De hond is oproerig", zeide een van1
Orsini's bende, die achter den Duitscher
liep, „hij praat van San Lorenzo!"
„O!" zeide een ander volgeling van Orsini
die er naast reed, „ik ken hem nog wel vafl
vroeger. Hij behoorde bij Rienzi's troepen."
„Zoo?'.t- zeide de ander op strengen toon;
„dan kunnen wij niet te vroeg beginnen
met een goed voorbeeld."
Iets in den blik van den slager scheen
hem niet te bevallen en bedaard stootte de
ruiter van Orsini hem zijn piek in het hart
en reed over zijn lichaam voort
„Schande! Schande!" „Moord! Moord!"
werd er onder het volk geroepen; en in de
drift van het oogenblik begonnen zij om de
wachten op te dringen.
De Legaat hoorde den kreet en zag het
gedrang; hij werd bleek.
„De schurken maken weer oproer!" stofc»
ter de hij.
„Neen, uwe Eminentie neen" .antwoord
de Luca; „maar misschien was het toch wel
goed hun eens een heilzamen schrik aan tc
jagen; zij zijn allen ongewapend: laat mij
de wacht bevelen, ze uiteen te jagen. Eén
woord is voldoende."
Wordt vervolgd